-Misae MitRlHBMI
FhicscheBmi
Zaterdag 20 Juni 1924.
67ste Jaargang. No. 7458.
DERDE BLAD.
Een Wereldrijk, een slier
en een roode vlag.
FEUILLETON.
VROUWENLIST.
Zis inderdaad
delicaat
Binnenlandscb Nieuw»
Sir William was Sir William niet meor. Ik her
kende hem gewoonweg niet. Ik had hem nog nooit
in zoo n stemming gezien en Lady X., zijn vrouw,
had plotseling zulk een haast om weg te komen en
zooveel excuses om niet tijdig voor den lunch terug
te zijn, dat ik begreep dat er iets in de war was.
Lady X. is wel presidente van Womcns lnstitute
en allerlei andere vereenigingen, is wel steeds
bezig jnet liefdadigheid en wat al niet moer, zoo-
dat naar vertrek geen voorwendsel behoefde te zyn,
maar er rammelde toch iets.
Toen Sir William en ik alleen waren em hy een
nieuwe pijp gestopt en aangestoken had, stelde ny
mij .voor eens te gaan kijken of de patryzen het
goed deden, ondanks al het onweer dat we ge
had hadden.
Wij waren nog niet lang onderweg of Sir William
begon zyn hart te luchten, allereerst met de ïntro-
ductie: ..Vrouwen begrijpen dat zoo niet
Sir William was op Wembley geweest en had
daar do cowbov-vertooning in het Stadion gezien.
1 Nu is het. met do Britsche tentoonstelling op Wem-
bley een gek geval. Het wordt geen groot succes. Ik
geloof dat dit komt omdat het te nationaal is. Alles
ie er Britsch. De Industrie, die men ziet, is Britsch,
de Steenkolenmijn in Britsch, de Kunst is Britsch,
Canada is Britsch, Australië is Britsch, zoo gaat
het maar door met Dominions en Kolonies of hot
i Nieuw-Zceland of de Bermudas of do Bahamas,
de Pungab of Kennya, of West-Afrika is, alles is
Britsch.
Het verveelt den Brit. Het eenige brokje van het
Wereldrijk, dat schittert door afwezigheid is do
Iersche Vrijstaat.
Die Iersche Vrnstaat is en blijft een doorn in het
Britsche vleesch. Hun vlag is ook alweer ón-Bntsch.
Alle dominions hebben innun vlag een hoekje gere
serveerd voor 'de Union Jack, in de Iersche vlag
zoekt men dat te vergeefs. Dat spreekt boekdeelen.
Ware Zuid-Ierland wel vertegenwoordigd op
Wembley; wellicht was het er dan wat lolliger.
Het is er nu geweldig saai, het is er te degelijk.
Met al die degolykheia biedt het niets nieuws. Alles
schon dagewesen. Men mist er het buitenland. Mon
mist er do inventiviteit en de geest der Franschen,
de immitatiekunst der Duitschers. Vooral echter
mist men wat van een tentoonstelling zoo'n gezel
lige nonsens maakt, dat internationale gebabbel,
dat doof elkaar tollen van Britten, Hollanders,
Noren, Russen, Franschen, Duitschers, Polen, Tur
ken, Italianen, Ru menen, Hongaren, Chineozen,
Algerijnen en wat al niet meer.
In Wembley is alles Engelsch.
De West-Afrikaansche neger praat even goed
Engelsch als de Australiër.
Men mist die gezellige ondegelykheid, die eigen
lijk de saus is. waarmede de tekortkomingen van
alle tentoonstellingen worden weggemoffeld.
Die saus ontbreekt op Wemley, men ziet daardoor
te veel de tekortkomingen, gaat er één maal heen
en zegt: It is not worth the trouble. Je hebt be-
rfcrekkelyh een lange reis er heen, wordt doodmoe
door d© geweldige afstanden, je ziet steeds hier iets
of daar iets. wat je niet bevalt en do internatio
nale saus. die je weer in de stemming zou brengen,
ontbreekt.
