Brieven over Engeland.
men jaar In jaar uit met '4 zelfde in 't verslag moet
aankomen en toch is dat in zeker opzicht weer pre.
lukkig ook, want waar men nieuws hoort is U maar
zeiden iets goeds en dus is 't dunkt mij verblijdend
als ik hier kan constateeren, dat de samenwerking
tusschen Bestuur, Raad van Toezicht en kassier was
als immer uitstekend. Van beide lichamen waren de
leden immer bereid te komen als zij werden geroepen
en menig uurtje hebben ze opgeofferd voor 't bellang
van de bank en dus van haar leden. Toch is er wat
nieuws te vermelden. Zooals de spaarders zullen heb
ben gemerkt, heeft ieder een nieuw boekje gekregen,
alleen verschillend van 't oude doordat 't is voorzien
van een nummer en een seriedetter. De oorzaak, daar
van is gelegen in 't feit, dat enkele kassiers,, die 't
met do eerlijkheid niet al te nauw namen, op eigen
houtje hoekjes uitgaven, dit geld niet' in' de kas stort
ten, maar voor privégebruik aanwendden, totdat do
zaak fout liep. Nu hoeft men op doze manier oen
herhaling daarvan trachten te vermijden. Of 't luk
ken zal? Op zeker damhok staat: „Do tijd zal 't lee-
ren". Dit is zeker, deze maatregel heieft ons veel' tijd
•en geld gekast, want de aanschaffing van al die nieu
we boekjes is geen tklcinighoid en 't overbrengen der
saldi evenmin. Dientengevolge is de post dor buiten
gewone uitgaven ook hoogor dan vorige jaren.
Onze bank zelf heeft dit jaar weder gewerkt als
voorheen, en hoewel do omzet iets grooter ig geweest,
dan verleden jaar, toch is 't nog niet, wat het had
kunnen zijn. We hebben nog maar al te veel lieden,
die wel goedkoop gold willen betrekken, maar die
nooit een cent willen inbrengen. "Nu is 't wel' waar,
dat men behalve spaarders ook afnemers moet heb
ben, maar evenzeer staat het als een paal boven wa
ter, dat m'eni te meer kan helpen, naarmate men over
meer kapitaal beschikt. Het ontbrekende kunnen we
natuurlijk ook wel van de Centrale Bank betrekken,
maar waar wij vOor dat geld zelf 5 pet. moeten ge
ven, en er ook 5 pet. voor terug krijgen, daar voelt
■een ieder, dat zooiets op den duur niet kan blijven
bestaan). En waar onze banken in de finantiee'le wereld
zeer gunstig zijn aangeschreven en vooral door hun
zeer goodkoope wijze van exploitatie, steeds meer
wo-rden vertrouwd, daar ia het de plicht van alle le
den mee te werken, om de bank steeds meer te ma
ken tot hot geldinstituut bij uitnemendheid voor de
streek. Wijzen we in' 't voorbijgaan maar even op de
debacle bij do Hanzebanken met haar grootsch opge
lette bankpaleizen, op do Nationale, enz. ex* stel daar
tegenover ons eenvoudig kantoortje, dat geen oent;
kost, op de werkzaamheden van Bestuur, Raad van
Toezicht en Kassier, die allen te zamen nog geen
f 1500 van de kas vragen. Dat alles maakt onze bank
tot oen vertrouwenélnstel'ling on gelukkig, 't wordt
njeer en meer ingezien al is 't dan ook door men-1
schen niet uit onze omgeving. Van verder gc-legen'
pÖaatsen komen steeds meer personen, die hun, geldi|
van de commorcicelo banken bebbon afgenomen en
't op onze bank plaatsen). Nogmaals, MJL, help 't
oude spreekwoord, dat geen profeet gebeerd) ts in zijn
eigen 'land, de wereld uit.
Na deze korte inleiding een overzicht over do za
ken. Hot aantal loden vermeerderde met 7 en v6r_
minderde door bedanken met 1, het bedraagt aizoo
143. Do rentevoet was, zooaia bekend is, 4, 4# en 5
pet, wat vooral voor do voorschotten niét hoog is,
maar 't is niet t)e doen om rouxomvinsten te maken,
doch om de menschcn te helpen en toch rond te ko
men. Hot getal ingelxrachte spaargelden bedroeg in
1923 f 169070.35. Terugbetaald f 168220.38. Hot totaal
aan -spaargelden schuldig bedroeg f 325357.11. Aan
Rfento werd uitgokoord om bijgeschreven f 12018.04.
