Aloud Kiims-
iiiiyevefs i N.V, v.li. THaPMAN Co., Sclïögeü
EERSTE BLAD.
Binnenlandsch Nieuws.
Staatsloterij.
ORAAf RICARD0
Woensdag 8 October 1924.
SCHA
67ste Jaargang. No. 7516.
Dit blad verschijnt viermaal por week: Dinsdag, Woonsdag, Donder
dag en Zatordag. BIL inzonding tot 's morgens 8 uur, worden Advor-
tonlifln nog zooveel mogelijk in hot oerainitlcomond Qummor goplaatst.
POSTREKENINO No. 23330. INT. TELEF no. 20
I'rljs por 3 maandon f 1.05. Looso nummers 0 cont. ADVURTEN-
TIöN van 1 tot 5 rogols f 1.10, iodoro rogol moor 20 cont (bdwljsno.
inbogropon). Grooto lettors worden naar plaatsruimte horokond.
dit nummer bestaat uit twee bladen.
rig'gesteld. Zo ziin verkocht voor 80 cent por 100 Kg.
terwijl het hoogste dat gemaakt werd, f 1,50 was. Dit
is evenwel nog eön tikje hooger dan do vorige week.
De boswortelen, waarvan de aanvoer Hink wat
grooter was dan de vorige week, brachten een veel
lagere prijs op. Ze daalden met den dag én niet wei- j
1 nig. Was Maandag de hoogste markt nog f 3.90 en
Woensdag f4.10, Donderdag was dit f2.70, Vrijdag
f 1.60 en Zaterdag f 1.10. De prijs is er dus in een paar
dagen vrijwel geheel af. Ze zijn nog verkocht voor
Uw voordeel
VAN RIJSWIJK'S Schoenhandel-ScheenmakeriJ.
Beste en goedkoop® wiritermuilen en pantoffels.
Vetleeren schoenen 15.75; laarzen vanaf f 16.50, prima.
NOOKDSCHAHWOUDE.
Deze week was de aanvoer aan de markt belangrijk 90 cent en f 1 per 100 l>os.
hooger dan de vorige. Deze grootere aanvoer komt De bloemkoolaanvoor was een tikje hooger dan de 1
geheel voor rekening van de kool, welke in steeds voiige week, toen ruim 12000 en nu 14600 stuks. De
grooter kwatums wordt aangevoerd. kwaliteiten loopen ver uiteen, wal zich scherp in de
Was van de roode kool de aanvoer de vorige week I prijzen doet gelden. De laagste markt was deze week
ruim 23, nu was dit ruim 33 wagons. Van de witte van de goede kwaliteit f 5.40 en de hoogste markt» 21
was het toen ruim 53 en nu ruim 59, van de gelegulden. Van de tweede kwaliteiten was dit 80 cent en
toen bijna 14 en nu' bijna 15 wagons. f 5.10. De eerste drie dagen liep de prijs dagelijks
Waren de vorige week de prijzen van de roode ietsvrijwat omhoog, doch de laatste dagen werden de prij.
hcoger, ook nu 'konden we dagelijks eenige rijzing
constateeren, Was Maandag de hoogste markt f4.90,
Woensdag was dit f 5.10 en Zaterdag f 5.30 per 100
Kg
Met de witte wil het dit jaar schijnbaar niet. Werd
tot heden steeds een prijs gemaakt, die juist voldoen
de is om de hoogst noodige kosten te dekken, deze
week is het er weer niet beter op geworden. De hoog
ste prijs die deze week gemaakt werd', was slechts
eenmaal fl.70, overgenis f 1,60, fL30 en fl.10, terwijl
de laagste noteeringen waren van 80 cent tot f 1,20
per Kg.
De prijs van de gele was vrijwel gelijk aan de vo
rige week. De laagste noteering was toen f2.40 en de
hoogste f 5.70, nu was dit f 2.50 en f 5.50.
Van» de aardappelen was de aanvoer weer minder.
De vorige week ruim 6 wagons en nu ruim 5.
Do Schotsche muizen, die slecht9 2 maal aange
voerd 'werden, brachten vrijwel dezelfde prijs op, de
duken, die dagelijks aangevoerd werden waren even-
hooger en brachten ten hoogste f5.90, ten laagste
f4.90 op.
