De Plaatselijke Waschlijrf.
B. on W. voorgestolde porcentago van 2 terugbren
gen tot 1.75. Ik kan, zogt spr., levendig begrijpen do.
motieven waarom B. on W., lioowel het 'n percqptf
van 2,5 noodlg oordeelt, mot n cijfer van 2 gekomen zijn
en Ik hoop met enkele cijfers nog eenige verandering
in het oordeel van B. en W. te kunnen bewerkstelli
gen. Voorop moei worden gezet, dat do nadeolige
uitkomsten in de genieentefimmciun een gevolg zijn
van de daling van hot belastbaro inkomen. En do
nadeelige gevolgen 'daurvan komen in hoofdzaak
neer op het jaar 15125. Door de voorschriften waaraan
de gemeente-ontvanger is gebonden, wordt hét in
komen over een belas:ingjaar gevormd door het over
schot van het vorig belastingjaar, plus 2/3 deel van
het geraamde bedrag van den hoofdelijken omslag
van het loopendo dienstjaar. Dit heeft ton gevolge,
dat voor 15125 zou worden verkregen bet overschot
van 15124, zijnde f 7(55)6 plus 2/3 deel van het geraamde
bedrag van 1025. zijnde 2/3 van f 76593.56M, is
f 51062.37K, maakt te zanten voor 1925 een belasting
bod rag van f 5X758.371$. Het geraamde bedrag over
1925 voor do Gcrn. Ink. belasting is f 76593.5614, dus
een tekort van f 17835.
Maar of men nu neemt een vermenigvuldigings-
cijfer van 2>a, zooals de heer Van Nuland wil, of
van 2, zooals B. en W. dat willen, of van 1.75, dat ik
voldoende acht. do toestand voor 1925 blijft dezelfde.
De meerdere belasting heeft niet eerder dan in 1926
hare uitwerking. We moeten dus pogen dat tekort
van 1925 zooveel mogelijk weg te werken en dat kan
naar mijne meening op de volgende wijze: Ik herin
ner er aan, dat door mij eenige jaren geleden het
voorstel is gedaafe, om een geldleening der gasfabriek
voor rekening der gemeente te nemen en dat de gas-
commissie en het raadscollege dat hebben goedge
keurd, uit overweging dat aan de gemeente winsiuit-
keeringon van de gasfabriek waren gedaan, toen dat
bedrijf dat nog niet kon lijden. Die geldleening van de
gasfabriek is in dc gemeenterekening blijven loopen en
op de rekenipg van 1925 komt dan ook voor een
post van f 700 voor aflossing en ongeveer f 525 voor
rente. Waar nu de gasfabriek op een heel gezonde
basis staat, en dc gemeente-finantiën er zóó voor
staan. als nu blijkt, zou ik die geldleening vanaf 1
Januari 1925 weer ten laste van het gasbedrijf zelf
willen brengen en daardoor do gemeenterekening
voor 1925 ontlasten met dit bedrag.
In de tweede plaats sluit de rekening der gasfabriek
over 1024 met een winstsaldo van f 3000. Hot is voor
zitter bekend, dat dit volle winstcijfer niet mijn in
stemming had^omdot. de waarde der cokes naar mijn
oordeel te hoog was berekend en die volle winst zou
m.i. niet zijn f 3000, maar dan toch zeker wel f 2500.
Waaromi nu niet, als exceptie, die f 2500 gestort in
de gemeentekas, teneinde onze gemeentefinantiën
over 1925 sterker te maken? Een dergelijk voorstel
zou ik niet doen, als ik niet de heilige overtuiging
had, dat do gasfnbriek dal kan lijden.
l)en korten tijd dien de heer Gorter de zaken der
gasfabriek heeft meegemaakt, zullen hem die over
tuiging hebben gegeven, dat de toestand onzer gasfa-
briek gezond en ferm is. Onze grasprijs is laag in ver
gelijking met dien in andere gemeenten, met de on
ze overeenkomende en ook met grootere gemeenten
is de vergelijking niet ongunstig.
