De dingen om ons heen.i HONIG'S VROUWENLIST. TWEEDE BLAD, FEUILLETON. EEN VERRASSING Birmerilandsch Nieuws» Zaterdag 2 Augustus 1924. 6751e Jaargang. No. 7478. Het wordt voortdurend minder duidelijk waar j inon to Londen en Parus het optimisme vandaan haalt, tenzij al die luchthartigheid slechts voor de galerij is, op voorschrift van MacDonald, die dezer dagen zijn collega's vermaande bij hetverlaten van Downing Street vooral door hun gelaatsuit drukking niet te laten merken aan de daar verza melde journalisten en fotograven. Men had opgewekt te kijken, zelfs al1 was alles niet naar wensoh gegaan, von<I de Britsche premier. En naar hot heet, liet de Amerikaansoho gezant Kellogg op deze aansporing de vraag volgen, wie er dan telkens voor een goede ui zou zorgen, terwy) men zijn jassen aantrok. Al is het met waarschijnlijk, dat dit verhaal historisch is, dan heeft het toch de verdienste, dat het volmaakt slaat op den toestand. Men uitv^ddh optimistisch, spreekt van resultaat jen succes en vooruitgang en feitelijk is er nog niets veranderd. Niets is te sterk. Immers er schijnt kans te bestaan, dat Amerika een lid zal aanwijzen in de Commissie van Herstel. En als dat lid dan met toe stemming der Amerikaansche regeering dezelfde bevoegdheden zou mogen uitoefenen als zijn colle ga's en niet als toehoorder of adviseur zou optre den, zou er weel zijn gewonnen. Feitelijk ligt hierin het zwaartepunt van den toestand. De genoemde commissie, 'die oorspronke- Sk zou bestaan uit vijf leden, telt er slechts .vier, de vertegenwoordigers van Frankrijk, Belgie, Engeland en Italië, aangezien Amerika mgt aen Europeeschen warboel niets te maken wilde hebben. Daar Frankrijk en België steeds één lijn plachten te trekken en het eerstgenoemde land als permanent voorzitter steeds de doorslaggevende stem had, ais de stemmen staakten, konden Parijs en Brussel in deze commissie doorzetten wat zij wilden. Door het opnemen van een vijfde Amenkaansoh lid, is van staken der stommen (bohalve bij onthouding) voortaan geen sprake en zou de beslissende stem van frankrijk dus alle waarde verliezen. Daar Engeland en' Amerika, vermoedelijk ook Ita lië, het economisch element vertegenwoordigen te gen over 't politieke van Brussel en Parijs, zou door de toetreding van den Amerikaan, de toestand als met een tooverslag veranderen. Nu rijst evenwel 'de g-roote vraag of de Vei* eenigde Staten bereid zijn, zulk een volgereohtigld vertegenwoordiger aan ie wijzen. Wij gelooven, dat dit met het geval zal zijn. Ook al om do doodeen voudige roden, dat dan de geheele wereld met het volste recht de vraag zou stellen, waarom Was hington dan geheel Europa jarenlang dieper en die per in het moeras heeft laten verzinken, door de heeren te Parijs hun gang te laten gaan, terwijl het Witte Huis het in de hand had, terstond aan de Fransche suprematie een eind te maken. Waarom zou nu plotseling mogelijk worden, wat vroeger niet heette te kunnen en wat is er feitelijk veran derd, dat deze wijziging in Amerika's houding mo gelijk wordt. Wij vreezen, dat het idéé mooi genoeg is, dooh dat er van de uitvoering bitter weinig zal komen. Blijkbaar is men in Frankrijk van dezelfde mee ning als het tenminste juist is, dat een Fransob voorstel ten doel heeft nadat dit Amerikaansche lid met onbekende volmacht zou zijn opgetreden bij staking van stemmen .een commissie van ai trage te laten benoemen door den President van het Haagsehe Internatioale Hof om de twee opi nies tot elkander te brengen. Daar er bij vijf leden geen staking van stemmen denkbaar is, zou deze oommissie van arbiters een wassen neus zijn, dooh nu het voorstel ernstig wordt gedaan, blijkt 't afdoende, dat de Amerikaan naar Frankrijk verwacht niet anders dan