De schoolmeesters, die ook in nog slechts enkele
partijtjes aangevoerd worden, brachten een prijs op,
die vrijwel gelijk stond, aan de vorige week.
Ideaal werd niet aangevoerd, blauwe eigenheimers
eenmaal, gewone blauwe drie dagen enkele partij
tjes. terwijl roode ster en gewone eigenheimers ook
slechts eenmaal aangevoerd werden.
Spercieboonfen werden ook deze week nog dagelijks
\nerd, in totaal klein 1200 Kg. De prijzen waren ook
nu weer hoog. De hoogste markt was f 31.70. en door- <ien belang van een dergelijke statistiek wèl in.
.nr rtftl. TITof HOTI /"I O VftWitCa - l. - i 1 i -) U A nl a v.
zen minder dan waarmee de week begonnen was.
Kroten werden de vorige week 12000 on nu 20000
Kg. aangevoerd. De prijs was een tikje hooger. De
hoogste markt was 4 gulden, wat echter slechts een
maal betaald is.
Rapen en rammenas werden deze week voor het
eerst aangevoerd. Van de eerste 1200 Kg. en de laatste
500 Kg. De rapen brachten f 1 en f 1.80 op en de ram
menas f 5.30. Van een beste week kunnen we dus ook
nu weer niet spreken.
De totaal aanvoer was deze week ongeveer 138 wa
gens, waarvan ruim 5 aardapplen, 6 uien, ruim 10
lósse peen, 2 kroten en ruim 107 wagons kool., waar
van ruim 33 rood, ruim 59 wit eü bijna 15 geel.
VERKEERSONGEVALLEN.
In het laatstverschenen nummer van „Hét Redding
wezen', tijdschrift van den Kon. Ned. Bond voor red
dingwezen en eerste hulp bij ongelukken „Het Oran-
jekruis" schrijft dr. C. J. Mijnlieff te Amsterdam over
de poging, door den Bond ondernomen, om. door sta
tistische gegevens over bet geheele land te verzame
len, te komen tot de juiste kennis van de oorzaken
der verkeersongevallen bij en door bet snelverkeer.
In samenwerking met mr. dr. Van Zanten, directeur
van bet Gem. Bureau voor de Statistiek te Amster
dam), bad dr. Mijnlieff een plan' uitgewerkt en vragen
lijstén opgesteld, maar de Ministe r van Binnen-
landsche Zaken weigerde ten slotte zijn medewerking
en daarmede die der burgemeesters te geven. Geluk
kig hebben de autoriteiten van de drie grootste ste-
een was ook de prijs vrij wat hooger dan de vorige
week, toen de hoogste markt f28.90 was.
De aanvoer van uien wordt belangrijk minder.
Zelfs met het droge weer, dat we deze week bijna
dagelijks hadden, was de aanvoer niet grooter dan
ruim 6 wagons tegen de vorige week ruim 10.
gezien en'het resultaat der bemoeiingen van bedde
bovengenoemde heeren is geweest, dat ieder kwartaal
door de gemeenten Amsterdam. Rotterdam en Den
Haag statistieken van verkeersgevallen worden be
kend gemaakt.
Uit deze cijfers die op uniforme wijze worden ver-
De prijz envan de uien en van de drielingen, zoo- en O0k 0p gelijkvormige wijze worden ge-
wel als van de -nep waren hooger dande vorige week pubheeerd, heeft dr. Mijnlieff het onderdeel genomen,
De groote verschillen tusschen nep en uien die in
het begin bestonden, bestaan nu niet meer. Wel zijn
de prijzen van de nep nog ongeveer een derde hooger
dan van de uien, doch we hebben ze wel genoteeTd
dat de prijzen van de nep 4. 5 of 6 maal hooger waren.
Voor *de uien werd deze week ten hoogste f 5.70 ge
maakt, wat ruim een gulden meer is dan de vorige
week en van de nep f7.80 tegen f7.10 de vorige week.
