DEMi-SAISOHS - ULSTERS,
JEKKERS - WINTERJASSEN,
Zaterdag 2 October 1920.
63sle Jaargang. No. 6697.
TWEEDE BLAD.
Uit het Hart van Holland.
Bmrienïanüsch Nieuws
gemaakt of naar maat.
ZEEK MOOIE KEUZE.
Kledingmagazijn
HELDER.
FEUILLETON.
Donkere Schaduwen
Bijna elke week maken dc bladen melding van een
nieuwen internationiilen vliegdienst, Men vliegt van
Londen naar Amsterdam en vandaar via Hamburg en
Bremen naar Kopenhagen, via Hamburg naar Berlijn
en thans zelfs via Berlijn naar Wieenen.
Bij al die tochten, die nu het hartje van Midden-
en Oostmidden-Europa met het verste Westen van
ons werelddeel in regelmatig verkeer verbinden, gaat
men via ons land, landt en stijgt men *op in Schipnol
e.n aan de Rotterdamsche Waalhaven.
Doch heel de onderneming is buitenlandsch.
Dit grieft
Het moge ons als klein land onmogelijk zijn \er een
groote oorlogsvloot op na te houden ofschoon ónze
zeer groote handelsmarine iets anders zou doen ver
moeden! voor $en luchtvloot konden wij Zorgen.
Die ligt financieel in ons bereik.
De beste, of althans een der allerbeste instructeurs
is een Nederlander: Fokker.
Om de twee dagen geven allerlei ondernemingen een
nieuwe emissie van aandeelen en obligaties uit.
Hoe komt het dan, dat ons land, dat dus. beschikt
over het geld, de constructeurs en over de kranige
jongens, die willen vliegen, zich boven eigen bodem
laat „lompen" door vreemden?
Tijdens den oorlog hadden wij èfweergesphut
zeggen zei om te Schieten op verdwaalde vliegtuigen,
die over de grenzen kwamen. Nu vliegen Engelrfchen
en Duitschers dagelijks boven onzen grond den naasten
weg van het naaste vliegveld naar Amsterdam.
Zullen die vliegers plotseling hun herinneringsver
mogen hebben verloren, wanneer het eens met Oost- of
Zuidwestbuurman tot onaangenaamheden kwam?
Natuurlijk is bezwaar tegen de vreemde vliegers,
aan spionagegevaar ontleend, overdreven. Maar het
bestaat desniettemin en we zouden wel eens willen
welen of een Nedcrlandsch vlieger voor het bereizen'
van het 'traject RotterdamBrussel—Parijs dezelfde fa
ciliteiten zou krijgen die wij den Brit en Duitscher
toestaan.
Wat de vreemdelingen bij ons kunnen gewaar wor
den vertelt elk Nederlander hun dadelijk en wij .zijn
overtuigd, dat fn alle bureaux van alle Generale Staven in
Europa alle gegevens berusten voor een landing of inval
in ons land. Tegenwerking van buitenlandsene vlieg-
diensten op grond van militaire overwegingen #heeft
geenerlei beteekenis en niet gaarne zouden wij op dien
grond deze snel verbindingen willen missen, die onze
kooplieden bijv. in staat stellen op één dag antwoord
te hebben op hun ochtendbrief naar Londen., Wat ons
hindert is, dat Nederland er buiten staat, dat het alleen
goed genoeg is om als wisselstation te dienen tot de
toestanden zóó zijn, dat het doorgaand verkeer Neder
land niet meer noodig heeft en Weenen—Londen en
Berlijn—Londen, bijv. via Brussel gaat. Alleen, omdat
wij ens er geen moeite voor gaven zelf deel te nemen
aan de zaak. Op andere wijze aan door de tegenwoordige
agente van de Ehgelsehe onderneming „Nederlandsen"
te noemen en met het predicaat „Koninklijk" te versieren.
Voor één tiende van de kosten van een fonbruik-
baren) kruiser konden wij een uptodate luchtvloot heb
ben en zelf onze boodschappen doen.
