B. H. Lenghaus, Winkel. WHITE'! WONDERE JU1 lil het hort Yan Holland. SCHERP CONCURREERENOE PRIJZEN. Zaterdag 9 Mei 1925. G8sle Jaargang. Mo. 7635. DERDE BLAD. FEUILLETON. I. Vraagt Stalen of zichtzending. Staatsloterij. Gemengd Nieuws. 30 heeren, die zich uitgeven voor volksvertegen- i'rdigers, hebben zich fraai aangesteld, s er bij do Olympische Spelen ook oen wedstrijd in onbenulligheid, en dwarsdrijverij, zou Kersten mooie kans hebben op 'u groote gouden medail le! record van geborneerdheid heeft hij geslagen, natuurlijk Geuzenkop, Viascher en minister imskerk op 'n neuslengte afstand, ieomskerk, de jolige Calvinist, heeft de initieele lid door toe te geven aan de drijverij van zijn Jemaal onjolige partijgenooten die van 'n sport- irij niet wilden weien. Als hij hen niet had ge ld en kalm de Olympische premieleening had ;ekeurd. sloeg Nederland nu geen figuur als (er. Zijn toegeven aan de drijverij, dat spel zon- jqu zijn, een opvatting beperkt tot een klein der coalitie en zelfs daar onder voorbehoud aan- ,_r is de eerste dwaasheid in dit spel van fouten, 'as het hierbij gebleven, dan zou de schatkist de is hebben gehad op te moeten komen voor een r intueel tekort inplaats dat de noodige gelden wor- (j ibijeengebracht door liefhebbers van sport en.... 11 de kans op 'n fortuintje: [ad Heemskerk niet geluisterd naar de stemmen zijn gereformeerde vrienden van allerlei gading, zou nu het beramde millioen op tafel liggen, bus beroemde onverschilligheid heeft de natie kefien gespeeld. Eerst toen hij de toestemming der üng weigerde, later toen hij in den 'Ministerraad dewerkte tot het thans verworpen voorstel, zonder eerst op de hoogte te hebben gesteld van de ver- 25|edelijke houding zijner partijgenooten. Zijn oor- onkelijke weigering bracht mede, dat de regeering anders zou doen. Die toezegging reeds ge- gj liiceerd door het optreden van den gezant te Ro- is niet ingelost. in dit is een schandaal, waarvoor Heemskerk ver- fcjwoordelijk is. Ook al vertoonde hij zich, evenmin Coiijn trouwens, in de Kamer, en belooft niet zonder te weten, dat men zijn be- B kan inlossen. De particulier, die verplichtingen zich neemt, zonder ze te kunnen invullen, komt Ie handen van een curator of valt in 't kader van waarschuwingsberichten van een commissaris politie. i overheid, die zegt: „nu mij de onmogelijkheid 'Ejlkt, te doen wat gij wenscht, zal ik het doel toch wezenlijken door iets anders", dient te weten wat oezegt. en in hoeverre zij haar toezegging kan wezenlijken. 3 is zij praat en met voorstellen komt waarvoor zij meerderheid te vinden weet, is het beter te gen en geen uitzichten te openen. Zeker, niet. of- eel uit te noodigen tot een diner zonder te weten, althans de hors d'oeuvre betaald kunnen worden, oe dit zij, de meerderheid van de Kamer heeft subsidie of liever gezegd: de pro-memoriepost een garantie afgestemd en zoodoende het hou der Olympische spelen in Nederland zooal niet nogelijk, dan toch zeer twijfelachtig gemaakt, ïermede is tevens groote schade toegebracht aan erland, dat waarlijk, wel wat bezoek uit het bui and kan vélen. mand, die eens in ©roek in Waterland en eens Harken behoorlijk is afgezet en afgebedeld, ge it Nederland wel voor den tweeden keer. Denkt liet over zijn schreden nogmaals naar Holland te «en. Van Nederland ziet de gewone tourist bijster fg. Kij kijkt 'n paar musea, *n paar dorpen met te kleedingdrachten, ziet een paar steden, die ies zijn als die bij hem thuis, eet en drinkt duur verdwijnt. it alles is geheel onnoodig. En te verbeteren! la het vreemdelingenverkeer niet in handen was officieele menschen en als de kans bestond voor vreemdeling een reisroute aan te geven, „zonder mpen, zonder oorijzers, zonder Marken". Als men vreemdeling Nederland zou kunnen laten zien, als het werkt _en hoe mooi het is, zou er zeer I zijn gewonnen. 