De verkwisting der Engelscbe Vakvereenigingen (Trade Unions). Zaterdag 13 Mei 1922. 65ste Jaargang. No. 7025. DERDE BLAD. FEUILLETON. TERUG IN HET LEVEN. r I De Trade Unions, de Engelsche Vakvereenigingen^ hebbein in Groot-Britannië een belangrijke rol gespeeld. Met het volgende artikel is allerminst mijne bedoeling om de groote waarde der vakvereenigingen aan te tBStein, $ioch wellicht opent de beschrijving van de verkwistende wijze van huishouden der Vakvereenigin gen in jEngelana ook de oogen van velfcn in Nederland1, want geldt niet dikwijls het Fransche gezegde: „Tout comme chez nous". Vooral waar de arbeidersverenigingen meet en meer haar nationale karakter hebben verloren en het Inter nationale Vaandel verheffen en bezingen alsof het de eenigst zaligmakende kans voor de arbeiders is om Namen ol Union. Landarbeid era Werklieden Union Timmerlieden Tdimnerlleden en meubelmakers Stukadoors Huis- en aoheepssclhllders. Vereendgide ikleerm'akera Wolwevera Zeelieden en stokers Texitielarb^Ddera (iStaifoTidaihdire) Textielarfbeidera (Yorköhdre) Electricieiiis Namen oi Union. Dok/werkerS Nationale Vereen, /v. Spoorwegpersoneel Zuidi-Wales, mijn/werker* Yorkshire, mijnwerkers Spoorwègklerkefl Straatmakers Bleekers en ververs Ver. machinisten Schoenmakers Staal- en ijzerdruddstriie Londensdhe letterzetters Loodgieters Locomotief-machinisten Spinners (Mamdhestier) Machinisten en stokers Bakkers Bouwarbeiders Rijtuig- en wagenmaker* Internationaal te worden. i Waar internationalisme betekent bet miskennen van gehechtheid aan den geboortegrond, aan vaderland en moeders haard betreuren wij het Internationale karaktep der vakvereenigingen wanneer het Iets anders gaat be- teekenen dan eene vereeniging van nationale vakver eenigingen tot samenwerking in die aangelegenheden waarvoor samenwerking geboden ia in het belang van de arbeiders en het menschdom. Het was i n de dagen, dat de werkloosheid in EngelahJdi het hoogste punt bereikt had, In het einde van 1921, toen er ruim 2 millioen werkloozen in Groot Britan- tniö waren, dat bleek, dat wanneer de leden der Trade Unions om ondersteuning uit de vereenigingskos aan klopten, bleek dat die kas leeg was. De leden waren zeer Verwonderd, want gedurende het tijdperk van 1914 tot 1918 hadden de vakvereenigingen een tijd van ongekenden voorspoed voor de vereenigingen meege maakt Gedurende die periode waren er geen werksta kingen, die fondsen uitputten, er waren geen werkstakin gen noodig, want alle wenschen werden ingewilligd on verschillig of zij juist of overdreven waren en slechts later toenj tie politiek-revolutionaire conflicten tot ernstige stakingen aanleiding gaven, werd de voorspoed ver stoord en ontstond de werkloosheid. Waar is het geld dan toch gebleven? Wordt het belegbare geld wel in behoorlijke waarden belegd? Wordt het geld wel zoodanig besteed als door de meerderheid der ledein der vakvereenigingen ge- wenscht wordt? 