Geestelijk Leven. Reclames. NOODSEINEN. 'V „DE TIJDGEEST". N.V. „DE TIJDGEEST". van een Arabier, die heilig verklaard' is, genaamd Ahmed Bel liassen El Romari, welke leefde in de 15e eeuw, een bekend priester was hij in zijn tijd. Men komt in een soort rond tempeltje, waarvan het midden is ingenomen door een soort katafalk, op een bed gelijkend, waarover een mooie sjaal. Er werd ons echter uitgelegd, dot de overblijfselen onder den grond; rusten. Voor 't idéé is or echter zoo'n verhoo ging gemaakt, alsof het nog een rustbed is voor den geëorden doode. De Oosterlingen halen, over 'i alge meen hunne dooden, van eeuwen hor, nog gaarne zoo wezenlijk mogelijk in hun midden, ze vinden het ongezellig als een overledene geen bed meer zou hebben. De ziel is volgens hen. ook zeer dorstig. Nooit vergeet menwater te schenken in de holletjes op den grafsteen en op bepaalde tijden wordt er ook wat eetbaars neergezet, wat door de bewaarders mag verorberd worden, want de ziel eet etliérisch, d.w.z. zij trekt uit het voedsel wat zij noodig hoeft en laat de voedsolbestanddeelen achter. Van af de zoldering hangen dozijnen luchters, ouderwetsche, maar niet antieke kristallen kronen, lappen van allerlei stof; aan den wand aan een touwtje bungelden mooi bewerkte en gekleurde, groote dikke waskaarsen. Een verzameling prulle- boel, goedkoop© witte kanten, zooals wel voor lampe- kappen gebruikt worden. Daartusschen kostbare heel oude doeken en tapijten. Aan den anderen kant van de tapijten was nog een graf, van een ander heilige. Als men lang, lang keek, kon men boven in den koepel in het duister langzamerhand de prachtige uitgesneden en beschilderde zoldering bewonderen. Als een ster, die in vakken en kringen uitloopt, ge heel uit cederhout gebeeldhouwd, verdiept zich hot plafond. Door do gekleurde glazen die in de stervor mige openingen in den dikken gipsen muur ge vat zijn, valt geheimzinnig zacht licht. Hier liepen we ook op sloffem Wat is er een gewijde grond in Tlemcen! Na hartelijk afscheid genomen te hebben van den ouden heer, begaven we ons naar de grootste Mos kee, die enkel nog als museum vertoond wordt (vol tooid in 12Ö7). Deze is 100 M. vierkant en in drie gangen verdeeld, door bronzen arcades, die elkaar in de hoogte kruizen, acht kolom zuilen, al deze kolom men zijn van onyx. Bovenaan zijn de versierselen weder van dat kunstige gipssnijwerk, waar de Ara bieren wel meesters in waren, vroeger waren deze nog gekleurd. Het plafond is van gebeeldhouwd ce derhout Buiten is een open grasveld, ingesloten door lage wallen, vroeger was dit een zijvleugel, doch. men heeft dat gedeelte niet kunnen restaureeren, er is eens brand geweest en men heeft gered wat mo gelijk was, maar deze open plaats is een romantisch stukje ruïne, vanwaar men een mooi kijkje hoeft over de stad. Naast deze Moskee is het oudheid kundig museum. Hier zijn oude steenen van marmer en zandsteenen met opschriften, nog uit den Ro- meinschen tijd, een zonnewijzer, stukken mozaïlc, uit gesneden hout met bloemen en letterteekens, kettin gen en martelwerktuigen, oude kapiteelen en een ony"x bassin. Enkele graven van invloedrijke en hoogstaande personen vindt men tegen de muren van de oude Moskee, zelfs half er onder geschoven, want de muzelman wil zoo dicht mogelijk bij al die heiligheid begraven worden. Er zijn eigenlijk zoo- vefe oudheden, zoovele oude graven, soms langza merhand in een tuin of op 'n plein of aan den kant van de straat terecht gekomen dat men eraan went. •De