ai it het hart van Holland. De VakYereenigings-quaeslie in het Engelsche Parlement. ALS EEN ADELAAR DERDE BLAD. FEUILLETON. Zaterdag 28 Februari 192S. 68ste Jaargang. No. 7596. Natuurlijk spreken .wij van den ochtend tot den avond over het pd!an des heeren Oolijn tot invoering ©ener weeldebelasting. Of liever van een belasting op allerlei .waren, waar men eventueel buiten kan, benevens op eenige luxe artikelen. Terwijl een tvorkelijke weeldebelasting alléén de artikelen zou treffen, die als luxe kunnen wonien beschouwd, flus overbodigheden of" dingen, die veef duurder gijn, dan het normale artikel, waarmede zicth het gewone mensohdom vergenoegt, komt de regeering lier met een ontwerp, dat feitelijk, voor - zoover de jonsument er mee te maken heeft, een tweede uib- raaf is van de Tariefwet, in dit opzicht, fiat (alles er minstens tien procent duurder van wordt.. Merk waardigerwijze, de kleine luxe het meest. Het ontwerp maakt een zonderlingen indruk in elk opzicht. Men weet niet, of het zoo Snaar in elkander is afTodderd op een achtermiddag, dat er toevallig at kladpapier op een lessenaar lag, dan wel, dat ien hier beeft te maken met een wel'överlegde jging van een kwaadwillig ambtenaar, om er pen inister eèns te laten i nloopen. Dat het een op normale wijze tot stand gekomen en wel overwogen ontwerp moet voorstellen, is zeer moeilijk aan te nemen. Daartoe zit het te vol van 'Jouten, vergeetachtigheden, vergissingen en onbed achtzaamheden. Neem eens het voorstel alle verteringen in oafé's, «taurants, theehuizen en dergelijke, waar „een aaltijd of het logies meer kost (dan 75 (bent', te plasten met tien procent en minimum een dubbel ije. Ik ga een kop thee drinken. Kosten: 'n kwait' ;je, piüs fooi, dertig cent. Ben ik 'alleen dan kost mie een kop thee dus veertig oenten. Nu ziek ik kem- ann nissen, die ook een kop thee drinken en met elk.tpt- rno der betalten we vier koppen thee met een gulden, een dubbeltje recht en de fooi. Door met elkander aan ^jeen tafel te gaan zitten en samen te betalen, ven dienen wij dus veertig cent aan deu staat. In edr\ café tweede klasse, waar de koffie drie stuivers kost, verdient men door met zTn zevenen botje bij botje te leggen, gemakkelijk zestig cent... Is dit een ernstig voorstel' eener regeering Qf het gedoe van een ontsnapt krankzinniger' Ik ben 'zoo eens langs de winkels gaan loopen om de prijzen.van een en ander eens *na jtegaan. ope- ciaal' heb ik door bemiddeling van mijn vrouw, want voor een man staat het zoo dwaas (studie te maken van ongevulde dameskousen, nagegaan hoeveel zaken erin onze luxe stad zijn,Waarkousen ■van meer dam tien gulden een courant artikel zijin- NHet zijn er precies geteld Vijf en die vijf verkoopen per week nog .geen drie dozijn van ait soort tezamen. Van het luxe recht op dure kom- sen krijgt de staat dus uit den Haag vermoedelijk zoo iets van 35 gulden per week.. Tenzij de zaak den prijs van tien gulden op 9..99va brengt. Dan ontvangt men toch het tientje, maar de belasing- gaarder krijgt niets. Precies hetzelfde is natuuiy LöOlijk het geval met de toiletten en oosta- —mes uit kostbare stoffen vervaardigd. De duurste '7tipakjes zijn die, waaraan de minste stof zit én een ?*r-ftoostuum uit h©t ailereerst „Maison kan zijn ge- v componeerd uit een doodgoedkoop stofje, omdat jhet maakloon én de garneering de geachte lezer l 50 merkt, dat mijn vrouw ernstig heeft medegeholpen 5 om dezen brief te doen Slagen eigenlij k de zaak duur maken. Alö die apart worden blekend, fc.5ujQ.ijgt men vijf rekeningen voor een jurk, die aLle- _fc_L IJ K U OliOiX »lji. J v 1.