VAN DIT EN VAN DAT EN VAN ALLES WAT DAMRUBRIEK. 'Mê m 'm 9 m m m Prijsvraag Foto-Pagina» PANTOMIME De Valsche Munters. Bijvoegsel der Schager Courant van Zaterdag 27 Juni 1925. No. 7661. HET AQUARIUM. i ut §n 0 ÜI 8 i§ Hf Hf 8 Él ggg Él 11 li 11 11 B KP 11 rm IS 8 ff B 11 8 Hf 81 II 11 fH g§ li m B m 11 B li 11 WIJ laten hieronder volgen de volledige lijst van de oplossingen van de 15 kiekjes onzer prijsvraag- fotopagina. L Noordeinde, Den Haag. 2, Stadhuis, Maastricht. 8 Stadhuis, Kampen. 4. Rechtestraat, 'Eindhoven. 5. Giethoorn. 8. Boskoop. 7. Stadhuis, Boleward. 8. Waag, Deventer 0. Edam. 10. Vischpoort, Mburg. 11. Hindeloopen. 12 Visscherahaven, iSchevenlngen (gem. den Kaag) 18. Nieuwmarkt, Amsterdam. 14. Groote Kerk, Breda. 15. Berkelpoort, Valkenburg (Limburg). Bij de beoordeeling van de vele inzendingen heb ben wij nó. 15 buiten beschouwing gehouden, om dat in dë prijsvraagfoto daarover een fout was in geslopen en wel in het onderschrift, de beginletter was daarin niet te vinden. Aan de volgende personen met 0 fouten zijn de prijzen toegewezen: C. Hoek, Amsterdam? M S. de Hoogh-Bauer, Helder. A. Posker, Schagen; D. Klos Pz., Schagen. S. Nr Zeilemaker, Utrecht. De etsen; van Willem Steelink zullen dén prijawin- ners worden toegezonden. AAN BEUN STEMBILJET. 0 stembiljet, lief stembiljet 1 Juli, schat, begint de pret, ïk wil je hier bezingen, Jij held van *t grootsch verkiezingsfeest, 'Dat we reeds vieren in den geest En veel vergaderingent Je bent dus eind'lijk weer in tel, Zeg, kleine rakker, vóel je *t wel, Dat niemand je kan missen, Als welvoorziene prijscourant, O heldenlijst van 't vaderland, Of 'k moet me sterk vergissen! Ik ga vol vuur met jou op stap, De politiek is lang geen grap, We voelden "t aan den lijve, Maar op den dag, dat jij gebiedt, Zingt de P a r t ij haar levenslied, Van hoop op winst en blijve'11 Straks staar ik, wel wat klein behuisd, Maar 't fiere potlood in mrn vuist, Op 't witgepunte blokje, Dan sta *k met jou vol burgerplicht, Van aangezicht tot aangezicht, In'n ruwgetimmerd hokje. Daar ben ik met mezelf alleen Met jou en ook met nummer t Van m'n partijgenooten, Ik druk je met een afscheidskus In een brutale blikken bus, Verzegeld en gesloten! Daarbinnen heerscht geen scherpe too® Het ideaal is haast te schoon En een verkiezingswonder, Daar ligt C.H. kalm naast V.D., AR. omhelst S.DA-P, R.K. een Vrijheidsbondert! 0 stembiljet, ik blijf je trouw! 1 Juli! Schat ik houd van jou, Ik heb je in de gaten, Jij dient Je land, Je volk, Je tijd, In zwijgende verdraagzaamheid En laat de menschen praten! 1! Partijmaand 1925. Alle rechten voorbehouden! KROES. IW. We willen onze artikeltjes óve* het Aïnsterda/m- sche Aquarium besluiten met een beschouwing van de alen, en meer speciaal van onze rivieralen of palingen. Er zijn ook zeepalingen, een verwante soort, waarvan ook enkele exemplaren aanwezig zijn, ter dikte van een mans arm. Op volledigheid kan onze beschrijving natuurlijk geen aanspraak maken. Het aantal soorten waterbe woners is zoo groot. Maar de meest merkwaardige dieren hebben we de revue laten passeeren. De paling eischt een nadere beschouwing, omdat de voortplanting zeer eigenaardig is, waaromtrent men nog niet zoo heel lang geleden in het onzekere verkeerde. Ond.rro.klng.il na itnilannrch. «n Dtmacb* Kvrttto. KM BLANK BN BRUIN. geleerden hebben in 't begin van deze eeuw "meer klaarheid gebracht Palingen zijn eigenlijk diepzeeviaschen. Alleen daar, op 1000 M. diepte zijn de broedplaatsen. Dit verklaart dan ook, dat men' bij' de in onze kanalen en rivieren gevangen alen nooit kuit of hom heeft aangetroffen. Op ongeveer zesjarigen leeftijd komt bij de alen de zucht op de paaiplaatsen te bezoe ken. Niet alle exemplaren gelukt het de zee te be reiken, maar de wijfjes worden dan niet geslachts rijp ook. Zij1 blijven 'in hun afgesloten vijvers of plassen en kunnen heel dik en zwaar worden. Men heeft er wel gevangen van 5 K.G., en VA M. lang. In stormachtige najaarsnachten begint de trek. Duizenden en duizenden alen zoeken dan de zee op. Geweldige afstanden moeten ze daarbij' afleggen, al lerfel moeilijkheden overwinnen. Door sluizen moe ten ze