lei Huwelijk van Lady Tanered. Uk ialeniag 20 Januari 1923. 65sle Jaargang. Mo. 7166. tweede blad. feuilleton. tl'bïïrrrwÏH1^^ges^ihngfe m?temh<ir«obetna^ SLAPELOOSHEID onrust, gejaagdheid, overspanning. Gebruik MIJNHARDTS ZENUWTABLETTEN Pm koker 7Sci bijflpolh tndroqiTlcn\ 1LEMCÈN. Tlemcen het centrum van den handel tufschen Europa wordt er d&a uitgereid: ce*der enkele tapijten Uk- en liet binnenland van Afrika; volgens de geschriften g€n do kleine rails, waarover de hooge' stellage op van enkele geschiedschrijvers telde zij toen 12Ó.UIX) rolletjes naar voren wordt getrokken.. Het geheel inwoners, (Nu zijn cr *15.090). In de eerste jaren van do bestaat uit een ladder, waarboven een houten plat- lüo eeuw begon de tijd van verval. De Spanjaarden, form, niet ongelijk aan eon stucadoors-stellage, maar die in ürau woonden en de 'lurken weike een nieuwe eveneens mooi donkergroen, brons en wijnrood be- mucht in Algiers vertegenwoordigden, vielen de stad schildord. Hierop gaat dan de Marabou of Haage- voorldureud aan, totdat de bewoners zich eindelijk, pnestor staan en bidt de menigte vóór. verzwakt, moesten overgeven en Tlemcèn bij de Westo- Do zoldering is van een fijnheid en architectuur, lijke staten van het Turkseh-Arubischa Beydorn ge- <jie bewondering afdwingt. Niet hoog is deze van ver voegd werd. dieping, maar toch ook niet gedrukt, want tusschen Toen Algerije door de b ransuilen veroverd werd, de gangen en dwarsgangen zijn vierkante vakken uit waren er te Tlemcèn twee partijende Mooreu ol» gehold. De kleine gewelfjes zijn op eigenaardige ma- Hndars die zich vóór Abil Li Kader verklaarden; de njei, weer uitgehold, alsof het~met een lepelvormig Turken en andere inboorlingen schaarden zich aan d° instrument gedaan is, van uit het midden naar de zijde der branschen. pezo vochten en verdedigden zich 111 ^kanten, naar beneden, heel fijn en sierlijk en vooral de Méchouar of citadel aungevoerd door een uLiden, origineel Meestal ziet men dat gipswerk bol op-ge- i11'. i i,i'..ii i\ 11 oi >1, i\ ,iri.ll/i. /li./.» null nftn A/l iiïi ru/»nIL* c Probeer dat eens uit te spieken, i/an wordt de l een K of men wil ol' niet. t Is een van de oudste sieiluA vun Noord-Alrika, wuar de rassen zich zuiver bewuurd hebben. Hier zyn oude moskeetin, oude waden, oude ^Un dien tricsten Kerstmorgen verlrpkken wc i>er trein naai' liet Westen toe. Grijsachtig strekten dc veidek zich uit. Dc weg begon te stijgen, mUur ailcs leek vrij onvruehlbuur en kaai, hoewel er toch grauiv en wijn verbouwd wordt, maur duar nergens gras te zien is, Ulit de aarde dood. Velo dorpen en siadjos stoomden e voorbij, aten een uitstekende lunch en namen daarna 's middags thee. Een omuibus- brengt ous naar het hotel, wal buiten de kom van 't bewoonde ge deelte ligt. Het is een modern, van hout opgetrokken Sebouw in bungalow-stijl, vroolyk, geriefelijk en ecnvou- ig, geheel van hout, behalve de vloeren. Het is 't hotei 1'ruasuÜuntiuqc van dc Compagnie Transati. Deze necll hare hotets nu door geheel Noord-AfriUa gezaaid tot bij dc oasen en guul liog voort met bouwen. Men eet cr uitstekend, do bedden zijn goed, de bediening vlug en de gerants zijn beminnelijk. Toen we, ietwat verreisd binnenkwamen, vonden wee oen Engetschmuh in de kleine salon, welke mot zijn donkeren tint, levendige donkere oogen, zijn overvloed van dik, gol vend grijs haar, nicls van een Engelsehman had. Hij vertelde oiis, dut hij voor oen speeiaul doel uuur dit oord gekomen was en wei om op het Joodsche kerlc- nof te snuffelen nuur een grafsteen, waaronder nog de overblijfselen zouden rusten van een voorvader van moeder s zijde, in