Geestelijk Leven.
Reclames.
NOODSEINEN.
'V „DE TIJDGEEST".
N.V. „DE TIJDGEEST".
van een Arabier, die heilig verklaard' is, genaamd
Ahmed Bel liassen El Romari, welke leefde in de
15e eeuw, een bekend priester was hij in zijn tijd.
Men komt in een soort rond tempeltje, waarvan het
midden is ingenomen door een soort katafalk, op een
bed gelijkend, waarover een mooie sjaal. Er werd
ons echter uitgelegd, dot de overblijfselen onder den
grond; rusten. Voor 't idéé is or echter zoo'n verhoo
ging gemaakt, alsof het nog een rustbed is voor den
geëorden doode. De Oosterlingen halen, over 'i alge
meen hunne dooden, van eeuwen hor, nog gaarne zoo
wezenlijk mogelijk in hun midden, ze vinden het
ongezellig als een overledene geen bed meer zou
hebben. De ziel is volgens hen. ook zeer dorstig. Nooit
vergeet menwater te schenken in de holletjes op
den grafsteen en op bepaalde tijden wordt er ook
wat eetbaars neergezet, wat door de bewaarders mag
verorberd worden, want de ziel eet etliérisch, d.w.z.
zij trekt uit het voedsel wat zij noodig hoeft en laat
de voedsolbestanddeelen achter.
Van af de zoldering hangen dozijnen luchters,
ouderwetsche, maar niet antieke kristallen kronen,
lappen van allerlei stof; aan den wand aan een
touwtje bungelden mooi bewerkte en gekleurde,
groote dikke waskaarsen. Een verzameling prulle-
boel, goedkoop© witte kanten, zooals wel voor lampe-
kappen gebruikt worden. Daartusschen kostbare heel
oude doeken en tapijten. Aan den anderen kant van
de tapijten was nog een graf, van een ander heilige.
Als men lang, lang keek, kon men boven in den
koepel in het duister langzamerhand de prachtige
uitgesneden en beschilderde zoldering bewonderen.
Als een ster, die in vakken en kringen uitloopt, ge
heel uit cederhout gebeeldhouwd, verdiept zich hot
plafond. Door do gekleurde glazen die in de stervor
mige openingen in den dikken gipsen muur ge
vat zijn, valt geheimzinnig zacht licht. Hier liepen
we ook op sloffem Wat is er een gewijde grond in
Tlemcen!
Na hartelijk afscheid genomen te hebben van den
ouden heer, begaven we ons naar de grootste Mos
kee, die enkel nog als museum vertoond wordt (vol
tooid in 12Ö7). Deze is 100 M. vierkant en in drie
gangen verdeeld, door bronzen arcades, die elkaar in
de hoogte kruizen, acht kolom zuilen, al deze kolom
men zijn van onyx. Bovenaan zijn de versierselen
weder van dat kunstige gipssnijwerk, waar de Ara
bieren wel meesters in waren, vroeger waren deze
nog gekleurd. Het plafond is van gebeeldhouwd ce
derhout Buiten is een open grasveld, ingesloten door
lage wallen, vroeger was dit een zijvleugel, doch.
men heeft dat gedeelte niet kunnen restaureeren, er
is eens brand geweest en men heeft gered wat mo
gelijk was, maar deze open plaats is een romantisch
stukje ruïne, vanwaar men een mooi kijkje hoeft
over de stad. Naast deze Moskee is het oudheid
kundig museum. Hier zijn oude steenen van marmer
en zandsteenen met opschriften, nog uit den Ro-
meinschen tijd, een zonnewijzer, stukken mozaïlc, uit
gesneden hout met bloemen en letterteekens, kettin
gen en martelwerktuigen, oude kapiteelen en een
ony"x bassin. Enkele graven van invloedrijke en
hoogstaande personen vindt men tegen de muren
van de oude Moskee, zelfs half er onder geschoven,
want de muzelman wil zoo dicht mogelijk bij al die
heiligheid begraven worden. Er zijn eigenlijk zoo-
vefe oudheden, zoovele oude graven, soms langza
merhand in een tuin of op 'n plein of aan den kant
van de straat terecht gekomen dat men eraan went.