Dergelijke gedachten komen bij niemand op, wanneer
hij het verslag leest van het congres tot bevordering
van Nederland's Weermacht, waar „uitindoorna'' gepraat
en geredekaveld is over 'versterking der weerkracht en
over de noodzakelijkheid Qm de uitgaven voor leger en
vloot te verhoogen. Natuurlijk willen de belangstellende
bezoekers van zulk een "congres" die verhoogingen
niet om maar wat geld uit te geven,d och om .daardoor
de veiligheid van het land, dat nun dierbaar is, te
waarborgen. Althans beter te beschermen tegen een
aanval.
Het is juist dat subsidiaire dat ons. steeds zoo kregel
maakt. i
Ik geloof, dat ik een goed vaderlander ben. Ik weet
genoeg van onze geschiedenis om er ©enigszins trotsch
op te zijn me Nederlander te mo°en noemen en geloof,
dat vooral, waar men onze geschiedenis kent,'het feit
dat iemand Hollander is een soort introductie vormt.
Op grond daarvan kan ik me begrijpen, dat menschen,
die ons groote volksverleden kennen en er iéts voor
gevoelen, gaarne dien ouden toestand zouden willen terug
zien en het streven naar verhooging van Nederland
.weerkracht is ons dus niet alleen begrijpelijk, doch in
zekere mate sympathiek.
Als streven, als ideaal.
Er zit iets ders^eerends, iets mistroostigs, iets mie
zerigs in het feit, dat in Versailles allerlei landen en
landjes van den zoo veels ten rang een stemmetje in het
kapitaal hadden en dat zij het formeel hun toe
stemming werd gevraagd pp de besluiten der groote Vier,
terwiji Nederland thuis had te blijven en nu op het
nagras mag komen, nu alles bedisteld is. Ook quaestie's
als de Rijnvaart, waarbij wij toch zeker partij zijn. i
Dit is onaangenaam.
Maar om invloed te kunnen uitoefenen is macht
noodig, kracht, die staat achter het woord.
Èn van die kracht geen spoor.
Een sterk leger, een krachtige vloot verwacht nie
mand van ons. Slagschepen liggen buiten ons bereik.
Groote, welgeoutfileerde legers met allerlei kostbare tech
nische hulpmiddelen eveneens. Wij kunnen ze niet
betalen.
Eén modern schip kost meer dan onze geheele marine
begrooting nedraagt en de legerbehoeften, noodig om up
todate te zijn en te b 1 ij ven tot er ,over een kwart
of halve eeuw misschien weer een wereldoorlog ont
brandt, gaan ook vèr boven onze draagkracht
Dan komen de heeren van Ons Leger en Onze Vloot
die dit evengoed inzien als wij en ieder ander en
decreteeren, dat als dan het goede niet bereikbaar is,
men althans moet streven naar iets dat er bij komt.
Naar een vloot, een leger, die haast-goed zijn. Haast-
goed beteekent voor hen: bijna goed. Voor ons beteekent
het onvoldoende, ontoereikend. En hij die met eèn
vloot van minder-gepantserde, mindersnelie, minderbewa-
pende vaartuigen in zee steekt, ondergaat in onzen (tijd
van technische volmaking, het lot van eskader van Spce....
Dit is moord op de bemanning dier vloot, izoo goed
als had men haar in lekke schepen uitgezonden.
Det ijd, toen zeemanschap, enterhaak en kortjan be
slisten, ligt achter ons. Nu is het een quaestie van ma
terieel en techniek, gesteund door dat materieel. Het
kanon, dat twintig mijl draagt, is veilig voor den aan
val van hem, die slechts 19 mijl schiet. 'Veiligbehalve
uit d.e lucht en uit de diepte. Veilig behalve voor de
technische wapens. Wapens die thuis behooren in het
arsenaal van den sluipmoordenaar, doch die nu een
maal in het 'oorlogshandwerk zijn erkend sedert de
krijg zijn ridderlijkheid verloor.
En juist die wapens liggen binnen ons bereik wat
financieele draagkracht betreft
Speciaal de luchtvloot. En tezelfdertijd biedt zich een
prachtige gelegenheid tot voortdurende practische oefe
ning, tot het beproeven van allerlei septimen, wanneer wij
maar zoo vriendelijk zijn onze boodschappen zelf te
doen, inplaats van ze te laten verrichten door buiten
landers.
