Van dit en van dat en van alles wat!
Yoor de Kinderen.
ROIIELKRUID.
EVen lachen.
DAMRUBRIEK.
Bijvoegsel der Schager Courant van Donderdag 15 Jan. 1925. No. 7571.
De Gouden Kastanje.
vroeg beleefd om een brood, maar do bakker
weigerde norsch. Do vrouw van don bakker en
haar zes dochters zagen het, kregen medelij
den met Jezus, namen stilletjes een brood en
gaven hei den Hoor.
Tot loon werden de vrouw en haar dochters
In sterren veranderd en als Zevengesterte aan
den hemel geplaatst. Maar do bakker veran
derde in een vogel, die maar steeds „koekoekr
moest roepen. M.
1
EEN GRAFMONUMENT VAN ZILVER.
In do oeroude, aan1 sagen rijke stad Praag,
in Bohomen, bevindt zich de bekende prachti
ge St. Veits-Dom, met de schitterende 41 ven
sters, de marmoren vloer, de 12 ineenloopendo
kapellen en nog andere rijke praalwerken, In
een van deze 12 kapellen bevindt zich het graf
van den heiligen Nepom.uk, den schutspatroon
van Bohomen. Het graf werd voor 200 jaar door
een Weon9chen goudsmid gemaakt en bo-
staat uit een zilveren pmnkkist, waarin do
overblijfselen van den heilige en vijf zilveren
standbeelden, die een allegorischen beteekenis
hebben. Vier zilveren engelen houden beschut
tend een purperen baldakijn over het monu
ment en aan zilveren kettinkjes hangen ver
scheidene lampen, ook van zilver die de ruimte
met een gewijd licht vullen.
HET EINDE DER VISITEKAARTJES.
Volgens bericht uit Amerika gaat men daar
de visitekaartjes afschaffen. Zij zullen alleen
voor handelsreizigers blijven bestaan. Daarme
de gaat een gebruik van duizenden jaren zijn
eind tegemoet, want de Chineezen kenden de
visitekaarten al, die in Europa eerst in den Re
naissancetijd mode werden.
De oudste Europeesche naamkaartjes kwa
men uit Venetië; het zijn prachtig uitgevoerde
plaatjes, meestal met Venetiaansche stadsge
zichten. De naam van den drager werd, op een
open plaats zelf bijgeschreven. Bijzondere
kunstwaarde hehben de 18de eeuwsche visite
kaarten. Zij werden toen ook meer in burger
kringen verbreid1.
De kaarten van de 18de eeuw zijn dikwijls
buitengewoon fraaie etsen met vignetten, her-
derstaferoelen, mythologische voorstellingen,
enz. Naam en titel werden er ook door den et
ser bijgevoegd.
HOOREN MET DEN RUGGEGRAAT.
Voor ©enigen tijd werd door ecnige Zwitser-
gebe doktoren melding gemaakt van het zeer
bijzondere feit, dat in Bern een doofstomme
leeft, die met zijn1 ruggegraat muziek hoort. De
ze jongeman Eugen Buttermeister, trad on
langs de Borner Kursaal binnen en bemerkte
tot zijn groote vreugde dat hij de muziek hoo^
de. Hij nam do klankgolven echter niet mot
zijn ooren, maar met zijn ruggegraat op. Mijn
ruggegraat schijnt eeh geleider van klankgol
ven te zijn en ik voel hoe de klanken langs
mijn ruggegraat naar mijn hersens stijgen",
verklaarde hij. De doktoren hebben dit geval
grondig onderzocht en gevonden, dat de doof
stomme melodieën goed hooron en zelfs de in
strumenten opnoemen kan, dio deze melodieën
spelen. Buttermeister kan de menschelijke
stem niet hooron, en ook geen gesprek volgen,
dat luid en in zijn onmiddellijke nabijheid ge
voerd wordt. Hij «preekt ook alleen met vinger,
taal.
DIE WIST ZICH TE REDDEN.
De vroegere directeur van. het Petersburger
Hoftheater, Teliaikowski, vertelt in' zijn me
moires een aardige grap van doo geliefden ko
miek Warlamow.
Op een goeden dag nl. meldde Warlamow
zkh ziek met hot gevolg, dat het speelplan, van
dien avond veranderd moest worden.
De waarheid, die den directeur gauw genoeg
ter ooro kwam, was echter, dat de komiek in
Kroonstad hij Petersburg oen gastvoorstelling
had gegeven. Toen TellakowSkl don volgonden
dag naar zijn kantoor wilde gaan, ontmoette hij
echter den „zieken" komiek,
Vol belangstelling informeorde hij naar den
toestand; van den patiënt en. maakte zoo langs
zijn neus weg de opmerking, dat het toch wel
een beetje onvorstandJg is, om' als zioko nog de
vermoeieniason van een reis naar Kroonstad
aan te durven.
