DE WILDE JACHT A, en J. PRINS RIJWIELHANDEL, FEUILLETON. VOETB A L. Plaatselijk Nieuws. fiinnenlandsch Nieuws. Officier van piket, uit het veld geslagen, zegt„Maar man, i® slaapt, hoe durf je „Pardon, luit, ik zal me gaam, beklagen, u hebt 'me gestoord in mijn gebed- Luitenant bekijkt nog eens het 'pannetje eten voor hem en verdwijnt.. HOE IS 'T IN RUSLAND? Een correspondent van het H.&bL geeft eenige in drukken weer, die goede kenners van Rusland na een afwezigheid van vier jaren bij een langdurig bezoek aan Rusland kregen. Hun oordeel is van te meer belang, daar het door geen partijhaat is vertroebeld. Zij 'haddon gelegenheid te spreken met menschen van alle klassén en standen, o.a. met leden van de oude en van 'de nieuwe „communjstsiche" bourgeoisie., met Russische en buiten- ia ndsche handelslieden. Boeren en oogst. Persoonlijk zijn "*ve met de boeren in de provincie niet in aanraking gekomen. Maar ons werd over eeh zeer belangwekkende endenz uit verschillende deelen van het land bericht. De boeren, die vaak zijn overgegaan tot net bedrijf in kleine zelfstandige boerderijen (Chutor) en dus de door Stolypin bevorderde beweging voortzetten, roepen de vroegere lamdgoedbezitters terug. Zij bieden hun het landhuis, voor zoover nog Intact, en een deel van het oude bezit aan, onder voorwaarde, (fat zij' het overige land 'den boeren bij contract afstaan. Op deze wijze trachten de voorzichtige boeren zich door een particuliere overeenkomst met de grondeigenaars voor alle gevallen in de toekomst'hun nieuw verworven grond bezit te verzekeren. Overgiens zal ontzaglijk veel afhangen van het resuTtaat van den nieuwen oogst ..Deze schijnt, wat trouwens ai blijkt uit bet dalen aer 'graanprijzen, beter te .rijn don die van het vorige jaar. In het noorden was het 'winter graan grootendeels bedorven. De akkers zijn echter in grooten omvang beploegd en met zomergraan bezaaid. „Van Belostrof aan de grens van Finland tot JVloskou,'" zoo zeggen de reizigers, ,.,was al het 'land, dat men uit den trein kon zien, met graan of ander gewas bedekt. In de steden heeft men zelfs in de tuintjes groenten gekweekt. De honger heeft de bevolking veel geleerd." Een beetje politiek. In de zoo ijverig bewerkte akkers en groentetuinen, in den levendigen handel en het levendig bedrijf, mani festeert zich de overwinnmgsgang van het economische leven, dat het communisme heeft overwonnen- De door- trekkende reiziger merkt niet veel van den grooten nood der bourgeoisie. De zwakkere elementen zijn uitgestor ven. de prachtigere hebben zich aangepast. Men ziet niet veel verkommerde gestalten in de heide hoofdsteden, bedelaars waren er altijd veel. Het woord „towansj3' (kameraad), dai in de pers zooveel voorkomt, hoort men in het leven nooit. Men wordt ,grashdania" (burger) of „barin" (heer) genoemd. Reeds hierin openbaart zich de algemeene scherpe oppositie tegen den lijd der revolutie en het 'communis me. Hand in hand hiermee gaat een toenemend antise mitisme. In de provincie worden de joden,, mishandeld' Men neemt onder de rijk geworden Joden en onder de commissarissen een nerveuze angst waar. Zij voelen de ontevredenheid die hen omgeeft. Echter er is nog geen macht die een omwenteling zou kunnen bewerk stelligen. Maar de bevolking is beter gevoed en dus energieker geworden en men weet nooit waartoe dié energie kan leiden en wanneer wellicht plotseling eocn verandering kan komen. Alle voorspellingen hierover en over de naaste toe komst zijn slechts