1 Laten wij deze beide vragen eens onder de oogen zien, gebruik .makende van de officieel© balans-cijfer® der Vakvereenigingen. Hieronder laat ik volgen een vergelijkende staat voor de jaren 1918 en 192Ö (in één geval 1919) en wel voor iedere ,vakvereemging afzonderlijk. Uitgaven aan Uitlceerin- Aantal Contributie Politieke gen een Bestuure- leden Tan leden fondeen leden uitgaven t 1920 181.000 71.481 3373 8.382 42.850 1918 88.280 26.699 1—1 367 9.216 1920 A95.162 625,205 12.703 108.897 195.860 1918 400.000 269.570 65.644 98.847 1920 16.310 82.715 146 14.045 18.277 1918 12.677 18.847 i 7327 8.784 1920 166.958 364.617 2.462 214.151 111.767 1918 124.132 207.880 1 117.500 69.442 1920 12.853 24.038 250 6.791 3.181 1918 7.012 10.347 1^— 6.683 1.563 1920 73.650 149.993 w 1 1 45.340 37.043 1918 37.649 50.760 1 22.062 19.433 1920 86.701 63.965 3312 28.200 37.634 1918 64.507 87.694 7.724 14.663 1920 10.981 10.749 562 5.532 6.986 1918 11.140 8244 1 1.229 2.474 1920 99.321 241.439 2.395 21.272 144.481 1918 67.050 110.745 19.020 70.758 1020 10.485 11.553 480 5.573 3.295 1918 5.040 4.310 4.185 864 1920 84.910 64.975 3.640 17.143 25.806 1913 59.844 36.444 1.064 12.077 1920 57.293 123.959 1.650 47.110 75.358 1918 81.345 52.945 4.058 33.042 Uitgaven voor Uitkeerin- Aantal Contributie Politieke gen aan Beetuure- leden Ten 'leden doeleinden leden uitgaven 1920 140.330 189.301 a tui 35.268 110.472 .1918 98.109 80.769 1 7.993 48.428 1920 457,830 535.253 43.564 07.032 255.065 1918 410.531 294.876 1 41.116 ,107.060 197.668 350.125 ,19.760 887.608 156.163 1918 151805 207.939 1r 64.373 84.884 .1920 159.639 339.114 14.000 430.935 80.120 1918 152.819 140.903 1 27.842 57.872 1920 87.054 93.904 8.497 17.135 60.895 1918 71.4411 58.958 r 1 18.300 24.042 1920 53.719 110.518 r 1 83.804 38.622 1918 34.441 53.130 r 82311 ,18.608 1920 99.394 48.730 461 13.103 ,13.418 1918 28.620 32.658 i r 1 8.770 6.846 1920 456.891 1293.126 9.060 932.863 252.745 1918 298.782 854.011 825.428 144.797 1920 1.995 2.940 320 1.751 1918 1.373 1.255 11 285 87,1 1920 124.623 252.210 10.674 166.012 45.940 1918 70.654 ,131.735 20.248 34.698 1920 15.500 65394 591 40.169 13.633 1918 13.200 34.794 r i .1 21.398 6.447 ,1920 24.375 96.084 r 43.922 37.476 1918 14541 46.078 r 18.335 15319 1920 71544 111.561 1263 23.182 41,171 1918 39540 46.032 ,18360 24.642 1920 54.886 77311 612 3.650 3.673 1918 24.800 78.361 198.131 -25.223 1920 43.996 54.001 2,137 21268 25257 1918 30.963 29.677 1-1 2.444 12.283 1920 16.791 45.449 570 16.048 21.299 1918 15.487 20.297 M1 7.130 ,12.286 1919 25.924 26.224 r— 2.811 0.784 1918 20.484 13.361 r r.ü 1.754 5.444 1020 115.987 157.265 62.216 04.069 Naar het Engelsch van WILLIAM J. LOCKE Voor Nederland bewerkt door W. A. J. ROLDANUS Jr. Uitgave van W. DE HAAN, Utrecht. 27. „Mr. Ho," zeide hij, ,je bent een kraan.^ Het is heusch mjjn bedoeling niet impertinent te zijn, maar een Chinees, die Virgilius citeert, ik snap het niet goed." "Tijdens mijn herstel," zeide Quong Ho met zijn in nemend glimlachte, „heb ik de werken van den dichter met ontzaglijke belangstelling doorgelezen. Dr. Rewsby is wel zoo vriendelijk geweest voor mij de editie in de reeks der Oxford Pocket Classics, P. Virgilii Maroinjs Opera Omnin. Oxonii MDCQCCXIII te koopen, uit welk jaartal ik de conclusie trok, dat ik den meest ge- zaghebbenyden tekst, welke aan de Engelsche geleerdé wereld bekend is, las." „Maar intusschen," ^zeide Marcelle, heeft Mr. Ho win- teronderkleeren noodig." Niet het minst gedenkwaardige incident voor dien dag was de ontmoeting tusschen Quong Ho en Lady Edna, die, te voet naar een vergadering