•De gewone toerist is eerst overbluft van de schatten
die 10 of 8 eeuwen hier reeds heen gebracht of ver
vaardigd werden, van de overblijfselen der edele,
oude cultuur en dan gewend en verwend en let niet
meer op. Do deskundige archeoloog of studecrencle
naar kennis dorstende ziel, vindt hier zoo'n rijk
dom aan gegevens dat men zou wenschcn tien jaar
lang tochten te maken en, te snuffelen, «aan de hand
van vele goede geschriften en boekern Sommigen zijn
te enthousiast en zien te veel, anderen hebben te
hooge verwachtingen gekoesterd, daardoor loopen de
boeken over dezelfde onderwerpen wat uiteen, maar
elke indruk die men persoonlijk krijgt, stemt ie
mand tot diepe bewondering' en ontzag.
Geen wonder^ dat Moeder bit tijden prikkelbaar wordt.
Haar tobberig werk binnenshuis, wasschen, strijken,
verstellen, poetsen en de eindelooze huishoudelijke zor
gen zouaen door geen man verdragen worden.
Wees voorzichtig. Prikkelbaarheid, pijn in do lende
nen cn zijden, hoofdpijn, rugpijn, urinekwalen, zenuw
achtigheid, en duizelingen zijn seinen van nierverzwak-
k Óm zich te hoeden voor ontwikkeling van dc lange
nasleep van nog ernstiger nierstoornissen, is het tijd
om aan zichzelf te denken en de worstelende nieren
met- Foster's Rugpijn Nieren Pillen to helpen.
Dit speciale nicrgeneesmiddel is geen alles genezend
middel; het werkt alleen op de nieren en blaas, en het
oaat tegen pijnlijke verschijnselen van nier- en blaas-
kwalen als nierzand, rheumatiek, steenvorming, water
zucht, ischias, spit, blaasontsteking en urinezuurvergifti-
fing. Passend voor jong en oud, diende geen huis zonder
ostcr's Pillen te zijn.
Verkrijgbaar in apotheken en drogistzaken a X 1.70
per doos.
Hebben wo haar al eens gezien? Kennen we
haar?
Neen, ik geloof, dat wij ze nog nooit gezien
hebben. Zij was bepaald te Cowes niet bij mijnheer
Markrute en we zijn geen van allen in de stad ge
weest. behalve verleden week voor Flora's trouwen.
Ik denk dat Tristam haar in Schotland zal ontmoet
hebben, of misschien in het'buitenland hij is zoo
je weet mot Pasclien te Parijs goweest en in Juli
weer.
Ik ben benieuwd hoe ze er uit zal zien, zei
Emily.
Is ze nog jong? vroeg Mary.
Tristam zegt daar niets van, antwoordde lady
Tancred, alleen maar dat zij schoon is.
Hoe vèrbazendl riepen beide meisjes tegelijk.
Ja, het is stellig onverwacht, stemde haar moe
der toe, maar Tristam is verstandig en hij zou geen
keuze doen, die ik niet zou kunnen, goedkeuren. Je
moet na den lunch dadelijk bij me komen, kinderen.
Tristam komt bij me ontbijten en; nu moeten jullie
dat maar in je eigen kamer doen, want ik moet met
hem praten.
En de meisjes, die o zoo graag Dog honderddui
zend dingen gevraagd zouden hebben, voelden dat
zij weg konden gaan. Zij kusten haar waardige moe
der en gingen naar haar eigen groote achterkamer,
die zij samen deelden, met al haar pleiziertjos en
haar kleine grieven.
Is hot niet dol, Em? zei Mary, toen zij samen
weer terug waren en in het bed van do eerste ge
kropen, in afwachting van haar ontbijt. Men kan
wol zien dat moeder erg ontroord was, ze was zoo
stijf. Ik dacht dat Tristam verliefd was «>p Laura
Highford jij ook niet?
O, hij is die al sinds onheugelijke tijden moe.
Ziji maakte altoos ruzie met hem ze is een kat en
ik kon hot nooit begrijpen, jij wel, Mary?
Sommige mannen hebben dat graag, zei Mary
Wjj8) ik bedoel dat zij iemand moeten hebben
om mee te spelen en ze zijn bang van meisjes.
Ik hoop dat ze van ons houden zal, gij ook niet?
zei Emily. Mijnheer Markrute is heel rijk en
misschien is zij dat ook. Hoe leuk zou het zijn als
ze op Wrayth konden wonen! Hoe heerlijk als dat
weer bewoond werd en wij er heen konden gaan!
Ja, beaamde Mary.
