De dingen om ons heen.
DE WILDE JACHT
JURGENS7
PLANTENBOTER
Zaterdag 15 Juli 1922.
55sfe Jaargang. No. 7060.
TWEEDE BLAD.
FEUILLETON.
VOEDZAAM
hEERLUK
VOORQEELIG
■fes
Binnenlandseh Nieuw».
Ho !i bet nog nut vorder over do conferentie te
schrijven?
Vanmiddag had hot allon schijn, dat het uit waa,
dat do besprekingen denzelfden weg waren opge
gaan als do Haiikiorsconfurentlo in Parijs en dat
.loor do koppighoid vun oen dor partijen verdere
beraadslagingen geunerloi doel meer haddon.
Speciaal hot feit, dat hot Sir Philip Lloyd Greame
was, die zoo vaak olio op de golven had gegoten, van
wii-n thans do verklaring kwam dat vorder spreken
geen dool meor had, maakte eon diepen indruk. De
houding der Russen, die wij reeds vroeger als zeer
aanmatigend en vaak uitdagend kenschetsten, was
ondragelijk geworden. Van Litvinow en Sokolinkow,
die men nu eenmaal geen van beidon voor vol aan
ziet althans niet in het kader dezer conferentie
had men het voortdurend heen en weer schuiven,
het oouwig herhalen, van dezelfde frasen, hot ma-
noouvreoren om uitstel en allo verdoro sliirvmigboid-
j gedragen. Wel niet met berusting, maar gedra
gen toch. omdat men overtuigd was, dat mot Kras-
aine komst een niouwo phaso zou beginnen, dat ein
delijk de periodo van geredeneer zou ophouden en
plaats maken voor die van daden.
Dat is niet gebeurd.
Krassin heeft zich geidentifieord met zijn collega's.
Een verklaring hiervoor is niet to viudea in den
gang van zaken zelf. Vermoedelijk moet zij worden
gezocht in de binaonlaudsche politiek van Rus
land, die natuurlijk onhoudbaar wordt voor de
Sovietregeerin0 uls alle konrnerkon van den com-
munistischen Heilstaat overboord worden geworpen
.oor een paar miliiarden credlct. Krassin zal ver-
Mioedolijk zelf hebben ingezien, dat hij met do tak-
tiek van Litvinow geen resultaat zou kunnen berei
ken, doch hoeft zich terzelfder tijd genoopt gezion
toch die taktlok althans voorioonig -- verder te
volgon, teneinde geen onoonigheid in zijn delegatie
en mot zijn kameraden in Moskou in liot leven, te
roopeu.
In de twee lange vergaderingen van do niet-Rus-
sische subcommissie voor particulier bezit, die Dins
dag zijn gehouden, Is toen eindelijk het besluit ge
rijpt, tot. hot zoogenaamde ultimatum van Greame.
Laat Dinsdagavond beraadslaagden do vier presi
denten, nadat vooraf nog een bespreking tusschen
Greame en Krassin had plaats gehad.
Toen door de presidenten alles nog eens en nog
eens was besproken, volgde eindelijk de donderslag
voor de buitenwereld: do niet-Rns3ische commissie
voor particulier bozit vindt de antwoorden op de
verschlllonde vragen door de Russen gegeven zoo
onvoldoende, zoo weinig aan het doel boantwoor-
dend, dat zij geen heil ziet in verdoro besprekingen,
Zoo scherp, zoo definitief klonk doze verklaring
uit den mond van Greame, dat overal het gerucht
liep. gesterkt door een krnntenbulletin, dat de Con
ferentie mislukt waa en do beraadslagingen zonder
eenig resultaat to hebben gehad, waren afgebroken.
Dat dit alles slechts óén commissie gold, waarvan
de Russen hot dau ook door hun kinderlijk onhehol-
pon geredeneer wei wat heel bont haddau gomaakt,
zag men over het hoofd. Het bewijs, dat do Con
ferentie niet uiteen waa, bleek al dadelijk uit de
lange vorgaderlng over do Staatsschuld.