Bovendien staan onze gemeentefinantiën er gun
stiger voor, dan ze zich voordeden, toen tie begroo
ting voor 1925 werd opgemaakt. Wo hebben gerekend
op de volle gemeentelijke bijdrage aan de provincie
voor krankzinnigenverpleging, terwijl het bedrag met
f 100 per patiënt is verlaagd. We hebben bovendien
een paar krankzinnigen minder gekregen, een voor-
doel, dat genist op een paar duizend gulden mag
worden begroot. We hebben een post straatwerk van
f1200 op de hegrooting, die nog niet is uitgevoerd, n.1.
vanaf de Landhouwstraat tot de Roggeveenstraat. Ik
vind 't niet erg dien post af te voeren, niet mot de be
doeling om het, werk niet uit te voeren, maar om
hot met, het straatwerk, grondaankoop bij do Re
gentenstraat enz. aan te pakken.
xStraks krijgen we te behandelen eon voorstel over
wat straatwerk bij het R.K. Gesticht, in de vorige
vergadering heb ik reeds gewezen op den toestand
van de Spooriaan, die eon grondige verbetering be
hoeft en welke verbetering straks een uitstekende
werkverschaffing is. Welnu, wanneer het bovenge
noemde Straatwerk van de begrooting werd afgevoerd
zou voor al die uit te voeren werken een geldleening
kunnen worden aangegaan, die in een klein aantal
jaren zou zijn af te lossen. Daardoor zou' do rekening
over 1925 eon gunstiger beeld geven.
Ik heb TJ, mijnheer do voorzitter, vanmorgen mede
gedeeld, dat ik van plan was om enkele inlichtingen
te vragen bij den gemeente-ontvanger over den
stand der ontvangsten. Die mededeelingen zijn mij
verstrekt gewordon. 't Is bekend, dat in 1924 de ont
vangsten tegenliepen, ten aanzien van marktgelden
en staangelden. En al mogen de 4 afgeloopen maan
den van 1925 geen zuiver beeld geven voor het ge
heel© jaar 1925, de gang tot dusver geeft de hoop, dat
1925 een andere, betere uitkomst zal geven. Bedroeg
in de 4 eerste maanden van 1924 de opbrengst van de
belasting op publieke vermakelijkheden ruim f 700,
voor 1925 was die opbrengst ruim f 1000, de opbrengst
der waaggelden was in 1924 ruim f 250, in 1925 ruim
f 450, de markt- en staangelden van stalletjes van
19 markten plus 1 paardenmarkt bedroegen in 1924
ruim f 3200, in 1925 waren ze voor 18 markten en 1
paardenmarkt ruim f 3400. Uit deze cijfers mag dus
een vooruitgang geconstateerd worden. En al mogen
wo. deze cijfers bij elkaar tellende, nu niet tot een
sluitende rekening over 1925 komen, het geeft toch
een zooveel gunstiger idee en do kans is groot, dat
1925 aan het eind van het jaar een heel ander beeld
zal geven dan de theoretische becijfering nu aangeeft,
mits natuurlijk bij B. en W. en den Raad de grootst
mogelijke zuinigheid wordt beiracht.
Dat wat het jaar 1925 betreft en voor 1926 en 1927
zal men dit voordeel hebben, dat waar 1925 bv. begon
met een belastingbedrag over de eersto vier maanden
van f 7696, déze beide jaren bet gcheele 1/3 bedrag
van het geschatte bedrag der Gem. Ink. belasting,
zijnde f 22949, in hun rekening zullen kunnen boe
ken.
Spr. wijst er nog op. dat bij een vermenigvuldigings
cijfer van 2 de opbrengst zal zijn naar dc tegenwoor
dige maatstaf ongeveer f 84000, met 1.75 f 74000, dus
een verschil van f 10000 ongeveer. En als wij nu in
oogenschouw houden, dat wat het belastbaar inko
men betreft, het slechtste jaar hoogstwaarschijnlijk
achter den riig is, wij mogen aannemen, dat het go
schatte bedrag aan Gem. Ink. Belasting van ruim
f 76000, ook in werkelijkheid zal worden bereikt.
En tevens mag nog gelet worden op dit feit, dat het
jaar 1924 een oorspronkelijke raming van Gem. Ink.
belasting gaf van i 67751.96*4, later verhoogd bij sup-
-pletoiro begrooting mot f3334.47, tezamc7i dus
f 71086.43*4. De opbrengst der belasting is echter niet
hooger geweest dan f 05072.49, du9 ruim f 6000 min
der. En ondanks deze tegenvaller zal de rekening over
1924 geen nadeolig saldo geven.*Wel een bewijs dat
er in elke begruoting nog wel wat muziek zit, als
zuinigheid wordt betracht.