Lady Tancred wachtte haar zoon in de kleine voor
Goede definities, nauwkeurige bepalingen zijn van
groot belang voor het. wederzijdsch begrijpen. Het
gebeurt maar al te dikwijls dat menschen, gebruik
makende van dezelfde woorden, daaraan een geheel
verschillonde beteckenis hechten. En het vermake
lijke geval doet zich meer dan eens voor, dat men
schen, na soms heftige woordenwisseling, waarbij
men zich aan beide zijden heeft opgewonden, tot na
dere verklaring komen en uitroepen: „o, bodoel je or
dat mee, had dit manr eerder gezegd, want dan zijn
we het. heele-maal met elkaar eensl"
Wij moeten trachten hieraan zooveel mogelijk te
ontkomen en daarom beginnen met vast te stellen
wat wij onder geestelijk loven verstaan. In ieder ge
val moeten de lezers van de Schager Courant weten
wat ik or onder vorsta.
Welnu, ik vat onder geestelijk leven samen alles,
wat wij kennen als uiting van en streving naar de
vervuiling van de behoefte van den mensch (en als
geheel gezien: van de menschheid) om als „mensch"
tot zoo hoog mogelijke ontwikkeling te komen.
Deze behoefte is in den mensch aanwezig, al is zij
soms ook uiterst zwak. Dit mogen wij aannemen op
goodo gronden als 'n vaststaand feit. De geschiedenis
dor menschelijke evolutie bovvijst 't evenzeer als de
persoonlijke, innerlijke ervaring. Deze behoefte is
volkomen natuurlijk. Overal merken wij op, dat, al
wat leeft grooit naar zijn bestemming, gedreven
wordt om naar zijn aard cn wezen zich te ontwikke
len. Wij zouden het zóó kunnen uitdrukken: al wat
loeft wil zichzelf, worden. Dit is de drang naar zelf
verwezenlijking; een drang, welke dikwijls buiten
hot bewustzijn van den individu omgaat en hem
voortdrijft. Én nu is het merkwaardige da.fc do
mensch, die stoffelijk, lichamelijk, behoort tot de
dierenwereld en evenals het dier door zijn lichame
lijke begoerten (honger on voortplantinesdrift!)
wordt bewogen en geleid, daarnaast, in zich heeft
een streven om boven het alleen-dierlijke leven uit
te stijgen.
Hij wil zich vergeestelijken, hij wil worden tot
een persoonlijkheid, waarvan de waarde niet is ge
legen in de uiterlijk-zichtbare verschijning, maar in
do beteekenis, welke hij heeft als moer of minder
ontwikkeld zedelijk wezen.
Hier gevoelen wij het principieele verschil tus,-
sehen mensch en dier.
En wij zouden kunnen zeggen dat, hot oogenblik,
waarin vóór millioencr, van jaren in een hoog ont-
wikkold dier het bewustzijn ontwaakt dat het nog
andere behoeften heeft dan die van zijn lichaam, dat
op dit oogenblik de mensch zijn intrede doet. In do
wereld.
Van dit oogenblik af is het, donken niet. alleen.ge
richt, op het stoffelijk bestaan, maar houden do her
senen zich ook bezig met andere vragen, en er wordt
gepeinsd over de beteekenis van het leven, over do
bestomming van den mensch, over den dood, over
het bestaan van hoogere wezens, over goed' en
kwaad, enz.
Wij moeten eens trachten ons een beeld te vormen
van den oorspronkélijken mensch. Naakt gaat hij
over de aarde en voert zijn strijd tegen de hem be
dreigende en verdervende invloeden der natuur. IliJ
zoekt beschutting tegen de koude in de natuurlijke
wijkplaatsen, in holen en spleten; hij moet zich ver
weren tegen de dieren en als hij in de worsteling
overwint, voedt hij zich met hun vleesch. De raoci-
lijko bestaansstri.rd dwingt hom tot nadenken over
de middelen, waardoor hij in don strijd de overwin
ning op zijn vijanden zal kunnen behalen. Hij rukt
een boomtal; af en hoeft daarmede zijn eerste bui
ten-lichamelijke wapen of hij raapt een steen op en
hij slaat er mede of werpt haar naar zijn bedreiger.
Hij voegt zich samen met andere soortgenooten
om door .samenwerking sterker te zijn en hij' leert
spreken, gaat woorden vormen.
Do latijnsche dichtor Lucretius is waarschijnlijk
zeer dicht bij de waarheid, wanneer hij zegt: „de na
tuur heeft de menschheid gedwongen met de tong
verschillende geluiden voort t,o brengen en de ge
woonte, dus het steeds herhalen van hetzelfde ge
luid bij een zelfde voorwerp gaf den naam aan do
dingen."
