LEINGHAUS 20% korting 20% Zaterdag 29 Juli 1922. 65ste Jaargang. No. 7068. TWEEDE BLAD. Uit het Hart Yan Holland. FEUILLETON. DE WILDE JACHT Raad Heerhugowaard. F.en verstiiiidlo man profiteert hiervan, (iedurende de maand Juli uitverkoop van alle oom. Heerenkleedlnp en Modeartikelen te Winkelen Hoogwoud We wan weer een beetje terug naar den goeden ouden uidYon de week op lijn 5. waar ik nooit moer njd, heb ik een conducteur een rlerduitstuk alen weigeren. Mot mijn eigon oogen heb lk het gezien. Dit nu niet de terugkeer uour don ouden tyu, waarvan ik wou sprekend Die weigering is, «>1& hoogst modem een verschijnsel van aflMldomttlfbewuatztJii, dat pet van de allerlaatste jaren heeft gedagtcckend. Het antieke van hot'geval was, dat de geen, die de looi aanbood góta arbeider, geen werkvrouw, lelfe goe-n strnalnegociani was en toch ook goon Owocdr-ln-dc- nadagen die zijn auto heeft moeten opruimen, Het was een werkelijk beer, iemand pp leeftijd, die ook voor 1014 to dc termen van loolgeven bad gevallon. Dat zoo iemand weer begint met vierduitstukken te offeren is voor m(J een van de zekcralo aanwijzingen, dat we terug gaan naar den ouden tijd. Eveneens, dal er in den Haag twee woonhuizen t» huur staan in de oude stad, ongemeubcid, ongestofteard, net voor wat Mi waard zijn en dat zij reeds een week hebben te huur gestaan. Een derde teekeu van „reconstructie is, dat er oen dag is geweest waarop de aardbeien in een buurt ven ileine-burgcrljgepensioneerden, kantoorbedienden en dergelijke genieten van inkomens van beinedon do drto mille, goeakoopor zijn geweest dan Ja de buurten, waar do „oersto-stoen-Ieggen ten onrechte bouwvakarboldéri Knaamd, hun woonplaat» hiibben, Dit spreekt boekdoe- 1. Als een burgergezin, waarvan do mooder op de grens van liet mevrouw^iameeohap leeft, meer moet betalen voor de aardbeien dan de vrouw van een oppermens moot er zooiots van een revolutie hebben plaatsnam J, zonder dat de wereld er Iets van heeft gemerkt. En hoewel ik hier ter plaatse geen financieel overzicht pleeg, zou Ik toch bezitter» van aandeel., n tn bioscopen don :aad geven or een willigen dag (hout het niet zooï) zich van hun aandeeier, te ontdoen. Als dc burgerstand voor hol vullen van do bioscopen moet zorgen on de dome van den opperman en de andere „UebcrmoDSOhtd' thuis blijveo, gaat het amusementsbedrijf lijnrecht op do flesoh. Precies als het arbelderssiandsgevoel, zoodra „do vor- oelte hand" van den conducteur zich weer ^gaat aluiten om do vervloekte hedol^ft uit hourgootsvingers''. Als het een beetje wil, komt de briefbesteller en straatveger binnenkort ook weer met een wensch. Hoe wil men het foolenstep hot 'degrudeerend ooit uitroeien, zoolang de wereid niot heelemaol beslaat uit mannen als onze hoofdcommissaris van politie? Uit mannen uit zoo'n dén-stuk, uit zulke atomon, als do heer Van 't Sant er een is? Litvinow, do brave man, die in weerwil van zl)n sovjeterij, prooies een burgerman is alt een ander en aio hoogstens qualitate qua een verkeerden draai heeft In een van zijn hersenlobbèu, hoeft begrepen, dat hij zijn verblijf in den Haag ZÓÓ ntei kon laten aftoopen. dat liij niet kon volstaan voor zichzelf en zij:, gevolg met het neerleggen vau een paar honderd kUo roeholbllicttem 1000 biï de Rotterdamsohe Bankvereoniging, oon daarmee zijn rekening bij den kleermaker, rijwieHeveranoier on Oranje-hotel te voldoen. Ieder ander minister geeft fooien, in geld, In dus- spelden of ln ridderorden. In een land, waar alle Lenln» on allo Trotzky'e gelijk Sn aan elkander en het verschil tusschon een Iwan en