—maal onder het beiastmgminimum blijven, doch (niettemin tezamen een coetuum vertegenwoordigen, dat misschien vijftig gulden belasting had moeten opbrengen. In plaats ervan krijgt men nu hoogstens vijf, aooh misschien maar een kwitantiezegel.... Zoo zal' het natuurlijk met allen gaan, omdat de gelegenheid tot ontduiking dezer tax zoo geweldig voor de hand ligt. Met een klein beetje goeden wu van den kant der winkeliers en met wat handigheid van het publiek, krijgt de schatkist van de weiv k el' i j k e weeldeinkoopen ongeveer niets. Geheel iets anders is het met allerlei snoeperij, met odeur en dergelijke dingen, die ongeacht den prijs zullen worden belast. Alweer komt er een groot vraagstuk uit de praktijk, waaraan men op net ministerie blijkbaar niet hóeft gedacht. Als een «root oonfiseur, ?eg een firma &Ü9 Krul, meer get ij akj es heeft dan worden verkocht, gaan ze weg. Zij worden dan niet meer den volgenden dag aatn de klanten voorgezet, doch verkoCht aan een der vele kleine winkels in de volksbuurten, waar een taartje lekker wordt gevonden, ook al is het niet meer gloedversch. Vermoedelijk zal dan de tien 6'ooent verschuldigd zijn pp deze gebakjes. Als de efine volksoonfiseur ze verkoopt, komt er weer recht op. Stel dat de groote firma ze opruimt voor 7Vï oent Ibij zijn winkelprijs van VS1/» ot., dan komen twintig dier gebakjes den kleinen .winkelier op f 1.65. Hij wif zelf wat verdienen, ook omdat hu de risico heeft, dat zij bij "hem nog oudbakkener worden, dus verkoopt tracht ze te verkoopen voor een dubbeltje. Komt er eeu kooper, dié er tien wil' hebben, dan betaalt hij dus f 1.10, maar het kind, dat err eentje zou willen snoepen, moet twintig cent betalen eia zoover strekt het budget niet. Gevolg: een strop voor den kléinen winkelier en tevens voor de groote firma, die geen wederverkoopers vindt, en deze bate moet trachten te vergoeden, door juister af te mikken, wat^Jb' bakt. of door hooger prijs. Iets anders, dat blijkbaar niet is bedacht, is, dat ieder winkelier, wiens artikelen in de termen dezer belasting vallen, verplicht is een tiende van zijn vermoedelïjken weekomzet aan zegels in huis te nemen, wif hij niet eiken dag in de queue gaar* staan. Aangezien de weeldebelasting dient om den Nederlandschen mensch de noodige zuinigheid te léeren, zoo, dat hij nieuw kapitaal kan vormen (vermoedelijk met de bedoeling, dat als hij het heeft (gevormd de fiscus het hem afneemt...), is hier de werking van het wetsvoorstel precies averechts verkeerd, daar de zakenman om hoogstens denzeifden omzet te finanbieren tien procent méér' kapitaal in zijn zaken moeten steken, hetwelk hij anders voor uitbreiding of voor beiégging in een andere zaak zou kunnen gebruiken. Zelfs als hij dit meerdere kapitaal vastlegt en dus aan uitbreiding, niet denkt, ia net nog zeer de vraag of hij zijn tegenwoordigen omzet behoudt.. In de eerste plaats wordt straks alles -©enige procenten j duurder tengevolge van de Tariefwet: buitenland-1 ;sche producten door de heffing aan de grenzen, de binnenlandsche door den vrijbrief, door de regeerfiïg aan de fabrikanten gegeven om voor eigen rekening op te .slaan tot butienlandsdhen prijs. Die stijging zal, laten wij zeggen 2V21 