Met de losse peen was het ook deze week weer treu_
waarvan de cijfers slaan op het aantal ongevallen
met betrekking tot dengene, die het veroorzaakte, het
vervoermiddel, waarmede het ongeval geschiedde en
de maanden van het Jcwartaal. Het totaal ongevallen
waarover de statistiek loopt, bedraagt voor Amster
dam: 3451, voor Rotterdam: 2220. voor 's-Gravenha-
ge: 1360. Dat is dus voor Amsterdam 4,95: 1000. voor
Rotterdam 4,1: 1000 en voor 'sGravenhage 3,7: 1000.
Opvallend is, hoe overwegend groot het aantal on
gevallen is, veroorzaakt door voertuigen, door mid
del van motoren voortbewogen, nl. auto-rijtuigen,
auto-vrachtwagens en motorrijwielen. Dat was, vol
gens den schr., te verwachten, maar het moet te den
ken geven aan diegenen, die nog maar steeds de oor
zakelijke schuld niet bij de autobestuurders, maar o.
a. meer bij de fietsers en voetgangers wilden zoeken.
De laafcsten blijken voorzichtig resp. gewaarschuwd
genoeg te zijn, de rijwielen en hunne bestuurders blij
ken wel in een groot aantal, nl. pijn. 25—30 pet
der gevallen de schuldigen te zijn, maar de hoofd
schuldigen zijn do personenauto's, de autovrachtwa
gens en do motorrijwielen met hunne bestuurders.
Zij vormen in Amsterdam in 36.9 pet der gevallen,
in' Rotterdam in 41,2 pet der gevallen en in 's Graven-
hage in> 41.6 pet. der gevallen de oorzaak, waardoor
het ongeval tot stand kwam, en dit komt te meer uit,
wanneer men bedenkt, hoe klein nog het aantal per
sonenauto's, autovrachtwagens en motorrijwielen is
in vergelijking met het antal fietsers, die zich dage
lijks vaak in' lange stroomen. op hun rijwiel door de
Nederlandsche groote steden voortbewegen. Schr.
vernam van bevoegde zijde, dat er in geheel Neder
land ongeveer 25 a 30.000 auto's op 1.500.000 rijwielen
zijn.
Indien men dit in' gedachte houdt, blijkt ook nog
langs een anderen weg hoe hoog noodig het is. alles
in het werk te stellen, wat leiden kan tot een ver
mindering van het aantal ongevallen door de be
stuurders van auto's en motorrijwielen. Door de aan
tallen ongevallen naar do mate van letsel of schade
naast elkander te rangschikken, ziet men dat voor de
gevallen van dood» of ernstig letsel de schuld bij de
bestuurders van auto's of motorrijwielen lag; in
Amsterdam in 77 der 320 gevallen, of 24,1 pet., in
Rotterdam in 52 der 141 gevallen, of 38.9 pet. en iu
'sGravenhage, de meer rustige hofstad, nog In
der 185 gevallen of 15.1 pet. Hieruit blijkt nog te
meer de noodzakelijkheid alles te doen, wat het ma
ken van slachtoffers door. het snelverkeer voorkomen
kan, als men uit de oorspronkelijke statistische ge
gevens ziet, hoe vaak nog voetgangers, fietsers e.a.
slachtoffer van een botsing met auto's worden, ook
i al lag de schuld bij hen en niet bij de auto's. Aan de
vaardigheid en aan de lichamelijke geschiktheid van
een bestuurder moeten zéér hooge eischen gesteld
worden, opdat, zooveel als eenigszins mogelijk is, on
gelukken voorkomen kunnen worden.
Het spreekt eigènlijk van zelf, maar het spreekt
wel heel duidelijk tot ons, als wij tot slot nog enkele
van de bovenbedoelde gegevens voor het eerste half
jaar van 1923 en voor dat van 1924 naast elkaar
plaatsen, en wel voor Amsterdam en Roterdam.