'ij hebben persoonlijk zoowat geheel Europa door gezworven. Te voet, per flets, ln auto «n trein en tram. Zeker: bergen en watervallen mist men in one land. Doch overigens heeft men hier landschappen, waaraan geen andere natie kan tippen. Er zijn plekken in Europa, in Denemarken, in Duitschland, in Rusland, die doen denken aan onze polders. Er zijn streken in Hongarije bijvoorbeeld, die iets hebben van de Veluwsche of Drentsche heide. Maar altoos zonder de speciale Hollandsche at mosfeer en vooral zonder de Hollandsche luchten en wolken. Waarom cijfert Nederland zich steeds weg? Waar om zoeken wij altoos do attractie van klompen en matrozenbroeken, van stapels kaas en van, afgeriste op 'n hoop geworpen hyacinthen? Wij hebben eon betere keuken, heter boter, beter groenten, beter kaas, beter vleeach, betere viscb dan eenig land in onze buurt. Maar onze restaurants maken internationale scho- teltejs, liefst uit blikjea En liefst even duur als de allerergste restaurants van Londen, Parijs en Ber lijn. Zeker: onze belastingen, onze huren, onze loo- nen zijn hoog. Maar niet hooger dan elders. En &13 ik dan bijvoorbeeld in een der allerduurste restau rants van het thans zeer dure Berlijn eon diner kan krijgen voor f 3.60, is er toch werkelijk geen re den om voor een lunch van veel minder hoedanig heid in Den Haag f 4.50 te moeten betalen. Met „wijndwang". Wat ook nog eens twee gulden betoe- kent. Als men den vreemdeling hier iets bijzonders voor zet, iets ongewoons, iets zuiver-Hollandsch, zou het hem vermoedelijk weinig kunnen schelen al kost'e het een paar kwartjes meer dan bij hem thuis. Maar hij krijgt ten onzent precies dezelfde universeele restaurantkostjes, alleen wat duurder dan bij hem thuis. Onze spoorwegen zijn bijna krankzinnig duur. Minsters andrhalf nioal zoo duur als in Engeland, driemaal zoo duur als in Frankrijk. Dit weet men waarlijk in het buitenland ook. En dit is een der redenen, waarom zoo veel toeris ten ons land niet bezoeken. Of hun bezoek zooveel mogelijk bekorten door precies de paar paradeplek- ken: Rijksmuseum, Vredespaleis. Mauritshuis, Mar ken, te gaan kijken en dan weg te reizen. Dit land. dat zoozeer vreemdelingenverkeer zou verdienen en waard zou zijn, tracht vanwege de op vattingen der heeren Kersten en Visscher de Olym pische spelen onmogelijk te maken. En Coiijn vertoont zich niet in de Kamer. „Ais zekere Juli-gebeurtenissen aanstaande zijn, staat men voor niets." Zegt u het wel. A. J592 8U2 8637 3642 8 iiü B084 69J3 3k«» 8958 8961 8965 89,5 4095 4105 4165 4179 440 4451 4498 4496 4782 4797 4880 4910 5029 5^00 5209 5256 5847 5367 54S2 5o03 5624 5685 5750 5777 5949 5955 5992 6082 6279 6290 6372 6408 6726 6729 6751 6775 6893 6991 7025 7047 7268 7837 7866 7481 7591 7679 7780 7755 7947 7968 8078 8074 8812 8875 8888 8455 8689 8776 8899 8924 9048 9080 9093 9102 9192 9239 9379 9458 9612 9631 9659 9665 9974 10011 10092 10115 10238 10390 10433 10576 10815 10952 10960 10976 11093 11125 11192 11232 11320 11327 11437 11547 11699 11619 11694 11754 11809 11882 11986 12013 12213 12234 12243 12307 12368 12376 12394 12397 12721 12748 12759 12921 13032 13119 13121 13165 13340 13365 13495 13500 13837. 