du Tbc eeuw uit Spanje gekomen, lllj was met een der auto-circuits gekomen en zóó verkouden geworden, dat hij deze onlangs opgerichte maatschappij ontrouw was geworden en nu op eigen gele genheid met zijne vrouw verder op zijn gemuit wonschtc tc reizen. Die grooto reisauto's volgepropt met een heterogeen gezelschap, stuiven als vervaarlijke, monsters over do wegen, wringen daarin diepe voren en zetten qicdcrcen voor tien minuten in. hot stof. Do inensehen erin zitten makkelijker dan men zou denken; alleen moeten ze erg vroeg op. want de auto vertrekt om 8 of 8.50, ou z'n laatst om 9 uur naar een vergelegen oord, waar ae slachtoffers cruitgeJalcn worden cn waar hen weer een precies afgepaste tijd gegeven wordt om alles tc zien en voorul alles te geloovcn wat de gids hen ver telt. Velen worden verkouden door het vroege ochtend uur waarin ze wind of motregen moeten trotsoeren, die door en langs de zeiltjes dringt. Zoo was cr in Oran eon melnncolieko Zweed achtergebleven, die, journalist zijnde, liever oen langere studie maakte van de plaatsen welke hij bezocht. (Jok worden er wel teedere handen aangeknoopt, want we hebben een Amerikaanseh echt paar ontmoet, welks oninteressante, onknappe dochter bijster goed scheen op te schieten met een jongen, goe- (iigen i runsclunun. In den morgen van den volgenden dag namofi we eon gids en een rijtuig, waarvoor drie paarden gespan nen waren. Do weg leidde door liet oude Arabische kerkhof heen. Wat oen goede smaak in die eenvoudige grafmonumenten, grillhuisjes eigenlijk! Vierkante, open tempeltjes me.l een holrond dak, waarop een ronde spits, de vier open kanten zijn om lijst, door 'do bekende golvende boog bovenaan, die uWr dun grond tol) in een rechte lijn uitloopt. Hier en daar stnul cr zoo een op de grooto open vlakte vol sttic- nen en grullumvels. cyprcssun en zuiltjes. Wc komen aan Agmiir, eigenlijk de bakermat der stad, in hel N.O. Hier waren do boomgaarden, het Romeinsche kamp, do legerplaats, onder welker beschutting zich spoedig een stadje vormde. Men heeft hier in oude sleenen vele Laiijnsche opschriften gevonden die van den eersten Christentijd datecren. De laatste vondsten zijn uit hel einde der zevende ocuw. Agadlr werd in hot einde der zeveiulo eeuw door Idris de le gesticht ter plaaiae van do Romeinsche stad. Later sverd dit, na don val zijner regoering de hoofdstad van de twee emirs Denl Knazcr cn Boni Yalo, hoofdmannen van het - licrbcr- ras. in hot einde van dc 11© ocuw werd hol eigenlijke 'llemcèn gesticht, onder den naam van Togrart, dnnrna bij Agndirgcvo' ^d, luik t begin vun de XIVe eeuw werd Muiisiiurah gesiniu door Ahou Yukoub, ter ploiiHe van zijn kamp, liv nij Tlemcèn belegerde, Maar Tlemcèn bleef besi- aii was altijd d© lioofdplanls yon, de provincie Mss&reb. In ile 13e cn l4o eeuw 'bloeide zij vooral, daar «)i> vorsten die toon regeerden men 'poenit ze daar de Mériniden zoor kunstzinnig waren en grootc bouwers. In liet ©inde del' Middeleeuwen wua getrouwen. Mustuphc, welke deze aan den Maarschalk Clauzcl in 1850 aunbood, zeggend; „l>e^o heb ik voor U weten te behouden, zonder U en ondanks vLJ.Een raadselachtig, Ooslcrsch gezegde, dal. meer trots dan sympathie uitdrukt. Inderdaad verschool hij zich ook. eigenlijk achter dc Eranschen om zijn haat tegen de de Arubiselie berber-stammen bot te Vieren. Het was werkt, in de Afrikaansche bouwwerken, evenals in Zuid-Spanje Grenada de eigenlijke bakermat van de Mo-orsch-Arabischo stijl, is het net andersom. De «vak-puntige boog tusschen de zuilen en als open vensters in de mureu wordt zelfs door bouwkundigen en professoren in kunstgeschiedenis als Saraceensche echlcr nog geen »ker bcz.t, want in 18b; wa. or wocr «W de SSLS.