De dingen om gns heen.
Gemengd Nieuws.
Reclames.
Matigheid,
Het verbruik is geweest per lid van f 18 tot f1150.
De uitkeeringen, bedragende VA der verbruiks-
som, zijn dus .van f0.27 tot f 17.25..
Onder het winkelpersoneel heeft mutatie plaats
gehad, daar de eerste winkelhouder, tevens eigenaar
van het pand, zich als winkelhouder terugtrok. Een
der bestuursleden heeft daarop tijdelijk den winkel
beheerd, terwijl thans de in 1921 aangestelde rond-
brenger, L. van Rijn, tot winkelhouder is benoemd.
De bankiersconferentie heeft er dus het bijltje bij
neergelegd en Duitschland moet het voorloopig zon
der buitenlandsche leening doen.
Zonder alle frasen komt het rapport van de ban
kiers er op neer, dat zij niet gelooven het beleggend
publiek te kunnen interesseeren voor een leening
aan een land, dat zooveel schuld beeft, dat er geen
betalen aan is....
Om tot die conclusie te geraken, behoeft men geen
bankier, laat staan geen wereldbankier te zijn en ze
ker behoeft men geen dagen en weken dien te hooren
en met dezen te raadplegen en genen nog eens uit
te vragen voor te constateeren dat niemand goed
geld naar kwaad geld gaat gooien 1
Als de omstandigheden eens wat beter worden, des
noods over een maand of wat, willen de heeren nog
wel eens samen gaan praten om te zien of er dan wat
kan worden gedaan, doch voorloopig is er geen kijk
op een ecnigszins belangrijk bedrag voor Duitsch
land te mobiliseeren.
Voor Duitschland!
Eigenlijk is die uitdrukking slechts ten deele juist.
Wat toch zou er zijn geschied met de tien milliard
goudmark, die Duitschland eventueel zou krijgen?
Een bedrag van IA milliard zou Duitschland heb
ben gehouden om zijn economische toestanden te
verbeteren en wat meer orde te stellen op zijn bank-
notendrukkerij. Doch al bet overige zou direct zijn
uitbetaald aan de Entente-schuldeiscbers. België zou,
daar het recht van preferentie heeft, aanstonds ge
heel worden afbetaald, terwijl de andere crediteuren,
in het bijzonder Frankrijk, slechts een deel hunner
vordering voldaan zouden krijgen.
Gesteld, deze regeling ware tot stand gekomen, ge
steld de bankiers hadden gemeend dat het mogelijk
was bij heti verarmde publiek zulk een bedrag bijeen
te krijgen. Dan zou Duitschland voor bet feit hebben
gestaan die milliarden te eeniger tijd te moeten te
rugbetalen en inmiddels voor interest te zorgen. Doch
bovendien waren de resteerende vorderingen der ver
schillende landen blijven drukken op de Duitsche
schatkist, zij het dan ook, dat voorloopig de meeste
landen wel bereid zouden zijn geweest, tot een lang
durig uitstel.
Er zou dus een verschuiving hebben plaats gehad.
Beleggers uit alle*landen, „overwinnaars en neutra
len" zouden aan de regeeringen der Entente hebben
betaald, wat Duitschland zou hebben moeten neer
tellen en als bewijs voor die betaling zouden zij
eenig rentegevend papier, door Berlijn geteekend,
hebben ontvangen, zonder dat die beleggers over
teruit zouden zijn geraakt. De oorlogsschatting im-
val van wanprestatie het hem toekomend bedrag te
innen.
Reeds dit zou op zichzelf een motief zijn ypor de
beleggers om dankje te zeggen en niet mee te doen,
gesteld zelfs, dat iemand het in het algemeen zou
wagen zijn geld op langen termijn uit te zetten en, in
het bijzonder, om bet uit te leenen aan Duitschland
van welks naaste toekomst niemand zich een goed
beeld kan maken. Zelfs de Duitschers niet!.
Maar ook de Duitschers zouden niet of althans niet
noemenswaardig zijn gebaat, door zulk een leening.