pet. bedragen, die op den prijs komen. Thans komt dit voorstel met de tien procent, dan is de stijging voor vele artikelen reeds 121/* pet. Gelooft men, dat het Nederlandsohe piv biiek bereid en in staat is na de algemeene malaise, de loonsverlagingen, de zware belastingen, de toch reeds hooge prijzen voor taf van goederen, van den eenen dag op den anderen, voor allerlei zaken 12-V'g pet. meer te gaan betalen. Voor artikelen, die feite lijk volgens den minister „weelde'' zijn, dus die het publiek desnoods kan ontberen P Hoogstens een ambtenaar, die nooit heeft gehoord van de praktijk des lévens, kan op zulk ten maJV lotig denkbeeld komen. Gesteld zelfs, dat het puj- bliek alles te zamen evenveel blijft uitgeven voor de zoogenaamde luxe dingen, dan is het toch dui*- 'delijk, dat er 12Va pet. minder aan hoeveelheid iwordt verkocht. Waar de algemeene koeten der winkeliers het zelfde blijven, moeten zij dus om gelijke winstenfce maken, en hun koeten te dekken en hola verplich tingen na te komen, hun winstmarge op het Eu* tikei vergrooten. Wie voor duizend guldon verkocht en nu nog maar voor 900, (moet, om' honderd gulden te verdienen in plaats van tien procent, voortaan jroim U pot. maken.. Ook dit moet uitdrukking, vinden in den verkoopsprijs, met het gevolg, Van weder een inkrimping van den omzet. De aal goed doen, als rij" tfese .«wet nog lOoIija toch wel durft optreden tegen de vervpiA- ooit ter behandeling krijgt (en het voorstel niet een lende weeldemensohen....) zich een aooountantsrap*. paradepaard is om te llaten zien hoe democratisch I port van een winkelzaak te laten geven. A. iraf oor door ETHEL M. DELL, uit het EofleWch door 'tU1 W. J. A. ROLDANUS Jrs 28. „O Will, Will/7 smeekte ze gebroken, „laat mij gaan terwilie van jou./' !en „Terwilie van mijzelf, Daisy," antwoordde hij bedaard, „en terwilie van jou, die uit eigen bewe ging weer bij mij gekomen bent, zal' ik je nooit weer laten gaan."' O „Wees niet zoo edelmoedig, Will. Dat kan ik niet O verdragen. Ik heb nog liever, dat je mij'vervloekt.'' „Stil, stil. Je bent mijn vrouw.. Ik flieb ge lief Jik heb je noodig." 1 1 De tranen kwamen haar in de oogen, verblindön,a, brandend, overweldigend. Ze snikte bet_ uit en die uitbarsting bracht haar verlichting. Ais iemand, die behoefte heeft aan steun, klemde ze zich aan hem „Ik Zal je alles vertellen," fluisterde ze.. „Als je mij wilt vergeven, moet je eerst alles weten/' „Vertel het mij, als je denkt, dat hét je goed zaï doen. Maar geloof mij, ik heb je reeds vergeven, fvóórdat je begint." En zonder weifelen vertelde ze hem, liggende in zijn armen, het gezicht verborgen tegen zij'n schout- der, niets weglatende, niets verzachtend, haar heele treurige geschiedenis, tot haar Zonde voor hem lag ais een open boek de zonde van (een vrouw, die bijna vergeten had, dat de liefde iets heiligs is.^ „Je haat hem dus al opgegeven vóór zijn dood?'' zeide hij, nadat hij haar zwijgend tot het einde toe had aangehoord. „Ja, nadat Nick mij het hopelooze net slechte er van onder het oog 'had gebracht. En hij -(Blake liet mij gaan: Hij zag het ook zoo- begreep het tenminste. En dienzelfden nacht o, Will, dienzelfden nacht vond hij dan dood in de golven. Hij sloeg Zijn armen nog vaster om haar heen. „Mijn arm arm vrouwtje/' „O, Will, dat niet," smeekte ze. „Je moest mij haten mij verachten/' „Sst./' zei hij weer en zij wist dat hij met dat eene woord