*? d? R*o= zolvcn!'ainn0h0eui'ldeUiaar «radieen Abd8El Kader - :^he van oveMreven^Siek (wie kent niet tul gediclu van U. ter Haar; „üeleind is !°n®",ril,_i! dl* ito uw do schrik der woestijnen en nam j werd indertijd als een teeken van decadence, van weer bez't van Tlemcèn. Muur in 1812 kwam do stad j °JLta'^,1]1dEf rimranhlfk Tten'cn rinfiniliaf aan de I-'ramchen we un9 maar wcer b*J wat we °P 1 OOgenblik zien en Ue Mechuuar, letterlijk Vertaald: plaats waar mcu 1 dat zijn de gebeden van enkele geloovigen Eennrgel beruudsiaagl, wérd in 1143 gebouwd ter plaatse waar 15 <:r, nlet' Toch dreunt er muziek door het gebouw, Youssouf Hen Tachline zijne tenten opsloeg om Agudir zachtjes, eentonig, murmelend cn galmend. Ieder is te belegeren, en diende later als wobnpl^ts voo? do op eigen wijze bezig Allah eere te brengen Een man gouverneurs, daarna woonden de koningen dér latere 1a eer\ lan6e blauwe jas, met witten tulband op, dynastie er. Toen de Eranschen Tlemccu binnentrok- '®laat druk te redeneeren tegen een breeden pilaar, keil lag do Mechouar in puin, waar vroeger mooie J^u ca. ?n, e^n huiging, zijn handen bungelen slap gebouwen verrezen waren. Men ruimde alles op om er an;£a het .lichaam. Als hij buigt, legt hij ze op de gebouwen voor de militairen te vestigen, verschillende knieen. Hij gaat een stapje achteruit en valt op de kleine en grootc kazernes kwamen binnen den grootcn knieën, op de handpalmen, raakt met het voorhoofd muur, die hersteld werd. Een militoir hospitaal en een tien grond aan, blijft geknield liggen; wéér gaat het kupel werd erbij gevoegd, welke laatste een gemodcrui- voorhoofd op den grond, nu langer, nóg eens en nóg scerde moskee is, duteerend uil de 14c eeuw. De minaret, a«ns «n daarbij strekt hij ook de voeten achteruit, een vierkante toren, met groene pannen goilekl en ver- Eindelijk brengt hij de handen omhoog 011 strekt ze Merd met gedraaide kolommen,, is hot ceuige wat aan dan vèr voor zich uit. Hij laat zich door niets aflei den ouden tijd architectonisch herinnert, ze is 50 M. den, ziet niet op of om. Zoo ook de anderen die hier aoog. of daar in eon hoek of bij een pilaar zitten, de voe- De jodenbuurt is een verzameling nauwe straatjes mot ten naar elkaar toe, de knieën wijd uiteen, Ik zie er lagu huizen, donker, onzindelijk en onfrisch ruikend, oen mot een kralen ketting, hij mompelt, do kralen Do families huizen er tot onder den grond. Men houdt éon voor een tusschen duim cn wijsvinger nemend, er do oudste zeden nog in eere, hier zien de „zonen Een Islamietistho rozenkrans, zonder kruis natuur- van het oude volk" er nog klassiek oud cn verwaarloosd lijk. uit; misschien zijn zo in 't geheim rijker dan men zou Rustig, deinend klinkt het gezang. De zom glijdt denken. Vee! levensvreugde struult ©r niet uil hunne over de bruine, grijzige cn vvitto kaftans en de in- schuwe gezichten. De nadars of mooren met hun getogen gezichten, die in diepe concentratie strak witte gelaatskleur, hun trotsehen gang cn gebogen neus, on gesloten, licht gebogen zijn. Er is nog een stellage de Arnbo-bei'bersj afstammend van de Islam-vcroveraars in de Moskee, een soort balcon of vloer op dunne en wilde herders, ©enigszins bruin getint, de dikwijls pilaren, waarheen een smalle trap voert. Dit is de rossig-blonde en giijsbruin. zelfs blauwoogige Turkscn- bidplaats voor de vrouwen, want deze mogen hare Arabieren en de negers, die vroeger de slaven waren, gebeden niet uitzingen waar de mannen zich op uit midden-Afrika meegebracht, zien er aden beter en