Binnenlandsch Nieuws. De beer Hollander vraagt of het doen vervallen van de sperklokhuur geen finantieel bezwaar ia voor bet bedrijf. Voorzitter zegt van ©enigszins wel, want het bedrijf heeft de sperklokken aan te schaffen en heeft dus renteverlies, doch er staat tegenover dat hoe meer gebruik wordt gemaakt van den dagstruuiii, hoe voor- deeüger dit voor het bedrijf is. Juist het dagstroom- verbruik brengt winst in het laadje. B. en W. ver wachten dat het voordeel zoo groot is dat het zal gaan boven het verlies van de sperklokhuur. De heer Baken vraagt of die sperklokken niet heele- maal kunnen vervallen. Voorzitter zegt van niet, het verbruik door de mo torun is van dien aard, dat het niet op woord vrij gegeven kan worden. Do heer Hollander meent, dat het miseen van de sperklokhuur invloed zal hebben op de koeten der lichtpunten. Do heer Sleutel wijst er op, dat wanneer door het vervallen van do sperklokhuur, eon 3 P.K. motor gonomen wordt mplaaits van een 2 P.K. motor, dit oen vormeerdering van verplicht verbruik geeft van f21, want hoe zwaarder motor, hoe (hooger de ga rantie van het maximum-gebruik. Op den duur zal het dus voordeel geven wanneer de sperklokhuur vervalt. Do heer Kooger kan niet begrijpen, dat die f 12 zoo veel verschil maakt bij hot nemen van een motor. Voorzitter wijst er op, dat in de meeste gemeenten de sperklokhuur is vervallen, omdat zij een absolute belemmering veroorzaakt. Het voorstel van B. en W. wordt aangenomen met 4 tegen 3 stemmen, tegen stemden de heeren Hol lander, Mooij en Kooger. Voorzitter zegt, dat wel zal blijken, dat het een be sluit is, in het belang van het bedrijf. Van de afdeeling der arbeiders in het Landbouw-, Tuinbouw- en Zuivelbedrijf is een adres ingekomen, waarin verzocht wordt om vergoeding door de ge meente voor de z.g. wachtdagen. Voorzitter zegt, dat B. en W. adviseeren afwijzend op bet verzoek te beschikken. B. en W. zijn het niet eens met de opvatting die in het adres tot uiting komt. De arbeiders zijn in een werkloozenverzeke- ring gegaan, opdat in geval van werkloosheid zij ge dekt zouden zijn door die verzekering. Dit zou ech ter niet mogelijk zijn wanneer de gemeente niet bij past o oen zeer belangrijk bedrag van de contributie, zoodat de gemeente en de arbeiders samen de verzekering zijn aangegaan. Voor de verzekering van de bouwvakarbeiders wordt 125 pet van de con tributie bijgedragen, voor de verzekering van de ar beiders in het Landbouw-, Tuinbouw- en Zuivelbe drijf woTdt door rijk en gemeente 175 pet. bijgedra gen., tegenover de contributie van de arbeiders. Die bijdrage draait om de f600 a f700. De gemeenteraad heeft door het aangaan van deze verzekering dus gezegd, dat daardoor getracht moet worden zich te- gun werkloosheid te dekken en daarmee behoort het dan ook afgeloopen te wezen. In tweede instan tie kan de gemeente hulp verleenen door uit te zien naar productief werk, Op grond daarvan meenen B. en W. niet op het verzoek te moeten ingaan. De heer Mooij vraagt hoe B. en W. zich dan den ken da', de werkloozen rond moeten komen, want als or geen inkomsten zijn, dan kunnen er ook geen uitgaven zijn.' Voorzitter: Ja, als ik wat ik deze week ontvang, ook uitgeef, dan ben ik even hard als jij. De heer Mooij vraagt, of voorzitter dan denkt, dat de arbeiders kunnen overhouden. Onze gedachte, zegt spr., is. dat dit niet kan. Do heer Kooger zegt, dat het wear draait om *t zelfde als vorig maal, 't is moeilijk en 't blijft moei lijk. Spr. is het eens met den heer Mooij, dat er niet overgehouden