vastberaden den afgrond, die zich ge durende de laatste twintig lange piaanden tusschen hen gevormd had, den rug toekeerde, dat zijn liefde groot genoeg geweest was dien te overbruggen en dat hij haar gewond, gebroken," geteisterd door de levensstormen, wilde voeren naar een beschutte plaats. Toen hij haar gezicht naar zich toekeerde, en haar léchtig kuste, ning ze aan zijn hals, niet meer -Jvreesd om hem in de oppen te zien. f Even hield hij haar zwijgend- in zijn omhelzing, toen begon hij rustig te vragen 'naar haar reis. „Heb je mij* niet verteld, dat je in de dakbuiï- gaiow gegeten hebt?" „Ja. We zijn er een paar uren geleden aange komen, Nick en ik." „Nick? En heb je hem daar achtergelaten „Hij zou op mij wachten om ïnefc hem terug te gaan,'' fluisterde ze. Weer kuste hij haar met innige tederheid. „Laat rn ïd Ihoi Sz nat stel ske eut r, \z. GES Aan het begin van elke zitting wordt er door de Bngelsche Kamerleden geloot, wie van hen het voorrecht zal genieten gedurende het zittingsjaar wetsvoorstellen, z.g. Private Bilis in te dienen. Bui tendien krijgen zij daarbij' nog een rangnummer. Heeft men een hoog nummer, dan kan men op zijn vingers natellen, dat men niet aan de beurt komt. Ditmaal1 zijn verscheidene conservatieve leden erg fortuinlijk geweest, o.a. heeft het conservatieve lia Mri. Macquisten een gunstig rangnummer •getrokt ken, waarvan hij nu overmorgen een bijzonder ge bruik gaat maken, door het indienen van een wets ontwerp, waardoor het de En gel scha Vakvereenit- gingen, de Trade Unions, onmogelijk gemaakt zal worden het geld der leden voor politieke doeleinden te gebruiken. Er wordt in Conservatieve kringen heel verschillend over deze guaeetie geoordeeld, de uitersten, waarvan de Mormng Post de spreekbuis is, willen dat de Regeering de zaak tot »de hare maakt, anderen betreuren, dat men met deze zaak begint, want zij zien er nipts goeds uit groeien en vreezen dat men van de leiders der Yakvereeingin gen nog een soort martelaren laat maken. Nu, dat behoeft heusoh niet, want met de leiders der vak- ver eeni gingen behoeft men geen medelijden te hebben, dat bewijzen de volgende cijfers wel. Over het algemeen hebben de Engeisdhe vakven- eenigingen een duur huishouden en iaat het géén twijfel' of er heerscht vooral onder de niet socia listische en niet communistische leden der Vakl- vereenigingen een gerechtvaardigde verbolgenheid over het leiderschap der vereenigingen in het al gemeen en het gebruiken der gelden van alle leden voor politieke doeleinden en wel voor de verkiezing van z.g. Dabourcandidaten én dat wil' tegenwoordig zooveel zeggen als Socialistische en zelfs somtijds Communistische oandidaten. Ieder mensch kan begrijpen, dat dit onder de Conservatieve leden der Vakvereeniging verbitter ring moet wekken,* het lijkt ook nogal wreed om iemand te laten meewerken aan het vlechten van den strop, waarmee men straks opgeknoopt zal worden. Een tuinman van een buurman zei laatst dan ook tegen mij, steit U eens voor, meneer, dat de leiders eens conservatief waren en de gelden van alle leden voor de verkiezing van conser vatieve oandidaten zouden besteden, wat Zonden die Socialisten en vooral die ülydesiders (dat zijn de uiterste rooden, de leden uit Glasgow en om geving, dus uit de districten rondom de Ctyde), een keet opzetten. Dat is natuurlijk volkomen waar. 