Polder „Het Koegras".
weg*
Zaterdag 31 Mei 1924.
67ste Jaargang. No. 7443.
tV**'
Vergadering van Dijkgraaf, Heemraden en Hoofd
ingelanden op Vrijdag 30 Mei 1924, des middags half
twee, in Hotel „Bellevue" te Helder.
Voorzitter de heer Jb. Verfaille, Dijkgraaf, Secreta
ris de heer A. J. de, Jongih, opzichter de heer H. G.
Th. Mann.
Aanwezig, zijn verder de heeren P. Glas, J. v. d.
Veer, C. Dito, D. Sleutel H. Bakker, G. de Beurs, G.
W. Jimmink A. A. Kikkert, A. Noot, Mr. Laman
Trip en Zeeman.
Na opening volgt lezing der uitgebreide notulen,
die onveranderd, onder dankzegging aan den secre
taris, worden goedgekeurd.
Voorzitter deelt mede, dat van de heeren Loopuyt
en Blankman telegrammen van verhindering zijn
ontvangen, de laatste wegens ongesteldheid.
Op 29 Maart. 1.1. is met de levering van electriciteit
begonnen en het waterleidingbedrijf in werking ge
steld, terwijl op 23 April de nieuwe Duinweg offi
cieel is opengesteld.
Met de voorziening van electriciteit en waterleiding
is gebleken, dat in een lang gevoelde behoefte is
Voorzien, terwijl door den nieuwen Duinweg de laat
ste ontbrekende schakel is aangebracht om ons we
gennet te completeeren. Spr. meent goed te doen op
deze plaats nog eens dank te betuigen voor den steun
door de betrokken autoriteiten verleend.
Nu de voltooiing van den Duinweg een feit is ge
worden, wordt voorgesteld tot overname in beheer en
onderhoud door onzen polder, een besluit waartoe
reeds in principe is besloten. De voorwaarden zijn
eensluidend als die voor den Strooweg en Doggers
vaart—Middenvliet, zoodat het Dag. Bestuur meent
dat er geen bezwaar is het onderhoud op ons te ne
men.
Voorzitter brengt dit voorstel reeds in stemming,
doch de heer Laman Trip informeert naar de jaar-
lijksche onderhoudskosten.
Voorzitter meent, dat deze zaak buiten beschouwing
blijft. De polder bevestigt slechts, waartoe reeds in
principe is besloten. Hoeveel de kosten van onderhoud
zijn, zal in den loop der jaren blijken.
De heer Laman Trip vraagt zich af of er voor dien
weg een afzonderlijken arbeider moet worden aange
steld. De gemeente Callantsoog heeft een deel van
den weg in onderhoud, ligt het nu ook op den weg
om steun te vragen aan de gemeente Helder? Spr.
meent dat de leden nu toch tegen kunnen stemmen,
en anders behoeven we niet te stemmen.
Voorzitter herinnert, er aan dat reeds vroeger bij
bespreking der plannen het voornemen bekend was
den weg na voltooiing in onderhoud aan onzen pol
der over te dragen. Een besluit daartoe kon natuurlijk
niet eerder genomen dan na het gereed zijn van den
De heer Laman Trip zegt dat deweg is aangelegd
onder toezicht van onzen polder. Is dan nu nog noodig
dat de vergadering stemt? Met het oog op den niet
al te gunstigen toestand van den weg, zou het toch
kunnen, dat de vergadering besluit den weg niet
over te nemen. Stel je voor dat de polderlasten bijv.
niet fl of f2 worden vermeerderd door dezen weg.
Voorzitter zegt dat we in dat geval in gedrang kwa
men met ons besluit van voorheen. Destijds hebben
we die kosten onder de oogen moeten zien. Nu de
weg gereed is, is het onze taak den weg in onderhoud
over te nemen. Daaraan kunnen we nu niet meer
ontkomen, ook al zouden later de kosten f 1 of f 10
meer worden.
Door den secretaris wordt voorgelezen heb besluit
dat ter goedkeuring aan Ged. Statefi zal worden
gezonden.
De heer Jimmink kent de voorwaarden van on
derhoud voor den Strooweg niet, maar wijst wat den
Duinweg betreft, op de a.s. groote kosten van onder
houd, omdat, de weg in slechten toestand verkeert.
Voor den fietser is het bijna levensgevaarlijk en de
motorrijders durven bijna niet uit te wijken.
Voorzitter is van oordeel dat deze kwestie langs he
te nemen besluit loopt. Op 23 April was de weg goed
en de omstandigheden zijn mede oorzaak, dat. de weg
niet is zooals ook wij hem zouden wenschen. Wan
neer er meer water gevallen was, zou dat beter zijn
geweest. Het is onaangenaam dat er basalt in het
midden van den weg wegzakt., maar dat hebben wij
ook meegemaakt met de Middenvliet. tot Strooweg.