Ja, het is ook vrocsolijk, antwoorddle War
lamow, maar wat moet ik er aan doen? De
menschen laten me nu eenmaal geen rust. Gis
teren bijvoorbeeld wilde ik den geheeLen dag in
bed blijven. Maar Ja wel, zij hebben mijn huis
bestormd en mij gewoonweg van: mijn bed ge
haald en in die auto gesleept. Nu enfin, ik hoop
dat het geen hinderlijke gevolgen hoeft, want
anders zal ik op het eind van d:e week weer een
voorstelling moeten afzeggen.
Hierop maakte de komiek een diepe buiging,
grootte en vervolgde doodleuk zijn weg,
WARE WOORDEN.
Hij is niet rijk, Idie niet tevreden ia.
De ernstigste kinderziekte van dezen tijd is
de vroegrijpheid.
Een menscb heeft altijd toe te zien, dat bij
bij het klimmen in rang niet dalo in waarde,
Eerst de duisternis doet het licht waardeu
ren en niet voordat iemand van huis is ge
weest, weet bij hoe heerlijk bet is, thuis te zijn.
Wie zicb alleen door zijn gevoel laat leiden,
handelt vaak onverstandig, gering is zijn weer,
standsvermogen.
WANNEER?
„Mijn zuster trouwt met een graaf,
„Wanneer?"
„Ja, wanneer? Als zich er een voordoet".
ONBEGRIJPELIJK.
„Hoe is 't mogelijk, jij bent zoo*n gepassion-
n eerde danser, en toch tegen de vrouwenbe-
weging,u jf
NIET PRETTIG OM TE H 00 HEN.
„Vader, Is dat nou roastbeef?" vroeg de klei
ne Willy aan bet diner, waarbij een zeer ge
respecteerde gast was uitgenoodigd-
Natuurlijk, Jongen", zei pa, „waarom vraag
je dat?"
„Wel, omdat u vanmorgen tegon moeder zei:
„ik breng van avond voor bat diner een öude
schaapskop mee'1,
DE WHISKYFLESCH.
Man (togen vrouw die 's avonds thuis komt):
„Wij hebben het over den ouden tijd gehad,
Jack en ik, lieve."
Vrouw: „O Juist..... toen bij nog IX Shilling
de flesch kostte*1,
DE PAGEKOPJES.
Verwoede huisvader tot dochters en echtge
noot© met p.agehoar: „Dat korte haar^ is de
vloek van het land! Nergens een haarspeld
meer te Vinden» om mijn pijp moe door te ste
ken!"
i
ZORGZAAM ECHTGENOOT.
ZIJ: „Zeg, Willem, hoorde ik hei vannacht
geen twee uur .laan, toen Je thuis kwam?"
Hij: „Ja, lievè,; de klok begon Juist tien uur
te slaan, maar omdat ik bang was, dat Je er
wakker van xoudt worden, heb Ik h"m stopge
zet."
i
Verzoeke alles betreffende deze© rubriek te
zenden aan C. ArnJals Wz, Winkel*
i
PROBLEEM Nol t
Auteur G. W. Spittuier, Amsterdam.
ZWART.
WIT.
Stand Zwart, 11 Schijven^ op; 0 0 8 tb i 13
26 31 40.
Stand Wit, 11 schijven, op; 17 10 22 24 28
33 37 39 42 47 4%
i
PROBLEEM IW, 2,
Auteur A. Polman, Almelo,
ZWART.
WIT.
Stand Zwart, 10 schijven, op 8 5 tot 8 J2
14 19 23 26, dam op 25.
Stand Wit, 11 schijven, op: 19 10 27 80 tot
34 38 44 48,
OPLOSSING PROBLEEM Nol 8.
Wit: 34-40, 40—49, 26-21, 89-34, 49-30,
41:1 en wint. i
OPLOSSING PROBLEEM Nol 10.
Wit: 39-33, 40—34, 47-41, 17—11, 27—22,
22 13, 25 3, 3:1 en wint.
Dit probleem had ook nog de volgende bij-
oplossing:
Wit 38-33, 17—12, 23-22, 34 1, 2534.
Goede oplossingen ontvangen van: H. v
Apeldoorn, Schagen; J. Sterk, Hoogwoud; D.
Olie Au, N. Niedorp; T. Mantel, Jb. Mantel, C.
Honingh, Winkel; A. Wit, G. Wit, Lutjewinkel,
Van A. Heerschap, St. Maartensvlotbrug No.
7, 8 en 10. Dus de eerste 8 oplossers zullen l<v.
ten om de prijzen.
