Alieicci Nieuws- Mmintii- LnüiuHil Donderdag 16 Februari 1922. 65ste Jaargang. No. 8377. Uitgevers i N.V. v.h. THAPMAN Co Schagen. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. Reclames. Gemengd Nieuws. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver- tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. POSTREKENINQ Nó. 23330. - INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden fl.65. Losse nummers 8 cent. ADVERTEN- TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno. inbegrepen). Groote letter9 worden naar plaatsruimte berekend. Zitting van Dinsdag 14 Febr. 1922. Het gemak dient den mensch. Als inleiidiing vandaag een beklaagde, die zich aan (bedelarij had scbuilidig giemaakt Het was de 58-jarige voerman Petrus Amod-dua Ivrametr, een voerman., in ©baat tot weaikieni, maar op 't moment toch aan 'it eind van dien akker. Hij vroeg den 20siten Januari jl. te Alkmaar een politieagent om spie en legde alzoo eer sollieden giroiriidisfl&igi toiti een verbaal wegens bedelarij. En nu was die dag voor de terochtsteiliig daar. Dit was - diezestiende maai, dat hij; "terechtstond. Er werd tegen Kramer 3 dagen hechtenis en 2 jaar en 3 maan den rijkswerkinTichting gevorderd. Niet zijn zin. Johain. Frederik 'Munik, 'los werkman, en 26 jaar oud zwerft zondier vastte woonplaats den aardbol rond. Hij klampte op 9 Januari te Alkmaar een politieman aan om een aalmoe®. Heden terechtstaande, wiLdo on ze vriend; graag een poos in de rijkswerkinrichting werden opgenomen, bijvoorbeeld totdat straks de heerlijke 'Meimaand weer in 't land' is. Maar zoo dacht mir. Heymans, de Officier van Justitie, er niet over. iDe rijkswerkinrichting is nu ook weer geen tij delijke logeerplaats, zooaJs die 'Munk dat bedoelt. En de eisch luidde ten slotte 12 dagen hechtenis. Daar mede was het pas. Een kans gekregen. Daarna w«?d hervat die onlangs reed® hier behan delde zaak tegen Jacdb .Broers, een ingezetene uit Schagen, dille .toen terech.tst.pnd als penningmeester eener vereendginigi, waarvan ihij dat geldelijk beheer niet goed had gevoerd. Beklaagde, hoewel' hij zich de reis had. getroost, heeft het (uitroepen van zijn zaak zeker niet gehoord, kwam althans niet opdagen en vond de behandeling nu plaats, zonder dat beklaag de in de zaal aanwezig was. Geëischt werd 4 maanden gevangenisstraf voor waardelijk met 3 proefjaren. Beleediging. Elisabeth Kok, echitgenoote van Pieter Blokker te Grootebroek, nam den 29en 'September jl. aldaar de vrijheid om haar buurvrouwtje Aifra Visje, die met Simon Beets getrouwd is, ite beleedigen 't Waa lang niet van. heit mooiste, wat Afra te (hooren kreeg. Dieuwerjte Apeldoorn, 'Piet Ligthart'a huisvrouw, wist 'er alles van/. had. Betje-huur in volle kijacht hoo ren schelden!. E'Hisabetib's inoeite om Afra te beleedit- gen, werd beloond met ©en eisch (tot, i 2S boete of 25 dagen hechtenis. Om de appeltjes. We kregen nu drie beklaagden aan een bosje, boe renjongens uit Opperdoes, Jaap Vijn, Klaas de Leeuw en Douwe die Leeuw genaamd! en van 18- tot 20-jari gen leeftijd. Ze hebben het op 't erf en den boomgaard van hunnen dorpsgenoot Th. Molenaar in den.avond van 2 Octoher jL een beetje bont gemaakt. Zij bevon den zich daar met het doel' om wat van. de heerlijke appelen daairi te smulden. Tenminste dat dacht Piet Molenaar, een zoon van Thijs ervan, toen hij toevallig zelf wat appeüen zou halen en er de ongenioode gas ten ontmoette. Daar Piet, ddie al' wat veracht, gefluis ter en geritsel hoorde in deni stillen, maar donkeren' OatoberavoncL, o.nraaidi vermoedde, nam hij gauw, niet anders kunoe^dte viindeni, een ouwe paal