r Ons Volksonderwijs. Br&SS-^stssjss. ft ^^wuenh^ttF^V-Hoe is TWEEDE 8.LAU feuilleton. VROUWENLIST. SWWISFi.tV'V - MIJNHARDT's Zenuw-Tab!*een .75* Laxeer-Tajletten 6o« Hoofdpijn-Tabletten 60 Sirmeolandsch Nieuws» Dinsdag 20 Mei 1924. 67sle Jaargang. INo. 7437. Het gaat in de laatste twee jaren met ons volks onderwijs in snel dalende lijn. Scheen het bij het optreden van Minister de Visser, onzen eersten mi nister voor onderwijs, dat de zaak der volksopvoe ding in goede handen was en met kracht werd aan gepakt, toen eenmaal het bezuinigingsproces in ons land aanving, was het merk waardiger of liever on begrijpelijker wijze, dezelfde Minister, die beleen hy zcoeven opgebouwd had, met razende snelheid ging "'ca^ook het onderwijs niet geheel aan de tWll- niging zou kunnen ontkomen, was duidelijk. Maar men had mogen verwachten, dat met groote om zichtigheid ware te werk gegaan, opdat alleen het. bepaald overtollige, bet naar weelde zweemende ware verwijderd. Het mocht echter niet zoo zijn: de invallende ge dachte bepaalde wat veranderd zou worden en van eenig streven bij Minister de Visser om het werk van zijn departement te verdedigen was niets te be speuren. En toen Minister de Geer door Minister Colijn werd vervangen, waa het hek geheel van den da\vij zullen de laatste zijn, om Minister Colijn in zijn methodes van bezuiniging te verdedigen, maar om hem, zooals velen doen, den hoofdschuldige voor het ondermijnen van het onderwijs te ndemen, daar aan) doen wij niet mee. Minister de Visser is voor dezen tak van dienst de verantwoordelijke persoon en evenmin als de heeren Van Dijk en Westerveld voor oorlog zich alles hebben laten welgevallen, had de heer De Visser zich dit moeten laten doen. Het lager onderwijs, dat na de bevrediging door het nieuwe grondwetsartikel een geheel nieuwe wet geving had gekregen, waarin tal van lang verwach te verbeteringen eindelijk waren opgenomen, scheen den goeden weg op te gaan. De man, die in 1900 nog tegen den zes-jarigen leerplicht had gestemd, stelde ruim twintig jaar later zelf een zeven-jarigen leerplicht voor en slechts een zeer gering aantal Ka merleden stemde daartegen. Het aantal leerlingen per klasse werd verminderd; de opleiding werd verbeterd en vooral werd gezorgd dat de onderwijskrachten eerst op lateren leeftijd in de school zouden worden toegelaten, opdat -zij beter voor hun taak zouden berekend zijn. Het vervolgonderwijs, dat tot nog toe maar niet tot bloei scheen te kunnen, komen, werd aanmerke lijk bevorderd, doordat de Regeering een millioen aan subsidie voor dit onderwijs op de begrooting uittrok. De nijverheidsonderwijswet bracht regeling in den chaos van het,ambachts- of vakonderwijs en milde uitkeeringen maakten de oprichting en instandhou ding van. nijverheidscursussen en scholen gemak kelijke 70 Procent der kosten moeten door het Rijk en twintig procent door de Gemeente worden opge bracht, zoodat waar leerlingen waren, ook scholen en cursussen konden tot stand komen. In een tijd, dat alles om ons heen nog feitelijk in brand stond, werd gewerkt aan de versterking van onze volkskracht op 'n wijze, die er op berekend was, de beteekeniisvolle plaats, die onze natie onder de andere volken op gebied van algemeene ontwikke ling inneemt, haar te doen behouden, ja deze te ver sterken. En thans is dat alles reeds gedeeltelijk veranderd en