Vliegers, geld, constructeurs, alles is er ruimschoots
voor aanwezig en er zijn tallooze .kooplieden en fabri
kanten ook buiten Amsterdam en Rotterdam, die belang
hebben bij snelle verbinding met andere plaatsen in
binnen- en buitenland.
Zooals de Britsche marine bij haar mobilisatie een
zeer groot 'deel van haar manschappen en officieren
betrok van handelsvloot, visschers en sportsmen, zou
ons land de mannen voor zijn oorlogsvliegvloot kunnen
betrekken Van postvliegers en particuliere vliegers, in
dien er 'maar eenige medewerking en aanmoediging van
overheidswege bestond.
Als er eens een werkelijk-Nederlandsche luchtpost
dienst werd Ingericht beschikkend over goed mate
riaal, goede landingsplaatsen en wat dies meer zij.
Dan zou er op de oorlogsbegrooting en op de gel
den voor de kustverdediging vrijwat kunnen worden
bezuinigd.
En bovendien zou Nederland dan niet zoo weerloos
zijn, zooals quantité négligeable kunnen worden behan
deld als thans het geval is nu wij .vanwege de verhoo
ging der weerkracht voortsukkelen, met „grootdoen in
miniatuur." A.
UITLEVERING GEVRAAGD.
De redacteur van de „Msb." te Brussel seint:
De N^derlandschflt regeering heeft aan het parket
van Brussel aanhouding en uitlevering gevraagd van
den autohandelaar uit Rotterdam, die beschuldigd is
van aftroggeling van f 165.000 ten nadeele van een
persoon uit Gladbach.
OOSTENRIJKSCHE MARINE-OFFICIEREN.
Naar aanleiding van het verzoek aan de Algemeene
Verecniging van marine-officieren in Nederland om ter
leniging van den nood, waarin verschillende Oosten-
rij kschc zee-officieren verkeeren. een zeker aantal
hunner een tijdelijk verblijf in Nederland ten huize
van Nederlandsche marine-officieren te doen vinden,
zijn thans een tiental Oostenrijksche marine-officie
ren gedeeltelijk te Nieuwediep, gedeeltelijk in Den Haag
tijdelijk gehuisvest.
CHINEESCHE TARWEBLOEM.
Naar de Tel. meldt wordt thans in ons land tarwe
bloem aangeboden afkomstig uit China, vanwaar
vroeger nog nimmer tarwebloem naar Europa ge
ëxporteerd werd. Integendeel bèlrok China vocfHieen
buitengewoon groote partijen tarwebloem van Noord-
Amerika, en wel in die mate, dat onlangs .eenige
Amerikaansche meelmolens een afzetgebied in Neder
land zochten, omdat China niet langer als afnemer
optrad.
Wat de hier geoffreerde Chineesche bloem betreft,
verneemt het blad, dat de kleur mooi blank-is ,en ook
de bak-aard gunstig mag genoemd worden, hoewel
een vergelijking met de Amerikaansche Patentbloem
in het voordeel van laatstgenoemde 'moet uitvallen.
Dat nochtans voor de Chineesche bloem prijzen van
ruim f 46 per 100 Kilo betaald worden, houdt ver
band met de bijzonder groote vraag naar beschikbare
bloem
De Chineesche bloem wordt hier aangevoerd in een
tot nu toe ongekende emballage, nl. drie zakjes bloem
a 50 Eng. ponden elk, die zijn saamgevoegd in één
juten zak; zij worden aldus aan den bakker afge
leverd.
Onze KLEEDING Ie ANNA PAUL0WNA verkrllgbaar
bij Firma H. STELUNGWERFF,
HEEREN MODE-ARTIKELEN Firma A. SCHENK.
DOOR NATKALY VON ESCHSTRUTH.
HOOFDSTUK I.
De zon wierp hare laatste schuine stralen in de
kleine achterkamer en schilderde ^p den blank ge-
schuurden vloer de patronen der gehaakte kanten, welke
de smalle mousseline draperieën der gordijnen ver
sierden.
Zij huppelde over de bloempotten op de smalle ven
sterbank, over de bleeke erika, de rooae, volle sleutel
bloemen en de prachtige paars en rose gekleurde kel
ken der hyacinthen, welke in hooge vazen geurden.