Do Wembley-ten toonstellingscommissie werd ra
deloos. De hertog van Dèvonshire. die President is,
heeft niet geaarzeld herhaaldelijk de Koninklijke
familie in het vuur te brengen. Die is er verschei
dene malen heengesleept en de couranten beijver
den ^Zioh om het feit te vermelden, en dan een
verhaal op te disschen over de belangrijkheid yan
do tentoonstelling, waarvan de Koninklijke familie
maar niet genoeg kon genieten.
Natuurlijk trok dat wel weer menschen, maar
voor één keer.
Men verveelt zich op Wembley.
Ik kom altijd met hoofdpijn van een tentoon
stelling terug en met het gevoel, dat jk bij den neus
f ©nomen ben door allerlei internationale slimme-
ingen. Maar toch heb ik gedurende dat afzetten
door die internationale rakkers mij wel geamuseerd.
Van Wembley kom je ook inet hoofdpijn thuis,
maar zonder eenige herinnering aan een grappig
voorval.
Men gaat geen tweede keer.
Naar het En-elsch van C. N. en A. E WILLIAMSON
Bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr.
20.
HOOFDSTUK XXII.
Roger Sands dineerde dien avond alleen in zyn
club. Vele kenissen begroetten hom, toen hij, heel
laat, binnenkwam en binnen zestig seconden had hij
tien invitaties om te dineeren. Hy sloeg zo echter
alle zonder eenige aarzeling af.
In de hoop een bepaald iemand aan te treffen,
was Roger naar de club gegaan. Hij had zich te
genover Beverley geëxcuseerd mot het voorwendsel
van oen afspraak, omdat hij alleen wilde zijn.
Ln een plotseling opkomende opwelling had'hij
de aan justin O Reilly geadresseerde enveloppe
meegenomen. Later" had hij gevoeld, dat zijn ge-
hecle handelwijze van af het oogenblik, dat bij de
kamer binnengegaan was, tot dat, waarop hij was
uitgegaan, totaal verkeerd geweest was. Hy had
pch misschien, ondanks Miss Blackburne's smeek
bede, aan Beverley moeten laten zien, toen zij bin
nenkwam. Als hy dat gedaan had, zou hij de waar
heid omtrent die enveloppe gehoord hebben. Wan-
noer Beverley haar man op zoo'n oogenblik zag, zou
zp zich verraden hebben, dacht Roger, als er ten
minste in verband met de enveloppe iets te verraden
viel. Was het belangrijk geweest om die te verstop
pen, dan zou zy dat onmiddellijk geprobeerd heb
ben te doen. Had O'Reilly die bij ongeluk laten
liggen, dan zou Boverley's onverschilligheid haar
10 Rogeris oogen van alle schuld vrijgepleit hebben.
Hy kon er natuurlijk niet aan denken aan Bever
ley te bekennen, dat hy zich verborgen gehouden
en de enveloppe weggenomen had. Zij zou waar-
schynlyk zeggen: f,Ik had nooit gedacht, dat jij
laag genoeg< zou zyn om mij te bespieden. Waar
om neb je je niet als een flinke kerel laten zien
in plaats van je te verbergen?'"
Neen, hy zou Beverley niet zeggen, dat hy ge
tuige geweest was yan die scène tusschen haar en de
parelenrygster, en evenmin, dat hij verantwoorde
lijk was yoor hot verdwijnen van O'Reilly's enve
loppe. Zy mocht denken wat zy wilde over het ver
dwijnen daarvan, evenals hy Roger vrij was
Plotseling kwam er belangstelling voor Wembley.
Het on-Engelsche element daagde 0?: ^en hoorde
en ^ag plotseling een woord dat niet Engelsch
klonk. Het woora Rodeo.
Ah, de Engelschman werd opmerkzaam. Trou
wens, de Engelschman die door Londen liep, zich
van niets bewust was en plotseling zyn hoed
achterna kon ïoopen en daarna zag, dat die hoed
door een lasso door sen cowgirl vanuit een taxi ge*
worpen, af gekegeld was; begreep langzamerhand
wel wat Rodeo beteekende. Het beteokondë iéts
heeli on-Engolsch, want wio zou er nu in Engeland
aan denken zich met iemand anders te bemoeien,
laat staan iemands hoofddeksel af te gooien.