mee els war pen, al zat daar toevallig nog een spijker fin. De 19-jarige iDoede de Leeuw, geen faimittdaEd, doch alleen maar naamgenoot van. de medebeklaagden van Vijn, was met (Bieten Modfeniaart meegegaan, naar den boomgaard. En dat. was maar goed ook. Want lang duurde het] niet of Jaap Vijn (had (Piet ite pakken en gooide ham over dien grond. Maar Doede wist' Jaap van Piet af te krijgen. Toen nog een beetje kibbelen, over het gevalletje en vervolgens verschenen» Klaas en Douwe de Leeuw, die itoent Piet Molenaar^ aan vielen, ■Vijn best reedt echter dez© voorstelling vöü zaken, door Molenaar gegeven. Zeker, Vijn was daar ge weest, dat! wel. Maar itoen Piet en Doede kwamen, achoOidien die hem voor düef uit- Ik ging heen te vra gen zegt Jaap, waarom men imJJ( uitschold. Toen kreeg tfk van Piet een klap met eenpaaiL Molenaar spreekt dat tegen. Douwe heeft eerder verklaard, alleen Molenaar op den grond ito hebben gewerkt!. Daarvoor had hij geen ander (noodig. Douwe zegt nu, te hebben bedoeld dat hij het alleen» wol zou kimmen,' niet, diat hij het alleen •zou hebben gedaan. 'Hij was op het geschreeuw dat hij hoorde, den spoorifijn langs op Molenaar's erf ge komen. Klaas de Leeuw galf toe, er ook geweest te zijn, maar hij had niets gedaan. De vedediigor van Vijn zegt, dat zijn cliënt nog al tamelijk gewond is geworden. Plet Molenaar zegt, niet te hebben "geslagen met de Pial,. me ar Vijn km wel diaariin' gegrepen hebban. lot 'heeft voorts niet. zelf werk van de zaak gemaak' maar do poliltio la bit hem geweest en heeft het voor gevallene gerelateerd en verhaal opgemaakt. Doede de Leeuw zegt, dat Vijn, zoo gauw als Piet Molenaar over 'it hek stapte, dezen op den grond wierp. Do O.v.J. vroeg toni opzicht© vami d© beklaagden Klaas en, Douwe do Leeuw, allebei vrijspraak, daar wat het hen ten laste gelegde betrof, het bewijs omt- bruk. Tegen Vijn werd 120 boete of 20 dagen hechtenis geëischt. De raadsman van Vijn, Mr. Kusters., achtte het be wijs ook wat Vijn betreft, niet geleverd en conclu deerde tot vrijspraak voor rijm cliiönt. A la Tulle. De 41-jarige kleermaker Jacobua Brandoween van Avenhom vooldo zich geroepen om herhaaldelijk ano nieme briefkaarten te richten, aan den gemeente secretaris, tovens gomocnte-ontvsunger, t© Avenhom, den heer Abraham .Pieter iSmit». Die 'briefkaarten be troffen ©en besproking tusschen Smit.s en de Arm voogd ij on do tailleur veroorloofde zich' beleedigemde uitdinukkiingen ten aanzien vaat Smits. Be anonieme fraaiigheden werden gevolgd door briefkaarten die Jocobüs omdorteekende en waarin hij eveneens beloe- digingon uitte. Op 27 December heeft Burgemeester de G,root van Avomborh oen briefkaart van beklaagde ontvangen met voor Smits boleodligenden inhoud en stelde den »beleedigde (met dJen inhoud op die hoogte. Smits achtte rioh ten slot.tte genoodzaakt, klacht© te te doen en zoo geraakte de zaak aan 'fc rollen. De Preeident vroeg Burgemeester naar 'ji onder grond van deze geschiede nis. Maar de Burgemeester wist dien niet 't Was al een» oude kwestie, van een 15-tal jaren ongeveer geledon. Beklaagde had het idee, dat er iets niet in den haak was met een afre kening van den heep Smits. De Burgemeester had aan beklaagde de vraag ge steld of die klacht had tegen den secretaris en be- klaagde' hadi dlaarjop geantwoord, dat hij daarmee over een half jaar wel een® voor den dag zou komen. (Beklaagde zggit heden, ik meende, dat het, toen het mij gevraagd werd, nog geen tijd was. ïk erken nu, dat ik verkeerd gehamdedid» heb. Ik meende, dat de afrekening van Smits tniïeti lih orde was, maar dk heb niet goed gehandeld. De