kan worden en in de eerste dagen van workloosheid kan nog niet worden getrokken, en dan mist men de inkomsten. Voorzitter zegt, dat de arbeiders de verzekering zelf zijn aangegaan. Du heer Kooger: Die zijn we allemaal aangegaan. Voorzitter: Juist, daarom. De hoor Kooger: Maar er is geon bezwaar ver goeding voor 'de wachtdagen te vragen. Voorzitter: Gevraagd kan het altijd worden. Do heer Mooij zegt, dat op hot dongres er op aangedrongen is, de wachtdagen te laten vervallen, maar dat is niet aangenomen. Maar een minder heid kan heel klein wezen, velen kunnen toch het inzicht hebben, dat het noodig is de wachtdagen te laten vervallen. Spr. zegt dat er eerst moet wezen oen week wachtdagen, dan gaan de lijsten naar het hoofdbestuur en dus is men 3 weken werkloos voor men centen krijgt- Daarom trachten we voor de wachtdagen een vergoeding te krijgen. Het gaat niet om één week. Voorzitter zegt, dat daarvoor een oplossing te vinden zou zijn. De heeren moeten goed begrij pen, en spr. dacht, dat ze dat nu ook langzamer hand wel wisten, dat wanneer het mogelijk is, spr. iet de menschen best gunt. Naar spr.'e meening was het standpunt van net congres iuist Als men redeneert: ben ik werkloos, dan heb ik recht op uitkeering, dan moet men trachten verandering in do regeling te krijgen. Maar men moet niet het on mogelijke eischen en willen dat een gemeente als deze in de bres spangt. Verleden jaar "hadden we 50 h 60 werkloozen en wanneer we nu de vergoe ding voor de wachtdagen stellen op fl per dag* dan zou dat baloopen een kleine 1400 per week. Dat is voor onze gemeente niet te doen. De heer Mooij merkt op, dat Voorzitter spreekt van per week, maar het gaat om één week. De heer Kooger gelooft ook wel, dat als er ge holpen kan worden, er geholpen zal worden, maar daarom behoeft niet gezegd te worden, alsof de een zich wei kan redden, ae ander niet. B. en W. zullen het met spr. eens wezen, dat de menschen absoluut niets kunnen overhouden en dus dadelijk schulden moeten maken. Spr. zal niet zeggen dat Voorzitter in sommige gevallen geen geluk heeft, maar over 't algemeen wordt toen tekort verdiend om over te houden. De loonen zijn zakkende, de producten niet. De heer Sleutel wijst erop, dat er zijn 2 cate- goriën van arbeiders, vaste en losse arbeiders. De vaste arbeiders hebben geen verzekering noodig en over 't algemeen zullen de losse arbeiders meer verdienen aan de vaste. Naar spr.'s meening, moe ten de losse arbeiders in de zomermaanden er een beetje aan denken, dat ze 's winters werkloos. kun nen zijn. Spr. weet wel,*dat er zullen zijn, die het >bbi De eerste stap in de bedoelde richting is geweest het organiseeren van een wedvlucht van Quiévrain, in Frankrijk, even over de Belgische grens, naar ons land; de deelneming daaraan stond open voor alle Nederiandsche houders van postduiven. Die vlucht is op 9 September van dit jaar gehouden en het aantal duiven, dat erin meegevlogen heeft, is het grootste geweest dat ooit in een wedvlucht heeft medegedongen, nl. 50.000, afkomstig uit 425 verschil lende plaatsen van ons land. Een van de bekendste duivenfokkers van ons land ,de heer C. A. M. Sprayt, heeft deze vlucht geheel op kosten van de N. V.. georganiseerd; de Duif had er niet minder dan 1200 prijzen in geld en medailles voor uitge loofd. Op den 8sten September, den dag vóór de vlucht, zijn 39 wagons met duiven, verpakt in 2000 man den van 25 stuks, elk via Roozendaal naar Quié vrain verzonden. Tevoren waren alle duiven, over eenkomstig het gebruik bij dergelijke