Men zou zelfs kunnen beweren, dat zij er door ach-
mers is geen contract, aangegaan tusschen 2 gelijkbe-
is geen contract, aangegaan tuschen twee gelijkbe
rechtigde partijen. Het is Duitschland in Versailles
opgevergd en de heeren Muller en Bell wie kent
hen? hebben geteekend. Met de internationale
leening zou het geheel iets anders zijn. Als die tot
stand komt is het een contract in vrijen wil aangP-
gaan, waarbij de eene partij geld neertelt, de andere
de verplichting van rente en aflossing op zich neemt
Het vredesverdrag, tot stand gekomen door den
oorlog, is een stuk, waaraan niemand eenig recht
kan on\leenen, zoodra de schuldenaar in een positie
is om te zeggen, dat hij het vertikt door te gaan met
betalen. Als zijn crediteuren de macht missen hem
te dwingen, is hij er van af.
Niet alzoo een leeningscontract. Dit berust op goe
de trouw en wordt niet met het mes op de keel, doch
na loven en biedeni en rijp overleg aangegaan en ge-
teeekend. Een land, dat prijs stelt op zijn goeden
naam, en crediet, dat ooit in de toekomst geregelde
betrekkingen met andere naties hoopt te blijven on
derhouden, kan niet anders dan zulk een contract
uitvoeren, hoe bitter zwaar dit ook moge vallen.
Een Duitscher zou geen Duitscher zijn, als hij
niet vervuld was van de zekerheid dat zijn land er
„toch" weer boven op komt, dat de Entente niet
op de eeuwigheid is gesloten en nooit zoo lang zal
„Jij?" riep Donnithorpe ongeloovig uit, terwijl Lady
Edaia diep adem haalde en Baltazars arm nog harder
vastpakte. „Waar heb je die inlichtingen vandaan.?'
„Over een paar dagen word ik minister van het (nieuwe
departement, zeide Baltazar, „en ik Areet alles, wat er
in het' Oorlogskabinet behandeld wordt."
„Maar hetis het handschrift van je zoon.'"
„Het is mijn handschrift," zeide Baltazar kalm.
Hij haalde uit zijn zak een pakje aanteekeningen voor
een redevoering en gaf die aan Domnitkorpe. „Vergelijk
maar, als je wilt."
Donnithorpe gaf ze "hem weer terug met een vréémden
grijns en "hield hem het andere stuk papier voor.
„Dus heb je dat ook geschreven?'
Baltazar keek ernaar; Het was het eerste blad van een
brief, waarvan de andere bladen afgescheurd waren'.
Lady Bdna zag het en weer wankelde zij. De eenige
van Godfrey's brieven en dan nog slechts een gedeelté
ervan dien,zij bewaard had: twee bladzijden, die een
hartstochtelijke liefde ademden, die zijn niet gedroomd
had (dat in net werkelijke'leven een 'man voor een vrouw
hebben kon. Zij had vergeten, dat zij dien ook in de
geheime lade had laten liggen. Anslig staarde zij naar
Baltazar's gezicht Zijij. lippen vertrokken zich tot een
glimlach.
„Ja dat heb ik ook geschreven;" zeide hij.
„Dan ben je een verdomde ploert f' riep Dounithorpe
uit
„Best 'mogelijk," zeide Baltazar.
Donnithorpe wendde' zich nu op zijln rotachtige manier
tot zijn vrouw.
„Wat heb jij daarover te zeggen?"
EieirusMaps herstelde zij zich Van haar aanval van
schrik en schaamte; zij liet Baltazar's arm los en keek
"haar man minachtend aan.
„Niets," antwoordde zij. „Je iklan je nu Vleien dat je
alles weet." 4
Hij lette biet meer op haar woorden, doch 'keek
nogmaals met een gemeen grijnslachje van dein een
naar de ander.
„Ee(n mooi paar. Jij, myladly. En jij, mijnheer de
minister van Propaganda. Maar nu valt mij in, dat je
dat wegloopen zult moeten uitstellen.'"
„Je hersens zijn op den loop, beste kerel," zeide Bal
tazar. „Een minister loopt niet met een vrouw weg.
'Waar is mijn bagae?
„Daar," antwoordde Donnithorpe, naar het perron
wijzend. „Heeft de kruier niet gezegd, dat zij twee
plaatsen besteld had één voor een neer?'"
,Het begint nu heusch vervelend te worden/' zeide
Lady Edna. „Ik heb je toch al! gezegd hoe het misver
stand ont6taan is."
De bezorgde kruier, die reeds een fooi van vijf shilling
gehad had en tot een ras behoorde, dat even rijkelijk
duren als de betalingstermijnen loopen.