van een War Commit- tee in Grosvcnor Street gaande, bijna tegen hem opliep, toen zij op het trottoir van Bond Street op een taxi stotnden te wachten. Met uitgestoken handbleef zij 6taan. „Zoo Godfrey, ik wist ïüet, dat je vandaag in de Btad itvas." „We zijn bezig een uitrusting te koopen voor Mr. Ho, die. zooals je je wel herinneren zult, tegelijk met mijn vaaer gebombardeerd is." Hij stelde de anderen aan elkander voor. „Ik heb al van u gehoord, Mr. Ho," zeide zij hoffelijk. „U bent een groot wiskundige." Godfrey verbaasde zich over haar sterk geheugen^ Quong Ho, blootshoofds antwoordde: „Ik treed slechts met moeite in do voetstappen van mijn illusteren .meester." Zij lachte. „U moet mij dezer dagen een9 met Mr. Godfrey komen opzoeken". „Madam", zeide Quong Ho met een diepe buiging, ,xooals de Italianen het uitdrukken, tot ik de eer zal hebben gebruik te maken van een zoo kostelijk voorrecht, zal de tijd mij duizend jaar toeschijnen". „We moeten het dan maar vaststellen op een dag in de volgende^ week." Zij gaf Marcelle een hand, knikte tegen de ando ren en liep dan glimlachend verder. Quong Ho volgde haar met zijn oogen en zeide dan tot God frey: „Ik heb nooit een schooner en aanbiddelijker vrouw gezien. Zij zou de godin kunnen zijn, die Publius Virgilius Maro zoo levendig beschreven heeft". „Uw smaak schijnt onberispelijk te zijn, sir", ant woordde Godfrey. Op de terugreis zeide Marcelle, die naast Godfrey zat Quong Ho zat tegenover hem een avondblad to lezen tegen hem: „Je schijnt goede vrienden met Lady Edna Dormi- thorpe te zijn", „Heel goede vrienden". „Laat je haar gewoonlijk weten wanneer je in de stad komt?" Godfrey dacht een fractie van een seconde na. Wat Lady Edna nog nooit gedaan had, zij had zich verraden. Openhartigheid was daarom de beste po litiek. „Soms wel", antwoordde hij onnoozel. „Op goed ge luk af, dat ik een kop thee bij haar kan drinken. Doch dat gebeurt maar heel zelden, want zij heeft het heel druk" „Zij i9 een heel mooie vrouw, beste jongen". „Je smaak is al even goed als die van Quong Ho". Quong Ho, die zijn naam hoorde, keek met vra gende beleefdheid over zijn courant. „Miss Baring en ik praatten over Lady Edna". „Ah!" zeide Quong Ho met een breeden glimlach. Voor zij op Churton Towers afscheid namen, leg de Marcelle haar hond op Godfrey's schouder. „Misschien had ik die vraag in den trein niet moeten doen ik had het recht niet Hij viel haar met zijn jongensachtigen glimlach in de rede. „Jij, lieve oude schat! Jij hebt alle recht om mij uit te hooren over mijn slechte aaden. Heb ik je niet als een soort jonge moeder aangenomen? Jolanthe. Of de Paphische godin (Venus), waarover Quong Ho aan het wauwelen was. Luister eens, kom, wan neer je maar wilt, in een rose wolk naar mij toe en ik zal je alles vertellen". „Zweer je het?" „Ik zweer het". Hij kuste haar vingertoppen on zij ging half-go- rnstgesteld verder. Maar ze was voldoende in het vertrouwen der Baltazars, vader en zoon, om te weten, dat zij beiden Lady Edna Donnithorpe pas kort geleden hadden leeren kennen. En voor haar was de jonge man „Godfrey" en zij verwonderde er zich over, dat hij in Londen was, zonder dat zij het wist. Enkele dagen later kw^m de order, dat Godfrey Een M| M»»{ tatrt. 