Het aantal verkersongevllen bedroeg door toedoen
van bestuurders van:
A'dam R'dam
1923 1924 1923 1924
personenauto's 266 509 131 513
vrachtauto's 194 39S 87 139
motorrijwielen 61 89 50 50
tram 33 109 41 122
rijwielen
wagen met paard
handkar
ftrampasfsigier
voetganger
van anderen aard
403 345 282 151
212 242 83 149
67
28
45
7
30
0
189 12 111 51
124 49 57
tezamen 1575 1820 874 1241
I
Do toeneming van' het aantal verkeersongevallen
in het algemeen, maar van dat door de schuld van
bestuurders van personenauto's en vrachtauto's in
het bijzonder, is inderdaad schrikbarend. Regeerder»
van stad en land mogen niet verzuimen alle maatre
gelen te nemon, die de hier zoo duidelijk voor den
dag komende gevaren zooveel mogelijk kunnen voor
komen of ze zoo klein mogelijk kunnen maken.
Tretldna van Maandag: 6 Ootober.
5e Klasao. lSe Lijst
No. 14992 f 10.000.
No. 2867 f1500.
Nos. 2737 5199 21216 22-134 22691 elk f 1000.
Nos. 997 5661 7976 21497 elk f400.
Nos. 26 141 elk f 200.
Nos. 261 8338 5468 8436 13921 19069 20358 20378
elk f 100.
Prijzen Tan f70.
136 176 309 714 716 1064 1085
1182 1198 1252 1327 1414 1543 1595
1664 1683 1706 1829 2206 2223 2295
2319 23-14 2371 2734 2978 3051 3077
3081 3126 8517 3202 3216 3283 3300
3390 3397 3462 3183 3490 3558 —61
3571 36-15 3693 4177 1298 4321 4348
4547 4617 4756 4888 5642 5257 5361
5611 5677 5722 5781 5876 5989 6010
6184 6373 6417 6493 6552 6633 679-1
6806 6893 G897 6969 7057 7117 7141
7238 7374 7725 7755 8019 8076 8241
8296 8700 8785 8933 8951 9029 9178
9553 9691 9730 9854 9298 9916 9925
10324 10611 10693 -
1101-1 11023 11171 11197 —229 11395 -—470
11667 11709 11885 12403 12128 12612 12798
12913 12939 12951 13039 13051 13198 18276
13369 13378 13400 —497 —536 —638 —728
13860 13949 13956 13974 14100 14273 14378
14387 11656 14907 15206 15230 15213 15325
1551-1 15653 15718 15919 15926 15993 16030
16166 16199 238 —265 —527 —545 1 6558
16613 16622 16631 16807 16827 —901 —975
17008 17022 17041 17108 17205 17214 17258
17264 17379 17412 17137 17351 17639 17737
17741 17793 1796,5 17978 18035 18M3 1S0R2
18113 1815-1 18234 18230 18-135 18437 1864)1
18671 18901 18962 19093 19097 19099 19121
19149 19212 19358 19543 19304 19643 19860
20015 20276 20471 20181 20518 20535 20517
20549 20568 20621 20629 20659 20741 20790
21036 21068 21112 21181 21269 21283 21288
21330 21337 21441 21505 21518 21634 21658
21816 21999 22021 22127 22272 —331 —4-11
22158 22181 22581 22597 23625 22833 —961
22982 1
FEUILLETON.
ALIAS RICHARD POWER
door C. N. en A M. WILLIAMSON.
Vertaling van Mejuffrouw M. HELLE MA.
20.
Nu werd het Esmée duidelijk, wie met een re
volver op die twee portretten had geschoten, wie
een kogel door het hart van don vader en de oogen
van den zoon had gezonden. Afgrijselijk. Mer dan
ooit was zij nu overtuigd van een bijzondere be-
teekenis van die daad. „Het hart van den vader zal
worden doorboord, door die oogen van oeni zóón te
kwetsen," waren die woorden, die haar door het
hoofd gingert.
„Natuurlijk neem ik het mot kwalijk, _zea.de
Power. „Het is heel goed, dat u weet, hoe wij Po-
wers .allejti naar hetzelfde model zijn geschapen-
Maar er is één, die tot ons behoort en toch ook
weer niet. Hij heeft geeh reciht op onzen naam, noch
op iets van het onze,_ en hij heeft sommigen van
ons gehaat met een bitterder haat dan ik kan be
schrijven, omdat hij dat recht niet bezit. Nu ben
ik do eenige die van onzen tak is overgebleven. Ik
reken mijn neven in "Ierland niet men. Dat zijn
verre verwanten. Zij' weten biets van het .bestaan
van dien man, on hü bekommert zich niet om hen.