Als er avond of morgen mikmak komt tusschen
de leden der Entente, is het uit met den dwang en
met .de sancties, denkt elk Duitscher; en als men
ons niet meer kan dwingen, doen wij „Jekker niks".
Een opgedwongen, in nood geteekende verplichting
tot betaling eener oorlogsschatting is dus voor het
gevoel en vooral in de zeer waarschijnlijke wer
kelijkheid veel minder drukkend dan een in
goeder trouw aangegaan leeningscontract van des
noods het halve bedrag, waaraan, behalve voor den
fraudeerenden schuldenaar, geen ontkomen is.
Ziedaar het (steeds verzwegen) hoofdmotief, waar
om zeer vele toonaangevende Duitsche financiers
van dat leeningsplan eigenlijk maar heel weinig
wilden hooren. En („natuurlijk", zouden we haast
zeggen) hebben de Franschen met hun weigering om
de schadevergoeding ook maar iets te verminderen,
volkomen in de kaart van de Duitschers gespeeld.
Duitschland blijft dus van tijd tot tijd een aantal
millioenen neerleggen en zal daar mee doorgaan tot
het bankroet is en niemand meer wat krijgt. (De
mark loopt 19 maanden achter de (Oostenr.) kroon
aan, d.w.z. de markkoers van heden is de kronen-
koers van voor ruim anderhalf jaar). Of tot de
Entente uiteenvalt en men Frankrijk in zijn sop laat
gaar koken en de philosophische Versailles-millioe-
nen laat tellen, met of zonder een algemeene sta
king en revolutie, die aan beide zijden van den
Rijn onmiddellijk volgt op een Ruhrbezetting of een
gewapend conflict.
In beide gevallen visschen de crediteuren achter
het net.
Men zou zelfs kunnen zeggen: in alle gevallen.
Want het spreekt vanzelf, dat „de schadevergoeding
door Versailles opgelegd, slechre op drie manieren
(in theorie) kan worden betaald: door geld, door le
veranties of door arbeid.
Geld nu, in de beteekenis van goudwaardig ruil
middel, heeft Duitschland niet. Goud zoowel als ef
fecten zijn uitgeleverd of verkocht verrekend al
thans met de crediteuren.
Waren wil niemand hebben, zelf9 niet de néu-
tralen. Ieder sluit in het belang van eigen industrie
en ter bestrijding van eigen werkloosheid de deur
voor Duitsche producten. Bovendien hebben de jong
ste prijsstijgingen een einde gemaakt aan de valu-
taconcurrentie en dringt het tot de Duitschers door
dat er veel meer marken van een cent noodig zijn
dan marken van een stuiver om dezelfde hoeveel
heid grondstof te koopen als eenigen tijd geleden.
Die twee betaalmogelijkheden zijn afgesneden. De
derde: een soort dwangarbeid van het Duitsche volk
ten behoeve zijner schuldeischers stuit op onmiddel-
lijken tegenstand bij de arbeidersbeweging, zoowel
wegens de werkloosheid, die dan in eigen gelederen
zou gaan dreigen als wegens den ethischen afkeer
van de slavernij, waarin de Duitschers dan zouden
geraken en die de ontvoogding van den arbeid jaren
achteruit zou zetten.
In deze omstandigheden is de Duitsche weerzin
in een internationale leening te begrijpen. Even
als, dat men er slechts een lapmiddel inziet, dat de
moeilijkheden nog zou vergrooten.
Dit verklaart dat men in Duitschland de voor-
loopige mislukking der bankiersconferentie zoo kalm
opneemt, vooral nu het rapport-zelf de hooge scha
devergoeding de allergrootste hindernis voor een re-,
geinig noemt.
UITKIJK.
HEERLIJK KLIMAAT.
De theorie dat de Engelsche zomers tropisch zou
den worden, is vermoord door een ijzigen wind en re
gen. Het Engelsche klimaat is teruggekeerd, consta
teert de Daily Express, Woensdag woei er een koude
wind en regende het aanhoudend. In Cheshire heeft
het zelfs hard gevroren. De Londenschen kolenhan
delaars kregen nieuwe bestellingen met het verzoek
om ze gauw uit te voeren.
DE GRAANOOGST IN DUITSCHLAND VALT TE
GEN.