De oorspronkelijke conversatie bij do oermenschen
zal wel in hoofdzaak door de taal der gebaren zijn
gevoerd; eerst heol langzaam ontwikkelt zich de
spraak. En wij kunnen ons geen te groote voorstel
ling vormen van do beteekenis der spraak. Want
daardoor krijgt de mensch het middel om do resul
taten van eigen denken cn eigen ondervinding aan
anderen over te leveren. Zoodoende blijft de verwor-
vcn kennis en wijsheid bewaard voor volgende ge-
slachton, welke daarop kunnen voortbouwen en wan
neer nog veel later de schrijfkunst ontstaat, dan is
dit in nog meerdere mate het geval. Hierdoor stijgt
de mensch in den loop der eeuwen ver boven de
dieren uit en wordt, in waarheid hun overwinnaar,
hun meester. Ook bij de dieren bemerken wij intel
lect. Ieder weet, welk en vernueft b.v. do bevers
toonen bij het bouwen hunner woningen, het afdam
men van rivieren enz.; en hoe geriefelijk en kunstig
bouwen vele vogels hunne nesten. Manr alje dieren
blijven steeds doen wat hunne voorgangers deden.
Bij den mensch is dit anders. In de taal kapitaliseert
zich de gedachte; iu de taal (mondeling eerst, maar
daarna schriftelijk) wordt de kennis, de -wetenschap,
de wijsheid (cn daarnevens heiaas ook de dwaas
kamer. Zij was even zeer een specimen van de En-
golsche aristocratie als hij dat was, met haar naar
achteren gekamde grijze haren en haar schoon,
streng en fijn besneden gelaat. Zij was in de hoog
ste mate deftig en fraai en zorgvuldig gekleed. Zij
was opgevoed in de school, waar men leerde alle
emoties te onderdrukken een regiem, dat nu he
laas! snel heengaat zoodat zelfs geen beweging
van haar voet het ongeduld verried, dat haar ver
teerde. En het was bijna elf uur, vóór Tristam ver
scheen.
Hij vroeg aardig om vergeving en kuste haar op de
wang. Zijn. paard, Satan, was buitengewoon wild geweest
en hij had zich genoodzaakt gezien het een extra-
al op te laten doen cn was het ontbijt kïaar? hij
.ad een buitengewonen honger.
Ja, het ontbijt was klaar en zij gingen naar de
eetzaal, waar de oude bottelier op hen wachtte.
Geef mij van alles Michelham, zei Zijn Genade.
Ik ben uitgehongerd. Én dan kun je wei gaan. Haar
Genade zal zelf de koffie inschenken.
De oude dienaar straalde toen hij hem zag fcn zei
Het doet mij genoegen Uwe Genade in goede gezondheid
te zien, en na zijn bord omringd te hebben met zilveren
schoteltjes, ging hij heen.
Ook Laay Tancred straalde, toen zij haar zoon zag. Zij
kon daar .niets aan doen. Hij zag er zoo volmaakt
uit zooals hij er uitzien moest, zoo heerlijk 'gezond en
zoo knap en zoo in de puntjes Verzorgd. Iedere moeder
zou'trotsch op hem geweest zijn.
Tristam, beste jongen, vertel mif er üu eens alles
van, zei ze.
Er valt haast niets van te vertellen, moeder, behalve
flat ik omstreeks vijf en twintig October ga trouwen
f— en u zult verschrikkelijk i'ief voor haar zijn
yoor Zara iïiet? Iijj had de voorzorg genomen vroeg
in den morgen een briefje aan Francis Markrute te
zenden om den vollen naain van de dame tp vragen,
daar hij dien aan zijn verwanten wilde mededeeletn
cn zoo Wam dat Zara er heel gewoon uit Zij is een
ietwat vreemd persoontje en "heel stijf in haar
manieren Zij zal u in 't cer.st wel niet bevalen.
Niet, lieveling, zij lady Tancred aarzelend.
Stijve manieren, zeg je, Dat is heusch wef goed. Ik
hou niet van de moderne Spring-in-'t-veldmanieren.
O, neen, van een spring-in-'t-veld heeft zij absoluut
niets, zei Tristam en glimlachte even. Zijn zin voor
humor was in hooge mate geprikkeld door deze heele
heid!) van de voorgeslachten bewaard en hieraan
voegt elk volgend' geslacht weer nieuwe kennis en
wetenschap en wijsheid toe.
