Ingezonden Stukken. De Liefdesromans van beroemde mannen. Gemengd Nieuws. te zijn ten -opzichte van de f'70.000. l>e heer 'i. Kostelijk zegt, als vandaag het er niet doorgekomen was, zou morgen de 1 /u.üUO verloren geweest zjjü, maar dat wiide ik voor de stemming niet zeggen, om 'geen invloed uit te oefenen. Voorzitter leest nu een ontwerp-contract, dat wordt goedgevonden. liet volgende punt is bespreking reparatie Hensbroeker brug en wat daar mogelijk mee in verband staat, iBe- j sloten wordt met algemeene instemming om Dijkgraai en Heemraden tc machtigen, hot noodige werk daaraan te laten uitvoeren. Rondvraag. Op voorstel van don heer Wonder zal in het vervolg aan den heer Poland als deskundig^ vooraf inzage van zaken, ais bijv. de nu behandelde bruggen worden gegeven. De heer G. van Langen bespreekt verplaatsing t- hok. Zal gebeuren. Verder wijst .de heer C. v. Langen op de wensche- liikheid van peilverandering. Besloten wordt tot de noo dige herziening van peil over te gaan. De heer Groen is nog niet "geheel voldaan over de bespreking* brug Leanweg en Pij pies van straks. Voorz.: Is dat géén serieus besluit denkt u? De heer Groen; Ja. het besluit is er, maar de vrees dat het herroepen zal worden. Voorz. zegt, dat daarvoor niet gevreesd behoeft te worden. Plannen zullen gauw worden opgemaakt en ter goedkeuring worden gezonden. Algemeen wordt nu nog goedgevonden dat als het evenals in Hasselaarsweg een houten brug kan zijn, dan do brug van hout te maken. Nadat nog enkele kleine herstellingswerken zijn be handold, is voorzitter aan het einde en brengt zijn dank voor opkomst cn medewerking en waar de heer T. Kostelijk zich zeer heeft beijverd voor de bruggen, hoopt voorz., dat hij daar veel genoegen van zal beleven en dat het naar zijn en ons genoegen mag. .klaar komen en jkomt aan Kostelijk wel een woord van lof toe voor zijne bemoeiingen. In de hoop dat de j genomen besluiten in het belang, des Polders mogen zijn, sluit voorz. nu onder daük de vergadering. Heerhugowaard, 4 Aug. 1920. Mijnheer de Redacteur, Beleefd vraagt ondergeteekende voor onderstaande re- geleen con plaatsje in uw blad. liet is paar aanleiding van een besluit genomen door bet Polderbestuur van Heerhugowaard. Alvorens ik mijn grieven kenbaar maak, wil ik toch zeggen, aan de lo zers van uw blad, dat ïk mij niet gaarne met cou rantengeschrijf bezig houd, maar do wijze, waarop ons polderbestuur zijn belastingpenningen ziet te verkrij gen, is mijns inziens niet langer te verzwijgen. Men gaat verordineeren ©en belasting op gaswellen. or zijn neeren in ons polderbestuur, die nog komen uit den kaarsentüd, en vinden, dat wanneer iemand geen j aansluiting pij het electrisch net kan krijgen (aange- zien onze polder nog niet geheel is voorzien van elee trisch licht) en dan op een gunstige plaats woont, waar brongas is te verkrijgen, het als een weeldeartikel 'is te beschouwen, dat men een gasinstallatie Iaat aanleggen. Zelfs is deze verordening in den meest èllencfigen j tijd gemaakt, toen men geen olie en met moeite een kaarsje wist te bemachtigen, toen was het te machtig voor de heeren, dat het licht van het brongas in hun water scheen. Het doet mij denken aan een soort mo bilair bij personeele belasting. Maar tegelijker tijd zeggen de heeren: niet alleen weelde, maar ook het water, dat voortkomt uit hunne wellen of putten, moet onze machine