nng Binnenland sch Nieuws. SPAANDER Co., als „broeders en zustors" zün op den weg naar don wellicht weer de machtigate par_j worden, cu hemel, enz. Zeker, eris „sympathieke aandacht'' dan hebben de Protestanten het verdiaud! geweest! Maar „wij" vragen: wat nu? Wii zijn dankbaar voor de conferenties, ons geshon- De onbekende schrijver uit N. Niedorp eindigt ken, waardoor wij hebben kunnen leeren over aller- met het ^onoverkomelijk bezwaar, dat alle vrij-on- lei. Alleen zouden wij wonschen dat men generzijdr derzoek in uitgeeloten", en de eigen consciëntie ook ^eter ingelicht wilde worden over het waar yan elk mmisch. achtig Bijbelsche Christendom, en Christus, den Wij zoudeen willen antwoorden: die vrijheids- eenigen volmaakten Hoogepriestor, Heiland drang alleen, zal niet voldoende zijn, om stand te Zaligmaker! houden als Protestanten tegenover het R.-Katho- S. D. E. B. Voor elke plek huid van uw het beste en 30 ct. Bij apoth, en dro- cisme! Immers, dat is het verzwakte „protesteereri slechts' 't. welk oorspronkelijke een positief go- tuigen was van eigen welgcfundoerd geloofsbezit. Maar als men ni^t anders heeft dan zijn o n-wjl- ligheid om zich te buigen voor gezag, op zichzelf, zijn eigenzinnigheid, dan zal men allicht welke ruw is of schrijnt gebruikt men in een zekere vermoeidheid op den duur zich aan PuroL In. doozen 90, de leiding_ van een priester toevertrouwen, gelijk j tgis'en. meerdere levensmoeden, op de vriendelijke roep- i stem van de ..zalig-makenae moedor-kerk!" En. ik vind dat zoo erg niet! Een Engelscho dichter spreekt orgens van „dumb-driven-eattle" a.i. dom gedreven vee welnu, wii denken vaak, hot zou voor velen wewllicht gelukkiger wezen, zich meer te voegen onder do leiding van de biecht, bij den priester, dan in hun rusteloos zweiwen in eigenwilligheid Maar ik gevoel toch ook iets van modelijden. PROV. STATEN VAN NOORD-HOLLAND. I Het wegenvxaaastuk. Aan de Memorie van Antwoord op het Alg. I 1 ju, ,a,. UU„„. Vcrslae- der afdeelingen van de Prov. Staten van ala ik denk aan zulken, die aan den Heiland Zelf ;Vooïd^/°'ian j jOT2T Tde .vMrfracht van G«Iepu- hun hart en leven niet willen geven prat gaande Stat®n dd- 20 Juni 1923, no. 52, betreffende - - de overneming van' den Zaanlandschen Commum- catieweg ontleenen wij Ged. Staten stellen op den voorgrond dat vol op hun vrh zinnigheid, waar men zien door het Woord Gods niet wil laten gezeggen; en door kudde> onder menschen-heerschappij van paus en priester zich laat vervoeren! Want dat staat voor ons vast, en#is hier in Schagen ook telkens, na elk onderwerp, in een uur apart uiteengezet de geestelijke betoekénis van elk leer stuk, zoo wolsprekend betoogd, heeft een keerzijde, die verzwegen wordt, en eerst later, wan neer men in de kerk beter thuis zou zijn, zich zoude ontpoppen! Wij kunnen hier onmogelijk ingaan op datgene, waar uren over gehandeld is, tmet uitvoerige toe lichting pit do kerkgeschiedenis. Toch enkele kleine voorbeelden. L Over het Roomsch Leergezag, wordt verzwe gen, dat de Roomsche kerk na een strijd van eeuwen over de andere „moeder-gemeen ten" dé overwinning heeft behaald, door verschillende fac toren. Zij kan door ons niet erkend als de C h r i s- telflkekerk. II. Het Bijbellezen wordt nuttig genoemd, hoe wel niet noodzakelijk, mits maar in uitgaven, door do R.-K. goedgekeurd. Dat klinkt mooi, maar de werkelijkheid is, dat wij in verschillende plaatsen, ook in onze omgeving, in R.