gewone toerist is eerst overbluft van de schatten die 10 of 8 eeuwen hier reeds heen gebracht of ver vaardigd werden, van de overblijfselen der edele, oude cultuur en dan gewend en verwend en let niet meer op. Do deskundige archeoloog of studecrencle naar kennis dorstende ziel, vindt hier zoo'n rijk dom aan gegevens dat men zou wenschcn tien jaar lang tochten te maken en, te snuffelen, «aan de hand van vele goede geschriften en boekern Sommigen zijn te enthousiast en zien te veel, anderen hebben te hooge verwachtingen gekoesterd, daardoor loopen de boeken over dezelfde onderwerpen wat uiteen, maar elke indruk die men persoonlijk krijgt, stemt ie mand tot diepe bewondering' en ontzag. Geen wonder^ dat Moeder bit tijden prikkelbaar wordt. Haar tobberig werk binnenshuis, wasschen, strijken, verstellen, poetsen en de eindelooze huishoudelijke zor gen zouaen door geen man verdragen worden. Wees voorzichtig. Prikkelbaarheid, pijn in do lende nen cn zijden, hoofdpijn, rugpijn, urinekwalen, zenuw achtigheid, en duizelingen zijn seinen van nierverzwak- k Óm zich te hoeden voor ontwikkeling van dc lange nasleep van nog ernstiger nierstoornissen, is het tijd om aan zichzelf te denken en de worstelende nieren met- Foster's Rugpijn Nieren Pillen to helpen. Dit speciale nicrgeneesmiddel is geen alles genezend middel; het werkt alleen op de nieren en blaas, en het oaat tegen pijnlijke verschijnselen van nier- en blaas- kwalen als nierzand, rheumatiek, steenvorming, water zucht, ischias, spit, blaasontsteking en urinezuurvergifti- fing. Passend voor jong en oud, diende geen huis zonder ostcr's Pillen te zijn. Verkrijgbaar in apotheken en drogistzaken a X 1.70 per doos. Hebben wo haar al eens gezien? Kennen we haar? Neen, ik geloof, dat wij ze nog nooit gezien hebben. Zij was bepaald te Cowes niet bij mijnheer Markrute en we zijn geen van allen in de stad ge weest. behalve verleden week voor Flora's trouwen. Ik denk dat Tristam haar in Schotland zal ontmoet hebben, of misschien in het'buitenland hij is zoo je weet mot Pasclien te Parijs goweest en in Juli weer. Ik ben benieuwd hoe ze er uit zal zien, zei Emily. Is ze nog jong? vroeg Mary. Tristam zegt daar niets van, antwoordde lady Tancred, alleen maar dat zij schoon is. Hoe vèrbazendl riepen beide meisjes tegelijk. Ja, het is stellig onverwacht, stemde haar moe der toe, maar Tristam is verstandig en hij zou geen keuze doen, die ik niet zou kunnen, goedkeuren. Je moet na den lunch dadelijk bij me komen, kinderen. Tristam komt bij me ontbijten en; nu moeten jullie dat maar in je eigen kamer doen, want ik moet met hem praten. En de meisjes, die o zoo graag Dog honderddui zend dingen gevraagd zouden hebben, voelden dat zij weg konden gaan. Zij kusten haar waardige moe der en gingen naar haar eigen groote achterkamer, die zij samen deelden, met al haar pleiziertjos en haar kleine grieven. Is hot niet dol, Em? zei Mary, toen zij samen weer terug waren en in het bed van do eerste ge kropen, in afwachting van haar ontbijt. Men kan wol zien dat moeder erg ontroord was, ze was zoo stijf. Ik dacht dat Tristam verliefd was «>p Laura Highford jij ook niet? O, hij is die al sinds onheugelijke tijden moe. Ziji maakte altoos ruzie met hem ze is een kat en ik kon hot nooit begrijpen, jij wel, Mary? Sommige mannen hebben dat graag, zei Mary Wjj8) ik bedoel dat zij iemand moeten hebben om mee te spelen en ze zijn bang van meisjes. Ik hoop dat ze van ons houden zal, gij ook niet? zei Emily. Mijnheer