wedstrijden, van een merkteeken aan een poot voorzien, oen werk, dat alleen een omvangrijke organisatie ver- eischte. De voorbereiding omvatte echter nog heel wat meer. Iedere deelnemer aan een wedvlucht heeft een registreerapparaat, Zijn duiven, die van een wedvlucht thuiskomen, ontdoet hij van het merkteeken, een ringetje, aan hun poot, dat in een gleuf van het controle-uurwerk wordt gedaan, waar na dit op seconden en gedeelten van seconden nauw keurig den tijd van aankomst registreert. De klok ken worden vóór iedere vlucht verzegeld, moeten echter voor het begin van de vlucht gelijk gezet wor den, zoodat alle duivenhouders, wier vogels meevlie gen, nauwkeurig denzelfden tijd op hun klok heb-!XreÜenVan dmi ïeeV''fa^^GinkTdireven^aaJ3ig ben. Zonder dat is natuurlijk eerlijke_^ vaststellingbet penseel als de pen veort, en geven zoo getrouw van den uitslag niet mogelijk. Bij de Plemes-vlucht mogelijk de kenmerken van de verschillende rassen ging het om het gelijk zetten van duizenden klok- en poorten weer. ken in 425 plaatsen van Nederland. De moederklok,! Qp bet programma staat verder: de stichting van waarnaar de klokken geregeld moesten worden, een proefiokinrichting voor de duiventeelt, welke stond in dit geval in het Algemeen Verkooplokaalzal bestaan uit een afdeeling voor zeldzame en ver te Rotterdam. Qp een vooraf bepaald tijdstip werd dwijnende duivenrassen, in het bijzonder die van noodig hebben, maar het is toch ook zóó, dat de één meer kan doen met één kwartje, dan de ander met 2 kwartjes, dat zien we dagelijks. Voorzitter acht de zaak voldoende besproken; het Voorste/van B. en W. om afwijzend op het verzoek te beschikken, wordt aangenomen met 4 tegen 3 stemmen, tegen de heeren Hollander, Mooij en Kooger. Als lid van de Plaatselijke Schoolcommissie moet aftreden de heer P. Vos. De aanbeveling luidt: 1. ;ide heer P. Vos, 2. de heer Jb. van Schfeijen. De heer P. Vos wordt mét algemeene stemmen be noemd. Goedkeuring is ontvangen op het besluit tot het doen van af- en overschrijving tot een bedrag van f 500, subsidie Burgerlijk Armbestuur. B. en W. stellen voor tot het maken van een brandvrije kluis. De vergadering wordt een oog en- blik geschorst. Na heropening wordt het voorstel van dit centrale punt uit vóór het begin van de Nederlandschen oorsprong: een afdeeling voor we- J n n n r»nrtAn -n AAn ,.1|1aK4 AAn AAT> n n n+Q 1 trü 1 q'q 1 Q f r\.Tl i CA h i>av. a aU a aK.'I.a1 1 ment van het opvliegen heeft opgenomen. Ook van de voorbereiding van do vlucht, voorzoover vatbaar voor verfilming, heeft hij een reeks van momenten vastgelegd, het losbreken van do 50.000 vogels teg* lijk is wel het merkwaardigste fragment uit opneming. Aan de film is een kort overzicht vaa de ontwikkeling van een duif van ei tot volwassen dier toegevoegd; de operateur heeft het geluk gehad juist het uitkomen van een ei te kunnen opnemen. Verder zijn in de film eenige kijkjes uit het bedrijf van de zeepfabriek ingelascht De wedvluoht was, zooals wij zeiden, een eerste stap. Het is het plan van de Duif, met het hou,, den van dergelijke wedvluchten door te gaan, en de duivensport verdor te stounen door het zelfstandig organiseeren van duivententoonstellingon of hot subsidieeren van door anderen georganiseerde ten toonstel:'n pen. tTer aanmoediging van de fokkerij zal er voorts binnenkort een 14-aaagsoh tijdschrift, getiteld de Duivenbode. verschijnen, waarin voor jonge liefhebbers en beginners allerlei wenken en raadgevingen zullen worden gepubliceerd mot betrekking tot de fokkerij, hetzij