27 nieuwe .spaarbankboekjes werden uitgegeven en op
31 Dec. waren etr 351. De voorachottenrekemng geeft
vermindering to zien over de heette lijn: minder te
rugbetaald f 41414, minder vraag maar crodiet f 30500.
Op 31 Dec. waren do voorschotnemers schuldig
f 207054. Aan rente werd ontvangen f 10952.21.8 nieuwe
voorschotboekjes zijn uitgegeven en in omloop zijn
thans 78 boek jee. Do L. R. met de Centr. Bank geeft
minder groote verschillen to zien: Ontvangen werd
f81978.83, uitgegeven f92276.20. Op 31 Deo. had de
bank een, te goed van' f 42829.27.
5 nieuwe L. R. boekjes zijn uitgegeven en zijn er
thans 14 lieden In Rek. Courant. Aan de leden werd
uitgegeven f 138345.35H; van butf werd ontvangen
f 119009.84. Dit. is al zoo een vrij wat vertooogdcr om
zet. Het tegoed van de leden, bedroeg op 31 Dec.
f 80.004.07J4, do .schuld aan hen f48027 Aon merrté weod
ontvangen f 4889.19 en uitgekoend f 306.68. Dat do di
verse uitgaven door den aankoop van materiaal hoo
gor zijn dan aniders is roods vermeld, f 1147.45.
Trotsch onze omzet in 1923 maar weinig hoogor was
dan in 1922, f 449.360,31)4, we den rentevoet op zeer
laag peil hielden, en voor extra hooge uitgaven kwa
men te staan, toch is er nog wat winst gemaakt, nl.
f544.13, waardoor 't rosorvofonds zall stijgen tot ruim
f 8300.
En hiermede, M.H., zoo eindigde épr„ is mijn taak
voor dit jaar weer geëindigd, maar ik wil dit niet
doen zonder hier een woord van openlijken dank to
sprekon aan 't Bestuur en R. van' T-, voor hun har
telijke wijze van samenwerking en voor hun groote
zorgen ion nauwgezetheid, waarmede zij de zaken van
de bank behartigen. Ook een \Voord van dank aan
de leden1 en- aan de spaarders voor het groote ver
trouwen, dat zij luwen kassier schenken. Ik hoop van
harte nog menig jaar met U allen te mogen samen
werken aan den bloei van onze mooie coöperatie.
(Applaus.)
Niemand vroeg omtrent dit verslag het woord, en
bracht de voorzitter een woord van huttde aan den
samensteller voor zijtn uitgebreid' ien accuraat verslag.
Volgt rekening en verantwoording. De voorzitter
verzoekt den rapporteur der Commissie, die dit jaar
de boeken en bescheiden heeft geoontoleerd, daar
van modedeeling te willen doen. De heer P. Nieuw-
land zegt, dat alles in de beste orde is bevonden en
adviseert tot goedkeuring. Hieraan wordt voldaan en
de commissie wordt dank gezgd voor hare moeite.
Bij do Bestuursverkiezing is aan de beun van aftre
den voor het bestuur de heer D. Vries en voor den
Raad van Toiezicht de heer D. Sleutel, die beiden on
middellijk herkiesbaar zijn. Genoemde hoeren wor
den met gTooto meerderheid van stemmen herkozen,
en nomen onder dankzegging voor het in hen gestel
de vertrouwen, hunne benoemingen aan.
De voorzitter feliciteert die vergadering met deze
keuze, want zij; hebben reedis jaren bewezen te zijn
do rechte mannen op de rechte plaats.
Tot plaatsvervangende bestuursleden worden bij
acclamatie benoemd de heeren R. Tromp en S. Bier-
stoker Jz. De eerste, ter vergadering, neemt zijne
horbenoeming aan, terwijl de ander daarvan in ken
nis worden gesteld.
Volgt vaststelling van het salaris van den kassier.
Toegelicht wordt, dat gezien de steeds toenemende
werkzaamheden enz. het bestuur van meening is, niet.
aan bet salaris te moeten tornen. Het woord is daar- i
na aan de vergadering en wordt er gevraagd hoe hoog
het salaris is, en hoe groot de borgstelling van den
kassier is. Beide vragen worden beantwoord en
wordt daarna het salaris van den kassier voor 1924
onveranderd vastgesteld op f 1000.