worden nog allerlei maatregelen genomen en voorbereid om dezen aanval op onze volkskracht voort te zetten. De leerplicht voor het zevende leerjaar zou eerst voor twee jaar worden uitgesteld, thans luidt het voorstel verschuiving tot 1 Januari 1930. Terwijl voor ongeveer 90 pet. van ons volk, de lagere school het eenige opleidingsinstituut is, wordt het zoo noo- dige zevende leerjaar niet meer verplichtend gesteld. Of nu de jongens en meisjes een twee jaren straat slijpen, vóórdat zij volgens de Arbeidswet tot fabrie ken en werkplaatsen mogen worden toegelaten, de Minister schijnt daar niets van te voelen, hoewel ook van ,de rechterzijde vooral van Roomsche leden ernstige stemmen daartegen opgaan. Het aantal leerlingen per onderwijzer, dat reeds in 1922 vergroot was, wordt opnieuw1 vermeerderd; voor ten hoogste elke*48 kinderen wordt slechts één onderwijzer vereischt, zoodat op het platteland voor al de scholen ten zeerste zullen achteruitgaan. Voor een school met 48 leerlingen vergoedt het Rijk slecht» het salaris van één leerkracht, die dus aan. zeven klassen moet onderwijs geven. En om dit te maskeeren worden de assistenten Naar aet Euselsch van C. N. en A. M. WHX1AH80N Bewerk» door W. J. A. ROLDANUS Jr. „Kijk oons," gin? Beverley voort, „ik heb nie- mand anders dan jou, Oio. Als ik mijn man iets vertel, moet ik hem alles vertellen. En dat durf ik met. Niet, dat ik hem niet vertrouw. Maar ik heb een ^ed gezworen, welke nog tienmaal heiliger is dan die van jou daareven, dat ik een geheim be waren zou, dat niet alleen het mijne is. Het leven 7a? ^^fft af van "het feit, dat het ge heim bewaard bl^ft. Om dat leven te redden was T7v,°Ilfireai i -i rï?®11 waaraan ik met" afschud Je ®en Paar dingen vertellen en i?. ffi/CLtJgebruiken om het mysterie tmnw *!la tei t0011 belcler hoofd en bent beb je bewezen. Onderstel din0. rtr.4i oerBtel, dat je een gevaarlijke zen- rriwuSPii» gepomen hebt. Je hebt sommige docu- nmkm? *>uden bunnen "zi. f" JS, Je, dat je achtervolgd 00 het iufff /JïïïS-iM01 toéan, maar je kunt n«( oofrenbhkin een coupé Jpringein. Je maarden ÜÏa— denpene, dien je verw&cht, maar een anderen, die evenzeer te vreezen is heel wIt^Zmer is, h^een*£LS d?r «"eloppe onder eerst c-fwr»nnff Vandaag wordt zij voor het ben zun^vftrdwSof9 erin gezeten heb- ie biSfna^or <iaanr°or ba de plaats vondt «He io hl de?eme' uitgevonden, Jongww en meisje» vwn 16 J«*n, die geen enkele bevoegdheid behoeven te bezitten maar die do school ingestuurd worden om onder leiding van een onderwijzer werkzaam te zijn; deze leiding kan echter ook uitgevoerd worden, als onderwijzer en assistent in verschillende lokalen staan, zij het dan ook met openstaande verbindingsdeur. En van Regeeringszijde wordt gejuicht, dat er op deze wijze 7000 onderwijzeressen) zullen kunnen worden aan den dijk gezet. Van de verbeterde opleiding komt dus natuurlijk niets; waartoe opleiding, als er geen onderwijzers noodig zijn? Het millioen .van het vervolgonderwijs is van de begrooting afgenomen en in buitengewoon veel ge meenten is daardoor dit onderwijs verdwenen. Wordt de Minister hiervoor ter verantwoording geroepen, dan vraagt de Minister smalend: waarvoor stellen de onderwijzers zich dan ook niet belangeloos voor dit onderwijs beschikbaar? alsof de Minister zelf voor niets werkt! Het nijverheidsonderwijs, waarvoor volgens art. 25 