-Kath. boekwinkels waar wel misboeken enz. „te kust en te keur" waren, geen Evangelie-uitgave verkrijgbaar von den, Iaat staan van den Bijbel in zhn geheel, die nog altijd, niet in het Hollanasoh vertaald verkrijgbaar is, in voor R. Kath. goedgekeurde uitgave! III. Over do Roomsche gebruiken, formulier gebeden, offer en altaar, kaarsen, priestergewaden, beelden-vereering, wierook, Latijnsche taal on tee- ken des kruis es, mocht een Pater mooie gedachten ontwikkelen, er zijn voel materieel© keerzijden van dat alles, ons daar niet bij verteld, die in de p r a c t ii k dat alles volstrekt omkeeren. Op zulk een avond wordt bijv. niet een catalogus, een prijs courant, van zielmissen genoemd, waartoe al zulke veruitwendiging 'der Roomsche kerk is vervallen. IV. Over de onfeilbaarheid van den Paus wordt het voorgesteld, alsof dat leerstuk van den beginne is geweest en erkend. Verzwegen worden alle bijbel- 8oha argnimenten, welke dat weerspreken, on do kleine historische bijzondorheid, dat eerst sedert 1870 (het Vaticaansche oaucilio)) dit leerstuk is voltooid, na eeuwenlangen strijd met allerleii mid delen over die opper-heorschappü V. Over de biecht is veel liefelijks en begrijpelijks ons verteld, en gezegd, dat nooit ook zelfs door sec ten' daartegen verzot ingobraoht is. Vo'rzwegen werd, hoe allengs die leer ontwikkeld en op 't 4de Latoraansch oaucilio in 1215 do zgn. „oorbiecht" aan den priester is vastgesteld door paus Innosera- tius III, die met recht ae slimste en grootste heer- scher der Middeleeuwen is genoemd, die deze geheime macht: de dienstbaarheid der gewetens, onder den priester heeft gevestigd! En ^mer kelijk is ook. dat van de 40 vragen over de Biecht in do Katechismus van het Bisdom Haarlem slechts sommige leden der Staten aangeprezen stelsel van wegbeheer, waarbij het onderhoud van het wegen net geheel door ae Provincie met steun van het Rijk bekostigd zou worden, niet voldoende reke ning houdt met de plaatselijke belangen, welke, naast die van het interlocale vorkeer, ongetwij feld ook bij de primaire wegen betrokken zijn. De eischen, welke naar het oordeel van den hoofdingenieur-directeur aan het primaire wegen net moeten worden gesteld, komen in hoofdzaak neeer op een kruinsbreedte van 12 a 13 M., een vér- hardingsbreedte van 4.50 5 M.. met rijwielpaden en een behoorlijk gefundeerde stofvrije beharding, terwijl het draagvermogen der kunstwerken be rekend moet zijn op het zwaarste in de Provincie toegelaten verkeer en voorts aandacht zal moeten worden gewijd aan een doelmatige beplanting. Met deze eischen rekening houdende, raamt ge noemde hoofdambtenaar de totale kosten van in richting dier wegen op f 18.600.000. terwijl hij de jaarlijksche kosten van onderhoud en bediening der over te nemen wegen met daarin gelegen kunstwerken, 'welke na aftrek der bijdragen van naastbelanghebbenden en voormalige onderhouds plichtigen ten laste der Provincie zullen blijven, op f150.000 meent te moeten stellen. Ged. Staten, die zich van den aanvang af bewust zijn geweest," dat hot ter hand nemen van het be heer van een primair wegennet zeer belangrijke bedragen vergen zou, woraen door de resultaten dezer meer nauwkeurige raming dier bedragen ver sterkt in hunne opvatting, dat een ingrijpen der Provincie met betrekking tot het wegonbeneer on vermijdelijk is te achten. Bii de verbetering zullen in het algemeen de door den hoofdingenieur-directeur