praatjes. De troepen zijn in goeden staat en staan onder harde tucht. Men weet echter niet, hoelang de onder voortdurende politieke agitatie der commissarissen staande troepen werkelijk een bescher ming van de Sovjetregeering zullen blijven. De breede lagen van het yolk denken slechts aan bedrijf en winst, maten aue buitenfandsche interventionistcn, de Entente en grootendeels ook de Russische emigratie. Elke mtex- veniie zou den communisten weer te paard kunnen zetten. Alleen van binnen uit, van het economisch leven uit kunnen en zullen ze overwonnen worden. Zij zullen gedwongen zijn steeds verder toe te gevén. alleen cnn het leven te behouden cn althans eenigermate dén roof der laatste jaren te kuinnen redden. De Chineezen dié eens zulk een groote rol speelden zijn geheel1 én al verdwenen, omdat elke Chinees, dien men in h£ndon kreeg, wera doodgeslagen. Zoo zullen ook de commu nisten verdwijnen maar niemand kan zeggen wanneer. EEN VOORSTEL TOT HET ANNULEEREN VAN DE DUITSCHE SCHADEVERGOEDING EN DE SCHULDEN DER GEALLIEERDEN. Uit Londen. 1 Aug. Eon buitengewoon belang rijke wijziging in de Britsche politiek wordt uit eengezet in een nota aan de geallieerde regeerin gen. De Britsche regeering, zoo wordt verklaard, is zoo diep overtuigd van de economische schade, welke aan de wereld door de bestaande omstan digheden wordt toegebracht, dat „Groot-Britannië bereid zou zijn, van alle verdere rechten op de Duitsche schadevergoeding af te zien, alsook van alle vordering op de geallieerden, mits deze stap een deel zal uitmaken van een algemeen plan, vol gens hetwelk dit groote probleem in zijn geheel zou kunnen worden behandeld en op bevredigende wijze opgelost. Een algemeene regeling zou voor de menschheid grooter waarde hebben dan een even tueel gewin, dat zou kunnen worden verkregen, in dien aan allo verplichtingen ten volle wordt vol daan". De nota, welke ls gedateerd 1 Augustus, is toe gezonden aan de regeeringen van Frankrijk, Italië, Servië, Roemenië, Portugal en Griekenland. Zij begint met de verklaring, dat, ofschoon -die Brit sche regeering de quaestie van de kwijtschelding der intergeallieerde schulden op het huidig oogen blik niet ter sprake wenschte te brengen, de jong ste gebeurtenissen haar weinig, keus laten. De nota gaat dan voort: De oorlogsschulden aan Groot-Britannië, de interest niet inbegrepen, bedra gen op het oogenblik nagenoeg 3400 millioen pond sterling, waarvan Duitschland verschuldigd is 1450 millioen, Rusland 650 en de geallieerden 1300 mil lioen. Daartegenover is Engeland aan de Ver. Staten on geveer een vierde gedeelte van deze som verschul digd, nl. 850 millioen pond, met inbegrip van de rente sedert 1919. In afwachting van een regeling, welke het pro bleem geheel zou oplossen, heeft de Britsche regee ring zich onthouden haar geallieerden te verzoe ken om betaling van, de rente of terugbetaling van het kapitaal. Indien zij een actie in deze aangelegenheid tot dusver imopportuun heeft geacht, dan komt dit niet, omdat zij de nadeelen van den huidigen stand van zakeni onderschat of wel omdat zij er voor te rugdeinst groote offers te brengen om er een eind aan te maken. Integendeel. Zij is bereid, mits deze stap een deel uitmaakt van een bevredigende inter nationale regeling, af te zien van alle vorderingen, die zij heeft op haar geallieerden tengevolge van de hun verstrekte leeningen en op Duitschland in verband met de schadevergoeding. De jongste gebeurtenissen maken de vervulling de zer politiek