Zekerheid kan spr. aan de hand van deze becijferin
gen voor do toekomst niet geven, natuurlijk niet,
maar toch durft hij het college van B. en W. in over
weging te geven, nog even verder te gaan en een
vermenigvuldigingscijfer te nemen van 1.75.
En waarom zou ik, zoo gaat spr. voort, het percen
tage ook op 1.75 willen bepalen? Ik zal het vierkant
erkennen, dat het vorig college een fout heeft begaan
roet vorige jaren het vermenigvuldigingscijfer op 1.25
te bepalen. Dat had het niet moeten doen., het -had
moeten voorstellen om het toenmalige vermenigvul
digingscijfer van 1.75 op 150 te brengen.
Met enkele cijfers zal ik u eonig inzicht geven van
de zeer groote belastingverlaging die toen daardoor
heeft plaats gehad. Werd er in 19201921 en 1922
ruim f 100.000 Hoofd. Omsl. opgebracht, in 1923 zakte
dat en kon in verband met onze geldmiddelen de
H.O.-opbrengst teruggebracht worden tol f 68000.
Die zeer groote verlaging werd, iooals het gewoonlijk
gaat, door de burgerij stilzwijgend geaccepteerd, ter
wijl een verhooging van belasting altijd verzet on
dervindt. Hot is verstandig als to groote schoinme-1
llog in het befflngroercontage te voorkomen.
In een plaatsje als het onze rijn wo wat bolnriajng)
betreft, aan strenge grenzen gebonden. In ver
golijking mot andere plaatsen, dfo vorfcchilionda
voordeeion aan de burgerij' kunnen aartfaodon, moe
ton wij do vlag strijken. Wij bieden
minder comfort on minder natuurschoon on daar
bra is het zoo noodig dat wij daar iets tegenover
kunnen stellen dat de trek naar onzo plaats kak
bevorderen en dat is dan eon lagere belasting. .En
dan trot ik dozer dagen in het Noordhollandsoh
Dagblad een berekening van den hoor Kousoin,
over do lxdastinghoifing te Hoorn, Alkmaar, 1'ur
\morond, Schaven en Enkhüizen en daarbij maakte
Behagen eon bijzonder goed figuur. Als wij nu
een vermenigvuldigingscijfer van 2 gingen in!
voeren, zouden we dio gunstige plaats moeten mis
sen. Ook ten aanzien van het hoffen van opoonton
verkeert Schagen in een gunstige conditie, wat
gcillustreord kan worden met oen vergelijking to
maken, b.v. met de gemeente Kromonio. In
Krommenie worden geheven 80 opoonton op ge
bouwde eigendommen, in Behagen 40 opcenten,
Krommenie 20 opcenten op ongebouwd, Scnagcn
10, Krommenie van 50 toe 100 opcenten op do
personeel© belasting, Schagon 50 opcenten, Krom
menie 48 opcenten op de dividendbelasting, beha
gen 30.
Blijkens de toen nog niet behandelde begrooting
wordt te Krommenie de burgerij belast met een op
brengst van f 94000 aan gemeentelijke inkomstenbe-
lasting, plus nog f 54000 aan andere belasting, in
Schagen is dat f 76000 inkomstenbelasting plus
f 23000 aan andere belastingen. Laten we die gunsti
ge positie zooveel mogelijk trachten te behouden en
ons een paar jaar bepalen tot een heffingspercentage
van 1.75. Een beleid als de heer Van Nuland wil,
waarbij men zal verkrijgen een groote schommeling,
een enorme stijging, zou ik niet tot de mijne willen
maken.
Mocht het blijken dat ik een te optimistische kijk
heb gehad, dan kunnen B. on W. volgend jaar altijtl
nog met hun voorstel terugkomen. Uitbreidingen enz.,
al de straatwerken welke spr. opsomt, hebben wij
steeds uit de gewone middelen betaald en in tijden
waarin dat kan. is het ook zeker aanbevelenswaardig
maar wanneer de omstandigheden, waaraan nie
mand schuld heeft, dit niet langer mogelijk maken,
waarom zouden wij die politiek dan niet wijzigen
en evenals de meeste gemeenten doen, een leening
sluiten voor dergelijke uit te voeren werken. Ik be
veel de door mij voorgestelde finantieele afwikke
ling in de welwillende overweging van B. en W.
en den Raad aan.