'Wktmeer men der» «ijiera Trrgeümtt dan blijkt het buiten alle verhouding gestegen cijfer der B «dtftiifu r 9 o t e n, Laten wij «vco desa cijfers afzonderlijk vergelijken. 1918 Timmerlieden 8.784 Timtmerliedien e. meuhelmaikers 69.442 Stukadoors 1.568 Huis- en scheepeschUders .19.433 Wolwevers 2.474 Textielwerkers Hudderefield 12,077 Textiel werkers Stafford'itoiro W Zeelieden en stokers 70,768 Werklieden Union 98.847 Landibouwaitbeidens 9,210 Kleermakers 14.G63 Electriciena 33.042 Dokwerkers 84.426 Nationale Ver. van Spoor* wegper9oneel 107.066 Zuid-Wales, mijnwerkers 94.884 Yorkshire, mijnwerkers 57.873 Spoorwergiklerken 24.042 Str ontmak erS 18.608 Bleekers en verlvers 6.846 Vereenigide 'niachiniistenl 144.797 Staal- en ijzerindustrie 34.698 Londenische letterzetters 6.447 Loodgieters 15.319 Locom. madhikiisten 24.642 Spinners 25.223 Machinisten en stokers '12.283 Bakkers 12.235 1920 18.277 111.707 3.181 07.043 6.980 25,806 3.295 144,481 42,856 '42,856 37.634 75.358 110.472 255.065 156.163 80.120 60.895 38.622 13.418 252.745 45.940 13.633 37.476 41.171 3.673 25.257 21.299 onkosten s d 6 10 8 9 977.606 1.858.403 De vermeerdering der bestuursonkosten is dus in sommige gevallen boven de 100 pCt, doch gemiddeld bijna 100 pCt. Dus van 1918 tot 1920 zijn de uitgaven van het bestuur verdubbeld. Slechts in eén geval oat der vereeni ging vanykatoenspinners te Manchester zijn 'de bestuurs onkosten in 1920 lager dan in 1918. Onwillekeurig rijst de vraag of het noodig is, dat eene vereeniging die haar aantal leden verdubbelt ook meteen de bestuursonkosten moet verdubbelen? Die behoefte is toch nergens door gemotiveerd. Het totaal bedrag vajn bestuursonkosten van alle vakvereetnigingen tezamen is 4.250.000 (pl.m. fi '50 millioen). in 1920. Dit bedrag van vijftig millioen gulden werden door de arbeiders in één jaar betaald voor bestuursonkosten hunner vakvereenigingen- Daarin zijn de uitgaVen voor directe politieke doeleinden, niet begrepen. Wanneer wij nu eens 'het jaar 1911 met dat van 1918 vergelijken, dan komt men tot een ^verrassend resul taat. T-ot 1922 hielden de Engelsche Trade Unions zich aflrtijjdig van de Politiek vanaf 1912 tot 1918 nam de deelname in politieke quaesties voortdurend toe etn eindigde iu- deelname in politieke werkstakingen. De uitgaven per hoofd in die twee jaren bedroegen: aan uitkeeringen aan politiek aan bestuurs- s d 1911 20 6 nihil 1918 8110 6 d In 1918 bedroegen de contributies der leden tezamen 6.231.618, de uitkeeringen (incluis stakingsuitkeerin- gein) 2.225.395, de 'directe betalingen voor politieke doeleinden 130.460 en de bestuursonkosten 2138.481. Zoodat i/8 van de contributies der leden opgaan aan bestuursonkosten en politieke doeleinden tezamen de uit keeringen per hoofd) overtreffen. Dat was 1918, terwlij in 1920 dé bestuursonkosten eventjes met 100 pCt. zijn vermeerderd. Er is een merkwaardig verschijnsel te constateeren. De Vakvereenigingen die zich hielden aan het oorspron kelijke doel en bleven buiten de politiek hebben véél geringere bestuursonkosten dan die welke aan politiek doen. Van de laatsten een yoorbeeld. De Transportarbeidersvereeniging had 408.164 be stuursonkosten bij een inkomen van 857.108, dus bijna de helft der contributies ging op aan bestuurson kosten. Ik zal mii niet