genoemde eischen als j richtsnoer moeten worden aangenomen. Wel zou- den een beperking der voorgestelde breedte, of j een vermindering der aan de,Behardipg te stellen eischen do kosten doen verminderen, aoch nu het de bedoeling is de wegen in een zoodanigen toe stand te brengen, dat zij gedurende een lange reeks van jaren voor het te verwachten verkeer berekend zullen zijn, mag do verbetering niet op te be krompen-voet worden aangebracht. Aan de uitgaven, welke de Provincie zich jaar lijks ten behoeve van het wegenboheer zal hebben te getroosten, zal de opbrengst der to zijner tijd in te voeren weggcldbelasting ten goede kunnen ko men. Hoewel daaromtrent geen vaststaande voor spellingen kunnen worden gedaan, raamt de hoofd ingenieur-directeur deze opbrengst, indien de hef fing overeenkomstig zijn denkbeelden daaromtrent zal geschieden, reeds vrij spoedig op f500.000 's jaars. In verband daarmede is bn Ged. Staten het denk beeld in overweging om te Beginnen met het jaar 1925 uit de gewone inkomsten een bedrag van bij voorbeeld f500.000, af te zonderen in een fonds, waaruit later de kosten van verbetering en wel- ALKMAAR. ton goede zal komen aan het doel, waarvoor zij zou worden geheven, zullen kunnen worden tegemoet gezien, zoodra Gedep. Staten hunne plannen daar omtrent zullen hebben kunnen uitwerken. Waar voorts de te verwachten kosten voor een belangrijk deel gevorderd zullen worden voor aan koop van terreinen en gebouwen, het verstrekken van schadeloosstellingen en hot uitvoeren van grondwerken, terwijl het overige gedeelte bestaat uit de kosten van net aanbrengen der verharding en het verbeteren en vernieuwen yan in de we gen gelegen kunstwerken, zullen zij, voor zooveel ■noodig of gewenscht, ook uit de opbrengst van geldleoningen kunnen worden bestreden. Tot het verkrijgen eener bijdrage van het Rijk ten behoeve van deze ongetwijfeld ook in het alge meen Rijksbelang uit te voeren werken zullen ern stige pogingen worden aangewend. Omtrent ae vraag, of, en zoo ja, welke bijdragen van de naast-belanghebbenden zullen moeten wor den verlangd in de kosten van aanleg of verbe tering van primaire wegen kunnen moeilijk alge meen© regels worden gesteld. Van het overleg, dat in de daarvoor in aanmer king komende gevallen met de belanghebbende be- besturen zal worden gevoerd, hebben Ged. Staten goede verwachtingen en de dientengevolge te ver krijgen vrijwillige bijdragen zullen ongetwijfeld op de volgorde, waarin den spoed, waarmede de verbeteringen ter hand genomen worden, van in vloed kunnen zijn. Wat daarentegen de onderhoudskosten betreft, daarin zullen althans de voormalige onderhouds plichtigen als regel wel hebben bij ce dragen. Indien de Nederlandsche Spoorwegen net ver keer met autobussen tot zich mochten trekken, zul len Ged. Staten niet nalaten te overwegen, op welke wijze ook van hen eene aan hun belang ge- evenredigde bijdrage in de kosten van het wegen net zal kunnen worden verkregen. Wat de in te voeren weggeldbelasting betreft, zouden Ged. Staten voorshands de voorkeur geven aan een regeling, gelijk deze sedert 1920 voor de provincie Groningen is vastgesteld. Het Groning- sche stelsel in zeer eenvoudig' gehouden. De be lasting wordt voldaan tegen uitreiking van een be- lastingkaart, welke de bestuurder bij zich moet dragen. De belastingplichtige koopt, dus als het ware een- toegangsbiljet tot de provinciale wegen en kan, wanneer hij zonder een dergelijk biljet op den weg wordt aangetroffen, worden beboet en gestraft. De invorderingskosten worden op deze manier tot een minimum teruggebracht, de werk zaamheden, daaraan verbonden, loopen grooten- deels af in een 'tijdvak van 6 tot 8 weken bij den aanvang van elk belastingjaar. De geheele belas.