Wel liep ook in die bile"v. mat lang niet alles
op rolletjes .»n wisselde men. over on weer de ge
niikelijke lekon-onder-water, doch in do toon die or
hofrechte, ook van do zijde der Russen, die toch dos
morgens ln do Eigendomscommbaie aanwezig waren
geweest, was m te bespeuren dat op een mis
lukking wees. Men i.i.»cussieerdo en onderhandelde,
nlsof men nog maanden voor den boeg had. Dat wil
zoggen, dat er ook hier niet veol voortgang werd ge-
maak t.
De Staatsschuld erkennen, zeide Litvinow, kunnen
wij niet. Want een Rus, die schulden erkent, wJl
zich ook bereid vorklaren om ze te betalon. Wij
kunnen van ons armoedje niets afnemen voor nieu
we olsohen, omdat we alles zeif dubbel en dwars
voor ons eigen noodig hebben. Wil mon dii9 be
taling der oude schuld, dan rnoet men on» in de ge
legenheid stollen, door middel van crediuten onzen
handel, landbouw en nijverheid zóó uit te breiden,
dat wij grooter vorplleb.tingen op ons kunnen no
men on nakomen. Want schulden erkennen, maar
lento noch aflossing betalon. zoonls Homiuige Wost,-
Koj'op' i tfchc landen gewoon raken, is een kunstje
v/onrean wij niet meedoen. Ais we erkennen betalen
we ook, at moeten wo het gold: er voorloonen!
DöZ" schuono woorden Bprak Litvinow on Vfowg
daarop om een globaal cijfer der aandeelen in Rus
sische leeningen, die men in elk land bexit. Dat glo
bale cijfer zal Rusland in staat stellen zich een beeld
te vormen van de eischen on dus van het eventueel
noodig bedrag, hetgeen natuurlijk ai weer
verband houdt met de credioten.
Dit voorstel was niet zoo heel dwaas. Men zou ln
elk geval eenige houvast hebben verkregen. Maar
de westelijke commissie dacht, er anders over: Als
do Russen dat bedrag zelf gaan vaststellen komt er
niets van terecht, redeneerden zij, en dus moet een
spociale gemengde rechtbank beslissen, vonden zij.
i De Russen vonden er niets tegen, dan het eene
bezwaar, dat hot onmogelijk zou blijken een onpartij
dig voorzitter voor zulk een hof to vinden in, oen
wereld die óf communistisch is, Óf doodsvijand! van
het communisme. „Wie niet met ons is, is tegen
ons", zeiden zij enhadden geen ongelijk.
Men muakte dus weinig voortgang, doch het feit
dat men bijeen waa cn verder onderhandelde zegt
duidelijk, dat de schorsing alleen betrekking heeft op
de commissie voor particuliere eigendommen en dat
die schorsing slechts tijdelijk is, nl. tot het oogeu-
blik, waarop de Russen zullen gelieven in te zien,
dat hun taktiek verkeerd is en zij zich duB bereid
verklaren de ophelderingen to geven, die men van
hen vorlangt. Althans voor zoover zij daartoe in
staat zijn. Achter de rokbaarhoid van dit laatste
excuus: wij zouden wel willen, doch kunnen niet,
kan men nog veol waarheids achterhouden, indien
men dit wenscht
Doch het is zeer de vraag of dit ultimatum, im
mers alleen als zoodanig is de verklaring van
Greame op te vatten, niet een goede uitwerking zal
hebben en of de atmosfeer door dien donderslag niet
gezuiverd zal blijken.