begeven 6p het terrein der al niet volgehs de Engelsche wet invulling der balanseh en gegevens. Van zelf sprekend' is bijna, dat samftiige vereenigingen' keurig rekening en verantwoording afleggen en anderfcn op de manier van de kostschooljongens: de rest aan pennen. Of zooals de huisvrouw boekte: Ontvangen van Jan f 10. Uitgegeven: alles. Maar laten wij eens zien hoe of andere vereenigingen, die ook uitkeeringen aan ledbn dooi, hunne bestuursuitgaven regelen- De Ancient Ordens of Foresters Friendly Society gaf de volgende cijfers over 1920. Aantal leden 19923. Contributie van leden 22.888. Ziekte en begrafén^- uitkeeiingcr 21.482. Bestuursonkosten 3.364. Dat is dus een geheel andere verhouding tussofn.i bestuursonkosten en de contributie van leden dan bij de Trade Unions. Toch gaan dde bestuursonkosten nog over andere in komsten dan alleen het beheer der contributies, wan't naar een orthopedisch hospitaal gebracht moest wor den, waar hij de nieuwe kunst om met een kunst voet te loopen zou leeren. Hij nam afscheid van haar met herhaalde betuigingen van onsterfelijke toege negenheid. Voor zijn Jolante-moeder zou hij zijn hartsgeheimen nooit verbergen. Als zij nu werkelijk een gelukkig leven wilde hebben, moest zij met liet verplegen ophouden de Hemel wist, dat zij het hare in den oorlog gedaan had en een echte moe der voor hem zijn. Zij glimlachte door haar tra nen heen. „Belachelijk kind!" noemde zij hem. „Je schijnt te vergeten", zeide hij, „dat jij hei eenige "vrouwelijke wezen bent, dat met mijn familie in verband staat, waarom ik iets geef. Ik heb je aangenomen en vergeet het niet. Wanneer ik mijn voet heb, z^l ik loopen als een sergeant-majoor en je bij je verpleegstersmutsje pakken en mee ga je". Zij lachte en trachtte in te stemmen met zijn vroolijkheid; maar toen zij het laatste zwakke ge luid van den auto op het kiezelpad gehoord had, ging zij naar haar kamer en huilde zooals zij in ja ren niot gehuild had HOOFDSTUK XVII. Nu Godfrey niet meer in Godalming wa9, verhuls- de Baltazar naar een gemeubileerd huis in Londen. Er bestond nu geen énkele reden meer om In liet dorpslogement te blijven. Bovendien namen boeken en andere dingen te veel ruimte in. Marcelle, die dringend om advies gevraagd was, raaddo met haar practischen zin een etage of een klein huisje aan, dat hij zelf kon meubileeren; en zij bood hem, voor zoover haar werk dat toeliet, daarbij haar hulp aan. Hij ging echter niet op haar plan in. Er moesten kamers zijn voor Godfrey en Quong Hb, wanneer zij in de stad mochten komen; kamers voor het per soneel; fatsoenlijke zitkamers, zoodat de bewoners niet verplicht zouden zijn op elkaar te hokken; ter wijl er bovendien nog voldoende ruimte over moest blijven voor Marcelle, voor het geval zij van idee veranderen mocht. Van wachten op schilders, stof feerders, behangers en electriciens wilde hij niet hoo ren. Het zou maanden duren voor deze met hun werk klaar waren. Hij wilde dadelijk in een gemeubileerd huis trekken en verder gaan met den oorlog. Zulk een huis had zijn vriendin Mrs. Jackman hem aan de hand gedaan. -De eigenaar arme kerel was gesneuveld en had een vrouw en een jongen van dertien jaar met beperkte middelen achtergelaten. Daar haar financieele toestand niet toeliet, dat zij