Alieitti NIeiws- Ij DE WILDE JACHT IoStI IJLf Woensdag 9 Augustus 19S2. 05ste Jaargang, No. 7074. Uitgevers i N.V. v.h. THAPMAN CuScliagen Binnenlandsch Nieuws. LIFEBUOY FEUILLETON. N.V. „D£ TIJDGEEST". 83 M 8 SGSAGSR ClIilAlT. Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. BIJ Inzonding tot 's morgens 8 uur, worde: Adver- tentiön nog zooveel mogelijk in het oorstultkomend nummer geplaatst. Prijs per 8 maanden f 1.(15. I.osse nummers fï cent. ADVKRTP.N- TIöN van 1 tot 5 regels f 1.10, ledore regel meer 20 cent, (hewljsno. POSTREKENINO No. 23330. INT. TELEF. no. 20 inbegropen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend. SALARISSEN OEMEENTE-ONTVANÖERB, Men schrijft, ons:. In verschillende gemeenteraden is vaak een on derwerp van beraadslaging geweest do vaststelling der salarissen van burgomoosters, secretarissen en gemeente-ontvangers. Niet onduidelijk word door di verse gemeenteraadsleden dikwijls te kennon gego- ven, dat de Jaarwedden dier functionnairsson te hoog waren in verband met de werkzaamheden. In 't bijzonder werd dit het geval geacht met de sala rissen dor gemeente-ontvangers, wier werkkring volgons de besprekingen in cle gemeenteraadsverga deringen van dien aard was, dat de daaraan toege- kendo bolooning veel te hoog moest worden genoemd Een steen des aanstoots was ook voor velen, dat Ge deputeerde Staten advies Inwonnen voor de vast stelling van de Jaarwedden dier gemeente-ambtena ren, doch dat met dit advlos geen rekening werd ge houden, zoodat dit advies-inwinnen niets anders was dan oen wassen neua. Nu de circulaire van Ged. Staten aan de gemeen tebesturen tor bohandoling is rondgezondon, in vor- band mot do vormindorde werkzaamheden der ont vangers, wijl nu do Hoofdelijke Omslag door de Rijksontvangers zal worden geind, een groot deel van hun werk uit do hond is genomon, ligt hot voor de hand, dat dit opnieuw een onderwerp van war- mo discussie zal uitlokken in verschillende gemeen teraadsvergaderingen. Het stond toch reeds als een feit vast, dat de salarissen der ontvangers, in aau- merking genomen de betrekkelijk geringo workzaam- heden, aan dat ambt verbonden, vrij hoog waren. Voor do meeaten is het een bijbaantje, dat „netjes meegenomen wordt", Wij vroozen echter, dat er, ko-1 men Gedoputeordo Staten niet tot ander inzicht, het vechton tegen dd bierkaai zal blijven, als men do sa larissen wil gaan verminderen. Immers gonoemd I college snijdt daartoe don pas reeds bij voorbaat af door vast te stollen, dat voor do in functie zijnde ont- vangers geen salarisvermindering mag plaats heb-1 ben, doch dat hun werkzaamheden mogen worden opgedragen, die in onmiddellijk of zijdelingsch ver band mot dien werkkring staan. Het zal van den llaad afhangen welke workza&mheden daartoe zijn to rekenon, doch we zijn van meoning, dat deze van niot grootcn omgang zullon zijn en het bovendien nog <io vraag blijft, in 't belang eenor correcte be handeling van zaken, of het niet beter 1b, dat zij blijven geschieden door dien ambtenaar, welke daar mee thans is belast. Nu dezo zaak straks in do geheele provincio aan do ordo komt, lijkt het ons niot ondienstig, dat door de raadsloden wordt aangedrongen op een volledige j opsomming van werkzaamheden, die voor do ge- j meonte-ontvangers overblijven, om daarna to laten- taxeeren door deskundigen, wat hot salaris bohoort to zijn, wil hior van een goed loon gesprokon kunnen 1 worden. Misschien dat het dan blijkt, dat waarheid bovat hot gezegde van zoo'n ambtonaar, die wou,I vool zulke baantjes te hebbon, want,,, het wordt dik I betaald". Blijkt dit dan zoo te zijn, dan zullen Ged.i Staton wellicht rokonlng houden met een en ander, vooral In deze tijden van versobering. KRITIEKE TOESTAND. In do jongste vergadering van het !