voor nut, hotzij voor sport. Inmiddels is reeds het eerste van een serig albums verschonen, die successievelijk afbeeldingen en beschrijvingen van alle hier te lande bekende soorten sier- en postduiven zullen brengen. De tekst van deze albums wordt samengesteld door den heer C. A. M. Spru.yt, hierboven genoemd* en den heer C. S. Th. van Gink, eveneens oen bo> ikende specialiteit op het gebied van de (weten schappelijke) duivenfokkerjj en hoofdredacteur van Aviacultura. De plaatjes zun uitgevoerd naar aqu- zonder hoofdelijke stemming aangenomen en aan het verzoek van den heer Hollanler, om het werk onder de ingezetenen aan te besteden, zal worden voldaan. BÜ jle rondvraag zegt de heer Kooger, dat aoor den voorzitter, toen hij het had. over ae kanalisatie, gesproken is over een andere richting. Spr. vraagt welke richting bedoeld wordt. Voorzitter deelt mee, dat in afwijking met het oude plan zal worden nagegaan het plan langs de ringsloot, uitkomende in 't hart van den grooten Kruisweg. Spr. kan wel Zegggen, dat de plannen Verbazend veel geld kosten. Sluiting. DUTVEN. Velen onzer lezers zullen, naar wij veronderstel len, geen denkbeeld hebben van den omvang, dien de liefhebberij voor het houden van duiven en het organiseeren van wedvluchten en tentoonstellingen daarvan in ons land heeft, en zullen er allicht van opzien, dat Rotterdam alleen meer dan tweehonderd clubs telt, weke zich met die liefhebberij bezig hou den. In andere plaatsen is het naar verhouding net zoo; tot de kleinste plaatsjes hebben hun duiven clubs, en het aantal der over het geheele land ver spreide duivenliefhebbers is evenmin te schatten als vlucht, aan een aantal ondercentrale's telefonisch tenschappelüke proefnemingen en onderzoek op de tijd opgegeven; naar de klokken in de ondereen- het gebied der erfelijkheids- en ziekteloér, wéllöé itrale's zetten de daar bijeengekomen liefhebbers zal worden opegestcld voor de openbare weten hun klokken gelijk. Den volgenden dag werden alle schappelijke en practische proefnemingen inzake klokken nog eens gecontroleerd en daarop verzegeld. Behalve den julsten tijd heeft men voor het opma ken van een uitslag ook den nauwkeurigen afstand noodig, dien iedere duif moet afleggen, want de prij zen worden toegekend voor de hoogste gemiddelde snelheden. De berekening van de afstanden is een al even precies werk, als het gelijk zetten van de klokken. Men kan daarbij niet volstaan met voor A. en B., die in dezelfde stad wonen, dezelfde hemels breedte aan te nemen, want het verschil in ligging van woningen kan vooral in uitgebreide groote ste den soms niet onbelangrijken invloed oefenen op den vliegtijd Behalve dus dat de hemelsbreedte van Quiévrains do vleeschduiventeeit, eveneens omvattende dé bestudeering en practische beproeving van huisves tingsmethoden, voedersystemen en stelselmatige pa ring. Vleeschduivenrassen uit verschillende landen nullen hiertoe worden ingevoerd. Na proefneming zullen goede fokparen beschikbaar worden gestelci aan personen, die zich op de vleeschduiventeeit wenschen toe te leggen. Ter bestudeering van de in het buitenland gebruikelijke methoden zal in verband mét de stichting van het proefstation een deskundige naar het buitenland worden gezonden. Haar eigen belang,. het geven van bekendheid aan haar producten dienende, stelt de Koninklü'kr Zeepfabrieken de Duif zich voor de uitvoering van bovengenoemd programma de duivensport te bo- vorderen en bij te dragen tot de geestelijke vor- tot alle plaatsen, uit welke duiven meevlogen, moest woiden vastgesteld, moest ook de hemelsbreedte v van Quiévrain tot de woningen van alle afzonderlij- '/an ne^ wuge geslacht, onder hetwelk door ke deelnemers worden uitgecijferd! Dit gebeurt al- j het verzorgen van duiven verantwoordelijkheids- tijd bij duivenvluchten en de duivenclubs zijn op gevoel en dierenliefde worden aangekweekt én dit werk ingericht, doordat zij de beschikking heb-1 dat wordt afgehouden van vorkeerde vermaken, ben over zg. coördinaatboeken, ware cijferbijbels.