Markrute is heel rijk en misschien is zij dat ook. Hoe leuk zou het zijn als ze op Wrayth konden wonen! Hoe heerlijk als dat weer bewoond werd en wij er heen konden gaan! Ja, beaamde Mary. Lady Tancred wachtte haar zoon in de kleine voor Goede definities, nauwkeurige bepalingen zijn van groot belang voor het. wederzijdsch begrijpen. Het gebeurt maar al te dikwijls dat menschen, gebruik makende van dezelfde woorden, daaraan een geheel verschillonde beteckenis hechten. En het vermake lijke geval doet zich meer dan eens voor, dat men schen, na soms heftige woordenwisseling, waarbij men zich aan beide zijden heeft opgewonden, tot na dere verklaring komen en uitroepen: „o, bodoel je or dat mee, had dit manr eerder gezegd, want dan zijn we het. heele-maal met elkaar eensl" Wij moeten trachten hieraan zooveel mogelijk te ontkomen en daarom beginnen met vast te stellen wat wij onder geestelijk loven verstaan. In ieder ge val moeten de lezers van de Schager Courant weten wat ik or onder vorsta. Welnu, ik vat onder geestelijk leven samen alles, wat wij kennen als uiting van en streving naar de vervuiling van de behoefte van den mensch (en als geheel gezien: van de menschheid) om als „mensch" tot zoo hoog mogelijke ontwikkeling te komen. Deze behoefte is in den mensch aanwezig, al is zij soms ook uiterst zwak. Dit mogen wij aannemen op goodo gronden als 'n vaststaand feit. De geschiedenis dor menschelijke evolutie bovvijst 't evenzeer als de persoonlijke, innerlijke ervaring. Deze behoefte is volkomen natuurlijk. Overal merken wij op, dat, al wat leeft grooit naar zijn bestemming, gedreven wordt om naar zijn aard cn wezen zich te ontwikke len. Wij zouden het zóó kunnen uitdrukken: al wat loeft wil zichzelf, worden. Dit is de drang naar zelf verwezenlijking; een drang, welke dikwijls buiten hot bewustzijn van den individu omgaat en hem voortdrijft. Én nu is het merkwaardige da.fc do mensch, die stoffelijk, lichamelijk, behoort tot de dierenwereld en evenals het dier door zijn lichame lijke begoerten (honger on voortplantinesdrift!) wordt bewogen en geleid, daarnaast, in zich heeft een streven om boven het alleen-dierlijke leven uit te stijgen. Hij wil zich vergeestelijken, hij wil worden tot een persoonlijkheid, waarvan de waarde niet is ge legen in de uiterlijk-zichtbare verschijning, maar in do beteekenis, welke hij heeft als moer of minder ontwikkeld zedelijk wezen. Hier gevoelen wij het principieele verschil tus,- sehen mensch en dier. En wij zouden kunnen zeggen dat, hot oogenblik, waarin vóór millioencr, van jaren in een hoog ont- wikkold dier het bewustzijn ontwaakt dat het nog andere behoeften heeft dan die van zijn lichaam, dat op dit oogenblik de mensch zijn intrede doet. In do wereld. Van dit oogenblik af is het, donken niet. alleen.ge richt, op het stoffelijk bestaan, maar houden do her senen zich ook bezig met andere vragen, en er wordt gepeinsd over de beteekenis van het leven, over do bestomming van den mensch, over den dood, over het bestaan van hoogere wezens, over goed' en kwaad, enz. Wij moeten eens trachten ons een beeld te vormen van den oorspronkélijken mensch. Naakt gaat hij over de aarde en voert zijn strijd tegen de hem be dreigende en verdervende invloeden der natuur. IliJ zoekt beschutting tegen de koude in de natuurlijke wijkplaatsen, in holen en spleten; hij moet zich ver weren tegen de dieren en als hij in de worsteling overwint, voedt hij zich met hun vleesch. De raoci- lijko bestaansstri.rd dwingt hom tot