heen, soms trekken ze over drassige landen. Zoo gaat de verhuizing voort, tot zij den Atlantischen Oceaan bereikt hebben. Tusschen de Sargasso-zee en de Far-oër-eilanden, op een diepte van 1000 M. is de paaiplaats. Daar schieten de wijfjes kuit, waar uit lintwormige, doorschijnende larfj es geboren wor den. Zij groeien aanvankelijk in de breedte en krij1- gen den vorm van een wilgerblad ongeveer. Ze groeien, tot ze ongeveer 6 8 cjM. lang zijn, waarna in t midden van den zomer de gedaanteverwisse ling begint. De larfjes eten niet meer, maar teren als 'tware hun eigen lichaam op, dat steeds smal ler wordt. De oogen worden kleiner, de snuit rondt zich af en zoo bereiken zij als glasaaltjes of kroos- aaltjes de riviermondingen. Bi.' duizenden en nog eens duizenden trekken ze de binnenwateren in. Waar de volwassen alen, die raar zee getrokken zijn om te paaien, blijven, weet men nog niet. In het Zuidelijk bekken van den Atlantischen Oceaan, waar de temperatuur op 1000 M. diepte beneden 7® Celsius daalt en van paaien geen sprake kan zijn, vindt men de glasaaltjes niet. In de rivie ren, die daar uitmonden, vindt men ze evenmin en palingen zijn daar eveneens onbekend. Dat !n het Noordelijk bekken van den Oceaan de temperatuur hooger blijft (8 tot 10® Celsius) is een gevolg van den golfstroom, die warmer water meevoert van de Mexicaansehe kust De glasaaltjes trekken ook door de Straat van Gi braltar de Middellandsche zee binnen, maar blijven in de rivieren die In het Westelijk deel ervan uit monden. De Donau, Theiz en Wolga, in het Ooste lijk deel uitstroomende, kennen geen aal. Onze visschers geven aan oogenschijnlijk verschil lende palingen verschillende namen. Zij spreken van z'Iveraal, fijnkoppen, schieraal, goudaal, enz. Toch is er maar één soort alen. Het verschillende uiterlijk is oen gevolg van dè verblijfplaatsen of van verschil lende stadia van ontwikkeling. Verzoeke alles betreffende dere rubriek te renden aan C. Amala Wa, Winkel/ Deie rubriek een tweetal part IJ gedeelten uit den wedstrijd om b.t kampioenschap wan Amsterdam. STAND NO, 1, ZWART. m em. m m m m m m. w>. m m m m m M WIT. Stand Zwart, 10 eobijven, op: 9 7 12 10 tot Ï0 22 25. Stand Wit, 11 schijven, op: 27 28 31 33 34 S« 38 40 42 44 45. In bovenstaanden stand speelde de kampioen van Nederland, Henn. de Jongh, met Wit de volgende mooie variant: 1. Wit 44-39, dreigt 28—23, en»., Zwart gedw. 25—30, 2. Wit 34:23, Zwart 18:29, 3. Wit 33 24, Zwart 22 35, 4. Wit 24—20, Zwart S—9, de beste. 5 Wit 38—33, Zwart 17—22. Wit dreigt met 33—28 onmiddellijk te winnen. 0. Wit 27 18, Zwart 12 23, 7. Wit 31-27, Zwart 7—12. 8. Wit 36-31, Zwart 12—18. 9. Wit 31—26, met gewonnen stand. door J« H. Mijn waarde, Je zult voor do Politie moeten gaan werken. Deze woorden werden gesproken door den direc teur van ex particulier-detectivebureau in New- York en de Jonge man tot wien ze gericht waren, kon een triomf eerend lachje niet onderdrukken. Het was een paar maal reeds voorgekomen, dat de politic-detectives ten einde raad waren en toen had men den jongen en toch reeds zoo bekenden mede werker van het particulier bureau Joe Streetm&n te hulp geroepen. Hij beschouwde dit als een zijner grootste triomfen, en dat was het ook wel, want de politie-detectives gaven het nooit zoo direct op en wanneer zij faalden was het toot een ander hijna onmogelijk te slagen slechts Joe Streetman had hen kunnen overtreffen. STAND m. ft. ZWART. Wat is er gaande? vroeg hij nieuwsgierig. Ja, dat weet ik ook niet. Je moet om half vier bij den commandant van het politiewezen zijn en dan zul je het daar wel hooren* Het was nu twee uur. Streetman kon zijn ongeduld nauwlljks bedwingen. Een zaak die door anderen reeds wa» opgegeven, leek hem altijd een buitenkansje. Hij ging naar een lunchroom om den tijd te doo- den en tegen half vier liet hij zich bij den comman dant aandienen. Hij werd onmiddellijk toegelaten en de camman- dant behandelde hem op een wijze die wel te ken- tien gaf dat hij -de capaciteiten van den jongen man zeer hoog achtte. Ah, mijnheer Streetmanheo maakt U het..., gaat U zitten. Beide mannen drukten elkaar de hand en namen plaats. Streetman