- ting draagt terecht het karakter van eene gebruiks- niet# van een luxe-belasting, zoodat geen onder scheid wordt gemaakt naar net doel', waarvoor en de personen, door wie de voorwerpen worden ge bezigd. Het tarief, in Groningen geheven, is in de mees te gevallen belangrijk lager dan dat van Noord- Brabant en voor Noord-Holland wellioht oók te verkiezen. Slechts zal de vraag nader onder de •gen moeten worden gozien, of rijwielen, die in •a( JSisdom Maaxiem siocn ra Uch(. ook yan onderhoud zullen worden Bestreden. 2 handelen (432-438) over de „voldoening door. den men aan jjt fonds ook de opbrengst der weg- biechtvader opgelegd! En daar mt juist veel „^belasting ten goede komen, dan .zou de jaar- achtorl - Hjkscho storting geleidelijk kunnen stijgen tot een VI. 'En ten Slotte, de Maria-veroenng moge met van f 1.000.000, hetgeen in zooverre gowenscht zou grooteliefde en warmte zyn aanbevolen, alsof „God omdftt men dan de uitvoering der verbetering a" Hi i i Z ^1' niet over oen te lang tijdsverloop zou behoeven te stuk, m 1854 eerst voltooid dwr do M,,Inetta- verdeeien> Met het oog daarop zou zelfs overwogen bilis Deus over het zgn. „Goddelijk geopenbaarde kunIleu worden 0m in de eerste jaren, zoolang dogma .der „onbevlekte ontvangemte heeft nog. op een eenigszins belangrijke opbrengst vele stadia doorgemaakt, die zooveel beidensche ele- ^er weggelc[belasting zal kunnen worden gerekend, menten aan. zich, dat het voor een zuiver rrotes-don bijdragen uit de overige gewone inkomsten der e totaal onaannemelijk is! uit ae overige gewone inKomsten aer *uibö-geiuoviKu wwiai o. provincie aan het fonds hoogor te stellen en zoo Op een belangwekkende vergadering werd on- ^ogplijk op byv. fi.000.000 uit te trekken. Nadere langs betoogd, dat in Noord-Holland de Protestan- <rc(fota}neerde voorstellen betreffende eén zooda- fcen percentsgewijze hard achteruitgaan, voorname- 0 regebllg waarin tevens oen waarborg gele- lijk door het Neo-Malthusianisme, het matcriahs- zjj dat de opbrengst der weggeldbelasting me. onkunde en ongeloof. Zoo zal Rome allengs 6 tHJibigunoemd gewest onbelast worden gelaten, té zijner tijd ook in deze provincie vrijdom zullen moeten genieten, nu niet ontkend kan worden, dat zii do eischen, waaraan de wegen, zoo wat hunne breedte-afmetingen als hunne afwatering en be harding beetreft, moeten voldoen, sterk verhoogen. Invoering eener benzine- of bandenbelasting achten Ged. Staten, zoo al wettelijk mogelijk, uit een practisch oogpunt geen aanbeveling te verdie nen. Zelfs voor eeneRijksbelasting schijnt zij tech nisch te groote moeilijkheden op te leveren. Naar men meent te weten, heeft in Engeland een ban den- en benzinebelasting bestaan, aoch zij is daar afgeschaft, terwijl in ons land een vanwege hot Ministerie van Financiën ondernomen studie van dat onderwerp reeds eenige jaren geleden een nega tief resultaat schijnt te hebben opgeleverd. Ged. Staten ontraden het denkbeeld, in de afdee- deelingen geopperd om het Hoogheemraadschap Noord-hollands Noorderkwartier met het verbeteren der wegen te belasten. Het wordt bestreden, dat dit hoogheemraadschap