Bij de vaststelling van den rentevoet wordt opge
merkt, dat er in het verslag gesproken' is van een
niet groote winst. De vrager zegt, is dat ook wél nioo-
dig en daarentegen vindt hij1 de rente van het vaste
ge id ook niet zoo bijzonder hoog. Nadat deze spr. op
afdoende wijze van antwoord is gediend, wordt do
rente der spaargelden vastgesteld op 4 en 4K pet. en
5 pet. voor de voorschotten.
Daarna benoeming van oen comissie voor het na
zien der boekhouding voor 1924. Hiervoor worden be-
noomd de heeren P. Nieuwland, C. Maters en C.
Kant, die allen accepteeren.
Als laatste punt was te behandelen: Statutenwijzi
ging, hetwelk dan ook een geruimen tijd in beslag
nam. De voorzitter deelde mede, dat dit nogal van
beiteekenis was en dat men hiertoe is overgegaan,
omdat de Centrale Bank zulks noodig .heeft geoor
deeld. Toen voor 14 jaar terug de Bank in werking
trad, zijn er wellicht oenige artikelen minder goed
gekozen, maar doocr den tijd verouderen ook de regie
menton. Do Centrale Bank streeft er thans naar om
allo reglementen van de diverse Banken op denzelf-;
don leest te schoeien.
Daarna worden door den secretaris de oudle en de
nieuwe of do gewijzigde artikels voorgelezen en
punt voor punt behandeld. Zoo werd bij art. 2 een
niouwe alinea ingevoegd behelzende de oprichting
van een aparte spaarbank, en ook daardoor zal dau
het zogelplakken komen te vervallen'. Nadat er gc-|
vraagd is of er ook een aparte boekhouding voor noo
dig is, hetwelk blijkt van' niet, wordt dit art. aange
nomen.
Verder worden gewijzigd de art. 4, alinea 6, art. 6,
art. 9. art. 14, art. 15, art. 17, art 20, art 21, art 25,
art. 32, art. 33, art. 34, art. 36, art. 37, art. 39, art. 43,
on art. 46. In olk dezer, artikelen word' eon alinea ge
wijzigd of toegevoogd en daana tpt stemming over
gaande worden deze statuten aangenomen met 35
stemmen voor en 5 vordeelde stemmen tegen en
blanco.
Bij de rondvraag wordt geïnformeerd hoe hoog de
vacatiegelden van het Bestuur en den Raad van Toe
zicht zijn. Het zou wenschelijk zijn, deze om de twee
jaar eens ter tafel te brengen. De vrager wordt naar
genoegen beantwoord en toegezegd een volgend jaaT|
de vacatiegelden te behandelen.
Verder wordt nog gevraagd als men voorschotnemer
is geweest en thans niet' moer is, of men dan ook van
zijn lidmaatschap af kan. Deze wordt geantwoord, d'at
mor voo f 5 dan van alles af is.
Wanneer do statuten opnieuw gedrukt zijn, zal er
voor elk lid een exemplaar disponibel zijn.
De laatste vrager wilde de vergoeding voor verte
ring der leden van 50 cents, op fl stellen, zulks om
het vergaderbezoek te bevorderen. Echter geen voor
stel ervan makende, bleef dit op hetzelfde bepaald.
De vergadering was hiermede teneinde, en dankt
voorzitter de leden voor hunne aangename samen
werking en wensoht hun toe, dat hunne zaken in
192-4 naar wensch mogen gaan en sluit de vergade
ring.
EEN NIEUWIGHEID.
H(enri) P(olak) schrijft in het Weekblad van1 den
A. N. D. B. o.m.:
In een der jongste nummers van The Jeweler's Cir-
cular, komt eene advertentie voor, geplaatst door een
onderneming, die zich noemt The National Diamond
Assemblers gevestigd 439, Fifth Avenue, New-York,
Het Engelsche werkwoord to assemble b ertoe kent:
verzamelen, bijeenbrengen. De naam deer adverteeren-
de onderneming duidt dus aan, dat zii diamanten bij
eenbrengt, samenvoegt in den zin, dat zij van meer
dere diamanten één maakt
Zociets blijkt dan ook uit de advertentie, waarin
o.a. bet volgende staat:
„De National Diamond Assemblero maken bekend,
dat zii op de nationale markt brengen NDA Na 1,
den eersten vorm hunner gepatenteerde diamant-
samenvoegingen.
NLA No. 1 is de eerste werkelijke mededinger van
den engelen brillant. Hij bestaat uit stukken echt
diamant van fraaie kleur, zoo geslepen, dat zij te
zamen een grooten steen vormen. Eiken dag zien
juweelen-'deskundigen NDA voor een diamanit aan,
tot men hun uitnoodagt zorgvuldig te onderzoeken.