weer uitmalen. Nu, geachte lezers, als ik nu de opmerking maak, dat wanneer iemand een wel laat boren, ten gerieve) van zijn bedrijf voor vee- en boon water, dan is de man vrij van belasting betalen. Maar gaat nu diezelfde man heen en laat IJver deze wel een ketei zetten om zoodoende de wel productief te maken voor water en licht, dan zegt het hooggeacht polderbestuur j Neen mannetje, dat gaat niet, tiet is een weelde-artikel en het water moet door onze machine worden uitgemaien, dus f 10 belasting jaarlijks. De belasting zal zeer zeker door allen te betalen zijn, maar de strekking van dqgp heffing is mijns in ziens dieptreurig en een wqord van protest zal m dezen zeker niet misplaatst zijn. En tegelijkertijd zou ik een beroep willen doen op de Ingelanden van onzen polder, om toch vooral die mqnnpnj in wie het conservatisme zoo sterk is doorge drongen, dat zij het als een weelde beschouweri wan neer iemand zich voorziet van brongas, eens te ver vangen door meer doortastende landbouwers. U, mijnheer de Red, dankend voor de-^jn mij verleende plaatsruimte, P. KOSTELIJK Pz., Heerhugowaard. Het Drankmisbruik. HET VERBOD ERGER DAN" DE KWAAL Onze landgenoot, de Keer H. Groenman te Kopen hagen, schrijft aan de Tel.: „Het alcoholvraagstuk van een even groot als actueel belang, ie in ruime mate waard/ terdege on-1 dar de oogen te wonden gezien» Want het houdt nauw verhand met maarts chiappelijka, geestelijke en lichamelijke belangen, „Het verslag, van een in Den Haag gehouden ver gadering vara^ drankbestrijders, bracht mij er tix- een en (and&r omtrent deze aangelegenheid' te schrij ven en zulks aan de hond van de ervaringen die ik ton dien opzichte gedurende mijn bezoek aan di verse landen dn Europa, en Amerika, opgedaan heb. „Loat dik beginnen met te verklaren, dat het be strijden von alcoholmisbruik, mijn volle sympathie heeft, doch alleen dan en dit is het kardinale punt wanneer dit op doelmatige wijze geschiedt. „Ik geloof, dat men bdjv. in Holland' den j uister weg bewandelt en al moge het woar zijn, dat vol gens bestaande statistieken!, In ons tand, percent- i gewijze het meeste alcohol gebruikt wordt, even-* wtaar da het, dat bij ons individueel, belangrijk min der wordt „gedronken" dan in verscheidene andere landen. „Meermalen werd mij in Zweden en Noorwegen gevraagd, hoe het kwam-, dat men in Holland zoo weinig dronken mensch en zag, ofschoon daar toch de «alcohol- en likeurMxricatie zulk «en belangrijke plaats Inneemt. „Men «Is bot eerst in Zweden begonnen met de be strijding van drankmisbruik. /Eh hoe heeft men die aangepakt? 'Eenvoudig door plotseling den vetikoop^ van« allo alcoholhoudende dranken, waarondier Me£' en daar ook bier verstaan werd te verbieden, zoo als moh dit later ook dn Noorwegen gedaan heeft „Wat was in beide landen daarvan het gevolg? Dat er meer gedronken werd don ooit vóór de ver bodsbepaling. Men wist zich op alle mogelijke clan- des tlil e wijze alcohol te verschaffon, dronk haarwa ter, Eau de Cologne en andere parfums en kocht allerlei surrogaten, die met hoogo prijzen betaald werden en vaak schadelijke, en vergiftig bestand- dieelen bevatten. .