Voorzitter dankt den heer Trapman zeer voor diens
belangrijke rede. De heer Trapman heeft ons eon
hart onder den riem gestoken, zegt spr. en ik kan
volledig met zijn voorstel, om het vermenigvuldi
gingscijfer op 1.75 te bepalen, meegaan, en ben be
reid, als de wethouders er mee accoord gaan, het
voorstel van den heer Trapman over te nemen.
De heer Gorter zegt dat bij hem het motief heeft
gegolden, dat wapneer over 2 jaar 'hier een ander
college zou komen te zitten, de gemeentefinantiën in
een gunstiger toestand zouden verkeeren. Spreker
kan zich neerleggen bij het voorstel van den heer
Trapman, omdat het meer in overeenstemming is
met het, voorstel van B. en W. dan het voorstel-Van
Nuland.
De heer Van Erp kan zich er niet meo vereeni
gen om de winst van de gasfabriek in de gemeente
kas te storten en evenmin om de leening der gas
fabriek ten laste van dat bedrijf te brengen. De ge
meentekas wordt dan wel ontlast, maar op andere
wijze zal hot gold moeten worden opgebracht. Do
heer Trapman is wel zeer optimistisch en' ik wil
wel vertrouwen stellen in de door hom meegedeelde
cijfers over de marktgelden enz., maar er zullen
toch ook wel posten zijn die een nadeelig slot afin-
wijzen, als rente en aflossing muziektuin en meer
dingen die ik niet naar voren zal brengen. Voor
spr. is het door den heer Trapman aangevoerde, nog
geen bewijs dat een vermenigvuldigingscijfer van
1.75 voldoende is. Spr. hoopt van wel en daarom zal
hij zich met het voorstel van den heer Trapman
vereenigen, maar spr. wil wijzen op de mogelijkheid
dat de beschouwing te optimistisch is geweest.
De heer' Van Nuland heeft alle respect voor de
uitvoerige redevoering van den heer Trapman,
maar spr. zou het een fout vinden als de winst van
f2500 der gasfabriek in de gemeentekas werd ge
stort. Spr. acht dat zeer gewaagd, we zullen later
ook weer nieuwe retorten hebben to bouwen. Wel
kan spr. zich vereenigen met het voorstel de gas-
fabriekleening ten laste der gasfabriek te bren
gen, maar dat is nog maar een besparing van f1200.
Bij voorbaat zegt spr. zich te verzetten tegen het
idee-Bregman om het pereentage voor hoopere inko
mens hooger op te voeren. Daardoor zullen do groo
te inkomens te veel worden getroffen en wat aanlei
ding zou kunnen geven tot kapitaalsvlucht, wat spr.
bejammeren zou. Bgtalen uit dö gewone middelen
acht» spr. een betere politiek dan geldleeningen te
sluiten, want dan moet rente -en provisie betaald
worden en spr. belast liever niet het nageslacht,
maar wil liever een schoone lei hebben. Ook de kas-
geldleeningen, al zijn ze dan noodzakeijlk, acht spr.
een fout, en die ontstaan doordat de afrekening aer
inkornstenlielasting te klein is. Misschien is spr. te
pessimistisch, on is 2.50 to hoog, maar spr. acht een
vermenigvuldigingscijfer vast te stellen op 1.75 een
te "ewaagde stap.
Voorzitter antwoordt den heer Van Nuiand, dat hij
het niet erg vindt voor bestrating een geldleening
aan te gaan en het is niet anders dan billijk het
nageslacht voor een deel hiermee te belasten. Wat de
opmerking over de kasgeldleeningen betreft, dat
kan niet als argument gelden, want het kan bij de
rijkste gemeenten gebeuren, dat men tijdelijk ge
brek aan kasgeld heeft.
De heer Trapman erkent, dat natuurlijk elke be
grooting en rekenihg schommeling geeft te zien en
zekerheid kan spr. niet geven, dan zou hij onbe
taalbaar wezen. Spr. wijst er nog eens op dat hoe
het vermenigvuldigingscijfer ook wordt gesteld, het
op de rekening van 1925 geen invloed zal hebben.