Uit Berlijn, 15 Juni. In den Rijksdag verklaarde
de minister van landbouw, dat de graanoogst dit
jaar in Duitschland aanzienlijk minder zal opleve
ren dan in 1921, zoodat een groote invoer uit het bui
tenland onvermijdelijk zal zijn.
GEMEENTEREINIGING.
Men schrijft uit het Rijnland aan de N.R.Crt.:
In de buurt van het groote Kunstpaleis met een
overvloed van schilderijen is in Dusseldorp een twee
de tentoonstelling geweest, die nu gesloten is. Jam
mer genoeg was de duur maar kort, want niet alleen
voor vaklieden is zoo'n expositie nuttig, ook voor
menig burger der groote steden is het hoogst belang
rijk iets meer over dit onderwerp te zien.
Deze tentoonstelling behandelde een actueel en te
vens zeer n^odern onderwerp, dat in nauw verband
staat met de volksgezondheid en dus aller aandacht
verdient.
gezegend was met inenschelijke gebreken als wélk ander
ook ter wereld, kwam aangesneld.
„Ik heb een boekplaats gevonden, madam, en alles in
dien coupé gezet. hebt niet 'veel1 tijd meer."
Plotseling kwam zij tot het 'besef van de vreeselijke
eenzaamheid1, die haar wachtte in het verafgelegen land
huisje in het bosch met slechts één oude vrouw als
gezelschap. Neen, neen. Haar geheele wezen kwam in
verzet tegen de groteske dwaasheid van zulk een levend
begraven worden. Zij zou krankzinnig worden, als zij
afgesneden was van iedere gelegenheid om de ontwikké-
keiing van deze zenuwbrekende geschiedenis onmiddel
lijk te hooren. Dat zou zij niet kunnen uithouden.
„Ik ben van idee veranderd, kruier. Ik ga niet. Breng
alles maar weer hier."
„Goed, madam."
De kruier vloog weg. Baltézar stak 'zijn handen in zijn
zak. Zijn gelaat was een grimmig masker.
„Waarom haal je er jouw bagage ook niet uit?" hoonde
Donnithorpe.
«Wees toch niet zoo'n idioot," zeide Baltazar.
De Yingera in zijn zakken trokken zenuwachtig en
Lady Lóna zac een boosaardige schittering i;i zijn cogem,
die haar deed nuiveren. Hij had haar den nek wel willen
omdraaien. Waarom voor den duivel speelde zij het spel
'niet verder en ging zij niet naar het landhuisje en de
oude vrouw? Hij las haar door en door. En bij zijn
minachting voegde zich een gevoel van blijdschap. God
frey was voor goed van haar bevrijd.
Dowiethorpe wenddie zich nu tot Lady Edna.
„Je hebt je nog niet verwaardigd mij te zeggen waar
je naar toe ging."
„Als je het zoo graag wil weten, ik was bij Sybil
Manning op haar klein landhuisje in het New Forest
gaan logeeren.'"
„Heusch?" zeide haar mam en een schittering van
triomf kwam in zijn gemeene oog«n- „Nu ben ik toe
vailig niet de idioot, waarvoor jij en Mr. Baltazar me
hebben aangezien, en daarom neb ik Lady Manning
opgebeld. Dat was het eerste, wat5 ik gedaan heb, nadat
ik je brief gelezen had. Ik wist, dat je dadelijk naar
haar toe zoudt vliegen. Zij kwam zelf aan de telephoon.
Zij had niets gehoord van je en wist niets van je.
„Natuurlijk,' hoonde zij. „Maar" voegde zij eraan toe
dói oorlog naar het land van dm vijana overbrengt, „zij
weet alles omtrent 'jou. Alles, mijn vriend. En morgen
zal de Eerste Minister het ook weten."
„Ik ben vanochtend bij den Eersten Minister geweest/'
zeide Donnithorpe. „Ik heb hem alles verteld over mijn
poging van -Zaterdagavond in het belang der solidariteit.
We zijln als de beste vrienden gescheiden en mijn
positie is vaster dan ooit."
„En het artikel1 van Fordyce van vanochtend?"
„Vanochtend kon ik me nog niet 'begrijpen waar de
Eerst ongeveer dertig jaar bestaat de stedelijke
bemoeiing met de straatreiniging. Vóór dien beperkte
deze zich tot 't wegbrengen van 't straat- en huis
vuil en weer vroeger werden leege plekken aan de
straten als geschikte plaatsen voor mest- en afvoel-
boopen beschouwd. Huisafval en doode dieren, stin
kend onaer de zomerhitte verpestten toen de straten.