>estuur der Ovcr- ijsselscho Landbouw Maatschappij is in hoofdzaak be sproken een schrijven van het X. N*. Landbouw Gomité, waarin het oordeel van het bestuur werd gevraagd over de middelen welke in dezen crisistijd de landbouwers zouden kunnen steunen- In 'de eerste plaats werd 1 gesprokon over het landbouwonderwijs, dat men alge-1 meen van te groot nat achtte, om hot tn te krimpen. I Wel kon het aantal minimum leerfingen per cursus Denk aan <fe honden sulvw en a qurv^smiddol i eette a den aiotfVje voerwerken- ■welke U noodaakelykerwifcte dagelykj aonroakl! DU te. vtr-t Mvcap op vocj° Uw huid. Uw zeep moe) een t afdoend D-efrtL «ijn, Gebruik daarom HEALTH SOAP Deciderende eigenschappen vanUFEBUOY beschermen Uw huid tegen gevoam De LEVER.'3 ZEEP PTT VLAARD1NOBM worden vorhocujcl Bt) de bespreking over de techniek van het bodrijf aas men van oordooi, dit het bedrijf voordeeligor j»l zijn. Indien meer de uitbreiding van den okkorbouw 'er hznd wordt genomen, holgeer. mogelijk ml zijn door meer oordeelkundig gebruik te msljen van d. aanwezige arbeidskrachten, eoorol uls-oo .dbouwfcrt mei „eigen volk" zijn boerdcri,f exploiteert. In dit op zicht zuilen do demonstrattebocracrijen, zoonis dc Overijss. Landbouw Maatschappij er thans ecnigo In -werking heefl, In do Joakomat groot nut kunnen stichten. IJIJ 'luwpreking der veefokkerij werd gewezen op den grooten nchterultganfi dor fokvoroonigingcm op. op het naar het Amerlkaanaeh door ZAKE ÜRET, Bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr. 14. Plotseling bleef Sage King staan, stak zijn ooren op en hinnikte. Lucy schrok. Als King zoo iets deed, moest er iets bijzonders zijn. Vlug wierp zij een onderzoekenden blik op het voorterrein. Een mijl verder, dicht bij de rots, was een kleine zwarte vlek. Zij scheen roerloos. Maar bet gehinnik van den King had bewezen dat het een paard was. Toen Lucy ongeveer een kwart gedeelte van den tus- schenliggenden afstand had afgelegd, kon zij het paa-rd onderscheiden en zien, dat er iets vreemds aan zijn houding was. Lucy bracht den King in galop en was nu spoedig dichter bij. Het zwarte paard had zijn kop naar beneden en toch scheen het niet te grazen. Het stond zoo stil als een stand beeld. Plotseling verscheurde een geschreeuw de stilte. De King sprong en snoof van schrik. Een oogenblik voelde Lucy haar bloed koud worden, want het was. een vreeselijko gil. Dan herkende zij het als het gehinnik van oon paard in 'doodstrijd. Zij had kreu pel gewordon en stervende paarden dat lang aange houden, afgrijselijk gehinnik hooren uitstooton. Het zwarte paard had zich niet bewogen en kon dus dat gehinnik niet hebben uitgestooten. Lucy vond, dat Sage King zenuwachtiger deed dan noodig was. Zich dan de waarschuwing van haar vader herinne rend, hield zij den King in boven op een/kleine ver hevenheid, misschien een honderd yards van de plek, waar het zwarte paard stond, en trachtte het dier zoo goed mogelijk op te nomen. Het was een groot, mager ruig paard;, dat zij zag, mot het zad'ol verder op zijn schoften dan het had moeten zitten. Het stond roerloos, alsof het to taal uitgeput was. Zijn voorbeenen stonden schrap, zoodat het eenigszins achterover leunde. Dan zag Lucy een touw. Het was vastgebonden