**EN ONVOLTALLIGE RAAD. waaruit de eerstbedoelde globale afstanden dadelijk Wijl de C..-H raadsleden zich bij de wethouders- zijn af te lezen voor een aantal plaatsen in het bui- keuze verbonden in plaats van met de R.-K. met eer tenland. De correcties voor het onderlinge verschil JYJ;d-Kath. lid, hebben alle R.-K. raadsleden vst het aantal van de duiven, dat zij houden; dit laatste iin ligging van de afzonderlijke woningen moeten Wulpskop, alsmede hun opvolgers bedankt, meld loopt echter stellig in de millioenen. Deze toeneming echter Voor elk geval met behulp van het coórdi- het -Vad". Wijl alleen de C.-H. lijst nog een naam van de belangstelling voor de duivensport is pas naaistelsel worden aangebracht, zelfs tot in meters bevatte, is deze benoemd verklaard, zoodat de raar van de aatste twintig jaar, de duivensport zelf is nauwkeurig. Een rekenarij zonder eind, waarbij in dezp zittingsperiode zal bestaan uit 4 C.-H. leden en honderdduizenden cijfers moeten verwerkt worden..vvdd-lid, in bet geheel dus slechts 5 leden. Er zijn personen, die van dit werk hun beroep ma- eïSot«ïw ken. Dit alles moest bij de Pleines-vlucht, vanwege POSTCHEQUE- EN GIRODIENST, haar buitengewonen omvang, natuurlijk op veel Op een aanvraag van het Amstcrdamsche Comité grootere, dan de gebruikelijke schaal gebeuren. 'f r Behartigingvan de Belangen van Rekeninghou- Een probleem van meer practischen aard was de ders bu den Postchèque- on Girodienst, tot het bestuur i -a aaa ii, jVIIT1 np7PT1 Hlpnat o-onpht mvnlra Ka! aawVi4 /1a4 y-ï<- in ons land al van heel ouden datum. Togenwoordig worden geregeld op tal van plaat sen in ons land tentoonstellingen van duiven gehou den, en het aantal wedvluchten is iedere week (wan neer het weer tenminste niet tegenwerkt) zoo groot, dat zoo de bladen over dit alles berichten zouden op nemen, zij voor de duivensport op zijn minst even veel plaats zouden moeten reserveeren als voor voetbal. Op de tentoonstellingen nemen de sierdui- ven de eerste plaats in, de mededinging heeft het zoeken naar nieuwe soorten daarvan aangemoedigd, en onder invloed van dezen prikkel is het aantal soorten in de laatste jaren enorm uitgebreid, zoodat een duivenhouder, die mee wil kunnen spreken, een niet onbeteekenende mate van kennis op zijn ge bied moet hebben. Alleen in ons land zijn er op het oogenblik zeker een 150 verschillende soorten dui ven bekend. In het buitenland doet men ook veel aan het fok ken van z.g. vleeschduiven voor de consumptie, van den houder zelf, of (wanneer de fokkerij op grootere schaal gebeurt) voor den verkoop. Op de spijskaar ten van buitenlandsche restaurants is een duiven- schotel een gewild en betx-ekkelijk goedkoop gerecht Deze vorm van fokkerij is in ons land zeldzaam. De algemeene verbreiding van de duivenliefheb- berij heeft de directie van de Koninklijke Zeepfa brieken De Duif v.h. Chr. Pleines, in Den Dolder, de overtuiging gegeven, dat zij velen in hun zwak zou voedering en drenking van'de 50.000 duiven tijdens <Jf,zen dienst gericht inzake hot