13681 13683 13734 13843 13847 13858 13893 14109 14143 14202 14209 14696 14742 14746 14758 14983 15020 15075 15120 15404 15535 15573 15623 15975 16055 16110 16115 16345 16360 16433 16452 16684 16767 16802 16804 16897 16927 16963 17008 17093 17134 17201 17254 17319 17338 17346 17378 17472 17485 17600 17627 17738 17793 17822 17841 18018 18100 18201 18307 18492 18596 18602 18707 18897 18911 18987 18990 19124 19133 19148 19218 19302 19313 19318 19351 19533 19580 19628 19638 19868 19900 19959 19995 20143 20196 20217 20383 20547 20600 20635 20669 20769 20811 20849 20870 8718 8732 3742 3917 39i8 3932 4035 4042 4075 4201 4315 4327 4562 4663 46761 4917 4973 499/ 5279 5298 5330 5518 5526 5578 5860 5893 5a27 6093 6176 6238 6411 6496 6582 6815 6832 6848 7091 7153 7227 7501 75i0 7a88 7798 7897 7921 8253 8261 8279 5490 8552 8683 8927 8960 8999 9125 9133 9147- 9499 9516 9519 9711 9810 9941 10120 10151 —157 10609 10624 10793 11012 11053 11057 11237 2SZ —807 11564 11588 —597 11773 11779 —789 12135 12147 —181 12326 12328 12352 12496 12538 12559 12937 12952 130O9 13224 13269 13337 13502 —543 —563 13767 13810 13842 13908 14023 14066 14308 14426 14467 14770 14839 14981 15148 15161 15296 15734 15744 159}5 16127 16209 16238 16461 16512 10574 10828 16831 16832 17014 17020 17271 17401 17634 17064 17700 17918 17931 18004 18337 18469 18478 18721 18763 18828 19019 19025 19106 19233 19251 19268 19445 19489 19501 19722 19812 19820 20006 20043 20104 20437 20482 20485 20707 20715 20748 20877 20895 20967 17049 17273 17315 17415 17430 HABEL BARNESGRUNDT, voor Nederland bewerkt door ELLY HARTINO, j keek den tuin rond. alsof Dimbie verborgen zijn achter de latyrus of in' de rhabarber en ik moeite mijn lachen in te houden. •laar zelfs al is u aan huis gebonden arm ding aisschien zou uw man toch wel in onzen kring en opgenomen worden. 'at voor neigingen heeft hij? Welke richting is toegedaan?" 1) aar conversatie was mysterieus, doch hier was ninste eeri eenvoudige vraag te beantwoorden. üj nam altijd de Zuid-West et koude minachting zag ze mij aan. „Ik spreek over spoorlijnen", viel zij mij in de rede. „Ik 'el voor welke kunstrichting, voor welke bewe es hij geïnteresseerd." V' kwam ik verward, „ik geloof voor niets in bijzonder. Mijn man is tamelijk gemakzuchtig, houdt van wandelen en o ja", ik werd geest- lig. „hij is dol op tuinieren." uinieren is te afgezaagd", antwoordde ze ferm. erliefst onderwerp, samenspraak, met de na- maar daar hebben we al zoovelén in ge- Elizabeth, Alfred Austin, Mrs. Earle, Deane en een heele zwerm anderen." lijn echtgenoot houdt geen samenspraken met .natuur, hij doodt slakken en wiedt de bloembed- i wêervoer ik. En geen van ai die menschen, waarvan u spreekt v°or ons gewerkt. Elizabeth mag in extaze bij het zien van een eenzame crocus int Fe- en Alfred Austin kan een allerliefste conver- gaande houden tusschen zichzelf en zijn verbe- s en lavender, doch zij weten niet waar Dimbie selderij geplant heeft" maakte een ongeduldige beweging. „U schijnt met te begrijpen, doch ik wil trachten het u dui- JK te maken. Ziet u eens, eenigen van1 ons heb- i een club gevormd, een Muziekclubje?" vroeg ik opgewekt imalias: „Nou zal 't nie lang meer du-u-ren!" j vanuit de keuken en ik had Mevrouw aerbys conversatie niet geheel gevolgd, was niet van plan „muziekclubje" te zeggen", ri.Kü teKen» »ofechoon ook zéé? muzikale *1? n.. ziJn van onze vereeniging. Wij zijn _J^digen ik ben een letterkundige (een pau- artiste, kunstenares! Wij hebben ons vereenigd hingen; elltander 66118 Per week in eikaars j Groote sorteering Confectie en Modeartikelen, Trekking van Woensdag 6 Mek 4e Klasse. 