het wegenbeheer economischer dan do provincie zou kunnen uitvoeren. Overigens mag niet worden voorbijgezien, dat opdracht van dat beheer aan het Hoogheemraad schap de mogelijkheid zou afsnijden, om de kos ten ten deele door heffing eener weggeld-bélas- fcing op de gebruikers der wegen te verhalen. De „Wie bent u dan en wat doet u in mijn huis in die vermomming?" was <le trotsche vraag. „Ik ben, voor het oogenblik, uw koetsier. Ik ben dit alles heel toevallig te weten gekomen. Gisteren 'was ik even hier om een boekje over veeartsenij te zoeken, toen ik toevallig* een van die ontwerpen zag. Ik ben ook in het leger geweest en ik wist, dat die teekening niet in dit huis behoorde te zijnToen ik over liet grasveld liep, keek ik door het raam naar binnenHet staat niet aan mij, u te veroordeelen, mijnheer. Maar het was mijn plicht, dio ontwerpen te vernietigen, vóór er onheil mee kon worden aan gericht" „Neen, het staat niet aan u mjj te veroordeelen", zeide de kolonel. „Ik heb het fortuin van mijn doch ter verspeeld; om het voor haar verborgen té kun nen houden en het geld weer terug te geven, heb ik er in toegestemd aan Rusland onze plannen voor kustverdediging te verkoopen, voor zoovor ik. me die kon herinneren. Neen, u behoeft rao niet te oordeelen, alleen God heeft daartoe het recht". „Ik ben tmaar een knecht", zeide Warburton een voudig. „Wat ik gehoord heb zal ik weer vergeten". O, als hij toen het meisje maar eens had aangeke ken! Er kwam verandering in Karloffs gelaatsuitdruk king. Met een berustend gebaar naderde hij de tafel en nam het 'briefje op, waarop Annesley zijn hand- teekening had gekrabbeld. Warburton, altijd bij de pinken, schoot er op af. Hij zag den naam van een bank en een getal van vijf cijfers. ;,Wat is dit?" vroeg hij. „Het is van mij", antwoordde de graaf, uit de hoogte. „Het is waar", zeide de kolonel. ..dat is van hem". „Het uur van dwaasheid is voorbij", begon de Rus, langzaam en peinzend. Hij scheen geheel vergeten, dat drie paar oogen hem nieuwsgierig aanstaarden. Hij bestudeerde het papiertje en streek het glad met liefkoozende vingers. „Twee honderdduizend dol- !ars! Hij nam het pakje bankbiljetten op en ba lanceerde dit op zijn hand. „Nu, die som is dan ook groot genoeg om iemand te verleiden.Mademoi- selle, u zult nooit weten, wat dit oogenblik van schande me gekost heeft noch, hoe lief ik u heb. Ik stam af van een menschenras, dat aan het ver langen van zijn hart tracht te voldoen,, al moest hij ervoor door water en vuur loopen. Hinderpalen beteekenen niets, het eind maakt alles goed. In Eu ropa zou ik het gedaan gekregen hehfbep, met eer of met oneer. Maar die Amerikanen, die schijn ik nog niet goed te kennen en daarom heb ik de rol van schavuit gespeeld, zonder resultaat" Hij zweeg en een droevige, bittere glimlach gleed over zijn trekken. „Mademoiselle", vervolgde hij. „Voortaan zullen, waar ik ook heenga, uw gelaat en de klank van uw stem me steeds achtervolgen. Ik vraag u niet om te vergeten wat er tusschen onh is voorgevallen, maar ik verzoek u wel, het te vergeven". Zij antwoordde niet. „Nu, men vergeet of vergeeft zulke dingen ook maar niet zoo dadelijk. En uw vader had evenvéél schuld. Het Noodlot heeft onze paden doen krui sen". Tot Warburton zeide hij: „Dat een knecht, een koetsier, zoo den boel in do war komt sturen! Ik weet niet, wie u bent, jnijnheer, en "begreep niet hoé u het hebt klaargespeeld, hier zoo