gerucht, dat do het vervoer naar Noord-Frankrijk. Ook in ons land i °stchèque- en Girodienst met 1 Januari a.s. zou wor- ls het aantal wedvluchten zoo menigvuldig, dat er heropend, is, naar wij) vernemen, geantwoord, dat personen zijn, wier beroep bestaat in het begeleiden van heropening nog mets met en verzorgen van duivenconvooien en die in den tijd Z('kerheid kaai worden vastgesteld. dat het weer gunstig is voor wedvluchten geregeld~7 eenige malen per week met een convooi 'de greus a r 1 3 ÏTt overgaan. In België, waar de duivenliefhebberij nog veel en veel grooter is dan bij ons, zijn er voor het5^T^EvTT~7TT7Tr^7\7Mrz vervoer van duiven speciale spoorwegwagons, en het rb IjJc w L) t1> IxjuVJ ib i\. station te Quiévrain, het beginpunt ook van vele te weinig? Zijn uw leedmaten beverig en rheuma- de 50.000 duiven van de Pleines-vluoht B ifet S^oTZ« 50.000 vogels moet buitT ™g 1Hirtt u bijtijds; taat Fort* Mn Nieren Pil- z:_ Jtti „AA rirv len een nierziekte voorkomen; spoedige behandeling „Dat zullen wo nog eens zien. Ga me nu maar voor, ik zal je volgen. En denk er aan, ik verwacht niet dat je me een leugentje opdischt." De kolonel sprak op ongeduldigen toon. Warburton bracht hom naar zijn kamer en maak te licht. De kolonel ging op den rand van het bed zitten on stak zijn sigaar weer aan. „Nu, jongmensch, vooruit er mee. Ik wacht." Warburton liep verscheidene malen het vertrek op on neer. „Ik weet waarachtig niet hoe ik be ginnen moet, kolonel. Het begon met een grap, clie verkeerd afliep." „Zoo?" was het sarcastische antwoord. „Laat me de grap eens hooren." James aarzelde niet langer, maar wierp zich "koel bloedig op zün verhaal. Soms keek de kolonel hem aan, alsof hü vreesde, met een krankzinnige te doen te hebben: soms begon hij even te lachen, dan weer fronste nü de wenkbrauwen. „Dat is alles," eindigde James en bleef zijn kolo nel aankijken met angstige oogen. „Wel, van alle stommiteiten die ik ooit gehoord heb! „Kolonel P" Van alle ezelskoppenI" Warburton beet zich verstoord op de lippen. De kolonel zwaaide de roos heen en weer. „Ja, jongeheer, je bent een ezelskop." „Dat geloof ik zelf ook. Maar ik ben nu te ver gegaan om me weer terug te trekken. Wilt u me nu de roos teruggeven, kolonelP" „Waarom tochP" vroeg de ander koeltjes. „Omdat ik haar met mijn heele hart lief heb en dio roos van haar was. Het kan me geen sik kepit schelen, of _de mensohen het merken." „Niet zoo luid, vriendlief, niet zoo luid." „O, hot kan me ook geen sikkepit schelen of iemand het hoort." was het ontmoedigde antwoord. „Het is een bespottelijk, ongerijmde historie. Is Beitv Annesley er nu een meisje naar om, zooals jo dat wel een9 in de couranten leest, er met een koetsier van door te gaan? Wat voor kan sen heb je bü haar in deze vermomming?" „Ik verlangde alleen, om en bij haar te zijn, verder heb ik niet gedacht" ..Dat ziet er tenminste niet naar nit. Hoe lang heb je dit spelletje nu al gespeeldP" „Het lijkt me wel een jaar." JEIomt er krankzinnigheid voor in je familie?" Warburton schudde net hoofd, bleekjes glim <een oogenblik, want zóó snel weten de duiven zich penic.p betrouwbare voorbehoedmiddel te oriënteeren en den weg haar huis te vinden, dat ls_.n®J; eenige betrouwbare voorbenoeamiaaei. het nauwelijks een hal7e minuut duurde, of de Verwaarlozing kweekt al te dikwhjs blaasomste- wolk van vogels was reeds uit het gezicht verdwe- kin*. waterzucht, rheumatiek steenvoraiing en uri- tasten, wanneer zij, haar eigen belang, nL de re-nen. £>e gemiddelde snelheid van een