nadenken over de middelen, waardoor hij in don strijd de overwin ning op zijn vijanden zal kunnen behalen. Hij rukt een boomtal; af en hoeft daarmede zijn eerste bui ten-lichamelijke wapen of hij raapt een steen op en hij slaat er mede of werpt haar naar zijn bedreiger. Hij voegt zich samen met andere soortgenooten om door .samenwerking sterker te zijn en hij' leert spreken, gaat woorden vormen. Do latijnsche dichtor Lucretius is waarschijnlijk zeer dicht bij de waarheid, wanneer hij zegt: „de na tuur heeft de menschheid gedwongen met de tong verschillende geluiden voort t,o brengen en de ge woonte, dus het steeds herhalen van hetzelfde ge luid bij een zelfde voorwerp gaf den naam aan do dingen." De oorspronkelijke conversatie bij do oermenschen zal wel in hoofdzaak door de taal der gebaren zijn gevoerd; eerst heol langzaam ontwikkelt zich de spraak. En wij kunnen ons geen te groote voorstel ling vormen van do beteekenis der spraak. Want daardoor krijgt de mensch het middel om do resul taten van eigen denken cn eigen ondervinding aan anderen over te leveren. Zoodoende blijft de verwor- vcn kennis en wijsheid bewaard voor volgende ge- slachton, welke daarop kunnen voortbouwen en wan neer nog veel later de schrijfkunst ontstaat, dan is dit in nog meerdere mate het geval. Hierdoor stijgt de mensch in den loop der eeuwen ver boven de dieren uit en wordt, in waarheid hun overwinnaar, hun meester. Ook bij de dieren bemerken wij intel lect. Ieder weet, welk en vernueft b.v. do bevers toonen bij het bouwen hunner woningen, het afdam men van rivieren enz.; en hoe geriefelijk en kunstig bouwen vele vogels hunne nesten. Manr alje dieren blijven steeds doen wat hunne voorgangers deden. Bij den mensch is dit anders. In de taal kapitaliseert zich de gedachte; iu de taal (mondeling eerst, maar daarna schriftelijk) wordt de kennis, de -wetenschap, de wijsheid (cn daarnevens heiaas ook de dwaas kamer. Zij was even zeer een specimen van de En- golsche aristocratie als hij dat was, met haar naar achteren gekamde grijze haren en haar schoon, streng en fijn besneden gelaat. Zij was in de hoog ste mate deftig en fraai en zorgvuldig gekleed. Zij was opgevoed in de school, waar men leerde alle emoties te onderdrukken een regiem, dat nu he laas! snel heengaat zoodat zelfs geen beweging van haar voet het ongeduld verried, dat haar ver teerde. En het was bijna elf uur, vóór Tristam ver scheen. Hij vroeg aardig om vergeving en kuste haar op de wang. Zijn. paard, Satan, was buitengewoon wild geweest en hij had zich genoodzaakt gezien het een extra- al op te laten doen cn was het ontbijt kïaar? hij .ad een buitengewonen honger. Ja, het ontbijt was klaar en zij gingen naar de eetzaal, waar de oude bottelier op hen wachtte. Geef mij van alles Michelham, zei Zijn Genade. Ik ben uitgehongerd. Én dan kun je wei gaan. Haar Genade zal zelf de koffie inschenken. De oude dienaar straalde toen hij hem zag fcn zei Het doet mij genoegen Uwe Genade in goede gezondheid te zien, en na zijn bord omringd te hebben met zilveren schoteltjes, ging hij heen. Ook Laay Tancred straalde, toen zij haar zoon zag. Zij kon daar .niets aan doen. Hij zag er zoo volmaakt uit zooals hij er uitzien moest, zoo heerlijk 'gezond en zoo knap en zoo in de puntjes Verzorgd. Iedere moeder zou'trotsch op hem geweest zijn. Tristam, beste jongen, vertel mif er üu eens alles van, zei ze. Er valt haast niets van te vertellen, moeder, behalve flat ik omstreeks vijf en twintig October ga trouwen