ivinow alleen bestaat 'ln buikomvang en graad van voldaanheid, la natuurlijk geen spreke van ridderorden. Wat geef je dan aan een hoofdcommissaris, die zoo voor je veiligheid heeft 'gezorgd? Aan een dasspeld hoeft zoon man nlots. Want een hoofdcommissaris draagt op zijn wit overhemd nooit andere dan een kort zwart dnajo vanwege da ambtelijke deftigheid. Een briefje ten honderd kin je hem ook niet overhan digen, aangezien hij geon zcvcriitig-jarig raadslid Is. Dus kocht Litvinow meneer Bourgeois eerste klasse een hoopje gouden en zilveren sigarettenkokers, penhouders, iakslempels en wat dies meer zij om onder de verdien stelijke menschen uit te deelen. Als hij een grijzen baard had aangedaan en een mantel ln zijn nationale kleur, bad Litvinow voor Sinter klaas kunnen doorgaan. Maar onze hoofdcommissaris zei dankje, we. leven hier niet van het gegeei. Dat we op jelui gopast hebben, was, om te maken dat je nlot met lommen gooide en hcusch, dat hoort bij ons gewone werk. Inbegrepen ln ons salaris. Ziedaar een standpunt. Ik had hot ding genomen. Je kan nooit weten, AU naar het Amarlkaansoh door ZANE ttRET, 1Q Bewerkt door W. J. Ju ROLDANliS 4fr. Het was groen water, wit van schuim. Sïodg waad de erin en vond het water koel en ondiep en heel snel. Hij moest Nagger vasthouden, om te beletten, dat hij stroomafwaarts medegesleept werd. Zij kwa men veilig over. Daar in het zand waren overblijf selen van een tweede Indiaansch kamp, een half jaar oud. De schaduw der katoenboomen deed hem weldadig aan. Slone vond deze vallei drukkend heet. Er was geen wind en het zand trok door zijn schoenen heen blaren op zijn voeten. Wildiire volgde 't Indiaansche spoor, dat hem in deze wildernis gebracht had. En da t spoor ging den stroom over bij iederen bocht van hut kronkelende, smalle dal. Slone genoot in het water. Hij hing zijn geweer om den zadelknop en liet het water over zich rollen. Een twaalftal 'keeren moes ten hij en Nagger den bruisenden stroom over. Dan kwamen zij bijeen; sterke vernauwing, waar het pad blijkbaar hot rivierbed volgde. Er was geen andore weg. Slono waadde erin, struikelde, rolde on zwom voor het sterke paard uit. Nagger was nat tot aan zijn borst, maar hij viel niet. Dat ravijn scheen vol van oen donderend lawaai. Het kwam uit in een breed dal. Wildfire'a sporen sloegen links af en be gonnen de helling te beklimmen. Hier was het rijden makkelijk in vergelijking met wat zij achter den rug hadden. Eenmaal in het dal zag Slono Wildfire ver voor zich uit, hoog op de bel ling. Hij scheen niet kreupel te zijn, maar liep toch niot snel. Onder het klimmen bleef Slone kijken. Wat en waar zou het einde van de jacht zijn? Een enkele maal was Wildfire een oogenblik goed te zien, maar meestentijds was hij verborgen door rotsen. De helling was éón groot talud, oon verwar ring van verweerde rots, die gevallen scheen te zijn, van wat een rots van roodo en gele steen scheen te zijn. Hier viel de hitte der zon als vuur op hem. De rotsen waren zóó gloeiend, dat Slone ze niet met zijn bloote hand aanraken kon. Het einde van den mid dag naderde en deze helling was eindeloos lang. Torh was zij niet steil en hot pad, was goed. Eir.rte'ijk wotyJ. wildfire achter zich kijkend, weer zichtbaar op de hoogte der helling. Dan was hij weer weg. Slone worstelde verder. Lang vóór hij op er hier eoos aewifakoopst wordt, ken het gemakkdjjfc zijn, dst je kunt aantoon en, dat je zoo'n vrifead-amioe ven Litvinow ben, dat je cadeautjes met inscriptie van hem' krjjgt, En bovendien, zoo'n "koker is, als de Wjjnkooperij op de heele