Uier beweren dus de ondernemers, aldus de heer
Polak, dat zij groote diamanten aan de markt bren
gen, die bestaan uit een aantal secties.
Dit is werkelijk iets nieuws.
Niet onbekend zijn) de doublette 'brillanten, welker
bovenste helft diamant, terwijl de onderste safier of
glas is. Doch uit verschillende secties, die dus elk
een brok van het slijpsel dragen en verder twee of
drie gladde kanten hebben, samengestelde brillanten,
dat is werkelijk noch nicht dagewezen.
GEKNIPT.
Vier personen, vefdacht van inbraak in het café
Brinkman op de Groote Markt te Haarlem, waarbij
medailles van de Kegelclub Waterpas zijn gestolen,
zijn door de Haarlemsche recherche gearresteerd.
Twee van hen zouden den diefstal gepleegd hebben,
de derde zou daaraan medeplichtig zijn en de vier
de wordt verdacht van heling. Drie van hen hebben
bekend.
AARTSWOUD.
Het woonhuis, bewoond door J. de Beurs, en éigen-
dom van C. Slijboom. te Oude Niedorp, is bij; onder-
handschen verkoop overgegaan aan G. Leien Kz. al
hier.
Een zenuwstilleud middel
dat aan Uw zenuwachtigen toestand een einde maakt
en dat gejaagdheid, onrust en slapeloosheid doet op
houden is een koker Mijinhardt's Zenuwt&tl'etten.
Prijs 75 ct. Bij apoth. en drogisten.
1 Maart 1924.
Deze brief zal over verschillende ondeiwerpenj
gaan, waarvan de Oprechte Haarlemmer Courant
en mijn dagelyksche reis naar Amsterdam de di
recte oorzaak zijn.
Mijn reis naar Amsterdam geeft me tweemaal
daags gelegenheid op te merken, hoe de overkap
ping vordert van de nieuwe perrons van het Cen
traal Station. Als alles gereed is, over enkele maan
den, zal het grootste station van ons land, want
dat is het Amsterdamsche Centraal Station toch
zeker, zes perrons rijk zijn. Cf, dubbel gerekend,
Oost- en Westzijde, twaalf.
Niets is natuurlijker{ dan dat het zien van
het Centraal Station iemand doet denken aan
groote stations in andere landen, en dat men ver
gelijkingen gaat maken. Laten we de stations
van Londen eens nagaan.
Do drie grootste daar zijn, Waterloo, Liverpool-
street, en Victoria-Station. liet laatstgenoemde sta
tion wordt op het oogenblik verbouwd, en zal, als
deze verbouwing klaar is, waarschijnlijk numero
twee op de Londenscho lijst worden, waarop het
nu dne is, en dus Liverpool-street verdringen.
Liverpool-street heeft 18 perrons en< beslaat een
oppervlakte van 16 acres (een acre is 4047 M2.).
Waterloo, met 21 perrons, is 24 acres groot, ter
wijl Victoria Station 19 perrons zal krijgen. Som
mige daarvan hebben, een kolossale lengte, 450
M., terwijl de langste in Liverpool-street maar 270
M. lang zijn, en die van Waterloo nog iets korter.
Toch staat ook Victoria-Station nog niet boven
aan in geheel Engeland, wat perronlengte betreft.
Het Waverley Station .in Edinburgh met zijn 19
perrons, heeft er daarbij van ruim 500 M. Trouwens
ook de stations van Aberdeen en Crewe hebben lan
gere perrons dan Victoria, al halen ze de 500 M.
nog niet.
Van een ander standpunt dan grootte of aantal
van perrons beschouwd, heeft Londen nog weer
een ander station aan het. hoofd staan. Dit is
Clapham Junction, dat er zich jjpi mag beroemen,
dat er elke 24 uur 1730 treinen doorloopen, of ge
middeld 72 per uur; meer dan één elke minuut.
Liverpool-street kan slechts bogen op 1260, Water
loo op precies honderd minder.
In de tweede plaats kom ik aan de dingen,
waaraan de Oprechte Haarlemmer Courant mij
deed denken deze week.
Ten eerste was er een eend,, woonachtig in den
vijver van St. James' Park, die zich voorgenomen
had te verhuizen met al haar kroost, twaalf, stuks,
naar Hyde Park. De wandeling daarheen is niet
lang, maar gaat langs het allerdrukste gedeelte van
Londen, Hyde Park Corner. Volgens de Oprechte
Haarlemmer van 27 Februari I.I., vierde blad pag.