f— en u zult verschrikkelijk i'ief voor haar zijn yoor Zara iïiet? Iijj had de voorzorg genomen vroeg in den morgen een briefje aan Francis Markrute te zenden om den vollen naain van de dame tp vragen, daar hij dien aan zijn verwanten wilde mededeeletn cn zoo Wam dat Zara er heel gewoon uit Zij is een ietwat vreemd persoontje en "heel stijf in haar manieren Zij zal u in 't cer.st wel niet bevalen. Niet, lieveling, zij lady Tancred aarzelend. Stijve manieren, zeg je, Dat is heusch wef goed. Ik hou niet van de moderne Spring-in-'t-veldmanieren. O, neen, van een spring-in-'t-veld heeft zij absoluut niets, zei Tristam en glimlachte even. Zijn zin voor humor was in hooge mate geprikkeld door deze heele heid!) van de voorgeslachten bewaard en hieraan voegt elk volgend' geslacht weer nieuwe kennis en wetenschap en wijsheid toe. Hierom zien wij ook de menschheid in den loop der eeuwen als een Broeiend geheel. Er is een on verbrekelijke samenhang, er is geschiedenis, er is evolutie. Maar dit alles voert ons nog niet op het eigenlijk terrein van het geestelijk leven; dit toont ons slechts het kenmerkend verschil tusschen mensch on dier. Het intellectueele leven, d.i. het denkleven is wel een belangrijk deel vun het gees telijk leven, manr 't is toch niet hti geestelijk leven. Wij betrekken het denken eerst dan in den sfeer van het geestelijk levon, wanneer dit denken zich richt op de ontwikkelijking van do persoonlijkheid, op de veredeling van den mensch- als zedelijk wezen. Deze term „zedelijk wezen" moot. zoo ruim moge lijk worden opgevat. Daarmede wordt gedoeld op den mensch met al zijn niet-vleeschelijko neigingen. Als zedelijk wezen moet de mensch tot volle ont plooiing komen. Dit gluit in niet alleen de ontwik keling van bet verstand, maar meer nog de verfij ning en veredeling van zijn schoonheidsgevoel en do Trekking an 700 Notaris A- G. Malle. Woensdag 17 Januari 19*3 Pr ijl van f 5000 18164 1000 Cl02 20911 400 558 10751 15708 v 200 653 1116 8892 19>34 202® 2C939 100 4401 8393 8933 Wf73 10933 15271 Prijzen van 1 90— (eigen geld.) 2 3512 0343 8198 9962 12233 13070 16708 19303 67 3714 47 8204 10009 12483 79 22 15 553 3836 90 8479 42 86 14212 10686 19542 1018 3960 6419 8501 10559 12507 14360 92 19709 0 4099 6G53 24 10602 23 14580 17265 19591 1505 4573 6721 8832 54 12846 14737 89 19926 1024 4608 48 52 10881 59 14807 17597 79 1920 4735 6818 8954 10922 13032 13003 17653 91 b9 4843 7055 9106)1001 80 1617708 20490 20.-6 4013 76 7511266 13103 17 53 20598 2172 49 7170 S? 11318 93 72 17940 20627 Hl 5093 7307 9280 63 13323 15258 18012 55 2257 5293 42 88 11464 24 15310 18129 20773 2534 94 7435 0452 11558 13414 15443 63 82 2638 5493 7552 71 UGI4 40 15557 18279 97 2/90 5785 88 9546 11862 13576 16191 18474 20804 2942.334 7645 0601 11961 79 )6232 18548 19 84 <-017 87 9742 12136 13784 16329 18645 3128 ölul 808/ 9894 5413900 53 18994. 3305 6275 8104 9929 12252 48 68 10224 yoüv aüosbeHwr 84 2333 -«637 7142 9765 1SÖ0Ü13537 10759 18194 120 38 77 51 9831 43 53 96 18234 94 95 4716 726S 8311927 851584o 41 223 2474 21 7420 9905 40 13642 50 91 35 2514 07 61 26 12043 13738 15975 18334 250 24 86 7524 63 12141 39 98 82 335 2617 93 76 1002312202 98 16003 83 39 47 4817 7640 26 14 140Ü2 26 18471 81 97 92 77 31 90 2716 4984 7711 39 412 81 5020 1510121 17 84 40 50 81 64 2827 52 7847 10212 12320 14243 61 18733 73 76 5103 7945 99 21 64 16403 63 89 94 20 6610332 549 8060 51 8048 96 56 04 64 01 10549 629 3038 73 8133 88 60 66 5312 62201061012418 28 26 19033 70 71 56 21 29 32 14533 16717 t-4 745 3107 73 51 37 58 57 23 19137 52 12 5411 8334 10737 12511 92 83 55 74 35 21 83 56 27146341 "3 19219 88 41 23 8425 06 41 3517UZ2 56 897 44 57 36 74 74 37 u5 79' 963 91 73 45 1086312644 53 09 19343 1030 2268 74 50 10983 bl 14740 17162 194 6 65 3400 5528 78 93 01 51 91 86 11.