ROMMELKRUID. Bij Grootvader. pj Hoogland hield zich vreemd en nu verhaalde de jonker hem zijnen n^eligen toestand, met verzoek, hem, als vriend, uit denzelven te red den. Hoogland beloofde alles, wat in zijn ver mogen was, te zullen aanwenden; dooh gaf te vens te kennen, dat hij er zich zeer weinig van beloofde, dewijl hü Michaël als zeer onverzette lijk in een eens genomen besluit kende: JDer- „■halve," vervolgde hij, „zal het voor u het best „zijn, u op het ergste voor te bereiden." „Ik „wil van mijne zijde", antwoordde de jonker, met klimmenden angst „alles doen om hem te „bevredigen, wanneer,, zulks slechts geheim „blijft. In waarheid, mijn vriend! hoezeer het „mij aan geenen inoed ontbreekt, komt dit ha telijk voorval mij heden zeer ongelegen: uwe „beminnelijke zuster weder hier mijn paard ach" „Maar, jonker!" hervatte Hoogland, „het i? „mij waarlijk onbegrijpelijk hoe gij thans nog „aan acboone vrouwen en paarden kunt den- „ken. Weegt het gewigt van uwe zaak u wel „zwaar genoeg op 't hart? 01 wanneer ik be- „denk, hoe spoedig deze uwe oogen voor eeuwig .gesloten kunüen zijn dit uw schoon jeug- „düg ligchaam ©ene prooi der wormen kan wor- „den, dan heb ik wezenlijk medelijden met u." Nu werd de jonker geheel kleinmoedig, en snikte: „Vriend!" reide hij, „wat moet ik doen? „Moot ik Michaël demoedig om verschooning „vragen? „Ten minste niet," antwoordde Hoogland, „■wanneer gij uwe eer, en dio van uw geheel huis op prijs stelt. Michaël is krijgsman; al- „dra zou uw naam over de tongen zijner krijgs- .makkers rollen; men zou u met vingers na- „wijzen, en zeggen: Zite daar eenen poltroul „Neen! gij móet het tot aan het uiterste doen „komen, gij moet vechten: begeef u nu naar „uwe kanoer; wijd u in eenzaamheid geheel bet heil uwer ziel; zorg vervolgens dezen „alles op het onvènh'WvP^KTV.'viór het bepaalde „beproeven; ik héb nog hoop." —ut» De jonker gehoorzaamde, en wandelde ius- schen hoop en vrees naar huis. Onderweg ont moette hij Ada; maar helaas! in stede van hem minzaam aan te zién, beschouwde zij hem nu met verachting: „Vlied van mij, laag schepsel!" zeide zij; „men heeft mij de oogen geopend. „N&auwelijks hadt gij de goede Jeune tot ver twijfeling gebragt, of gij wildet Helena van „haren minnaar ofkeorig maken; daarna poog- „det gij mij te misleiden, en nu zijt gij op het „punt een moordenaar te worden.. Denk om ,,'s hemels wraak!" Zij knelde naar haren broeder, terwijl de jonker van angst begon te beven. Hij verdubbelde zijne schreden, want het was hem, alsof de liefdevolle blik van Jen- ne, het vreesselijk oog van Siceo, en het ont bloots rapier van Michaël hem vervolgden. Dus gestemd kwam hij op zijne kamer waar de reeds gemelde toebereidselen hem terstond in het oog vielen. B&ltus naderde hem, en vroeg hem andermaal, of hij geene begeerte had, eenen geestelijken bij zich te hebben. Maar on- j ze jonker kon niet spreken: zich in zulk een i jougdigen" leeftijd ter dood te bereiden, schoen hem een vreeselijk denkbeeld te zijn. „Heeft niemand naar mij gevraagd?" vroeg hij einde lijk, terwijl hij, met groote schreden, de kamer op- en* nederjvandelde. Wordt vervolgd. CAMBRINUS. In verschillende plaatsen van ons land vindt men een hotel of restaurant, dat Gimbrinus heet Het schijnt dat die naam zijn ontstaan te dan ken heeft aan een legendarische figuur, een ko ning van Brabant Die Brabantsche koning zou de uitvinder ge weest zijn van de kunst