houden. Ik zie er geen, maar het is ook geen Vrij- gezonder uit dan dit overblijfsel van de oude, nijvere dag, de algemeene biddag der gemeente. De vrou- jodenbevolking. wen zijn nu thuis in de weer. De mannen gaan We gaan naar de Grooto Moskee, Stijgend door gan- meost eiken dag om 12 uur ter bidplaats; de vrou- getjes en klimmen trapjes, tusschen muren cn staan wen enkel op Vrijdag. voor een zware bronzen deur, prachtig bewerkt inet Wo sloffen voorbij de biddenden, één nis is naar vakken en randen, sterren en zeshoeken, dc zware het Oosten gekeerd voor het morgengebed en één schroeven in rozclvorrn. Kr voor zitten twee oude naar het Westen voor 's avonds, Vijf maal per dag vrouwen, grijnzend, de hand bedelend uitgestrekt; „bon- zijn do gebedstijden: om 5 uur 'smorgens, om 7 uur, jour, bonjour". Men geeft oen paar stuivers. De con- om 12 uur, vijf en dan weer zevon uur. De gods- eierge-Arubier met een deftig voorkomen, komt met drie tij,.n&t noemt een groote plaats in het leven des Mu- paar slofien aan/.etteu, wunl wo mogen met onze luarzen solman? in. Dat blijkt ook als wo het schooltje be den heiligen grond van de moskee niet betreden. We zoeken, vlak bij den ingang der Moskee. Eon jon- staan op een binnenplaats, niet stervormige tegels van U) gtl1j0 ig aj üens komen drinken uit de onyx-fontein, bij j0 c.M. oppervlakte, in het midden een marineren hij leunt op de handen en buigt het hoofd, voorover, bassin, met kraan er boven. Iwoc guiuovigen zijn bezig meer schilderachtig dan frisch, want hot is het wa- hun gezicht, tanijeii, oogen, handep on daarna do waar zooevon de voeten in gewasschon zijn. voeten to wusschen, vóór zij bloolvoets dc moskee bin- lichts in eon sinal gangetje eon paar trapjes op. iiunlreden. I ruchtig zijn de gipsen bogen bewerkt cn urt het lokaaltje komt een hoog lawaai van hor de koepelvormige gewelven onder do galerij, n jour tonde, rammelende jongensstemmen. Er zitten een uitgesneden, met kruiselings loopendc lig1'ren, vol yari- twintig of dertig jongentjes; do kleinsten drie of vier atio, geen e.ukd vak 3 a®a het updere gijldk, eindclvo> jaar snoflZigy vontjea met ronde snoetjes, rollen over zijn (Te verschillende bocht es knngoljcs blokies, kran*- dün dnemen hot t t, |es, als kantwerk behandeld; d© poprtvormige bogen cm- moa*do bengels van 6, 8, 10 en 12 hobben alleen een digen bovenaan in een stompjpunt waarin drie g.cuven, plat dun plabnkJe ln de hand, glimmend gepolijst, 6. Naar hot Cnualsoh van EL1NOR GLYN. Lord Tftnored wilde jul.it vragen; Wuarom kijkt zu iiio aun met zulk een blik vol liaut? maar hield die vraag in. Zijn karakter was zóó dat hij, nu hij eenmaal een besluit had gonomeit, niet tot detail- •vragen wilde afdalen hij zou dut alles later zelf el u'tmaken. Slechts één ding moest hij weten: had •:ij or werkelijk in toegestemd, mot hem te ti-ouwen? Zoo ja, dan hud zij daar natuurlijk haar eigen rode- nen voor en toeneiging voor zijn peréoon behoor- do daar niet toe. Van één ding was hij zeker: lage of onzuivore redenen waren het niot. Een gevaarlijk •pel had hem altoos aangetrokken. De wildste pon- mes had hij buiten voor het polo-spel gedresseerd, de ongetemdsto paarden bereden, de wildste dieren op gejaagd en gedood waarom zou hij geen lastige vrouw aandurven? Het was voo hem een heeliik bij komstig iets in deze geheele zaak. Doch daar hij heel eerlijk was tegenover zich zelven, was hij zich bewust uat het niet. alleen dit instinkt was wat hem aantrok, doch dat zij oen zekere betoovering over hem had gebracht en uat hij haar vooi zicb alleen moest hebben. 