hr. Smits, oud 63 jaar, secretaris en ontvan ger van Avenhom, zegt, na de herhaalde beleedigen- die uiitdruikikingen 1n het geschrijf een aanklacht te I hebben gedaan. De afrekening destijds met den nu reed® lang overleden Armvoogd die Haan was vol gens den heer Smits wed terdege in. orde, ad werd des tijds gesproken van een verschil van f 300 in het ba tig saldo. Dat batig! saldo was f 83 en niet f 383. Ook •heden nog doet de heer Smits de rekening met de Armvoogdij. Een- paar weken gefledten nog is de reke ning behandeld en door Armvoogden getoete end. Ge tuige Smits verklaart op de desbetreffende vraag van den President zaich niet te hebben verrijkt ten koste van de Aranvoogdllj, De verdediger van beklaagde verklaart, het ndet noodig te achten die getuigen decharge te hcoren. j De heer Officier is van. meenimg, dat het itëet het |doel is deü beklaagde de gevangenis in te werken, j maar. meer om aan diens geschrijf iaën einde ite ma ken. Aanvankelijk heeft de O.v.J. de zaak van het beleediigendi geschrijf nog in der minne willen schik ken^ maar mui beklaagde daarmee doorging, moet deze aan den lijve gevoelen, dat het zoo niet gaat. Er is •behalve die' bewuste briefkaart van 27 'December nog een beleeddigiend; schrijven, dat beklaagde aan dien secretaris zelf heeft geadresseerd en beklaagde heeft 'daarilnl doen uitkomen, 'beleedagende pa/mflette: im j verschillende plaatsen te willen aanplakken. Al;, be- l klaagde iri»et ednddgt met beleedigen, zal opnieuw ver- volging tegen» hesm worden ingesteld. De O.v.J. eisch t© nu tegen Bran»d©ween f 10 boete of 10 idiagen hecht. Mr. Kusters, raadsman voor beklaagde, fliioht de on dergrond van de geschiede nis toe, waarbij sprake was in 1906 of '07 »van afrekening tusschen het nu overleden lid! der Armvoogdij' J. idie Haan en den heer i Smits, waarbij die lieer de Haan meende, dat een ver schil van f 300 in het ba/tig saldo was. Een dienstbo de zou daar verder over hebben gesproken, maar g&- bleken is, dat die rekening dim orde-was en dat Smits geen verwijf trof. De geschiedenis is gebleken inder daad) niets anders dan- een praatje te zijn en de af- I -rekening van Smits waa in orde. Pleiter zegt, dot be klaagde thans spijt heeft en zelf overtuigd ds, dat i Smits geen blaam treft. j Die' raadsman boopt, dat 'bij het uitspreken t^rva von nis wat rekening gehouden zal wonden met beklaag- do's middelmatige ontwikkeling. I Beklaagde verklaart desgevraagd aan den Presi dent werkelijk spijt te hebben, Beklaagd© betuigt ver- volgens openlijk aan den heer Smits rijn spijt over i het gebeurde. En de heer Smits verklaarde daarme de genoegen te nemen. De konijntje vergeten. iNu volgde hervatting van de onlangs behandel de z®ak tegen beklaagde Aal'ti Epe,'boscbwac.böer bij het Staatsboschbeheer op Texel. De zaak is kort gel-eden I hier reeds im behandeling geweest en ging over een aan E»pe ten laste gelegde te lage aangifte van zijn inkomen voor de belasting, voor het tijdvak 30 April 1919 tot 1 Mei 1920. I De heer M. Molenburg, inspecteur bij -het belsaetimg- wezen te 'Den/ Helder, vertrouwde de gedane opgave 1 niet en had de overtuiging, 'dat die* ,te laag waa, daar er nog baten van de opbrengst van geschoten konlj- I nen bij bekkend had moeten rijn. De heer Molen burg 'lichtte rijn© imeending jin deze toe, maar beklaag- I de beweerde, geen te lage aangifte te hebben gedaan enbleef dit standpunt verdedigen, i De heer Officier zegt, dat beklaagde minder heeft opgegeven idain hij had moeten doen. Het inkomen fis miinsttena ©enige honderden guldens meer, dam is opgegeven. (De O.v.J. eischt nu <M© weken gevang, te- i