wereld alle papiergeld waardeloos maakt, toch allicht een ding om met ja familie een dag of veertien van te leven, zonder dat Je je behoeft te gaan voeden met arm1 of been van een medeheilstateling, die niet zoolang tegen de zegeningen van 'het bolchewisme bestand is. De hoofdcommissaris hoeft geweigerd, ook voor zfln agenten, wien Litvinow, nPar ik hoor, duizend gulden had "toegedacht, hetgeen vandaag zoo iets van anoeahalf millinrd roebel is. Dat hij dat sommetje geweigerd heeft, acht ik beter te begrijpen, vooral nu de Voorwaarts de hotelrekening publiceert, die de vijf sociaal-democraten onder leiding van Vandeveido in Moskou onder den neus kregen. Een 'tiende ven alle Agenten samen van wat vijf gele socialisten in drie dagen verteerden volgens Moe- kousche rekening Is wel heel sjoveL Neen,, dan liever Jdeele fooien, zooals alle beambten en officieren van de Batavierlijn, die maar eentgwans daarvoor in de termen vielen, van de Koningin hebben gekregen. Die Huisorden worden niet 'geweigerd. Vast niet. Al hébben ook 'die menschen vermoedelijk niets meer gHnap dan het gewone werk, waarvoor rij hun solaria i afvingen. En go kunt <sr ücker ven rijn. waarde lezer, dat zij fn de eerste maanden M] 'allo kennissen van Hun vrouwen en verdero familie, de meest welkome gasten zftn, die er te bodenken vallen, dat aft 'overal wordea uitgcnoodlgd om te vertellen' wat de Koningin zet en de prinses deed en hoe zoo'n Koningin nu leefde en wat zij et en wnt zij aan had enenfin, nu ja van alles. Invitaties voor alle avonden aan den wat, minstens drie maanden lang, met behoud van je salaris, plus een Huisorde: Het 1» te voel, to veel von het goede. Maar toch leven we blijkbaar ln een z66r demo cratischen tijd. Bijzonder; Nog eens: die hoofdcommissaris Is mij te principieel. Wat behoeft hij door zijn weigering oen andermans plezier te bederven. ilaa hl] dien koker met voor een goed duet kunnen) afstaan? Voor oen bloemetjesdag voor tuberculose of toor een Russische hongeorenoodcollecte? Terugnemen doet een goudsmid toch niets als or al een Inscriptie op staat VcMaderitg van den raad der oemeeate Hoer Hugo- wnnnt gehouden op Donderdag 27 Juli 1932, '5 naudd- dnss 2 uur. voorzitter Burgemeester van Slooton. Afwezig do heer J. v. d. Oord. Voorzitter opent de vergadering met welkom nan do hecrcn en deelt mode, dat de hr. v. <L Oord verhinde ring heeft om to verschijnen. Daarna volgt lezing en goedkeuring der notulen. Naar aanleiding van de notulen vraagt do heer Met hoe het staat mot het ter vorige vergadering besproken verzoek van gemeenteveldwachter Haster. Voorzitter antwoordt., dat aan Haster een schrijven is gezonden in verband met het 'door hom ingedièjndfa en door den raad behandelde verzoek. Ook heeft Voorzitter met Haster bespreking gehad over het verzoek. Dat verzoek ia om verhoocing van salaris voor het schoonhouden van het raadhuis on Indien de raad niet tot verhooging overgaat, vraagt adressant ontslag aan voor de functie van schoonhouden van het raadhuis. Voorzitter zegt, bij bespreking met Haster van dezen tè hebben vernomen, dat hij het salaris te gering vond. Haster1» vrouw is niet sterk cn kan het niet alle? doen en zijn dochter er om thuis houden gaat ook niet. Haster wil cr liever af, als men niet tot verhoogd kon besluiten. Voorzitter verklaart, hem toen te hebben .gezegd, dat hij er wel af kon. maar dat dan zijn salaris f 100 minder zal worden. Maar dat wilde adressant liever niet. Haster heeft verklaard, dat hij, ingeval tot geen ver- hooginfl wordt 'besloten, het schoonhouden van hel ïaacöiuTs