Wij voor ons geloovcn op grond van betrouwbare
mododeolingen, dat do kans hiorop niet gehoel is
uitgesloten, zelfs niet na do „porsconferentie" van
Litlnow. Men verwacht, dat Krassin, die ook Woens-
dangavond nog een lange bespreking had met Grea
me cn Hilton Young in weerwil van do groote woor
den, dio zijn gesproken, een weg zal vindon om aan
de eischen van West-Europa tegemoet te komen,
zonder zijn collega's te verloochenen of de regeering
in Moskou te bruskeeren. Het feit, dat Krestinsky
bestemd is om op te treden als volkscommissaris
voor buitenalndsche zaken in Moskou wijst in die
richting.
Doch hoe men de zaak keert of wendt, dit is zeker,
dat de conferentie Woensdag er allorkritiekst voor
naai het Amerlkeeuscb door ZANJ! tJRKY,
Bewerkt door W. J. A. ROLDANCS Jr.
0.
Lucy keek naar den langzamen, moeilijken strijd
van de schippers met hun zware riemen, tot zij
zich plotseling hel doel van haar bezoek aan den
ford herinnerde. Zij scheen alleen te zijn aan haar
kant van de rivier. Aan de tegenover liggende lan
dingsplaats stonden echter twee mannen en Lucy
herkende in hen al heel gauw Joel Creech ea zijn
vader. Een tweede blik deed haar Indianen zien,
die blijkbaar op do boot wachtten. Jool Creech
sprong in een bootje en stak van wal. De oudere
iji:m scheen, te oordeelen naar zijn gebaren, te
ti :hten zijn zoon te beletten den oever te verla-
n u. Maar Joel begon stroomopwaarts te roeien,
dicht langs den oever aanhoudend. Lucy keek naar
hem. Ongetwijfeld had hij haar gezion on kwam hij
nu naar haar toe. Of het vooruitzicht hem te ont
moeten of het denkbeeld hem daar te ontmoeten op
de plek, waar zij nooit zichzelf was, deed het ver
langen in haar opkomon dadelijk om te keeren en
naar huis terug te rijden. Maar haar koppig gevoel
van fuirheid overwon dat verlangen. Zij wilde blij
ven alleen in de hoop Joel over to halen redelijk
te zijn. Do kleine boot, waarin hij zat, maakte dat
hij vlug do rivier over was, weer in de langzame
draaikolken kwam, die doorroeide en eindelijk het
vaartuigje op do zandbank trok.-Dan stapte hij uit.
Hij was bloothoofds en blootvoets, maar dat was de
reden niet waardoor hij Lucy een vreemde toe-
schoon.
„Zoek jo mij?" riep hij.
Lucy wuifde mot haar hand om bij baar te ko-
men.
Dan kwam hij naar haar toe. Hij was oon groote,
lenige «jonge man met, afhangende schouders en O-
bonncn door het vele rijden, met een bleek, sproe
tig gezicht, een dunne haard, oen slappen mond en
kin en oogen, die opvielen door hun kleinheid, door
dringendheid cn verschillende kleur. Het eene was
grijs, hot andere lichtbruin. Hij had geen litteeken
oi) /.IJn gezicht, maar zijn onregelmatige trekken de
den iemand, die er verstand van had, dadelijk zien,
dat hij door een paard in zijn gezicht getrapt was.
stond. Als zij voortgang heeft en naar ik boor zal
het definitieve besluit daaromtrent waarschijnlijk
pas Zondag vallen is het duidelijk, dat de posi
tie van West-Europa strategisch zeer versterkt is.
Men moge beweren, dat hot. afbreken der zittingen
in do commissie voor particuliere eigendommen en
(straks wellicht) in die der staatsschuld een ovor-
winning is voor de Russen, die zich steeds op het
standpunt stelden, dat eerst het credietvraagstuk
moest worden geregeld, doch dit is slechts juist in
een zeer bepaalden zin.
Het is immers geheel iets anders, of men gezamen
lijk een agenda en oon werkwijze vaststelt, waar
door dus de beslissing A aan die ten opzichte van B
en C moet voorafgaan dan dat cle werkzaamheden
van B en C geen voortgang hebben en er dus niets
anders overblijft dan ln 's hemelsnaam maar verder
gaan met A.