de Rijksuitkeering van 70 pet. moet gegeven worden, als de school aan bepaalde eischen voldoet, wordt onwettig behandeld door een willekeurige uitleg ging van het Departement dat „wordt vergoed" leest als „kan worden vergoed", zoodat aan vele tiental len van scholen deze uitkeering niet Is verstrekt. Wij zouden kunnen doorgaan, en telkens zou blij ken welk een eigenaardige opvatting de huidige Mi nister heeft van heit grondwetsartikel, dat het ander wijs tot het voorwerp van den aanhoudenden zorg der Regeering verklaart. Het scheen op onderwijsgebied zoo mooi in de richting te gaan van wat de vrijzinnig-democraten reeds bij de oprichting hunner partij in 1901 in hun program schreven, nl. dat er naar gestreefd moet worden, de ontwikkelingsvoorwaarden voor ieder zooveel mogelijk gelijk te maken. Maar thans voert de Regeering ons steeds meer en meer van dien weg af: de gefortuneerde zal van' al deze wetswijzigingen voor zijn kinderen weinig nadeel hebben. Niet alles is voor geld te koop maar goed onderwijs nog wel. Doch de middenklasse, de onvermogenden, zij rullen het zijn, die de nadeelen lijden. En kortzichtig is hij, die den invloed hiervan op de toekomst van onzen staat niet inziet; kortzichtig en dus ongeschikt om den zetel, dien hij thans bekleedt, langer in te na. men. Vooral daar er geen andere lijn in zijn voor stellen te bekennen is dan die der bezuiniging. De ga ve gulden is veel waard, maar het gave volkaonwi derwijs, waardoor de gave guldens nu en in de toe komst moeten verdiend' worden, nog veel meer. Als Colijn dit niet wist, had de Visser hem dat j moeten leeren. A"»oth. en Drogisten. HEERHUGO WAARD. Zondagmiddag werd in het lokaal van den heer Rus ter voorbereiding tot het groote zangersfeest, 29 Juni te Alkmaar te houden, een groepsrepetitie ge houden, waarvoor een zevental vereenigingen uit de ze omgeving was aangeschreven en welke mede werd bijgewoond door een aantal belangstellenden, zoodat de kolfbaan geheel gevuldi was. Door den heer Sasburg van Benningbroek, die do leiding zal hebben van. de ensemble-nummers: 1. Schaemt U niet, 't armoedig schijnen en 2. Het Ronds lied, welke door ongeveer 1200 zangers, van een groot aantal vereenigingen samen gezongen zullen, worden, werd de bijeenkomst geopend en daarbij- vooraf eeni ge algemeene opmerkingen .ten beste gegeven, waar na appèl werd gehouden. Hierbij bleek, Koedijk niet te zijn opgekomen, weshalve deze vereeniging geen deel aan den samenzang zal kunnen nemen op het zangersfeest. Hierna werd overgegaan tot repetitie van eerstgenoemd lied; eerst afzonderlijk met bas, met tenor en met alt, daarna alle stemmen samen. Vooral bij de voor-repetities met de afzonderlijke stemmen werd'en door den leider tal van, opmerkin gen gemaakt en verschillende wenken gegeven, wel ke hij- hoopte, en wat hij ook verwachtte, dat ten zeerste ter harte genomen zullen worden, aangezien het anders vrijwel onmogelijk zal zijn, om met 1200 zangers en zangeressen zoodanige eenheid; te krijgen, dat iets ten gehoore gebracht zal kunnen worden, dat aanspraak mag maken, op den naam ensemble-zang. Het lijkt ons inderdaad voor den heer Sasburg een bijna onmogelijke taak, dit .te bereiken, aange zien niet alle leden van een zangvereeniging zangers en zangeressen zijn niet alleen, doch vooral ook, om dat (en we meenen dit wat ons spijt het te moeten