Sc'
HDE ER NIET BEZUINIGD IS.'
Vacantie tussch Haas au Waal.
J. HOOGLAND,
Uit het hart van Holland.
Palernoslerstraaf, Tel. 237, Alkmaar.
9 -voedt het leder.
Zaterdag 27 Juni 1925.
68ste Jaargang. No. 7661.
onderweg haar Oss en moest een paar dagen bezoek uit curiositeit, maar wat ik er zoo van
onderweg blijven en dan was het toch beter orn hoor is het resultaat van zoo'n film heel gering,
in een dorp te staan en te werken, dan langs den De mensohen zijn niet meer warm te maken voor
dijk en niet te doen. de verkiezingen en verlangt men, wat ik zoo hoor,
Toen het circus kwam, was de schooljeugd juist hard naar het oude districten-systeem terug,
vrij, zoodat het op het dorpsplein geweldig druk Ik ben natuurlijk geen kiezer nu ik in Engeland
was. De schoolkinderen sperden hun oogen wijd woon, en ik feliciteer er mi] zelf mee. Ik zag
open, toen plotseling „Kleine Jaoob'' met een heel hier een stembillefc. Het ding is zoo groot ai9 een
klein paardje verscheen. Arme „Kleine Jaoob". opengevouwen Schager Courant en staat vol nura-
Ik heb dikwjls met hem gesproken. Hij vertelde mers, namen en zwart met witte blokjes. Het
mij van zijn eerste optreden m het Circus Busch duizelt je voor de oogen. Zoek nu maar uit. Daarbij
te Berlijn, waar 10.000 toeschouwers hem toegejuicht komt, dat men onder de laat ons zeggen duizend
hadden: Ünd jetzt dies! zei het kleine mannetje, namen er misschien vijf aantreft, die eenigèn klank
terwijl hij met een theatraal gebaar op de schamele hebben en dus politiek belang inboezemen. Na-
tent wees. men als Marchant, van Rappard, Kleerekooper,
Ik vertelde aan den dwerg, hoe ik hem bewonderd Colijn en Wijnbergen zeggen tenminste iet» aan
had te Amsterdam met zijne gedresseerde ganzen en een kiezer, maar net aoodje figuranten, dat ook
het leelijke gezicht van het; mannetje kroeg een nog naar een kamerzetel' dingt, is slechts oen mid
vnendelijke uitdrukking: Wie wordt er niet graagdel om de burgerij meer en meer tegen het kies-
bewonderd? i stelsel en een aoor zulk een stelsel verkozen Par-
Kleine Jaoob dresseert nu een kléin paardje, datj lement in te nemen.,
hij o.a. l'aat tellen. Hij mocht na afloop van «zijn Wanneer men zijn oor te luisteren légt, dan voelt
T\* „nrim, ™flni wit Bflriïpwvfln nn wplkft n™er met de pet rondgaan. Arme kleine Jacob.men hoe weinig het Parlement en de ParlJemqnts
De vorige maa hebb j g ge n, p Maar eigenlijk alemaa arme drommels, die circus j leden dooi- het volk geacht worden. Men ziet vooral
wijze de regeering de noodige bezuinigingen tolxnenschen door de hooge salarissen en pensionneering en het
stand beeft gebracht. Het zal daarb'ij de aandachtEefi merkwaardig wantrouwen bestaat er in dena 4 jaar praats maken van den een voor den.
ander een vak in 't politieke ambt. Alen ziet geen
TWEEDE BLAD.
hrbben getrokken, hoe de militaire uitgaven daoibtj dorpen tegenover circus; en kermismenschen.
In het dorp is nog een ooievaarsnest. Niet zoo
nagenoeg geheel bui en e b g g g wag woonwagen van hot circus ge
laten. .Ta, de regeering heeft zelfs meer pogingen in arriveerd of boer Peer de Vries liet de ladder tegen
bet werk gesteld om. die uitgaven nog te verhoogen, den hooiberg zetten, waarop het nest ligt en des
dan óm tot verlaging daarvan te geraken. Dit be- j avonds werden de drie jongeooievaars naar be-
jn I neden gebaald en zorgvuldig in don stal opgeslo
ten. 's Morgens heel' vroeg werden ze weer naar
gon al dadelijk na de verkiezingen van 1922
Januari 1920 had de regeering het departement van
Marine opgeheven, teneinde leger en vloot onder
één Minister te plaatsen en aldus tof belangrijke
bezuinigingen te geraken. Bij' de anti-revolutionnaiien
en christelijk-bistorischen viel deze maatregel heel
wat minder in den smaak dan bij de roomscb-katho-
lieken. Daarom grepen zij in 1922, toen er over de
verdere samenwerking in de regeering moest worden
boven gebracht.