♦Niet zelden hebben daar sterfgevallen plaats, ver- j oorzaak! door het gebruik van houtspiritus en' an dere vergiften, dd& de plaats van spiritus moeten in- nemen. Aan do kustplaatsen van Noorwegen vooral, ko men dagelijks, Hollandsche, Dudtsche en schepen van i auuere nationaliteiten aan, die niet geringe noeveei- ücucu «diAuioaswie iu tuu».eai aanvoelen, welse ue be- yvvuwfl oy «ue «ixieosi g^raiuüüeruö wijzen weien bin- ueu «ie sanosiaeien. ander belangrijk middel om zich in geuoem- ue iunuon van alconol ie voorzien, is, ae aoogenaam- uö ,,uj ttLum-eaineiueDut is net distilleer en van aico- nol in de huiskamer, uit mals, suiker, aardappelen en andere grondstoffen. Hiertoe is slechts een een voudig toestelletje hoodiig, dat voor een paar kro nen, w^der - heimelijk kan worden gekocht of door iemand) die h^nni.ig is, zelf kan worden vervaardigd. Mien verzekerde mij, «dat bijv. dn Noorwegen, in elk tweede huis, „h j embrennaiüB" plaats vdndt. „is het wonder, dat men in genoemde landen., zulik een groot aantal beschonken imemschan ziet? Het is zelfs zoo erg, dat men het geen schande vindt dron ken langs de straat te loopen en herhaaldelijk zag ik «dan ook net gekleede en ©ogenschijnlijk beschaaf de heeren, die „niet op hunne beenen konden staan". Herhaaldelijk komen automohdelongiefukken voor, die toe te schrijven zijn «aan dronkenschap van den chauffeur, vaak eigenaar van dien auto. „De zooe/ven genoemde „hjemhrennerie" is streng verboden, maar waar en hoe de overtreders te vim- den, hoe het te bestrijden, te meer, waar, zoo ik reeds zeide, bijna dderéén het doet. „Ik sprak in Christiania een Hollandsch huisva der, die in zijn vaderland gewend was voor den eten een bittertje en 's avonds een whisky te ge- buiken. Toen het drankveibod in zicht kwam, heeft hij zich een kleine hoeveelheid van beide dranken aangeschaft, maar, vraagt deze .vriend, wat moet ik «doen als aanstonds mijn voorraad op is. Ik wil als vrij mensch, het onschadelijk gebruik van een ap- peratief, waaraan ik jaren gewend ben, niet opge ven en zie mij genoodzaakt mij daarvan «op de eene of andere ongeoorloofde wijze, te voorzien. „Deze Hollander, één uit duizenden gevallen, ziet zich gedrongen, om de wetten van het land te over treden, ofschoon hiiji die, als heilig, beschouwende, altijd getrouw gehoorzaamd heeft. Hier wordt een gevaarlijk, een glibberig pad betreden en al moge dit bij onzen 'Hollandschem vriend niet van pas zijn, bij anderen, kan deze eerste overtreding tot .meer dere aanleiding geven. In iZweden heeft men het ondoenlijke «n onprak tische van deze .verbodsbepalingen ingezien1 en ds daar successievelijk begonnen met alcoholische drum 'ken verkrijgbaar te stellen', doch op rantsoen, „Steeds werd de te verkrijgen h«oeveelheid grooter en thans kan elk op zichzelf wonend, mannelijk persoon boven de 25 jaar oud, in Stockholm maan delijks een hoeveelheid van 4 'Liter bekomen'. In de meeste «andere steden van (Zweden is dit minder. „Ieder «die op alcohol Techt heeft ontvangt 'n boek, waarin de hoeveelheid, die hij verkrijgt, afgeschre ven wordt. De bezitter van zoo'n boek moet zelf zijn rantsoen komen' halen op de plaats en Ihet uur daarvoor 'aangewezen. Meermalen moet uren' gereisd worden om deze plaats te bereiken, waar zich vaak honderden verdringen om aan de beurt te komen. Ik zag wel, «dat daarbij de orde gehandhaafd werd door een tiental 'politieagenten, alsof het het verkrij gen van een fortuin gold. „Wat is nu weder het nadeel van deze rantsoe neering? Dat men de alcohol fleschgewijze ontvangt en niet zelden ooik fleschgewijze gebruikt. -Ih dit ge val