adviseur zal zijn. Ook de Amerikaan in de arbitrage-oommissie zal dus wel geen vol mandaat krijgen, zoodat deze commissie in hoofdzaak een doublure wordt van de Commissie van Herstel. Alleen met dit verschil, dat de leden der laatstgenoemde spreken en stem men, zooals hun regeeringen dicteeren, terwijl de arbi trators wellicht en wij zouden dit woord willen our si voeren hun eigen opinie zullen uit spreken. Dit plan, hetwelk, zoo als men ziet, nog vol zit met „Wenn und aber" en waarvan nog niemand do juist draagkracht kan bepalen, is feitelijk het ©enige resultaat tot dusverre te Londen verkregen. Want al het andere hangt nog In de lucht Het komen der Duitschers, die tochtten slotte zullen hebben te betalen, al moéten zn eerst een leening van SOO millioen goudmark hebben om op •en te hi wat tplichten of rechten ter oonlèrentie. Wanneer zij zullen mogen komen, hangt af van de overeenkomst, die de geallieerden onaer elkan der zullen kunnen treffen. Een overeenkomst waar in nog niemand veel gat ziet. En wat hun rol ter conferentie betreft, woel men 'alleen, dat Enge land er voor is, hen niet te stellen voor de vraag van aanvaarden of verworpen, dooh het wil toela ten tot een disoussle. Hoe Horriot, of liever zijn bazen In de Fransche Kamer hierover 'denken, is een geheel andere kwes tie. Ook dit moet worden uitgezocht. De bovenraatigo haast, waarmede Berlijn liet we ten wie er zouden komen en dat do koffers al gepakt stonden, verzwakt natuurlijk hun eigen po sitie en daarmede die van MacDonald en de andere gedelegeerden, die de noodlottige gevolgen van een dictaat^ maar .al te goed hebben leeren inzien.. Dit is opnieuw een ld er onhandigheden, waaraan de Duitsche regeering zich steeds pleegt te buiten te gaan en die haar in den loop der laatste jaren al zoo herhaaldelijk ernstig nadeel hebben gedaan. Wat de verdere onderhandelingen aangaat, deze zijn vooral van technisch-financieelen aard. Zonder voorschot geen horstel en geen betalingen*. En zonder waarborgen voor de onschendbare een heid van DuitschlancT geen voorschot. Zoo is> de situatie. De veertig millioen pond, die voor Duitsohland noodig zijn, komen niet, voor men bij de geldschieters, d.w.z. vooral te New-York en Londen, met volmaakte zekerheid weet, dat het Roergebied weder onder Duitsch bestuur komt èn voortaan niet zal worden bedreigd met een wille keurige bezetting. Zelfs de toezegging, dat voortaan bij het nemen van „productieve panden de dienst der leening preferent zou zyn op de opbrengst, heeft de bankiers niet bevredigd, Zn hebben schoon gelijk. Want de hóógopgevijzelde productie van het de laatste maanden van eenige be- gebied is pas in teekenis geworden en het is nog lang niet zeker, of de kosten van de Bezetting niet hooger zullen blijken dan de opbrengst. Bovendien heeftdie be zetting geleid tot de zoo goed< als volkomen waar deloosheid van het gelid, dat in een jaar jfijd van 50.000 papiermark tot 1.000.000 p.M. voor een goud- mark daalde. Een verlies, dat in hoofdzaak wordt 1 gedragen door allen, die buiten Duitsohland mark vorderingen bezaten. De Duitschers zelf konden hun positie voortdurend redden, hun bezit omzet ten in andere beleggingen. De buitenlanders kon den dit niet, althans slechts in veel mindere mate. Het buitenland heeft dus minder den debiteur dan wel zich zelf geschaad. Een herhaling hiervan staat natuurlijk te wach ten, zoodra iemand avond óf morgen opnieuw met plannen .tot bezetting zou rondloopen or zoo de be zetters van thans zouden weigeren over te graan tot ontruiming. De toezegging, aat de troepen zullen worden teruggenomen zoodra de technici en inge- nieurs naar huis kunnen gaan, wat dus zoowat op 15 Oct. heet te zullen kunnen plaats hebben, is na- tuurlijk