Hierom zien wij ook de menschheid in den loop
der eeuwen als een Broeiend geheel. Er is een on
verbrekelijke samenhang, er is geschiedenis, er is
evolutie. Maar dit alles voert ons nog niet op het
eigenlijk terrein van het geestelijk leven; dit toont
ons slechts het kenmerkend verschil tusschen
mensch on dier. Het intellectueele leven, d.i. het
denkleven is wel een belangrijk deel vun het gees
telijk leven, manr 't is toch niet hti geestelijk leven.
Wij betrekken het denken eerst dan in den sfeer van
het geestelijk levon, wanneer dit denken zich richt
op de ontwikkelijking van do persoonlijkheid, op
de veredeling van den mensch- als zedelijk wezen.
Deze term „zedelijk wezen" moot. zoo ruim moge
lijk worden opgevat. Daarmede wordt gedoeld op
den mensch met al zijn niet-vleeschelijko neigingen.
Als zedelijk wezen moet de mensch tot volle ont
plooiing komen. Dit gluit in niet alleen de ontwik
keling van bet verstand, maar meer nog de verfij
ning en veredeling van zijn schoonheidsgevoel en do
Trekking
an 700
Notaris A- G. Malle.
Woensdag 17 Januari 19*3
Pr ijl van f 5000 18164
1000 Cl02 20911
400 558 10751 15708 v
200 653 1116 8892 19>34 202®
2C939
100 4401 8393 8933 Wf73 10933
15271
Prijzen van 1 90— (eigen geld.)
2 3512 0343 8198 9962 12233 13070 16708 19303
67 3714 47 8204 10009 12483 79 22 15
553 3836 90 8479 42 86 14212 10686 19542
1018 3960 6419 8501 10559 12507 14360 92 19709
0 4099 6G53 24 10602 23 14580 17265 19591
1505 4573 6721 8832 54 12846 14737 89 19926
1024 4608 48 52 10881 59 14807 17597 79
1920 4735 6818 8954 10922 13032 13003 17653 91
b9 4843 7055 9106)1001 80 1617708 20490
20.-6 4013 76 7511266 13103 17 53 20598
2172 49 7170 S? 11318 93 72 17940 20627
Hl 5093 7307 9280 63 13323 15258 18012 55
2257 5293 42 88 11464 24 15310 18129 20773
2534 94 7435 0452 11558 13414 15443 63 82
2638 5493 7552 71 UGI4 40 15557 18279 97
2/90 5785 88 9546 11862 13576 16191 18474 20804
2942.334 7645 0601 11961 79 )6232 18548 19
84 <-017 87 9742 12136 13784 16329 18645
3128 ölul 808/ 9894 5413900 53 18994.
3305 6275 8104 9929 12252 48 68 10224
yoüv aüosbeHwr
84 2333 -«637 7142 9765 1SÖ0Ü13537 10759 18194
120 38 77 51 9831 43 53 96 18234
94 95 4716 726S 8311927 851584o 41
223 2474 21 7420 9905 40 13642 50 91
35 2514 07 61 26 12043 13738 15975 18334
250 24 86 7524 63 12141 39 98 82
335 2617 93 76 1002312202 98 16003 83
39 47 4817 7640 26 14 140Ü2 26 18471
81 97 92 77 31
90 2716 4984 7711 39
412 81 5020 1510121
17 84 40 50 81
64 2827 52 7847 10212 12320 14243 61 18733
73 76 5103 7945 99 21 64 16403 63
89 94 20 6610332
549 8060 51 8048 96
56 04 64 01 10549
629 3038 73 8133 88
60 66 5312 62201061012418 28 26 19033
70 71 56 21 29 32 14533 16717 t-4
745 3107 73 51 37 58 57 23 19137
52 12 5411 8334 10737 12511 92 83 55
74 35 21 83 56 27146341 "3 19219
88 41 23 8425 06 41 3517UZ2 56
897 44 57 36 74 74 37 u5 79'
963 91 73 45 1086312644 53 09 19343
1030 2268 74 50 10983 bl 14740 17162 194 6
65 3400 5528 78 93 01 51 91 86
11.-4 64 63 8528 1ÏD04 12703 14800 92 90
57 73 «07 83 17 20 2 17300 10503
85 74 13 88 22
1212 86 49 06 90
t.9 3530 5808 8629 11101
1305 364) 48 46 26
1528 33 46 63 8913800 53
40 58 8012 8770 11203 12911 15167
16 72 16203 75
32 14101 33 18589
59 1/ 16318 18633
68 30 90
4714366 57 82
51 75 8818879
94 76 09 18939
97 14416 16512 02
loutering van zijn opvatting omtrent de onderlinge
mensch verhoudingen.