is de man een paar maal per maand, telkens als hij een flesch leeggedronken' heeft beschonken, terwijl hij de overige dagen van de maand geheel onthouder moet zijn. „Ware het «nu niet veel beter als de man niet in het bezit gesteld werd van zulk 'een groote hoeveelheid ineens, doch gelegenheid had een glaasje jenever te koopen, wanneer hij' er lust in heeft, zooals dit in de meeste landen het geval is? „In Amerika, dat' ooik „drooggelegd" is, zien we precies diezelfde verschijnselen als hierboven omtrent Zweden en Noorwegen' verhaald. 'ET wordt daar thans ook meer gedronken dan ooit te voren en het gerucht gaat, dat men daar reeds op de desbetref fende voorschriften terug wil komen. „Ik herhaal, bestrijidjimg van.' drankmisbruik is goed, doch langs more el en weg en niet door verbods bepalingen. Deze zijn erger dan. de kwaal. „De mensch is van' nature strijdlustig. Hij wil doen wat niet geoorloofd is, wil hebben wat hij niet ver krijgen kan. Vandaar het spreekwoord van do ver boden" vruchten. Wilt ge dat uw éénjarig zoontje eet, zeg hem «dan, dat hij niet eten mag. Wilt ge hebben, dat hij iets zegt, verbiedt het hem te zeggen. Elen courant ddè gratis gedistribueerd wordt, wordt niet gelezen, wel één, waarvoor men- betaalt. Ik zou met deze voorbeelden te noemen voort kunnen gaan, slechts om «aan te toon en, «dat hert verbod tot het gebruik van iets, klus ook van' alcohol, tot grootei prikkel, tot grooter begeerte, aanleiding geeft en <ius een absoluut negatief resultaat heeft „Laat ik dit betoog eindigen met d'en wensdh uit te spreken, dat men in Holland, ten opzichte van dit onderwerp, zal Mijven' werken in de richting, zooals men Idit toit nu toe, met zooveel succes, ge daan heeft en men zich niet zal laten' verleiden het pad op te gaan, dat aanbevolen' wordt in het ver slag, dat mij tot hert schrijVen van dit artikel aan leiding gegeven heeft". In onder de streep in het Hdbld. lezen wij Mozart, model-echtgenoot. Toen keizer Jozef II Mozart eens in een joviale bui vroeg, waarom hij niet zoo verstandig was een rijke vrouw te huwen, gaf de componist kortaf en trotsch ten antwoord: „Sire, ik vertrouw dat mijn talent mij altijd in staat zal stellen de vrouw te onderhouden die ik liefheb". Het was mooi gezegd, en die woor den deden Mozart eer aan, maar profetisch waren ze niet. Want met al zijn faam en al zijn groote gaven, heeft Mozart eigenlijk zijn heele leven fat soenlijke armoe geleden. Altijd had hij met geld gebrek te k,ampèn, altijd drukten hem de zorgen en toen hij stierf, liet hij nog niet genoeg geld na om fatsoenlijk begraven te worden. Zoo ooit een genie door de wereld hardhandig behandeld is geworden, dan is het Mozart geweest. Want terwijl men hem lof toezwaaide en verheer lijkte, moest zijn gezin zich, toen hij zoo onvoor zichtig was op een allesbehalve hechte financieele basis in het huwelijksbootje te stappen, zeer be- krimpen. Tusschen deze beide uitersten heeft Mozart altijd geleefd roem en armoede. Zijn roem verbreidde zich al toen hij een knaapje van vier jaar was.' Hij wo jnde toen al met zijn ouders te Salzburg, waar het wonderkind op een Icouden Januaridag in het jaar 1756 het levenslicht aan schouwde. Vier jaar oud, componeerde hij zijn eerste stukken, waarvan zijn vader verklaarde dat ze moeilijk waren dat niemand ze zou kunnen spelen. Toen hij zes jaar was, was de naam van Wolfgang