Wanneer er nieuwe retorten moeten worden ge
bouwd,' kunnen die dubbel en dwars uit het ver
nieuwingsfonds der gasfabriek worden betaald. Het
storten van de winst in de gemeentekas wil spr. niet
elk jaar herhalen, maar alleen bij uitzondering doen.
terwijl toch vele gtemeenten zelfs drijven op de in
komsten die zij putten uit hare bedrijven. Spr. ziet
in die uitzondering geen bezwaar en hij zou het
niet voorstellen als het gasbedrijf niet gezond was.
Spr. dankt B. en W. voor hun tegemoetkomende
houding.
De heer Gorter merkt nog op, dat de overdracht
der winst aan de gasfabriek wellicht bezwaar kan
opleveren, in verband met dc belegging van het
vernieuwingsfonds, n.1. een geldleening aan het
eloctriciteitsbedrijf. Een vernieuwingsfonds dient
uit liquide middelen te bestaan.
De heer Trapman zegt, dat het geld er is en het
is aan B. en W. om dat te regelen, wat absoluut
geen moeilijkheden zal opleveren.
De heer Hopman kan zich met het voorstel van
den heer Trapman vereenigen en zou het bejamme
ren als voor één jaar de belasting zoo omhoog zou
worden gedreven. Met de middelen die de heer Trap
man heeft aangegeven om dit tegen to gaan, kan
spr. zich 'best vereenigen. Hij heeft er indertijd niet
erg mee gesympathiseerd dat do gemeente een
geldleening der gasfabriek overnam en nu de gas
fabriek sterk staat, volgt daaruit dat de geldleening
naar do gasfabriek wordt teruggebracht. Ook. de
winstuitkeering aan de gemeente, daar ziet spr. geen
kwaad in en het aangaan van een geldleening voor
uit te voeren werken, spreekt vanzelf. We zijn hier
steeds In de gunstigste omstandigheden geweest dat
die kosten uit de gewone middelen konden worden
betaald, maar dat behoeft geen vaste regeling te
wezen.
Hot voorstel-Trapman om het verraenigvuldigings-
cljfer op 1.75 te bepalen, wordt door B. un W. over
genomen en daarna mot algemeuno stommen aan
genomen.
Voorzitter zegt nu, persoonlijk geen voorstander
te zijn van het ldée-Bregman, maar hij zal het in
stemming brengen.
De heer Brogman zegt het idee in overweging te
hebben gegeven en waar voorzitter meent dat hij
volgens het reglement van orde het voorstel-Breg-
man in stemming behoort te brengen, zegt de heer
Trapman dat indien het vorig college van B. en
W. een zaak in overweging werd gegeven, het col
lege zoo beleefd was hot in studio to nemen. Spr.
veronderstelt dat het tegenwoordige college van B.
en W. niet minder hoffelijk zal wezen on bovendien
kunnen do raadsleden ook nu moeilijk een oordeel
over het idée-Bregman vellen.
De heer Bregman wijst er nog op dat in 1921 de
zelfde. kwestie ter sprake is geweest én zijn idee
houdt niet zoo'n verzwaring voor de groote inko
mens in.
De heer Van Nuland maakt nu nog bezwaar te
gen do storting van f2500 winst van de gasfabriek in
de gemeentekas, terwijl ook de heer Van Erp niet
accoord kan gaan met deze financieele regeling.
Zoowel Voorzitter als de heer Trapman wijzen er
op dat dio finantieele regelingen vatszitten aan do'
vaststelling van het vermenigvuldigingscijfer
i Voorzitter brengt dan nu nogmaals in stemming 't
voorstel om het vermenigvuldigingscijfers op 1.75 te
brengen, waaraan dan vastzit de finantieele regeling
als door den heer Trapman voorgesteld.
Dit voorstel wordt nu aangenomen met 7 tegen 2
stemmen, tegen de heeren Van Nuland en Van Erp.
j Wordt aangeboden een 2e suppletoire begrooting
dienst 1925, betreffende de aangegane kasgeldleening.
i Wordt vastgesteld tot een bedrag van f 17000.
Volgt benoeming lid plaatselijke commissie van
1 toezicht op bet lager onderwijs, vacature mevr. Roos-
Breed.
Aanbeveling is: 1. mevr. A. Roggeveen-Ploeger, 2.
Mevr. M. Zijdewind-v. d. Horst.