Voord is dit verschil groot als mon bedenkt, dat
de resultaten van B en C nog steeds de eerste voor
waarde blijven voor do credietregeling en dat zon
der waarborgen ten aanzien der erkenning van vrij
heid van eigendom en van aangegane verplichtin
gen niemand behalve dan een speculant van de
ergste Boort een cent in Rusland zal wagen.
Dit is aan de Russen uit den treure voorgehouden
en al zijn zij geen lichten eerste klasse op econo
misch en financieel gebied, zooveel weten zij toch
wel van Westersche zakengewoonten, af, dat iemand
die levert zonder zich van do gogoodheid van den
ontvanger op de hoogte to stellon, een ezel of een
knoeior is. Ezels hebben gewoonlijk in zaken weinig
en dan nog slechts voor korten tijd te geven en op
knoeileveranciers is, gelooven wij, Rusland thans
minder dan ooit gesteld.
Als de Russen het tot een definitieve breuk laten
komen wat wij vooralsnog niet gelooven dan
doen zij dit uit eon andere overweging. Vermoedelijk
deze, dat „verdeel en heersch" gewoonlijk een goe
de taktiek is.
Van de regeeringen en bloc is geen crediet te ver
wachten, hoogstens een credietregeling, die zal wor
den ontworpen ten behoeve der kooplieden der ver
schillende landen. Komt zulk een algemeene rege
ling tot stand, dan zal Rusland er zich aan moeten
houden, Dio zelfde regeeringen willen óók en bloc
oen regeling ten behoeve harer onderdanen, die vor
deringen hebben op Rusland. Ook die zou voor Rus-
lknd bezwaarlijk zijn, terwijl het moeilijk zou zijn
ch er aan te onttrekken.
Daar het nu vaststaat, dat de groote crediteuren
van vroeger in hoofdzaak andere landen zijn dan
die van welke de ficancieele hulp moet komen,
spreekt het vanzelf dat het Rusland's belang is, za
ken te doen met den meost kapitaalkrachtige en
géón overeenkomst te sluiten met de grootste credi
teuren.
De solidariteit in Europa heet wel groot te zijn,
maar dat iemand in Engeland zou weigeren katoen
tjes of machines te leveren aan een Rus, omdat
iemand in Frankrijk nog groote vorderingen heeft
uitstaan op dien Rus, gelooven wij niet.
Eerder, dat de nieuw optredende leverancier, als
zijn eigen levering maar behoorlijk gedekt is dat on
betaald blijven der oude vordering nog niet zoo heel
onaangenaam zal vinden.
In de eerste plaats, omdat daardoor een concur
rent wordt uitgeschakeld en ten tweede, omdat een
dubbeltje maar eens kan worden uitgegeven en dat
do betaling der oude crediteuren do koopkracht van
den schuldenaar zou verminderen en een kleiner te
goed zou overlaten ter betaling der nieuwe leveran
ties.
Vermoedelijk is deze redeneering aan het Rus
sisch standpunt niet vreemd, al werd zij dan ook in
dien vorm niet uitgesproken.
En dus moeten wij afwachten, wat de eerste da
gen zullen brengen.
UITKIJK.
Pvü
Crosch kwam vlug naar Lucy toe op eon wilde,
woeste manier, dio Lucy plotseling medelijden met
hom deed krijgen. HIJ scheen zich niet te herinneren,
da: dn hengst een antipathie voor hem had. Maar
Lucy zou, i-ls zij hot vergeten had, uraan herinnerd
zijn door Sarchedcn's daad.
„Pas op, Joelt" riep zij en zij gaf een rak aan
don kop van het paard, dat krachtig snuivend be
gon te steigeren. Vlug als een Indiaan was Lucy
uit den zadel.