Amadaeus Mozart door geheel Europa vermaard. De grooten der aarde verheerlijkten hem, den kleinen man, die componeeren kon, kla vier, orgel en viool spelen. Rossini noemde hem „den goddelijken Mozart", „Mozart is mensch ge worden muziek" zei David, en Viardot sprak Mo zart is Mozart, gelijk Allah Allah is." Inderdaad Mozart was een genie, en zijn roem kwam hem toe. Maar dat nam niet weg dat hij zich, zijn kinderjaren uitgezonderd, altijd heeft moeten behelpen en bekrimpen. Als knaap speelde Mozart aan alle Europeesche hoven en wera er door prinsessen en koninginnen gekust en verwend. Toen hij voor het hof op het keizerlijk paleis te Schönbrunn had gemusiceerd, sprong hij met kinderlijke vrijmoedigheid op kei zerin Maria Theresia's schoot, sloeg zijn armen om haar hals en kuste haar. En haar dochter Marie Antoinette voegde hij toe: „U bent erg lief, ik wil met u trouwen De kleine Marie Antoinette lachtte en klopte hem op den schouder. Weinig kon ze vermoedeji, dat het woord huwelijk voor hüAr zulk een tragische beteekenis zou krijgen. Eenigen tijd later trad Mozart op voor het Fran- sche hof, Hij bood Mme de Pompadour een kus, maar deze weigerde uit de hoogte zich door het kind te laten omhelzen Tot groot misnoegen van de markiezin riep de kleine Mozart weenend uit: „Wie is die vrouw die mij niet kussen wil als zelfs onze Keizerin mij gekust heeft 1".... Als kind zag Mozart aan de verschillende Euro peesche hoven vele schoone vrouwen, die hem, soms uit oprechte bewondering, soms uit aanstel lerij, vertroetelden. Als jonge man hield hij ech ter alle vrouwen op een afstand, en zijn hart bleef voor haar gesloten. Totdat hij in Mannheim Aloysia von Weber ont moette, een zeer schoon meisje met een prachtige stem. Hij verklaarde haar zijn liefde, maar ze lachte hem uit, terwijl zijn vader evenmin iets van hofmakerij wilde weten. Vanuit Salzburg schreef deze zijn zoon Je gaat naar Parijs, en dat wel onmiddellijk. Voor dergelijke grapjes heb je geen tijd, tenzij je je carrière wilt bederven." Met bezwaard hart vertrok Mozart naar Parijs, waar hij vergetelheid zocht in hard werken, en getroost wera door de vleierij die hem, gelijk in alle andere steden waar hij optrad, ook in de Seine-stad ten deel viel. Aloysia von Weber schijnt later spijt gehad te hebben van haar weigering. Niet omdat zij gene genheid voor Mozart gevoelde, maar omdat zij wel de vrouw van een zoo beroemd man had willen zijn. „Ik wist destijds niet dat hij een genie was, ik zag hem voor een doodgewonen jongen aan", verklaarde ze. Temeer spijt van haar weigering had ze, omdat haar zuster, Constance, Mozart's liefde wist te winnen. Constance von Weber was niet zoo knap en rijzig als haar zuster, ook zong ze veel slechter, maar ze was lieftallig en hartelijk, en toen zij Mozart had hooren spelen, voelde zij groote be wondering voor zijn talent. Zij maakten kennis en het duurde niet lang of zij verloofden zich. Constance's voogd echter, beschouwde de iiefde als een zeer prozaïsche zaak. Hij wilde wel in een verloving toestemmen, maar alleen dan, wanneer Mozart een contract teekende, waarbij hij zich verbond het meisje, binnen drie jaar te trouwen of haar, indien van het huwelijk om welke reden ook, niets kwam, levenslang een jaarlijksche toe lage van drie" honderd gulden te betalen Mozart onderwierp zich hieraan en teekende het contract. Maar