waardeloos, zoolang Parijs en Brussel vast- houden aan hun voornemen om 5000 hunner spoor- I v^egambtenaren in het Roergebied te laten. Dan zijn er technici en blijven er dus dekkingstroepen noodig. Op die wijze is elk deer zoogenaamde successen om- 1 kleed met beperkende yoorwaaiden, met bepalin gen van allerlei aard, die mot de eene hand terug- nemen wat de andere hand gaf. We herhalen, dat het lastig is, als men de feiten ziet zooals ze zijn en niet zooals men ze graag zou zien, zich bij deze dingen optimistisch te toonen. Iets moet er waar zijn van "het grapje van MacDonald. UITKIJK. bii staking van stemmen .een commissie van arbi- (Ijl ||Pf |lflrl Vflll aTl O 15flfl- laten benoemen door den President van 1JI1 1101 1IUM 1 W U11 «UllUIiU© We raken voorloopig uitgepraat over den geheimzinnigen moord in de De Riemerstraat, die, naar het schijnt, den speurzin van een Sherlook Holmes ter oplossing zal vereisohen, evenals dat andere, nooit opgehelderde voorval1: de moord op Mr. Wijsman in den sneltrein. ©enigs rins overzichtelijke wijze te bewaren. i Overkomt zulk een man iets, dan is het vrijwel onmogelijk, na te gaan, of 6r dingen van waarde worden vermist^ dan wel of de overledene .bedreigd was. Men tast in het duister en dit verzwaart de taak van het onderzoek buitengewoon. Een dergelijk gemis aan documentatie kan de al leronaangenaamste gevolgen hebben. Zoo is mü een geval bekend, dat zich met zoolang geleden in een der groote 6teden hoeft afgespeeld. Het betrof een vrijgezel, die er zeer warm in- fcat, in moest zitten, aangezien hy evenals zijn broers eerst van zyn ouders en later van zijn ooms belangryek bedragen had geërfd, terwijl hy zeer sober leefde, niet speculeerde en geen kostbare liefhebberijen bezat. De straat overstekend kroeg hy een duizeling, ▼lol, werd overreden en stierf op weg naar het ziekenhuis. Zijn verwanten taxeerden zijn nala tenschap op drio k vier ton, dooh alles wat men vond waren oen vijfduizend gulden, die hy in bank papier in zyn zjupOTtefeuflle meedroeg. In zyn schrijfbureau en in zyn kasten werd niets gevonden, dat op geld leek, evenmin als eenige aanteekening, correspondentie met banken, makelaars .of derge lijk en. Men stond voor een mysterie. Het eenige, wat op het bestaan van een ge]4- depot scheen te wijzen, .was eten sleutel aan rijn bos, die wellïoht van een safe zou kunnen zyn. Eerst worden de safe-inrichtingen in de woon plaats van den overledene, toon die in de andere steden onderzocht, doch noch die sleutel, noch 's mans naam was ergens bekend. Hier en daar wist men wel- eens effecten voor iemand van dien naam te hebben gekocht Of ver kocht,e en enkele maal' ©en coupon te hebben ver zilverd, dooh daarmede hield elk spoor op. Het geld, de ton of vier, bleef onvindbaar en op welk slot de geheimzinnige sleutel paste, bleef eveneens een raadsel. Tot in de eerste dagen van Januari ten huize van den overledene een brief werd bezorgd1 aan iemand van geheel anderen naam, afkomstig van een bank in Antwerpen. Men dacht aan een verkeerd adres, doch een der familieleden vond het de moeite waard met 'den geheimzinnigen sleutel naar Antwerpen te gaan. Zijn moeite werd beloond", want bij onderzoek bleek dat de oom, onder een anderen naam, daar een safe had en gewoon was geweest eens per drie maan den even over te wippen, om orde op rijn zaken te stellen. Met elndelooze moeite kwam men \n het bezit der nalatenschap, daar de bank natuurlijk het be- vrijs der identiteit yerlangde. ^Ziedaar een voorbeeld waartoe al' te 'groote ge- h dim zinnigheid en het niet hebben van aahtoeke- ningen kan leiden. Dit nu is een geval van het opzettelijk vernietigen van documenten, kwitanties en dergelijke, iets, waar van tenslotte alleen de rechthebbende