In het Rijnland was het veelal Fransche invloed,
die de dringend noodzakelijke verbetering invoerde;
ue Fransche inkwartiering, die Keulen in 1761 kreeg,
bewoog bijv. den gemeenteraad bet straatvegen en
bet transport van bet huisvuil. in te voeren, hetgeen
later in do verordeningen van 1794 en 1801 nader
uitgewerkt werd. De burgers werden verplicht de
straat voor hun deur dagelijks te vegen en de stad
zorgde voor den geregelden afvoer.
Die, goede oude tijden hebben we allemaal nog ge
kend: De dienstmeisjes die eiken dag de straat voor
het huis tot op de halve breedte moesten vegen, de
gemoedelijke vuilnisman, met den ratel, die 'n paar
maal per week het vuilkwam ophalen en met Nieuw
jaar en Kestmis met 'n gedicht op fooien aasde. Bij
dien tijd behooren nog politieagenten, die dreigend
met 'n procesverbaal onwilligen aan de straatreini
ging herinnerden en vuile straten in steden, waar de
gemoedelijke overheid 't den burgers niet graag las
tig maakte.
Nu, een twintig, dertig jaar later, gaat het anders
loe. Een handig automobiëltje trekt een heele rij van
vuilniswagens. Een groep mannen loopt aan beide
zijden en wipt vlug de vuilnisemmers in de karren.
Vliegensvlug wordt straat op straat „behandeld" en
is de wijk gereed, dan trekt het kittige automobieltje
de gevulde wagens ver buiten de stad. Een paar man
nen blijven op de laatste wagens zitten om de rem
men te bedienen, de overige zijn reeds elders aan 't
werk.
's Morgens vroeg of 's avonds,als bet grootste ver
keer opgehouden beeft, trekken groepen werklieden
door de hoofdstraten. Ze vegen de trottoirs. Andere
werklieden begieten de straat, als het vuil in de wa
gens verdwenen is of sproeiwagens spuiten een
scherm van waterstralen uit. Anderewagens volgen,
reusachtige bezems, door een paard getrokken, en
vegen de straat in een oogwenk schoon.
Vooral dit bedrijf doet denken aan een fabriek, een
machinale behandeling, die automatisch geschiedt in
grootscheepschen trant.
Andere industrieele beelden krijgt men, als zoo'n
geweldige sproeiwagen, een heusche kolos over de
tramrails rijdt en de straten met een breed, machtig
waterscherm bedekt.
De verandering in zoo'n dertig jaren is eenvoudig
geweidigi het huiselijke, petieterige is eensklaps een
reusachtig groot bedrijf geworden, dat honderden ar
beidskrachten aan bet werk zet en vele honderd
duizenden kost.
Overdreven? Neen, geenszins!
Er zijn in ons moderne leven twee plaatsen, waar
infectie welig tieren kan, dat is de straat en in min
dere mate de school.
In bet straatvuil kunnen tallooze ziektekiemen, al
lerlei schadelijke en gevaarlijke bacteriën zich ver
spreiden, men denke bijv. maar aan de
uitroeibare gewoonte van het spuwen, waarbij de bac
terieën zich juist in opgedroogden toestand van de
sputa kunnen verspreiden in het dwarrelende stof.
Maar bet nieuwe en zoo moderne probleem is door
een uitstekenden reinigingsdienst niet alleen op te
lossen. Erbij hooren moderne straten met geasphal-
teerde bovenlaag, alleen die kan men in een oog
wenk reinigen, tot ze blank zijn als een geschrobde
vloer!
Aldus is de eerst zoo bescheiden reinigingsdienst
in korten tijd u ugegroeid tot een groot be
drijf, vroeger onderdeel van een der vele stedelijke
diensttakken, nu zelfstandig, geheel op eigen bee-
nen staande.
Gemakkelijk heeft de Duitsche reinigingsdienst het
in de laatste jaren niet gehad.
Vóór den oorlog een geleidelijke, langzame ontwik
keling, in en na den oorlog allerlei schokken.