11. heeft de verkeorsagont aldaar het verkeer stil
gezet om moeder eend met haar mollig twaalftal
te laten overwaggelen. Wat het wil zeggen om bij
Hyde Park Corner over te steken kan blijken uit
het volgende staatje:
In het afgeloopen jaar passeerden op één dag,
tusschen 8 uur 's morgens en 8 uur 's avonds 56039
voertuigen Hyde Park Corner, d.i. gemiddeld 78
per minuut. Een waar kunststuk om daar in het
bezit van al ie ledematen den overkant van de
straat te bereiken, wanneer je niet het geduld on
gezond verstand hebt, te wachten, tot een armbewe
ging van den verkeersagent die geheelo goweldigé
drukte een oogenblik .tot staan brengt.
Hyde Park Corner is verreweg het drukste punt
van LondenTrafalgar Square had op één dag in
het vorige jaar 42042 voertuigen tusschen 8 uur
's morgens en 's avonds, Piccadilly Circus 41270,
Marble Arch 35594. Na deze allerdrukste punten
komen pas the Mansion House en Oxford Circus
met ruim 31000 voertuigen, terwül plaatsen als
Hammersmith Broadway, waar ik al heel wat
keeren mijn leven heb gewaagd, zooals ik me tot
nu toe verbeeldde,, eigenlijk doodstil zijn, met. ruim
20.000 voertuigen in 21 uur tijds.
Bovenstaande lijst, die pas gepubliceerd is, toont
een werkelijk onrustbarende toeneming van het
vorkeer. In 1912 passeerden op één dag 41106 voer
tuigen _Hyde Park Corner. In 1923 was dat aantal
met 15000 toegenomen. .Hoe de verkeersagenten,
in Londen er het leven bij weten te houden, wordt
onbegrijpelijk.
Het andere berichtje in de Oprechte Haarlemmer
deed mij denken aan de groote klok Big Ben in
den toren van het Parlementsgebouw. Dat het
berichtie my daaraan deed denken, is, zooals ik nn
bij herlezing er vanbemerk, alleen te verklaren
uit het feit op zich zelf zeer betreurenswaar
dig, dat ik vaak veel te vlug en dus onnauwkeurig
lees. Immers, de Oprechte Haarlemmer spreekt
over een vrouw, die van het uitzichtbordes van den
klokketoren van de Westminster kathedraal is ge
vallen. En een klokketoren is wel een klokketoren.
maar Westminster Cathedral is niet the Houses of
Parliament. Hoe het zij, mijn hersenen hebben de
verkeerde verbinding gemaakt en Big Ben, waar
aan ik verkeerdelijk begon te denkon, moot er zich
nu maar bii neerleggen dat hy in de Schager komt.
Big Ben begint, voor een klok althans, ai op leef
tijd te komen. Over twee jaar viert hij zijn zeven
tigsten verjaardag. Toen hij werd gemaakt, in
1856, werd als voorwaarde gesteld, dat hij nooit
een grootere ^out mocht maken, aan 5 seconden
per etmaal. Van zeer bevoegde zijde werd te ken
nen gegeven, dat dit onmogelijk zou blijken te
zijn voor een klok, die, als Big Ben in een toren»'
gehangen, groote veranderingen van temperatuur
moest doorstaan. Maar de vervaardiger dacht er
anders over en op de een of andere manier, die
zooals ik tot miin schande moet bekennen, me
alles behalve duidelijk is. zoodat ik maar niet zal
probeeren ze na te .vertellen, slaagde hij er in, de
klok zóó te maken, dat ze nog nooit zelfs in da
verte de geweldige fout van 5 heele seconden
genaderd is.
I De aller-allerbeste klok van Engeland is. zoo
als iedere Engelschman zal zeggen, de klok van
Grcenwich, waar wij, toen ik een jongen was, onze
„grindweg^' tijd naar regelden. Maar of de Green-
wichklok werkelijk beter is dan Big Bon, staat, ge
loof ik, nog te bezien. Want terwijl Big Bon in
Augustus staat, of liever hangt te braden in de
zonneschijn, heeft hij. op het oogenblik minstens
evenveel reden als wij om te klagen over den ein-
deloozen winter, üp Greenwichklok daarentegen
wordt behandeld als een kasplantje. Niets wordt
toegestaan in haar nabijheid te komen, wat maar
eenigszins op haar humeur zou kunnen werken.