Zij wierpen hun schijnsel ook' op het diepgebogen,
bevallige meisjeskopje en hulden elk der zachte, zwarte
lokjes in een' gouden licht. De kleine handen werkten
met bijna zenuwachtige haast en toch lag op het lieve
gezichtje eene peinzende, verstrooide uitdrukking, als
of de gedachten achter het blanke voorhoofd verrei
verwijderd waren _van de grove keukenhanddoeken, wel
ker gaten en scheuren de vlijtige vingers zoo zorgvul-
Zeer vr ooi ijk en zonnig schonen de beelden niet te
zijn, die de phanlasie van" het jonge meisje te voor
schijn riep. i v
Het schoone gelaat droeg eeene uitdrukking van bijna
rwaarmoedigen ernst, een trek van lijden lag om de
lippen, en ae in 't oog vallend groote, donkere, diepe
oogen, door "lange, zwarte wimpers omzoomd, zagen
zoo treurig de wereld in, alsof daar nooit eenc. zon
van geluk en liefde zou kunnen schijnen. En toch stond
naast het gebogen hoofdje een bloeiende mirtenstruik,
en een smalle, gladde gouden ting, schitterde aan 'har©
nand een verlovingsring.
Zoo vaak dc blik van het jonge meisje da prop vici,
gleed er eenc schaduw over het heldere voorhoofd, /een
L «j ontsnapte aan hare lippen, en de handen
ien. een plotselinge schrik het slanke lichaam
aeed sidderen. Het werk zonk haar in den schoot,
oe groote, vreemd omschaduwde eigenaardig© o ogen
echter staarden moe en treurig naar buiten in den
bloeienden achtertuin, waar de laatste stralen der dag
vorstin tintelden boven de stil en roerloos zich ver
heffende' boomtoppen.
Maiigareta von TJttenhofen dacht terug aan de laat
ste, sombere jaren haars levens. Zij was wees, de ©eniger
dochter van een vroeg gestorven ambtenaar, het eenige
geluk der bleeke, stille moeder, die den zwaren strijd
om leven en bestaan moedig volhield, tot de dood
haar vermoeide oogen voor altijd sloot. Margareta bleef
alleen en 'zonder middelen achter. Haar eenige bloed
verwant, de broeder, haars vaders, een grillige geleerde
en vrouwenhater, bracht het offer, hare verdere opvoe
ding op een kostschool te bekostigen.
lot haar achttiende jaar bleef zij daar, toen. was
opnieuW de vraag: „waar nu met haar heen?"
Groote, uitstekende talenten had de natuur haar
niet geschonken, wel echter had deze haar zulk eene
eigenaardige, treffende schoonheid en lieftalligheid ver
leend, dat hare opvoeders op de gedachte waren geko
men, dat het tooneel voor Margareta wel de zekerste
weg zou zijn om haar gelukkig te maken.
Een brief vol bittere verontwaardiging en hevigen
toorn, door den professor, met zenuwachtig trillende
hand geschreven, antwoordde op dezen voorslag en Me
juffrouw von 'Üttenhofen haalde verlicht adem, want
bij hare bedeesde, bescheiden natuur leek haar de
loopbaan eener actrice bijna verschrikkelijk toe..
Professor von Üttenhofen riep zijne nicht tot zich.
Er was in zijn huis schreef hij, plaats voor het jonge
meisje; onder de leiding zijner voortreffelijke huis
houdster, Agnes Hauser, zou Margareta zich verder in
de. kookkunst cn de huishouding kunnen bekwamen,
en dan ,zou het verdere zich wel schikken.
Met de beste Wenschen, vol blijmoedig vertrouwen
liet men het jonge meisje van de kostschool vertrekken.
Margareta is immers zoo mooi. Zulk eenee eigenaar
dige schoonheid met hare groote, 'raadselachtig don-
Kero opgen en het blauw-zwarte glanzige, zachte haaf
zij zal alle harten veroveren en vroeg trouwen, dat
zal wel de beste oplossing der vraag zijn.