Het materieel dat voor hen weg is gebezigd, is vol
doende geweest. Dat er nu iets. te bemerken valt, zien-
ook wij in. Wanneer echter onze eisch in den be
ginne zoo was geweest, zou de weg er nooit zijn ge
weest. Aan den weg is een geschiedenis verbonden.
Laat de polder nu maar de laatste loodjes leggen,
ook al zijn ze misschien zwaarder dan we dat zou
den willen wenschen.
De heer Laman Trip wijst op de consequentie van
een dergelijk besluit en vestigt de aandacht op de
kans van verstuiving van den weg, wanneer de
helmbeplanting onvoldoende is. Spr. zou in de voor
waarden willen opnemen dat in dat geval de pol-
er niet verantwoordelijk is voor de kosten door die
verstuiving aan het onderhoud verbonden.
Voorzitter zegt, dat wanneer er duinverstuiving
j?■uaV% ,}3eft he de laak van het Rijk is te zovgei
dat dit in orde komt. Komen er evenwel gaten in de
bermen, dan is het de taak van den polder het in
orde te maken. De begrenzing van den weg wordt in
de voorwaarden duidelijk aangegeven.
De heer Laman Trip vindt het toch beter de bepa
ling in de voorwaarden op te nemen.
De heer v. d. Veer wijst er op, dat. de polder nog
jaarlijl s geld aan he Rijk betaalt. Els er dus wat
hapert aan de helmbeplanting kunnen we er op wij
zen.
Ook voorzitter zegt, dat wanneer er een klacht
wordt ingebrachit over verstuiving, er altijd direct
in wordt voorzien. Spr. vindt het een beetje eigen
aardige houding als de polder dan nu nog weer een
dergelijke bepaling maakt, als de heer Laman Trip
wil.
De heer Mann. opzichter, meent, dat men gerust
kan wezen, wat de verstuiving betreft, want de be
planting van den Koegras Zeedijk is in uitnemen.
den staat van onderhoud. En wanneer er oversrui.
ven mocht plaats hebben, zou er spoedig in worden
voorzien.
De heer Laman Trip handhaaft zijn voorstel om
een bepaling in de voorwaarden op te nemen, dat
kosten, veroorzaakt door duinverstuiving. niet ten
laste van den polder komen.
Voorzitter brengt dit voorstel in stemming, het
wordt verworpen met 7 tegen 5 stemmen, vóór stem
den de heeren Bakker, Zeeman, Kikkert, Jimmink en
Laman Trip.
Met algemeene stemmen wordt daarna besloten tot
overname in beheer en onderhoud van den Duinweg.
Aan de orde komt de rekening en verantwoording
over 1923, nagezien door de heeren De Beurs en
Blankman, die itot goedkeuring adviseeren.
De ontvangsten bedragen f 26648.25, de uitgaven
f23055.19 en sluit de rekening alzoo met een batig
van f3593.06.
Dit komt in hoofdzaak door:
meerdere ontvangsten dan was geraamd op de
posten: deposito rente f70, verkoop van grint f625;
:en door mindere uitgaven dan was geraamd op
de posten: uitvoering Pensioenwet 1922 f300, bag
geren van vaarten en slooten f1335; onderhoud van
sluizen f325, onderhoud van bruggen enz. f780, en
diverse kleine posten f 158. Totaal f 3593.
Toen, in het najaar, het baggeren in de vaarten
zou worden voortgezet, kon dat niet geschieden
eerst door den hoogen waterstand en later door
den ingevallen vorst. Om dezelfde reden is werk
aan de sluizen en aan de bruggen, dat reeds was
aanbesteed, niet kunnen doorgaan.
Het Dag. Bestuur stelt zien voor, later een sup-
pletoire begrooting aan te bieden, waarbij over het
saldo geheel of gedeeltelijk voor het loopende
dienstjaar zal worden beschikt, ten einde in dit
jaar de vroeger voorgenomen werken alsnog uit
te voeren.
Zonder bespreking wordt de rekening goedgekeurd
De geloofsbrieven van de nieuw gekozen hoofdin
gelanden, de heeren Jimmink en Zander, worden
nagezien door de heeren Laman Trip en Kikkert.
Nadat tot toelating was geadviseerd, en 'besloten
wenscht voorzitter den heer Jimmink geluk met. zijn
herbenoeming en verwacht dat hij steeds als tot nu
toe getoond, zal willen medewerken in het belang
van onzen polder*.