Zijn aandacht is alleen op mij_ en op Cannon
gericht Hij denkt, dat hij een ernstige
wonen. U hebt zelfs een brief voor mij geschrevene
over hem aan een zaakwaarnemer, die daar op
hem zou letten.' De naam, waarop hij recht heeft,
als hij recht heeft op een is Rudolf Silvers.V
„Ik herinner mii den brief," .zeide Esmée. ,U
lihad het mii niet behoeven te zeggen."
Zijn a
Wood If Wt
grief heeft tegen twee van ons Powers.. Of hu* dat
werkelijk meentP Ik weet het niet. In elk geval, hij
is er in geslaagd zich te wreken voor gewaand on
recht door een reeks spoldeprikk<m. Dat is eigen
lijk een te zacht woon! er voor. Men kan sommige
eerder dolksteken noemen. Ik heb mijn levensplan
meer dan eens moeten veranderen om dien kerel.
Niet omdat ik bang voor hem ben. Er is geen. onkole
reden, waarom ik hem zou vrcezen, zelfs als ik oon
lafaard was en dat ben ik niet. naar ik hoop.
Toch is 'dat het geval. H«t was bij voorbeeld ge
deeltelijk om hem. dat ik d" laatste maal zoo plot
seling naar Engeland kwam en mij te Cannon Wood»
vestigde. Het was niot om hem, dat ik Italië verliet,
dat kan ik hem niet ten laste leggon. Maar er züitf
andere streken, waaraan ik do voorkeur zou hebben
geven boven Cannon Wood, eer ik wist, dat ik tot
indheid gedoomd was."
„Amerika, bij voorbeeld, waar Miss Harford
woont", vulden Eemee's gedachten aau. Maar zdj
sprak ze niet uit.
„Zooals de zaken nu staan," ging Power voort,
„doe ik ipisschien het beste nier te blijven. Maar
daarom flank ik den man niot, die mij gedwongen
heeft, hier te komen. Hij wordt verondersteld nu
in Zwitserland te zijn, maar ik dacht wel. dat hij
daar niet gebleven was. Hij is een bewegelijk en
rusteloos mensch. Ik begreep wel, dat Zwitserland
te rustig en Hein voor hom was, om er lang te
mp wat geld bespart
een geboren opüchtor. Maar het is hem bij mij
niet gelukt.
Ik zend hem geld, als hij zich voor het uiterlijke
fatsoenlijk gedraagt, of als hij in gevaar is, niet om
dat ik bang voor hem ben, maar omdat ik nu,
omdat het tegen mijn gevoel strijdt den kerel van
een ander aalmoezen te zien aannemen. Hij zou dat
zelfs van vrouwen doen, liever dan eerlijk zijn brood
te verdienen.
Al zijn oneerlijke praktijken zijn nog slecht afge-
loopen, zoowel voor hem als voor do meeste daarin
betrokken personen. Na zijn aanval verleden nacht op
u echter laat ik mij hangen, als hij ooit weer een cent
van mij krijgt om hem te bewaren voor armhuis of
gevangenis
„Hij haat u!" riep Esmée uit. „Ik wist niet, dat een
menschenhart zooveel haat voor oen ander kon be
vatten".
„En u hebt nog maar één bewijs daarvoor!" zei-
de Power. „Er zijn moer geweest en er zullen nog,
wel meer komen", voegde hij er grimmig bij.
„Ik weet van meer clan een bewijs", waagde Esmée
te zeggen. „Misschien zelfs van twee. Zal ik u datgene
vertellen, waarvan ik zeker ben? Bij instinct zeker,
begrijpt u!"
„Ja", antwoordde Power kortaf, „vertel het mij".
Esmée vertelde hem toen van de portretten in de
muziekkamer. „Maar misschien weet u dat al?" zei-
de zij.
„Neen, ik wist het niet. Ik had geen tijd om muziek
te maken, toen ik eerst In Canonn Wood terugkwam.
