Aliinm Niens-
BATO RIJWIELEN
Rijwielen, Banden en Qnderdeelen
liet Huwelijk van Lady ïancred.
Woensdag 6 Juni 1923.
66ste Jaargang. No. 7241.
UiiUiivmi N.V, v.li. TRAPMAN Co, Sciiagen
EERSTE BLAD.
Binnenlandsch Nieuws.
Uw grootste sorteering
is Molenstraat C 10.
FEUILLETON.
Agent voor Schagini: (i. ANNIVELDT.
ftÜEIl
COURANT.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENINO No. 23330. INT. TELEF. no. 20
Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Groote letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN
Spoorweglt kort en Autoverkeer.
Ingesteld is een Staatscommissie voor vervoer, en
deze commissie is dezer dagen door den Minister
van Waterstaat geinstalleerd.
De N.R.Cnt. wijdt er eeni artikeltje aan, dat wij ten
deele overnemen, opdat onze lezers een inzicht krij
gen in de belangrijkheid der zaak, waar bet hier om
gaat. De groote toename van het auto-verkeer maakt
het wel duidelijk, dat eenige regeling dringende eisch
van noodzakelijkheid wordt, niet 'het minst in ver
band met het*wegen vraagstuk.
De N.R.Crt. dan schrijft:
Het is eene hoogst belangrijke, en voor de ontwik
keling van ons verkeer uiterst gewichtige taak, die
aan de dezer dagen geïnstalleerde staatscommissie
voor het vervoer op de schouders is gelegd. Dit
blijkt reeds uit de rede, waarmede de minister van
waterstaat de commissie heeft welkom geheeten, en
uit 't antwoord door den voorzitter der commissie,
Mr. R. J. H. Patijn, op de rede van den minister ge
geven.
De naaste aanleiding tot het in het leven, roepen
van de commissie zijn de verontrustende tekorten
van ons spoorwegbedrijf. Dit blijkt uit den aanhef
der rede van den minister van waterstaat, die in dit
opzicht al dadelijk hoogst merkwaardig was, omdat
daarmede een streep is gehaald door het financieele
„perspectief", dat de minister van financiën verle
den jaar in zijn millioenennota geopend had. Men
zal zich herinneren, dat het tekort op de spoorweg
diensten in September jl. eenvoudig weg gedecre
teerd werd. Dit was een niet onbelangrijk onderdeel
van de financieele politiek der regeering. Het tekort
over 1922, op ongeveer 30 millioen geraamd, werd
in zeven regels druks weggeredeneerd. De eisch,
heette het toen, moet worden gesteld en maatre
gelen zijn ten deele getroffen, ten deele in voorbe
reiding om aan dien eisch te voldoen 1dat binnen
den kortst mogelijken tijd de maatschappijen hare
bedrijven zonder bijbetaling uit de Rijkskas zullen
voeren; en omdat die eisch was gesteld, werden
„geen termen aanwezig" geacht, het tekort op den
gewonen begrootingsdienst onder te brengen.
Weg was het tekort! En degenen, die over zqlk een
perspectivische politiek, en het gemak, waarmee de
regeering de uiterst moeilijke problemen, waarvoor
zij gesteld werd, buiten schot stelde, wat lachten,
werden door de regeeringshevriende pers voor de
loyaal uitgemaakt.
In het vraagstuk, waarvoor deze nieuwe commis
sie onder leiding van Mr. Patijn is gesteld, zullen
wij voor het oogenhlik niet treden. Slechts een punt
mogen wij aanstippen. In de rede van den minister
is bij herhaling eenige nadruk gelegd op de con
currentie, die onze spoorwegen van andere midde
len van vervoer ondervinden, in het bijzonder van
het auto-vervoer. En de minister heeft de conunissie
izonderheid aanbevolen, te overwegen, of niet in
.vrijheidsbeperking" en „belasting" van die verkeers
middelen een uitweg uit de moeilijkheid zou moeten
worden gezocht al was hij wel zoo vriendelijk er
dadelijk bij te voegen, dat z.i. „door maatregelen
van bloot belemmerenden aard men zich waarschijn
lijk wat eenzijdig en al te gemakkelijk zou afma
ken van een verschijnsel, dat uit algemeen maat
schappelijk oogpunt blijvende beteekenis kan ver
werven."