nog tot Augustus a.s. zal waarnemen, maar daarna niet meer. Voorzitter zegt, dat dit ln 't kort hot verloop der gcvooitle bespreking was. Als iemand niet wil, dan is het uit. Haster was niet genegen om het 'zoo langer te doon. Hij meende dat het loon te laag was. Te iJrsem is er minder werk aan tegen hoogor loon. Als Haster per sé verhoogjag van salaris wil hebben, dan kunnen wc j hem dat gevon of niet 'geven. We zouden hem ontslag i kunnen geven met bepaling, dat dam zijn salaris als veldwachter f 100 lager wordt. In dat geval is Haster voornemens zich tot God. Staten te wenden. De heer Krom vindt, als Haater het werk aan die functie verbondon niet doet, dat er dan toch mco gepaard «aat, dat lÜjn beloóning minder wordt. Als hij d'U schoonhouden van 't raadhuis niot meer doet en dan hot, ralüiris toch 'hetzelfde laten, dat gaat toch nlot. Voorzitter: Wij hebben verleden najaar zijn salaris behandeld. 16en vond hfj onze regeling bost en <lan het schoonhouden van het'raadhuis er bij. De bezoldi ging voor die fructie te toen gevoegd -fcfc s&n «Jarte al? velawschteiAls yeldweebter toch gaat het pensioeD i el to bij 5b-jarigen leeftijd en als schoolhouder vnn het raadhuis e- .U bij 65-jangen leeftijd. Toen heeft hij dio regeling dat hjj dan't schoonhouden van 't raadhuis zou volhouden cp den bes taanden voet goedgevonden en daarvan ec-n verklaring gegeven- Toen heeft bij dat goedgevonden. Nu vindt hij, dat hy te weinig geld heeft voor het schoonhouden. De heer Krom: Het is alles onder één salaris, voor veldwachter en voor het schoonhouden van hot raadhuis. I Hij kan later wel weer komen met de mededeeUna, dat hij iets anders van zijn wérk niet langer doet. Het zou wel gemakkelijk 'voor hem! zijn als hij dat m zijn macht had. Maar dat gaat 'niet De heer Kostelijk vraagt "hoe het verleden herfst is gegaan met die regeling yan salaris. Voorzitter geeft toelichting. Vóór die regeling was het salaris als veldwachter f 1350 en afgescheiden daarvan hea Haster f 100 loon voor schoonhouden raadhuis. Voorts had 'Haster f 150 vergoeding voor kleeding en fiets. Bij de regeling van vorig najaar is het salaris van f 1&50 mei f 50 verhoogd en werd bovendien daarbjj gevoegd de f 100 voor schoonhouden raadhuis, met net oog op pensioengrondslag, zoodat het gcheele salaris f 1500 werd. Dat vond Haster goed en hij zou daarvoor op den ouden voet het 'raadhuis blijven schoonhouden, waarvan hij verklaring heeft gegeveip Wij hadden toen niet gedacht, dat de goede trouw, die wij ln Hastetf veronderstelden, dar. hij die niet zou houden. Het ïs nu toch een zich nlot houden oen een overeenkomst. Da heer Kostelijk vindt, het moet geon opdringen worden, waar Haster van dat ontslag begint. Voorzitter vindt/lal' ook *el een soort opdringen. 5Het is wel zoo: politic kan ie moeilijk belasten met schoonhouden van het raadhuis. Dat is eigenlijk geen politiewerk. Maar hij heeft het op zich genomen het te aocn of te laten doen. Hilkorat er nu op terug., dat hij het niet meer wil doen. Dat is geen goede voorstelling van do mak door Haster. Als wij hem ontslag geven en dan f 100 minder salaris als veldwachter, dan zhl hij daarmee geen genoegen nemen. Maar als de raad er toe besluit en do redenen aangeeft met toelichting hoe het komt,, dat dan het salaris f 100 minder zal worden,, dan zijn dat toch motleven van 'den raad. c£Lo gezond zijii, Haster heeft verklaring gegeven, dat hij het schoon houden raadhuis doen rou. En nu Is bij daarop terugge komen. Dc heefl Krom: Ik Vind dit optreden van Haster tegenover het gemeentebestuur niet juist. Voorzitter: Ik Vind hot ook niet aardig. Op deze manier kan hetTeclijk worden en dat heb ik Haster ook gezegd. Het zou kunnen worden: hard legen. hard. En jk gaf hem wel in overweging om in deze zijn been niet stijf te houden. De beer Krom: Wij kunnen hem ook lastig worden, as wij bellen, dot hij niot mag veilen, bijv. Dat konden wij toch doen. Voorzitter: Haster wil niet 'anders en nu kunnen we: .