gen Epe. j (Mr. Josdfu© J-iitfta uit Amsterdam treedt op als ver dediger en concludeert tot vrijspraak van rijn cliënt subsidiair lichtere atiraf. Flauwe pret. i (Hendrik de Munfc uit Alkmaar is als beklaagd© af wezig. Hij heeft den 27en November jl. ter zijne woon- stede ©en gj oot glasruit tier waarde van f 13.50 dnge- slagen bij den slager L. Biskanter. Deze, een forsche »baa®, achterhaald© echter onzen vriend en bracht j hem maar het' politiebureau. Een paar voorbijgangers hadden de vernieling rien plegen. Vorig© week kon deze 'zaak ndtet doorigiaam daar die- getuigen niet waien opgekomen. De O.v.J. ©ischte tegen d© Munk f25 boete of 25 dagen hechtenis. Wat minder kwebbelen. PetronellLa Maria 'Luiers, huisvrouw Bruul te Hel der, had rich op 30 November beleeddgende uitdruk kingen aan het adres van buurvrouw de Boer ver oorloofd', toen zij over deze stond te kwebbelen. Maar •daarmede li©p juffrouw Bruul, geboren Luters, thans ©en eisch op tot f 20 boet© of 20 dagen brommen. Vrouweliike hulp. Neeltije Kok, d© 46-jarife'© weduwe van Dirk Groon te Egmond aan Zee, moest vervolgens voor komen. Den 12en November jl. bevond zij zich dn de duinen te Egmiood Binnen, waar op ©enigen afstand van hoor een paar strooper» met honden bij zich, bezig waren. Toen de onbezoldigde rijksveldwacbterd&cht- •opziener A. van Beek. rich naar dl© strooper® wild© begeven met het doel hen te bekeuren, stelde Neeltje rich in rijn weg en mishandelde rij van Beek door (hem pardoes met d© klomp in hot aangericht t© slaan terwijl rij maar d© «troopers had geschreeuwd, dde rich daarop uit de voeten maakten. De eisch tegen Neeltje was een maand gemmgendsstraif. Opzet niet gebleken. Daarna moest jachtopziener van Beek terechtstaan, beschuldigd, dat hij Neeltje Kok met een stok had ge slagen op dienselfden 12en November., De 26-jarig© Glosina Zwart, vrouw van M. N. de Waard, beweer de, dat te hebben gezien. De jachtopziener ontkende, Neeltje Kok te hebben gesHagen. D© O.v J. is van oor deel, dat iniet gebleken i® het opzet van mishamde- ling en vraagt vrljapreak. Zitten of betalen. Clasdna Zwart, komt daarna voor het bekloagdcn- baiikje. Haar ia ten laste gelegd, dat zij 12 Novem- bei-JL ©eit p^r echoenen, die de Jaohtopziouer vaa Beek toen In het duin had neergezet, had gestolen. Clasten omnde en rij verweet bovendien van Beek, dat di© te :laf is om de stroopers achteima te gaan. De O.v.J. wees er op, dat de entecedenten van Cla sdna goed -zijn en «dacht© 'tegen beklaagde, f20 boete of 20 dagen ritten. Wat een ruzie tochl Jorimius Johannea Dijkemo, een stevige 47-jarige Inwoner van Sint] 'Maartensvlotbrug, gemeente Zijpe, stonidi terecht wegens op Zaterdag 10 December jl. ge- pledgdo müshamideling van rijn buu'rva-ouw Johanna Bakkc.-, echtgenoot© vajn C. Weij. Haar 18-jarige zoon Jaco.1. had gerien dat moeder door Dijkema werd ge slepen. Beklaagd© zegt, niet geslagen te hebben. iDe eisch tegen Dijkecma luidde f >10 boete of 10 da gen hechtenis. Helden! Evert Nol, arbeider, oud 24 jaar en Kees Kieft, een 22-jarige kastelein, belden uit de gemeente Noord en Zuddschermeer, hadden op 7 December jl. den fcreo- rigom moed om bij den veehouder P. de Geus, te Drie huizen. ©en edosruit «tuk 'te kieperen. Wel is 'de scha de vergoed geworden, maar d© Geus, die ai1 ter rusle wast schrok rich een ongeluk bij dkt ongewoon 'la- waad. D© O.V.J. eischt© tegen beklaagden ieder f 30 of 3C dagen hechtenis. Nol beweerd© nu, een hekel aam d© Geus te hebben. Daarom waa het gebeurd. Do O.v.J. gaf te kennen, als hij dat geweten bad, dan zou Z.E.G. gevamgenis- siaaf hebben gevordecd. Deuren dicht Volgt een kindseirwettenzaak met' gesloten deuren. Ook geen brave. Michiel Gooijer, ©eni 24-jarig© tuimder uit Heems- kerk, moest daarna 'terechtstaan voor ©en tweetal fei ten, namelijk vemdefiing en openbare schennis dar I eerbaarheid. Tijdens de behandeling van iaatatg©- noemdi feit werd de zaak met gesloten deuren behan- i deld. Wat betref t de vernieling vond' behandeling in ihetl openbaar plaats. Beklaagd© was in den 'nacht van 21 op 22 November jl. beschonken geweest en had I dn een wagon van de N.