De voorzitter der commissie heeft gelukkig aan
stonds aan deze suggestie eenigermate een domper
opgezet, en ook wij van onze zijde zouden bij voor-
haat willen waarschuwen tegen eene politiek, die het
tekort op de spoorwegen zou willen wegwerken
door belemmering en duurder making van de ver
keersmiddelen, die aan onze spoorwegen concurren
tie aandoen, om zoodoende het publiek weer ertoe
xe dringen, meer van de spoorwegen gebruik te ma
ken.
Zulk eene politiek kan wellicht liggen in de lijn
van de tegenwoordige regeering; die veel voelt voor
verplaatsing van Tasten, maar 'daarmee wordt feite
lijk niets gewonnen. Zoowel de ministers als de
voorzitter der commissie hebben er gister op gewe
zen, dat de malaise, die de schuld voor een goed deel
van het tekort der spoorwegen draagt, waarschijn
lijk nog van langen duur zijn zal. Welnu, als dit
zoo is en wij hebben geen reden het anders in te
zien dan moge de commissie vóóral overwegen,
dat in deze malaisejaren aan niets zoo zeer behoefte
zal zijn en niets zoozeer zal kunnen bijdragen, om de
ongunst der tijden te overwinnen, dan: goedkoop
vervoer.
Het auto-vracht en -personenvervoer, dat zich zoo
sterk aan het ontwikkelen is, dankt vooral hieraan
zijn snelle opkomst in de eerste plaats, dat het
g edkoop is, en vervolgens, dat het zich gemakkelijk
aan do behoeften van het oogenhlik aanpassen kan.
Het heeft waarschijnlijk nog een zeer groote toe
komst en het kon wel eens blijken, dat het ook op
den duur. wanneer de malaise voorbij is, nog een
ernstige concurrent van de spoorwegen blijven zal
wegens de gemakken, die het boven deze laatse kan
bieden. Niets lijkt ons kortzichtiger, dan nu ten bate
yan de spoorwegen, maatregelen te willen beramen
die de ontwikkeling van het auto-verkeer zullen te
gen gaan.
Het motorvervoer is het moderne in opkomst zijn
de vervoer, en men zal zich met deze gedachte ver
trouwd hebben te maken. Gelijk de opkomst van de
spoor- en tramwegen de beteekenis van het vervoer
te water hebben gewijzigd, zal het auto-vervoer op
zijn beurt de beteekenis van het spoorwegvervoer
niet verminderen want voor massa-vervoer en
het verkeer over lange afstanden zullen de spoor
wegen nog wel voor langen tijd het hoofdverkeers-
Djiddel blijven maar wel veranderen.
Het moge noodzakelijk blijken, juist misschien ter
bevordering van het autovervoer, van degenen die
zich met dat vervoer bezig houden, zij het als over
gangsmaatregel, eene bijdrage te gaan vorderen ip.
de door dat vervoer buitengewoon verhoogde kosten
van aan] eg en onderhoud onzer wegen., als beginsel
moet toch. meenen wij, voorop gesteld worden, niet
dat. het autovervoer een lastige concurrent is gewor
den van onze spoorwegen, die met een jaarlijks aan
zienlijk tekort hebben te kampen, maar dat het een
uiterst nuttig en gemakkelijk vervoermiddel is, waar
voor de voorwaarden om tot verdere ontwikkeling
en' volmaking te komen ook van staatswege behooren
te worden geschapen. Mén moge het niet door vrij
heidsbeperking allerminst door groote vrijheids
beperking als waarvan de minister sprak terug
trachten te dringen van de plaats, die het zich aan
het veroveren is, noch ook door verhooging van las
ten pogen het klein te houden, doch overwegen, dat
ten slotte de verkeersmiddelen, waarover wij be-
beschikken, „op de meest oeconomische wijze dienst
baar zullen worden gemaakt aan het vervoer van
reizigers en goederen", indien zij zich in vrijheid
ontplooien kunnen.