'Het valt mij altijd weer op, hoe sterk de Socialisten er in zijn, om met twee maten te meten. Ik volgde onlangs het verslag van het congres der S.D.A.P. te Amt sterdam en het viel' mij weer op, hoe spoedig de heeren .aan de bestuurstafel oj> hun teentjes getrapt waren en spraken over oh behoorlijken toon dh onbehoorlijk optreden van leden, die het niet met het bestuur of met de Volkredactie eens waren, terwijl diezelfde bestuursleden even daarna op aller ongepaste wijze te keer gingen tegen andersden kenden. Dan denk ik weer aan mijn oude nicht, die ons do re mi etc. liet zingen: Wat gij niet wilt» dat geschiedt, doet dat ook aan een ander niet. Trouwens, ook gedurende het melkdebat bleek, hoe woedend de S.D.A.P.'ers waren op de zeer rake opmerkingen der Vrijzinnig Democraten en van, dient kant niets duidden, terwijl zij zelf (de vootv zitter incluis zich allerlei permitteerden, dat niet door den beugel kon. Dat mocht, want wat leen §.D.A.P/er zegt is heilig. Dat is zeker, omdat Marx een Duitscher was, een Duitsdher heeft ook aitijd gelijk. 1 Om inu eens een piaar cijfers,te noemen. 'Er waren in totaal'"leden aangesloten bij Engelsohe Vakverj- eenigingen in 1918 5.250.000 met 2.100.000 pond st., in 1923 4.368.877 met 3.324.000 pu st. bedrijfskosten hem bij ons komen, mijn liefste. Ik zal Sammy ér dadelijk met een briefje heensturen. Maar jij moet iiu eerst wat rusten. Je bent doodop.7' Toen hij terugkwam, zag ze, waarin de veran dering bestond, die ze in hem had waargenomen. Achterover tegen de kussens geieimd, keek ze hem glimlachend aan. „Wat ben je mager geworden, Will/' „Dat komt van het Indische klimaat," zei hij. Maar zij wist wei beter. En hij* kon dit duidelijk aan haar gezicht zien, af deed hij, of |hij het niet opmerkte. „En nu, Daisy, zal ik je naar bed 'dragen, net s vroeger in Bimla weet je nog? tna de geboorte van ons kindje. Arm' kereltje-/'' Zijn stem kiönk gedempt, alsof hij weer naast het leege wiegje stond. „O, Will/ 'zei ze. zich in zijn armen werpend "met een luiden snik, „als hij maar in leven was gebleven.7' Hij hield haar innig vast en fluisterde met zijn lippen op haar zilverwit haar: „Misschien later Daisy, wie weet/' En door haar tranen heen glimlachend, fluisterde ze terug: ;iO, Will, ik hoop het. Dat zon een zaligheid zijn/' HOOFDSTUK XLTV. Een Mannenhart. Het was een snikheet© dag. De wedrennen in Ghawalkhand waren in vollen! gang.. Muriei Ros- <coe leunde loom achterover tegen de zachte kussens wan Lady Bassett's rijtuig en keek met verveelden blik naar de woelende menschenmassa op het sport terrein, tot ergernis yan haar gastvrouw, die haar meer dan eens verzocht: „Kijk toch niet zoo koel; kind/' wat Murief telkens met een nog onverschilli ger blik antwoordde. Hoe koel; ze er ook uitzag, merken deed zij dat niet, want ze waren in het warmst van 't seizoen en Ghawalkhand was een van de heetste plaatsen in Britsch Indië. Sir Reginald was er kort geleden tot Resident benoemd, om als raadgever dienst te doen bij den jongen Radjah. En Murief was met hen meegegaan, onverschillig waar ze heenging. Ze 'had geen piéizier meer in het leven. 