Vervolgens wordt overgegaan tot benoeming van
een dijkgraaf, wegens periodieke aftreding van den
heer J. J. Verfaille.
De stemming heeft tot uitslag dat de heer Verfail
le met 11 van de 12 stemmen, 1 stem blanco, wordt
herbenoemd.
Voorzitter dankt de vergadering voor het. in hem
gestelde vertrouwen, en hoopt, gelegenheid te heb
ben nog eenige jaren de belangen van den polder te
behartigen, mede met behulp van de overige be
stuursleden en niet het minst van den secretaris en
den opzichter. Felicitatie volgt.
Aan de orde wordt gesteld een verzoek van het ge
meentebestuur van Callantsoog om f 100 subsidie
voor verbetering van de brug over de Scheiding3-
vliet bij Duinweg.
Voorzitter licht toe, dat de draai bij de brug aan
den kant vanuit Koegras zoo scherp is. dal meerma
len wielrijders komen te vallen. De kosten van ver
betering worden geraamd op f300 en de gemeente
Callantsoog vraagt nu van ons finantieelen steun
tot een bedrag van f 100. Het Dag. Bestuur heeft de
ze zaak besproken, maar het acht het gewensebt
het oordeel van de vergadering te hooren.
De heer Zeeman vraagt., of men de brug wil ver
anderen, of den weg daar.
Voorzitter zegt. dat men aan den Noordwestkant
een stuk aan wil brengen, waarop de heer Zeeman
als zijn meening kenbaar maakt, dat dan f300 wel
licht te weinig geraamd is.
Voorzitter noemt dat de zaak van de gemeente
Callantsoog. Bovendien het is eerder te prijzen dan
te laken als men een voldoende verbetering wil
aanbrengen voor een laag bedrag.
De heer Jimmink heeft van den heer Kruisveld
gehoord, dat men de brug 3 meter wil verbreeden.
Dan komt er wel een geschikte bocht en wordt
de breedte der brug ongeveer 8 meter.
Voorzitter zegt, dat wanneer de vergadering
besluit de gevraagde subsidie te verleenen, hot
Dat kan, meent het bestuur, wel aan zijn preten-
Dag. Besttur toch van plan was, eerst betere inlich
tingen te vragen over de wijze van verbreeding.
tie worden overgelaten.
De heer Zeeman acht verbetering wel nuttig,
maar de gemeente Callantsoog heeft vroeger ge
maakt dat de toestand niet goed is.
De heer Jimmink ziet toch in de verbetering be
lang voor Koegras.
De heer Zeeman vindt verbetering wel noodig,
maar toch is het meer een Callantsooger belang.
Voorzitter zegt, dat men zich kan afvragen of het
belang voor Koegras groot genoeg is, om daarvoor
de gevraagde subsidie te verleenen. Niet kan men
zich altiid op het Standpunt plaatsen dat, om
dat een ander de toestand heeft gemaakt, men zich
van het verleenen van steun moet onttrekken.
De heer Jimmink vraagt, waar de provincie veel
op heeft, met wegverbetering of niet aan provincie
of aan het Hoogheemraadschap om steun kan wor
den gevraagd.
Voorzitter zegt, dat deze vraag aanhangig ge
maakt zou kunnen worden bij het gemeentebestuur
van Callantsoog, maar nu hebben wij te beoordeelen
of de verbetering ons 't gevraagde bedrag waard is.
De heer Jimmink vindt van wel, wanneer de brug
3 meter verbreed wordt.
De gevraagde subsidie wordt met algemeene stem
men toegezegd; alleen hield de heer Sleutel zich bui
ten stemming, omdat, hij in beide college's zitting
heeft.
Bij de rondvraag vestigt de heer Zeeman de aan
dacht op het vele kroos in de Middenvliet. Is die
vaart goedgekeurd?
Voorzitter zegt, dat deze zaak de aandacht van
het Dag. Bestuur heeft. Verschillende factoren heb
ben -tot dezen toestand meegewekrt en
reeds is opdracht gegeven om na te kroozen. De
toestand is over 't algemeen zoo, dat al overwogen
is of nu reeds het krooswerk moet worden aan
besteed.
Blijkens mededeelingen door andere leden, zijn ook
andere vaarten niet in een goeden toestand.
De heer Zeeman vraagt, of de wegwerkers mis
schien aan het krooswerk gezet konden worden.
Voorzitter zegt dat dit niet gedaan is oin den
schijn te vermijden, dat we de wegwerkers willen
gebruiken voor het bedrag dat voor het kroozen
is ingehouden.
De heer Jimmink denkt 3at bij den aanlog van
electriciteit en waterleiding door de vaarten geen
goed toezicht is gehouden, want hij vreest dat
de leidingen hier en daar niet op voldoende diepte
liggen.