bier te brouwen. Van koizer Karei den Grooten kreeg hij vergunning een haan op zijn schild te voeren, waar hij veel prijs op stelde, omdat hij een brouwerij gesticht nad genaamd „De Haan." Deze vorst Cambrinus wordt in den naam van een of ander hotel nog hier en daar herdacht Meestai wordt hij voorgesteld ais een forsch persoon met zwaren ^aara eu een bierkan in de opgeheven hand. Ook op reclameplaten van bierbrouwerijen ziet irren den zwaargebouwden mrddeleeuwschen vorst, die U met zijn blozend lachend gelaat en met een glas schuimend bier in de hand uitnoo- digend aankijkt M. DOE WEL EN ZIE NIET OM. Toen na de Fransche revolutie Napoleon Bo naparte langzamerhand geheel West-Europa be- httsrscbl4, bezorgde hij zijn familié allerleigoede j Holland, zooals uit vérscmnv iraehvr.nJwiik t Zoo stelde hij ook de Orde van de Unie in. Hij sprak met Roëll, zijn minister, over bet devies der nieuwe orde. Maar met de Hollandsche taal was koning Lodewijk niet al te best op de hoogte. Hij wenschte als deviesfais ce que dois advienno que pourm. „Maar hoe zeggen we dat in 't Hollandsch?" vroeg hij, waarop Roëll ant woordde; „Doe wei en zie niet om. En aldus geschiedde. Dit was voor een herbergier te Blokzijl aan leiding een bord uit te hangen met het opschrift: „De Koning van Holland' en daaronder: Wei te doen en vrooiijk zijn Is 't beste deel op aarden. Hier verkoopt men bier en wijir En haver voor de paarden. M. EEN. STERKE BAAS. Toen Jan VIII, de heer van Arkel, een» op zijn paard door de waterpoort te Gorkum feed, wilde nij de mcnscben eens laten zien, hoe sterk hij was. Hij greep met zijn handen een balk van do poort beet en trok zich voor de oogen .van de verbaasde voorbijgangers op. daarbij hel paaiu tusschen zijn knieën klemmende, zoodat het dier ook van den grond opgeheven werd. Hij drukte het beest zoo stijf met zijn knieën, dat het van benauwdheid zijn tong uitstak. Deze gebeurtenis van den herkulischcn Jan van Arkei met zijn paard is in een steen ver eeuwigd, die lange jaren in de watertoren te Gorkum prijkte. M. GELUK AANBRENGEN. Ons bijgeloof, het bijgeloof der Fransche vrou wen in het bijzonder, vraagt naar voorwerpen, die geluk aanbrengen. Het hoefijzer heeft zich de eeuwen door gehandhaafd, maar andere voorwer pen 'zijn niet zoo gelukkig, de mode heeft ze naar voren geschoven, de mode stort ze weer terug in vergetelheid als zij een nieuwen gcTuksaanbren- ger waant ontdekt te hebben. Voor 1923, zoo lezen wij in de Gauleis, heeft de olifant afge daan, het cijfer 13, zelfs in goud, is twijfelachtig geworden en het gelukszwiintje vulgair. Het ge luk, de voorspoed, de goede kansen moeien dit jaar om tot u tc komen, naar het schijnt een sleuteltje hebben, van "goud of van platina, al naar uw middelen het u toestaan. De vrouwen bevestigen het met een klein ringetje aan een fijn kettinkje, dat zij als armband dragen en al naaiilat zij gevoelig inhalig of eergierig zijn, zal dit „gelukssleuteltje" voor -hen het hart, de brandkast of het land hunner droomen openen* DE RUSSISCHE SCHOLEN. De erbarmelijke toestand, waarin de Russi sche schoten zich bevinden, aldus de Iswestja, en de steeds toenemende sluiting, tengevolge van gebrek aan geldmiddelen steil de gouverneraents- coiumissie, belast met het zoeken naar middelen tot redding van het Russisch onderwijs, voor een uiterst moeilijke taak. Deze commissies hebben een voorloopige oplossing van het probleem