Rodc-o is het woord, dat men ia Argentinië ge
bruikt voor een feestelijke bijeenkomst van cow
boys en cowgirls. In het stadion zou nu eiken dag
een Rodeo plaats hebben.
Cowboys uit Canada zoowel als uit Argentinië,
waren tioor de goede zorgen van een hnpressario
naar Londen gebracht, ten einde daar in het sta
dion van Wembley voorstellingen te geven voor
het publiek.
Deze voorstellingen zouden echter tevens als by
een werkelijke Rodeo gelegenheid geven, ïnödé to
dingen naar prijzen, uie uitgeloofd worden aan
degenen, die de behendigsten zyn.
Sir William was nu naar Wembley geweest, naar
de eerste Rodeo.
Aanvankelijk was het een schitterende vertooning
geweest, liet Stadion, dat. 120.000 menschen kan
bergen, bevatte circa 100.000 bezoekers.
liet binnenrijden der cowboys en cowgirls uit
Canada. Amerika, Australië, Nieuw Zeeland, Ar
gentinië en zoo voorts was heel aardig geweest.
Daarna werden allerlei vertooningen gegeven zoo
wel door cowgirls als door cowboys.
Hoofdzakelijk behendigheid in lasso werpen, lasso
zwaaien en paardrijden. Een der cowboys staat
op zijn kop te paard en raakt met zijn lasso, dio hy
in deze houding werpt, zyn doel.
Toeren in een circus zijn er niets bh. Het berijden
der bronco's is schitterend. Ik heb altijd goed kun
nen paardrijden, maar toen ik dit rijden zag, kreeg
ik medelijden met mezelf.
Die bronco's gaan botken en slaan en springen,
dat de stukken 'er af vliegen. Toch blyft de be
rijder er meestal op. Ik zeg meestal, want er liggen
een paar berijders in het Gasthuis.
Daarna kwam steer-roping. Het opvangen der
stieren of ossen met de lasso. Al dadelijk was een
deel van het publiek onrustig geworden. De ïm-
pressario zei, dat het ontevreden studenten waren
geweest, Hoe dit zei, de publieke opinie verzette
zich meer en meer tejjen liet „steer-ropen". Toen
ten slotte een stier by het gevangen worden met
de lasso, die om zijn horens geworpen werd. op
de "knieën viel en een poot brak, was de publieke
meening bepaald vijandig. Hetgeen pleit voor het
fatsoen en ae dierenliefde van het Engelsche volk.
Lord Beaverbrook. de eigenaar van de Daily
Express, heeft dadelijk party te$en bet mishandelen
der ossen getrokken. Sir William werd verzocht
er tegen te schrijven. -
Sir William is sedert met meer goed te spreken.
Hij heeft zich aan het dieren mishandelen geër
gerd, maar wat zal or nu van de Wereldtentoonstel
ling terecht komen?
Eindelijk kwam er trek naar Wembley, eindelyk
was er iets bijzonders, iets on-Engelsch, waardoor
de menschen in grooten getale kwamen naar Wem
bley, waar de oer-degelyko tentoonstelling gehou
den wordt van het Britsohe Wereldrijk. Wanneer
we nu die Rodeo onmogelijk maken dan is de trek
pleister weg en kan men do tentoonstelling wel op
rollen. n
Buitendien, de cowboys komen bijna allemaal
uit de Dominions^ van het Wereldrijk. Zij komen
om mede te dingen naar groote prijzen en
willen daarin niet verhinderd worden.
Mon zal yan die cowboys en cowgirls vijanden
van Engeland maken, die, teruggekeerd in de bin
nenlanden van hun respectievelijke Dominions, even
zoo vele anti-Engelana-propagandisten gaan wor
den en daardoor de Empire, het Britsche We
reldrijk, in gevaar brengen.
Wij kunnen geen anti-Engeland-propagandisten
in onze Dominions verdragon, zegt Sir William,
die twee jaar geleden een reis over alle Dominions
gemaakt neeft en er dus over kan oordcelen.