nauwelijks had de voogd het twee tal den rug toegedraaid, of het meisje nam het papier, scheurde het aan snippers, viel hem om den hals en verklaarde snikkend dat zij geen ge schreven belofte van hem wilde aanvaarden, om dat zijn woord haar genoeg was. Constance von Weber had niet vergeefs op Mozart's woord vertrouwd. Hoewel zijn vader zich tegen het huwelijk verzette, dreef de jonge man ziin zin door, en stond op een Augustus-dag in 1782 met haar voor. het altaar. „Toen de plechtig heid voorbij was", zegt Mozart, „begon mijn vrouw, en ik trouwens ook, te snikken, waarop alle aan wezigen, tot de geestelijke toe, diep bewogen wa ren, en alle tranen in de oogen hadden van emotie." Een vroolijke bruiloft was het dus niet, maar het zou niet lang duren of Mozart en zijn vroow hadden meer reden tot schreien dan op hun huwe lijksdag. Want na een paar maanden trad het spook Armoede hun woning binnen. Ondanks al zijn roem en talent, werd Mozart schandeiijk slecht voor zijn kunst betaald, en zoo arm hadden hij en zijne vrouw het soms, dat. toen.een vriend eens op, een winterdag bij hen kwam oploopen, hij het echtpaar aan het walsen vond in de huis- i kamer om warm te worden. Geld voor brandstof fen was er niet... Kon Mozart dus zijn vrouw niet altijd voldoende geld geven, voor het overige was hij een model echtgenoot. Hij aanbad zijn vrouw en had alles voor haar over. Eens werd er 's morgens gescheld terwijl zij nog sliep. Mozart zat aan tafel en stond haastig op om open ie doen. In zijn haast gooide hij een mes van tafel dat met de punt in zijn voet drong. Op zijn teenen verliet hij echter de kamer en deed behoedzaam open. Dagen daarna liep hij met veel pijn, maar zijn vrouw hoorde niets van het geval voor de voet weer geheel genezen was. Hij wilde niet dat zij 'zich bezorgd zou maken. Als hij 's morgens de deur uitging, hetgeen fiogal vroeg; gebeurde, liet hij altijd een briefje achter, waarop hij schreef: „Goeden morgen lieve vrouw. Ik* hoop dat je goed geslapen hebt en dat je rust door niets is verstoord. Wees voorzichtig, terwijl ik weg ben en zet alle huiselijke zorgen van je af tot ik terug kom, wat ik zoo gauw mo gelijk zal doen. Zulk een briefje zette hij zoo op een stoel, dat haar oog er onmiddellijk op vallen moest, als zij ontwaakte. En dat was geen wittebroods-weken- gewoonte van hem, maar een bewijs van zijn ge negenheid dat hij altijd is blijven volhouden. En toen hij op het ziekbed geworpen werd, waarvan hij niet meer zou opstaan, kwelde hem altijd het besef dat hij niets meer voor zijn gezin kon doen. Den 4den December 1791 §tierf hij, en nog op dienzelfden dag klaagde hij: „Moet ik nu gaan, nu ik juist wat ruimer Kpn leven? Moet ik jmijn vrouw en mijn arme kinderen verlaten, nu ik in staat zou zijn het hun wat beter te geven j Zoo waren zijn laatsie gedachten bij de zijnen, jen wat van weinig beroemdheden gezegd kan worden, kan men van Mozart verklaren: alle j egoïsme ten opzichte van zijn vrouw en kinderen was hem volkomen vreemd. DE WEENSCHE VROUWEN VL1EOEN UIT. Weenen, 29 juli. De correspondent van het Hbl. meldt: Evenals in alle oorlogvoerende landen is ook in Weenen het aantal vrouwen in. verhouding tot dat der mannen sterk toegenomen. Het probleem van het levensonderhoud van het vrouwelijke deel der bevolking is niet minder moeilijk op te lossen dan dat van het onder dak brengen van mannen. Vroeger