- ©n Z.-Holiandsc-h© trara- wegmaatschappij ©en glazen 'ballom vembrijzeüd. De O.v.J. edschte tegen Gooijer, die al meer straf - fen achter den crug heeft, een maand gevangenisstraf. Een zaak met gesloten deuren tot beatniit. A.s. Dinsdag uitspraken. Tegeu leverkwalen, galzucht, hartwater, verstopping en alle voedingsstoor nissen gebruike men. de zeer zacht werkéndé Fostér's Maagpillen, welke geen krampen veroorzakèn en geen verstoppende reactie hebben. Prijs f 0.65 per flacon, alom verkrijgbaar. EEN SENSATIEROMAN, DIE WERKELIJKHEID WERD. De Weensche correspondent van het Hdbld. schrijft: Verleden week werd hier groot opzien géwékt door het officieuze bericht, dat op aen straatweg van Venetië naar Mestre de gewezen Oostenrijksche kapitein tér zéé, baron Mainburg, op zijn terugreis van Genua naar Weenen in zijn eigen auto vermoord en beroofd was. i De Oostenrijksche en de Italiaansche politie werdén aan het werk gezet, en uit hun nasporingein bleek, dat één i baron Mainburg in het officiersboekje van de Oosten- rij ksch-Hongaarsche oorlogsmarine niet voorkomt. Maar i aan den anderen kant was het bericht afkomstig van het officieuze correspondentiebureau, dat het op verzoék van het Duitsche gezantschap had verspreid. Men stond voor een raadsel, dat druk besproken werd. Wie was er eigenlijk vermoord, en waar was de mysterieuzé daad gepleegd? Want de Italliaansche politie wist van niets. Ten slotte bleek, dat de gescheiden vrouw van één 1 ambtenaartje bij de post, GeJJ loer, de heelé géschié- I denis uit den duim had gezogen en dat de moord op j den baron slechts het laatste hoofdstuk vormde van* een sensatieroman, dien mevrouw Gelloer voor een dérdén persoon, ,het gemeenteraadslid en wethouder voor dé levensmiddelen voorziening Frommel, van de kleiné stad Voeslau bij Weenen, opvoerde blijkbaar alleen mét het doel, zich interessant te maken. Zij was daarmede reeds meer dan een iaar geledén bégonnén, én toén zé ten slotte den draad kwijt raakte en niet meer wist hoé ze zich er uit zou redden, was ze gedwongen haar held, den zoogenaamden baron Mainburg te laten sterven. De geschiedenis was zoo begonnen, dat mevrouw Gel- j loer, toen zij op het eind van 1920 den heer Frömmel leerde kennen? zich uitgaf voor de pleegdochtér van een baron Mainburg, van wien zij een groot vermogen zou erven. En daar men van de eene leugén in dé andere vervalt, was itoevrouw Gelloer natuurlijk gedwon gen iets naders over dezen pleegvadér medé té dèelen, en zij deed dat ook, op een wijze waardoor de belang stelling van den heer Frömmel ziënderoogen toénam. Zij I vertelde n.1. dat haar pleegvader in de landen van dén I Beneden-Donau vertoefde en daar jgroote lévénsmiddé- lenzaken vdieed. Nu had Frömmel juist levensmiddtelén noodig, want hij moest zijn vaderstad daarvan voorzien, en «rus verzocht hij de pleegdochter, bandelsrelatiés met haar pleegvader aan te knoopen. Déze zat niét stil en vervalschte brieven en telegrammén, waarin dé niét- bcstaande baron Mainburg zich verplichtte, voor de le vensmiddelenvoorziening van Voeslau zorg te dragen. Familieleden in