Die cowboys en cowgirls zouden gevaarlijke propa
gandisten zijn. want zij trekken door de geheele do
minion en hebben eiken avond gelegenheid hun mee
ning ten beste te geven.
Het Britsche wereldrijk heeft heusch geen stier
noodig om nog meer ongenoegen te maken dan er al
ls tengevolge van het roode ministerie, dat zich niet
houdt aan de afspraken, gemaakt tijdens de Imperia
le Eerste Ministers Conferentie in het najaar van
1923 gedurende het kabinet Baldwin.
Zie wat er in het Lagerhuis gebeurd is met do Pre-
ferentieele Rechten voor de Dominions!
De heer Baldwin heeft op werkelijk keurige en zeer
zakelijke wijze de voorkeursrechten voor' dominions
en koloniën van het Britsche wereldrijk verdedigd.
Hij werd daarin bijgestaan door meerdere conserva
tieven, terwijl ook de heer Lloyd George alhoewel
niet krachtig en te draaierig voor de motie-Bal-
dwin sprak.
De liberalen Asquith en Sir John Simon stonden
wnV
ÊEM
echter weer geheel aan de rtjdo van het roode mi
nisterie, dat van voorkeursrechten binnen de gren
zen van het wereldrijk, evenmin Iets wil weten dan
van protectie in het algemeen.
Bij de stemming is Lloyd George weggeloopen, na
voor een gedeelte der motie ..afgepaard" te hebben
met den socialist Ben Turner.
De stemming is zeer belangrijk voor Engeland.
Met 279 stemmen tegen 274 is de motie.Baldwin
verworpen. Een verschil van slechts 5 stemmen.
Van de 257 conservatieven was er maar 1 afwezig
en paarden er 6, die niet aan de stemming konden
deelnemen, met tegenstemmers af.
Vijf socialisten, éen onafhankelijke en negentien li
beralen stemden voor de mctie-Baldwin, terwijl 166
Socialisten en 111 liberalen er tegen stemden.
Hieruit blijkt, dat Asquith en Simon de meerder
heid der liberalen met zich mee hebben en dat die
vrij rood is. Sir John Simon, van OuitschJoodsche
origine, wordt, niet erg vertrouwd wat het Britsche
wereldrijk betreft en Asquith is oud.
Dat deze uitslag niet bepaald gunstig is voor de
toekomst der eenheid van het Britsche wereldrijk is
zeker.
De eerste ministers en hooge commissarissen der
dominions hebben dan ook hunne ontstemming niet
onder stoelen en banken gestoken, doch hopen nog
op betere dagen nu de voorkeursrechten slechts met
5 stemmen meerderheid weggestuurd zijn. Allen wij
zen er echter op, dat het feit waarover ik bij het
optreden van het roode kabinet reeds schreef dat
voorloopige overeenstemmingen tusschen de verga
derende elementen eener Imperiale Conferentie be
reikt, door eene daarna gewijzigde meerderheid in
het Lagerhuis te niet gedaan kunnen worden op den
duur fataal zal blijken voor de eenheid van het
Britsche wereldrijk.
Er wordt nu een onzekerheid geschapen, die niet
anders dan storend op de onderlinge verhoudingen
kan werken.
Het is wel alsof deze Britsche wereldtentoonstelling
te Wembley al de eerste schaduw wordt, die de Brit
sche wereldrijkzon in zijn dalende periode vooruit
werpt.
Zie hoe nog een andere factor het Britsche we
reldrijk benadeelen kan.
In Zuid-Afrika is de Imperiale Generaal Smuts. bij
de verleden week gehouden verkiezingen, verslagen,
en ziet men duidelijk uit de cijfers en uit het verloren
gaan van bepaalde districten dat het Hollandsch
sprekende element zich meer dan de laatste jaren
het geval is geweest, rondom' het nationalistische
■vaandel schaart of althans dat in achterban steunt
door tegen de partij Smuts te stemmen.
Zal dat nu het begin van een ernstig separatistisch
streven in Zuid-Afrika beteekenen?