Ja hare schoonheid, ieder dacht, dat deze heer
lijke vrijbrief zeker het toovermiddel zou zijn, waar
mede de zeven grendels voy 'de poort des geluks ze
gevierend weggeschoven kondon wordna en toch Va»
De aanbiedingen van Chineesche bloqjn hebben de
regeering genoopt ook aan deze zijde inkoopen te doen.
VERGIFTIGING.
Dinsdag hebben zich te Rotterdam een aantal geval
len van vergiftiging voorgedaan. In de Generaal van
der Heydenstraat zijn in het gezin Van Oosterom de
vrouw en twee kinderen ziek geworden en op een
hofje aan den Goudschenrijweg het gezin van Ne-
dernand en dat van Jansen èn een kostganger.
Allen hadden rookvleesch gegeten, geleverd door een
slager in de Generaal v. d. Heydenstraat
Het vleesch is daar in beslag genomen en 'aan het
abattoir voor 'de consumptie afjgekeurd.
VAN LOONEN GESPROKEN.
Men schrijft aan het „Centr." t
'k Raakte dezer dagen in gesprek met een straat-
maker.
De man wist te vertellen, dat hij een loonlijst van
timmerlieden onder de oogen had gehad. Een kennis
van hem kwam er op voor met een 'loon van 64
gulden. f
„Een knap loon zei de straatmaker maar 'k heb
deze week ook aardig gebeurd: ruim 80 gulden, maar
m'n joggie van 13 jaar heeft me geholpen, en k kon
zoo maar „door leggen", 'k Ben niet aangesloten bij
den bond, anders was m'n loon per vierk. imeter
nog 5 cent hooger geweest en had ik het deze week
tot "kort bij de 100 gebracht."
DE W1NTERDIENSTREGELING VOOR DE SPOOR
WEGEN.
Naar wij vernemen, zal de Winterdienstregelmg' voor
de Spoorwegen op 25 October a.s. in werking treden.
DE A.S. VOLKSTELLING
Uit 's Gravenhage, 29 Sept. Heden heeft een
conferentie plaats gehad tusschen het bestuur der Ver.
v. Nederl. Gem. en een deputatie uit de vergadering
van alle gemeenten in Noordholland, onlangs onder
presidium van den directeur van het Centraal bur. voor
de Statistiek in het stadhuis te Amsterdam gehouden.
Bij monde van den heer Broers, secretaris van Wor-
merveer, werd uiteengezet, dat de rijksvergoeding door
de volkstelling aan de gemeenten uit te keeren en
bepaald op 12 cent per ziel, veel te .'gering is en dat
dit minstens 20 cent moet zijn, in welk geval de ge
meente toch nog een vierde der kosten voor hare re
kening moet nemen. Na ee nwarrn debat, waaraan door
alle heeren instemming werd betuigd met het voorstel-
Boers om bij den minister op vêrhooging aan te drin
gen, opdat de gemeenten niet te zwaar zouden ge
troffen worden, verklaarde genoemd bestuur op zich
te nemen deze belangrijke zaak bij den minister te
zullen bepleiten.
RIJWIELVERVOER PER SPOOR.
De Kampioen verneemt, dat het voornemen bestaat
om het vraagstuk van het rijwielvervoer per spoor door
een commissie uit de Nederlandsche Spoorwegen en den
A.N.W.B., Toeristenbond voor Nederland, nader on
der de oogen te laien zien.
ONREGELMATIGHEDEN BIJ DEN TELEFOON
DIENST TE AMSTERDAM. ONTSLAG VAN TWEE
H OOFDAMBTEN AREN.
„Het Volk" meldt:
Bij informatie naar loopende geruchten omtrent het
plotseling ontslag van twee hoofdambtenaren bij een
der gemeentebedrijven vernamen wij ter bevoegder plaatse
het volgende:
Door de wethouders Wïerdels en Abrahams, den di
recteur en den hoofd-ingenieur der gemeentetelefoon
werd een ernstig onderzoek ingesteld naar onregelma
tigheden. door twee hoofdambtenaren, den algemeenen
bedrij fecnef-ingenieur der telefooncentralen en den be-
drijfechef der centrale „Zuid", gepleegd in de vervulling
van hun betrekking-
Maandag heeft in de centrale „Centrum" en daarna
in de centrale „Zuid", onder leiding van den Wetliou-
der tier Bedrijven een langdurig en uitvoerig verhoor
plaats gehad van verscheiden personen.