8e Inj'sfc. No. 15129 6-5000. No. 13437 f 2000. No. 17343 f1500. No. 10614 flflOO. Nos. 2309 2772 8332 15622 elk f400. Nos. 342 688 3019. 16958 elk f200. Nos. 865 1937 3799 14916 19333 elk f 100. "Prijzen van f65. 38 206 245 315 359 422 439 503 507 519 602 611 830 872 912 921 932 948 998 1013 1032 1073 1182 1246 1350 1370 1392 1471 1504 1522 1550 1563 1581 1731 1747 1886 1901 1994 1997 2012 2061 209Q 2120 2152 2233 2247 2269 2274 2279| 2333 2355 2394 2406 2424 2518 2534 2573 2579 2588 2648 2658 2679 27681 2797 2806 2890 2906 2942 3090 3097 3100 3123 3145 3286 3293 3315 911 3392 3406 3412 3484 3496 3499 3555 van Donderdag 7 Mal 4e Klasse. 4e lijst N<x 15900 f100. Prijzen van f65. 833 1161 1244 1268 1468 1489 1831 2201 2370 2436 2629 2662 2954 2995 8203 3228 3674 40S2 4110 4177 4382 5009 5320 5370 5679 5699 61S3 6323 7018 7056 7130 8162 8771 8792 8855 9138 9158 9358 9373 9380 9435 9496 9756 9982 10801 11092 11746 11891 12052 12133 12413 12627 12904 12:193 13327 13698 13731 13790 13976 14057 14062 14396 14613 14639 14870 15030 15453 15497 15804 16370 16576 16687 16905 17042 17522 17569 17724 18003 18091 18205 18528 18648 18738 19162 19168 19263 19480 19522 19557 19662 19723 20261 20307 20501 26042 20857 20940 20941 20992 BEDORVEN LEVER. Te Bordeaux werd het huisgezin Fromenca, na het gebruik van kalfslever, plotseling ongesteld. Een on middellijk ontboden geneesheer constateerde vergif tigingsverschijnselen. De oudste zoon van 27 jaar is overleden, terwijl de ouders en hun anderen zoon nog in zorgwekkenden toestand verkeeren. Een onderzoek heeft uitgewezen, dat de lever reeds vóór den verkoop bedorven was, doch dat de „sla ger" haar in een zuur had gedoopt, om ze er ooglijk te doen uitzien. LORD LEVERHULME. t - Lord Leverhuime, de stichter van Port Sunlight, de bekende zeepfabrikant, dio zijn leven als klein handelaar begon, is Donderdagmorgen overleden. Met lord Leverhuime is een groote figuur in het Engelsche bedrijfsleven heengegaan. Dit blijkt wel voldoende uit de enkele vermelding van het aan deelenkapitaal der geweldige maatschappij Lever „Dat klinkt zeer interessant en vooruitstrevend", bemerkte ik. „Ik ken een wetenschappelijk man. Hij is een uitvinder. Hij stelde een aeroplane samen, waarmee hij zijn moeder doodde...." Blijkbaar luisterde zij niet. „Wij hebben slechts één heer in onze club." „Maar het is een echte heer. Hij is deze boog voorover en staarde mij met ingehouden adem aan. „Wat is er," vroeg ik verschrikt, „loopt er een beest over me heen?" „Veel erger." „Veel ergerl" angstig greep ik mijn japon tezamen. „Een wesp?" „Q, windt u zich niet op", mompelde zij, nog ver der naar mij toebuigend. „Het is zéér belangwek kendU heeft een gleufje onder uw neus, tus schen de heide neusvleugels, dat is een bewijs, van overgroote artistieke gevoeligheid." „O, neen", weerlegde ik, „u vergist zich. Het is een lidteeken. Als kind ben ik eens tegen de haard plaat gevallen. Ik dacht dat het bijna onzichtbaar was. Mijn man noemt het een kuiltje, Ik ben bang, dat we niet zoo artistiek zijn aangelegd als u wel meent. Wij zijn slechts doodgewone, alledaagsche menschen." - „Zooveel te gelukkiger voor u" zuchtte zij en streek het haar van haar voorhoofd, alsof de zwaarte er van haar hinderde. „Gij, doodgewone menschen, zooals ge uzelf noemt, zijt veel gelukkiger dan wij, nerveuse, overgevoelige denkers. O, de gedachten, die branden en woelen i n mijn hoofd! Somtijds lig ik néér, mijn hoofd ge prest aan de borst van moeder Aarde en ik druk mijn lippen op het grastapijt en fluister tot Haar, wordt één met