Sir William vertelde mij nog, dat hij na afloop van
de Rodeo met een paar kennissen, een Canadees en
een Amerikaan, naar Londen was terug gereisd en
dat het hem opviel, hoe de Canadees en de Ameri
kaan een zelfde opinie waren toegedaan, die geheel
afweek van de zijne, de Engelsche meening. Ik voel
de wel, dat Sir William hierin ook alweer een be
denkelijk „omen" zag.
De stieren van Wembley zijn met roode vlag en al
in de Britsche porceleinkast, genaamd wereldrijk,
terecht gekomen.
DE LAND ARBEID ERSWET JN WERKING.
Men schrijft uit Groningen aan het Hdbld.:
Vooral in onze kleistreken, waar hoofdzakelijk
groote en middelgroot© landbouwbedrijven zoo van
30 tot 100 hectaren voorkomen, is de toestand van
den veldarbeider de laatste jaren allesbehalve roos
kleurig.
De betrekkelijk lage marktwaarde -der meeste land
bouwproducten in verband met hooge belastingen en
eveneens hooge koop- en pachtprijzen, brengt de boe-
I ren ertoe om zooveel mogelijk op de loonen der ar-
j beiders te bezuinigen, in de eerste plaats door het
uurloon te drukken en verder door invoering van al
lerhande nieuwe machines.
't Gevolg is dat alleen nog maar de seizoenwerk
zaamheden vlas wieden, vlas plukken, zichten, bie-
om te donken wat hy wilde over het verdwijnen
van de parelen. Hy zou wachten tot Beverley nem
vertelde, dat do parelen weg waren. Vervolgens be
sloot hy de enveloppe aan ö'Reillè terug te sturen.
Tien minuten, nadat hy was uitgegaan, had hy haar
aan een loopjongen gegeven met bevel haar dade
lijk naar het Ilotel Dietz te brengen.
Dan ging Roger naar de olub. Een oude konnis
van hem en tevens een vriend van O'Reillv kwam
daar dikwijls Zondagsavonds. Mogelijk zou nij dien
avond ook komen. Koger wild© hem wat vragen.
Terwijl hy deed alsof hij een avondblad las, blies
een hatelijke stem hem allerlei dingen in. Als Bever
ley eens op de een of andere wy'ze in O'Reilly^
macht geraakt was? Als zy hem eens liefdesbrieven
geschreven had, die zy later terug wilde hebben
en die hy niet geven wilde? Als zij er eens in ge
slaagd was zo to stelen en O'Reilly haar gevolgd
was om ze weer terug te nemen? Als hy haar daar
na gekweld had en Codagh Riley (een arme bloed
verwante van Justin O'Reilly misschien) als tus-
schenpersoon gehandeld had? Als het jonge meisje
ziekte voorgewend had om O'Reilly in huis te bren
gen en cle man Beverley gedwongen had hem de
parelen te geven?
Hii had de hoop al opgegeven zyn ouden vriend
te zien, toen deze binnen kwam. Voor hij aan
een tafeltje ernaast plaats kon nemen, riep Roger
hem: een "kleine, donkere man van oen Joodsch
type, een vyf en veertiger misschien, met de schit
terende oogen van oen wetenschappelijk man en de
gewelfde wenkbrauwen van een droom or.
„Allo.dokter Lewis. Ik had gehoopt je hier te
vinden," zeide Sands hartelijk. „Wil je met my
dineeren?"
„Maar je bent al klaar. Ik zou je maar ophou
den."
„Ik wou je graag wat vragen, beste kerel," ver
zekerde Roger nem.
De dokter kwam aan Sands' tafeltje zitten.
„Ik zou hier al lang geweest zijn, begon "Lewig,
„maar juist toen ik hot Hotel Dietz, waar ik een
patiënt heb, wilde verlaten, vroegen ze# me oven
te komen kijken naar ja, raad eens wien?'"
„Je vriend O'Reilly misschien. Ik heb gehoor!,
dat hij daar logeert."
„Neen," zeide Lcwi9, „O'Reilly niet; maar een
kennis van O'Reilly in hetzelfde Hotel, dio plotse
ling een flauwte gekregen had."