echter moeilijk. Op de meest hoffelijke wijze en in de uitoefening van haar onbetwistbaar recht heeft- de Amerikaan- sche regeering van Engeland de betaling gevraagd van de sedert 1919 opgeloopen rente der Engel- sChe schuld aan Amerika, en voorgesteld deze te converteerern in, een gefundeerde schuld, terug te be talen in 25 jaar. Deze regeling zou volkomen in over eenstemming zijn met het contract. De Britsche re geering beklaagt zich daarover niet. Zij erkent haar verplichtingen en is bereid deze na te komen. Maar het is duidelijk, dat zij dit niet doen kan zonder een belangrijke wijziging te brengen in den weg. dien zij onder andere omstandigheden had wen- schen te volgen. Zij kan de betaling der Engelsch- Amerikaansche leening niet behandelen ais een op zich zelf staand feit, waarbij alleen de Ver. Staten en Groot-Britannië betrokken zijn. Deze vormt slechts een sdhakel van de keten van transacties, waarin Engeland nu eens debiteur en dan weer crediteur is, en indien wij genoodzaakt worden aan onze onbetwistbare verplichtingen als schuldenaar te voldoen, kunnen wij niet afzien van onze even onbetwistbare rechten als schuldeisdher. Verder verklaart de nota, dat de Britsche regee ring met den grootsten tegenzin overgaat tot deze wijziging harer politiek. Het is waar, dat Engeland meer heeft te vorderen dan het verschuldigd is en indien alle intergeallieerde oorlogsschulden werden betaald,, zou de Britsche schatkist daar groot voor deel van hebben, maar kan de huidige toestand der wereld wel van zulk een eng financieel standpunt uit worden beschouwd? Dit wordt in de Nota ontkennend beantwoord. De economische euvelen toch, waaronder de we reld lijdt, zijn aan tal van moreele en materieele oerzaken te wijten, doch onder dezen moet stellig worden gerekend het gewicht der internationale schuld met haar ongunstige uitwerking op het ere- diet, den wisselkoers, de nationale productie en den naar het Amerikaansch door ZANE GREY, Bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr. 11. ,,'s Nachts dan zou ik om hem heen kunnen komen", zeide Slone, al zijn denkkracht inspannend' en nogmaals den omtrek van het geheele dal opne-, mend. „Waarom niet?'s Nachts is er geen wind. Dat gras zou langzaam smeulen tot den ochtend tot de wind opkomt en die is nu al dagen lang West geweest" Plotseling begon Sloe den geduldigen Nagger te slaan en uitgelaten tegen hem te schreeuwen. „Oude jongen, we hebben hem te pakken.... Mor gen om dezen tijd heeft hij een lasso om zijn nek!" Slone gaf zich over aan deze woeste, vreemde vreugde, die echter niet lang duurde, maar weldra plaats maakte voor een diep nadenken. E ij reed een mijl den kom in, om absolute zekerheid te krijgen, dat Wildfire er aan dien kant niet uit kon komen. De overzijde werd gevormd door een steilen rots muur. Dan ging hij aan den linkerkant kijken. Hier was de zandige helling bijna te steil zelfs voor hem. En daar was gras, dat branden zou. Hij ging naar den pas terug met de zekerheid, dat Wildfire ein delijk terecht gekomen was in een val zooals Slone zich nooit gedroomd had. Het groote paard was ge doemd in een levend vuur of in de lus van een lasso te loopen. Dan dacht Slone na. Nagger had dien ochtend, naar hartelust kunnen drinken. voor het eerst na vele dagen. Als hij dien dag goed had kunnen rusten, zou hij den dag daarna in conditie zijn voor het gruwelijke werk, dat hij mogelijk voor den boeg had. Slone deed het paard hot zadel af en liet het dier los, dat