Haar en zij sust mij en vertroost mij, zooals een Moeder haar vermoeid kind vertroost." Onwillekeurig rees een visioen voor mijn oogen van de tamelijk gezette mevroyw Winderby, die in haar groenfluweelen nachtpon over „Moeder Aarde" rolde en ik glimlachte. Ik wilde het doen voorkomen of ik Amalia toe-1 lachte, die juist met een voorhoede van Japansch papieren servetjes verscheen edoch mevrouw Win derby doorzag me, fronste de wenkbrauwen en rees op. Mét voel ik een pijnlijke prik van m'n geweten. Mevrouw Winderby deed haar best mij aangenaam bezig te houden, had mij zelfs in haar vertrouwen genomen en ik verwaand, ziek nest dat ik was, lachte haar uit. „Toe, gaat u nog niet heen. mevrouw Winderby".; pleitte ik. „We krijgen zoo dadelijk thee en ik zou u zoo graag aan mijn man voorstellen." „Meheer is op de vliering", zei Amalia. die kwam aandragen met een schaal cake en deze pal voor Me vrouw Winderby neerzette. „Op de wat?" vroeg ik. „Op de vliering, in de donkere kamer, hij maakt portret j e§". Brothers, aan wier hoofd hij stond, en dat thans, met inbegrip van uitstaande obligatieleeningen, meer dan 60 millioen Pond Sterling bedraagt, d.i. dus nog ca. f300 millioen meer dan het kapitaal van onze geweldige Koninklijke Petroleum Maat schappij. Dit cijfer alleen geeft reeds eenigen kijk op den enormen omvang van het bedrijf van Lever Brothers, dat niet alleen zeep- en kaarsenfabrieken, doch ook groote margarinefabrieken etc. omvat. Wereldbekend is de Sunlight-zeep, die door Lever Brothers in den handel is gebracht. Sinds eenige jaren wordt deze voor ons land ook gefabriceerd door een ondermaatschappij van Lever Brothers, de Lever Zeep Maatschappij, te Vlaardingen, welker obligatiën ln de officieele noteering aan de Am- sterdamsche beurs zijn opgenomen. Lord Leverhuime is niet alleen een groot fabri kant geweest, maar heoft zich ook sterk geïnteres seerd voor sociale onderwerpen. In zijn reusach tige fabrieken Is een systeem van winstaandeel voor de arbeiders toegepast, ©enigszins in den geest van dat, hetwelk wij hier te lande o.o. bij de firma Stork te Hengelo kennen. De Engelsche regeering heeft indertijd de verdien sten van den heer Lever erkend door hem in den adelstand te verheffen. Gewoonlijk kiezen deze nieuwe Engelsche edellieden zich een naami, die ontleend is aan hun landgoederen of aan het een of andere belangrijke feit uit hun loopbaan. De heer Lever het teekent den man heeft eenvoudig den naam van zijn vrouw bij den zijne gevoegd, en deze vereenigd tot dien van Leverhuime, waar onder hij sindsdien bekend is geweest. Lord Leverhuime heeft onlangs nog een zakenreis gemaakt naar Afrika, waarbij de gouverneur van Nigerië, die weigerde een uitnoodiging tot een diner op zijn jacht te aanvaarden, daarmede uiting gaf aan zijn ontstemming over een reeds eenige jaren geleden door Lord Leverhuime uitgesproken rede, waarin hij hot beleid van den gouverneur critiseor- de. Uit Lord Loverhulme's geschiedenis verdient ook nog vermelding het feit. dat hij*, in 1917, Stafford House, het Londensche huis van de hertogen van Sutherland, aankocht en het aan den Staat ten ge schenke gaf als een onderdak voor het Londensch Museum. Lord Leverhuime werd 74 jaar oud. HET CNDER CURATEELE STELLEN VAN PRINS GEORGE VAN SERVIë. De JfN. Fr. Presse" herinnert eraan hoe prins George in 1903 uit Rusland terugkeerde, waar hij gediend had in het Tsaristische pagenkorps. Een maand na zijn terugkeer werd hij als infanterist ingelijfd bij het leger in het 18e regiment infanterie dat zijn naam droeg. Kort daarop