-4 64 63 8528 1ÏD04 12703 14800 92 90 57 73 «07 83 17 20 2 17300 10503 85 74 13 88 22 1212 86 49 06 90 t.9 3530 5808 8629 11101 1305 364) 48 46 26 1528 33 46 63 8913800 53 40 58 8012 8770 11203 12911 15167 16 72 16203 75 32 14101 33 18589 59 1/ 16318 18633 68 30 90 4714366 57 82 51 75 8818879 94 76 09 18939 97 14416 16512 02 loutering van zijn opvatting omtrent de onderlinge mensch verhoudingen. Deze geestelijke ontplooiing is de zeifverwezenlij king van den mensch in cn door de groeiende menschheid, welke wij als één geheel hebben te zien, als een groeiend organisme, waarvan de enkelingen de samenstellende cellen zijn, welk organisme gaat naar steeds hoogere vergeestelijking. Dit wil zeg gen: de geest zal steeds meer het stoffelijke, het li chamelijke beheerschen. Zoo zien wij derhalve het geestelijk leven der menschheid als een machtig groeiproces. En daarbij spouren wij steeds twee tegengestelde- krachten: do zucht om te blijven bij het eenmaal verworvene en daartegenover de zucht om verder to gaan op den weg der ontwikkeling. Do botsing tusschen dezo twee krachten is de ontroorende tragiek van het le ven. Wij hebben haar te aanvaarden als een oeuwig feit. Voor den bewusten mensch is nu dc vraag of hij moot dienen het. behoud of ben vooruitgang. Ge voelt hij den vooruitgang te moeten bevorderen, do menschhoid hooger op ie moeten stuwen tot hare bo stemming, dan zal hij zich hebben te bewegen op hot gebied van het geestelijk leve.i en het wordt zijn plicht bestaande geestelijke waarden te onderzoe ken en zoo noodig, nieuwe waarden te scheppen. ASTOR. 20 28 23 44 28 14938 24 19645 55 15025 17316 95 84 45 17 1962U 31 21 36 62 50 83 44 8b 8 97 76 41 74 07 84 17448 77 76 3T41 1618 72 25 84 41 3811 49 8828 53 0 67 87 56 70 94 92 10915 84 6012 11355 13001 162Ü0 17502 25 86 44 61 33 38 18 20055 1723 W 604Ö 79 88 40 36 8! 6114 903-1 90 47 1810 93 6230 3811483 82 46 3003 46 0170 94 13133 78 20 54 9218 37 50 15305 34 fcö 99 74 6312 9302 11519 70 717803 20586 1962 4133 38 W 42 94 11 132CÖ07 67 95 6408 40 95 13231 42 31 22 83 4207 6552 82 11603 79 15423 17971 2102 50 6629 9406 813309 27 85 29 68 6733 IQ 74 97 1551618050 86 4426 6862 9576 '1613401 78 61 87 81 6626 9605 90 10 97 95 20726 2219 4530 72 0703 11703 49 155Ü0 18107 «4 2305 4602 7037 2? 6316720 75 258W 2097-5 70 03 63 8017631 85 50 20212 94 17703 2032/ 30 32 03 86 Trekking van 700 nummers ten overstaan van Notaris A. G. Muliê, Donderdag 18 Januari 1**3. Prils van t 15000 17351 400 9375 17877 30435 200 18410 100 9085 10702 19554 Prijzen van t 90- (eigen geld.) 334 2170' 3906 6619 8636 11034 13510 15387 17702 66 79 4043 61 77 11328 63 15J 0 17*78 82 2231 76 6793 8787 11434 13604 15753 1820* 446 74 4126 6820 9054 11512 13780 15942 II 53 80 4403 61 9140 34 13851 16143 f8318 509 2356 25 65 80 70 59 49 74 705 2574 4529 6968 9300 70 14047 16299 18623 27 2616 4804 7083 97 80 55 16310 18721 85 26 9 7553 9453 11620 89 16605 19094 869 40 4982 7604 88 11866 14287 18 19469 1043 2940 5038 7709 9607 11974 14326 28 19738 83 79 5148 10 86 12077 14538 82 19885 1264 3J33 83 7875 9973 12100 46 16804 19916 1418 96 5298 8110 10128 5 98 18 20162 50 «19 5334 93 1048Ö 12231 14602 58 72 61 43 5446 