aan het zadel en hing neer in de cactusscon. Er was geen ander paard of eenig levend wezen to zien. De reusachtige rots beheerschte het tooneel. Het geheel scheen Lycy kolossaal, verheven, bijna angstaanjagend toe. Zij aarzelde. Zn wist, dat er een onder paard was, hoogMwaarachijnljjk aan bet andere einde vnn de# las:>o. Blijkbaar was de ruiter afgeworpen, misschien gedood. Ia ieder gsval was een mafer pi3*d gemond Op dat oogenblik klonk hetzelfde gehinnik van een paard in doodstrijd, maar zwakker en korter. Lucy wa« niet langer bang voor een hinderlaag. Dat was een gehinnik, dnt niet door een uicjjsck geïmiteerd of uil een paard geforceerd worden kon- Al gaf den King de sporen. Zij moest oen helling af, oen klein dal door, oeui helling op en dan was zij bij 't zv/arto paard. Sago King naa eon hardere behandeling iDjoodig dan Lucy haar ooit gegeven had. „Wat'bezielt jou?' vroeg zij, zijn kop paar beneden trekkend. Plotseling, toen zij "hem voelde beven, besefte zij, da,t hij bang was.Dat is grappig. Toen zij hem was gekalmeerd had, keek zij rond. Het zwarte paard was inderdaad groot. Zijn manen en zijn ruige flanken zagen eruit alsof zij met dik zeep sop ingesmeerd waren. Het Thief zijn kop op om1 naar haar te kijken. Lucy, heel haar leven aan paarden ge wend, zag -Jat dit paard haar komst prettig vond. Maar het stond bijna op het punt om te vanen. Twee gespannen lasso's liepen van zijn zadelkop in een inzinking vol met kreupelhout, cactussen en stee- 1*2q. Dan -iw Lucy een i*od paara, dal in eeQ abchuw- lijken toestand verkeerde. Zij "hoorde zijn benauwde ademhaling. Waarschijnlijk had het zijn been of zijn rug gebroken. Zij kon geen paard} dat leed, zien. Zij wilde doen wat noodig was, desnoods, wanneer er niets anders gedaan kon worden, het uit zijn lijdon helpen. Toch nam zij de omgeving goed op en keek in de struiken en achter de steenen vóór zij trachtte Sage King vooruit te krijgen. Maar hij weigerde verder te gaan en Lucy stapte af. Het roode paard wa.s gedeeltelijk verborgen door de overhangende struiken. Het was in een gat vol cactussen gevallen. Om zijn neus had hel een hacka- moro en om den nek een stijve lus. De lasso, die om zijn nek was, zat ook om zijn voorbeenen. En beide lasso's werdon strak gehouden door het zwar te paard. Een gescheurde en vuile das hing slap om den neus van het roode paard; de hackamore belet te dat zij eraf viel. „Een wild paard, een hengst, die getemd wordt!" riep Lucy, die dadelijk de situatie overzag, uit. „O, maar waar is de ruiter?" Zij keek rond, liep naar verschillende kanten, keek de kleine helling af, maar zij zag niets, dat op een man geleek. Dan liep zij terug. Lucy wierp nog een blik op den rooden hengst. Zij geloofde niet, dat zijn beenen of zijn rug gekwetst waren. Hij was uitgeput en verward in en gebon den door de touwen en konj niet opkomen. Het ruige zwarte paard stond daar schrap en onverwinlijk. Maar ook dat stond bijna op bet pent om ie vallen» groote gevaar, dat met haar val ook de oontrole vor- ecniginflen zullen verdwijnen. Men toonde zich angstvallig voor cene te gemakkelijke credietverleening aan niet-*kapitaalkrachtige landbouwers. Overwogen werd het denkbeeld, om kleine rouleeréndê blanco cmijeten te verstrekken- Dan werd er op gevezétn, dat de landbouw op 't oogenblik geen nieuwe lasten, voortvloeiende uit sociale maatregelen, zal kunnen dra- een. Men koesterde do vrees, dat bij do aangekondigde D62iiinkSng op de Staatsmiddelen de landbouw wel in de eerste