last kan heb ben. Erger wordt het, als het ontbreken van bewijs stukken miet komt voor de verantwoordelijkheid van hem, die betaalt, doch van hem, die ontvangt. Dan is natuurlijk het hek van den dam. Vooral als de ontvanger kwitantie in normalen vorm weigert en decreteert wat als bewijs van betaling zal hebben te dienen. We bedoelen natuurlijk de hondenpenningen, die het poetkantoor verstrekt ab permlasie tot het beu rijden van een flets. Ieder, die geen bureaucraat is en als normaal mensch wel ongeveer weet wat er op de wereld te koop is, had twee dingen kunnen voorspellen. Ten eerste, dat deze koperen plaatjes direct door elk niet geheel en al onbekwaam metaalfabriekje zouden kunnen worden nagemaakt. Ten tweede, dat zij onmiddellijk zouden; worden gestolen. Het zou dus zoowel in het belang van den fiscus als in dat van den wielrijder zijn geweest als men een kwitantie had verstrekt zonder het bezit waarvan hot plakje koper waardeloos zou zijn. Wie nu zyn plaatje verliest of wien het ontstolen wordt, Is er bij. Wordt bekeurd, beboet enz., zonder dat hy met ©enig bewijsstuk kan aantoonen zijn be. lastlng te hebben voldaan. Wio zich van een dor nijvere industrieeion een na. mankplaatje aanschaft, of, nog goedkoopor, van een sardineblikje hot fabrieksmerk van Phllippe on Ca. naud afneemt om daarmede zijn rijwiel te versieren, kan den fiscus zeer genoegelijk voor den gek houden. Hij heeft zijn plaatje immers op het postkantoor ge haald dan wel „het is zeker door een of anderen boef vernield." Het lijkt ons practisth zeker, dat voor we een maand verder zijn er minstens één principieel pro ces gaande zal zijn van een bestolene, die desnoods in hoogste instantie wenscht te zien uitgemaakt of de fiscus het recht heeft betaling te eischon zonder kwitantie to geven en in hoeverre de aflevering van het plaatje kan worden beschouwd als bewijs van betaling. Of hem, na verlies of berooving kan dwin gen tot dubbele betaling, alleen omdat het Rijk geen kwitantie goeft. De fiscus, bij al zijn ambtenarij, laat zich boven dien een voordeel ontgaan. Wij kennen bijv. een on derneming waar zes rijwielen worden gehouden (en ieder kent gezinnen waar vier, vijf fietsen zijn). Deze onderneming liet de 18 gulden storten, kreeg na tuurlijk geen kwitantie, dus betaalde ook geen ze. gel recht. En dit terwijl zelfs de bonnetjes van een kasre. gister boven de tien gulden tegenwoordig moeten worden gezegeld. Het ligt voor de hand, dat de tegenwoordige ma nier van betalen geen stand' houdt en dat de poste rijen. wier aantal ambtenaren gestadig minder wordt terwijl telkens nieuwe werkzaamheden aan de post mannen worden opgelegd, zoodat zij nog meer dan' de burgemeesters langzamerhand rijkskruier" wor den, eerlang voor de fietsenbelasting extra hulpper-, soneel noodig zullen hebben. Zooals het nu is, kan men het niet anders noemen dan een ergerlijke dwaasheid, waarbij de fiscus vol maakt ln het ongelijk ls. En bovendien kans loopt op ernstige schade uit verschillende oorzaken. Dat men aan Financiën geen verstand heeft van zaken was sedert lang voldoende bekend. Doch dat men daar meende, dat de burgerij zich zou tevreden stellen met dit „koperen blikje" f8, als gap .object en quitantie tegelijk, is wel wat heel veel gevergd. Enfinmen heeft op den Kneuterdijk het prach tige tariefontwerp ook wel in elkaar gekregen. Wie het een slikt, slikt het andere ook, nietwaajj A. Men praat er een dag of wat over, beklaagt heb )ffer, verdringt (elkander by de begrafenis. En dan is alles vergeten, tot de justitie wellicht te eeniger tijd een ontdekking Üoet. Er is iets# geheimzinnigs in dergelijke moorden, vooral als niemand eenig motief kan aanwijzen. Is er wraak in het spel, roofzucht of wat? Men