ge zocht in dé orga/usatie van een ,CoUecteweek voor de schooL" Het resultaat üezer collecte. het blad gunstig en bemoedigend, vooral van arbeiders en YaKorga'ui»<>iA5»:Jk«»iqT«o Een tweede maatregel "is geweest de invoering van het sysleem, w «arbij oe plaatselijke partij en vakorganisaties, trusts en andere instellingen en bedrijven verplicht zijn elk een bepaald aandeel !e ncmeji in de Kosten van het onderwijs. Tot nu toe had zich dit in hoofdzaak tot het verstrekken van geldmiddelen bepaald, maa rthans moeten, zij ook het onderwijzend personeel van levensmidde len en de leerlingen 'van scüoolbehoeften Yoor- VANDAAG MIJN LEERLING, MORGEN MIJN MEESTER. Zulke dingen gebeureneen jongen had op school moeite met eéa som en de bovenmeester, die in de hoogste klas les gaf, hielp er hem vader lijk mee. Jaren vergiugen, de vroegere leerling studeerde, deed vele examens en werd onder meer voorzitter van een commissie, dia exami- VAN DE MAAN EN DE STERRETJES. „Moeder, toen ik gisteravond in mijn bedje lag. Toen heb ik gekeken naar buiten Naar de sterretjes, die aan den hemel staan, Fn de rrr.in, die scheert docr de ruiten. !k Vind de sterren net lichtjes, ze schitteren zoo F:n ze lachen mij vriendelijk tegen. Ik wilde ze tellen, maar er waren er zooveel. Ik kwam toen niet verder dan negen. De inaan, die vind ik ook zoo leuk Met z'n dik en geel gezicht. 'k Geloof zeker, dat hij me heel goed kent, Want hij wierp op m'n bedje z'n licht! Moeder, weet U wat ik nog niet begrijp, Dat er steeds zoo veel sterren-staan, Wel honderdduizend en nog meer, En altijd maar één maan!" J. H. Vervolg. Hot afscheid van Oom en Tante was voorhij en Loes stond peinzend voor het raam van de tuinkamer. Op haar wangen lagen tranen, die ze zooeverv geschreid had. Nu waren ze weg, de raenschen, die hen verzorg*! hadden, vanaf den dag dat Loes' moeder was gestorven, weg voor ri!f 'are*-1 O** PlP ♦<***V~ zou Loes een meisje van zestien zijn, Henk veertien en grootvader? Er kwazn een nevel voor Loes' oogen. „Grootvader, die nu al 65 was Maar", dacht ze, „Grootvader kan best tachtig of nog ouder worden, Hij ziet er zoo gezond uit en hij is bijna nooit ziek!" Neen daar wilde ze niet meer aan denken. Loes had eigenlijk altijd incer van oom ge houden dan van tante. Oom was een vroolijke man, altijd bereid om grapjes te maken en te stoeien, met z'n kleine ijicht. Hij weigerde haar nooit iets. Tante was een zwakke vrouw. Zij had geen macht over Loes en kon *t wilde meisje niet re- geeren. Tante had meer op met Henk. „Dat is toch zoo'n bedaard kind, daar heb jo nooit last mee. Heel anders dan Loes", zei tante vaak te gen haar kennissen. Zoo was Loes door zwakheid en toegevend heid een meisje geworden, dat zich bqna aan niemand stoorde, en alles deed, zooals zij zelf het 't liefst had. Maar Loes was niet zelfzuch tig, neen, haar goedhartigheid was bekend. Zoo waren beide kinderen eigenlijk vorkeerd opge- t voed. Was Henk bij iemand in huis geweest, ui« liciu ïiiiik aanpakte, hem zei, dat hij niet altijd in huis moest zitten, niet zoo kleinzeerig moest zijn en honderd andere dingen meer, dan zou hij een echte jongen zijn geworden! Loos stond nog" altijd te denken voor 't raam, I toen de deur open ging en Grootvader binnen- trad. Haastig droogde Loes haar tranen af. Grootvader ging in een. groote stoel zitten en zei: „Loes, kom eens bij» me." Een blik op groot vaders bleek gezicht zei