OPMEER.
Evenals zoovele vorige, was Maandag de dag van
paardenmarkt en tentoonstelling weer aangebroken.
Het was zelfs een bijzondere, want de afdeeling Op
meer en Omstreken vierde haar 75-jarig bestaan.
Twee dagen zouden er aan gewijd worden en wel de
eerste tentoonstelling, keuring van paarden, gewoon
concours en Nationaal concours, open voor alle klas
sen. Met bezorgdheid zag men deze dagen naderen.
legen scherp concurreerende prijzen,
Beleefd aanbevelend, N. SNAAS.
Naar het Engelsch van ELINOR GLYN.
43.
Tien minuten gingen voorbij en Zara gevoelde dat
het wachten haar te pijnlijk zou worden.
Tot dusver had een krankzinnige opwinding haar
op de been gehouden. Als hij nu eens zóó laat was
gekomen, dat hij rechtstreeks naar den trein ging?
Maar toen schoot haar te binnen dat hij om negen
uur zou vertrekken en het was nu eerst zes uur. Ja
hij zou stellig komen.
Zij bewoog zich niet van haar stoel,- maar zij be
gon eens in de kamer rond te zien. Hoe gezellig was
ze ingericht en met welk een goeden smaak; zelfs
nu overal kenfeekenen waren van het naderend ver
trek van den bewoner, viel dat op.
Zij had, toen zij binnenkwam, twee of drie tele
grammen voor hem zien liggen op de tafel in de
hall het hare zou daar ook wel bij zijn, dacht ze.
Daar hield een auto stil. Stellig! O, als hij het
eens was! Maar honderden auto's reden en stopten
ln de St. James Street, en het was te donker en te
- mjstig om op straat iets te onderscheiden. Zij bleef
stil zitten het hart sloeg haar in de keel. Ja, nu
hoorde zij het geluid van een sleutel in een slot. En
na even in de hall de telegrammen te hebben gele
zen, kwam Tristam, die allerminst verwachtte er
iemand aan te treffen, de kamer in.
Z|ij stond wankelend op om hem tegemoet te gaan,
en hij slaakte een kreet van verrassing en ja, van
smart ook.
Tristam! stamelde zij: Het watf of haar stem
haar weer begaf. Maar zij verzamelde al haar kracht
en strekte smeekend de armen naar hem uit.
Tristam, ik ben gekomen om je te zeggen
dat ik nooit een minnaar gehad heb; Mimo was de
tweede man van mama, en mirko was hun kind
mijn kleine broertje. Mijn oom had liever dat ik je
want het weder was steeds guur en koud. Hoewel
Opmeer het anders nogal eens treft met het weer,
zoo was deze eerste dag althans evenals de voor
gaande dagen guur en koud en dit bracht dan ook
de echte fut er niet in.
Het publiek was, het weer eenigszins in aanmer
king genomen, goed opgekomen. Ja, naar Opmeer
wil en zal men toch heen, want daar worden oude
vriendschapsbanden wederom vernieuwd. Het ter
rein zag er jammer genoeg weldra bemodderd uit,
dit kón wel niet anders, doch het bestuur was ijve
rig in de weer om op de paden turfstrooisel aan te
brengen, zoodat het nogal ging.
Veel en velerlei was er ingezonden, op gebied van
levende have en landbouwwerktuigen, rijwielen,
automobielen, enz. enz. en vooral de verzameling
klein vee was beter vertegenwoordigd, daarentegen
pluimvee merkelijk minder. We misten hiervoor na
melijk de inzendingen van den heer Smit van Span
broek.