Zóó, zou je zeggen, kan iedere klok wel goed loopen
Maar nu de fouten van Big Ben. Ongeveer
v£n w mt
l. J J. n,ecnt eten
afgeloopen
jaar is dat 29ö maal geooura. une keeren daar
van was Big Ben 3 seconden voor of achter. Ne
gentig dagen was de fout 1 seconde en 106 dagen
nog minder dan een halve seconde.
De Londenaars, die in de. buurt van Big Ben
wonen, kunnen dus wel tamelijk zeker.zijn, dat hun
horloges of klokken den juisten tijd aanwijzen,
als ze gelijk gaan met de klok van het Parlements
gebouw. Wie rekent er in het dagelijksch leven
met seconden, of kan zelfs nagaan of zijn klok een
of meer seconden achter is? Om nu niet alleen do
buur tgcnoo ten van Big Ben, maar geheel Enge
land op de hoogte te houden van den tijd, dien
hii aanwijst, is men bezig op het oogenblik mis
schien is het nu, terwijl ik schrijf, al klaar een
toestelletje te bevestigen aan de groote klok,
door middel waarvan alle bezitters van draad-
looze toestellen om 7 uur in den middag op werk
dagen en om 3 uur op Zondag het klokkenspel en
den uurslag zullen hooren. Voor de schooljeugd
wordt het zoodoende wel eenigszins bezwaarlijk
met de verklaring te komen, als excuus voor te laat
zijn, dat de klok achter was.
hero zitten, terwijl hij een andere cigaret aanstak.
Zooals hij daar in den hoogen eikenhouten stoel
zat, was het moeilijk te gelooven, dat hij' tot oen der
oudsto, sterkste geslachten van Frankrijk behoorde.
Hij was gewoon er zélf dikwijls cynische opmerkin
gen over te maken.
„Is het niet grappig?had- hij wel eens aan
Robert gevraagd. „Is het niet eeni eigenaardig ver
schijnsel, dat zoo'n leelijk uitgedroogd mannetje als
ik de laatste moet zijn van een geslacht, dat altijd
beroemd is geweest, om zijn schoonheid?"
Hij leefde altijd heel eenzaam. Hij. was nooit ge
trouwd, niettegenstaande hot herhaalde aandringen
van zijn kerk.,
„Er is nog tijd genoeg", had hij altijd geantwoord.
„En bovendien als ik zou trouwen, zou ik mis
schien kindoren kunnen krijgen en stel je eens voor,
dat het allemaal zulke monsters zouden worden, als
ik ben."
In zijn groote huis te Parijs bezat hijl een eigenaar
dige coH'lecüe. Aam ieder voorwerp was oen herinne
ring verbonden, nauw verwant aan zichzelf. In de
achterbuurten van Parijs was de kleine manke graaf
oen welbekende figuur. Uit dat gedeelte was zijn
verzameling gekomenHij had ontzettend veel
goed gedaanOmdat hij zelf zooveel geleden had,
begreep hij ook do smarten van anderen. Robert had
hem op een avond bij toeval ontmoet. Toen hij eens
's avonds op een der Boulevards liep, was er plotse
ling een hand op zijn arm gelegd en opziende, had
hij een klein, bleek gezicht tot zich opgeheven ge
zien. De Saulnes bad hem vriendelijk gevraagd hem
even behulpzaam, to willen zijn. Samen 'hadden ze
een bewusteloos gevallen straatkind in een cab go
dragen en de Saulnes had toen, als vanzelf spre
kend, Robert ook eon plaats in het rijtuig aangebo
den.
Nimmer had Robert dien tocht kunnen vergeten,
evenmin als de grooto toedorheid van de Saulnes
voor het straatkind, dat hij had opgenomen. Nim
mer ook had hij zijn eerste bozook aan de Saulnes'
buis vergeten. IIoowol Robert. gewend was aan schit
terend' ingerichte wonlngon, had hij nog nooit zoo
iets wonderbaar moois gezien als de Saulnes' huis.
Na dien tijd was er eon vriendschap tusschen hen
ontstaan.Iets als do genegenheid van' een kleinen
foxterrier voor oen grooten St. Bernard. Ook had
Robert nooit méér geweten hoeveel hij van Saulnes
was gaan houden, dan in die dagon, dat de kleine
graaf ziek was geweest en bijna was gestorven.