plaats in de knol zal geraken- Aan het Kon- Ned. Landbouw Comité zal worden gevraagd of het ook gewenseht is, dat do landbouw hierin door een publiek rechtelij ko organisatie zelve bi deze middelen voorziét. Hiervoor zou dan een deel van do specifieke kradbouw- beiasling, de grondbelasting, ter beschikking inioetefa staan. Ju goen geval zou ditïldhanm1 meer lasten op den landbouw mogen leggen- Bii een dergelijke organisatie word gedacht aan de oprichting van Kamers van Land bouw niet aan hot stichten van oen ^landbouwraad. Ook do coop. aankoop ven grondstoffen e<a de dito afzet van producten, werd in deze tijden van oneer dan noodmiielïjk 'belang «echt. Dat de aankoopvorectni- gingen op gemakkelijke wijz* aar. nlef-lodem Jovaroti, werd veroordeeld. Ten slotte werd hot gewijzigd ootwcrp-Jaohtwet nog besproken. De mieorderhoid van hot bestuur verklaarde zich 'hier vóór. EEN AARDIGE YAOANTIE-GEDA CHTE. Ilier en daar In het buitenland rijm vncantioscholen waar de kinderen zich ljezi;^ houden met spelen in do open lucht en In sommige doelen v&a Amerika geelt men kinderen in 'Je va cautie gelegenheid ricch voor hun genoegen met tuinbouw horig te houden. bi ons Land rijn wo nog zoover niot Voor zwakke kinderen Hebben we in elk geval iets, al is het ook veel te weinigde vncantiekolonics, maar voor de gezonde kinderen ia er vrijwel niets. Dfit ecu gelegenheid om do vacantie werkelijk als vacantie te genieten, wcnschelijk is, blijkt wel, als we bedenken, dat in eon stad als Amsterdam een kledno 100.000 kinderen tussciieu 'drie en. vijftien jaren rond- loopen. Niet 'alle kinderen hébben lust iiti stekeltjes vangen, ruiten ingooien, door de straten slenteren en gevaar loopen onder oen auto te geraken cm zuJke dingen en daardoor is dc vacantie menigmaal heit territoir van den Booze. hST denkbeeld is gerezen, de vacanUes op verscKfllénde tijden te doen vallen, b.v. een deel dor kinderen zou die krijgen tn Mei, een ander doel in Juni, etiz. In dat denkbeeld is wel Iets aardigs: men zou kolonie hulzen, Bpcelterreir.en enz. niet overvuld krijgen oh ér zouden niot zoovele kinderen tegelijk rondloopen- Ver moedelijk zouden evenwel de onderwijzers en ook do gezinnen van ouders, dte met bun kindertm uit de stad willen gaan, daartegen ernstige hezwarem hebben- Om iets te kunnen doen voor do kimderen, dio in do vacantie niet „naar builen" $inm, wil de Bond van Ainsterdnmscbe Speeltuinverecmigintfcn iin samenwerking met do vereeniglng „Zomers Buiten in de omgeving van Soostriuinen een groot vacsniisc-ord stichten, voor do Amsterdfliuscho jeugd. De heei' Anth. F. K. Per6e beschrijft het aldus iu „Onze Speeltuinen": ,Een complex gebouwen, ecn reeks tenten, waar de slaapgelegenheid en bij slecht wéér heeft hier vaenatieoord voor grooteren., 'lat' óver oon capaciteit beschikt vol doende om honderden kindoren ongelijks oen stcvlgcu maaltijd enz. te verstrekken. Het meest moeilijke vraag stuk bij va cautie-oorden voor de jeugd: de voedselvoor ziening, Is hier dus opgelost. „Dc SpccJtuiavcreenjg'ingen en nog zoovele ander6 jeugd-oimnisaties in onze slod, kunnen zeker wel voor do noodig© Jeidsn^stors) zorgen, Als men weet, dal. de Kijkend naar de condities van beide paarden en het zadel en de lasso's zag Lucy wat een gevecht daar gowoebt wa» en wat oen renl Waar was de ruiter? Afgoworpen zeker, misschien dood of verminkt. Lucy ging dichter naar den hengst toe, zoodat zij hom bijna kon aanraken. Hij zag haar. Schuim on bloed stroomden met iedore ademhaling