juist op tijd tus- sohonbeid© te komen. Had ik u maar pens beter aan gekeken, dan zou alles anders geloopen zijn. Maar, dit zij ii nuttelooze overdenkingen 1" Tot Annesley sprak hij: „Mijnheer, wij hebben evenveel schuld. Hier is die rekening van u. Ik zou haar in het vuur kunnen gooien als een kleine ver goeding voor het verdriet dat u door mijn toedoen gehad heeft. Maar volgens overeenkomst zou dat niet gaan en u zoudt dat ook van mij niet willen aan nemen, wat ik zeer goed begrijpen kan". „Wat u daar zegt is volkomen juist". De kolonel trok zijn dochter dichter naar zich toe. ,',Dus", vervolgde de graaf, de rekening in zijn zak stekend, „morgen krijg is mijn dukaten terug". „Mijn bank zal ze u uitbetalen",' zeide de kolonel met een trotschen blik, „het geheele bedrag van mijn schuld zal u ter hand gesteld worden". De graaf stak de bankbiljetten achteloos in zijn zak en liep langzaam naar de deur. Op den drempel stond hij%stil en keek nog eens om. De oogen van het meisje werden getrokken door zijn donkere oogen. ..Als ik maar mocht heengaan met de zekerheid, dat u mü eens vergeven zult", zeide hij. „Ik vergeef u". „Dank u". Toen ging Karloff vastbesloten de deur uit, eenige oogenblikken later hoorde men een rij tuig wegrollen, daarna werd alles stil. De kolonel zat nog steeds met het hoofd in de hand. Snel viel het meisje naast hem op de knieën, verborg het hoofd aan zijn borst en, de aanwezigheid van den knecht niet achtend, begon zij stil te schreien. „Mijn arm kind", stamelde de kolonel. „Dat je nu ook zoo'n rampzaligen vader gekrepen hebt! Armoe de en onteering staan je te wachten en ik, die je zoo liefheb ben er.de schuld van!" Warburton, zich op de trillende lippen bijtend, sloop zacht naar de openstaande deuren en naar huiten. Hij hief zijn gloeiend gelaat dankbaar op naar den hemel, waaruit een ijskoude regen viel. Hij had een grootsch en nobel plan. HOOFDSTUK XXIII. E enedel minnaar. Karloff hield zich wat op den achtergrond tot den volgenden Donderdag; daarna werd hij niet meer te Washington'gezien. Van tijd tot tijd hoort men in de diplomatieke kringen te Washington echter nog wel eens iets van hem. Het laatste wat ik van hem ver- nomon heb, is, dat hij in Port Arthur was. Blijkbaar, waardeert Rusland zijn capaciteiten te veel om hem te verbannen, na de mislukking van zijn opdracht te Washington. En op deze wijze verdwijnt de knappe barbaar van het tooneel. Den volgenden morgen, toen ik even uit geweest was en juist weer mijn woning wilde binnengaan, stond ik plotseling tegenover James. Hij zag er bleek en zorgelijk uit, maar ik bemerk te dadelijk aan den vastberaden trek om zijn mond, dat hij een gewichtig besluit genomen had. „Ha!" zeide ik schertsend. Hij droeg een eenvoudig klaargekocht pak. „Heb je je betrekking verloren en kom je nu bij mii om getuigen?" „Ik moefc jo spreken, Chuck, alstj'eblieffc geen mal ligheid. Zeg nu maar niet dat je geen tijd hebt, dan maak je maar tijd." „Met wien moet ik spreken, met James, den koet sier, of met den heer Warburton?" „Je moot spreken met den man wiens zuster Ja binnenkort gaat trouwen." Ik werd natuurlijkerwijs nieuwsgierig. „Geen po- liiiczaak?" „Neen, de pblitie is er niet bij betrokken. Ik zou wel naar een advokaat kunnen gaan, maar ik' ver lang de zaak volkomen geheim te houden. Laten we maar gauw naar je kamer gaan". Ik ging hem voor. Ik brandde van verlangen te weten te komen wat dit alles moest beteekenen. „Heeft iemand Je herkend?" vroeg ik, terwijl wij beteeken ia daarvan is niet ge.ing, indien men be denkt, dat deze belasting in 1922 in Groningen on geveer f250.000 en in Noord-Brabant ruim f750.000 beeft opgebracht, terwijl voor Noord-Holland, ge lijk boven bleek, oene opbrengst van f500.000 's jaars mag worden verwacht Ged. Staten zijn met bereid tot het prijsgeven eener dergelijke bijdrage van de weggebruikers zonder moer hunne medewerking te verleenén. Ged.