Zevenbergen moestén haar daarbij bé- hulpzaam zijn. f Ten jslotte werd het tijd, dat het beloofde meél ook werkelijk eens zou komen, en rij liet dus haar pleég- l vader op het stoomschip „Szent ïstvan'' met een lading meel den Donau opstoornen, wat, zooals men weet, een zeer langdurige procedure ls. Maar ook zulke Do- I naureizen kunnen niet eeuwig duren en toén dé „Szent ïstvan" reeds bedenkelijk in de nabijheid! van Oostenrijk was gekomen, veranderde mevrouw Gellor zonder veel complimenten in de secretaréssé van één gezantschapsattaché en telefoneerde aan alle Wéénsché bladen dat, het stoomschip ten gevolge van ©en ketél- ontploffing bij Lompalanka gezonken was, doch dat i baron Mainburg en eenjge leden der bemanning, hoéwél zwaar gewond, zich hadden kunnen redden. Merkwaardig genoeg word <lit bericht over het gefantaseérdé schééps- ongeluk nooit tegengesproken, blijkbaar omdat niemand er oelang bij hacl en do betrekkingen tusschen Hong&rjjé en Oostenrijk juist niet van de beste waren. Zoo had mevrouw Gelloer dus veef tijd gewonnen. Ze liét haar pleegvader voorloopig naar een ziekenhuis brengén én daarna naar Fiume vertrekken waar hij een van zijn groote bosschen voor een millioen lire verkocht Van daar vertrok hij naar Genua d8 wereld is immers groot genoeg incasseerde daarbij natuurlijk weer eén paar millioen. zooals dit in een goeden griezelroman be- noort, kocht daarvan de automobiel, die moderne roman helden onvoorwaardelijk noodig hebben, en tegelijikér- tijd ook eenige kostbare geschenken voor zijn pleég- dochter en voor den heer Frömmell, blijkbaar als troost voor de verloren lading meel. Een romanheld moet ook edelmoedig zijn. In den brief, dien mevrouw Gelloer haar wethouder liet lezen, stond alles haarfijn beschreven. Daar echtér die weg van Genua naar Weenen niet zéér :aüg is, moest de latrme, veelgeplaagde baron Mainburg no2 een kleine zakenreis naar Rome maken. Van daar had mevrouw Gelloer hem nu nog wel naar Amerika en dan rondom de wereld kunnen sturen, maar ze vond Blijk baar, dat een roman niet te lang mag rijn, als hij de lezers niet zal vermoeien, en daarom moest haar pléég- vader nu maar spoedig over Venetië naar Graz terug- keeren, waai hij, mevrouw Gelloer en haar geméénté- raadslid elkaar in hotel „Elephant" zouden ontmoeten en een vr©olijk weerzien vieren. Het lot had hét andérs bepaald. De arme baron -moest worden vermoord, op dat de heer Frömmel verder aan hem zou kunnen gelooven. En 200 gebeurde bet ook. Mevrouw Gelloér Bezocht een van de tallooze koffiehuizen van Weénén, ging naar de telefooncel, sloeg het nummer van het correspondentiebureau op en zei eenvoudig: ,.U spréékt met het Duitsche Gezantschap." 'En toen vertelde zé .,op verzoek van den Duitschen gezant", de treurige géschié- denis van den roofmoord, met verzoek tot publicatie, want de baron was een; Hannoveraan van geboorté én hét Duitsche gezantschap had er dus belang bij, dat de familieleden van het slachtoffer zich aanmeldden. Daar het correspondentiebureau het benedén rijn waardigheid achtte, zich 'met een roofmoord bezig te houden, als het geen officieel persoon betréft, tóf "hét het bericht door aan een minder voornaam officieus correspondentiebureau, en liet daarbij niet na, speciaaT den nadruk te leggen op het verzoek van het Duitscné gezantschap tot spoedige publicatie. Zoo was baron Main- urg 'dus dood, en hij zou het weUicht thans nog zijn, wanneer de heer Frömmel het niet wénschéiijk had geoordeeldd, dat mevrouw Gelloer, de pleégdochtér van den "baron, toch eens persoonlijk naar de politie ging om door naar informaties iets meer licht in de