'Je kon wel eens naar haar verleden vragen, zei Trancis Markrute hij kon zoo innemend zijn als hij dat verkoos. en hij bewonderde werkelijk lord Tan ered, dat hij zich zoo ineens en van ganschcr harte had overgegeven. Daar was iets groots en voornaams in. Hij zelf speelde ook nooit om kleinigheden. Ik dacht wel dat je dat niet zou doen, ging hij voort. Ik zal net je vertellen. Zij is de dochter van Maurice Gre* W|||<*n broeder van den ouden kolonel Grey van inuingdon, dien iedereen kent, ze is at een jaar lang ae weduwe van een ontzag.ijken bruut en zij was een dn hiISpel!ik0f ea tevoren een fiefliebbend 7nu dingen, waartoe haar temperament haar I T^ran?-en br<;n8en> bggen nog alle in de toekomst. cediphLa ancre^jj sprong van zijn stoel op alleen de zaakio K-aun *"aar» aan haar temperament, veroor-- haar m, m ecn levcndige ontroering. Beminde hij naar reeds - na één enkele ontmoeting? besti» Viinoeten.nu werkel»jk eens over zaken spreken, dat rif ®en' 261 (Je financier. Ik heb je al gezegd, A. vorstelijke bruidschat krijgt. antwnnrdai i islnniet °.ver die dingen spreken. Francis, echio nonu. Sc? tanered. Ik zeg je dat ik die vrouw lot notaris in rtrd i d^ antfere dingen met mijn orde maken, als je daarop staat en alles op voltooid. Vanaf du zoldering hangen tulloozo grooto on kleine rondo koperen olielampen, puntig uitloopend. In lint midden hangt ecu reusachtige ronde kaarsenkroon tuut vorschllletiiiü verdiepingen, van bewerkt en beschilderd brons, waarin 305 kaarsen kunnen ontstoken worucn, wal met (i« Huinudau cn' andere feestdagen, gaooun. Do proekatool die in oen nis geschoven, staat, Imar loten vastzetten. Ik bekommer me. daar niet om. Hel «enige wat ilc werkelijk wil woten, is, of je zeker bon dut zo mei me wil trouwen? Duur ben ilc lu-ul zeker van, zul do financier en knoop oven zijn ooren dicht. Als Ik duur ook maur in het minst aun getwijfeld had, zou ik do heel© zaak niot aangeroerd hebben. Dun is dat in orde. Ik- zin niot vragen, waarom zu hot wil. Ik zal niet vragen alleen; wanneer kun ik haai' wocir ontmoeten en wanneer kunnen wo ge trouwd zijn? Kom morgen in d© City by me ontbijten, duu zullen w© over dat alles pralen. Ilc heb er dan met haar over gesproken en kan je zeggen, wanneer je komen kunt. En mo dunkt, we zouden de trouwplechtigheid in het begin van November kunnen hebben? Nog zes weken, protesteerde lord Tanered. Moet zo zulke Jioopen kleeren hebben? Kan het niet vlugger? Ik zou hier willen zijn bij oom Glastonbury's eerste jachtpartij in de tweede helft van September en als wo Aan pas getrouwd zijn. zullen we nog op de huwelijksreis zijn. En passant gezegd, je moet die jachtpartij me© komen maken, oude jongen, één dag patrijzen schieten en verder op grof wild. Hij vraagt alleen prettige menschen en geen van die vervelendè lui van de partij als toen op Ethelrida's verjaardag. Ik zaï net met veel genoegen doen, zei Francis Markrute en hij wendde den blik af, zoodat lord Tanered do vreugde niet in zijn oogen zou kunnen lezea. Toen schudden zij elkaar hartelijk de hand en de nieuwbakken fiancé wenschte den financier goeden nacht inet de aangename zekerheid, dat hij zijn bruid vroeg genoeg kon oneischen om na een huwelijksreis van een week nog tijdig terug te zijn voor Glastonbury's jaciiT partij. En toen hij weg was, was Francis Markrute's eerste werk aan zijn bureau te gaan zitten en een clièque van T*ier cijfers in te vullen voor het Hospitaal voor ver waarloosde kinderen. Hij geloofde in dankoffers. Toen wreef hij zacht de handen in elkaar en ging naar bed. HOOFDSTUK V. Toen lord Tanered het huis in Park-Lane verliet, ging hij niet in het Savoy-hotel soupeeren, zooals hij beloofd had. Die dingen hadden hem nu al zoo vele jaren verveeld! In plaats daarvan reed hij recht naar zijn kamers in St. Jamesstraat, en ging makkelijk in een leunstoel zitten peinzen. Hij had gehandeld onder een dwaze impulsie hij wist dat, maar redeneerde er niet met zichzelf over en had er ook geen spijt van. Een kracht, ster ker dan hij tot dusver gevoeld had, had hem ge dwongen dat besluit te nemen. Wat zou nu zijn toe komstig leven worden met die vreemde vrouw? Hij 20 cf 40 ïie-.] c.t&iS? dkccr. 