DAMNTEUWS.
De uitslag van den wedstrijd om het club-
kamplocnschap van D,O.S. te Winkel is: Na
1 C Amels, No. 2 G. Renooij, No. 3 D. Klecn.,
PLANTEN IN KAMER EN TUIN.
7a
Hier volgt weer van een nieuwe serie prijs
raadsels no. 1. Zooals ik de vorige maal ai
reeda gezegd heb, worden de prijizen verloot
onder hen, die het vaakst meegedaan hebben.
Een ieder krijgt ten slotte dus eena een prijs.
Laten daarom weer veel jongeqa en meisjes
meedoen en trachten de raadsels op te lossen.
De winteravonden zijn er zoo uitnemend ge
schikt voor. -v
Het geheel telt 34 letters en is een spreek
woord' aan de natuur ontleend.
De onderdeelen zijn:
34 6 30 32 is 15 13 24 4, maar ook, nietq meer.
Legt U er dus niet bij' 7 16 4.
't Beste 18 13 19 32 bederft ten leste.
Wie zich 26 11 22 1 5 22, is de beste.
In de buurt van Oosterwijk treffen we prach
tige 8 2 31 17 20 3 aan.
27 9 12 12 19 25 is een plaatsje dicht bij Alk
maar.
21 23 28 11 3 13 6 5 29 ia een plaatsje da
thans bij Rotterdam behoort.
Het ia in den zomer eerder 4 33 10 dan 's win-
tera
CLIVIA.
Mej. Broekhuizen, huize „Jaouda" te Bak-
kum, schrijft....
„Naar aanleiding van een vraag in uw ru
briek in de Schager Courant het volgende:
■OHMBnHBMHHMBBeBai
(Vervolg le tafereel.)
Grootvizier: Maar nu heb ik het heusch! z
K. en K/in: Nu? Nu?
Grootvizier: Geef haar een gouden beurs met
vijf goudstukken. Dan kan ze daarmee doen,
wat ze wiL
Koning: Jadat is een aardig idee!
Koningin: Heel aardig.... heel' aardig.
Zijn de beurzen duur?
Grootvizier: Dat, geloof ik niet, Majesteit!
Koning: Dan gaan we er dadelijk een koojxjn!
(Trompetgeschal buiten.)
Koningin: Hemeltje, wat is dat?
Koning: Er is zeker iemand aan de poort.
Koningin: Laten ze gauw openmaken. Mis
schien is er al theevisite.
(Een page komt op en fluistert den Groot
vizier iets in.)
Grootvizier: Omaar dat is leukatajie,
pardon.Uw broer, Majesteit!
Koning: Mijn broer, o, wat aardig!
Grootvizier: Hij komt zijin nichtje gelukwenu
srihen met haar verjaardag!
Koning: Nu, zeg hem dan maar, dat we in de
groote zaal op hem zullen wachten! (Tot de
Koningin:) Een gouden beurs met goud
stukken. Heb jij nog goudstukken, Aimalia?
Ik leea dat mededeelingen U ook welkom
zijn. Nu heb ik een Clivia, dio heeft half April
gebloeid en nu staat ze weer met dikke knop
pen. Waarschijnlijk1 ia er voor 1 Januari nog
wel een kmopje open, dan zou zo van dit jaar
2i keer gebloeid hebben. Is dit oen bizonderheid
of komt het wel meer voor? Zo staat in de
serre, krijgt volop licht en warmte, in den zo
mer staat ziji niet geregeld in de volle zon,
maar krijgt wel veel zonnewarmte, omreden
den geheelen morgen de zon op do serre staat.
Maar dan laat ik Lancastorgordijntjes zakken,
rk geef ze alle dagen water, zoodat ze goed nat
is. Van 't najaar heb ik er een spruit afge
trokken, die kwam uit den grond en nu komt
er weer een uit. De wortels groeien boven de
aarde uit.
Nu bestaat de grond hoofdzakelijk uit zand,
eten beetje bladaard* en wat kippenmest, dat
heb ik van den zomer al eens gegeven. Nu zijn
mijn, gedachten dat 't bloeien ten koste van 't
blad gaat, want er zijn bladeren bij die niet
diep groen zijn; ©enigszins geel gevlamd.
Uit deze gegevens kunt u misschien wel het
een en ander in verband: brengen. De uitslag
verneem ik dan wel in de courant."
Ik zou de volgende oumorkingon, bij dit schrij
ven kunnen maken:
Wel bloeit uw Clivia 2 koer in In jaar, maar
het zijn toch 2 seizoens, waarin zij' bloedt. Waar
schijnlijk bloeit zij nu zoo vroeg omdat zij' eèn
gunstige standplaats heeft gehad. Toch komt
het wel meer voor. Dat geel gevlamde van het
Ik ben bang, dat ik er geen rijf meer bij el
kaar krijg
Konigin: Laten we dan maar oens in mijn
schrijftafel gaan zoeken!