Later werden mijn oogen te zwak". Richard Power's
f:elaat was verbleekt van toorn. „Die ellendeling, zoo
ets te doen mot-mijn vaders portret! Hij wist, hoe ik
daaraan gehecht-ben. Ja, u hebt gelijk. Rudolf Sil-
vers is do eenige poraoon, die tot zulk een beest-
achtigen "Streek in staat is."
„Ik vind, dat het nog erger is, op de oogen van uw
portret te schieten", zeide Esmée.
„Zoo? Nu, mij kan dat niet zooveel schelen, om
dat ik natuurlijk meer op mijn vaders portret ge
steld ben dan op het mijne. Maar het i9 wel heel
tcevallig, nu het zoo met mij gesteld is, dat hij op
mijn oogen heeft geschoten. Hij moet overigens een
goed schutter zijn. Hij mist nooit zijn doel".
„O! Esmée huiverde bij die woorden. Maar dit
maal merkten Power's scherpe ooren den angst in
haar stem niet op. Hij was te zeer in gedachten ver
diept. Eindelijk sprak hij weer.
..Misschien hebt u zich verwonderd, mijn schran
dere jonge vriendin, waarom ik zooveel moeite deed.
jmijn blindheid voor ieder té verbergen, waarom ik
I mij zoo opsloot met alleen Giuseppe in 't geheim
1 tot ik genoodzaakt was een secretaresse te nemen
en tot ik, voor haar eigen bestwil, u een brief
liet schrijven aan Miss Harford".
„Ik vond het heel natuurlijk-", zeide het meisje.
„In uw plaats zou ik hetzelfde hebben gedaan. Als iets
mij kwelt, ais ik ziek of ellendig bon, dan ben ik
als een kat. Dan zou ik gaarne weg willen krui-/
pen in een hoek, waar niemand mij kan zien lijden,
zelfs mijn vriendin niet".
„Arm, klein, eenzaam ding! ik kan de gedachte
niet verdragen, dat u zou lijden!" riep hij uit. „Maar
ja, zoo ben ik ook. Ditmaal had ik echter een heel
bijzondere reden om, ,in een hoek te kruipen' zoo-
als u zegt: ik wilde niet, dat die man, "Rudolf Sil-
i vers. zou ontdekken, dat ik blind word. In de eerste
plaats zou het hem te veel pleizier doen. Hij zou
verrukt zijn.
j Maar de voornaamste reden was. dat ik niet pre-
cies wist, wat gebruik hij -van den toestand, zou ma.
ken. Ik was er alleen van overtuigd, dat hij er on
middellijk voordeel uit zou trekken, indien hij de
waarheid vernam. Ik was er niet op gesteld voor Skn_
son te spelen voor
„O, maar hij weet het hij weet het!" barstte Es-i
j mée uit.
i Richard Power's mooie oogen vestigden zich strak
op het meisje, ofschoon zij wist. dat hij haar niet i
I zag, maar alleen een grauwe schaduw onder andere
nevelachtige dingen. „Wat reden hebt u daarvoor?"
vroeg hij langzaam en ernstig.
.Omdat, Graaf Ricardo, hij misschien alleen,
misschien met een ander in het komplot bezig is
u blind te maken."
„Goede God!" riep Power uit.
De heftigheid, waarmee hij dien uitroep slaakte,
maakte Esmée een oogenblik stil en hij zweeg ook,
alsof zijn adem hem had begeven. Toen sprak hij j
i weer.
„Ik weet, dat u mijn vriendin is. meisjelief. Ik I
weet. dat u het goed met mij meent, en het is heer-
I lijk, dar bij mij gekomen is op zulk een tijd in mijn
1 leven. U zou zulk een beschuldiging niet uitspreken,
tenzij u goede reden daarvoor had, MaaTtaabt u die?"
„Dat zal ik u zeggen", antwoordde Esmée. „Mis-
schien ben ik wat al te voorbarig geweest met dat te
zeggen. Maar ik blijf er bij. U noemde mij zooeven
schrander. Ik hoop. dat ik dat bon. Ik maak vlug
gevolgtrekkingén. Dat heb ik altijd gedaan, maar
vooral in den laatsten tijd. Doch er zijn dingen, die
men bij Instinct raadt Dit is er een van. Toen ik
zag, dat uw oogen in dat portret doorboord waren,
begreep ik dadelijk, dat uw blindheid niet natuurlijk
was. Het was alsof een stem een stem. die ik ge-
looven moest mij op dat oogenblik zeide. dat u op.
zetelijk blind werd gemaakt door iemand, die u haat
te. Dat moest dezelfde persoon zijn, die door de oogen
van uw portret had geschoten."