Mevr. Roggeveen-Ploeger wordt met 8 stemmen be
noemd, terwijl 1 stern wordt uitgebracht op mevr.
De Boer.
Tot lid- van de schattingscommissie, vacature mevr.
Roos-Breed, wordt bij tweede stemming benoemd de
heer Bregman, die de benoeming in beraad wenscht
te houden.
Daarna is aan de orde benoeming veilingmeester
der eierenveiling.
B. en W. bieden de volgende aanbeveling aan: 1. P.
Raat, 2. A. de Heer, 3. A. Beers. Er waren 16 solli
citanten.
De heer Raat wordt anet 6 stemmen benoemd, ter
wijl 3 stemmen werden uitgebracht op den heer A.
de Heer.
Daarna stemming ambtenaar van den Burgerlijken
Stand, vacature P. Trapman. De aanbeveling van B.
en W. luidt: 1 W. F. Gorter, 2. O. Huiberts.
Nadat aan den heer Trapman als zoodanig eervol
ontslag was verleend, wordt de heer Gorter met 8
stemmen benoemd, 1 stem werd blanco uitgebracht.
Volgt voorstel tot wijziging van de Verordening
op het heffen van gelden voor het gebruik van open
bare gemeentewerken, bezittingen of inrichtingen.
B. en W. stellen den Raad voor, voor het genot van
het hebben van een benzinepomp op den openbaren
weg, een recht te heffen van vijf gulden per kwartaal
en de verordening bovenbedoeld aan te vullen met
een dienovereenkomstige bepaling.
Zonder bespreking goedgevonden.
Daarna het voorstel met betrekking tot de verbroe-
ding der Molenstraat.
Naar aanleiding van deze aangelegenheid doelen
Burgemeester en Wethouders den Raad mede, gelijk
uit de bijgevoegde correspondentie blijkt, dat de on
derhandelingen omtrent den aanleg van trottoir, vor-
plaatsing der hekken, enz. .aan de Molenstraat op het
doode punt waren gekomen.
Burgemeester en Wethouders hebben toen genoemd
Bestuur nogmaals tot een bespreking uitgenoodigd,
waarbij is gebleken, dat het Kerkbestuur reeds het
voornemen had den vrijgekomen grond ter breedte
van 1 Meter van deh openbaren weg af te scheiden
door een ijzeren hek, waardoor de verbreeding van
de Molenstraat illusoir zou worden, terwijl genoemd
Bestuur deed uitkomen, dat bij de indertijd gehouden
bespreking, de meening bij heü had postgevat, dat de
gemeente'de kosten van bestrating, verplaatsing der
hekken, enz., voor hare rekening zou nemen.
Burgemeester en Weihouders hebben toen den Ge
meente-Opzichter opgedragen een nieuwe begrooting
te ontwerpen, waaruit blijkt, dat het geheele werk is
uit te voeren voor f 650.
Waar thans het R.K. Kerkbestuur de gemeente
voor de keuze stelt het werk voor rekening der ge
meente te doen uitvoeren of de verkregen verbree
ding bij het terrein van het Ziekenhuis te trekken,
stellen Burgemeester en Wethouders voor het- werk
voor gemeenterekening te doen uitvoeren, mits de af
braak van do bestaande poort aan de gemeente io
goedo komt. Voorts «tellen Burgemeester on WeUtojj
dors voor den vrijkomenden grond, behoudens hou
gare goedkeuring voor do gouioeute over te nent|
voor de som van een guldon.
Zonder bespreking'-worilt overeenkomstig hot vooji
stel van B. on W. besloten.
Bü do rondvraag informeert do hoer Hopmai
hoe B. en W. staan tegenover do monflohon ciie ha
pcroeelen nog niet hebben aangesloten bij do \Y
toriciding. Er is al eens drang tot aansluiting ui
geoefend en dat heelt tot gevolg gehad, dat me
schen dio geldelijke bezwaren hadden, hun w
oeolien hebben laten aansluiten. Er zijn eoht
mensohon die dat niet hebban laten doen en vo
wie hot finantioel1 geen bezwaar bolioei't to zjj
Daarin nu schuilt eon onbillijkheid on spr. vraaj
hoe do houding van B. en W. in, doZon is.