„Geef me je zweep", zeide Joel, die als een wolf
zijn tanden liet zien.
„Neen, ik laat je Sarch niet slaan. Je hebt hem
één koer geslagen en dat heeft hij nooit vergeten'',
antwoordde Lucy.
Do blikken van het paard on den man ontmoet
ten elkaar en er kwam een vijandige spanning in
hun houding. Dan liet Lucy den teugel los en nam
Joel mede naar een grooten boomstam, die half in
het zand begraven was. Hier ging zij zitten, maar
Joel bleef staan. Zijn blik was nu des te vreem
der door het droefgeestige en peinzende er in. Lucy
merkte dadelijk een subtiel verschil in hom op, maar
zij kon niet. zeggen, waarin dat lag.
„Wat wil je van me?" vroeg Joel.
„Ik heb oen heole boel gehoord, Joel", antwoordde
Lucy, die trachtte te bedenken, wat zij feitelijk wil
de zeggen.
„Dat kan ik me indenken", zeide Joel somber;
dan ging hij zitten en begon met zijn bloote voeten
kuiltjes in het zand te graven.
Lucy had hem nog nooit zoo moe gezien cn het
leek, alsof het gezonde bruin van zijn wangen
eenigszins verbleekt was. Dan vertelde Lucy hem
voorzichtig een paar van de praatjes, die zij ge
hoord had.
„Al wat je daar zegt, is niets vergeleken bij wat
or gebeurd te", antwoordde hij bitter. „De pikeurs
hebben mijn hart on mijn ziel uit me weggespot".
„Maar Joel, Je moet niet zoo zoo gevoelig zijn",
zeide Lucy ernstig. „En per slot van rekening was
het toch eon grap. Waarom heb je het niet als een
man opgevat?"
„Maar ze wisten, dat je mijn kloeren gestolen
hadt", protesteerde hij.
„Dat weet ik. Maar dat was toch zoo org niet. Als
je het niet zoo zwaar opgenomen hadt, zouden ze
je veel gauwer met rust gelaten hebben".
„Dat zou ik misschien wel uitgehouden hebben,
Maar ze plaagden me er mede, dat ik smoor ver
liefd op Je ben".
Joel's stem klonk heescb. Er viel niet aan te twij
felen, dat hij diep gekwetst was. Lucy zag tranen
in zijn oogcu en haar eerste opwelling was haar
hand op de zijne leggen en te zeggen hoe hot baar
speet. Maar zij deed het niet. Zij voelde zich niot
op haar gemak met Joel.
„Waarom hebben jij en Van gevochten?" vroeg
zij dan.
Joel liet zijn hoofd zakken. „Dat zeg ik je niet".
„Schaam je je er dan over?"
Joel's zwijgen was zijn antwoord.
„Heb je iets over mij gezegd?" Lucy kon haar
nieuwsgierigheid niet bedwingen. „Het moet iets
slechts geweest zijn, aD.der zou Van je niet ge
slagen hebben".
„Hij heeft me geranseld hij heeft me tegen den
grond gekwakt", zeide Joel hartstochtelijk.
„En jij hebt op hem geschoten?"
\Ja, en dwaas die ik was, ik heb niet gewacht
tot ik opstond. Toen trapte hij me.... Bostil's Ford
zal in het vervolg niet groot genoeg meer zijn voor
mij en Van"
„Praat toch zoo'n onzin niet. Je moet niet vech-
ton met Van... Joel, je hebt misschien je verdiende
loon gekregen. Je zegt van die onhebbelijke dingen".
„Ik heb alleen gezegd, ,dat ik het je betaald zou
zetten", barstte Joel uit.
„Hoe?"
„Ik heb er een eed op gedaan, dat ik op de loer
zou gaan liggen en je kleeren stelen zoodat
jo naakt naar huis zou moeten loopen"..
Er was iets, dat. Joel miste, maar openhartigheid
was het niet. Hij voelde zich blijkbaar diep belee-
digd on zijn stem beefde van verontwaardiging.