4ct ,A> er in zit, vóór ze aan ds volgende mogen beginnen, enkele zitten met den rug tegen den muur en preuvelen zachtjes. Een armzalig ventje met half blinde oogen zat te knipperen tegen het licht en kon waarschijn lijk niet veel zien van wat er op zijn bord stond, hij zal alles wel mechanisch van t afluisteren hebben geleerd. Roode, dikke ontstoken oogleden, waaraan hij onophoudelijk zat te wrijven, in een treurigj ge duldig gezichtje, tusschen al die andere ondeugende snuitjes, 't Is jammer dat deze overerfelijke oog ziekte, de trachoom, zoo in deze streken voortwoe kert. Hoeveel blinde bedelaars hangen er nibt, krom tegen een muur geleund, aan de hoeken der straten; vrouwen zitten of liggen.op de stoepen der Moskeeën; kinderen met weggeteerde oogen of éeti oog dat nog nét wat licht en schaduw zien kan. En dan geloo- ven de Muzelmannen dat het water, gewoon uét den grond komeend water,* dat in de marmeren bassins bij de Moskee vloeit, de kracht bezit de oogen te ge-' nezen. Zij wasschen zich echter aan dat kraantje met de vuile handen, zonder zeep natuurlijk; ze poetsen met hunne vingers in oogen, neus, mond en ooren en drogen zich niet af. We gaan de minaret beklimmen, een 35 M. hooge vierkante" toren, naast de Moskee, in het midden van 1200 gebouwd, van baksteenen, zandkleurig wit en een mooi, helder turkooisblauw, met Jiier en daar smalle oranje en terra-cotta randen, .-witte pi laar tjes en gedekt door groene geëmailleerde pan nen met opgewerkte bloemen. Als men de 130 tre den -geklommen is, heeft men een schitterend uit zicht over het weidsch panorama dat zich tot de zee uitstrekt. Zoover men ziet heuvelachtige lan derijen, toefjes olijfboomen en bosschen van vijge- boomeiL Onder ligt dc verzameling kleine gemeen ten die de stad vormen. Men kijkt op de daken der Arabische huizen, waar de vrouwen achter de tralies als in een kooi huizen en bezig zijn waschgoed op te hangen of keuvelen in de zonneschijn. De nu dorre takken van wingerdranken verbergen ten deele binnenplaatsjes waar kindertjes huppe len en stoeien. Deze oude wingerds, waaraan de drui ven rijpen, loopen van huis tot huis, over de smalle straatjes heen. In de straatjes is een onafgebroken komen en gaan van meiskes die op het hoofd platte langwerpige planken of blikken deksels dragen, waarop twee of meer ronde, platte deegkoeken. Zij t gaan naar dern bakker. Daar gaan we dan ook heen en zien hoe de deegkoeken boven een knappend houtvuur gaar gebakken worden. De goudbruine rondo brooden liggen hier en daar, warm dampend, klaar om weer on de hoofdjes weggedragen te wor den. De kinderen hebben geen haast, ze hurken in schilderachtige groepjes naast den ingang en kij ken ons glimlachend aan. Als we weggaan holt een groepje achter ons aan, onderweg zien we een mooi deerntje van ongeveer 14, dat coqnet een hardrese gekleurden en bewerk- ten doek onder den neus vasthoudt, hare oogen kij ken ons trotsch en behaagziek aan. we willen iiaar fotografeeren, maar ze draait zich fluks om. Als we omkijken is ze ons echter gevolgd, maar niet ne men we notitie van haar of