8421 1(576 12510 14813 16997 20434 153(3 62 67 58 10739 16 15051 17041 20K11 174J 3638 5682 64 10804 12822 09 171-14 85 3712 80 8575 70 47 15121 17333 2055 3855 0224 8^02 10025 13244 15843 17603 53 2407 41-39 t 0 8c7I te 75 13254 15555 18144 88 ii 76 6<6< fj 10*55 13o0J te62ö 1&226 107 82 49^9 o98J 89uü 11043 13 -40 5J 18 9 93 08 3J 59 39 79 94 27 2547 5001 7053 9035 11200 54 y718319 312 54 48 7148 41 29 55 15710 4J 17 2602 5119 66 51 67 13416 15827 52 32 27*1 36 7222 53 98 iy 42 71 501 70 45 84 9127 11369 56 76 97 624 2820 65 91 38 11463 13589 91 18510 700 30 60 7309 9224 11539 13725 15902 22 26 32 5204 37 74 74 47 33 Ji 74 9328 92 13840 16058 50 833 48 72 79 0451 11613 73 16120 186^ «r,80 75 87 96 24 14051 24 1871 50 2986 6360 7406 0512 87 53 44 m82 51 «J1 62 47 0623 11726 74 47 004 3000 78 97 24 1182514162 16255 54 8 20 90 7562 54 11978 94 6118919 il 5433 72 S708 12üU0 14g09 16327 52 57 3130 00 85 OriOl 12134 44 91 53 1012 3215 5509 7683 10 50 64 16490 IQOU 24 21 34 7735 45 71 14441 16534 60 57 3446 80 52 95 12217 55 74 67 72 3503 9605 64 C0I4 ÏO 51 :91fZ - 1110 4 22 04 20 33 14527 97 Jj 26 58 7812 48 48 45 16625 06 41 27 62 18 49 68 70 10711 83 50 3627 5816 01 1001112354 08 Ju 08 80 60 97 79 58 14609 95 19235 1218 04 5001 7927 10104 01 13 16848 11 56 3765 10 44 30 12402 27 01 63 66 3800 66 87 37 89 79 16315 19304 1330 54 81 8011 5312528 14707 74 t 45 64 90 30 61 38 14811 17007 51 1514 3098 6036 53 10211 99 60 34 vi 4C07 38 8103 34 12603 14973 50 8 SS «rt «iS «4 17100 19459 41S m H71515041 41 1950 18 4154 60 65 91 32 g3 65 4 64 93 95 8242 10313 66 4202 6211 80 50 81 20 15 02 79 1960 61 27 96 10442 68 4373 51 8366 54 oy 78 4433 6378 8427 56 12909 71 84 2045 37 97 88 10515 23 73 S X,ijs* 15 )an. 171?!^ vervalt. Vorige lijst stond: S413* a.x. M30w, IM95 xu z. -64051* 15451 at-.'Jo 15441 geschfodenis - doch dat overheerschendo iets wat hem aandreef was nóg sterker. Toen voelde hy dat het toch eigenlijk niet in den haak was, zich door zijn moeder te laten uithooren; hij moest haar zélf zeggen wat hij haar te verteilen had. Ja, ziet u, maina, die heele geschiedenis is wrel een beetje plotseling opgekomen. Ik kwam eerst gisteren avond tot een vast besluit en liet u dat toen dadelijk weten. Ze' zal vreesëlijk rijk worden; dat is eigenlijk jammer, in zeker opzicht, maar ik denk dat we weer op Wrayth zullen kunnen wonen en zoowat, maar ik Dehoef u niet te zeggen, dat 'dét niet de reden is, waarom ik niet met naar trouw. Neen, zoover, ken ik je wel, zei 'lady Tancred, maar ik ben het toch niet met je eens, ik vind het niet jammer dat zij rijk is. Wij leven in een tijd waarin do oudste en beroemdste naam niets waard is als men niet het rioodige kapitaal heeft om de tradities er van op te houden en voor iedere vrouw zal je titel en je stand wel èl.haar goud waard zijn. De dingen, die je er haar voor teyug kan geven, kunnen alleen in den loop van honderden jaren ontstaan. Je moet niet het gevoel hebben dat je iets van haar aanneemt, wat je niet op andere wijze ruimschoots teruggeeft. Denk daar aan het zou een verkeerd gevoel zijn. Ja, dat denk ik te doen. Trouwens zij is van goede geboorte, weet u, en zou zich tegenover mij1 nooit ergens op verheffen, en lord Tancred lachte. Ik herinner mij den ouden kolond Grev, ging zijn moeder voort, jaren geleden hield hij equipage^ maar zijn broeder herinner ik mij niet. Woonde nij soms buitenlands? Dat was een lastige vraag. De jonge bruidegom wist absoluut niets van. wijlen zijn aanstaanden