'Ze voelde zich altijd even vermoeid en miste daardoor de noodige animo om deel' te nemen aan de vermaken, waarin ze verzeild was geraakt.. Er waren echter slechts weinigen, die gisten welk verdriet ze achter haar passief uiterlijk verborg. Zelfs Bobby Trasser, een opgewekt celibatair, en een lieveling van de dames, wiens scherpen blik gewoonlijk niets ontf- ging, was zich hiervan niets bewust. Toch was het zeker niet haar lévendige conversatie, die hem haar gezelschap deed zoeken, zoodra hij haar alleen zag. i v. O ok nu kwam hij op' haar toe, om Aaar een kopje thee te brengen, en b!'eef naast het rijtuig wachten, tot ze het uitgedronken had. ,Kijk eens',,' zeide hij, wijzend naar een jookev. die hen op de renbaan voorbij reed. „Hoe durft die aan den wedstrijd meedoen? Zóó kan ik het ook nog wéL Dat doet mij denken aan iemand, die ik vroeger gekend heb Nick Rat... Rat.... zipn Ti«.fl.Tn wil' mij op 't oogen blik niet te binnen schie ten, maar dat doet er ook \niet toe (r— die ophec In Hoilandsöh geld komt dat oc f5 per hoofd in 1918 en op f8.50 per hoofd .In 1923. Dat is veel geld en kan men daarom foest bet- grijpen, dat er lieden zijn, die voor de éer van lid te zijn der vakvereeniging, stichtelijk bedanken. Terwijl' er dan ook in 1920 totaal bijna 7 millioen léden waren, liep dat in 1923 terug tot 4.300.000 leden, terwijl de totaatrinkomsten slonken van 16.000.000 pond sterling in 1920 tot 9.778.000 pond sterling in 1923'. Een teruggang yan ongeveer 60 millioen gulden in drie jaar. Wanneer men dan bedenkt, dat de uitgaven der leiding inplaats van af- juist toenam, aan baart de toestand der Vakvereenigingen in Engeland inderdaad zorg. Doch nu is de vraag: gaat dat buitenstaanders aan? Dat is een heef moeilijke kwestie. Degenen, die zeggen: ja, komen o.a. met de staking der electriciens enz. als argument voor den dag en zeggen: hier was een arbeider, een zekere Rew, niet bereid om te blijven bijdragen aan de kas der Vakvereeniging, omdat hij zich niet met de leiding kon vereenigen en vond, dat het geld der arbeiders weggesmeten werd. De leiding der Vakvereeniging beantwoordt dit door den man op de zwarte lust te zetten, hem be smet te verklaren, hem du® broodeloos te maken. De werkgever wil dat niet dulden, de man 'is een zeer goed, bekwaam werkman, kwesties in do Vafcvofl- eeniging gaan den werkgever niet aan. Rew biijft dus werken. De leiders der V.V. beantwoorden dit door het afkondigen eener staking. Waar is do individueel© vrijheid van den borger? vragen dq genen, die maatregelen willen zien genomd-i, dat ae leiders der Vakvereenigingen niet met de kas kunnen omspringen, zooais zij willen, dikwijls tegetn den wil van vele leden. Anderzijds echter wordt gezegd: dit is ten slotte een quaestie, welke de arbeider onderling moeten uitvechten en waarbij de Regeering slechts heeft toe te zien, dat de rechten en wetten niet worden aangerand; wij buitenstaanders moeten ons er dus niet in mengen, Het eigenaardige is, dat zoowel voor.- als tegenstanders van beperking der macht der leiders ten opzichte der geldmiddelen het over één zaak roerend eens zijn, ni. dat ér aan ihet be staan der Vakvereenigingen niet getornd mag worg den, dat het bestaan der Trade unions noodig is. De Trade Unions zijn een onmisbaren factor in het oeoonomisch verband geworden en men moet wel heel bekrompen wezen, wanneer men niet erkennen wil' dat een georganiseerde arbeidersbe weging geheel' past in onze samenleving. De Vak,- vereenigingen hebben ook enorm veel goeds tot stand gebracht, geen mensfeh zal'dat ontkennef^ al' zullen velen hevige grieven hebben. Die grieven zijn eigenlijk steeds het gevolg van fouten door leiders begaan. Leiders van vakvereen gingen zijn menschen en hebben als menschen ook alle goede eigenschappen en fouten van den mensoh. Heeft de leider meer goede dan slechte hoe danigheden, dan strekt hij zijne vereeniging en, de maatschappij uitsluitend ten zegen en verdient dan eigenlijk heilig verklaard te worden. Nn is echter heel jamm€g, dat bijna elke leider van een V.V. zich zelf heilig vindt, terwijl hij erg mensc/helijk is. Vandaar heef voel grieven yan de „Maatschappij''. Nu is een der groote moeilijkheden de eigenaar dige positie van den feider eener V.V. Als werk.