Voor zoover uit het onderzoek is gebleken, is de
schade, door de gemeente tengevolge van onregelma
tigheden geleden, niet van beteekenenden aard. Een
poging om voordeel te trekken van een leverantie aan
de gemeente was mislukt Toch bestond Maandagmid
dag voldoende aanleiding om de twee bovengenoemde
hoofdambtenaren te schorsen. Zij waren beiden in het
particuliere bezit van automobielen, waarvan de stalling,
de bediening «n het onderhoud niet geheel gescheiden
gehouden werden van de rekening der gemeente.
Woensdag hebben B." en W. net besluit genomen,
de geschorsten op «taanden voet en oneervol te ont
slaan.
LIJMBANDEN OM VRUCHTBOOMEN.
De Phytopathologisce Dienst schrijft ons:
Het tijdstip, waarop de lijmbanden om de stammen
der vruchtboomen moeten worden aangelegd is weer
daar. Zooals bekend is worden deze banden aangelegd
om te voorkomen, dat de vrouwelijke wintervlmder*
die nu te voorschijn komen en die, door gemis aan
vleugels tegen de stammen der boomen moeten op
klimmen, hare eieren 'aan de takjes kunnen' leggen.
De rups, die uit de door de vlinder gelegde eitjes
komt, is de zgn. trekmade, een kleine, groene span-
rups. die vroeg in het voorjaar aan (le knoppen van
allerlei vruchtboomen vreet en later zoowel de blade
ren als de bloemen en de vruchten aantast Vooral de
bloemen en bladeren van appelboomen en de bladeren
en vruchten van kersenboomen worden in zeer sterke
mate aangetast en daar de trekmade in zeer groot aantal
op de boomen kan voorkomen, kan de door haar aan-
geriente schade zeer groot zijn*
Nu is de eenvoudigste en meest doeltreffende be
strijding van de trekmade in boomgaarden die met
lijmbanden. Om den stam, op ongeveer 1 M. boven
den jgfrond, wordt dan een pl.m. 8 c.M. breede band
perkamentpapier '(liefst groen van kleur) gebonden met
twee touwtjes en daarop wordt een laagje zgn. rupsen-
lijm gesmeerd d,i. een praeparaat, dat zeer lang ((ver
scheidene maanden) taai kleverig blijft Het is noodza
kelijk, dat deze fijm lang kleverig blijft, omdat de
vrouwelijke vlinder vanaf net begin van October (na
de eerste nachtvorsten meestal) tot in December of
Januari te voorschijn kunnen komen. Lijm van goede
kwaliteit kaó zoo langen tijd haar kleefkraeht behouden.
Het is noodig, dat alle boomen in een boomgaard
van lijmbanden worden voorzien, opdat de vlinders
geen gelegenheid hebben, hare eieren te leggen. In
boomgaarden met onderbeplanting. waarop uit den
aard der zaak geen lijmbanden gebruikt kunnen wor
den, kunnen i.d. winter met een 8 pet. ca rbolineu mop los
sing worden behandeld. Voor staraboomen (ook zgn.
struikvormen) is het aanleggen van lijmbanden de beste
bestrijdingswijze.
Inlichtingen over de wijze, waarop de banden moeten
worden aangelegd, zoomede adressen waar goede rup
senlij m te verkrijgen is, worden verstrekt door den Phv-
topathologischen Dienst te Wageningen en door de
op verschillende plaatsen gevestigde technische ambte
naren en controleurs van dien Dienst.
DE DROOGLEGGING DER ZUIDERZEE.
Op het eiland' Wieringen zullen in verband met de
afsluiting en droogmaking van de Zuiderzee verschil
lende belangrijke werken uitgevoerd moeten worden.
In de eerste plaats zal, de over de afsluiting ontworpen
spoorweg zoomede de weg voor het gewone verkeer
het eiland in de lengte-richting doorkruisen; verder
is ter voorziening in de afwaterings- en scheepvaart-
belangen een kanaal van de west- naar de oostzijde van
het eiland aan te leggen en eindelijk zal de waterkeö-
ring langs de noordzijde van het eiland verzwaard
moeien worden. Deze werken zullen een lange voor
bereiding eischen, daar zij verband met elkaar' moeten
houden, terwijl voorts onteigening hiervoor noodig zal
zijn, waarmede eveneens veel tijd gemoeid zal zijn, In
verband met een en ander is reeds, thans aangevangen
met de -noodige terreinopnemingen op Wieringen.