„Maar Joel, ik ga niet in bronnen zwemmen",
protesteerde Lucy, die niet wist of. zij lachen of
boos zijn moest.
„Maar ik was het toch van plan", hield Joel
koppig vol.
„Bon Je absoluut eerlijk? Is dat alles wat je ge
zegd hebt om Van te prikkelen?"
„Dat is alles, Lucy; ik zweer het".
Zij geloofde hem on ging hoe langer hoe meer
inzien, dat. het haar schuld was. „Het spijt me, Joel.
Ert het is grooteudeels mijn schuld. Ik had mijn
geduld niet moeten verliezen en je kleeren niet
wegnemenAls jo nou nog maar verstandig ge
noeg geweest was om te wachten tot het donker was!
Maar gedane zaken nemen geen keer. Als jij nou
jouw deel wilt nemen, zal ik het mijne doen. Ik zal
aan de jongens geggen, dat het mijn schuld is. Ik
TIJD EN GELD, VOOR DE ZUIDERZEEWERKEN
BENOODIOD.
Een inzender in het Handelsblad schrijft:
De economische toestand! van Nederland is oor
zaak, dat de uitvoering der Zuiderzeewerken mis
schien zal worden gestaakt.
Reeds is besloten deze werken, ten minste gedu
rende de eerstvolgende vier jaren, in matigrtempo
uit te voeren.
Dit besluit is wel het slechts dat men heeft kun
nen nemen. Het brengt immers mede, dat werken
worden gemaakt, waaraan bij een snelle uitvoering
van het groote werk geen verstandig monsch zou
denken, zooals die voor het verdedigen van een
stukje zeebodem bij den oever tegen de gevolgen van
de voorgenomon afsluiting van het Amsteldiep.
Door de kosten van zulk overbodig werk, door de
onderhoudskosten van de reeds gemaakte werken,
door het voltallig in dienst houden van de Zuider-
zeedirectie bij het maken van een minimum van
werk, en vooral door den stijgenden rentelast der
gedane uitgaven, heeft het „matig-tempo", in de
snelheid van werken, ten gevolge, dat de kosten
van het geheel in „vliegend-tempo" zullen stij
gen 1
Daarom zal hot matig-tempo-besluit aan herzie
ning moeten worden onderworpen, on zal men voor
de vraag staan: Wat dan wel?
Dan behoort men zich het geheele vraagstuk nog
eens voor (lcn geest te stellen: het doel en de mid
delen om het te bereiken.
Wat deze latste betreft, moeten twee zaken wor
den overwogen, n.1. Ie. de snelheid van uitvoering
van groote grondwerken (en die leggen bij de Zui
derzee het grootste gewicht in de schaal) is uitslui
tend afhankelijk van de kracht waarmede zij worden
aangevat. Deze kracht wordt bepaald door het ver
mogen en de doelmatigheid van het te gebruiken
baggermateriaal, en 2e. terwijl nagenoeg alle prijzen
in de laatste dertig jaren, sedert het Zuiderzeeplan
der staatscommissie is gemaakt, sterk gestegen zijn,
daalden de kosten van grondverzet met groote bag-
gerwerktulgen belangrijk.
De plannen behooren herzien te worden in het
licht van deze twee feiten.
Beschouwen wij, als voorbeeld, het plan van den
a/fsluitdijk der staatscommissie. Dit voorziet het
verwerken van 13 millioen M3. grond, kostend 5.5
millioon gulden. Voor middelen om dezen grond te
gen wegspoelen te beveiligen wordt daarbij 19 mil
lioon gulden geraamd.
Deze vorhouding, tusschen de kosten van grond en
verdedigingsmiddelen tegen afslag, zou thans nog
veel ongunstiger zijn.