in het huis een in alle opzichten mooi huis in Sussex Gardens bleef wonen en zij het toch ook niet wilde verkoopen, zou zij het hen» graag voor nren heeft ooft nog hel beheer der fondren en andere beleggingen, Laten wij een ander vwbeeld nemen' Manchester Unity of Oddfellows. Ledental In 1920. Volwassenen 928.003, minderja rigen 128.224, weduwen 14.637, aar-.iesloten vereenigïn- getn 4401, eereleden 4836. totaal 1/miOl. Totaal or* vangsten 2.626.212. Beheersonkorten 360.532, of 131/2 pCt. van de ontvangsten. Uilkeeringsonkosten 1.521,568, totaal 1.882.100. Aparte rekening wordt gehouden voor alle beheers onkosten. De leden betalen apart voor bestuursonkosten en onkosten, die op de uitkeeringen vallen. De leden hebben een volledig overzicht van alle onkosten, die op hel beheer (bestuur) betrekking hebben. Wanneer men voor dc bestuursonkosten der OddM- low en der Forresters ziet dan bedragen die hoogstens 14 per cent over de contributies der ledenf. Laten wij pu aannemen, dat het beheer van een Trade Union grootere moeilijkheden met zich brengt, o.a. door legitimatie,dan zal dit toch met 28 pGt van de contributies goed betaald ziin. De Trade Union», die niet '-opn politièk doen hebben dan ook ivrdea* minder dan meer dan 28 pCt onkosten, zelfs zifn er die het nog winnen door onder de 14 pCt. te jilijven. Er zijn echter Trade Unions, die 60 pCt. bestuurson kosten nebben en liet gemiddelde percentage is 35 pet. van de contributies der leden (1918) en sedert 1918 meer. Wanneer men bi} de Bestuursonkosten gaat tellen de bijdragen aan politiek en aan Federaties dan komt mein op 40 per cent in 1918 en later nog hooger percentage. Het gemiddelde in 1918 was als volgt: Het Trade Union-lid betaalde 1.5.6. Aan uitkee ringen werd betaald 9.1. Voor bestuursonkosten en politiek werd betaald 9.11. Hetgeen dus voor „kwade dagen" laat 6.6. Indien de Trade Unions het beheer der Loges Odd Fellows en Foresters gevolgd hadden dan zou er voor de „kwade dagen]" ider vakvereenigingsleden 11 s. 10y2 d. j'niplaats van 6 s. 6 d. over zijn, dus bijna het dubbele. Laten wij nu eens de verschillende vakvereenigihgea met elkaar ^vergelijken. De cijfers,zullen van 20 Trade Unions het percentage aantoonen van bestuursuitgaven te opzichte van con tributies der leden. Die „politieke" Vakvereeniging heefltf steeds het hoogste dus voor de leden ongunstigste percentage. Percentage van bestuurs onkosten ten opzichte van contributies der leden. 12 Naam der Trade Unioin. Stucadoors Staal- en LTzerindustrie 13 Gezamenlijke machinisten en Btokers 18 Yorkshire mijnwerkers 23 Huis- en scheepsschilders 24 Lekenbleekens en-ververs 27 TextieAverkers Staffordshire 27 Stratenmakers 34 Werklieden Vereeniging' 86 Textieiwerkers (Yorkshire) 89 Zuid-Wales mijnwerkers 44 Spoorwegpersoneel 47 Timmerlieden 56 Kleermakers 7 Landarbeiders 59 Dokwerkers 59 Wolwevers 50 Electriciens 61 Spoorwegklerken 63 Wat zijh Pu de Bestuursonkosten? Zij "konden 'nf i e t in de stekingsuitkeeringen, noch uitkeerihgfcn aan aöldere Vakvereenigingen, noch de bijdragen aan een Federatie van V. V., noch de omslag voor directe poli tieke bijdragen. Hier volgt echter de specificatie der Bestuursuitgaven( van de Nationale Union van Spoorwegpersoneel. Totaal aan bestuursuitgaven 255065 (f 2.500.000) te verdeeïen als volgt: Salarissen en vergoedingen Ban bestuursleden 80.624 Salaris accountant 280 Kantoorhuur, belastingen 7.894 Papier, drukwerk en porti 55.504 Uitgaven van gedelegeerden en deputaties (ex- cluis reiskosten) Reiskosten A'ridere bestuursuitgaven In deze andere uitgaven zijp, niet begrepen de pn> ces- en advocaatkosten, welke nog eens 38560 be dragen. 