('Koning en Koningin, af.)
Grootvizier (tot Muggetje, die in slaap is ge
vallen): Hola! Mug, mug!! Wordt dan toch
wakkerl Ga mee, ga mooi!
Muggetje (ls ontwaakt): Ja Excellentie..— ik
ga al
(Trompetgeschal.)
Grootvizier: Daar is de broer van den Ko
ning aL
Muggetje: Hoe heet die broer, Excellentie?
Grootvizier: Dat weet je toch wel, Muggetje.
Ca9tor, Koning Castor van Bohemen!
Mugget je: O ja, dat is waar ook!
Grootvizier: Nu, vooruit danOp een af
stand blijven.... daar.... daarvoor
waarts marschl (Beddten af.)
TWEEDE TAF HEEL.
Een groote zaa-I. Een tafel staat gedekt met
al de lokkernijen uit 't eersto bedrijf. Grootvi
zier, koning Castor en Muggetje op. Koning
Castor stottert héél eventjes, is echter nooit
belachelijk.
Grootvizier: Gaat U binnen, Majesteit, gaat U
binnenatsjieGaat U zoolang op de
ze stoel zittenMug, help Zijne Majesteit
(Muggetje schuift een stoel bij.)
Castor: D-dank je w-wel. Hoe h_hoe h_heet jij,
jongmensch?
Muggetje: Ik heet Muggetje, Majesteit!
Castor: M_muggetjerfjdat is een eig-oige^
blad komt zeer waarschijnlijk niet door het 2
keer bloeien, maar de aarde kon wel eena oen
beetje zuurachtig worden, daar u eiken dag wa
ter geeft.
Het grondmengsel is niet van het basta. Aart-
bevolen wordt een aardinengsel van krachtige
samenstelling, bestaande uit blada&ndo, com
post en rivierzand, Dan eischt een Clivia in den
zomer meerdere malen een bemesting. Het ge
beurt vaak meer, dat do wortels boven den
grond' uitkomen, daarvoor is verpotten goed,
dat om de twee of drie jaar kan geschieden
CLEMATIS JACKMAjNNL
Antwoord op vraag 47 van W, W. dö W, te
Enkhuizen. Clematis Jackmanni kuinfi u hot
best vermenigvuldigen door afleggen, dus oen
tak in den grond leggen. Er ontwikkelen zich
dan. wortels, waaronder U later do gewortelde
twijg afneemt.
K. VAN KEULEN,
Tuinbouwvakondorwijzar.
HET SCHAAKSPEL.
Dit spel is oen der oudste spelen, over de go-
heele wereld bekend en bij velen tgoüofd, Hol
wend jpeeds lang voor onze jaartelling uitge-
maarddge n naamoen hhool eigenaardige
naam, sapristie!
Grootvizier (tot Muggetje): Ga jij oogenblikkd-
lijk den koning vertel Ion, dat de broer vaal
Zijne Majesteit, Koning Castor in de groote
zaal is!
Muggetje: Jawel, Excellentie! (Snelt weg.)
Grootvizier (roept hem na: En niet in do
keuken gaan snoepen.
Castor: S-snoept d-dat j-jongmonsch wol eena,
E-E Excellentie? j jj
Grootvizier: Heel dikwijls, Majestoitatsjial
Castor: D dat is oen U leelijke gewoonte, sap p
pristieeen h heel 11 loolijke gewoonte!
Grootvizier: Inderdaad heel leelijk, Majesteit.,
maar hij begint 't al oen beetje af to loeren.
Castor: Dat is gggelukkigsappijiatiol
H hoe heet U eigenlijk, E E Excellentie?
Grootvizier: Ik heet Chunkin Halapasawoen
Migdinikoff
Castor (ziet ham verslagen aan): D dat i& een
b beetje II lastig om te onthouden. M maar
op den duur zal ik h het wel leo leoren.
(Een page komt den Koning en do Koningin
aankondigen. Muggetje.)
Page: Hunne Majesteiten, do Koning en dta
Koningin. (Page af.)
Castor: D dag bbesto M Magidoboe mrdaajtf
jij het? En j jij, bbesto Amalia?
Koning: Het gaat ons uitstekend, besta
Jij ziet er ook heel goed uit
Konigin: We hebben jo in een-boelen tijd niet
gezien, Castor 1
Castor: Jadaar w was d dan ook een
g goede reden voor. D dat zal ik je zoo aat aart*
stonds wel vertellenm maait oorat