- Staten beantwoorden breodvoerig de opmer kingen in de afdeelingen gemaakt over het voorstel inzake den Zaanlandschen communicatieweg. Do bijdrage der naast-belanghebbenden' zal vol gens het voorstel, den zijtak door Westzaan, die in bijzondere omstandigheden verkeert, daargela ten, f 13.520 's jaars bedragen. Deze som wordt, ge lijk is uiteengezet in de nota van toelichting, welk te bij de voordracht van 20 Juni 1923 was gevoegd, noodig geacht om den weg, gelijk zij thans is, aus piot als primaire weg, op behoorlijke wiize te on derhouden. Dat deze raming niet overdreven is, blijkt nit het feit, dat niettegenstaande hel hoogst onvoldoende onderhoud, dat in de laatste jaren aan den weg is besteed, daaraan in 1920, 1921 en 1922 nog achtereenvolgens bijna f 10.000, ruim f 11.000 en ruim f19.000 is ten koete gelegd. Aan Bet rapport van den hoofdingenieur-direc teur ontleenen wij nog, dat hij de volgende pri maire verbindingen in Kaart bracht: .1. SchagenHet WadVan Ewijcksluis Gang circa 14.8 K.M.) in aansluiting met den weg op den toekomstigen afsluitdijk van de Zuiderzee naar Wieringen en de Friesche kust; II. SchagenDe Stolpen Gang circa 4.5 K.M.) in aansluiting met> den Rijksweg Alkaar-Helder. IH. SchagenNiedorper VerlaatHeerhugo- waardAlkmaar, Gang circa 24.3 K.M.) IV. V eenliuizenLambertschaagMedemblik Gang circa 19.6 K.M.), aansluitende aan den sub III genoemden weg en te Medemblik in de toekomst aan de wegen in den droog te leggen Wieringermeerpolder V. MedemblikHoorn Gang circa 18.2 K.M.) over Oostwoud, Hauwert en den Zwaagdijk; VI. ZwaagdijkEnkhuizen (lang circa 12.7 K. M.) vormende met een deel van den sub V ge noemden weg de doorgaande verbinding van Hoorn naar Enkhuizen, aangezien de weg door de Streek daartoe niet geschikt is en in verband met de dichte bebouwing daarlangs, ook niet geschikt is te maken; VU. Hoorn—Alkmaar, Gang circa 22.6 K.M.); VIU. AlkmaarKnollendamWestzaan( lang circa 19.9 K.M.), loopende bezuiden Moltjesveer langs de Nauemasche Vaart en aansluitende op den Zaanlandschen Communicatieweg; IX. HoornDe HulkOosthuizenPurmerend Amsterdam Gang circa 28.6 K.M.); X. PurmerenderwegSchermerhornsche weg (lang circa 6 K.M.), vormende de verbinding tus schen de sub VII en de sub IX genoemde wegen; XI. PurmerendWijde Worm erZaandijk (lang circa 10.3 K.M.) loopende in de richting Oost West, aansluitende ©enerzijds aan den sub IX ge noemden weg en anderzijds aan het eindpunt van den Zaanlandschen Communicatieweg XII. De Zaanlandsche Communicatieweg Gang circa 13.1 K.M.); XIII. WestzaanNaueraaBuitenhuizenHaar lem (lang circa 13.8 K.M.) vormende een directe verbinding van de Zaanstreek met Haarlem; XIV. HaarlemSchipholOuderkerkDiemer- brug Gang circa 24.3 K.M.), vormende een directe verbinding buiten Amsterdam om, tusschen Haar lem (Rijksstraatweg) eenerzijds en 'de Rijksstraat wegen AmsterdamUtrecht en Amsterdam Amersfoort anderzijds: XV. HeemstedeAalsmeerUithoorn