Voorzitter zegt dat. er dienaangaande voorschrif
ten bestaan en hij betwijfelt of deze vrees van den
heer Jimmink wel reden van bestaan heeft. Wan
neer toch werkelijk de leidingen te eondiep waren
gelegd, zou dat èn voor het electrisch bedrijf èn voor
de waterleiding een bedenkelijk geval wezen. Spr.
kan zich ook niet voorstellen, dat het toezicht van
de gemeente zóó was, dat een dergelijke toestand
mogelijk is.
De heer Jimmink wijst op de mogelijkheid do lei
dingen te beschadigen met het baggeren.
Voorzitter zegt, dat de maten zijn aangegeven en
blijkt., dat de leidingen niet op diepte liggen, dan is
dat een verzuim van de bedrijven en is de schade
voor hun rekening.
De heer Jimmink vond dat de menschen hier en
daar zoo gauw klaar waren met het baggeren. Bijv.
bij Jn. Hoogschagen en bij den heer Sleutel betwij
felt spr. of de kabel van het electrisch licht op vol
doende diepte ligt.
Naar aanleiding van een opmerking van den heer
Mann, zegt de heer Jimmink niet het. oog te hebben
op de hoofdleidingen, maar op de leidingen naar de
particulieren.
Voorzitter zegt. dat in ieder geval rekening ge
houden kan worden met dp opmerking van den
heer Jimmink en zij ter kennis gebracht kan wor
den bh' ae gemeentebesturen van Helder en Cal
lantsoog.
De heer Jimmink zegt dat ten aanzien van het
slootwerk de eigenaren verplicht zijn de slooten
in orde te hebben.
Spr. heeft gehoord dat bijv. in 1921 iemand daar
toe is aangeschreven, maar het nu nog niet is ge
beurd. Op die manier zouden er meer onwillige
menschen komen, want zij die hun slooten direct
in orde hebben laten maken, hebben daarvoor duur
arbeidsloon moeten betalen.
Voorzitter zegt, dat de slooten herhaaldelijk door
het Dag. Bestuur worden gecontroleerd, maar dat
dikwijls met verschHlende belangen rekening moet
worden gehouden. Wanneer dan blijkt dat de men
schen van goeden wil zijn, wordt het wel eens een
jaar verschoven. Verleden herfst echter heeft het
weinig gespeeld of op 2 nunten zou het slootwerk
door den polder zijn aanbesteed en dan op kosten
van xle betrokkenen. Als blijkt dat er onwil is,
worden de menschen niet meer aangeschreven.
De heer Jimmink zegt, misschien wel, verkeerd
te zijn ingelicht, maar hem is een geval meegedeeld,
waarbij 21 maal is aangeschreven geworden. Dat
moest dan betreffen een sloot bij Delver, in de plaats
\an Biersteker.
De heer v. d. Veer deelt mede, dat daar gewerkt
is, de schutten er nog inzitten, maar de menschen
toen uitgevroren zijn. Na dien was slooten niet mo
gelijk, omdat er bouwland ligt.
Voorzitter zegt, dat die sloot ter sprake is geweest
hij het polderbestuur.
De heer Sleutel doet mededeeling over de wijze
van toezicht op de slooten door liet Dag. Bestuur. In
het gedeelte dat door spr. en den heer Glas wordt
gecontroleerd, gaan de slooten er algemeen uit. Wat
de opmerking over de dure arbeidsloonen betreft, de
menschen die hun slooten direct in orde hebben, la
ten maken, hebben daarvan wel zoodanig geprofi
teerd, dat de meerdere kosten daardoor gedekt zijn.
De heer Jimmink wijst er verder op, dat het wa
terleidingbedrijf niet overal de slooten weer goed
heeft opgeleverd na den aanleg van waterleiding.
Voorzitter zegt, dat deze kwestie reeds door het
Dag. Bestuur is besproken.
De heer Laman Trip hoeft opgemerkt, dat in het
noorden van den polder in plaats van een brug een
dam wordt gemaakt. Komt daar eens duiker in
en heeft de polder daarover iets te zeggen?
Voorzitter zegt, dat het polderbestuur zich
dat recht maar heeft aangematigd en bij don Staat
heeft aangedrongen op het maken van een brug,
omdat dan werd verkregen een betere vaartbewe
ging on men ook beter de landerijen zou kunnen
bereiken. Al was het maar een brug van 4 meter.
Ook met het oog op de wenschelijkheid van het
hebben van een fabrieksterrein was een brug ge
wensebt. Evenwel van „Oorlog" is een afwijzend
antwoord ingekomen.
Hierna volgt sluiting.