In de etalage van den heer Van der Ree waren
tentoongesteld. 40 medailles, gesofconken door zuster-
afdeelingen en particulieren, benevens nog enkele
andere artikelen, betrekking hebbende op van voor
75 jaar. Bovenstaande medailles zullen uitgereikt
worden aan hen, die in deze twee feestdagen hier
voor waardig zullen worden bevonden.
Wat vooral op dozen guren dag>veel waarde bad,
was de reusachtige overdekte tribune, waarvan dan
ook al voor dezen dag een ruim en «dankbaar ge
bruik werd gemaakt en waar men een pracht uit
zicht hadi op den ring.
Om acht uur Maandagmorgen had' de gebruikelij
ke ontvangst plaats van Jury en Commissieleden op
het terrein, door den voorzitter. Om 10% uur feeste
lijke optocht met muziek naar het tentoonstellings
terrein en opende met een extra woord de heer Van
Balen Blanken als voorzitter de tentoonstelling.
Daarna demonstratie van hengsten en van de be
kroonde dieren in den ring.
Te half twee vingen de verschillende concoursen
aan. welke als altijd de clou van den dag zijn. Een
mooi staaltje van dressuur leverde wederom den
heer Wonder van Heerhugowaard, nl. twee voor el
kander en een vierspan en tot slot een landüxmwwa-
gen, aangespannen met 6 paarden, welke allen keu
rig netjes werden gemend. Hiervoor ontving deze
sportman een daverend applaus van bet publiek.
Hieronder volgen de verschillende bekroningen
A. Hengsten van 3 jaar en ouder. 2 Inzendingen.
Deze ontvingen elk twee prijzen, nl. Colonel en Ge-
ro, beiden van C. Stoop te Wogmeer.
B. 3-Jarige paarden. 12 Inzendingen': le prijs A.
Wit te Akersloot, 2e prijs J. B&kker te Hoogwoud, 3e
prijs G. Kok te Wognum.
C. 2-Jarige paarden. 14 Inzendingen, le prijs P.
Kistemaker te Schagen; 2e prijs N. Stuit te Obdam;
3e prijs Jc. Broers te Benningbroek.
D. i-Jarige paarden. 13 Inzendingen: le prijs Joh.
Rakker te Aartswoud, 2e prijs T. Kostelijk te Heer
hugowaard: 3e prijs D. Schoen te Renningbroek.
E. Merriën mei veulens. 6 Inzendingen: le prijs J.
Kraakman te Akersloot; 2e prijs G. Weel te Beem-
ster, 3e prijs. C. Stoop te Wogmeer.
Concours-Hippique:
A. Spannen betuigde paarden. 6 Deelnemers: le
prijs C. A. Beudeker te Alkmaar; 2e prijs J. Wage
naar te Stampetoren; 3e prijs S. Broers te Opmeer.
Voor schoonst, geheel P. Wonder, HeerhugoWaard.
B. Betuigde landbouwpaarden. 19 Deelnemers: le
dat vooreerst nog niet vertelde, omdat het de oorzaak
was van de ongenade der familie. En toen hij een
stap naar haar toe deed, met. een van hartstochtelijke
vreugde stralend gelaat, ging zij voort:
Tristam, je hebt me dien avond gezegd' dat
vóór je me ooit weer zou vragen je vrouw te zijn, ik
het je eerst op mijn knieën moest vragen. Zie, dat
doe ik want ik heb je lief!
En plotseling knielde ze voor hem neer, en boog
het fiere hoofd.
Maar geen seconde bleef ze in die houding, want
hij drukte haar in zijn armen, en drukte woest,
triomfeerende kussen op haar heerlijke lippen en
fluisterde:
Eindelijk! Mijn liefste! mijn eigen liefste!
Toen hun eerste vervoering wat bedaard was, met
welk een teederheid nam hij haar toen hoed en bont
mantel af en bracht haar in zijn armen naar de
sofa voor het vuur! Wat een ongeloofelijk geluk was
het haar zoo te voelen rusten, in zij'n armen, zon
der zich te verzetten en terwijl haar oogen, waar
uit een hartstochtelijke wrok kon spreken, nu ver
loederd werden door liefde.