Deze geestelijke ontplooiing is de zeifverwezenlij
king van den mensch in cn door de groeiende
menschheid, welke wij als één geheel hebben te zien,
als een groeiend organisme, waarvan de enkelingen
de samenstellende cellen zijn, welk organisme gaat
naar steeds hoogere vergeestelijking. Dit wil zeg
gen: de geest zal steeds meer het stoffelijke, het li
chamelijke beheerschen.
Zoo zien wij derhalve het geestelijk leven der
menschheid als een machtig groeiproces. En daarbij
spouren wij steeds twee tegengestelde- krachten: do
zucht om te blijven bij het eenmaal verworvene en
daartegenover de zucht om verder to gaan op den
weg der ontwikkeling. Do botsing tusschen dezo
twee krachten is de ontroorende tragiek van het le
ven. Wij hebben haar te aanvaarden als een oeuwig
feit. Voor den bewusten mensch is nu dc vraag of
hij moot dienen het. behoud of ben vooruitgang. Ge
voelt hij den vooruitgang te moeten bevorderen, do
menschhoid hooger op ie moeten stuwen tot hare bo
stemming, dan zal hij zich hebben te bewegen op
hot gebied van het geestelijk leve.i en het wordt zijn
plicht bestaande geestelijke waarden te onderzoe
ken en zoo noodig, nieuwe waarden te scheppen.
ASTOR.
20 28 23 44
28 14938 24 19645
55 15025 17316 95
84 45 17 1962U
31 21
36 62
50 83 44 8b 8 97 76 41 74
07 84 17448 77
76 3T41
1618 72
25 84
41 3811
49 8828 53 0
67 87 56 70 94 92 10915
84 6012 11355 13001 162Ü0 17502 25
86 44 61 33 38 18 20055
1723 W 604Ö 79 88 40
36 8! 6114 903-1 90 47
1810 93 6230 3811483 82
46 3003 46 0170 94 13133
78 20 54 9218 37 50 15305 34 fcö
99 74 6312 9302 11519 70 717803 20586
1962 4133 38 W 42 94 11 132CÖ07
67 95 6408 40 95 13231 42 31 22
83 4207 6552 82 11603 79 15423 17971
2102 50 6629 9406 813309 27 85
29 68 6733 IQ 74 97 1551618050
86 4426 6862 9576 '1613401 78 61
87 81 6626 9605 90 10 97 95 20726
2219 4530 72 0703 11703 49 155Ü0 18107 «4
2305 4602 7037 2? 6316720 75 258W
2097-5
70 03 63
8017631 85
50 20212
94 17703 2032/
30
32
03
86
Trekking van 700 nummers ten overstaan van
Notaris A. G. Muliê,
Donderdag 18 Januari 1**3.
Prils van t 15000 17351
400 9375 17877 30435
200 18410
100 9085 10702 19554
Prijzen van t 90- (eigen geld.)