óf hem ontslag geven cn f 100 minder salaris nis veld wachter., óf de gevraagde verhooging geven, maar daar ben lk niet voor, want 'we hebben net salaris verleden herfat pnt> geregeld. De lieer Met vraagt naar het salaris 'van Haster voo- het'kachel aanmaken. Voorzitter vindt als Haster zich niot met het schoon houden van het 'raadhuis "belast, dan ook maar niet kachel aanmeken. Die het eene 'doet, 'het andere ook maar. Dc heer Wijnker: Mijn bedoeling was om het lóón voor kachel aanmaken te verhoogen, als het dan Haster naar genoegen was. Voorzitter: Maar dat kachel aanmaken, waarvoor f25 wel genoeg is, daar kunnen we toch niet bijv. f 100 voor toekennen oan Haster. Dat zal de bedoeling toch wel inlot zijn. Anderen vinden dat mét Voorzitter. De heer Met: Ls Haster's vrouw 'niet in staat om het raadhuis schoon te houden? Voorzitter: Dat heb ik niet 'gezegd. Ik 'zei, dat zij wel in minder gunstigeu staat is en dat zij 'niet best op een trap kan en zoo. Daarom moet Haster's dochter dan helpen. Do heer Met: Als dat 'in het adres had gestaan, dat zou een ander idéé hebben gegeven. Maar er valt van twee kwaden het beste te Kiezen en wo konden ln overleg treden met Haster en eenifpzius hem vergoeden. dien top kwam, hoorde hij het doffe donderen der rivier. Het wiea aau tot oon oorverdoovond lawaai en toch scheen hot nog ver weg. Zou do grooto ri vier WBdfiro ln zijn vlucht tegenhouden?. Slono be twijfelde het. Hij ging den rug over, om to zien, dat de canon zich opende in eon vervaarlijk gat on hoe eon glinsterende, door do zon verschroeide hel ling uitliep in een diep zwart ravijn, waar eeu roo- de rivier kolkte, schuurde en donderde. ln zeker opzicht was de rivier wat hij verwacht had te zien. Een kracht, die dezen canon doorsneden en uitgemergeld had, kon niets anders geweest zijn dan een dergelijke rivier. Het pad leidde naar bene den en Slone twijfelde er niet aan of het stak de rivier over en leidde uit den canon. Hij zou daar hebben willen blijven en eindeloos kijken en luiste ren. Eindelijk begon hij de afdaling. Terwijl hij voortliep, scheen het dat het lawaai der rivier min der werd. Hij kon de reden daarvan niet begrij pen. Hij had een half uur noodig om bij het laatste niveau te komen, een ijzingwekkend, zwart canon- bed met de rivier er midden in. Hij zag niets van Wildfire aan deze zijde van de waterscheiding, maar hij vond zijn sporen, die door een inkeping in het zwarte blok van marmer het laatste niveau af, naar een zandbank in de rivier leidden. V'ildiire was recht door het zand naar het water goloopen. Slone namen de rivier em den oever goed op. Het water liep langzaam, zwaar, in trage draaikol ken, Van ver uit den canon kwam het lawaai van een bergstroom en van beneden hot gedonder van een an deren, zwaarder en dichterbij. De rivier leek gewel dig en toth was zij niet snel. Den zwarten, ruwen rotsmuur lvven zich opnemend, zag hij sporen, waar de rivier zes'tg voet hooger geweest was dan zij op het zand stoni. Zij was dus nu laag. Hoe gelukkig voor hem, dat hij hier voor het regenseizoen gekomen wasl Hij geloofde, dat Wildfire er makkelijk overge komen was en hij wist, dat Nagger het