- linan heeft 'hijlg*een beteekenis meer, hij is zijn oude ambacht ontgroeid, is te veel „heer" geworden, kan praten en schrijven, is een vergaaermensdh géfc- worden en moet natuurlijk leven van het ieideiv pchap der V.V. Leven is duur, vooraf voor een ('vergadermiensch. Laten wij nu eens zien wat In 1923 aan salarisoefc» voor de leiders van eemige vakvereenigingen ju •Engeland is uitgegeven. laatste oogenblik meedong naar den Grooten Mp- golsbeker te Sharapura; om een weddingschap, geloof ik. Het paard, dat hij bereed was zoo mager ais een skelet en verduiveld lastig, kortom het had geen enkel' goed punt maar toch won hij de race. Het was natuurlijk niets als zijn brutaliteit, die hem redde. Ais (hij' eenmaal zijn zinnen op iets gezet had, moest het gebeuren. Hij was de bru( taaiste kerel, dien ik ooit ontmoet heb. „Zoo herinner ik mij nog, dat, toen ik', nu jaren geleden met dezelfde boot als hij naar indië gring, ér op zekeren avond kaart gespeeld werd in het salion, hij keek toe en zag dat een tyanlde dames valsch speelde.. En zonder aarzelen nam hij zijn sigarette uit den mond en stak daarmee haar japon in brand. Vreeselijk riskant, nietwaar? Toen ter tijd dachten wij stellig, dat het een ongeluk was, pas later hoorde ik de ware toedracht. Er volgde natuurlijk een geduchte opschudding; speeltafel tjes werden omvergegooid dames kregen het op de zenuwen en temidden van dat tumult doofde onze held bedaard met zijn handen de vlammen uit en bood de bewuste dames de noodige excuses aan. Ze was echter zoo boos op hem, dat ze^hem de heele verdere reis negeerde. Ja, daar heb je Mevrouw Philips.. Ik moet haar even aanspreken. Adieu/' „Je hebt toch, hoop ik, thee gehad, Muriei'?7 klank de stem.van Lady Bassett, die even naar de 6tallan was gaan kijken, achter haar. „Mooi zoo. Ik dacht wel, dat Bobby Traser goed voor je zorgen zou.7' En met een voldaan lachje ging ze naast Muriei zitten. Het was haar eenige wensöh, Muriei' zoo spoedig mogelijk aan den man te brengen, en ze liet geen gelegenheid voorbij gaan, haar dit te laten merken. In den laatsten tijd had ze zich 'ver beeld, dat Bobby Traser meer notitie van haar nam dan van andere meisjes, en daar -«e hem «n aüe opzichten een geschikte partij voor Muriei vond, moedigde ze zijn attenties ten sterkste aan, wat deze zich zwijgend liet welgevallen. Muriei was •blij, toen de wedrennen afgeïoopen waren én ze eindelijk naar huis kon gaan, want ze snakte er naar alleen te zijn. De verhalen van Bobby hadden haar zonderling ontroerd. Niemand noemde ooit Nick's Tifl-a.m tegen haar, zelfs Olga, haar trouwe correspondente, vermeed dien in haar brieven. Als een meteoor was hij door haar hemel géfbtst en weer verdwenen; 1 een lichtend, onuitwischbaar spoor achterlatend wei is waar, .maar verdwenen was hij toch. En het kwam haar hoogst onwaan scthijniijk voor, dat hij ooit weer haar pad zou kruisen. En nu