Er was in dien tijd geen dag voorbijgegaan, dat hij
niet aan zijn bed had gezeten on hij had veeil dingen
verentachtzaamd om eon paar uurtjes bij de Saulnes
te kunnen zijn. IIool dikwijls ziet mon, dat de vrienid-
schap tusschen twee absoluut verschillende personen
het langste duurt en het trouwste is. Zelden was er
tenminste grooter onderscheid gezien dan tusschen
deze twee menschen. De Saulnes was een kleine,
zwakke man, die zich zelden volmaakt goed voelde...
in zekeren zin een idealist, hij was ook heel dikwijfl-s
cynisch en was dol op studeeren en lezen. Robert
daarentegen was, vooral 'in dien tijd, een iman, die
■v;eel hield van sport.jagen, roeien schermen,
boksen, die bitter weinig om boeken gaf en echt
„profitait du npoment".
De Saulnes geeuwde even, en als het ware in ant-
woard daarop, werd Robert wakker. Hij stond op, en
rekte zich uit.
„Ik voel me waarachtig beter, Johimie", lachte Ro
bert.
„Dat heb ik je wel gezgd, RobertIk ben een
profeet., maar zo schijnen me in mijn eigen land niet
te willen eeren. Vertel me nu eens, oude jongen:
waarom ben je eigenlijk hier in Florence?"
Robert dacht een- oogenblik na. Zou hij het hem
vertel'len? Hij was altijd gewend geweest, de Saul
nes alle mogelijke dingen van hemzelf te vertellen,
maar hier was het een ander gevalgold het iets
dan zijn gewone avonturen.
Hij keek hem recht in de oogen. „Omdat ik ge
lukkig ben", antwoordde! hij na een kleine pauze.
De Saulnes keek op.
„Wie is het dezen keer?" vroeg hij lachend.
„«et is niet het gewone.... JohnnieHet is nu
het echte."
„Je bedoelt, dat het zeker pas kort geleden begon
nen is?"
„Needat niet Gewoonlijk begrijp je dadelijk,
wat ik bedoel. Ik zei je al: dit is het echte."
Do Saulnes boog zich voorover. „Ik geloof je", zei
hl] eenvoudig. „Ik aöou heel graag willen, dat je Toni
eens Ontmoette." Ze ié heel erg jong nog.pas acht
tien", zol Robert
.Achttien?" herhaalde de Saulnes.... „Robert....
het is niet fair, Jongen."
Robert kreeg een kleur.
„Luistert eerst even naar me", begon hij. HIJ ver
telde! hen* Toni's geschiedenis van het begin tot het
einde. „Na Charies' dood was er niemand, ging hij
voort Niemand.... begrijp je wel. En in het begin
wist ik ook absoluut niet, dat ik al zooveel van haar
hieldHet kwam plotseling op een dag, dat ik
haar mee naar buiten had genomen. Ze wad zoo een
zaam, zie Je, en ze was haast nooit vroolijk of opge
ruimd. Dien dag zei ze tegen me: „Het is afschuwe
lijk, aÜS het telkens weer voorjaar wordt en er is nie
mand die van jé houdt. Vanaf dien dag geloof ik pas
dat ik werkelijk van haar heb gehouden. Voor dien
tijd voelde ik me tot haar aangetrokken en vond
ik haar ook geestig, maar dien dag wist ik
hoeveel ik van haar hiel<L Maar ik geef je mijn
woord van eer, dat ik haar volkomen eerlijk behan
deld heb. Je weet telf wel, dat ik altijd gewend ben
gweeat om alles wat ik hebben wilde, te krijgen.
Maar Toni heb ik voor haarzelf willen behoeden. Het
was niet alleen om haar jeugd, maar het was ook om
haar grenzettoos vertrouwen ip* mij.... en toen,...
toen kwam er een dag. dat ik het eenvoudig niet
langer uit kón houdenIk nam me toen voor om j
weg te gaan, hierheen, om de zaken van.' mijn ge
storven vriend te regelen.En toen even voordat
ik weggingtoen ontdekte ik, dat ik haar niet
missen kon...."
Gedurende eenige minuten heerschte er een ddo-
deïijke stilte. „We hebben sindsdien hier samen ge
woond in de villa en wij zijn gelukkig geweest
Mijn God, wat zijn we gelukkig geweest."
„Ik zal haar. heett graag ontmoeten, Robert, maar
het zal dezen keer niet kunnen gebeuren, want ik
moet met den nachttrein naar Parijs terug. Waarom
heb ik je niet een paar dagen eerder mogen ontmoe
ten? Het is ontzettend jammer. Maar we zullen nu
maar op een volgende maal hopen, hè?"
Ze praatten nog een tijdlang over alle mogelijke
andere dingen en toen ging Robert heen.