onmiddellijk snuivend de helling af liep naar het gras. Dan droeg Slone zijn zadel naai' een schaduwrijk plekje, dat dcor een rotspunt en een dwergceder gevormd werd, en maakte het zich daar gemakkelijk om te rusten, te kijken, te den ken en te wachten. Wildfirie was nu op 'n afstand van nog geen twee mijl heel goed te zien. Hij liep te grazen in de rich ting van de overzijde van het bassin. Slone geloofde, omdat de kom .zoo groot was, dat Wildfire dacht, dat er een uitweg aan den anderen kant of over de hellingen of door de ratsen. Nooit nog had de scherp ziende hengst zich vergist. Plotseling voelde Slone den angst in zich opkomen, dat er ergens een uit- v/eg wezen zou. Maar de angst verdween weer spoe dig. Hij had die hellingen en rotsmuren zorgvuldig nagagaan. Wildfire kon er niet uit behalve door den pas, waardoor hij binnengekomen was, tenzij hij internationalen handel. De volken van alle landen snakken naar een spoedigen terugkeer tot het nor male leven. Doch hoe kan dit normale worden ver kregen, wanneer wordt toegestaan, dat zulke ab- norrpale toestanden blijven bestaan? En hoe kun nen deze toestanden uit den weg worden geruimd, zonder middelen, die op Ihet oogenblik geschikt schij nen om te worden toegepast? Hot is duidelijk dat de tot dusver door Engeland gevolgde politiek, n.1. te weigeren om zijn schuldenaren eischen te stellen, slechts duldbaar is zoo lang als zij algemeen wordt aanvaard. Het kan niet Juist zijn, dat één deelge noot in een gemeenschappelijke onderneming alles wat hij heeft geleend terug zou krijgen, terwijl van den ander, die niets terugkrijgt, zou worden ge- elscht, dat hij alles betaalt wat hij heeft geleend. Zulk een procedure is in strijd met elk beginsel van recht, en het kan niet worden verwacht, dat zij het Britsche volk aannemelijk zou toeschijnen." Waar dus de Engelsche regeering tot haar leed wezen genoodzaakt is de onderscheidenlijke geal lieerde regeeringen te verzoeken regelingen te tref fen, om n&ar haar beste vermogen do Britsche lee ningen te behandelen, wenscht zij uiteen*te zetten, dat het bedrag van de interest en de aflossing, waar zij om vraagt, niet zoo zeer afhangt van het geen Frankrijk en de andere geallieerden aan Groot Britanniö verschuldigd zijn, als wel wat Groot-Bri tannië aan Amerika heeft te betalen. De door de Britsche regeering voorgestane politiek is die van het afstand doen van haar aandeel in de Duitsche schadevergoeding en het afschrijven, door een groo te transactie, van de geheele intergeallieerde schuld. Doch wanneer dit onmogelijk wordt geacht, wenschen wij te doen begrijpen dat wij in geen ge val wenschen profijt te trekken uit eenige mindere bevredigende regeling. Onder geen omstandigheid stellen wij ons voor méér van onze schuldenaren te vragen dan noodig is om onze schuldeischers te be talen. HEDEN ONTVANGEN EEN PRACHTCOLLECTIC Rijwiellanlaarns Zaklantaarns, Batterijen en Lampies. HECRENSTRAAT 30 - SCHADEN NOORDSCHARWOUDE. De voctbalvereenigüig Holland 1 speefdo Dinsdag avond op eigen terrein een wedstrijd tegen Jong Holland uit Alkmaar. De wedstrijd werd door Holland gewonnen met 2—0. Holland X was onvoltallig. OUDKARSPEL. De voetbalvereenigiing D.T.S. zal Zondagmiddag een medaillewedstrijd spelen tégen Rood—Wit 2 uit Alkmaar. Voor de/en wedstrijd is een medaille bescliikbaar gesteld door den heer J. Schrieken, lid van den raad alhier. Voor den wedstrijd die D.T.S. I tegen een H.R.C.