kan vragen stellen, doem antwoord krijgt men niet, om de eenvoudige reiden, dat de justitie niet beschikt over voldoende gegevens. Particulieren, die geen geregelde zaken drijven, hebben nu eenmaal slechts zelden de gewoonte van boek te houden over hun inkomsten en uitgaven en evenmin plegen zij hun correspondentie op een b h«* voor groot on Idem als tot slot van den maal tijd met Honig'» Maizeoa gefabriceerde HONIG'S PUDDING wordt opge diend. Door bon aangenamon smaak zijn Honig'» Puddingen al gemeen gewild, terwijl de zuiverheid en kwaliteit aan de hoogste eiscben voldoen. Vraagt Uw Winkelier Puddingen Naar het Engelsch van C. N. en A. M. WILLIAMS ON Bewerkt door W. J. A. ROLDANUS Jr. 32. Onder het wandelen vroeg Heron weer aan O'Reil- ly: „Je vrouw, zei je?" „Ja. dat zei ik. Maar vóór ik verder vertel, moet ik je een paar' vragen doen. Je hebt toch mijn tele gram gekregen, waarin ik je aanraadde voorzichtig te zijn en erop zinspeelde, dat de oude bende weer aan het werk was?" ,.Ja. We waren den heelen middag uit. Toen we naar de villa van .HammersleyFisher teruggingen, om ons te kleeden voor het bal bij de Sands. heb ik jo telegram gevonden. En wil me nu zeggen Ik wil je zeggen, dat mijn meening over Mrs. Sands veranderd is. Je zult dadelijk hooren waar om. En ik vermoed, dat het je pleizier zal doen de jouwe ook te veranderena ls je dat. met een gerust geweten doen kunt. En wat Sands zelf betreft, ik ben te weten gekomen, dat wij hem in verband met de gestolen papieren groot onrecht aangedaan hebben." „Hoe ben je dat te weten gekomen?" „Door denzelfden persoon, die wilde, dat ik je seinde, toen ik je telephonisch niet bereiken kon" «Wie is die persoon?" „Mijn vrouw. En als Je weten wilt wie zij is „Dat wil ik zeker Jk zou je binnen twee minuten aan haar kunnen voorstellen, als ik niet bang was» dat zii je een nieu wen schok fcou goven." „Een nieuwen schok?" „Zooals zij op dien Zondagavond in het hotel ge- v j? ÏL6 .toen je dien aanval van een flauwte hadt. Heron. ik ben met dat meisje getrouwd; het prachtigste meisje uit de 'heele wereld." „Dat meisje! Jij. bent met dat meisje ge trouwd*. stamelde Heron» die staan bleef. „Ja zeide Justin, „ik ben vanochtend met haar getrouwd. Zoodat, al wou je bezwaren ertegen in brengen. het toch te laat zijn zou." a uü ^ogenblik bleef Heron zwijgen. Maar dan zei- de hij heel vlug. ..Wanneer jij zoo iets zegt. O'Reilly, maak je geen gekheid. Je hebt er een bedoeling me de. Waar denk je aan?" „Misschien aan hetzelfde als jij, Heron". „Spreek duidelijker". „Ik wil dat niet doen zonder eenige aanmoediging. Zij en ik hebben beiden Iersch bloed in onze aderen, dus weet je even goed als ik, dat de phantasie bij ons Kelten wel eens op hol slaat. Gewoonlijk vleien we ons ermede prophetische visioenen te zien, ter wijl het per slot van rekening niets blijkt te zijn." „Ik geef je verlof te spreken." „Lang geleden, toen ik je het eerst leerde kennen, toen mijn vader nog leefde en vóór je met Miss Mo- reno trouwde, heb je eens bij ons gelogeerd. Je was toen beroerd en ziek. Mijn vader dacht, dat we je konden helpen. Op een goedén dag sprak je vrij openhartig over een incident in je vroeger leven. Daarna hebben we er nooit meer over gesproken en ik was ook niet van plan ooit weer over het onder werp te beginnen. Maar gisteren heb ik een ander verhaal gehoord, dat er volkomen mee overeenstem de. Dat tweede incident betrof twee Iersche meisjes. Het eerste is jaren geleden gestorven .Het tweede is mijn' vrouw." „En het eerste is de mijne geweest." „Dat heb ik ook gedacht. Kijk eens, dat flauw val len op dien Zondagavond was in gewone omstandig heden niets voor jou. Er moest dus een reden voor zijn en dus „Heeft het meisje het je