floep! gaat het hoofdje den anderen kant uit. Men kan zien dat ze den mooien soepelen doek pas cadeau gekregen heeft, want liefkozend aait ze erover en bekijkt de fraftje. Maar als we lachen, reageert ze niet. Langzaam en ernstig volgt ze ons, ze bekijkt ons evenzeer als wij .haar. Als we eindelijk nog een groepje scholiertjes tegenkomen gelukt het ons een aardige foto op eon zonnig plekje te nemen van de half onwillige jeugd. De schoone blijft buiten schot. Maar ze begeeft zich naar de wel, waar de vrouwen in gele aarden krui ken water halen en op 't hoofd wegdragen. Ze bab belt en kijkt om; ze is gefotografeerd, het heele ronde gezichtje met de booze zwarte oogen nu naar ons toe gekeerd. Vele vrouwen, hebben het haar met henné uitge beten, zo o dat ze donker rossig gelokt zijn, ze schij nen dat kastanjebruin een geliefkoosde kleur te vin den, ook de kindertjes loopen met die geverfde kop jes rond, het donkere haar schemert er echter door heen. De vingers en teen-en zijn bij de volwassenen ook oranjerood geverfd, wat erg aapachtig staat. Weer een groote wingerd, welke klimt over een kleine bidkapel. Hier zit aan den ingang een ouden bedelaar in een laag huisje als 'in een hol, hij kruipt wat naar voren en houdt de handen op, naast elkaar, met een mooi dramatisch gebaar. We werpen er een paar sous in en komen weer op een klein voorplein, waar een heel oude heer vriendelijk staat te buigen, op een stok geleund, lang, mager en iets gebogen. Volgens het zeggen van den gids is deze grijsaard 103 jaar oud. (Later hoorde ik een Fransch- man in het hotel zeggen dat dót wel wat overdre ven was, maar toch: over de 90 was hij wel!) Deze bijzondere man is zeer geleerd en lid van de Académie Francaise, hij is professor in verschillende vakken en directeur van eene hoogeschool. Blank van huid, met blauwe oogen en grijs haar, leek hij wel een profeet uit een andere wereldstreek. De gids legde uit dat we uit Holland kwamen en hij moest van alles weten. Hij was de bewaarder van het graf kon liet zelfs niet gissen 1 mnor dat het hoogst opgewonden toonoelon kon geven, betwijfelde hij niot. ZIJ zou in lader geval haar waardigheid hoog ophouden zijn moeder zolf, lady Tanered, do doch ter van den overleden en do zuster van den tegen- Iwoordigon hertog van Glastonbury, kon zich niet (waardiger gedragon. Dit deed hom er aan donken dat- hij zijn moedor moest schrijven un haar kennis geven van zijn voorgenomen huwelijk. Hij dacht nog «ons aan al de vrouwen, die hij bemind had of I gemeend had te beminnen sinds hij Eton veria run had. Do belde liefdesgeschiedenissen, die hij ge durende zijn tweede jaar te Oxford had gehad, wa ren wol de meest ernstige daarvan geweest: de Laura j High ford-episode de laatste was gelukkig voor- bij en was eigenlijk vervelend geweest. In ieder ge- I val geen dezer dames uit de groote wereld of uit de halve had hem iets te verwijten en hij voelde zich- vrij en gelukkig. En als hij een hoogen inzet wilde stellen op de kaart van het huwelijk, dan was hij daar aan niemand verantwoording voor schul dig. Gedurende de laatste achthonderd jaar, sinds den tijd dat Amaury Guiscard, uit dat huis van Haute- i ville, welks moedige daden souvereinen gaf aan half Europa., over het Kanaal gekomen was met zijn her- tog Willem cn voor zijn diensten beloond was met de Wrayth-landen, op de Saksers veroverd, hadden zij met geregelde tusschenpoozen dwaze, avontuur- I lijke dingen gedaan misschien kwam die familie- jtrek nu in hem tot uiting! j Toen peinsde hij over do dame zelf en niet over het buitengewone in haar gedragenissen. Zij was wanhopig bekoorlijk! Hoe