- com'binatie uit Helder zal houden, is een medaille be schikbaar gesteld door den heer Van Zalingen, café houder. Ons fr-erd verzekerd, dat D.T.S. met dezen wed»tr\j<i 't ?.r /w - ©u tegenstander tegen auMi zal "heMen. DE POST LET OP DE KLEINTJES. In ons nummer van 22 Juli plaatsten wij een adverten tie betreffende de Sutnlight Producten, waarin een Bon voorkwam. Door een misverstand wera verzuimd daarin den naam van ons blad te drukken, de aanvragers vullen dien m.u in, doch daardoor is verzending als drukwerk niet toegelaten. Vele aanvragen zijn niet doorgezonden en daarom1 is bedoelde bon in ons nummer van h ed e n nogmaals afgedrukt. Deze bon kan nu als drukwerk verzonden worden. Wij raden onzo lezers aan dit nog maals te doen, 't fa wel de moeite waard. GESLAAGD. De heer P. Leguit alhier slaagde Dinsdag en Woensdag voor het examen 2e stuurman Groote Vaart. GESLAAGD. De heer P. Roggeveen alhier is geslaagd voor hot eersto gedeelte van 'het Notarieel examen. RECTIFICATIE. In ons vorig blad fa de aanhef van het „Pers"-artikeltle, getiteld: „Geen Hopte", op een verkeerde plaats al gedrukt. Do laatste 6 regels von ao vierde kolom1 pp bladzijde 2, zijfn 'bedoeld als aanhef van genoemd Pers-uittreksel. B rgerlijke Stand. GEMEENTE ZIJPE. Ingeschreven van 29 Juli tot 1 Augustus 1922. Geboren: Jan, zoon van Cornelis Hoep en Antje van den Berg. Jan, zoon van Pieter Jongerling en Iiillegonda KooiJ. Iebele, zoon van Geert van Brug gen en Antje Houtkooper. Catharina Johanna, doch ter van Adrianus Klaver en Johanna Maria Kager. GEMEENTE ST. PANCRAS. Ingeschreven gedurende de maand Juli 1922. Geboren: Geertje Johanna, dochter van Jacob Wa genaar en Matje v. d. Meer. Frans, zoon van Arie kon vliegen. Slone lag in de schaduw met zijn hoofd op zijn za del en terwijl hij in het schitterende dal keek, be gon hij plannen te maken. Hij berekende, dat bij het vuur vlug over het andere einde van het bassin brengen kon, zoodat hij niet lang afwezig zou zijn van den ingang van den pas. Vuur maken was al tijd een lastig iets, daar hij geheel afhankelijk was van vuursteen en staal. Hij besloot te wachten tot het donker was, een vuur aan te leggén van doode cedertakken en een bosje daarvan met brandende uiteinden mede te nemen. Hij wist zeker, dat de wind, die door het rijden veroorzaakt werd, ze bran dende zou houden. Wanneer hij het gras aangesto ken had, behoefde hij niets anders te doen dan zich terug haasten naar den pas en daar den loop der gebeurtenissen afwachten. De dag verstreek langzaam en het was heet. De hittegolven rezefi in donkere, weifelende lijnen en sluiers uit het dal op. De wind blies bijna met de kracht van een storm. Dunne, kronkelende lakens van zand joegen op de toppen der hellingen. Tegen het einde van den middag at Slone zijn laatste vleesch op. Met het ondergaan der zon ging de wind liggen. Nagger was niet ver weg, maar Wildfire was verdwenen, waarschijnlijk achter een der heuvels. Toen de schemering inviel, ging Slone Nagger' ha len en deed hem teugels en zadel aan. Dan begon hij te zoeken naar geschikte stukken hout. Verder te rug in den pas vond hij kleine doode ceders en daar van nam hij mede wat genoeg voor zijn doel was. Hij stak een vuur aan en brandde de uiteinden der takken tot roode sintels. Daarvan maakte hij een bosje, stak dat met de gloeiende uiteinden naar ach teren onder zijn arm en steeg dan op. Het was juist donker, toen hij het dal inreed Zoo dra hij op gelijken grond kwam, volgde hij den rand van de linkerhelling en bracht hij Nagger in een