zeggen het meest onder dames te hebben opge merkt) niet bij allen de ernst aanwezig blijkt te zijn voor de zoo noodzakelijke aandiacht. We schrijven dit laatste niet voor ons pleizier, doch achten' het in 't belang der zaak, deze opmerking te maken; wellicht mag ze nog van eenigen invloed zijn voor die groep- repetities, welke nog gehouden moeten worden. Mocht er van den samenzang te Alkmaar niet zoo veel te recht komen als er bij gebrek aan genera- lerepetitieo van te maken ia, ik geloof niettemin, „Maar hö ia geen oogetnblik in de nabijheid van Rog... van den man, die... .och, ik kan je gerust zeggen, dat Roger die enveloppe voor me bewaard heeft. En den naam van den apder zal ik je ook zoggen. Hij zou me strakjes toch ontvallen. Hij heet Justin O'Reily." „O'Reily herhaalde Clo. „Hoe durft de ploert denzelfden naam te hebben als ik?" „Ja, hij lijkt er wel op," zeide Beverley. „Maar er is een O* bij en ie spelt hem anders." „De ploert. Als hij zijn naam niet verandert, doe ik het. Maar afgezien nu van zijn naam, hij moet je brieven gestolen hebben. Kan ie je nog precies alles wat gebeurd is, herinneren?" Beverley sloot haar oogen en begon hardop te denken, ,/s Ochtends na net vertrek vertelde Ro ger me, dat hij een kennis gesproken had... een ze keren O'Reilly. Hij had er niet het flauwste ver moeden van, aat die naam voor mij alles beteeken- da Znhadden slechts een paar woorden gewisseld1, toen Rogor onder het ontbijt langs zijn tafeltje kwam. Toen kan er niets gebeurd zijn, dat weet ik. Daarna heb ik niet meer gehoord, aat zij elkaar gesproken hadden. En als dat het geval gevfoeet was, zou ik het zeker gehoord hebben, geloof ik. Roger was een groot gedeelte yan den tijd bü mij, Te Chicago....'' „Ja, te Chicago?" herhaalde Clo, toen Beverley plotseling ophield. „Ja, ik probeer me precies te berinneren wat er gebeurd is. Roger hielp mij instappen. O'Reily stond al op het perron naar iemand uit te kijken daar had het tenminste allen schijn van. We gingen vlak langs hem heen, maar toch niet zoo dicht, dat ook de handigste zakkenroller uit Amerika de enveloppe van Roger had kunnen stelen.", „Waar was de enveloppe toen?" vroeg'Clo. „In den binnenzak van Roger's jas; geen overjas. Het was September en heel warm." vZou het voor iemand, die de enveloppe graag hebben wilde, niet makkelijk geweest zijn om te zien, dat Mr. Sands iets langs en diks in zijn bin nenzak had en daaruit de gevolgtrekking te maken wat het was?" „Gevolgtrekkingen kan iedereen maken. Maar zekerheid hebben kan niemand. Het zou meer in het oog gevallen zijn, als Roger zijn jas 'dichtga knoopt gedragen had. Maar dat "deed hd met opz' t „Maar doordat rijn jas niet diohtgeknoopfc was, «Jat tater grtf aal ftjefcfrnen. dat dm rfe* aan O» leiding geweten kan worden, walk», naar h«t on» voorkomt, aan zeer goede handen ia toevertrouwd. Na de repetitie van: Schaemt U niet enz. werd het Bondslied gerepeteerd, waarbij door den leider o.i zeer terecht werd opgemerkt, dat niet door allen het mooie en pittigê van dit lied werd gevoeld, wat toch niet gezegd mag worden van een Bondslied. Hebben we goed opgemerkt, dan was dit aam de zijde der da mes meer te bespeuren dan bij dé heeren. Mét na druk werd er door den1 heer Sasburg op gewezen, dat de ensemble-liederen niet van het blad gezongen zullen worden, teneinde alle aandacht te kunnen