uit. zijn bek Zij moest, vlug iets doen. En in haar haast prikte zij haar armen on schouders aan de cactussen. Zij bracht hot zwarte paard wat dichter bij, zoo- dat, de lasso's wat slapper hingen. Do zwarte scheen daar even blij om als zij zelf was. Wat een trouw hartig dier leek het! Lucy vond zijn oogen mooi. Dan haande zij zich een weg tusschen do cactus sen en de struiken. De roode hengst lag nu niet lan ger in een gedwongen houding. Rij kon zijn kop oplichten. Lucy zag, dat de lus nog strak om zijn nek zat. Onbevreesd rukte zij die los. Dan ging zij wat achteruit, raaar niet heolemaal buiten zijn be reik. Hij hoestte en ademde langzaam met groote zuchten. Don snoof bij. „Nou ben je. weer een boel beter,' zeide Lucy kal meerend. Langzaam stak zij een hand maar rijn kop uit. Hij trok dien zoover als hij kon torug. Zij liep nu om hom heen, zoo dat zij achter hem kwam, eu liet een oogenblik zacht haar hand op hem rusten. Dan sloop zij uit do struiken, maakte éón lasso van den zadelknop los, ging naar den hengst torug en trok hom ondor zijn boonen door. Hij was nu vrij, be halve de hackamore, en dio lasso hing slap. Lucy ging vlak bij hem staan, keek naar hem, praatte te gen hom, wachtte tot hij op zou staan. Zij kon geen zekerheid hebben of hij zwaar gewond was vóór hij stond. In den beginne deed hij goen pogingen om op te komen. Hij keek Lucy aan, minder angstig, naai zij dacht. En zij verroerde zich niet. Zij wilde, dat hij zag on begreep, dat zij hem geen kwaad gedaan had en geon kwaad wilde doen. Hel. begon tot haar door te dringen, dat het oon prachtdier was. Eindelijk stond het met een langen, langzamen zucht op. Lucy bracht het uit het hol op don vlak ken grond. Zij, scheen vertrouwen te hebben. Zij zag maar éón manier cm te handelen. „Een beetje paardonvorstand, zooals Vader zou zeggen", zeido zij tot zichzelf. En toen zij hem uit de struiken had, stond zij als met verbazing geslagen. „O, wat een prachtig paardl Wat een reusl Hij is grooter dan do King. Als vader hem eens kon zien!" De roode hengst scheen niet gewond te zijn. Het trekken van zijn spieren moest veroorzaakt zijn door de cactusdoornen die zich in hem geboord hadden. Aan den eenen kant zag zij overal bloeddruppels. Lucy dacht, dat zij die doornen best zou durven uit- trekkon. ZIJ was in haar heele leven nog nooit voor Trekking van 509 nummer» ten overstaan van Notaris A. G. MuÜê. Maandag 7 Augustus 1922. i'rija van t 1000 6652 11450 20726 400 15239 200 8505 WO 12351 12486 16369 19962 Prijzen van t 90.-- (eigen geld») 14 OTS 5081 732) 8585 11454 14087 1C474 185B4 SS S2 98,1 11535 14150 831«20 25 2810 08 Ü2 12 47 14234 07 21 .34 77 8152 74» 22 67 82 10523 &1 IU) 2805 5203 68 8732 77 14320 88 76 3 a 18 7568 3611811 4216623 86 85 39 81 7853 82 77 61 86 18898 •iS-JS 77!£ 904S,ITW 6416303 18UM1 SH .J8 771181814424 331M09 415 81 43 1808 82 38 6716818 46 56 3185 66 23 84 6614866 83 442 82 5430 71 00 68 MJ98 78 80 ®!2 S *2} 14811 1083619224 .80 64 86 87 tOMiUSUQ 211706318355 «2 3314 5542 48 63 6684 86 87100107 >42 8001 79 I 872 342$ 1141 48 &042 LilJ 38Ui 80 48 08 0067 N 3S35 öifc) 60 4ÜÜ9 &48 1374 27 10 1415 42 G39J 65 44 64j6 66 45 Ï3 1515 00 6559 a 4123 88 2ö 43 04 58 62 6610 64 4211 42 78 23 46 1603 4325 91 61 32 0705 71 41 44 1736 08 93 63 4434 0SÜ4 65 eo 2051 4551 6911 2232 7i 2300 1069 93QÏ 70 9478 1122? 13711 25» 4379 7115 08 8/ 88 85 18 89 4802 7231 92 39 47 li) 83 51 2Ü23 4953 7308 MMÖQ 00 91 63 18 8325105531 SOKB63* 89 6712913 0442 71 7015360 .raS t30§ ,54W 4820143 S10810 77 47 18018 83 78 5513101 70 31 87 86 50 3215541 54 gj 8008 S 57 65 72 2023 35 83 Ld28215684 79 84 .