flinken draf. Gras en struiken waren hier schaarsch en de kleur van het gras was licht, zoodat hij geen moeilijkheden had met het rijden. Nu en dan ging 't paard door gras en 't drogie, knetterende gerit sel, dat bewees hoe het branden zou, klonk als mu ziek in de ooren. Langzamerhand begonnen de rot sen op te doemen, zwart tegen de blauwe lucht met sterren, die er vlak boven scheon te hangen. Slone had berekend, dat het bassin kleiner was dan het in werkelijkheid zoowel in lengte als breedte bleek te zijn. Dat stemde hem onaangenaam. Wildfire zou hem kunnen zien of hooren of ruiken, zoo snel mogelijk naar den pas rennen en op die wijze ont snappen. Na eenigen tijd moest hij door de donkerte langzamer gaan rijden. Bij de rotsen gekomen, sloeg hij rechts ai en reed het dal in. De grond was gelijk en dicht begroeid, met lang, dood gras, dat zoo droog was als kurk. Dit was makkelijk te verkla ren door de droogte: in geen m&aiodeaa «gr sneeuw of regen in den kom gevallen. Slone zwaaide een dor takken in den wind en .weldra had het smeulende einde roode vonken. Dan liet hij den tak in het gras vallen, dat onmiddellijk knetterde en vlam vatte. Zonder om te kijken reed Slone door het dal, na ieder kwart mijl een gloeienden tak in het gras gooiend. Toen hij aan de overzijde kwam, brandde het gras op een twaalf plekken langzaam en rezen lui witte rookwolkjes op. Dan het hij Nagger naar den pas terug draven. Daar zocht hij naar sporen. Wildfire was er niet uitgegaan en Slone voelde zich opgelucht en blij. Hij plaatste zich in het midden van het nauwste gedeelte van den pas en daar be gon hij', met Naggar voor alles gereed, weer te kijken en te wachten. Ver weg in de donkerte der vallei kropen twaalf lijnen van vuur, ver van elkander gescheiden, naar elkaar toe. Zij leken dun en traag, tervtijl slechts hier en daar een vlam opsprong. Slone keek als be- tooverd. „Wat denk je daarvan?" zeide hij hardap. De vraag was voor Wildfire bestemd. Terwijl hij keek, begonnen de lijnen merkbaar lan ger en breeder en bleeke schaduwen van rook zicht baar te worden. Aan de linkerzijde van het dal kropen de twee helderste vuren, de eerste, die hij aangestoken had, al dichter en dichter naar elkaar toe. Zij schenen er lang over te doen. om een klei nen afstand af te leggen. Maar er was ook geen briesje en bovendien bewogen zij zich misschien snel, zonder dat Slone het zag. Toen de twee lijnen elkaar ontmoetten ,werd de gloed plotseling feller. „Hal" zeide de ruiter en dan keek hij naar de an dere lijnen, die naar elkaar toe kropen. Wat be weegt vuur zich toch langzaam, dacht hij. De roode hengst zou alle gelegenheid hebben om tusschen die lijnen door te loopen, als hij durfde. Maar een wild paard was voor niets zoo bang als voor vuur. En dit zou niet door de spitsroeden van de vlammen gaan. Toch voelde Slone zich ver lichter wanneer de lijnen dichter bij elkaar kwa men.. De nachtelijke uren sleepten zich voort, tot dat eindelijk één lange lijn van vuur zich over het dal trok. De donkerte der vallei veranderde. Het licht der maan veranderde. De glans der sterren veranderde. Of de vuurlijn vond dichter voedsel orn te verteeren of zij kwam aanmerkelijk dichterbij, want de vlammen begonnen grooter. te worden, te springen en te flikkeren. Slone luisterde gespannen of hij soms het ge dreun van hoeven op zand hoorde. Een breede gordel van de vallei werd helder in hot licht en daarachter doemden de rotsen, spook achtig en donker, op, terwijl kolommen