334 2170' 3906 6619 8636 11034 13510 15387 17702
66 79 4043 61 77 11328 63 15J 0 17*78
82 2231 76 6793 8787 11434 13604 15753 1820*
446 74 4126 6820 9054 11512 13780 15942 II
53 80 4403 61 9140 34 13851 16143 f8318
509 2356 25 65 80 70 59 49 74
705 2574 4529 6968 9300 70 14047 16299 18623
27 2616 4804 7083 97 80 55 16310 18721
85 26 9 7553 9453 11620 89 16605 19094
869 40 4982 7604 88 11866 14287 18 19469
1043 2940 5038 7709 9607 11974 14326 28 19738
83 79 5148 10 86 12077 14538 82 19885
1264 3J33 83 7875 9973 12100 46 16804 19916
1418 96 5298 8110 10128 5 98 18 20162
50 «19 5334 93 1048Ö 12231 14602 58 72
61 43 5446 8421 1(576 12510 14813 16997 20434
153(3 62 67 58 10739 16 15051 17041 20K11
174J 3638 5682 64 10804 12822 09 171-14
85 3712 80 8575 70 47 15121 17333
2055 3855 0224 8^02 10025 13244 15843 17603
53 2407 41-39 t 0 8c7I te 75 13254 15555 18144
88 ii 76 6<6< fj 10*55 13o0J te62ö 1&226
107 82 49^9 o98J 89uü 11043 13 -40 5J
18 9 93 08 3J 59 39 79 94
27 2547 5001 7053 9035 11200 54 y718319
312 54 48 7148 41 29 55 15710 4J
17 2602 5119 66 51 67 13416 15827 52
32 27*1 36 7222 53 98 iy 42 71
501 70 45 84 9127 11369 56 76 97
624 2820 65 91 38 11463 13589 91 18510
700 30 60 7309 9224 11539 13725 15902 22
26 32 5204 37 74 74 47 33
Ji 74 9328 92 13840 16058 50
833 48 72 79 0451 11613 73 16120 186^
«r,80 75 87 96 24 14051 24 1871
50 2986 6360 7406 0512 87 53 44 m82
51 «J1 62 47 0623 11726 74 47
004 3000 78 97 24 1182514162 16255 54
8 20 90 7562 54 11978 94 6118919
il 5433 72 S708 12üU0 14g09 16327 52
57 3130 00 85 OriOl 12134 44 91 53
1012 3215 5509 7683 10 50 64 16490 IQOU
24 21 34 7735 45 71 14441 16534 60
57 3446 80 52 95 12217 55 74 67
72 3503 9605 64 C0I4 ÏO 51 :91fZ -
1110 4 22 04 20 33 14527 97 Jj
26 58 7812 48 48 45 16625 06
41 27 62 18 49 68 70 10711 83
50 3627 5816 01 1001112354 08 Ju
08 80 60 97 79 58 14609 95 19235
1218 04 5001 7927 10104 01 13 16848 11
56 3765 10 44 30 12402 27 01 63
66 3800 66 87 37 89 79 16315 19304
1330 54 81 8011 5312528 14707 74 t
45 64 90 30 61 38 14811 17007 51
1514 3098 6036 53 10211 99 60 34 vi
4C07 38 8103 34 12603 14973 50 8
SS «rt «iS «4 17100 19459
41S m H71515041 41 1950
18 4154 60 65 91 32 g3 65 4
64 93 95 8242 10313
66 4202 6211 80 50
81 20 15 02 79
1960 61 27 96 10442
68 4373 51 8366 54 oy
78 4433 6378 8427 56 12909 71 84
2045 37 97 88 10515 23 73 S
X,ijs* 15 )an. 171?!^ vervalt. Vorige lijst stond:
S413* a.x. M30w, IM95 xu z. -64051* 15451
at-.'Jo 15441
geschfodenis - doch dat overheerschendo iets wat hem
aandreef was nóg sterker.
Toen voelde hy dat het toch eigenlijk niet in den
haak was, zich door zijn moeder te laten uithooren;
hij moest haar zélf zeggen wat hij haar te verteilen had.
Ja, ziet u, maina, die heele geschiedenis is wrel een
beetje plotseling opgekomen. Ik kwam eerst gisteren
avond tot een vast besluit en liet u dat toen dadelijk
weten. Ze' zal vreesëlijk rijk worden; dat is eigenlijk
jammer, in zeker opzicht, maar ik denk dat we weer
op Wrayth zullen kunnen wonen en zoowat, maar ik
Dehoef u niet te zeggen, dat 'dét niet de reden is,
waarom ik niet met naar trouw.
Neen, zoover, ken ik je wel, zei 'lady Tancred, maar
ik ben het toch niet met je eens, ik vind het niet jammer
dat zij rijk is. Wij leven in een tijd waarin do oudste en
beroemdste naam niets waard is als men niet het
rioodige kapitaal heeft om de tradities er van op te
houden en voor iedere vrouw zal je titel en je stand
wel èl.haar goud waard zijn. De dingen, die je er
haar voor teyug kan geven, kunnen alleen in den
loop van honderden jaren ontstaan. Je moet niet het
gevoel hebben dat je iets van haar aanneemt, wat
je niet op andere wijze ruimschoots teruggeeft.
Denk daar aan het zou een verkeerd gevoel zijn.
Ja, dat denk ik te doen. Trouwens zij is van
goede geboorte, weet u, en zou zich tegenover mij1 nooit
ergens op verheffen, en lord Tancred lachte.
Ik herinner mij den ouden kolond Grev, ging
zijn moeder voort, jaren geleden hield hij equipage^
maar zijn broeder herinner ik mij niet. Woonde nij
soms buitenlands?