Loes, dat ze zelfzuchtig was geweest en alleen aan haar eigen verdriet had gedacht. Voor^Grootvader was 't immers j nog veel erger! Nu wilde zij grootvader troos ten. Ze ging naar den ouden man too en zei: K,Mijn lief grootvadertje, nu moet u niet meer zoo bedroefd kijken!" En ze maakte grapjes en toen zo zag. dat grootvader heel eraaal opfleur de. werd ze zelf ook weer vrooiijk. Wordt vervolgd. neert voor de middelbare acte boekhouden. En tusschen jongens onderling, daar het leven altijd romantischer en Verf pieer 01 het al of niet ontstaan van animositeit of vol van toevalligheden is dan een roman, be- rivaliteit tusschen zusters kan worden voorko- horft het hcelemaal niet te verwonderen, dat men door opvoeding weten we niet te zeggen, 't hoofd der school examen* boekhouden deed I Men zou kunnen aannemen, dat volkomen ge- voor de commissie onder voorzitterschap van; ijk.e behandeling het euvel voorkomt, dat voor zijn oud-leerling. De examinandus had moeite zoover ons bekend is, rivaliteit bij tweeling met een som en gedroeg zich, zooals iemand, die moeite heeft met een som. zich op een examen gedraagt De voorzitter-oudleerling, die zijn ouden meester met de som zag worstelen, ging naar hem toe en, neen, hij hielp hem niet, maar hij kalmeerde zijn vroegeren leermeester, zei, dat de som heelemaal niet moeilijk was: „Leest u die nu nog eens rustig over, u hebt allen tijd, vooral nu u zegt te weten, dat u die andere vraagstukken goed hebt" De hoofdondcrwijzer-examencandidaat liet zich door zijn oud-leerling op zijn gemak stellen, maakt de som goed en slaagde. Er is hier plaats voor velerlei wenken, maar die zullen achterwege blijven. Moge slechts dit .ecne worden bedacht: wie vandaag mijn leerling is, kan morgen mijn leermeester zijn. Het ge beurt vrij veelvuldig, dat dergelijke omgekeerde verhoudingen voorkomen: een oudleerling wordt lafer wethouder van onderwijs of schoolopziener en is dan de superieur van zijn vroegeren onder wijzer en hel bewustzijn, steeds loyaal tegenover zijn leerlingen te zijn geweest, kan in zulke ge vallen niet anders dan hoogst aangenaam voor den onderwijzer zijn. De aarde is nu eenmaal niet zoo groot, ais sommigen wel mcenen en we ont moeten elkander onverwachts nog wel eens weer. EEN MUSICALE PAPAGAAL Het Vroolijke Weeuwtje en nog enkele andere vaak-opgévoerde operettes zijn van Franz Léhar, die rijn opkomst en bestaan te danken heeft aan zijn .papegaai. Hij speelt het dier alle nieuwe composities voor. Bevalt hei Lorre, dan „kop- piekrauwt" het beest gepleizierd; staan ze hean niet aan, dan gaat het te teer als een speenvarken. ^En alles wat Lorre goedkeurde, heeft ook succes zusjes niet voorkomt. Maar een oorzaak, die misschien de voornaamste is, nl. verschil in uiterlijk, ontbreekt dan ook. DE DURE WERKLOOZE. Het onderhoud van den ofgezetten Turkschen sultan, die nu op Malta zit, kost Engeland 1200 gulden per week. Dat gaf dezer dagen interpel laties in 'het Lagerhuis. Rekcn-t de regeering Mohammed) VI tot de werkloozen, ja of neen? vroeg Sexton. Zoo ja, dan heeft hij maar recht op 9 gulden per week en 60 cent toeslag per vrouw: dus op 27 gulden per week. Groot gelach op alle banken., maar.... daar waren de andere workJoozcn niet mee gediend.. ONBRANDBARE CELLULOIDFILMS. De „Polis" ontleent aan het tijdschrift „Feuer- schutz" dó mededeeling, dat de scheikundige Gustav Schaaf er na vele proefnemingen geslaagd is, een