wachte. De commandant aarzelde, blijkbaar vond hij het onaangenaam over de mislukking der pogingen zij- nel4 ondergeschikten te spreken. Streetman glimlachte eenigszins ironisch. Hij kon zich dit heel goed voorstellen. U hebt zeker wel begrepen, dat ik U wilde vragen een zaak voor mij te onderzoeken, waarvan.... eh.mijn beambten niets hebben terechtgebracht, besloot hij plotseling lachend. Streetman lachte ook en antwoordde dat hij dit reeds vermoed had. Ziet U eens hier, vervolgde de commandant vlug, hem twee 5 dollarbiljetjes toonend een hier van is valsch en één is echt, ziet U welke valsch en welke echt is? Streetman bekeek de biljetten aandachtig, doch zag geen onderscheid tusschen de beide papieren. Ik zie niets bijzonder saan één van beiden, ant woordde hij. Ze zijn ook op meesterlijke wijze nagebootst, maar toch ls een fout gemaakt De vervalacher» hebben de „5" met een dubbel lijntje aangegeven, zie hier. Streetman nam een vergrootglas van de® comman dant aan en keek aandachtig naar het valsche bil jet. Toen zag hij hoe de bovenkant van de vlag even dubbel aangegeven stond. De afwijking was met het bloote oog schier onzichtbaar, en voor iemand die het niet wist, niet op te merken. Heel mooi nagemaakt, meende Streetman. De commandant knikte zwijgend. Streetman wachtte. Wij hebben alle pogingen in het werk gesteld, doch kunnen geen enkel spoor vinden van de her komst. ■Mijn mannen hebben opdracht gekregen alle val sche bons vast te houden en dan trachten uit is vinden, vanwaar ze komen. Alles ia nog voor hef groote publiek geheim gehouden, en alle menschen van wie mijn mannen ze ontvingen, gaven ze klaar blijkelijk „in hun onschuld" en hadden met de val- Streetman aanschouwde den brief, doch niet» ver- sche munters niets te maken. Zonder het te merken (ried vanwaar hij kwam. 'wé 5 10. 15 20 25 30 35 40 45 50 WIT. Stand Zwart, 5 schijven, op: 15 17 20 31 30. Stand Wit, 6 schijven, op: 18 19 24 28 29 47. De 19-jarige R. C. Keiler maakte in bovenstaanden standen den volgenden schitterenden winstgang. Wit R. C. Keiler, Zwart H. Koperberg. Wit 19—13, Zwart 31—37, Wit 13—8, Zwart 37-41, Wit 8—2, Zwart 41-46, Wit 28—23, Zwart 46 85, Wit 18—13, Zwart 35 8, Wit 2 30, dreigt nu met 47—41 en 3035 te winnen, dus speelde Zwart 20—25, wat gedwongen was. Wit 3039, Zwart 1721, Wit 39-43, Zwart 21—28, Wit 29—24, Zwart staat vast en is verloren. man een brief. Het was sen getypte brief van den volgenden inhoud: M. Toevallig ontdekte ik dat ingesloten dollar biljet valsch is, de afwijking zit in de vlag van „5" en als goed burger acht ik mij verplicht Uw aandacht daarop te vestigen. Om nu echter geen verdere last te hebben, wil ik liever mijn naam verzwijgen en teeken ik. Hoogachtend, hadden zij ze zelf ook ontvangen. Maar van wiet Hebt u meer valsche biljetten? Jawel, hier is een pakje van twee en dertig stuks. Streetman nam de biljetten aan, bekeek ze één voor één zeer nauwkeurig. De commandant werd on. geduldig. Hij begreep niet waarom deze Jonge man die biljetten nog eens stuk voor stuk bekeek bl| allen was de afwijking toch dezelfde. Nadat het onderzoek was afgeloopen, keek Tos Streetman op en er straalde een eigenaardige blik uit zijn oogen. U weet absoluut niets van deze zaak? vroeg hij. Neen, antwoordde de commandant, mijn man nen hebben niets ontdekt. Hoe hebt U bemerkt, dat een vervaleehing had plaats gehad? Zwijgend overhandigde de commandant Street- U weet niet wie dezen brief afzond? Alle pogingen om iets in deze zaak te ontdek ken zijn mislukt, antwoordde de commandant ont moedigd. Een medelijdend glimlachje vertoonde zich op Streetman's gelaat en het irriteerde den comman dant ten zeerste. U kunt lachen als U iets ontdekt hebt, merkte hij ontstemd op. Daarom lach ik nu ook, antwoordde Streetman. De ander keek verbaasd op. Hebt U dan reeds iets ontdekt? vroeg hij onge- loovig. Misschien! antwoordde Streetman opstaande, zoodra ik de zaak in orde heb zal ik u waarschuwen. De commandant drukte den Jongen detective nog even verbaasd de hand, die deze ten afscheid aan bood sn toen Strsstman vertrokken wa», bleef hij

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 13