In de inzending van de stad Keulen is b.v. een gra
fische voorstelling van 't jaarlijksch quantum huis
afval in emmers voorgesteld. 1914 toont een hoeveel
heid, die weer grooter is dan in 1912, maar in 1916,
het beruchte hongerjaar, schrompelt de hoeveelheid
afval tot een heel bescheiden emmertje ineen. Maar
in 1920 wordt het een erftmer die alle andere in groot
te overtreft.
In oorlogstijd werd de reinigings- en transport
dienst als manusje van alles gebruikt. Onder dezen
dienst behoorde bijv. bet aanschaffen van kracht
voeder en bet maken van „Ersatz" voeder, het in
richten en onderhouden van werkplaatsen voor ge
droogde groenten en de maaltijden in volkskeukens.
Verder het transport van kolen en levensmiddelen,
dat ongehoorde eiscben stelde in den paardenarmen
tijd en van gebrekkige auto's.
Na de revolutie kwamen zware schokken in het
bedrijf! De invoering van den 8 uren-werkdag, de
afschaffing van den nachtdienst én het tijdelijk ge
brek aan ijver. In statistieken uit Keulen wordt dit
duidelijk aangetoond. In 1914 kwamen per werkman
kerel de inlichtingen vandaan had. Maar wanneer ze er
mij vanavond -of morgenochtend naar vragen" hij
klopte op zijn borstzak „kan ik wel twee bronnen, die
lekken, aanwijzen."
Triomphantelijk sloeg de gemeene politieke intrigant
zijn armen over elkaar.
?,Van ons tweeën/' zeide Baltazar, ,ben jij' 'naar hel
mij voorkomt, de grootste ploert"
„Wat jij denkt kat me volkomen koud," antwoordde
Donnithorpe. „"Wat mij interesseert is het feit, dat mijn
vrouw in het New Forest bij Lady Manning Wilde gaan
logeeren, terwijl Lady Manning in Londeh is, en dat zii,
wanneer ik haar toevallig hier met jou vindt, besluit
toch maar niet 'naar hcj "New Forest te gaan."
Lady Edna kreeg een kleur van woede. Zii was van
alle kanten door dien ma ge ren, grijzen kerel, dien zij
verachtte, verslagen. Zij had gehandeld als een dom
kostschoolmeisje.
„Waar ben je van plan nu naar ,toe te gaan?' vroeg
Donnithorpe.
Zij spuwde haar venijn tégen hem uit. „Dat kan me
niet schelen, tfis ik jou maar niet zie. Ja, ik wou alleen
naar Sybil 'Manning's landhuisje gaajni Ik wou zoo ver
mogelijk weg zijn van jou en al de walgelijke indrukken
der laatste dagen. Maar thans Z0|U alles bedorven worden
door deze afschuwelijke beleediging. Ik zal vannacht
bij mijn moeder logeeren en morgen naar Moulsford
gaan."
„Het is mij hoogst aangenaam fe hooren," antwoordde
Donnithorpe sphe.p, „dat ie er niet over denkt naar mijn
huis terug te gaan. Ik dienk "niet aan vergiffenis."
„Ik zie mijn kruier," zeide zij. „Mr. Baltazar wilt u
zoo goed zijn mij in een taxi te helpen?
„Neen, dat zal hij niet. Je zult in mijn auto gaanH
Dreigend ging Baltazar vocfr hem staan.
„Je plijft hier, zeide hij, ,of andere zal ik je zoo waar
als God leeft, vermoorden."
En met Lady Edna volgde hij den kruier.
„Ik ben u een schuld van dankbaarheid verschuldigdi
die ik niet terug 'zal1 kunnen betalen."
Hij gevoelde zich zonder genade tegenover haar. ,;U
laat dien jongen verder met rust verstaat u? Het heeft
maar een haar breedte gescheeld of u hadt zijn leven
vernietigd. En het staat .'nog zeer te bezien, of die haar
breedte bem redden zal."
„Ik zal ajles wat in mijn vermogen is, doen
begon zij.
„Onf Godswil, doe als het u blieft niet 'meer. Houd
uw mond. U hebt misdadig de eene dwaasheid "op de
andere gestapeld. U hebt genoeg gedaan.'''
„Maar u
„Ik kan voor mezelf zorgen en voor den jongen,
ajis U u kalm houdt. Maar denk u goed in den nieuwen
toestand in. Ik ben uw minnaar. We hebben dat beiden
6832 Kg. afval, in 1916 6816, in 1920 540, daarentegen
in 1922 8313 Kg.