onontvlambare celluioidfilm te vervaardigen. Deze film heeft door chemische bewerking de groote ontvlambaarheid van het celluloid geheel verloren en kan door geen vlam tot ontbranding worden gebracht. Bij sterke ver warming smelt en schroeit de film zonder voor do gezondheid schadelijke gassen te ont wikkelen, terwijl het nieuwe preparaat al de voordeelen van de vroegere celluloidfilm heel heeft behouden. vgeering van Naar verluidt zou de FraiyjfiWlamJbore films plan zijn, het gebnii*- le verbieden.uonal Association of Kir, Assö- rvrx x- A n TvT,, j 1 tt*:r vrv.tlv.ai Even lachen. DIE WIST HET. Bij een schriftelijke taaloefening gaf een stads- student de volgende duidelijke omschrijving van. het woord „baan". „Een haan is een hoender, legt geen eieren, kakelt alleen en vecht." DE MELK- EN CHOCOLADEKOE. Twee meisjes uit de stad liepen langs een weg met weilanden. In een van die weiden lie pen een witte en een bruine koe. Kijk, zei Marietje tegen haar zusje, die witte koe geeft ons nu de melk. En die bruine geeft ons zeker chocolade melk, vroeg het zusje. UIT MEDELIJDEN. Rechter: „U wordt ten laste gelegd op een nacht twee agenten te hebben mishandeld. Wat heeft u daartoe gebracht? Beklaagde: „Medelijden, Edelachtbare. Voor één agent zou zoo'n pak slaag te veel zijn ge weest". HET WERD TOCH GEDRUKT. Op een plattelandskiesvereeiwglng: Boer: „Laat zo die-lu'-''jors<:bri0vers_tg-ra afschaffen. Waar -^' /'fn ulo voor tegtnwoo— gedrukt'. EEN DOlTSCHE TOÜën worden, Fl2S^."%lóómTil^zou maar h0t lief3t ®°n uuilonTanktor' worden." bij het publiek. Léhïr houdt rich strikt aan de -°.® „boston tóS&SSf verschillende Sta bek *jn ten der door wettelijke bepalingen het gebruik vlambare films onmogehjk^maken^m^Ain^ DAT ZOU NU NEET rika voelt men nog beer voor de eveneens on- brandbare acetyl-cellulosofilm. laat. En ng imkp .wnyond» om 9 uur 50* tuigen, jachten, vrachtbooten, ™r" een olifant gebruik gemaakt. i NUTTIG. Nu zou zoo'n reis.langer duren, want in I gk&n een Win}7 het meerendeel der plaatsen, welke Phiiea>, Bekend is het reeds; 18 Fogg (wie kent Jules Verne's mooie jongcfis- j sctie arbeiders in minstens 25.000 verschillend© boek niet?) aandeed.... heerscht staking in de vakken hun brood verdienen en van het mee rendeel hiervan zijn eigenaardige technische vaktermen, maar in zeer kleinen kring bekend. OUDEJ AARS AV OND. transportbedrijven. JALOERSCHE ZUSJES Jaloezie tusschen kinderen van KLEINE BIJZONDERHEDEN. een gezin komt vrij dikwijls voor en naar het schijnt iets vaker tusschen zusjes, dan tusschen broer tjes of tusschen zuster en broer, tenminste zoo v lang de kinderen vrij jong zijn. Zoodra deze grootor worden en er over de jongens klachten TC„lich(e aangifte van geboorte, huwelijk in en buitenshms komen, meenen de jongens aan gemeente1ijke administratie wel eens, dat hun zusters) che zich goed ge- werd ,e tot het jJaar 1850 nog be dragen en over wie dus geen klachten zijn bin a(.j,ouwd a]a t,;n inbreuk op de persoonlijke vrij* nengekomen en die geen straf krijgen, bevoor- -v recht worden. Dat zet dan .wel eens voor enkele jaren kwaad bloed, maar van wederzijdsche maatregelen door afgunst of haat en nijd inge- China behoeven de_ bioscoopbezoekers eerst geven verneemt men zelden of niet. entrée betalen, - als zij ,het begin van de film Anders is het tusschen zusjes. Meermalen gezien hebben, trachten ze elkander te bcnadeelen en de leef tijd dpr kinderen