was het ideaal van de doorsnee-Weensche, waarvoor ze in meerdere of mindere mate uit kwam, te trouwen en een eigen tehuis te stichten. Want al wordt de Wienerin in de Weenscheope rette nog zoo wuft en lichtzinnig voorgesteld, in den grond is ze eigenlijk een echte huismusch met echte huisvrouwelijke aspiraties. Ofschoon er op het oogenblik drukker getrouwd wordt dan ooit te voren, is deze „Hochkonjunktur" toch niet toe reikend om alle vrouwen aan den man te bren gen en in alle beroepen is er een teveel aan werkkrachten. Er blijft dus een groot aantal vrou wen over, die niet weten wat ze zullen beginnen, met name in de burgerlijke kringen, die er-voor terugdeinzen in het milieu, waarin ze met zekere standsvoorrechten en vooroordeelen zijn opge- froeid, ondergeschikt werk te verrichten. Daarbij omt nog de groote schare gehuwde vrouwen1 wier mannen veel te weinig verdienen. Het bericht van dezen toestand drong ook in het buitenland door en zoo ontstond eerst in Amerika het plan, Weensche vrouwen en meisjes uit goede families als „hulp in de huishouding" of iets derge lijks te laten overkomen. Op een goeden dag on dernam een Weensche, die in Chicago getrouwd- is, in opdracht van een voor dit doel.opgericht comité ae reis naar Weenen en liet op echt AraeJ rikaansche manier nog vóór haar aankomst door de bladen bekend maken, dat ze voornemens was een paar duizend Weensche vrouwen te Chicago te engageeren. Het succes was boven verwachting groot. Nauwelijks was de dame in Weenen aange komen of er kwamen zich honderden sollicitanten bij haar aanmelden. In korten tijd had ze wat ze noodig had, meest vrouwen en meisjes uit officiers- families. Het aanbod overtrof zoozeer de vraag dat ze beloofde later haar bemiddelingswerk voort te zetten en uit te breiden. Thans is ook Nederland als solicitant naar Ween sche huishoudsters opgetreden. Door een veree- niging, die haar zetel in Nederland heeft, werd het werk der „Internationale hulp" op touw gezet, waardoor voor Nederlandsche huisvrouwen hulp gezocht word. De voorwaarden zijn tamelijk streng. De Nederlandsche huisvrouwen willen slechts be kwame sollicitanten hebben, die goede getuig schriften kunnen overleggen. De vertegenwoor digsters der vereeniging nemen echter ook meis- en vouwen uit den middenstand aan, die kunnen bewijzen, dat zij een eigen huishouding kunnen leiden. De sollicitanten mogen niet jonger dan twintig en niet ouder dun veertig jaar zijn en moeten zich voor minstens drie maanden ver binden binnen dien tijd moeten ze de reiskosten terugbetalen. De werkgevers kunnen, wanneer zij de werkneemster niet geschikt achten, deze na overleg met de vereeniging naar haar land terug zenden, waarbij dan de vereeniging de terugreis betaalt. De loonen bewegen zich tusschen de 200 en 400 gulden per jaar. Voor haar vertrek moeten de sollicitanten proeven van bekwaamheid afleg gen en worden ze medisch gekeurd. De vereeni ging heeft t u nu toe in Nederland veertig betrek kingen op het oog; de aanmeldingen looien echter thans reeds nauwelijks veertien dagen nadat het eerste bericht omtrent deze actie gepubliceerd werd in de duizenden. Ook bij deze sollicitanten hebben de officiersvrouwen de overhand. Alle be tuigen, dat geen ^erk haar te min is. Op de vraag, wat er dan met haar mannen moest gebeuren, ver klaarden ze, dat die maar op hun eigen houtje moesten trachten