Bij informatie bleek mij, dat hier in dit dorp
alleen 30 jaar geleden wel 25 ooievaarsnesten waren.
10 jaar geleden waren er nog 4, maar bij drie
ervan werden de ooievaars gestolen en sedert zijn
de nesten verdwenen.
Zoo is het in alle omliggende dorpen gedaan.
De ooievaars schijnen sedert ons land te mijden
of verminderen sterk in aantal. Peer de Vries strijdt
voor rijn ooievaars, zoodra het circus weg was, nam
beslist, de gelegenheid aan om den eisch te stellen, hij den l'adder weer weg. Het gevaar was gewa
ken. Ziet, Peer de Vries morgen echter een vreem
den snuiter in het dorp, dan plaatst hij 'dadelijk
den l'adder en haalt rijn beschermelingen binnen.
De eigenares van het circus was een bekende
schoolrijdster .geweest. Op een avond was ik de
-e eerste rang gast. Ik maakte eèn praatje, wij
IIMMMMltt
dat het departement van Marine moest worden her
steld. De roomsch-katholieken gaven toe; zij offer
den het departement van Landbouw op en berust
ten in het herstel van het departement van Marine.
Toen in de Tweede Kamer aan den Minister-presi-
dent werd gevraagd, hoe deze wederinstelling van sprakenj>v«r paarden en paaxden-menschen. Haar
6 x w An echtgenoot kwam en vertelde, dat hij haar nummer
het departement van Marine te rijmen was, met de laten vervallen: Nein, ich reite doch, zei rij
zoo noodzakelijke bezuiniging, gaf deze ten ant- en wij bleven praten over dressuur en over paar
woord, dat juist ter wille van de bezuiniging twee denmenschen, die wij beiden kenden. Zij reed-haar
Ministers noodig waren Eén Minister zou al dit nummer, ik had het den vorigen avond reeds
f - gezien, maar nu reed zij het nummer anders, uitr
bezuinigingswerk niet af kunne»! gebreider, o.a. gaf rij een galopnummer. Zij reed
Het eerste resultaat der bezuinigingswerkzaamheid het voor mij, omdat zij> wist, dat ik het kon waar
van den nieuwen Minister van Marine was, dat de deeren, en omdat rij wel begrepen, had, dat ik
vlootwet weer op den voo^ond werd gracht HS
Déze wet was ook reeds m April 192~ in de Twee- heelemaal niet meer kon rijden, daar paardrijden
de Kamer in behandeling geweest, doch die behan- te kostbaar is voor een verarmd mensen. Zij vond
deling was toen niet teneinde gebracht, dan zij' de zelf, dat zij nog beter af was, dan ik, want rij reed
uitstel-motie door het ^innig-democvatlach «aSMSrU
Kamerlid Mr. Oud. werd ingediend. Thans wilde d§ Ook rij hadden betere dagen gekend,
nieuwe Minister weer op die vlootwet terugkomen, j
In Augustus 1923 drong hij in den Ministerraad er j
op aan, dat die vlootwet opnieuw ter hand zou
worden genomen. Al de Ministers gingen met hem
mee, behalve de Minister van Financiën De Deer.
De laatste achtte deze vlootpolitiek met het oog op i
den financiëelem toestand ontoelaatbaar en nam zijn
ontslag.
Toen kwam Minister Colijn. Hij nam die eervolle
taak op zich te bezuinigen op allerlei nuttige zaken,
,en tegelijkertijd de belastingen aanzienlijk te ver
hoogen, alles teneinde op deze wijze mede het geld
te vinden voor den vlootbouw. Deze houding was
precies tegenovergesteld aan de houding van Colijn
in November 1922. Toen verklaarde hij uitdrukkelijk, j
dat de begrooting niet sluitend kon worden gemaakt,
zonder diep ingrijpende beperking der militaire uit-1
gaven. De heer Colijn bleek dus wel zeer kort van
memorie. -
In de Tweede Kamer strandde in October 1923 de
Vlootwet, doordat precies één stem meer zich er
tegen dan er voor verklaarde. Het ministerie zou
toen eerst heengaan, maar het kwam dn Januari 1924
weer terug. Het begon toen de schepen van het ver
worpen vlootplan stuk voor stuk binnen te halen.j
Het wist de Kamer te bewegen om in 1924 en 1925
niet minder dan 6 nieuwe schepen aan te bouwen.