schenken aan de leiding. Toen hierna nog eens het eerste lied werd gezongen, zal ieder de overtuiging hebben gekregen, dat de groepsrepetitie hier inder daad vruchtbaar is geweest. Vervolgens zong Dirkshom nog: De sterren staan te branden, en De herdertjes lagen bij nachte; Hensbroek, Avondschemering en Heenhugowaard: Zondagmorgen en Molenaar» dochtertje, naar welke liederen door de aanwezigen met genoegen werd ge luisterd. Tenslotte drukte de leider dén aanwezigen zan gera op het hart den ndet aanwezigen leden hunner vereeniging te wijzen op de gemaakte op. en aan merkingen en de goedbedoelde raadgevingen, waar na de bijeenkomst met een woord van dank ook aam belangstellenden en de per» werd gesloten, WINKEL. BIJ Koninklijk besluit van 3 Mei 1924, no. 29 ls, j met vernietiging van de beschikking van' deni Minis- ter van Oorlog, aan den dienstplichtige W. Ploeger, lichting 1924, alsnog voor den tijd van 1 jaar, vrij stelling van den militairen dienst verleend. WINKEL. Het jaarlijkech onderzoek van verlofgangers der lichtingen 1913, 1Ö14 en 1915 (voormalige Landweer- lichtingen 1919, 1920 en 1921) zal voor zooveel deze gemeente betreft, worden gehouden op Dinsdag 17 Juni ba in de gemeente bewaarschool alhier, ANNA PAULOWNA. De stationschef, de heer P. Krispijn, die reeds als zoodanig naar Driebergen is vertrokken, zal door een haltechef worden opgevolgd. Het station Anma Pau* lowna wordt dus tot een halte gedegradeerd. - BREEZAND. Zaterdagavond 17 Mei Meld het Onderlinge Vee fonds te Anna Paulowna een algemeene vergadering in het lokaal van den heer Jb. Borst te BreezantL De voorzitter, de heer P. Nieuwland, heet de aan wezigen welkom. Het spijt hem, dat dit aantal zoo gering is, maar hij hoopt nietemin, dat de bespre kingen van dezen avond zullen zijn in het belang van het fonds. De secretaris, de heer P. List, leest hierop de no tulen, welke onveranderd worden goedgekeurd, met dank voor de goede weergave. Vervolgens doet de penningmeester, Insgelijks de heer P. List, rekening en verantwoording van zijn beheer over het afgeloopen boekjaar 1923. De be scheiden zijn nagezien door een commissie, bestaan de uit de heeren G. Philipsen, J. Keizer en C. Schil derman, welke commissie, bij monde van den heer Philipsen verklaart, allee volkomen in orde te heb. ben bevonden. Het r>lij kt, dat over het tijdperk 1 Dee. 1922 tot en met 30 Nov. 1923 is ontvangen: aan contributie f4361.3H, aan gestorven vee f864.50, tezamen f 5225.88H. Er ia uitgegeven: voor gestorven vee f 4065.93X; aan administratie, bmndessurantie enz. f 760.88X; tezamen f4826.82. Er is dus een saldo van f 399.06 X. Aan. het fonds zijn overgegaan 15 koeden en t pin ken, tezamen 17 stuks. - Uit het overzicht, dat de penningmeester geeft van den toestand over het tijdvak 1 Dec. 1923 tot 17 Mei 1924 blijkt, dat aan contributie werd ontvangen f 1756.17)4, voor gestorven vee f240.50, dua de ont vangsten, met inbegrip van het saldo ad f 399.06 >4, bedroegen totaal f2395.74. Uitgegeven werd: voor gestorven vee f 1396.50, aan administratie, brandassurantie, plakzegels, enz. f317.45, tezamen f1713.95. Er is al zoo een saldo van f 681.79. Het vaststellen van de premie voor het volgende jaar geeft aanleiding tot heel wat discussie. Het be stuur stelt voor om 2 pet. te heffen, daar het zeer wenschelijk wordt geacht, een reserve te hebben. De