witte en gele rook ze omkransten. Plotseling werd Slone's gevoelig co® getroffen Horst en Dieuwertje Jongebloed. Femme, dochter van Lammert v. d. Werff en Trijntje Smit. Gehuwd: Jacob Hoek en Anna Catharina Abbes, Overleden: Cornelis Roskamp Hz., 16 Jaren. GEMEENTE HOOGWOUD. Ingeschreven van 15 tot en met 31 Juli 1922. Geboren: Martha Catharina, dochter van Jacob Groot en van Margaretha Koppes. George, zoon van Pieter Deken en van Maart je Wagenaar. Overleden: Cornelis Bloothoofd, oud 63 jaar, man van Trijntje Davidzon. Ondertrouwd en Getrouwd: Geene. GEMEENTE WINKEL. Ingeschreven gedurende de maand Juli 1922. Geboren: Dirk, zoon van Simon Bakker en Aafje Kceman. Jan, zoon van Jan Kruit en Jannetje do Boer. Gehuwd: Pietor Mulder, oud 22 jaar en Eefrouw Kuiper, oud 20 jaar. Pieter Kroon, oud 22 jaa?' en Teetje de Jongh, oud 20 jaar. Overleden: Pieter Smit, oud 59 jaar. Cornelis Brugman, oud 83 jaar. Maartjo Korver, oud 64 jaar, wed. van Evert Bakker. Pieter Krap, oud 79 jaar. Jan Zeilemaker, oud 55 jaar. NOTARIS TEXEL. Benoemd tot notaris te Texel de heer G. J. B Mulder, candidaat-notaris te Zaandam. DIRKSHORN, De heer N. Kistemaker alhier, is te Haarlem ge slaagd voor de hoofdacts. MOTORBOTSING. Gistermiddag reden te Hoogkeppel twee motor rijders, de heeren Soer uit Doetinchem en Te Boeck- horst uit 's-IIeeronberg, in volle vaart tegen elkaar. De heer Te Boeckhorst was terstond dood. De heer Soer kreeg een dubbele armbreuk en een ernstige open armwond. Hij werd de villa van den bur gemeester binnengedragen en daar verbonden. DE VOORGESTELDE TARIEVEN VAN HET PJE.N. Het comité der vereeniging van burgemeesters en secretarissen te Hoorn, Purmerend, Alkmaar en Schagen, stelt een onderzoek in naar de financieele gevolgen voor de plattelandsgemeenten van de voor stellen welke op 14 Juli j.1. zijn behandeld in de vergadering der afdeeling Noordholland van de ver eeniging van Nederiandsche gemeenten, betreffende ie stroomprijzen van het P.E:N. Daartoe is aan de gemeentebesturen een vragenlijst ter invulling toe gezonden. Naar wij verder vernemen zal de afdee ling Noordholland op 28 Augustus opnieuw verga deren ter verdere behandeling van do bedoelde voor stellen. Het verslag van de vergadering van 14 Juli. met de inleiding van dr. Kuipers, waarin deze voor stellen werden toegelicht en verdedigd, zal binnen eenige dagen aan de gemeentebesturen worden toe gezonden. VERDUISTERING, BANKBREUK EN FRAUDU LEUS BANKROET. Voor de rechtbank heeft 'Dinsdag "terecht gestaan do bankier ©n commlssionnair in effecten Lenacrts Wag'nor, thans gedetineerd in het huis van bewaring aldaar, llcn* wordt ten laste gelegd lo. verduistering van fondsen en geldswaarden, ton bédrage van ca. 1 millioen gulden; 2o. eenvoudige bankbreuk en 3o. frauduleus Iwnkroet. Na \ernoor van bekl. ©n getuigen acht de Ambtenaar van het 'Openbaar Ministerie zoowel do verduistering als de (envoudige bankbreuk en de beide ten laste gélegdó feiten bedricgclijkc bankbreuk volkomen wettig en overtuigend bewezen. Alleen 'hot bedrag van f 750.000 is misschien niet 'geheel vast komen te slaan, maar dat w ^an minder belang. In ieder geval" waren do effecten een enorme som wnjwd. Bekl. Jicefl mét <Ui effecten dingen gcdaaii, die hij niet tiren. mocht, zelfs al was er jiceii tekort ontsta/»//- In dat ge vol wuwsn do feiten alleen niet non nvn gekomen, -■ D'ö manier, waarop do bekl. mot. hot geld is omgespron gen, noemt spr. allerzonderlingst, vooral' wat betreft hel koopen vain