Mijn voorstel nu is: aan het grondltchaam: van
den afsluitdijk zoodanigen vorm te geven, dat het
door weinig kostbare middelen, zooals begroeiing
mot gras en riet, tegen den aanval der golven be
stand zal zijn. Er zal dan veel meor grond moe
ten worden gebruikt. Ik schatte dezo hoeveelheid
op 100 millioen M3., dus achtmaal zooveel als de
Staatscommissie dacht te gebruiken.
Maar hiervoor zou ik dan ook verkrijgen een dijk
met zeer flauwe taluds, aan beide zijden boschermd
door strooken vóórland, die slechts bij abnormaal
hoogen waterstand onder water komon, tezamen met
don dijk, op de waterlijn, vierhonderd Meter breed.
De dijk kan dan een goede grasmat verkrijgen, die
bestand is togen den betrekkelijk zelden voorko
menden aanval der golven, welke bovendien gebror-
ken wordt door het vóórland.
De verdediging langs den oever van het vóórland,
dus op de plaats dio bij gewonen waterstand wordt
bespoeld, kan worden gevormd door een strand, dat,
waar noodig, plaatselijk door strandhoofden tegen
afslag kan worden beschermd.
Het groote grondverzet vereischt krachtige bagi-
gerwerktuigen, maar juist deze zijn in staat den
zai hun bevelen je met rust te laten. Ik zal naar
Muncie gaan
„Neen, je behooft niet voor mij te gaan pleiten!"
barstte Jool uit.
Lucy was heel verbaasd trots in hem te zien.
„Joel, ik zal het niet doen voorkomen
„Je behoeft met niemand over mij te spreken",
ging hij voort, terwijl het bloed naar zijn gezicht
begon te stroomen. En nu keek hij haar aan. Hoe
vreemd die gloed in zijn verschillend gekleurde
oogen 1 „Lucy Bostil, er zijn dingen gezegd en ge
daan, die ik nooit vergeven zal. Ik ben nergens
goed voor in Bostil's Ford. Misschien ben ik nooit
veel geweest. Maar ik kon een baantje krijgen, als
ik het wilde, en crediet, als ik het noodig had. Nu
kan ik niets meer krijgen. Ik ben nergens goed
voorl...~... Ik ben nergens goed voor! En dat is jouw
schuld 1"
„O, Joel, wat kan ik voor je doon?"
„Ik geloof, dat er maar één manier is, waarop je
alles goed kan maken", antwoordde hij, plotseling
bleek wordend. Maar zijn oogen waren zoo hard als
staal. Hij zag eruit alsof hij in het bezit scheen
te zijn van al zijn geestvermogens.
„Hoe?" vroeg Lucy scherp.
„Je kan met me trouwen. Dan zullen ze het be
grijpen! En dat zal mij voldoening geven. Ik kan
dan weer werk krijgen. Dat is alles, Lucy Bostil 1"
Het was duidelijk, dat hij onder een sterk on
derdrukte opwinding leed. Dat oogenblik was het
laatste van echte kracht cn waardigheid, dat Joel
Creech ooit getoond had.
„Maar Joel, ik kan niet met je trouwen zelfs
al ben ik de schuld van je ondergang", zeide Lucy
eenvoudig.
„Waarom?"
„Omdat ik niet van jo houd".
„Ik geloof, dat dat niet veel verschil zal maken,
als je niet van een ander houdt".
Lucy keek hem verbluft aan. Hij begon to bo
ven en zijn oogen werden woest. Zij stond van den
boomstam op.
„Houdt je van een ander?" vroeg hij hartstoch
telijk.
„Dat gaat jou niet aan", antwoordde Lucy. Dan,
toen zijn gezicht donkerrood werd, iets wat zij nog
nooit van hem gezien had, werd zij plotseling bang.
„Het is Van!" zeide hij moeilijk.
„Joel, je bent krankzinnig!"
Die woorden maakten hem woest.
Dat zeggen ze allemaal. En ze zijn nu zóó ver,