heffing zou dan in tweeën geschieden. Een saldo van bijna f700 is wel heel aardig, maar met het oog op het heerschende mond- en klauwzeer zou het we! kunnen zijn, dat het fonds spoedig voor verliezen zou komen te staan'. Het meerendéel blijkt daar echter niet vóór. Ook het Bestuursvoorstel, om dan in elk geval 1H pet te heffen, vindt weinig bijval. Ten slotte wordt besloten, dat de premie weer 1 pet. zal bedragen, maar het Bestuur krijgt machtiging om nog K pet te heffen zoodra men, door die uitkee ringen, het saldo zou moeten aanspreken. Het Bestuur stelt verder voor, dat men het vee- verlossingsapparaat niet meer zal gebruiken. De er varingen met het gebruik daarvan opgedaan, blijken bij de aanwezigen zeer uiteen te loopen. Enkelen loopen zeer hoog met het apparaat anderen noemen het een moordtuig, de meeaten spreken zich echter uit in zeer afkeurenden zin, hetgeen de heer A. Schenk aanleiding geeft om te zeggen, dat er hier geen enkel veeverlossi ngsapparaat is, dat deugt, maar dat de goede uitstekend, werken. Besloten wordt was het gemakkelijker de enveloppe te stelen., wan neer iemand, die neel handig was, een kans daar toe waagde." „Misschien. Maar O'Reilly kan nooit zoo iets ge daan hebben. Daarvoor zou Je een getrainden zak kenroller moodig hebben." „Kan je uit die Limited-treinen telegrammen ver zenden?" vroeg Clo verder. „Ja, natuurlijk." „Heeft die O'Reilly tijd genoeg gehad om, nadat hij jou in den trein gevolgd was, naar Chicago te sei nen, dat er iemand aan het station moest komen?" „Ja, tijd in overvloed". „Nou, is het dan niet mogelijk, dat hij aan detec- tiven geseind heeft, dat zij hem den handigsten zak kenroller uit Amerika moesten sturen?" „Maar de politie heeft zoo iets niet.... kunnen doen." „Ik bedoel de echte politie niet", legde Clo uit „Heb je nooit boeken over particuliere detectiven ge lezen? Ik wel. Die laten bekeerde dieven voor zich werken. Kan je je herinneren wat O'Reilly gedaan heeft, toen jullie beiden hem op het perron: voorbij waren?" „Neen, ik heb niet omgekeken." „Dus dan weet je ook niet of de persoon, op wien hij scheen te wachten, gekomen is?" Beverley knikte van- neen. „Roger en ik gingen regelrecht naar den krantenkiosk, waar ik ver wachtte iemand te zullen zien. Twee of drie minu ten, nedat we O'Reilly voorbij waren, stonden we in een dichte menigte, waar we ons een weg door moes ten banen...." „O, een dichte menigte!" viel Clo haar in de rede. „Een prachtkans voor dien zakkenroller, Stel je eens \oor, dat hij onmiddellijk nadat jullie O'Reilly voorbij waren, gekomen is en hij toen jullie zijn ge- treinden dief achterna gestuurd heeft om die enve loppe ie stelen!" „O, maar je vergeet één ding!" riep Beverley uit „Een dief kan de enveloppe gestolen hebben, dat geef ik toe. Maar hoe kou hij een precies eendere enveloppe hebben met dezelfde zegels en hetzelfde monogram, om in Roger's zak te steken, terwijl hij de oorspronkelijke er uit nam?" „Dat kan alleen mogelijk geweest zijn, als O'Reilly hem die heeft kunnen geven. En heeft hij dat ge kund? Plotseling begon alles voor Beverley duidelijk te worden. Haar oogen kregen een heel andere uit drukking. eindelijk, sohoon ztfot zzwt algemeen» rtwautu, 6M d» leden die het apparaat gebruiken, geen uitkee ring van het fonds zullen krijgen, wanneer hun vee tengevolge van dat gebruik mocht sterven. Bij de