Voorzitter zegt dat in liet vorigo college va
B. on W. deze zaak meermalen besproken is
besloten is om eenige clementie toe te passé
Wel is spr. als hoofd van do politie bevoogd, zei
verplidht, om to zorgen, dat do verorden êngi
worden nageleefd, maar in dit geval hoeft spi
zyn eigen oordeel wei achteraf willen sciiuiva
De mcnschon van Lagedyk willen graag wal»
leiding hebben en het Ls eigenaardig dat er in d
kom monschen rijn/die geen aansluiting-won.schk
Wanneer er nu .stemmen opgaan om tot vervolg^
over te gaan, dan wil spr. dat wel doen.
De heer Hopman zegt, dat het wat anders is tn
nu direct tot vervolging over te gaan. Het bl$
nu wel uit de mededeelingen van don voorzitte
dat het de wensch van het vorige college van
en W. was om niet vervolgend op te treden en si
deelt nu mode, dat hem iets ter oore was gel
men, wat hjj zelf niet wilde golóovon, nl., als z_
■een der vorige wethouders, nog wel Voorzitter vt
de Gezondheidscommissie, tot nu toe geweigerd
'hebben zijn perceel bij de waterleiding te dot
aansluiten. Spr. wijst nogmaals op de groote
billijkheid, dat niet kapitaalkrachtige menschon
volg hebben gegeven aan don drang tot aansluituj
terwijl anderen nog niet hebben aangesloten.
Voorzitter wil op 2 pingen wijzen: in de cers
plaats is niet besloten om nooit tot vervolging
zullen overgaan, maar oordeelde het vorige a
lego van B. en W. het beter het eon tijdje aan I
zien. Spr. herinnert aan de privaten-kwestie, hl
daarbii ook clementie werd toegepast. In de
tweede plaats krijgt spr. iedere maand een opgai
van het Waterleidingbedrijf over de aangesDfe
perceeien en uit die opgave blijkt dat het aaat
aangesloten perceolen langzaam toeneemt. En i
langzamerhand de peroeeien werden aangeslo
ten, zagen B. en W. dat liever, dan dwingend
i te treden.
De heer Trapman zegt ook dat juist het verscdji
sel dat het aantal aangesloten perceeim steéi
gioóter werd voor het vorige college van B. en
een reaen was om to peggn, het gaat ook 'goe
I zonder vervolging. Bloemen daal is* wat ons w
centage van aangesloten perceolen betreft, za
tev 'eden. Sehagcn is een der gemeenten mat In
j grootste percentage aansluitingen. Om die redt
meende het collego het voorloopig aan do ma
1 schen zelf' te moeten overlaten. Van hetgeen ij
heer Hopman mededeelt over do niet aansluitic
van het perceel van eon der vorigo wethouders
spr. niets bekend, in geen enkele vergadering va
B. en W. is dat ooit opgenoemd.
Voorzitter zegt, daarvan ook niets te hebbe
geweten.
De heer Hopman herhaalt, gezegd te hebben, ds
hh 'het ook met kon gelooven.
ue heer Van Erp zogt, dat het juist is, dabi
heer Heldor niet genegen was zijn perceel'
doen aansluiten.
Voorzitter doet de toezegging de aansluitini
kwestie nog eens in B. on W. te bespreken.
Do heer Overtoom wijst op do hokken in
Landbouwstraat, dio voorzien zijn van zeer
voorlijke punten, zooal's bijv. bij de Itijkslai
I bouwwinterschool. Spr.'zou graag zien dat B. i
W. hieraan hun aandacht eens yvilden schenk
want die scherp gesneden punten ziijin zeer govaa
lijk. Prikkehlraaaaf scheiding aan den open ban
weg is verboden, maar deze scherpe punten zjj
nog wel zoo gevaarlijk.
.Voorzitter doet toezegging het punt jn oven?
ging te nemen. AIls het nictfiu de politievororclenic
is opgenomen, zou het er tussohon gevoegd rnoetf
worden en anders zou getracht moeten worden
langs den weg van overreding oen oplossing
krijgen.
De heer Gorter heeft juist opgemerkt dat 1
sommige ingezetenen do scherpe punten van
hokken zijn afgeslagen.
De heer Overtoom informeert nog of bij
verbouwing van oen perenel in de Mo lenstra
rekening gehouden is mee voldoondo openleggend:
grond. Zijn B. en W. zoover gegaan als ze kond:
gaan?