zaak ba brengen. Den heer Frömmel was daaraan des tc nÜSér gelegen, omdat mevrouw Gelloer hem beloofd had. een jdieel van haar miltioenenerfenis tér béschikking té zullen stellen van de goede stad Voeslau, want Voeslau is een badplaats en heeft dringend een modérnisééring van zijn Kur-installaties noodig. Maar voor de politie is niets zoo netjes in elkaar ge draaid, dat ze tenslotte niet achter die waarheid komt, en het eind van het lied waren tranen en de voorloopigé hechtenis. Het slotstuk zal de rechtbank moeten schrijven En als mevrouw Gelloer verstandig is, zal ze in haar onvrijwillige eenzaamheid haar schrijverstalent, dat rij ontegenzeggelijk bezit, gebruiken om haar eérstén grootén crimineelen roman te schrijven. ARABISCHE VOLKSBEGRIPPEN. Het dorpje Mtoeli lag in een soort vallei tusschen de hooge bergen, onder een onmetelijken hemel, naar welken allerlei geuren, frissche en onfrissche, opste gen. De bewoners waren Druzen, verwilderde Arabie ren, die ver verwijderd leefden van een^g groot stads verkeer. Aangetrokken door het schoone weder en door het schilderachtig© van d© landstreek, was ik een paar dagen gaan doorbrengen in dat dorp gelegen op den grond van Kanaan, het Beloofde Land, dat over vloeit van melk en honing. Op een avond bleef ik nog wat toeven op het terras, waar heerlijke geuren hingen van mandarijnen en sinaasappelen. Ik staar de naar den bleelcen horizon, maar de maan, die zich slechts flauw afteekend© in de nog lichtende lucht. Het was stil en liefelijk in de natuur, geen blaadje bewoog zich. Zoo nu en dan hoorde men het geluid van een hyena of van e©n jakhals, maar dan werd alles weer rustig in den omtrek, héél rustig. Plotse ling klonken, al naderend, uitroepen van smart en droefheid, geuit door vrouwen, die haar klachten af wisselden met het zeggen van gebeden. Tusschen twee dikke boomtakken door ontwaarde ik bran dende fakkels, van welke een dikke rook opsteeg. Daar had een begrafenis plaats. Met eenige kennis sen, di© op het leven waren komen toeloopen, be gaf ik mij derwaarts en wat wij aanschouwden, was naar onze begrippen huiveringwekkend. Een jonge fellah, groot en sterk, stelde zich te weer met vuisten en voeten. Hij was gehuld in een lange, nauwe, hemdvormig© blouse. Op het hoofd droeg hij een witten tulband. Zijn kleeding was in de worsteling gescheurd. Zijn groote, zwarte oogen schitterden, schuw en smee- kend tevens. Maar mannen, groot en sterk als hij, hielden hem vast en trachtten hem me© te sleuren. Sjeiks en blinden volgden de massa en mompelden hun gebeden; Er is geen andere God dan Allah en Mahomed is zijn profeet. Een fellahine met zwaar be traande oogen passeerde in onze nabijheid. Wij rie pen haar aan en zij vertelde: Mahmoed, zoo heet d© jongeman, was tegen zonsondergang gestorven. Drie uur later bracht men hom naar het kerkhof, vol gens het gebruik. Men was op weg hem te gaan begraven, toen hij zich, tot aller schrik, oprichtte van de plank, met behulp waarvan1 men hem in de groeve zou doen glij den en het op een loopen zette. Maar en hier begon zij opnieuw te snikken Mahmoed is wel degelijk dood' en zijn ziel is bij Allah. Maar een booze geest.... Dit verhaal schokte ons in de ziel en een onzer, een arts, snelde naar den barbaarschen stoet. Helaas, zijn vertoog werd afgewezen, men snauw de hem zelfs af, dq arme man moest aanzien en aan- hooren, dat het fanatisme triomfeerde over de we tenschap. De Druzen leven heden ten dage nog als de eerste menschen op de wereld en de beschaving vermag tot het land van Kana&n niet door te dringen.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 1