Gangr oirca 9.1 K.M.) in laatstgenoemde plaats aansluitende aan den in de Provincie Utrecht voor doorgaand verkeer aangewezen weg UithoornMijdrecht, Nieuwersluis, Loosdrecht en verder over Hilver sum, Baarn naar Nijkerk: XVT. Amsterdam—HoofddorpPoellaan Gang oirca 26.3 K.M.) (SassenheimLisse), vormende een directe verbinding van Amsterdam door den Haarlemmormeerpolder met den Rijksstraatweg na bij Leiden; XVII. AmsterdamBovenkerkVrouwenakker Gang ciroa 12.3 K.M.), in aansluiting met den sub XV genoemden weg in de provincie Utrecht en met het wegennet op het gebied van Zuid-Holland; XV ITT. Diemerbrug's GravenlandHilversum Provinciale grens richting Baarn (lang oirca 20.7 K.M.), in hoofdzaak omvattende het Zandpad Am sterdamWeesp en voor het laatste stuk deel uit makende van den sub XV beeohreven doorgaanden weg- XIX. Naar denBussumHilversumMaartens dijk (lang circa 4.7 K.M.), vormende een verbin ding van den Rijksstraatweg bij Naarden met den op t Utrechtsch gebied voor doorgaand verkeer aangewezen weg naar de stad Utrecht; XX. HilversumLaren Gang circa 4.5 K.M..), als voedingsader van den Rijksstraatweg Amsterdam Amersfoort; XXI. HilversumProvinciale grens richting Loos drecht (lang circa 1.9 K.M..), zunde een onderdeel van den doorgaanden weg op het gebied van de provincie Utrecht sub XV genoemd. mijn kamer binnentraden. „Neen, maar dat zou me Diet het geringste kunnen schelen". „Oho!" Warburton wierp zich in een stoel en stak een sigaar aan. Hij rookte snel, terwijl ik mijn toiletgerei bijeenzocht, want ik was van plan voor een paar dagen dé stad uit te gaan. „Nu spreek op", zeide ik. „Chuck, toen mijn vader stierf liet hij ons bijna een kwart millioen na, d.w.z. dat Nancy, Jack en ik elk een inkomen hebben van ongeveer 4500 dollar. Nu ben ik de laatste jaren buitengewoon zuinig geweest, ik heb heelemaal geleefd op mijn officierstraktement. Ik heb dus op de Bank zoowat 25.000 staan, de Bank van New York. Aanstaanden Maandag, tusschen twee en drie uur, zai kolonel Annesley doodarm zhn, om zoo te zeggen, geen d«.k meer boven zijn hoofd heb ben". „Wat!" Mijn scheerspiegeltje gleed me uit de hand en viel op den grond, waar het in duizend stukken brak. „Ja. Hij en zijn dochter zijn letterlijk alles kwijt. Je moet me geen vragen stellen, maar ik hoop dat je zult willen doen wat ik je vraag". Hij haalde zijn chèqiieboek voor den dag en vulde twee blanco pa^- piertjes in. Deze reikte hij mh over. „Dit eene moet je voor me plaatsen op de union-bak, ten behoeve van kolonel Annesley". Ik keek naar de chèque. „Twintig duizend dol lar!" hijgde ik. „De Union-bank disconteert vandaag den witsel van den kolonel. Die vervalt Maandag. Daarom cal hij zijn mooie paarden moeten verkoopen en wat er nog van de landgoederen in Virginia over is. De interest is onbelangrijk." „Wat" begon ik, maar hij viel me in de rede: „Ik beantwoord geen enkele vraag. De chèque voor drieduizend dollar moet je gebruiken voor den aan koop van den paarden, die Zaterdag geveild zullen worden. Ze zijn de som ten volle waard. Het kan me niet schelen door wiens tusschenkomst ik de paar den in mijn bezit krijg, als mijn naam maar niet genoemd wordt. En wat dien wissel aangaat, incasseer mijn chèque eerst en doe 'dan die zaak van den wissel af. Dan komt niemand er iets van te weten en kan men niet nagaan waar het geld vandaan komt". Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1923 | | pagina 6