Het ligt in het voornemen óm in 1921 over te gaan
tot den bouw van een haven aan de oostzijde van
het eiland Wieringen nabij den Oever. Aldaar is thans
een kleine fiaven aanwezig, 'die echter geheel onvol-
doende is om te kunnen dienen als werkhaven bij de
uitvoering der zeer omvangrijke werken, welke in de
nabijheid uitgevoerd zullen worden. Voorts laat het
zich aanzien, dat, wanneer de sluizen van het IJsel-
meer nabij den Oever gebouwd zullen zijn en de
aan het westeinde van het eiland gelegen haven van
de Haukes niet meer aan de open zee zal zijn gele
gen, de bestaande haven van den Oever als hanaels-
en visschershaven veel te klein zal worden, zoodat
ook uit dien hoofde op den duur nabij deze plaats over
een veel ruimer haven beschikt zal moeten worden.
De in het volgende jaar te bouwen nieuwe haven zal
dus aanvankelijk als werkhaven hebben dienst te doen
en later opengesteld kunnen worden voor het gewone
scheepvaartverkeer.
De bouw van deze haven is een omvangrijk werk, zoo
dat met de uitvoering zoo vroeg mogelijk in het werk-
seizoen van 1921 aangevangen zal moeten worden, wil
men het werk in dat jaar kunnen beëindigen, hetgeen
gewenscht is, teneinde in 1922 met verdere werken en
in 't bijzonder met de voorbereiding van den sluisbouw
te kunnen aanvangen.
WIERINGERWAARD.
Woensdagavond vergaderde de vereeniging Het Witte
Kruis, onder leiding van den heer C. Haringhuizen.
Aanwezig maar weer 7 leden, w.o. 5 bestuursleden-
De door den heer D. Sleutel voorgelezen notuler
worden onveranderd goedgekeurd. Voorzitter deelt me
de, dat we eene Rijkssubsidie edL f 65 hebben ontvangei
ter bestrijding T.B.C. Van de Ned. Centrale vereeniging
tot bestrijding der T.B.C. is een verzoek ingekomen
om de contributie van het lidmaatschap te willen ver
hoogen. Op voorstel van het bestuur wordt besloten
dit te stellen op f 2 ingaande 1 Jan. 1921. Voor het
groote plan om te Oost-Voorne een nieuwe zeekolonie
te stichten wordt besloten f5 af te staan aan het
Centraal Genootschap voor kinderherstellings- en va-
cantiekolonies.
In verband met een circulaire van Dr. Aldershoff
aan de afdeelingsbesturen wordt besloten dat de af-
deeling van het Witte Kruis op denzelfden voet zal
doorgaan met. de eventueele ontsmettingen, doch dat
de daarop vallende kosten zullen worden verhaald op
het juist deze schoonheid., welke haar den harden, .een-
zamen levensweg .veel moeilijker maakte. Wel had de
professor verrukt naar het lieve gezichtje gekeken en
het niet verheeld, dat het icyisse nichtie een buitence-
7,'oon ssunstieen indruk op hem maakte. maar hij
was niet genoeg menschen- en vrouwenkenner om zijn
goeden smaak, zorgvuldig voor Agnes Hauser, de huis
houdster te verbergen.
Een giftige, booze blik uit de gezwollen oogen der
^•onfeilbare" trof de fonge logée, een blik welfce, ook
zonder woorden^ eene oorlogsverklaring bevatte!
JDé weduwe Ajgnes was volstrekt "biet zeer gesticht
over de nieuwe vermeerdering harer huishouding. Op
hare bondige, scherpe manier had zij den professor
verklaard,Op de handen kijken en J>espionneeren
laat ik mij niet door zoo'n bakvischje en ik wil mij
ook ge ene opzichtster voor den neus laten zetten. Als
dat juffertje misschien zou willen probeeren mij hier
uit huis te verdringen, dan ga ik liever iterstond, want
ik heb Meneer den Professor niet bijna 28 jaren trouw
en belangeloos gediend om nog op mijn ouden dag
door zoo'n ding, dat pas komt kijken, gecommandeerd
te worden."