,Dap weet ik net al?' riep Sands uit. „De He
in het "Hotel Dietz. Je patiënt was
ten rooien alle arbeiders in "t geweer doen komen,
maar die periodes van groote drukte zijn v«el te
kort om hun een bestaan te Ycyzekvrn, zzv re
delijke eischen voldoet: in het zesk'eigêbied van da
provincie Groningen is de toestand thans zóó, dat bij
het overeengekomen uurloon een arbeider, die 't ge-
heele jaar door dag aan dag werk vindt, een bedrag
van ongeveer f 1000 als jaarloon maak', 't Percentage
echter dat het tot dit bedrag bréngt is al zéér gering
de moesten zijn al heel blij als ze in totaal komen
tot f 700 a f 750 per jaar. dat is f 14 a f 15 per week.
Voor deze menschen. die voor dat loon hun veel
al niet klein gezin moeten onderhouden, zijn in
den tijd toen de bouwkosten het allerhoogste peil be
reikt hadden, tal van woningen gebouwd, die per
stuk gemiddeld op 15000 kwamen. Deze bouwkosten
die tot gevolg hadden, dat aan huur een bedrag van
f 3.50 a f 4 moest worden opgebracht, waren oorzaak
dat deze woningen nooit erg in trek zijn geweest, te
meer niet omdat de inrichting niet naar den smaak
der bewoners was.
Toen dan ook, als gevolg van de bepalingen der
Landarbeiderswet, iedere arbeider, die zelf over een
kapitaaltje van pl.m. f 400 beschikte, tegen matige
rente en tegen aflossing in den vorm van annuïtei
ten. uit 's rijks kas een bedrag van pl.m. f3600. kon
verkrijgen voor 't bouwen van een huisje, waarbij
een lapje grond behoorde, werden er spoedig, op ini
tiatief .van meer ontwikkelde burgers, op verschillen
de plaatsen „vereenigingen ',ot verkrijging van on
roerend goed door landarbeiders" opgericht. Wat we
totnutoe van die vereenigingen gezien hebben, wet
tigt de hoop. dat ze in staat zullen blijken voor ons
platteland een betere toekomst te ontsluiten.
Wij willen in dit verband wijzen op de Noord-Gro-
ningsche gemeente Uithuizen, waar binnen twee
jaar tijds een vijftigtal woningen zijn gesticht op
grond van de bepalingen der Landarbeiderswet. Dio
woningen, bijna zonder uitzondering bestaande uit
kamer en keuken, hetzij met bedsteden, hetzij met
een afzonderlijke slaapgelegenheid, kunnen thans
weer tegen gemiddeld f2500 per stuk worden ge
bouwd en behalve do woonruimte be
vatten ze oen flinke schuur voor hot stallen van wat
klein vee en voor het bewaren van den oogst, die ge
wonnen wordt van den bijbehoorendon grond, ter
grootte van.30 a 40 are. Deze grond, mits op doelma
tige wijze beheerd, brengt gemakkelijk zooveel op,
dat met den prijs der verkochte producten de rente
en de aflossing kunnen worden betaald, zoodat zon
der bezwaar de bewoner ieder jaar nader komt tot
het bezit van eigen huis en hof. waarmee er naar on
ze overtuiging voor ons platteland nieuwe perspec
tieven worden geopend. Ons land toch wordt aan alle
zijden begrensd door landen waar de fabrieksnijver
heid meer en meer tot ontwikkeling kan komen,
wanneer de economische omstandigheden gunstiger
worden; de vraag naar tuinbouwproducten zal dan,
neemt men aan, hand over hand toenemen. Zorgen
daarom de besturen der vereenigingen tot het ver
krijgen van onroerend goed door landarbeiders, dat
niet alleen die arbeiders in 't bezit komen van een
woning met een lapje grond, maar ook dat er cur
sussen worden opgericht ln tuinbouwkennia en
pluimveeteelt, dan zal iedere landarbeider al do da
gen, waarop hij geen loonenden arbeid vindt in het
boerenbedrijf, ten volle productief kunnen maken op
zijn eigen grond, wat hem tot moreele kracht en tot
materieel© welvaart zal brengen.