Deze stijgende ijver ls ook in een andere rubriek waar
te nemen, in 1920 waren er 779 arbéiders, die 1.211.640
M2. reinigden, in 1922 maar 587 ,die 4.879.813 AI2.
bewerkten.
Doch al gaat de arbeidslust belangrijk vooruit, vooral
waar verstandige bedrijfsraden uan het werk zijn, toen
stijgen de loonkosten in het onmetelijke.
In andere statistieken stijgen 'alle posten als materiaal,
onderhoud, paaixlen, machines, maar de loonschaal over
treft alles door de geduchte stijging en zoo komt 'men
in de Duitsche steden tol de overtuiging, dat liet zóó
met langer kan gaan.1
Bezuinigen op de gemeentereijniging gaat niet, iföar
andere Weer meer aan iiekenhuizen. moet 'uitgegeven
worden. De eenig mogelijke bezuiniging is de verbetering
van het bedrijf én de algeheele machinale inrichting.
Daarbij komt allereerst de afschaffing van het paard in
aanmerking. In Duitschland had men vóór den oorlog
voldoend personeel, dat geleerd had met paarden om
te gaan. De voortreffelijk geoefende cavaleristen, die na*
driejarigen diensttijd uit de kazernes kwamen, vormden
een overvloed, die nu reeds geheel en al gaat ontbrékén.
Een opleiding 'als chauffeur is belangrijk eenvoudiger,
dus goedkooper.
Aan een voordracht van 'den stedelijken directeur
Adolphs te Keulen ontleen ik de volgende interessajnte
cijfers over het thema „paard of auto.
Voor een te reinigen oppervlakte van 4.879.843 M2. zijn
noodg: driie electromotorische waschmachines (276.000
noodig: drie electromotorische waschmachines (276.900
gen waschmachines (164.900), 6 veegmachines (559.800),
verder voor het verwijderen van het vuil: 2 benzine-
vcegmachines met twee aanhangwagens (136.100), 5 voor-
spanwagens met aanhangers (466.500), tezamen 19 auto
wagens, die jaarlijks 1.834. 800 Mark kosten.
Met bespanning zouden hiervoor noodig zijn.: 10 paar
den voor de waschmachines, 26 voor de veegmachines,
13 voor de sproeiwagens en 15 voor het transport van
het straatvuil, aldus 64 paarden 73.400 Mk., maakt
4.697.600 Mark. Het autotransport werkt dus 156 pet.
goedkooper dan de oude paai debespanning.
Het komt hierbij ook op de auto's zelf aan en zoo trekt
een handige, electrische voorspanwagen op drie wieleuf
hier zeer de aandacht Voor allerlei wagenvormen kan
deze aangespannen worden e|n neemt op zichzelf weinig
plaats in.
Dan is er onder de vele auto's een vuilniskar van de
firma Krupp, die zeer de aandacht trekt De nu gebrui
kelijke vuilniskarren hebben het groote nadeel, dat
de vuilnisemmers in de hooge wagens omgekeerd moeten
worden. Dat kost veel spierkracht aan de arbeiders en
nog meer stof verspreidt zich in de lucht Deze Krupp-
wagen heeft nu aan de achterzijde een groote vergader-
bak beneden aangebracht, groot genoeg om den inhoud
van vier emmere op le nemen.
Een breede schroef maalt den inhoud van den vergaar
bak naar boven in den wagen en door een vernuftige
inrichting kan de wagen automatisch naar boven geheven
worden, zoodat het voorste gedeelte het eerst met vuil
gevuld wordt
Natuurlijk neemt op deze tentoonstelling de „Ver-
wertung" van het afval een belangrijke plaats in. De
beste méthode is verbranding én omzetting in electn-
schen stroom; van de slakken, die overblijven worden!
dan nog goede bouwstee nen vervaardigd.
Aldus een weliswaar kleine, maar toen zeer interessante
tentoonstelling, die vooral voor vaklieden bijzonder be
langrijk is geweest,maar ook den burgers heeft laten
zien, welk een omvangrijk bedrijf de gemeentereinigiing
geworden is.
opgewektheid, frtssche lucht, geregelde gewoonten, de
moodige rust en slaap, lichaamsbeweging en een zorg
zame leefwijze is wat de natuur vraagt om uw lichaam
in goede conditie, uw nieren gezond, en uw gestel vrij
van urinezuur te houden.