duif is zeer nezuur-yergiftigmg. Hoewel Fosters Pillen zelfs bij clame voor haar producten behartigende, tegelijka-root, een 1200 meter in de minuut; de eerste deze latere verwikkelingen baten, is het verstandi- ook de duivenliefhebberij bevorderde. Dat de keuze prijswinner echter had wel 1420 meter per minuut &er or9- dl.1 speciaal niergeneesmiddel tot voorkoming juist op deze viel lag, in verband met den naam van afgelegd, d.i. 85 K.M. in het uur. va° nierziekte te gebruiken. do ffthriek en haar fabrieksmerk een duif voor vmr d« o-elefirenheid een film-ouerateur i verkrijgbaar m apotheken en drogistzaken a f 1.75 'de fabriek en haar fabrieksmerk een duif voor Ër was voor de gelegenheid een filmoperateur j Verkrijgbaar in apotheken en drogistzaken i de hand. van de Haghe-Filmfabnek meegegaan, die het mo j P6r doos. lachend. „Ik begrijp or niets van," verklaarde de kolo nel. „Een officier van West Point. gezien bij al zijn kameraden, de held van vele balzalen, die zich als koetsier verkleedt en aan tafel bedient." „Maar u moet de beweegredenen niet uit 't oog verliezen, kolonel. U bent toch zelf ook jong ge weest." De kolonel dacht aan de moeder van het meisje. Ja, hü was ook jong geweest, maar toch nooit zoo jong als dit luitenantje. „En donk je dat je het winnen zult van dien knappen Rug?" „Zij heeft hem afgewezen," antwoordde Warbur ton gedachtenloos. „Aha!" en de kolonel fronste de wenkbrauwen. Heb je dus al luistervink gespeeld ookP" „Watiht even, kolonel. U weet .dat ik dol ben op muziek. Ik was naar de muziek komen luisteren en toen die ophield hoorde ik stemmen op het bal kon". „Waarom ben Je toen niet weggeloopen?" „Dan zouden ze me immers gezien hebben! Dat durfde ik niet" De kolonel kauwde zwijgend op het eind van zijn sigaar. „En wilt u me nu die roos geven?" vroeg War burton kalm. De kolonel sloeg hem met achterdochtige blik ken gade. Hij kende die bedaarde stem. Dit betee- kende dat hij, wanneer hij de roos weigerde te ge ven, erom1 zou moeten vechten en dan waarschijnlijk het onderspit zou moeten delven. „Ik vermoed dat Je me haar wel met geweld zou afhandig trachten te maken, als ik het niet deed". ,.Ik heb u de bloem anders gewillig genoeg gegeven kolonel." „Dat is zoo. Hier." De kolonel wierp hem de roos toe. „Ik zou wel graag willen weten, of u van plan bent me aan de kaak te stellen. Het zou mijn ver diende loon zijn." De kolonel bestudeerde de platen aan den wand. „Heb Jij die uitgezocht?" „Neen, kolonel. Rent u van plan me te verraden? Eigenlijk zou het een opluchting voor me zijn. Om de waartieid te zeggen, ik krijg er genoeg van voort durend met een masker te moeten rondoopen". „Je deed het anders nogal geschikt". „25ult u me verraden?,Y hield hij aan. „Neen, jongen. Ik wil er niet de oorzaak van zijn, dat je malle streken ruchtbaar worden. Je hebt op het politiebureau een nacht doorgebracht, je hebt paarden gemend en verzorgd en je hebt een kneoh- tenpakje gedragen. Waarom, in 'shemelsnaam, heb je niet geprobeerd op de normale manier met haar in kennis te komen? Daar bad je toch genoeg ge legenheid voor." Warburton haalde de schouders op, de kolonel deed hetzelfde en stond op. „Blijft u lang in Washington, kolonel?" vroeg War burton beleefd. „Je wilt me graag gauw kwijt, hè?" antwoordde deze met een grimmigen lach. „Neen, ik denk nog maar een paar dagen. Goedenavond". De kolonel bleef op den drempel stilstaan en er kwam plotseling een warme, vroolijke glimlach op zijn gelaat. Hij strekte zijn hand uit en Warburton greep die dankbaar. Zijn