werd de Fransche majoor Levasseur tot zijn gouverneur benoemd. Alras drongen nu geruchten tot het publiek door, dat kroonprins George zich telkens door zijn harts tochtelijk temperament liet verleiden tot geweldadig- heden en grofheden tegenover zijn omgeving. Geen dag ging voorbij, of de kroonprins ranselde een be diende af, maakte ruzie met een of andere civielen of militairen dignitaris. Telkens moest koning Pe ter ingrijpen en zijn oudsten zoon kapittelen. Toen de kroonprins zich op een goeden dag zoo ver vergat, dat hij zijn gouverneur, die met klach ten over hem bij zijn vader was gekomen, een wa- terkraft naar het hoofd wierp, waarop majoor Le vasseur antwoordde met een paar fiksche draaien, om de kroonprinselijke ooren, zag de koning zich gedwongen, zoonlief tien dagen vestingstraf te ge ven. Maar ook tijdens zijn arrest toonde prins George zich bandeloos: meubelen, die uit het paleis naar oe vesting waren gebracht om z'n verblijf aldaar te ver aangenamen, wierp hij de ramen uit, onder het mot to. dat, als hij toch zijn straf moest uitzitten, hij ook geen gunsten wenschte. Zooals zoovele straffen had intusschen ook deze niet het gewenschte gevolg: de kroonprins zette zijn streken voort en moest telkens zwaarder ge tuchtigd worden. De toestand werd langzamerhand zoodanig, dat geen officier meer dienst wenschte te doen bij den prins. Hoewel hij in de dagen van de moeilijkheden met Oostenrijk-Hongarije zich eerst door zijn anti-Oosten rijksche houding veler sympathie had verworven, verspeelde hij toch alles weer door zijn mateloos en overdreven optreden. De daad van zijn lijfknecht deed de deur toe; de kroonprins moest afstand doen van zijn rechten op den troon. Al zijn pogingen later om weer kroonprins te wor den. mochten hem niet baten. Eindelijk wist inen hem onder toewijzing van een apanage te bewegen het land te verlaten en te Parijs te gaan wonen. Gedurende den Balkanoorlog en de wereldoorlog heeft prins George zich ter beschikking gesteld van het legerbestuur» In 1914 werd hij aan de Drina zwaar gewond. Toen men weigerde hem na zijn herstel Ik vond Dimbie's gedrag méér dan laf. Hij had Mevrouw Winderby binnen zien komen, z'n boeltje bij elkaar gepakt en verstopte zich nu op de vliering. „Wil je mijnheer zeggen, dat dé thee klaar is en dat ik hem graag aan Mevrouw Winderbey zou wil len voorstellen", vroeg ik Amalia. „Ja, Mfrou". Tevredengesteld ging mijn gast weer zitten. Be vallig accepteerde ze eon kopje thee, dat, volgens haar verlangen niet veel meer was dan melk met suiker „voor haar zenuwen", voegde zij eraan toe en bracht daarna het gesprek zeer handig op een man met een naam die klonk als een nies en waar van ik nog nooit gehoord had. Ze praatte over hem, haalde citaten van hem aan, in één woord was vol lof van hem. „Hij was zoo'n lieve, ondeugende philo- soof en zijn philosofie maakte hem krankzinnig", eindigde zij en ik maakte stilletje een aanteekening op den omslag van een boek, dat naast me lag: „Niets of Ntiez. man, die gek werd," met het plan hem eens op te zoeken in do encyclopaedie. Me vrouw Winderby mocht eens terug komen en -weer over die niesphilosoof beginnen. Zij betrapte me. „Wat doet u daar", vroeg ze. „Ik schrijf even iets op." „Uw citatenboek zeker? Wat heb ik gezegd? Mijn vrienden plegen dikwijls gedeelten van mijn conver satie op te schrijven voor copie." Zij streek haar fluweeien gewaad glad met haari korte dikke vingers. „Voor copieboeken?" mompelde ik. „Wel zeker niet", babbelde zij, „Copie wil zeggen, stof voor een boek iets interossants