Meneer von Üttenhofen ontstelde. Zijne Agnes. Zijne
onfeilbare Agnes, de eenige, die al zijne eigenaardig
heden kende, die juist zoo kookte, als hij het 'gaarne
had en zijne maag het kon verdragen die Agnes
zcu hij moeten verliezen? Nooit'
Eindelijk gelukte het door plechtige verzekeringen,
geschenken en goede woorden de oude heks te bewegen
Margareta in huis op te nemen. En nu was zij geko
men, schoon als een engel, vriendelijk en beminnelijk.
En de professor zat zich in de handen te wrijven en
meesmuilde: „Nu Agnes? Die kan zich laten zien.
Wat zullen de menschen zeggen, dat ik zulk een nichtje
heb .Ja, Ja, de Uttenhofens waren allen knappe men
schen."
Agnes bromde binnensmonds iets op norschen toon
en zeide toen schouderophalend: vbrcnoonheid ia een
geschenk de£ duivels en neeft reeds veel onheil in d$
wereld gebracht. Zulk een glad gezichtje wil bevallen
en neemt het nief zoo nauw met trouw ten deugd. Me
neer de Professor zou wel eens moeite kunnen krij
gen, met zijn nichtje te bewaken, want het is gemakke
lijker op een schepel' vlooien te possen dan og eend
schoone vrouw."
„O' 8T' had de professor zeer ontsteld en angstig
gezucht en Agnes had de deur dreunend achter zich
dichtgeslagen. Daar buiten bleef zij staan en zette toor
nig de handen in de zijden.
„Dat ontbrak er nog.maar aan^ .{Jat de profeesor
nog aan trouwen zou denken. Als dat kuikentje eens
zin mocht krij^n in de waardigheid van huisvrouw.
Ha ha' Agnes is er toch ook nog >en de duivel zou
er de hand in moeten hebben, als ik niet de baas
blijf."
Welk een treurige, verschrikkelijke tijd voor Marga
reta. Wat zij ook deed om de heersehzuchtige. .knor
rige vrouw vriendelijk te stemmen, het hielp toen niets,
zij was en bleef hare geheime, verbitterde vijandin, die
voortdurend listen bedacht om verdeeldheid tusschen
oom en nicht te brengen en de laatste tiet huis uit te
drüven-
Margareta werkte met histeloozen ijver van 's mor
gens vroeg tot 's avonds laat en yerrichtte blijmoedig
ook zelfs net zwaarste meidenwerk, hetwelk Agnes haar
boosaardig oplegde. Haar eenig genoegen en uitspanning
waren hare muziek oefeningen, die zij des te ijveriger
voortzette, daar haar goedhartige en vriendelijke leer
meester een niet gewoon talent tot preludeeren en phan-
taseeren bij haar ontdekte. Zij was zeer ijverig en
leerde gemakkelijk, vooral vond zij het prettig ver
schillende instrumenten te bespelen, en hoewei die pro
fessor eenigszins ongeduldig de schouders ophaalde en
zeide: „Je behoeft toch geen kapelmeester te worden,"
toch keek hij glimlachend en vol belangstelling naar
het bekoorlijke meisje, toen zij hem op zekeren dag met
gloeiende wangen en oogen, die er in hunne bezieling
nog grooter en donkerder uitzagen dan anders, op de
groote harp van haar leermeester eene zeer eigenaardige,-
zwaarmoedige melodie voorspeelde.
Meneer von Üttenhofen verróste Agnes op zekeren
dag met het besluit: „Ik 'wil met Margareta visite»
gaan maken. Dö winter is aanstaande er zijn in on»
kleine stadje niet vele maar toch eenige pretjes te
genieten, die zal ze meemaken."
„En met welk doel?" riep de oude vrouw op vfn-
nigen toon nijdig uit. „Denkt u, mijnheer de Professor,
dat baljaponnen niets kosten?"
„Om tiet even. Het offer moet gebracht worde*.