-JK S 80 80 9318288 20410 1MX» 1380? 15807 90 67 W 021830-1 90 ..,S 5 88 14 20540 >"25 8413921 49 88 52 13000 16057 7620679 4 g 18505 20753 80 T 70 161Q2 5020830 W (53 34 16232 69 45 10352 18600 53 Amsterdamsche Speel tuinen bij hun werk, dat tienduizen den kinderen omvat, steeds voldoende leiding en toericht beschikbaar hebben, dan vreezon wij met cfat ons grootoch plan op dit punt zal aÉstuiten.'" Over de finanrieelo zijde van het vraagstuk zegt „Het benoodigde kapitaal. Kom, wanneer ieder g. (AmsteMam teU thans ongeveer 120.000 gcrinaon) go- middeld f 2.50 In-eens stort (het kan desnoods ook in tien hrmijncn van f 0.25 per week) dan ia toch zeker wel oen kapitaal van een paar ton bqeen, voldoendo om met overheidssteun de benoodigde gebouwen enz. te plaatsen." Het denkbeeld, dat ons geenszins moeilijk uitvoerbaar schijnt, is zeker aardig. Misachten slagen zy, die het initiatief namen voor éón paard bang geweest. Farlnne, Holley, alle pikeurs en haar vader ook had den getracht haar tot het besef Ie brengen, dat er vroeg of laat gevaar school in een paard. Maar rij kon er niets aan doen; rij was niet bang; rij geloofde, dat een paard boosaardig werd door de natuurlijke vrees voor een man; zij was geen man en had nooit, als een man een paard behandeld. De roode hengst toon de haat tegen het zwarte paard en het touw, dat hen samenboDd; hij toonde eenigen wrok tegen het her haalde hinniken van Sage King; maar hij toonde geen. vrees voor Lücy. „Het is een trotsche, wilde hengst geweest", dacht Lucy. „En nu is hij getemd op vreesolijke wijze getemd, bijna ten grende gericht". Dan liep zij op een ongedwongen manier naar hem toe, sprak zacht en stak haar hand naar zijn schoft uit. -jij©» Roodje. He nouZoo. Nou ben je een goed beest. Heusch, ik zul je niet vastbinden oi slaan. Ik ben maar een meisje". Hij deed één enkele poging om te slaan, die zij verhinderde, en dan bleef hij staan, huiverend en haar aankijkend, terw ijl zij kalmeerend tegen hem sprak en hem streelde en hem aankeek op een ma nier, dio zij bij de meeste paarden onfeilbaar gevon den had. Lucy geloofde, dat paarden als menschen waren of nog makkelijker om mee om te gaan. Dan trok zij zacht een dor cactusdoornen uit. Het paard kromp ineen, maar bleef staan. Lucy was langzaam voorzichtig, geduldig en handig. Do doornen zaten los en konden makkelijk verwijderd worden. Einde lijk had zij ze er alle uit en zij was daar bijna even trotsch als blij om. Het paard had langzamerhand zijn kop laten zakken, het was uitgeput en zijn geest was gebrokon. „Wat zal ik nu doen?" vroeg zij zich af. „Ik zal het spoor der paarden in omgekeerde richting vol gen. Zij kunnen hior niet lang geweest zijn vóór ik ze zag. En de ruiter is misschien dicht bij. Zoo niet, dan zal ik de paarden mee naar buis nemen i" Zij liet do lus over den kop van den hengst glij den, maar de hackamore zitten, waarna zij den 'asso oprolde en om den zadelknop van den zwarte hing. Dan nam zij den teugel. „Kom mee", riep zij. De zwarte volgde haar en de hengst, die nog aan hem vast zat door den lasso, welken Lucy niet los gemaakt had, liep met gebogen kop achter hem aan. Lucy was in de wolkon. Maar Sage King beviel dat alles heolemaal niet. Lucy moest den teugel loslaten om den King te vangen en dan terugrijden om don zwarte weer te leidon. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 1