Hebt gji er ooit aan gedacht, dat uw pijn in den
rug, hoofdpijn, urraekwalen en waterzuchtige zwellingen
een gevolg kunnen zijn van uw leefwijze?
Te zwaar eten, het voortdurend gebruik van alcohol,
te veel rooken, het zich te weinig beschermen tegeq
het klimaat, onmatigheid, en het te weinig zoeken
van gezonde ontspanning en rust, Zullen ongetwijfeld
de nieren mettertijd verzwakken. En dan komt de last.
Rugpijn, hoofdpijn, urinestoornissen, waterzuchtige
zwellingen, niergruis cn duizeligheid zijn verschijnselen
van te veel urinezuur in het bloed en er begaat gevaar
voor nier- en blaasontsteking en o'ngeneeslijke hier-
ziekten.
Matig eerst die verkeerde gewoonten en sta dan
de verzwakte nieren bij door een degelijke kuur met
koster's. Rugpijn Nieren Pillen. Deze werken niét op
de ingewanden, doch zijn een betrouwbaar en veilig
niergeneesmiddel onder alle omstandigheden.
De echte Fosters Rugpijn Nieren Pillen, voorzien van
de handteekening van James Foster op het etiket, zijn
te Schagen verkrijgbaar bij de bekende Drogisten,f 1.75
per 'doos.
tegenover een man bekend U moet dat feit niet uit het
oog verliezen. Begrepen? Als u tracht nogmaals mei
Godfrey in aanraking te komen, dan brengt u hem voor
den krijgsraad. Gedegradeerd en waarschijnlijk tot ge
vangenisstraf veroordeeld. En dan, bij God, zal ik geen
medelijden meer mei u hebben,"
Aldoor pratend kwamen zij op het 'buitenste perron
en wachtten daar op de taxi, die de kruier ging halen.
;,Als Edigpr een proces tot echtscheiding begint
Hij is wraakzuchtig fluisterde zij.
„Dat zal 'hij 'niet, als u geen verdere malle streken
uithaalt. Ik zou u aanraden niet tusschenbeide te komen
in mijn spel."
Dc kruier kwam met'een taxi én zette er de bagage
van Lady Edna in. Doodsbleek en angstig slapte zij in.
Godfrey had haar genoeg over zijn vader verteld, dat zij
het onbuigzame karakter van den man begreep. Zij
huiverde en haatte hem.
Baltazar liet zich naar huis rijden en ging regelrecht
nar Godfrey's kamer. Deze was druk aan het schrijven.
Toen de jonge man opsprong ,zag zijn kalm oog dc
schrijftafel bezaaid met verscheidene blaadjes postpapier.
„Je schrijft zeker aan haar?
„Dat is toch zoo onnatuurlijk niet/' antwoordde
Godfrey met stijve vijandigheid.
„Waarheen wil je jo brief adresseeren?'
Godfrey keek in de dulvolscho oogen en zag, dat het
geen ijdele en impertinente vraag was. Bovendien had hij
een heel opgewonden uur doorgemaakt, verteerd1 'door
biltere teleurstelling cn machtelooze woede en zijn her
sens martelend met gissingen óver wat er gebeurd was.
«Waar'fis Lady Edan, sir? vroeg "hij.
"Zij logeert bij Lady Duiustable.
„Haar moeder?"
„Gravin Dun$tablë, is, goloof ik, haar moederi' zeide
Baltazar, die zich in een stoel liet vallen én zijn
voorhoofd afveegde. „Waarom voor den duivel zet je
geen raam open?"
„Ik heb er niet aha gedocht," zeide Godfrey, terwijl
hij het rahm ging openzetten.
Baltazar vulde zijn longen mot '~de frisschero lucht
„Zoo is het góed,* zeide hij.
Godfrey stond met een strak en onbuigzaam gezicht
bij den haard.
„Misschien wilt u mij wel vertellen, sir, wat er gebeurd!
is. Wat heert Donnithorpe naar het station gebracht?"
„De hoop jou in 'flagrante "delicto op schaking io
betrappen, mijn zoon."
„Quong Ho 'dacht zeker, dat hij u wilde spreken."
„Quong Ho heeft zich vergist. "Donnithorpe was hoogst
verbaasd mij te vinden."
Er volgde een lango stilte, waarin Baltazar zijn blik
niet van den jongen man af had.
Wordt vervolgd.