rondvraag wenscht de heer G. Wonder, dat de niet aanwezige leden van dit besluit in kennis worden gesteld, Eenige stemmen: Ze zullen het wel In de krant le zen! De heer Wondér: Jawel, maar een courantenver slag is niet officieel en men zou zich kunnen veront schuldigen, het niet gelezen te hebben. Het Bestuur belooft, aan den wensch van den heer Wonder te zullen voldoen. Daar de rondvraag verder mlets oplevert, sluit de voorzitter de vergadering met een woord van dank voor den aangenomen toon der gehouden besprekingen. DOODGEREDEN. De motorrijder A. EL, Jur. student te Leiden, ta Vrijdagavond tusschen Ede en Arnhem met groote vaart tegen een yrachtwagen gereden. Hij was ter stond dood. De justitie stelt een onderzoek in. AUTO'S SMOKKELEN. D» Duitsche grensbeambten zijn een amokkellary van auto's en motorrijwielen op groote schaal van Nederland1 naar Duitse hl and op het spoor gekomen. In den tijd dat de koens van het Duitech geld erg daalde werden groote partijen auto's naar Neder-, land! verkocht, die mu weer bij nacht on schemer naar Pruisen worden gesmokkeld. Als de aanvoer der van een wijdvertakte smokkelaarsbende wordi een Nederlander te Bellingwouda beschouwd; die in Duitschland zijn helpers heeft zitten. HET CONFLICT IN DE TWENTSCHE TEXTIEL. NIJVERHEID. De besturen van het R.-K, Vakbureau en het Christelijk Nationaal Vakverbond hebben zich in 'n uitvoerigen brief tot dien minister van justitie ge wend in verband' met de gebeurtenissen te Enschede. Zij hebben den minister verzocht te laten nagaan, door welke oorzaken het mogelijk was dat de leden der R. K. en Christelijke organisaties niet voldoende beschermd werden en vervolgens, of zoodra het weer noodig mocht zijn, zij er op kunnen rekenen, dat hun leden voldoende beschermd zullen worden tegen eventueele molestatie en intimidatie. HET CONFLICT BIJ -WERKSPOOR". De rijksbemiddelaar bij arbeidsgeschillen, oud- minister van IJsselsteyn, heeft de directie van „Werkspoor" en een bestuurslid1 van1 den Metaalbond uitgenoodig<I, tot een bespreking a.s. Dinsdag in den Haag te houden. Eenzelfde uitnoodiging is gericht tot de WJ het conflict betrokken arbeidersorganisaties. Met elk der partijen zal afzonderlijk worden ver gaderd; de rijksbemiddelaar .beoogt het inwinnen van voorloopige informaties, OPMEER. De afdeellng Opmeer en omstreken van de Hol- landsche Mij. van Landbouw zal op 2 Juni eene keu ring van hengsten, paarden, veulens en ketten hou den. Daaraan zal des middags een concour* hip- piqué verbonden zijn. Het programma bevat tevens eene expositie van wolvee, pluimgedierte en konij nen. Landbouwwerktuigen, bloemen en planten wor den ter opluistering aangenomon. Secretaris van de commissie van uitvoering is de heer G. Dirkmaat, Opmeer. VERKIEZING. Bij de verkiezing van 2 leden van het Bestuur van den polder Anna Paulowna zijn de aftredende le den, de heeren K. A. Kaan «nCD. Rezelman al» Hoofdingelanden herkozen. HELD ERL Ds. W. Br. Onnekes te Helder, heeft wegens ver trek als predikant naar de Hervormde gemeente te Paramawlo, Suriname, eerst ontslag gevraagd met de bevoegdheid van emerituspredikant De afscheids rede zal gehouden worden 25 Mei. Het vertrek is pe* sa „Prins der Nederlanden", 28 Med a.s. TRAGISCH. Te Wouw vierde de vorige week het echtpaar van der Heijdenvan Ceel het gouden bruilofst- feest. Thans zijn beiden in één