Het scheen hun beiden een hemelsche vreugde toe.
Een poos lang konden zij slechts onsamenhangende
woorden uiten zij konden elkaar alleen maar tel
kens weer op nieuw zeggen, dat zij elkaar lief had
den. Het was of hij die zoete bekentenis niet vaak
genoeg kon hooren, noch de dorst van zijn ver
schroeide ziel lesschen aan haar lippen.
En toen kwam de heerschersaard in' hem, dien Zara
nu zoo liefhad, weer boven. Hij moest met heur haar
spelen! Hij moest het losmaken en de golven ervan
streelen om zoo alle herinnering uit te wisschen aan
de kwellingen, die haar verboden schoonheid hem
aangedaan hadden. En zij lag daar in zijn armen,
haar oogen vochtig van teederheid en zei, zich nog
vaster tegen hem aandrukkend, tenslotte:
Tristam, wil je eens luisteren naar de geschie
denis, die ik je te vertellen heb? Ik wil niet dat er
ooit nog weer geheimen bestaan tusschen ons bei
den.
En om haar tevreden te stellen, stemde hij er in
toe, weer op aarde af te dalen.
Maar ik moet je één ding zeggen, lieveling, waar-
prijs Gebr. Hoed to Alkmaar; 2e prijs C. A. Beude
ker te Alkmaar; 3e prijs J. Kraakman te Akersloot-
Schoonst -geheel K. Slagter te Spanbroek.
C. Rijtuig, bespannen met 2 paarden voor elkan
der: le prijs P. Wonder te Heerhugowaard.
D. Rijtuig, bespannen met 3 en 4 paarden: le prijs
P. Wonder en nogmaals le prijs P. Wonder te Heer
hugowaard.
E. Betuigde paarden (open klasse). 12 Deelnemers:
le prijs Gebr. Hoed te Alkmaar; 2e prijs K. Box te
Ilpendam; 3e prijs C. A. Beudeker te Alkmaar.
Schoonst geheel G. Weel te Beemster.
Met de mooiste inzending automobielen verwierf
de firma Demmendaal te Hoorn den len en den 2en
prijs. Het waren speciaal de merken Star Durant,
waarmede deze firma exposeerde.
Wolvee, varkens en geiten.
K. Bos, Opmeer, 6 melkschapen, 2e prijs; Jb. Pluis-
ter, Wogmeer, 0 vette schapen, 2e prijs; K. Bos, Op
meer, 6 lammeren-, 2e prijs; Gerbr. de Jong, Span
broek. G lammeren, le prijs; A. Klaver, Opmeer, 1
ram, 2e prijs; Gerbr de Jong, Spanbroek, 1 Texel-
sche ram, 3e prijs; D. Wit, Nieuwe Niedorp, 1 ram,
le prijs; S. Schilder, Spierdijk, zeug met biggen, 2e
prijs; C. Spil, Zuidermeer, zeug met biggen, le prijs;
P. Blauw, Hoogwoud, zeug met biggen, le prijs; P.
Nooij, Midwoud, Stamboekbeer, le prijs; G. Kuiper,
Opmeer, melkgevende geit, le prijs; T. Vleugel, On-
derdijk, melkgevende geit, 3e prijs; N. Niele, Hoog
woud, melkgevende geit, 2e prijs; W. Engel, Hoorn,
Sanebok, 2e prijs.