Dat was een lastige vraag. De jonge bruidegom
wist absoluut niets van. wijlen zijn aanstaanden
schoonvader!
Ja, zei hij vlug-, en Zara trouwde heel jong, en
ze is nu'nog heel jong, zoowat drie en twintig jaar
en haar man was een beest, en nu is ze bij Fran
cis Markrute komen wonen hij is een bijzonder
aardige vent, moeder, al houdt u niet van.' hem. Bui
tengewoon beschaafd en zoo typisch amusant met
zijn cynjschen kijk op de dingen. Als U hem beter
kent, zult u hem ook wel mogen lijden en hij is een
aardig goed sportsman voor een buitenlander.
Uit welk land is rAijnheer Markrute toch afkomstig,
Weet jij dat, Tristam? vroeg lady Tancred.
Werkelijkalle vrouwen, zelfs moeders, zijn af en toe
vervelend met haar gevraag.
2120 62 6423
69 72 6513
91 4538 90
2289 90 6603
2813 4638
35 15148 17304 9.
47 99 14 1901
58 15222 17407 b
81 15321 17505 1974
08 59 35 5
7.
29 60 80 9ö 19807
77 13004 15421 17625 31
12 .~-97 62 24 17804 54
17 10658 13119 25 61 fl?
97 82 24 35 71 8i-
«wo 0 in öz
S 15 8778 IÜ7ÜÖ 37 85 179i4 J991
86 93 16 81 10835 86 15513 83 7
89 97 52 8848 60 13245 40 18047 20^0
20178 20263 20451 20604 20677 20757 20891
20213 20340 80 21 20748 »826 $997
58 97 20554 48 52 55
Vorige iJJtt «tocd- 4913*° m.z, 49
Op mijn woord, ik weet bet niet, antwoordde hij
met. een gedwongen lach. Uit Oostenrijk misschien, of
uit Rusland. Ik heb er nooit aan gedacht dat hij een
vreemdeling is, hij spreekt zoo goed Engelsch en liq
is in allen gevalle genaturaliseerd EngeJschman.
Maar als je nu toch in die familie trouwt, vindt je
„dan ook niet dat het voorzichtiger was eens informaties
naar hem te nemen, lieveling? gaf Lady Tancred aar-
i zeiend in overweging.
En toen zag zij den waren aard der Guiscards voor
den dag komen een aard, dien zij' vaak in baar eelit-
genoot tevergeefs had gepoogd te bestrijden gedurende
j de eerste jaren van hun huwelijksleven, maar waaraan
zij zich ten slotte had toch moeten onderwerpen. Tris-
tains zware, vlakke wenkbrauwen trokken zich samen in
een frons en zijn gladgeschoren, fijn besneden mond
sloot zich" vast opeen.
Ik doe wat ik bezig ben te doen, mama, zei hij. Ik
ben tevreden -met mijn koon en ik verzoek u er bij neer
te leggen. Ik eisch geen enkele informatie en ik verzoek
u er u ook niet druk oin te maken. Geen enkele infor-
matio zou mij van mijn voornemen kunnen afbrengen
wilt u mij nog wat koffie geven?
Lady Tancreds hand beefde ietwat, toen zij die
inschonk, maar zij zeide niets en een oogenblik zwegen
beiden terwijl de jonge lord voortging met een onge-
evenaarden eetlust te ontbijten.
Ik zal de meisjes meenemen en dadelijk na den
lunch een bezoek afleggen, zei ze toen, en ik zal naar
gravin Sliulski vragen. Zoo wordt de naam immers uit
gesproken.
Ja. Misschien is zij niet thuis en inHeder geval
kondt u zich voor vandaag bepalen tot het pousseeren f>
van een kaart en morgen of overmorgen gaan wij er
dan samen heen, moeder. Ziet ge, vóór de aankondiging
verschijnt in de Morning Post, is eigenlijk nog niets 1
bepaald ik denk dat Zara het beter zou vinden
als u wachtte tot daarna.
Dat was denkelijk wel zoo, dacht hij/ immers hij' was
persoonlijk zelf nog niet eens met haar verloofd.
Toen hij merkte dat zijn moeder wat stijf en beleedigd
deed, kreeg zijn zin voo rhumor de overhand, hij brastte
in een schaterlach uit, sprong op en ging haar een kus
geven met die heerlijke jongensachtige teederheid, wélke
maakte, dat zij hem liefhad met een liefde, ver uitstekend
boven die zjj voor haar andere kinderen gevoelde.
y/ordt vervolga.