ook zou kun nen. Dus boud hij zijn voorraden en wapens hoog op het zadel, om ze droog te houden, en koek hij naar een plek, die geschikt was om in het water te gaan. Wildfore was diep weggezonken vóór hij den rand bereikte. Slone vond een betere plek cn dreef Nagger daarheen. Het groote paard dompelde bijna onder en begon te zwemmen. Slone bleef naast hem. Hij bemerkte nu, dat het water dik was en hem zwaar maakte, dus moest hij een stijgbeugel grij pen en r.ich laten sleepcn. De rivier leek slechts een paar honderd voet breed, maar blijkbaar was zij breeder dan zij leek, Nagger werkte zich met moeite naar den tegenoverliggenden oever; maar toch iand- da hij veilig op een rotsachigo bank. Er waren plek ken zand, wuarin Wlldfire's sporen zóó vorsch wa ren, dat het water er nog niet uit v/eggc* ikt was. Slone liet zijn paard rusten vóór hij uit die spleet in de rots zou trachten to klimmen. Wildfire had blijkbaar geen moeite gehad om naar hoven te ko men. Aan dio zijde van den canon overheerschte Ue kale rots niot. Een duidelijk te volgen pad leidde eij stoffige, kiezelige helling op, waarlangs hier en daar cactussen groeiden. Eon half uur klimmen bracht Slono tot de plek, vanwaar h.ij zien kón, dat hij een groot dal binnenkwam, dat langzaam steeg en zich vernauwde tot een bergpas in de donkere klippen, waarboven do groote roode rotsmuur op doemde. En nauwelijks een mijl verder, flikkerend in de ondergaande zon, glansde de roode hengst, die zich langzaam voortbewoog. Slone haastte zich voorwaarts. Juist vóór bet in vallen der duisternis kwam hij bij een ideale plek om een kamp op te slaan. Slone was doodmoe door het eindolooze klimmen en dalen en kan nauwlijks zijn oogen open houden. Dien nacht sliep hij aan één stuk door. Wildfire had niet verder dan een mijl voor hem gegraasd. Slone keek nieuwsgierig den zich vemauwen- den canon ai, maar "hij werd niet beloond door het zien van den hengst. Toen hij eqn geleidelijk stijgend pa"d volgde, kwam hij tot de ontdekking, dat de pas, waar naar hij zoo lang Opgekeken haa, 'daar was, Vaar do groote roode .rotsmuren elkaar bijna ontmoetten. En hot pad zigzagde die nauwe spleet op, zóó steil, dat men slechts een paar stappen doen KOn zonder te rusten. Slone zwoegde een uiir lang een eeuwigheid tot hij doornat, gloeiend heet en benauwd was en oen zwaar gewicht op zijn borst drukte. En toch was hij nog slechts halverwege die groote spleet tusschcn de rotsen. Naar mate hy verder kwam, werd de pas breeder. Wat van het 'dol uit nauwelijks zichtbaar was geweest, was nu reusachtig in zijn werkelijke afruotingetn- Slone rustte dikwijls. Nagger stelde aat op prijs en hinnikt© dankbaar bij iedere rustpooze. Bij deze een tonige worsteling vergat Slone het genot van do jacht. En toen Nagger plotseling angstig begon te snuiven, was Slono niet voorbereid op wat hij zag. Boven hem' was een lage, roode rots, waaromheen blijkbaar het pad liep. Bh ae bocht, die een 'voorge bergte was, nauwlijks honderd voet boven zich, zag hij iets roods bewegen en in het zicht komen. Het was een ^paardL Wildfire niet 'verder dan 'drie lasso-worpen van hem af. Daar stond hij naar beneden te kijketn.. Hij vervulde alle droomen ta Slone. Alleen was hy dikker. Haar W~ konden den middelweg inwandelen, om niet in moeilijkheden te korren. Voorzitter: Dat heeft do raad te beslissen. Wij hebben het besproken. Als de raad niet 'genegen is te verhoogen, dan zal Haster wel in beroep gaan bij* Gcd. Staten- Anderen: Dat moet hij dan maar probecren- Voorz. Als de heeren willen, dat wy nog eens met hem in