Afdeeling Pluimvee en Konijnen:
P. Groen, Hoogwoud, 14 wit Wynandottes, 2e
prijs; F. Molenaar, Veenhuizen, 16 Patrijs leghorn
kuikens, 2e prijs; Vlaar en Prinsen, Spanbroek, 1—2
Zilver Duck leghorns, le prijs; J. van Stralen, Op
meer, 16 zwarte Minorca's, 2e prijs; P. Groen, Hoog
woud, 12 Mech. Koekoek, 2e prijs; Vlaar en Prin
sen, Spanbroek, 12 Barnevelders, le en 2e prijs.;
F. Molen&ar, Veenhuizen, 14 Koekoek Plymouth
Roks, le en 2e prijs; A. Smit, Hoogwoud, 16 Zilver
lakens, 2e -prijs; A. Rentenaar, Veenhuizen, 12 Rock
Island, 2e prijs; C. van Twuiver, Veenhuizen; 1—2
Rock Island, le prijs; W. Hebbink, H.H. Waard, 1—2
Harnb. Zilverl., le prijs; P. Groen, Hoogwoud, Kloek
met kuikens, 2e prijs; Vlaar en Prinsen, Spanbroek.
Kloek met kuikens, le prijs; P. Glaij, Hoogwoud, 1—4
Indische loopeenden, 2e prijs; P. Groen, Hoogwoud,
1—2 Spreeuwkoppen, le en 2e prijs; R. Zilver, Bin-
nenwijzend, 1—1 Kroppers, le prijs; C. de Boer, Alk
maar, 11 postduiven, le prijs; J. Jansen, Allernaar.
11 postduiven., 2e prijs; J. Meizen, Spanbroek, 11
Meeuwduiven, twee le prijzen-; Meier, Alkmaar, 1—1
Oud-Holl. Tuimelaars, le en 2e prijs; P. Nooi, Mid
woud, 1 Vlaamsche reus, 2e prijs; R. Zilver, Binnen-
.wijzend, 11 Vlaamsche reus, le en 2e prijs; J. Bart,
Midwoud, 1 Vlaamsche reus, 2e prijs; R. Zilver, Bin-
nenwijzend, 1 Lotliaringer "ram, le prijs; P. Nooij,
Midwoud, 1 Lotharinger voedster, 2e prijs; R. Zilver,
Binnenwijzcnd, 1 Weener Blauw, le prijs, R. Zilver,
Binnenwij/.end, idem, 2e prijs; H. Pronk, Beemster, 1
Black and Tan, le prijs, R. Zilver, Binnenwijzend, 1
Black and Tan, 2e prijs; Ta. Met en Teerhuis, Alk
maar, 11 Russchen Brandneus. -le en 2e prijs; H.
Hannema, Groetpoldor, 1 Holl. Blauw, 2e prijs; R.
Zilver, Binnenw ijzend, 1 Zilver konijn, 2e prijs; R.
Zilver, Binnenwijzend, 1 Loth. Voedster, 2e prijs; C.
Timmerman, Aartswöud, 1 Voedster met jongen; le
prijs, G. Wagemaker, Hoogwoud, 6 Vlaamsche jon
gen, eervolle vermelding.
De verschillende exposanten met rijwielen, land
bouwwerktuigen, rijtuigen, sigaren, uurwerken, ma
nufacturen. zadelmakersartikelen, waschmacbines,
enz. enz. ontvingen diploma's of eervolle vermeldin
gen. De commissie voor aankoop voor de verloting
was druk in de weer aankoopen te doen uit de ten
toongestelde artikelen.
Zoo eindigde deze eerste dag, ondanks weer en
wind, toch nog goed geslaagd.
Ook bet vervolg van de feesten te Opmeer is in al
le opzichten geslaagd. Wel had het weer wat min
der koud kxmnen zijn, -maar het bleef droog, ja, som
mige oogenblikken gaf hot vriendelijk zonnetje aan
alles klour en schittering. En Dr. van Balen Blan-
schuwde hij, dat al die dingen nu voor mij van heel
geringe beteekenis zijn, nu wij het eenige ding ver
worven hebben, wat iets beteekent in het leven. Wij
weten nu dat wij elkaar liefhebben en zullen niet zoo
dwaas zijn om ooit weer te scheiden-, zelfs geen enkel
uur, als we er iets aan kunnen doen.