Voorzitter zegt, dat het perceel aan 2 strat»
ligt, aan het betrekkelijke voorschrift, hebben
en vvsteeds streng de hand gehouden.
De heer Trapman zejart, dat het bedoelde peroj
een hoekhuis is. - Hierna sluiting.
In bovenstaand verslag komt bij de bespreking
over de u.l.o.School bij monde van den wethou
der Van Erp een leelijke verdachtmaking voor aan
het adres van den Verslaggever der Shager Courant
over een van de vorige raadsvergadering gegeven
verslag.
Wij meenen in dit geval niet royaler te kunnen
De Schager Courant vermeldde:
De heer Trapman zegt dan, dat aan de U.L.O.-
school 4 onderwijskrachten zijn, waarvan 1 leer
kracht als zijnde boventallig, door de gemeente
wordt betaald. De cursus is een 3-jarige en op
pervlakkig bekeken zou men meenen dat 3
onderwijskrachten aan die school voldoende wa
ren. Maar het schijnt dat het onderwijs aan de
openbare lagere school niet geheel aansluit aan
het onderwijs aan de U.L.O.-school en dat de vier
de leerkracht als U ware noodig is om de kin
deren, die op de UX.O.-school komen, pasklaar
te maken voor het onderwijs daar.
Spr. zou gaarne willen, dat B. en W. met de
beide hoofden van scholen en den inspecteur
vergaderden en eens nagingen in hoeverre hier
verandering gewenscht was en mogelijk was.
Spr. acht het noodig, dat do Raad weet of die
4e leerkracht overbodig is, of op een andere, wel
licht betere wijze kan worden productief ge
maakt. Men-heeft-spr. meegedeeld, en hij zegt
het hier met schroom, omdat hij het niet heeft
kunnen onderzoeken, dat de heer Kleiterp geen
voldoende emplooi heeft en zijn lesuren niet alle
bezet zijn. In een rapport zouden de hoofden der
scholen en de inspecteur hun meening in- deze
kunnen neerleggen.
Het zal den aandachtlgen lezer nu wel duidelijk zijn,
dat deze beide verslagen eensluidend zijn en hiermee
dus de lwikerpraat van den hooggeachten wethouder
ulkomen is weerlegd.
Meer zullen wij er niet van zeggen, maar toch nog
den wensch uitspreken dat de handel en wan-
doen dan naast elkaar af te drukken, le. het do
de Schager Courant gegeven verslag van het do
het raadslid Trapman gesprokene en 2c. een m
treksel uit de officieele en door den Raad goed!
keurde notulen, waar de heer Van Erp zich zelf
het onderhavige geval op beriep, als de onverdad
bron.
De officieele notulen vermelden:
de Heer Trapman zegt dat aan do U.L.O.Sefa
4 leerkrachten zijn verbonden, waarvan één i
boventallig voor rekening der gemeente ko(
De cursus is een driejarige en oppervlakkig i
men meenen. dat drie onderwijzers aan die scb
voldoende zijn. Het schijnt echter, dat het onl
wijs aan de o. 1. school niet geheel aansl
aan dat aan de U.L.O.School en dat de 4e le
kracht a.h.w. noodig is om de kinderen voor
onderwijs aan de UX.O.School pasklaar te i
ken.
Spreker zou gaarne zien dat B. en W. met
beide hoofden der scholen en den Inspecteur*
nagingen in hoeverre hier verandering mogil
en gewenscht is. Spreker acht het noodig dat
Raad woet of die 4e leerkracht noodig is
misschien op een andere wellicht hetere wU
productief kan worden gemaakt.
Men heeft spreker medegedeeld, en hl] zogtI
hier mot schroom, omdat hij het niet heeft
nen onderzoeken, dat de heer Kleiterp geen
doende emplooi heeft en zijne lesuren niet a
bezet zijn. In een rapport zouden de Hoof
der scholen en de Inspecteur hunne meeni
kunnen neerleggen.
Schagen, 18 Mei 1925.
Voor uittreksel conform.
De Secretaris van Schal
(w.g.) ROGGEVEEN.
del van den heer Van Erp -teeds even bet rol
baar on eerlijk zal blijken te zijn als onze versla!
inet evenveel gerustheid als hij dan z. ij n wasdjü
aan het openbaar oordeel zal kunnen prijsgeven
wlj de onze' - de mm