23.947 3.512 83.302 Vervolgens wil jk ïl e$p dergelijk overzicht van de Zuid-Wales Mijnwerkers Federatie. Totaal bestuunsuitgaven 1.561.163. Salarissen en vergoedingen aan bestuursleden Salaris accountant Huur enbelastingen Papier, drukwerk ,en porti Uitgaven van gedelegeerden en deputaties (ex- cluis reiskosten) Reiskosten Andere bestuursonkosten geven 40.370 1.402 '529 7.114 42.601 7.345 56.590 onbepaalden tijd gemeubileerd verhuren, Hij waa gewend aan ruime woningen. Zijn huis in Chen Chow besloeg bijna een are. In zijn ballingschap op Spendale Farm had hij vrij kunnen ademhalen. Het logement in Godalming was op zijn manier heel aardig, maar nu en dan had hij dolle opwellingen, om de muren van zijn zitkamer weg te rukken. Wat mankeerde er toch aan Sussex Gardens? „Het is buitensporig groot Je zal vier of vijf men- schen moeten hebben, om het in orde te houden. En waar wil je die in dezen oorlogstijd vandaan ha len?" „£e zijn er al. Een keukenmeid zal als huishoud ster optreden „Je zult van alle kanten bestolen worden" „Kom jij me dan redden". Zij lachte. „Ik heb lust het te doen, alleen uit me delijden met jou." „Medelijden is niet voldoende, liefste". „Dan zal je je eigen weg moeten gaan". „Dat zal lk ook. Misschien kom je nu en dan eens naar Sussex Gardens om Godfrey op te zoeken. En misschien Quong Ho?" „Ik zou zelfs kunnen komen om John Baltazar op te zoeken", zeide Marcelle. Dus nam Baltazar zijn Intrek in het groote huis, en wijdde zich geheel aan den oorlog. Weken en maanden verliepen. Quong Ho begon te Cambridge onder de welwillende leiding van dr. Sheepshanks zijn Grieksche studiën en schreef zijn vroegeren leer meester interessante indrukken over de universiteit, Sheepshanks schreef geestdriftig over de rara avis. „Hij zal een monument worden voor Jouw prachtig cn menschelijk onderwijs. Wat zou ik graag ?ien, dat Je weer bij ons terugkwam". Maar Baltazar had andere dingen te doen. Nadat hij zich naar zijn zin ingericht, Quong Ho naar Cambridge gestuurd en zijn verhouding .tot Marcelle op den ouden voet geregeld had, had hij zich hals over kop in den oor log gestort. Anderen ploeterden daarin rond, ver moeid door de inspanning der laatste jaren. Hij kwam er frisch in, met nieuw vuur en ongeëvenaar de kracht van geest en lichaam. Met een frisch, scherp oordeel ook, daar hij in de eenige positie was van iemand, die een historisch perspectief had. An deren hadden de noodlottige jaren meegemaakt en konden hun geest niet bevrijden van de tallooze zij- stroomen, die dag aan dag, ja bijna uur aan uur door hen gewarreld hadden, zoodat zij, ondanks al hun hartstochtelijke vaderlandsliefde, den hoofd stroom niet konden zien. Baltazar kon zijn krachtig intellect aanwenden voor een nauwkeurig bestudeer den toestand. „We zitten allemaal met onze handen in het haar",

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 9