De Saulnes keek hetm na. In volgende jaren kon!
de Saulnes nimmer de gelukkige, stralende uitdruk
king van Roberts oogen vergeten, toen hij afscheid
van hem nam en weer terug ging naar het meisje,
dat hem „het echte" had gegeven
HOOFDSTUK 21.
Als Robert Graaf de Saulnes niét was tegengeko
men, had hij Fane, die 's morgens in de villa waa
aangekomen, ontmoet.
HIJ was daar om ongeveer een uur aangekomen.
Toni ontving hem in de zitkamer met haar zacht-
rose bekleede meubeltjes. Zo glimlachte zelfs tegen
hemhetgeen Fane echter niet terugdeed.
„Is Robert thuis?" vroeg hij kortaf.
„Ik denk, dat hij tegen een uur of vier zal thuis
komen."
„Goed, dan zal ik wachten.
.Doe dat", zei Toni. Ze lachte. Fane was zoo'n on
mogelijk iemand, en hij kon zich dikwijls geweldig
slecht gedragen. Hij legde zijn hoed en wandelstok
op de sofa neer en keek haar aan.
„Voor jou is het heel gemakkei ijk om te ilachen.
Maar wtjde familie.wü hebben de echande te
dragon."
Toni keek hem voor een paar seconden ernstig aan.
„Jij bent toch niet aansprakelijk voor mUn daden,
zou ik denken!"
„Dat is wel mogelijk.... Maar op ons komt toch
in ieder geval de schande neer.Luister eens. To
ni, we hebben zooveel mogelijk nog getracht alles
voor d^ buitenwereld verborgen te houden, hoewel
de hemel mag weten wat ze ervan op de Club zeg
gen. Maar, zooals ik je al zei, ik ben hierheen geko
men, om je te vragen, van Robert weg te gaan.
Je kunt nog altijd naar Duitsch'land gaan en mis
schien zal niemand er dan ooit wat vanaf weten."
Tond lachte„Dus je biedt me aan om naar
Duitschlan'd te gaan inplaats van dit alles.Een
betrekking als gezelschapsjuffrouw, inplaats van bij
Robert te zijn, dien ik aanbiden die dol op mij
is. Beste Fane, ben je niet wijs, of wat is er met je
aan de hand?"
Fane haalde de schouders op. „Ach ja, het is stom
van mij om het nog te probeeren. Ik had ook eigen
lijk >wel vooruit kunnen weten, wat je antwoord zou
zijin. Het kan jou natuurlijk niets schelen, of Daphne
met me trouwt of nietJij begrijpt zeker niet
waarom).Maar Daphne is een onschuldig rein
meisje, en haar familie wil geen toestemming geven,
zoolang als jij hier met Robert blijft leven. Tante
Hetty zei me wel, dat het nuteloos zou zijn en ik ben
een idioot, dat ik me maar niet aan haar gestoord
heb, in plaats van hieriieen1 te komen. Alsof je bij
iemand zooals jij bent, nog eenig schaamtegevoel zou
kunnen verwachten."
Toni keek hem recht in de oogen. „Je zegt, dat je
van Daphne houdt?"
„Ja en heel erg veel ook."
„Beteekent dat, dat je dingen voor haar zoudt
kunnen Opofferen?" Fane staarde 'haar. aan. „Na
tuurlijk".
„En toch schaam je je er over, dat lk. wat men
noemt „mijn reinheid" opgeofferd heb aan Robert.
„Er is een groot verschil tusschen van eten meisje
te houden en met haar té willen trouwen, dan met
iemandte leven, zooals jij doet"
„Met is niet Robert's of mijn schuld, dat we Piet
kunnen trouwen. Hij zou morgen met me willen trou
wen, als hij maar kon."
„O, geloof je dat werkelijk?" zei Fane bruut.. .La
ten we het hopen. Het is echter gemakkelijk genoeg
voor hem om dat te zeggen, terwijl hij heel ^goed
weet, dat zijn vrouw nog wel jaren 'leven kan.
i Toni's oogen begonnen .te vlammen. »Als Je nog
een keer zooiets durft te zeggen, laat ik je het huis
uitzetten. Versta je me?" -i.
mGoed, dan zal ik gaan", zei Fane geërgora. „Ik
was een idioot, om het nog te probeeren. Hu draaide
zich' om. Toni liep hem na. „Fane zei zij zachtjes.
.JZeflfsals ik niet kan doen, wat je grang gewüd
had, gelloof je niet, dat Je iets vriendelijker tegen
n* sou kuimon sijnr Wordt VOTVoIgd.