En toen straalde opeens zijn geheel e, gelaat van
vreugde en hij begroef het, in heur haa.r. Zie
eens. mompelde hij, nu mag ik met haar heerlijke
net spelen dat mijn hart gevangen houdt, maar jij
mnogt geen uren meer alleen blijven in een statie-
vertrek. O, lieveling! ik kan naar niets anders luiste
ren dan naar de muziek van je gefluister, wanneer je
me zegt dat je me lief hëbt en van mij bent!
Maar Zara slaagde §r toch eindelijk in, hem de
heele geschiedenis van a tot z te vertellen. En toen
hij hoorde van haar ongelukkig leven, van haar
verdriet en haar armoede, en wat eigenlijk de reden
was. waarom zij met hem getrouwd was en hoe
zij over de mannen had gedacht en over hem ook,
en hoe deze groote liefde langzamerhand in haar
ontwaakt was toen ontwaakte in hem een eer
biedige teederheid.
O, lieveling! lieveling! zei hij. en ik durfde je
nog verdenken en aan je twijfelen ik kan het
nu zelf bijna niet gelooven!
Toen moest hij zijn geschiedenis vertellen en hoe
waarschijnlijk zijn argwaan leek en hoe bij in weer
wil daarvan haar toch steeds meer had lief gekre
gen.
En zoo ging een uur voorbij met het volledig ver
drijven van alle schaduwen, en zij konden nu glim
lachen voor al het misverstand, dat bijna hun bei
der leven vernietigd had.
En dan te bedenken. Tristam, zei Zara, dat een
klein beetje gezond verstand het zoo gemakkelijk uit
den weg had kunnen ruimen!
Neen, dat was het niet, antwoordde hij. met 'n
vreemden glimlach, van dat alles zou niets gebeurd
zijn, als ik maar niet de minste aandacht had ge
schonken aan je trotsche woorden te Parijs of
eigenlijk al te Dover en kalm was doorgegaan met
je het hof te maken dan was alles al lang in 't
reine geweest. Maar. liet hij et vroolijk op volgen:
we willen al die droevige dingen vergeten, omdat
ik je nu morgen mee teru& neem naar Wrayth,'en
we daar onzp wittebroodsweken nog eens opnieuw
zullen houden.
Eji terwijl hun liepen elkaar ontmoetten, fluister
de Zara nog eens:
Tu sais que je t'aimel
'O, de heelijke vreugde van dijMöieuwe thuiskomst
van het jonge, paar! Te wandelen naar alle lievelings
plekjes van Tristam te dwalen in de oude ver
trekken en allerlei verbeteringen te bedenken! En
in het, late schemeruur bij het haardvuur in zijn eigen
kamer te zitten droomen en samen een tafreel op te
hangen van hun toekomstige vreugden! Dan vertel
de hij haar van zijn droomen, die eenmaal op niets
hadden schijnen uit te loopen. maar nu schitterend
in vervulling traden.
Het was of hij geen woorden kon vinden om zijn
hartstochtelijke vreugde in haar uit te drukken, toen
hij ook nog bespeurde hoe ontwikkeld haar geest en
hoe rein haar ziel was. En haar teedero onderwer
ping voor hem was te heerlijker daar haar geheele
wezen verder zoo fier was.
Zij beseften dat zij het grootste geluk gevonden had
den op aarde, en in het bewustzijn, dat zij hun hoop
vervuld zagen na angst en leed, beschouwden zij
eikaars liefde als een gave des hemels.
En toen zij weer naar Montfichet gingen om daar
de Kerstdagen door te brengen, was de oude hertog
tevreden over hen!
Dit alles is nu reeds twee jaar geleden. En op de
tweede verjaardag van Tristam's en Zara's huwe
lijk, dineerden de heer Francis en lady Ethelrida
Markrute bij bun neef en nicht.
En bij het dessert hief haar oom, na voor Zara
gebogen te hebben, zijn glas op en zei:
Ik stel nu een dronk voor, dien ik je voor
spelde dat ik eens voorstellen zou, mijn lieve nacht
een dronk op vier zielsgelukkige menschen!
En terwijl zij dronken, reikten de vier elkaar de
hand.
EINDE.