heerlijk zou het zijn als hij haar had overreed met hem te praten, haar had 1 geleerd hem lief te hebben omdat zij hem stellig eens zou moeten liefhebben. Het was wel een bewijs van haar koelheid, dat zij bereid was met hem een vreemde te trouwen, maar hij wilde zijn gedach ten daar niet stil bij laten blijven staan. Zij kón niet j koel van temperament zijn met dat gelaat, waarvan iedere lijn uitwees, dat zij in staat was een heerlij- ken hartstocht te koesteren. Er lag niet de minste sluwheid of berekening in. Het was eenvoudig aan biddelijk! En om te kussen! Maar nu verzamelde hij zijn gedachten weer en schreef een briefje aan zijn moeder, een kort. zakelijk briefje, dat zij den volgen den morgen met de eerste post ontving in haar klei ne woning in Queen Street. May fair en toen ging hij naar huis. Het briefje luidde: ..Lieve Moeder! ..Ik ga eindelijk trouwen. Mijn aanstaande is eer» dochter van .Maurice Grey (een broeder van den ouden kolonel Grey van liintingdon. die verleden Jaar stierf) en de weduwe van een Pool, Shulski ge- hooten giavin Shulski heet zij. (Hij had hier oven geaarzeld, want bedacht opeens dat hij haar doopnaam niet eens kende!) zij is ook 'n nicht van Francis Markrute, op wien U in het vorige seizoen zoo tegen had. Zij is zeer schoon on ik hoop, dat U van haar houden zult. Wees zoo goed en pa morgen oens naar hem toe. Ik kom omstreeks tien uur bij U ontbijten. Uw liefhebbende zoon. TANCRED.' En deze fiere Engelsche moeder wist dat dit een ernstige brief was, omdat hij zóó ondertéekende. Gewoonlijk eindigde hij zijn zeldzame epistels met „veel liefs van Tristam". Zij leunde tegen haar kussens en sloot haar oogen. Zij aanbad haar zoon, maar zij was vóór alle dingen een vrouw van de wereld en in staat tot een ver standig oordeel. Tristam was do leeftijd te boven, waarop men dwaze liaisons aangaat er moest een of andere sterke beweegreden ten grondslag liggen aan zijn daad. Hij kón bijna niet verliefd zijn. Zij kende hem zóo goed als hij verliefd was' en in den laatsten tijd had hij daarvan geen teokenen ver toond, zelfs in verscheidene jaren niet want die betamelijke vriendschap met Laura Highford mocht waarlijk geen liefde heeten. Toen dacht zij aan Frhn- cis Markrute. Die was zoo onmetelijk rijk. Onwille keurig moest zij even zuchten: gold zou er dus in ieder geval zijn. Maar zij wist dat dat niet do reden kon zijn. Zij kende de ideeën van haar zoon betref fende rijkdom. Zij wist ook dat hij, mot al zijn voor liefde voor sport, en mot zijn modern gemis aan eer bied voor traditie, toch oen fleren, terughoudenden aard bezat'en zeer trotsch was op de oor van zijn al- ouden naam. Wat mocht dan wol do reden geweest zijn voor dit engagement? Wol, zij zou hot spoedig weten, het was half nogen en Tristam'» ..omstreeks tien uur" zou wel niet lator worden, dan half olf of kwart vópr elven. Zij belde om haar kamenier, be val haar de jonge dames te. gaan vragen een och tendjapon aan te doen en bij haar to komen. Spoe dig daarop kwamen Tancred's zusters bij haar. Het waren lieve, frieiche Engelsche meisjes en zij waren wel wat bang voor haar moeder. Zij kusten haar en kwamen op haar bed zitten. ZIJ voelden dat er iets belangrijks aan de hand was, want lady Tan cred ontving andera nooit iemand vóór zij gekant was zelfs haar eigen dochters niet. Jullie broeder Tanered gaat trouwen, zei ze en .wees naar den brief, die op don doken lag. mei c m gravin Shulski, oen nicht van dfen meneer Mail: mte. dien men overal ontmoet. - O, moeder! en Waarlijk? riepen Eirily i. Mary.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1923 | | pagina 5