overleg gaan, my' goéd. Als wij Haster f 100 minder salaris geven en hem als gchoonhouder raadhuis ontslag geven., dan komen wij voor f 100 niet met een ancler klaar. Werkvrouwen zijn nu niet zoo goedkoop. Wil de raad dat B, en W'. nog eens inet hem jn overleg gaan-, mij goed. Die heer Blom Het kan geprobeerd worden otmi te overleggen. De neer Kostelijk Het zal de gemeente wel géén voordeel geven., maar ook ik her waar, aai cfe houding van Haster niet fair, is waar we het 'vorig zoo regelden ten Voordeel© voor z^jn pensioen. Voorzitter: Haster is eigenlijk niet slim geweest Als hij alleen om verhoogmg had gevraagd, omdat 'hij te weinig loon had voor het schoonhouden., dat had voor hem heter geweest als dat opdringen: anders neem ik mijn ent firn zodbls in dit adres. Ik had het eigenfijió later op agenda, maar we kunnen het nu ook wel behan delen. De heer Met zou bespreking met Haster nog wel wen- schclijk achten. De heer KostelijkDat kan. Maar qIs Haster ©r op staat om 1 Augustus a.s. ontslag te hebben, dat kan, maar dan moeten B. en W. naar een ander uitzien. Voorzitter: Wy kunnen nu zeggenontslag tn f 100 minder, maar B. en W. kunnen ook ia overleg .en dain zien. of hy het niet te bezwarend vindt. De heer Poland: Vorig jaar is zyn salaris herzien met het oog op zijn pensioen ©n toen heeft hij f 50 verhoo ging gehad. Was dio verhooging als veldwachter, of als schoonhoud er raadhuis? De heer Met meent, dat 'het salaris als veldwachter toen f 50 is verhoogd. Voorz. zegt ook, dat 'toen het veldwachtersalaris f 50 verhoogd werd. Het 'was beter geweest., als gaster nu alleen maar om verhooging had gevraagd. Do beer Kuiper: We zoudon hem met f 150 kunnen verminderen. Toajfzftier wfjsa er op„ dat Wij hem alfl veldwachter geen ontslag zouden kunnein geven, daarover heeft dc raad niets te zeggen. We kunnen Haster ontslag geven als schoonhouder van 't raadhuis en hem f 100 minder salaris gevcnU ,We zouden anders ook kunnen zeggen, lo krijgt Je ontslag niet Dat kan ook, dat is doodeen voudig De neer Poland: Als dat doodeenvoudig ls, dan dat doen. Voorzitter brengt nu in stemming: aan Haster ontslag to geven als schoonhouder raadhuis en tisn f 100 minder salaris als veldwachter, terwijl B. en W. hein nog zullen booren, of hij berouw heeft en dan met hem zullen overleggen. Met op één na elgcmeene stemmen (tegen de hoor Met) wordt dit voorstel aangenomen. lïüet Besvar der ofdeellnH Heer IHwavmard van den A.N.G.O.B, verzocht f 25 subsidie. Mot allen voor toegestaan. Aan een paar aangeslagent-n in de belasting zal met algemeen goedvinden hun aanslag worden teruggcvèn, dnar zij in hunne vorige gemeente reeds moesten betalen. De heer G. Smit Az. te "Veenhuizen verzoekt wegens gezichtverzwakking eervol ontslag als administrateur der nlgemeone begraafplaats te Veenhuizen, een functie dié hif vanaf 1874 gratis heeft vervuld. Met Dllen voor, woj^dt 'besloten den heer Smit eervol ontslag to verleenen. De neer Met vindt, dat e rwel panleiding Is, waar dc heer Smit het van 1874 af gratis deed, hem daarvoor eenig aandenken of blijk van waardeeóng to schenken. De heer Kostelijk stelt voor dat straks in coniité to behandelen, wat wordt 'goedgevonden. Voorzitter deelt mede ,dat de heer C. v. Twuiver te Veenhuizen zich bereid hoeft verklaard, de functie eveneens gratis te vervullen. Volgt aanbieding begrootinfl 1923 Armbestuur in ontv. en uitg. aangevende f 9021.45. Het Armbestuur vraagt f 5600 subsi<2e, zegt Voorzitter. Goedgevonden, .de begrooting doop de commissie te doen onderzoeken. Algemeen wordt goedgevonden om fn verband met ©on van B. on W. van Hoorn ingekomen schreven eeno voorgestelde overeenkomst met Hoorn aan te gaan, om- tent toelating van leerlingen op de M.U.L.O.