had ze iemand ontmoet, die haar dingen van hem had verteld, waardoor ze in een oogenblik zijn geheele krachtige persoonlijkheid fweer voor zich zag. Ze had wel uren lang haar Boh- by's verhalen kunnen luisteren. Alleen het noemen van Nick's naam had haar poleen sneller doen kléppen. f Lady Bassett deed onderweg geen moeite met haar te .praten, maar toen ze haar een "paar koper stukken zag toegooien aan een ouden bedelaar, die tegen net hek van de Residentswoning gé- hurkt zat, kon ze niet nalaten haar een kleine vermaning toe te dienen. „Ik wou, dat je die menschen niet zoo aanmoe digde kind. Men kan met de tegenwoord ge opstoot jee met dergelijke sujetten niet voorzichtig gA juiiei zei niet®, maar besloot bij richzefve, den ouden man voortaan haar aalmoes te geven, als Lady Bassett er niet bij was. postpapier naar de onderteekening te zien. Hij was van Wilil Mjusgrave. „Waarde juffrouw Rosooe/' schreef hij*. „Na lang aarzelen -ben ik er toe oveigegaan, u een gunst te vragen. Zooals u waarschijnlijk weet, is mijn Vrouw eenige maanden geleden bij mij teruggektx- pién. Ze if3 nog heei zwak en hooft den wensch te kennen gegeven, u te zien. Ik geloof, dat -ze /u iets te vertellen /heeft, dat haar zwaar op de ziel drukt, en ik kan het gevoefhiet van miij 'afzetten, dat er •veel' meer kans pp algeheel© genezing zou zijn, als u haar daaromtrent zoudt willen geruststellen. Ik weet, dat ik veel van u vraag, want het isr oen lange vermoeiende reis naar hier, maar mooht u ,ér toe besluiten, dan ben ik gaarne bereid, u van het spoor te halén en over de Vlakte te brengen. Zoudt u zoo goed willen zijn, mij' uw antwoord te seinen? Ik heb buiten Daisy om geschreven, omdat zij meent het recht op uw vriendschap verbeurd to hebben. Met vriendelijke groeten, W*. MUSGRAVE. Nog dienzelfden avond zond Mnrief haar anb» woord: „Vertrek morgen77. HOOFDSTUK XLV.. In naam van de vriendscïiap. Den volgenden morgen vroeg begaf Muriei zioh op weg. Toen ze het hek'uitreed, keek )ze dit (het raampje van het rijtuig, of ze den oaden bedelaar t>ok zag, die daar den vorigen namiddag had ge zeten. Hij was er niet, maar een eindje verder kwam ze hem tegen, Van uit de plooien van zijn ohudda scheen zijn witte baard haar om een aalmoes te smeeken. En met een vriendelijken glimlach gooide ze hem een muntstukje toe. Als ze later aan haar reis terugdacht, vergat ze de vermoeienis en verveling. Ze werd als- voorti- gedragen op de vleugelen der liefde. Volgens afspraak wachtte Will Musgrave aan het station. Hoewel in alles op haar welzijn bedacht, was hij zoo stil en in zichteelf gekeerd, dat ér (haast geen woord uit hem was te krijgen.. Bij bedankte haar hartelijk voor haar komst, zei, dat Daisy's toestand nog dezelfde was en liet haar verder bijna geheel aan de zorgen van de ayah, over. Toen ze eindelijk hun bestemming naderden, ven- brak WiH het zwijgen. „Laat mij vooruitgaan om Daisy op uw komst voor te bereiden,'7 zei hij. „Ik heb haar niet gezegd, dat u komt. Ik vreesde, dat de spanning Wan het wachten «haar kwaad zou doen." Ze ontmoetten elkaar aan het hek van de bun^ galow, en levenslang herinnerde Muriei zich Daisy zooals ze daar stond met het grijze haar, dat doods bleek gelaat, die radeiooze uitdrukking in haar oogen. Zonder een woord sloot ze haar in haar jonge armen en hield haar langen tijd omvat. Wordt gevolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 9