„Bij Jupiter! dat was een schrander denkbeeld!
Dat was mogelijk", riep Power. „Maar u weet. ik heb
een heel bekwamen oogarts geraadpleegd. Na mijn
besten vriend Florio die misschien niéts meer van
mij wil weten mogelijk de beste in Europa. Indien
iemand mij Zulk een lagen streek had willen spelen,
dan zou hij het wel hebben ontdekt. Hij zou gezegd
hebben, dat en dat vergif is op de een of andere wij.
ze in uw oog gekomen. Dat heeft hij Diet gezegd."
„Maar u vertelde mij. dat hij het geval niet begreep
en dat hij u een medicijn gaf om in uw oogen te
droppelen, dat ze slechts erger maakte."
„Dat is waar. meisje met een lang geheugen! Maar
toch, hoeveel dokters zijn er, die zonderlinge geval
len werkelijk begrijpen, zelfs specialisten? instinct is
een wonderbare gave, maar
,Het is niet alleen instinct. Er is meer. Wacht een
oogenblik en luister, zonder een woord te spreken,
dan zal ik u de rest vertellen." En ademloos begon
Esmée met haar avonturen ma het zien der portret,
èen; hoe zij en Mrs. Neale iemand hadden verjaagd
uit „Ko-ning Kareis kamer" een man of een vrouw
dat wisten zij niet; hoe de kristallen karaf gebro
ken en het water gestort was; hoe de badkamerdeur
was dicht geslagen en de slteutel van buiten was om
gedraaid; hoe zij Esmée een bloedvlek had ge
zien en er aan had gedacht vingerafdrukken te ne
mon; hoe, torwijl zij weg was om de benoodigdhedon
daarvoor te halen, de glasscherven verdwenen waren
en de bloedvlek ook.
„Wij hebben meenen te wachten met 't u te vertellen en
te zien, of ik iets bepaalds kon vinden, dat de moei
te waard was", eindigde zij. „Maar nu weet u alles!
Vraag Giuseppe maar na, als u wilt. Ik was van plan
de platen gisteravond te ontwikkelen. Doch ik was
te uitgeput om dat te doen, en gaf er ook niét meer
om toen. Nu nu maar er is nog een ding,
dat. ik vergat te noemen. Die man wist van mijn
kodak en de opnamen, die ik gedaan had. Hij wilde
mijn camera hebben. Gelukkig had ik ze laten vallen.
Gelooft u nu niet, dat ik iets meer heb dan .instinct'
alleen om mijn bewering vol te houden?"
„Zeker", zeide Power. „Wat denkt u nu te doen?"
„De photo's te ontwikkelen en mij te overtuigen, of
de stukjes plas. die op den vloer zijn blijven liggen,
en die ik eisteravond opraapte, alle van de karaf
waren of niet."
„En zoo niet, wat dan?"
„Veronderstel, dat ik daaronder een stuk van een
gebroken medicijnfleschje vond?"
„Ja?"
„Zelfs een heel klein stukje glas zou genoeg zijn
om te onderzoeken, wat de inhoud van het fleschje
was geweest een fleschje, dat in de karaf was ge
ledigd".
„Ik zie het", zeide Power. Toen glimlachte bij,
eenigszins bitter. „Ik bedoel, dat u mi) haast hebt
doen vergeten, dat ik niet kan zien".
„O, als ik eens kon helpen u uw gezicht terug to
geven!" mompelde zij, meer voor zich zelve dan
voor hem. Maar hij hoorde den vurigen wensch.
Opnieuw greep hij haar handen en drukte ze vast.
„Waar zijn die stukjes glas, die u bewaard hebt?"
vroeg hij.
„Ik heb ze meegebracht".
En de camera?"
„Die is hier ook in deze kamer."
Wordt vervolgd.