schilderijen en antiquiteiten. De bekl. speelde mooi weer van aindermnn's gcldi In Pulchri Studio speelde hij voor een Insiocenos. Dat is natuurlijk heel nobel, althans als men het zolf betalen NVat de bedriegelijke bankbreuk betreft, vflist sjfr. in verband met de mededecling van den bekl., dat iiij het geld van de Frninpcho "bank alleen opvroeg om naar Holland te brengen, er op dat men per chèquo dit evengoed had kunnen doen- Dit heeft bekl. als bankier wel geweten. Zijn verhaal is dan ook onaannemelijk. De bekl. heeft een zware straf verdiend. Hij heeft feiten gepleegd, die van een bankier niet geduld kun nen worden. Buitendien is hij zoo lichtzinnig mogelijk met de gelden omgesprongen. De manier, waarop dit gebeurd is, kan onmogelijk 'goed. gepraat worden. Zeer ernstig fa, dat hy do laatste 3 weken nog groote sommen heeft opgenomen. door een trillend geluid. HU boog zich voorover, om zijn oor op het zand te leggen. Snel, rhythmiscli hoefgetrappel- deed hem opspringen; met zijn rech terhand greep hij naar zijn lasso, met zijn linkpr naar zijn geweer. Nagger hief zijn kop op, 9noof ln de lucht en hinnikte. Slone, staande in den zwarten, donkeren gordel, die voor hem lag. Het zou mooilijk zijn daar een paard te zien, tenzij het hoog genoeg werd om zich af te teekenen tegen die lijn van vuur, dat nu naar den hemel flikkerde. Maar hij hoorde het hoefgetrappel, snel, scherp, luider, luider. De nacht schaduwen waren bedriegelijk. Dat wonderbaarlijke licht bracht hem in verwarring, maakte de omge ving onwerkelijk. Droomde hij? Of hadden de lange jacht en de ontberingen zijn geestvermogens ge krenkt? Hij tastte naar Nagger. Neen! Het groote, zwarte paard was werkelijkheid, leefde, klauwde in het zand. Het rook een vijand. Weer staarde Slone in het niet of wat het niet scheen. Maar ook dat was veranderd en lichter ge worden. De geheele vallei was nu helder. Groote zuilen van kronkelende rook rezen wit cn geel op. Op het bleeke pad voor Slone, die waaierachtige helling van zand, welke in de vallei uitkwam, ver scheen e envlug zich bewegend zwart voorwerp, dat denken deed aan een vluchtend spook. Het was een spookpaard. Slone voelde, dat zijn oogen, mis leid door zijn geest, voortsnellende beelden zag. Menige wilde jacht had hij medegemaakt in droo- men in een ver verwijderde woestenij. Maar wat was dat scherpe, vlugge, regelmatige, rhythmische gedreun in. zijn oor? Nooit hadden zijn ooren hem misleid. Nooit had hU dingen in zijn droomen ge hoord. Dat voortsnellende voorwen) was een paard en het naderde met de snolheid van den wind. Slone voelde, dat iets in zijn hart greep. Het vliegende paard bleef juist in den gordel van licht van het brandende gras staan. Scherp afge- teekend stond het daar, nog geen honderd pas van Slone af. Het was Wildfirie. Slone liet zich onwillekeurig een kreet ontval len. Huivering na huivering doortrilde hem. Verruk king en hoop cn angst en'wanhoop eischten hom in snelle opeenvolging voor zich op. En dan weer maakte de alles beheerschende passie van den ruiter zich van hem meester de glorie alleeen van eon prachtig en onbereikbaar paard. Want Slone gaf in dat schitterende oogenblik Wildfirie op. Hoe had hij ooit durven gelooven, dat hij dien wilden hengst zou kunnen vangen? Slone keek en koek, vulde zijn geest met het beeld, betreurde niets, zeker als hij was, dat dit oogenblik bclooning genoeg was voor alles wat hij geleden had. iWjordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 2