zich er door te slaan, de jaren van den oorlog hadden ze er wel aan gewend van elkaar gescheiden te zijn. Uit een oogpunt van staathuishoudkunde be schouwd. is de massa-emigratie wellicht een der gevaarlijkste vormen van uitvoer, want degenen, ie daartoe besluiten, zijn in vele gevallen ener gieker en flinker dan de achterblijvenden. Maar deze aderlating is nu eenmaal noodzakelijk ge worden. En het is nog een geluk, tiat de Weeners nog niet heelemaal kunnen doen wat ze wilden. Anders zouden ze misschien, nu de buitenlandsche koorts hen te pakken heeft, ineens allemaal weg- loopen, mannetjes en vrouwtjes en dat zou jammer wezen, want eens zal het toch ook hier weer beter worden. STAD EN LAND. Be«rtrand Russell zet in «de „Natiotn" zijn 'beschou wingen over den toestand! dn Rusland, voort. Hij schrijft in zijn vierde artikel «belangrijke opmerkin gen over de verhoudingen tusschen stad. «n land» Evenals in 'Centraal (Europa ziert «de regeering ridh dn Rusland geplaatst voor de moeilijkheid) de lande lijke bevolking te noodzaken de stedelijke van voedsel te voorzien, en «daarmee schijnt ze iets meer succes te hebben dan de rege©ringen van Centraal (Europa. D«e 'Sovjertregeetriing heeft «dit vraagstuk in hoofd zaak uit te werken met het «oog op ^Moskou en Pe- trograd. De andere steden zijn betrekkelijk klein en gelegen in het centrum «van rijke lanidtoouw-diiiBtric- ten. In hetNoorden ls de bevolking In hoofdizaak af hankelijk van de zuidelijke districten, moor de be volking is in het Noorden dun gezaaid. Het is maar gedeeltelijk waar, dat. de quaestie der voeds el voorziening van Moskou en Petrograd een quaestie van vervoer ls. Moskou vooral is omringd door rijk land. De schrijver heeft een groote gedeelte van /Rusland in goede treinen bereisd! en de ervaring opgedaan, dat óp «de markten, «ook dn de omgeving van Mosko-u alle soort van voedsel, zij het tegen hooge prijzen, te koop is. Voor Pet/rogrod zijn de bezwaren van' trans port grooter don voor Motskou, daar alle voedsel van streken ten zuiden van^ Moskou moet worden op gevoerd. In Pertrograd riet men meer ondervoeden dan in Moskou, alhoewel ook daar de gevolgen der onder voeding merkbaar zijn. De regeerinlg zorgt voor de voedselvoorziening van allen werkzaam in de steden, tegen vastgestelde lage prijzen. De officieels theorie is dat de regeering een monopolie von de voedsel voorziening heeft en dat de beschikbaar gestelde hoeveelheden voldoende zijn om die menschen in hert leven te houden. De waarheid ls dart de verstrekte hoeveelheden! on voldoende zijn en ongeregeld uitgedeeld worden, ter wijl het van regeeringswege verstrekte voedsel slechts een gedeelte is van' den voorhanden rijtndem voorraad Vandaar dat ieder, die even daartoe in ctaafi is, op de vrije markt voedsel koopt tegen1 een prijs Vijf tigmaal die van den van regeeringswege (vastge steld en. Allerlei middelen worden) te baat genomen, ten einde dat extra voedsel te bemachtigen'. Sommigen verrichten extra arbeid tegen extra betaling. De wet «die den' «achturigen arbeidsdag! voorschrijft, wordt dagelijks overtreden. Anderen zoeken' hun bijverdienste in speculatie In voedsel of kleereai of dn ruilhandel levensmidde len tegen weeldeartikelen). Deze ongezonde toestand ken slechts tijdelijk rijini en hert geheel e steHel dot

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1920 | | pagina 2