kolonel had hem dus maar een beetje willen plagen. „Kom terug *in het leger, Jongen; het is hier geen plaats voor iemand van jou soort. Het leven is groot- scher in het westen. De menschen glimlachen hier te veel en zij lachen niet dikwijls genoeg. Kom terug bü ons, jongen, we hebben je noodig, de dienst en ik. Toen ik je vanmorgen zag, herkende ik je dadelijk. Ik kon alleen niet begrijpen wat je toch in je schild voerde. Tracht dit meisje te veroveren als je kunt. Zij is wel waard dat er een beetje om haar gevoch ten wordt. Breng haar ook mee naar het westen". Waiburton klemde de hand van den ouden man in de zijne, totdat deze te kennen gaf dat hij hem pijn begon te doen. „Denkt u, dat zij er iets van vermoedt?" vroeg Warburton. „Neen. Maar zij verwondert zich wel over je. Ik heb aan tafel gezien dat zij voortdurend naar je han den keek. Zij heeft haar oogen niet voor niets en be grijpt best, dat jouw handen geen knechtshanden zijn. o, ik had zoo'n moeite mijn lachen in te hou den. Ik verlangde er naar dat iemand iets dwaas zou vertellen om het eens flink te kunnen uitbulde ren. Os Ik vertel het vast en zeker aan de jongens, daarginds. Kom, kijk maar niet zoo kwaad. Je hebt een grapje uitgehaald, nu is 't mijn beurt. Pas op dat die Rus geen spaak in je wiel komt steken. Ik mag hem wel en toch mag ik hem soms weer niet en met al je dwaasheden heb je veel goeds in Je en kan je vrouw trotsch op je zijn. Nu, ze zullen naar me zoeken. Goedenavond en het beste ermee. Als je me soms noodig hebt stuur dan maar een briefje naar de Club. En de vroolijke oude krijgsman, nu en dan schud dend van het lachen, ging naar het salon terug. Waiburton bleef staan in het midden van het ver trekje. Hij verzonk in droomen. Eensklaps drukte hij de roos aan zijn lippen en kuste haar hartstochtelijk, kuste haar ontelbare malen. Twee of drie blaadjes, niet bestand tegen zulk een woeste behandeling, fladderden op den vloer. Hij raapte ze op, op elk van deze fluweelige blaadjes kon zij haar lippen ge drukt hebben. Ik weet niet hoe lang Warburton daar bleef staan, maar het duurde zeker wel tien minuten, toen plotseling zün deur opengeworpen werd en Pierre de kamer binnen kwam rollen, zün gelaat rood van woede. „Zoo! Dacht je dat ik de tafel wel voor je af zou nemen? Dat wou je wel, hè? Ik de tafel af ruimen? Ik? Ik denk er niet aan. Ik kook, en verder niets. Naar de eetzaal, gauw, of ik zal maken dat je je ontslag krügt." „Best hoor, Peter, ouwe jongqn," riep Warburj- ton opgewekt. Die Piorre was'al een neel grap pige kereld. „Pétaire! Je bent zoo brutaal me Pétaire te dur ven noemen? Wacht maar ik zal zorgen dat jc morgen de deur uitgeschopt wordt, lakei!" „Kok!" kreeg nü ten antwoord op spot- tenden toon. Pierre was letterlijk met stomheid geslagen. Zuil een gebrek aan eerbied had hü nog nooit, ondci* vonden. Het was ver schrikkelijk. Iiü opende dfi mond om er een stortvloed van Fransche vloe*f!l uit te laten vallen, toen James hem bü den »rn greep. „Kük eens hier. Peter, kook jü nu j© soep *naa en braad je patrijzen, maar kom niet in de stallen of anders zal ik. om het met je,, eigen woorrtet weer te geven, jo er uitschoppen. Zeg tweede-meisje dat zü de tafel moet afruimen, ik heb vrü'af voor de rest van den avond. En nu: en avant, marche." En James pakte den woedenden Pmrre steyie beet, zette hem zün deur uit en sloeg die voor znr neus dicht He zal maar niet herhalen wat Pierre zeide. nof minder wat hü dacht Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1923 | | pagina 6