week overleden. DE BEZUINIGING BIJ DE SPOORWEGEN. De directie^ der Ned. Spoorwegen heeft bepaald, dat voorloopig geen bureel-ambtonaren meer zul len worden benoemd, ook al is voldaan aan de be palingen, genoemd in art. 9 A.V.U. Door de organisaties van het personeel ia nu aan de directie verzocht, deze aangelegenheid in een der eerstvolgende oonferenties van vertegenwoordi gers van het personeel met de directie te mogen bespreken en intussohen de toepassing van don maatregel voorloopig op te schorten. DE DUBBELE MOORD TE WYCHEN. De Tel. meldt dat tegen alle drie verdachten in de Wychensche moordzaak rechtsingang is ver leend Piet yan don B. heeft nu ook bekend, doch Van M. blijft hardnekkig ontkennen. Het verleden der gearresteerden is voor geen van drieën gunstig. Van Munster, die nog steeds hardnekkig blijft ontkennen, hoewel thans ook Piet de verklaringen van Kees van den Broek volledig heeft onderschre ven, is 12 maal veroordeeld en bracht in totaal roods 10 jaren in de gevangenis door. Ook de ge- broodera Van den Broek hebben eenige veroord ee- lingen achter den rug. „Heb Je let* bedacht?*1 riep Clo uit. „Begrijp Jo hoe O'Reilly aan het zegel met het monogram cn de gouden lak en een enveloppe als die Jij hadt, geko men kan zijn?" „O ja, dat begrijp ik", kreunde Beverley. „Hij kan die dingen meegebracht hebben van van Maar dat is van minder belang. Daar heb jij niet mee te maken." „Ik wil alleen maar weten wat jij wilt, dat ik weet", zeide Clo. „Het is geen quaestie van willen. Het is mijn hei lige eed", antwoordde Beverley. „Er was een huis. waar ik geweest ben om de enveloppe ite halen. O'Reilly was daar ook. Iemand.... het komt er niet op aan wie!.... heeft hem al die dingen kunnen geven, zoodat hij de enveloppe heeft kunnen ver wisselen, als hij daartoe de kans kreeg. O, kind, ik blijf voortstrompelen naar een pad, waarop ik geen voet durf zetten." „Wij zullen naar den trein teruggaan", zeide -Clo, „Wanneer O'Redlly den gouden lak en het zegel en de goede soort enveloppe had, heeft hij zijn plan kunnen opmaken, telegrapheeren en alles voor het juiste oogenblik klaar hebben.... op het perron in Chicago." „Ja Ja, dat heeft hU gekund. Maar het la bijna onmogelijk." „Maar toch mogelijker dan dat Mr. Sands de en veloppe verwisseld heeft, niet?" „Dat is het eenige onmogelijke. Maar het enigste is en blijft dat ik de papieren kwijt benl Of O'Reilly ze heeft of een ander, ik kan ze niet moer terugkrij gen. En zander die papieren ben ik geruimeerd." „Dat zal niet gebeuren", riep Clo uit, terwijl rij haar magere armen om het middel van haar afgod sloeg. „Je moet op de een of andere manier gered worden. We hebben tot tien uur tijd om te denken." „Als ik de eenige was, zou het zoo erg niet zijn", zeide Beverley. „Maar er is nog een ander, die zoo wel gemarteld als gedood kan worden, indien ik niets geven kan. Die papieren geven me al de macht die ik had." „Zou geld nietbegon Clo, maar Beverley viel haar onmiddellijk in de rede. „Het geld, dat ik bij elkaar kan krijgen, beteekent niets. Een millioen mogelijk!' „O'Reilly te spreken zien te krijgen en hem de pa pieren doen teruggeven 1" riep Clo. „Maar is hij in New York?" „Hij woont niet in New-York, maar hij is op het oogenblik hier. Ik weet het, omdat de man .met wien

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1924 | | pagina 5