We haalden boven de gemeente Uithuizen aan,
omdat die totnutoe voor zoover we kunnen oordeelen
het mooiste voorbeeld geeft van wat er voor land
arbeiders in korten tijd met een goede wetgeving
onder doelmatige leiding te bereiken i9. Daarnaast
hadden we verschillende andere plaatsen kunnen
noemen waar. ofschoon nog niet in die mate, hetzij
door uitgifte van los land in pacht, hetzij eveneens
door afstand van eenige tientallen aren grond on.
daarop een hui9 te bouwen, gewerkt wordt om het
levenspeil en de economische kracht van den klei
nen plattelander te verhoogen.
Mogen er overal in den lande, waar 't grootbedrijf
in den landbouw overheerscht. vereenigingen als we
boven nader aanduidden worden opgericht en mo
gen ze overal op even practische wijze en met even
groote lief.de voor den veldarbeider werkzaam zijn.
Naar onze overtuiging zullen ze dan binnen een tien
tal jaren kunnen bewerken dat overal ten platten-
lande de flinke veldarbeiders tot geregeld toenemen
de welvaart komen, waarvan niet alleen de streek
waar ze huizen profiteert, doch wat ook onze ge
heele natie ten goede komt. want een degelijke,
vooruitgaande plattelandsbevolking, 't heeft altijd
gegolden en 't zal steeds blijven gelden, is een dei
sterkste pilaren waardoor de kracht van een volk
wordt geschraagd.
DE N OORD-HOLLANDS ORE BANK.
In aansluiting met wat wy reeds in ons Donder
dagnummer meedeelden, kunnen wellicht nog en
kele bijzonderheden volgen, die wij aan de AÜkm.
Crt. ontleen en:
Zooals wij reeda berichtten, werd #er in het Ge
rechtsgebouw, overeenkomstig de Faillissementewet
een Vergadering van crediteuren gehouden van de
N.V. Noord-Hollandsche Bank v.h. v. d. Stok,
Kaan en Co. en v. d Wolff Courrech on Zn., geves
tigd te Nieuwe Niedorp.
Deze vergadering was belegd om do toestemming
van de crediteuren te verkry'gen voor de door de
Mrs. W- C. Bosman en Jb. Zey'lemaker ten behoeve
een van die twee Mrs. Heron, zou ik zeggen.
Heron vind ik heelemaal geen 'type om flauw te
vallen."
„Mijn patiënt was Ilcron, niet zyn vrouw. Do
flauwte nad niets te beteekenen, maar zyn vrouw
maakte zich ongerust. Jy en Heron zyn zeker nog
altyd goede vrienden?"
„Ik bewonder John Heron in verscheidene op
zichten," antwoordde Roger ontwijkend.
„En hy moet jou ook Bewonderen, zooais lujoo k
;eher doet. Heel veel menschen dachten, dat je je
ron8 Iogeeren
leven op hert spel zette door ie in dio Californiaohe
zaak te werpen. Maar je hebt het er voor jou en
voor hem prachtig afgebracht. Je belooning was
groot.
Roger. glimlachte. Hy dacht aan de terugreis na
zyn triomf en aan Beverley. Zy was zijn belooning
geweest en eenmaal had hij die belooning groot
gevondell.
„Heb je Heron al gezien sinds hy in New-York
is?" vroeg de dokter.
„Nog nierfc."
„Ily is feitelijk pas hier. Heron is een taaie
kerel en er is heel wat voor noodig om hom een
flauwte te doen krijgen. Als het den vorigen zomer
of herfst gebeurd was. toen het groote proce9 aan
den gang was. zou er alle reden voor geweest zijn,
zooals Mrs. Heron zeide. Het schijnt, dat zij samen
heel kalm in den hall hadden zitten kijken naar de
menschen en wachten op O'Reilly, om met' hem te
dineeren. Mrs. Heron vroeg hem iets te halen, dat zij
in haar slaapkamer vergeten had. Toen het wat lang
duurde en noch hij, noch O'Reilly kwamen, begon zij 1
zich eindelijk ongerust te maken. Zij ging zelf kijken i
wat or gaande was en vond haar man in een flauwte. j
Zij telephoneerde juist toen ik mijn anderen patiënt
verliet, en op het oogenblik, dat ik in de kamer kwam
was O'Reilly reeds uit de zijne gekomen. Hij was uit
geweest, terwijl de Herons dachten, dat hij zich ver-
kleedde voor het diner. Maar eind goed, al goed. He
ron zal over een paar dagen weer heelemaal de oude
zijn."