of grappigs. I Hebt u nog wel eens meer literaire personen ont-| moet?" „Neen", was mijn nederig antwoord, „maar Ama lia Amalia is mijn dienstbode heeft dikwijls een dichter ontmoet in haar laatsten dienst. Hij was een kennis van de Tompkinsen." „Hoe verbazend interessant! Zou zij zich zijn naam nog herinneren en hoe hij er uit zag." „Ik weet wel hoe hij er uitzag", kwam ik. "blij een ondorwerp gevonden te hebben, waarin zij belang stelde. „Amalia heeft hem mij beschreven. Hij zag eruit als een gekookte prei ik denk dat ze bedoelt zoo'n beetje geelachtig en.. ..O, ja. een vriendin van mij kende een schrijfster zooiets als Marie Co- relll haar boek was al voor de vijfde maal her-1 drukt cn zij had een hoofd als een suikerbiet." Ik begon me meer en meer de gelijke van Mevrouw Winderby to gevoelen. De glorie van Nant#> en Ama lia bestraalde ook mij. „Ik vrees, dat ik u niet goed begrijp", zei mijn be zoekster. „O, dat kwam omdat haar hoofd zoo...." plotseling zweeg ik. Het schoot me te binnen, dat Mevrouw Winderby ook literair was aangelegd. I Zij keek mij aan met ijekouden blik, doch wei gerde mij tegemoet te komen. Ze zag dat ik zenuwachtig werd, dat pareltjes van angst op m'n voorhoofd kwamen enhet eenige woord dat ik vinden kon was „opgeblazen". Dit kon ik toch niet gebruiken, tegenover haar in geen geval. Ik greep mijn schildpad en mijn muiltjes vielen in het gras. „Ik vrees, dat ik u nog steeds niet begrijp", her haalde ze. „Ik kan geen verband zien tusschen een suikerbiet en een bekende schrijfster." „We! ze zijnze zijn." Dimbie verscheen en redde me. „Ze zijn beide zoo belangwekkend en nuttig", zei hij en stak Mevrouw Winderby hoffelijk zijn hand toe. Toen nam hij 'n stoel, die hij tot dicht bij de hare trok. De situatie was gerecL Dimbie zat vol spinnc- webben en zijn handen waren vuil. doch zijn optre den was zóó onweerstaanbaar, dat Mevrouw Win derby onmiddellijk verliefd op hem werd. „Het is hijzonder vriendelijk van u, dat u mijn vrouw eens komt opzoeken", jokto hij. „Zij is zóó verheugd mot de menschen van Pino Tree Valley Ln aanraking te komen." O, Dimbie, Dimbie! Mevrouw Winderby kruiste gracieus het eene, flu- weelbekleede been over het andere. Zij scheen ge neigd haar bezoek nog wat te rekken nu Dimbie ien tooneele verschenen was. Jumbles sprong over haar voet heen en draaide zich genoegelljk naast mij neer. ,Jk heb iMevrouw Westover juist verteld dat ik hoopte, dat u een der onzen zou worden. Wij hebben nieuwe leden noodig." „O", kwam Dimbie beleefd. „Wij noemen ons „Sesamiten." Het klonk als een naam uit een oud testamentiscih. verhaal en ik wilde er juist om lachen, toen Dim bie's strenge gezicht me weerhield. „Wij hebben een club gevormd ter vermeerdering van onze kennis, ter verruiming van onzen horizon. Wij bespreken onze gedachten en inzichten. Wij helpen elkaar zooals „De jongelingsvereeniging,kwam een stem uit Üe buurt van mijn stoel, aoch mijn stem was het zeker niet. Zij behoorde aan Amalia, die achter mij stond en Mevrouw Winderby met open mond aan staarde. „AMALIA"riep ik. „AMALIA V' echode Dimbie. „Mijn broer is der lid van,'* verdedigde zij zich, doch kreeg toch een kleur, „ik daoh' dat ie mes schien by dezelfde club hoorde as deze dame* Zij ïegr', dat het is om mekaar te hellepe' „Nu is 't genoeg,'- zei ik, zoo gauw ik er een woord tusschen kon krijgen. „Je kunt het theeblad meenemen.'' Onwillig ging ze heen en wy wendden ons ver onfcsohulcugend tot onze gast. „U zei zooeven.. F'" vroeg Dimbie.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 9