verteld?" „Zij heeft mij verteld, dat zij. toen zij voor mijn deur stond, een grooten man gezien heeft met rood achtig haar en buitengewone oogen, die haar door en door keken. Zij heeft mij verteld, dat zij, nadat zij op den steenen muurkap van mijn raam naar het jouwe geklommen was „Groote God!" „Ik heb je al gezegd, dat zij het prachtigste meisje uit de heele wereld is. Later zal je de heele geschie denis hooren. Zij wist toen niet wie je was. Toen ze je naam hoorde, maakte, hoewel zij zich niet bewust was dien vroeger gehoord te hebben. zich een vreemd gevoel van haar meester. Zij scheen dien te verbin den met slapelooze nachten in haar prille jeugd en het geluid van vrouwensnikken in het donker." „Scheid uit Justin. Ik kan het niet langer meer uithouden. Het zien van haar dien Zondag in het hotel die spookachtige verschijning van haar in mijn afgesloten kamer „Zou je haar nog eens willen zien, en zelf beoor- deelen, of „Breng mij bij haar", viel Heron hem in de rede. Zij gingen terug naar de grijze limousine, die en kele yards verder aan den kant van den weg stond; maar vóór zij tien stappen gedaan hadden, trok Heron O'Reilly aan zijn mouw. „Weet zij het?" vroeg hij plotseling. „Ik heb haar niets gezegd", verzekerde Justin hem. „Zij kan het niet weten. Maar toch geloof ik. dat wat je haar onderbewustzijn; zoudt kunnen noemen be seft, dat er een band tusschen jullie bestaat. Zij is ook een Keltische 1 Zij heeft geen oogenblik rust ge had sedert zij wist (hoe, zal je later wel hooren), dat je leven in gevaar was. Ik ben er zeker van, dat iets hoogers dan louter Toeval ons drieën vanavond op dezen weg gebracht heeft. Ik heb je niet gezien in den auto. Zij wel. Zij wilde, dat we teruggingen." Zonder verder iets te zeggen, begon Heron haar te loopen. Justin bleef naast hem, maar zeide niets voor zij vlak bij de limousine waren. Dan waar schuwde hij Heron vlug, dat het meisje een ongeluk gehad had. „Dat wil zeggen, de leider van de bende, die het op jouw leven gemunt heeft, heeft een kogel in haar schouder geschoten. Als je haar dadelijk wilt zeggen wat je vermoedt, dat jullie van elkaar bent, clan heb ik daar goen bezwaar tegen, Geluk kig nieuws doet zelden kwaad. Het eenige wat ik je vraag is: wind haar niet te veel op!" „Mag ik voor jou met haar praten zooals ik „ia. Maar hoe moet het met Mrs. Heron?" „O. later zal ik het haar moet envertellen. Maar vanavond moet dit wonder tusschen ons blijven. Maar O'Reilly. hoe kan ik nu met mijn vrouw en dien Hammersley—Fisher naar het bal van de Sands gaan? Wat moet ik doen? Denk jij voor mij. Ik kan maar aan één ding denken." „Als ik je voorgesteld heb aan mijn vruw (telkens wanner O'Reillv die twee woorden zeide, klonk er groote teederheid in zijn stem), zal ik naar den auto van Hammorsley—Fisher gaan en voorstellen, dat hij Mrs. Heron medeneemt, terwijl wij later volgen." „Ja, doe dat." Zij waren nu bij de grijze limousine. Justin deed het portier open. „Clo, hier is mijn oud© vriend, John Heron, die je graag wil spreken." „Clo! Jij heet toch niet Clodagh?" De vraag sprong als het ware van Heron's lippen. „Het was een der voornamen van mijn. moeder, Mr. Heron." „En jouw stem is haar stem! nep hij uit. „Jouw gezicht is haar gezicht." Hij had niet op die manier willen beginnen, maar het was te veel voor hem, toen Clo het electrische lampje opdraaid en het zilve ren licht op haar viel. Justin sloop stil weg. om de twee anderen kennis te laten maken. Hij was zoo gelukkig, dat hij zou willen bidden. HET RIJWIELPLAATJE. De N.RCrti houdt de volgenjde ontboezeming: Een Nederlander moppert gaarne. En een belas tingbetaler nog liever. Van een Nederlandsohen be lastingbetaler moet men daarom maar liefst wat uit de buurt