speelt dan geen rol. Zoo was De grootste lintworm, die in de ingewanden er een meisje van een jaar of tien, dat haar van den mensch leeft, kan 8 M. lang worden, zusje, toen dit sliep haar gekrulde lokken af knipte. Wat het jaloersche meisje verwacht Sinds den oorlog is Het a&ntal echtscheidingen had. bleek juist te zijn; het zusje had heel wat Dnitschland verdubbeld, van haar schoonheid verloren. Een ander geval is het volgende: twee zusters iaa- de ecne zestien, de andere zeventien jaar, Er wordt geraamd dat de Nedcrtenders door gingen niet goed met elkander om. De jongstè markenspeculaüe 2 i 3 milllard guldens hebben van beiden is naijverig op de andere, die aan- verloren- trokkelijkheden voor jongens blijkt te hebben. Op een ochtend gevoelt het oudste zusje, dat Op 31 October bedroeg de totale omloop van een van haar twee vlechten weg is. Ontsteld papiergeld in Duitschland 483.000.000.000 mark. staal ze op en vindt de vlecht voor haar bed, terwijl ze. bij het naar beneden gaan, een Valsche vlechten en pruiken droegen de E| schaar uit het naaige reed schap van haar zus tischc vrouwen roeds meer dan 5000 jaar geleden. Ier op de trap vindt. In hel eerst denkt het meisje en ook tar To Ro(terdam rfjn ongevear 800 luxe-auto's, ouders, dat ze zichzelf de vlecht in een toe- J stand van slaapwandel heeft afgeknipt, maar i door een verspreking van de zuster blijkt na grootste schip ter wereld is de MajestiC met eenigen tijd. dat die de wandaad heeft be- tonneninhoud, die gelijk staat met die van dreven. Van jongens hoort men dergelijke din- geheele eens zoo vermaarde Spaansche oorlogs- gen niet licht en in het algemeen mag men wel v*°°t» de Armada, aannemen, dat animositeit tusschen zusters, als die eenmaal tot stand is gekomen, niet licht In de Vereenigde Staten van Noord-Atoerika verdwijnt en zich dan veel heftiger uit, dan die kent men geen wettelijk erkende feestdagen. Zoo is 't dan weer oudjaarsavond, Na een crisisjaar vol slnja. Met een maximum belasting In een spaarpotloozen tija. Met een massa stille armen, «i*-ohnnöerd, moe en wrak Zonder wctk cxr-vsaa're schooiers 't Oude jaar Is weer verdwenen. 't Heeft z'n kansen niet verzuimd En een voorraad kracht-ministers, 't Liefst per sluipmoord, opgeruimd. Een restantje zwakke vorsten Reikte men de burgerpet, Werden onder een hoeraatje Woningloos op straat gezet! Keizer Wilhelm ging hertrouwen, Als een keizer zonder rijk. Van rijn standpunt uit bekeken, Heeft de man geen ongelijk. En de uitgeworpen kroonprins Toonde zich weer zeer gedwee, Tuurde stil een eind'loos jaartje, Langs de grijze Zuiderzee' Langs de donk're buitenwegen Slopen weer hyena's rond, Eischend geld en menschenlevens, Of er recht noch wet bestond. Eenzaamheid en weerloos wachtend Gaan hier grijnzend hand aan hand, Massa's ambtenaren smachten Naar 't gezegend platteland! Oostenrijk ligt neergeslagen, Naar een welberekend plan, Duitschland wankelt op z'n beenen Wat gaan ons de marken an? Rusland teekent met z'n dooden, Een fataal luguber spoor, Wij" bezuinigen en praten En.... we confereeren doon Denk maar niet op oudjaarsavond Aan het afgeloopcn jaar, Houdt toch ai uw positieven Voor de naaste toekomst klaar, Want ons straatarm kikkerlandje IJlt bij veertig graden koorts, Van granaten, bommen, kruisers, Enzoovoortszoovoorts... zoóvóörts» Oudejaar 1922. KROES.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1922 | | pagina 16