schoonvader! Ja, zei hij vlug-, en Zara trouwde heel jong, en ze is nu'nog heel jong, zoowat drie en twintig jaar en haar man was een beest, en nu is ze bij Fran cis Markrute komen wonen hij is een bijzonder aardige vent, moeder, al houdt u niet van.' hem. Bui tengewoon beschaafd en zoo typisch amusant met zijn cynjschen kijk op de dingen. Als U hem beter kent, zult u hem ook wel mogen lijden en hij is een aardig goed sportsman voor een buitenlander. Uit welk land is rAijnheer Markrute toch afkomstig, Weet jij dat, Tristam? vroeg lady Tancred. Werkelijkalle vrouwen, zelfs moeders, zijn af en toe vervelend met haar gevraag. 2120 62 6423 69 72 6513 91 4538 90 2289 90 6603 2813 4638 35 15148 17304 9. 47 99 14 1901 58 15222 17407 b 81 15321 17505 1974 08 59 35 5 7. 29 60 80 9ö 19807 77 13004 15421 17625 31 12 .~-97 62 24 17804 54 17 10658 13119 25 61 fl? 97 82 24 35 71 8i- «wo 0 in öz S 15 8778 IÜ7ÜÖ 37 85 179i4 J991 86 93 16 81 10835 86 15513 83 7 89 97 52 8848 60 13245 40 18047 20^0 20178 20263 20451 20604 20677 20757 20891 20213 20340 80 21 20748 »826 $997 58 97 20554 48 52 55 Vorige iJJtt «tocd- 4913*° m.z, 49 Op mijn woord, ik weet bet niet, antwoordde hij met. een gedwongen lach. Uit Oostenrijk misschien, of uit Rusland. Ik heb er nooit aan gedacht dat hij een vreemdeling is, hij spreekt zoo goed Engelsch en liq is in allen gevalle genaturaliseerd EngeJschman. Maar als je nu toch in die familie trouwt, vindt je „dan ook niet dat het voorzichtiger was eens informaties naar hem te nemen, lieveling? gaf Lady Tancred aar- i zeiend in overweging. En toen zag zij den waren aard der Guiscards voor den dag komen een aard, dien zij' vaak in baar eelit- genoot tevergeefs had gepoogd te bestrijden gedurende j de eerste jaren van hun huwelijksleven, maar waaraan zij zich ten slotte had toch moeten onderwerpen. Tris- tains zware, vlakke wenkbrauwen trokken zich samen in een frons en zijn gladgeschoren, fijn besneden mond sloot zich" vast opeen. Ik doe wat ik bezig ben te doen, mama, zei hij. Ik ben tevreden -met mijn koon en ik verzoek u er bij neer te leggen. Ik eisch geen enkele informatie en ik verzoek u er u ook niet druk oin te maken. Geen enkele infor- matio zou mij van mijn voornemen kunnen afbrengen wilt u mij nog wat koffie geven? Lady Tancreds hand beefde ietwat, toen zij die inschonk, maar zij zeide niets en een oogenblik zwegen beiden terwijl de jonge lord voortging met een onge- evenaarden eetlust te ontbijten. Ik zal de meisjes meenemen en dadelijk na den lunch een bezoek afleggen, zei ze toen, en ik zal naar gravin Sliulski vragen. Zoo wordt de naam immers uit gesproken. Ja. Misschien is zij niet thuis en inHeder geval kondt u zich voor vandaag bepalen tot het pousseeren f> van een kaart en morgen of overmorgen gaan wij er dan samen heen, moeder. Ziet ge, vóór de aankondiging verschijnt in de Morning Post, is eigenlijk nog niets 1 bepaald ik denk dat Zara het beter zou vinden als u wachtte tot daarna. Dat was denkelijk wel zoo, dacht hij/ immers hij' was persoonlijk zelf nog niet eens met haar verloofd. Toen hij merkte dat zijn moeder wat stijf en beleedigd deed, kreeg zijn zin voo rhumor de overhand, hij brastte in een schaterlach uit, sprong op en ging haar een kus geven met die heerlijke jongensachtige teederheid, wélke maakte, dat zij hem liefhad met een liefde, ver uitstekend boven die zjj voor haar andere kinderen gevoelde. y/ordt vervolga.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1923 | | pagina 6