blijven. Maar nu zyn we zoo goed als allen, dank zij 1de rij- wielbelasting, belastingbetalende burgera geworden, en wy kunnen elkaar niet uit den weg loopen. Dus klagen we ólkander onzen nood. We mopperen bh' het opstaan; aan alle maaltijden; by het nadr bed gaan: Dwaze belasting. Hoe verzinnen ze het? We pruttelen pp het kantoor, waar we ons juist per rijwiel heen hebben begeven, en waar zelfs do jonge dames met nog niet behalsde en bemouwde jurkjes ons niet in ons humeur meer kunnen brengen; zij mopperen immers ook: Wat 'n malligheid. Die Oo- iyn toch. We vieren onze woede bot in de rij aan het postkantoor, waar we goedschiks kwaadschiks wel neen moeten^ om dat hatelijke ding te gaan halen: Afschuwelyk! onpractisch! Wat zal dat een geknoei geven. En dan op de sociëteit, en by de namiddagthee, want voor het rijwiel plaatje bestaat er geen vrouwenvraagstuk en geen vrij gezellen- probleem, geen bevoorrechting van gehuwden of ^(doctoreerdenwo hebben allen hetzelfde belang, in de arbeiderswoning en in de huizen der wel ge stelden, in de keuken en in het salon. Lieve hemel, we zijn eensgezind, als 10 jaar geleden: de gerefor meerde school A, B. en C. en de Hervormde, en de Katholieke, do Israëlitische, de Duitsche, de Menno- niste, de neutrale, de openbaro, de gesubsklieerde en de werkelijk vrije; of we met zomertijd opstaan of een eeuwigen haat aan die nieuwigheid hebbon ge- zwaren"leger on burgery, alle politieke partyen Den volgenden ochtend bevatten de couranten ln Oost en West. Zuid en Noord groote artikels onder het opschrift: „Sensationeel© poging tot moord op het bal van Roger Sands". John Ileron (vroeger bekend als Oil Trust King van Californië) en zijn mooie vrouw logeerden bij Mr. HammersleyFisher te Narraganset. Met hun drieën waren zij per auto naar het bal gegaan, doch de auto had onderweg een panne gekregen. Mr. He ren, die zich niet al te wel voelde, besloot toen niet mede naar het bal te gaan. Vrienden, die zij enroute ontmoet hadden, boden hem hun auto aan, weinig vermoedend, dat zij daardoor waarschijnlijk zijn le ven gered hadden. Mrs. Heron ging met haar gast heer naar het landhuis der Sandh en kwam daar aan midden in een dans, gegeven door vier bekende le den van een Russisch ballet. Die dans was een verrassing, welke Mr. en Mrs. Sands hun gasten bereid hadden, en hoewel er slechts vier personen (twee heeren en twee dames) geënga geerd waren, was er toch een derde man meegeko men om te zien of de dansvloer in orde was. Eerst later (te laat, zooals bleek) zeiden de Russen, dat hij een vreemdeling was. Hij had blijkbaar de plaats in genomen van oen man, die had moeten komen en te kennen gegeven, dat hij gaarne Mrs. Heron. wier portret hij zoo dikwijls in de couranten bewonderd had, wilde zien. Men had hem kalm dicht bij den hoofdingang naar de balzaal laten staan en niemand had meer aan hem gedacht, tot hij met een luiden gil voor Mrs. Heron en den heer, die haar vergezel de sprong, „Sterf, tiran," schreeuwde hy in het Engelsch, ter- wjjl hij recht in de borst van Mr. Hammersley-— Fisher, dien hy voor Mr. Heron aanzag, schoot. In de daarop volgende verwarring had de would-be moordenaar weten te ontsnappen; maar de politie was hem op het spoor en kende de bende, waartoe hij behoorde. Gelukkig zou Mr. Hammerley Fisher, hoewel zwaar gewond, herstellen; hy was reeds in staat geweest te zeggen, dat het hem verheugde in staat geweest te zijn John Herons kostbaar leven De couranten hebben niet het ware van de geschie denis gehoord en zullen waarschijnlijk nooit weten welke rol O'Reilly's bruid daarin gespeeld had: Per slot van rekening was zij toch maar de Muis van een Leeuw. EINDE.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1924 | | pagina 5