-s'öh'oiol aldaar. Volgt aanbesteding begrooting gemeentel. Electr. be- drijt to ontv. en uiig. op f 3oo3d.50. Zal door de commissie nader worden onderzocht Voorzitter brengt in bespreking de elders gehouden vergadering inzake wijziging contracten met Jjet P.E.N. Het P.E.N. hoeft een aanzienlijk tekort. Voorzitter is met den administrateur Bruin van ons bedrijf op <lio vergadering geweest. Wel werd door verschillende op de vergadering vertegenwoordigde gemeentebesturen ingé- zicn de noodzakelijkheid van noogere bijdrage. Maar waar werd aangegeven, dat1 de bijdrage de f 140 per kilowHtt-uur niet zou te boven gaan, was men daar toch niet voor. Op de vergadering werd besloten de •zaak nog aan to houden en nader lo ando^ocken. Dio P.E.N. heeft 6V2 millioen verlies, maar Prov. Staten zouden genegen zijn dal verlies 'voor rekening oer provincie te nemen. hij was zóó prachtig geproportionneerd, dat 'hij niet zwaar scheen.'Zijn robe was ruig en rood, niet glan zend. De kleur deed hem zoo glimmen. Zijn manen waren als een kam, eerst'hoog loopend en dan laag neervallend. Slone had nooit zooveel spieren aan een paard gezien. Toch was het dier elegant en mooi, vooral q© Iraai gevormde kop. Maar wat en hoe Wildfire ook zijn mocht, hij 'was een duivel, een moordenaar hij had geen cde.le eigenschappen. Slone dacht, dat, wan neer een paard haat uitdrukken kon, Wildfire dat op dal oogenblik deed. Zeker echter was het, dat hy nieuws- gi-erigneid en woede uitdrukte. Slono schudde zijn gebalde vuist naar den hengst, alsof het paard een mensch was. Dat was iets heel natuurlijks voor een ruiter van zijn slag. Wildfire keerde zicli pm, teekende zich helder af tegen den donkeren achtergrond en verdween dan- HOOFDSTUK VI. Dat was het laatste, wat Slone p©durende drie dagen van Wildfire zag. Het nam zijn heelen dag in beslag om uit den canon te klimmen. De tweede dag was een langzame marscb van dertig mijl, waarin een bosch en gele rotsmuren van den canon gezien konden worden. Dien avond vond Slone een waterput in een rotsachtige holte, en eeQ klein beetje gras voor Naggar. Den derden dag legde hij veertig mijl af door een vlak droog, geurig pij oho nn- bosch, dat eenter de frischheid en schoonheid van het bosch aan den Noordelijken kant van den canon miste. Slone sloeg dien nacht zijn kamp op bij een modderigen vijver in ae bosschen ,waar Wildfire's sporen duidefija zichtbaar waren. Den volgenden dag reed Slone uit het bosch in een streek, waaarin hier en daar ceders stonden, eii daaruit naar den rand van een plateau, van waaruil de glinste rende wildernis haar grooto en troostelooze afstanden onheilspellend en dreigend uitstrekte. Dit was niot het woeste hoogland van Utah, maar een naakte, kale wereld van gekleurde rots en zand een geschilderde woes tenij van hitte en wind en vliegend zand én waterlooze vlakten en woeste ranges. Maar dat alles ontmoedigde Slone niet Want ver weg op de kale goivenae hoogten bewoog zich een roode vlek, die Wildiire was. Op een open vlakte als deze toonde Nagger, die tweehonderd en vijftig pond droeg, zijn wonderbaarlijke condiUe. Hij bekommerde 'Zich ruèt om de hitte, het zand, de afstanden of zijn last Hij Verd niet moe. Hij was als een machine van onbegrijpelijke kracht. Slone haalde cp Wildfire in en tecren den avond vrri dien dag kwam hy tot op een halve mijl afstands van

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 5