„Ik ben blij dat te hooren", zeide Roger ernstig.
„Zooals je zegt, Heron is er de man niet naar om
gauw flauw te vallen. Toen ik verleden jaar in Ca-
lifornië was, scheelde het op een avond maar een
haartje of hij was doodgeschoten, maar hij vertrok
ge T ii spier."
„Zijn vrouw vroeg hem. toen hij weer bijkwam,
allerlei dingen. Heron wilde haar natuurlijk niet on
gerust maken. Heeft zij verleden jaar, toen jij in Ca-
lifornië was, geen grooten schok gehad? Een broer,
die doodgeschoten is of zelfmoord gepleegd heeft?"
„Een broer is plotseling gestorven. Er is geen
spoor van geweld gevonden. De jonge man is gestor
ven op den dag. dat ik wegging, en niet in Califoc-
nië, maar in New.Mexico dicht bij Albuquerque in
e enhuis van Mrs. Heron. De Herons zijn nog niet
lang getrouwd", ging Roger voort „Niet langer dan
een huis van Mrs. Heron. De Herons zijn nog niet
o\ er dé dertig zijn. Ik heb dien broer nooit gezien. Hij
sukkelde erg en woonde altijd in de buurt van Albu
querque. Zijn zuster ging soms bij ham Iogeeren. Hij
was een paar jaar jonger dan zij-"^.
Hier bracht Sands het gesprek op iets anders, want
hij wilde niet over de Herons spreken.
„Wanneer ik tegenwoordig eens den tijd heb, tuf
ik naar Newport, om te kijken hoe ze opschieten met
het zxjogenaamde .landhuis", dat ik voor mijn vrouw
gekocht heb. Het is de laatste weken een heel amu
sement voor me geweest. Ik ben dat wonen in ap
partementen moe. hoewel onze étage niet kwaad is.
Ik verlang naar een huis en wel naar een oud huis
of liever mijn vrouw verlangt daarnaar met een
beetje romantische geschiedenis. Ik zou er haar graag
met een verrassen, maar er zijn er zoo weinig te krij
gen.- Is er bij jou in de buurt niet iets goeds?"
„Zooals je weet. is Graraercy Park en de buurt daar
vrijwel heelemaal gemoderniseerd," zeide Lewis, die
in een groot huis met appartementen niet ver van
Gramercy Park woonde. „Het eenige ouderwetsche
huis, dat ik me bedenken kan- da* iets voor jou zijn
zou, is dat van Miss Theresa O'Reilly een patiënte
van mij. Weet jij iets van die oude dame?"
Roger wist er Ln zooverre wat van, dat hij juist op
Lewis gewacht had, omdat Miss Theresa O'Reilly een
patiënte van! hem was.
„Is zij geen familie van je vriend Justin OTteilly?"
vroeg hij.
„Zij is een verre nicht Wat bet huis betreft. Justin
vindt, dat hij het moet krijgen. Ik weet dat van
haar.-miet van hem. De oude vrouw heeft mij onlangs
verteld, dat zij gehoord had. dat Justin zijn geld op
nam, om het huis te koopen, en naar New York
kwam, om erover te praten, maar dat zij weigeren
zou hem te ontvangen."
„Een grillige oude vrouw!"
„Dat is zij zeker. Verleden jaar heeft zij tegen ver
scheidene menschen, o.a. tegen mij gezgd, dat zij van
plan was het huis te verkoopen. als zij er een goede
som voor kon krijgen, omdat het New Yorksche kli
maat haar rheumatiek bezorgde en zij in de Ririera