Onnoodig te zeggen dat deze pogingen op heftig ver- pj-gj. p-ubiek begreep niets van het schooltijden van
zet stuitten bij de vrijzinnig-democraten. Zij werden het keurige traverseeren en renverseeren, <lé prie-
echter door rechterzijde en vrijheidsbond met ver- j cies gereden halve en heele voltes, van den Spaan-
eende kracht doorgedreven. schen pas. Het publiek Mg wél, dat do sohoolnj-
x deres het nummer eigenlijk voor mij reed en.nu
Met de uitgaven voor het leger ging het met anders. nu zij vertrokken zijn heeft oen deel der bevolking
De kosten voor de uitrusting werden verhoogd in daaruit zeer gewaagde on minder correcte gevolgd
plaats van verlaagd. Voor de aanschaffing van nieuw trekkingen getrokken.
geschut werd in 1925 zelfs anderhalf mlllioen meer 2*1, landelijke onschuld.
Er waren bij het circus muzikanten uit Uzecho
uitgetrokken dan in 1924. Zoo staan Marine en Oor- Slowakije, Beden die betere dagen gekend hadden
logsbegroottng te zamen voor dit jaar op titè mil- en nu als muzikanten in het circus dienst deden
lioen gulden, een bedrag, dat voor de draagkracht en verder als stalknechts, timmorHeden, tenten
van ons volk veel te groot is. Hot ergste is daarbij, £°uwert en duvelstoejagers Zij speelden dikwijls
6 heel valsch en men verbaasde zich erover, dat men
dat het bovendien alles weggeworpen geld is. Leger heelemaal uit Czecho Slowakije moest komen om
eereambt meer - in Kamerlid of Gedeputeerde of
Wethouder, maar een baantje, als elk ander.
Daarbij komt de factor, dat elke kiezer weet,
dat zijn partij toch geen 51 zetels kan veroveren
en toch weer moet gaan scharrelen na afloop der
verkiezingen, ten einde een poging te wagen om
voor enkele der uitverkoren partijleiders een mi
nisterzetel te veroveren. Het is juist deze factor
die den kiezer lauw maakt, want men weet, dat
er met de beginsels, nu met klem naar voren
gebracht, zal worden gescharreld.
De kiezer heeft absoluut geen vertrouwen in
dengeen op wien hij stemt en heeft alle contact
met hem verloren.
Het wantrouwen der kiezers is in de laatste
Anti Revolutionnairen, Roomschen en Christelijk
Historisohen met hunne .politieke grondbeginselen
gesold hebben.
De Protesantsche kiezer ziet dan ook met schrik
'hoe de Katholieke Kerk door al dat politiek
gedoe veld wint.
De Anti Revolutionnairen zijn dan ook, wanneer rij
op het platteland den „polieken boeri' opgaan,
uiterst voorzichtig en het is merkwaardig om een
lezing van een A. li. propagandist bij te wonen.
Ik ben van de week enes gaan luisteren. Er was
een dominee, nota bene een Nederlandsch Hervormd
predikant aan het woord. De goede man preekte
er lustig op los voor rijn mannenbroeders. Hij had
het niet over het Rome van heden, doch over het
Rome van Romuius en.Remus, hij had het niet
over Colijn, maar over Koning Salomo, in een
woord, hij had het allerminst over de huidige
politiek. Nadat ik met een paar interrupties even
den Paus en Colijn naar voren had gebracht, wist
ik even gelegenheid te krijgen een vraag te stat»
'ïen omtrent het samengaan mét Rome enz. Het
gevolg was, dat dominee er niet van terug had en
gedurende het, dankgebed teokenen gaf van groote
zenuwach tighedd.
De bevolking spreekt nu de laatste dagen over
niets anders en do Anti Revolutionnairen zullen-
hier niet weer aan moeten komen met ,,preeken'1
maai* met werkelijke politieke'redevoeringen, indien
zij iets willen bereiken.
Het is hier overigens een eigenaardige bevolking.
Drie jaar geleden kwam Gulden hier eens spreken.
Hij gaf natuurlijk behoorlijk gelegenheid tot de
it. Een landarbeider wilde daarvan gebruik ma
Vraag demonstratie en inlich
tingen bij den Agent
Verandering van spijs
aoët eten.
Maar't leer wil slechts
van Erdal weten.
bat. MIL0..
ken en stond op. De goede man is bekend als stot
teraar en iedereen was ten hoogste verbaasd, dat
juist deze man tegen den Sociaal Democraat, Idie
wel bespraakt was, wilde gaan debatteeren.
Het debat was zeer kort; het bestond daarifi,
dat de stotteraar er met de grootste moeite uit
stootte: „leelijke Rooie". Inderdaad een klemmend
argument.
Over Braat hoort men niet veel goeds, die
niet erg populair, dan weet Dominee Korsten beter
hoe. hij stemmenmoét werven. Die en rijn vrien-'
den rijn werkelijk marskramers in Christelijke
politiek, want zij ïoopen het platteland met hun
christelijk, of is het onchristelijk programma van
onverdraagzaamheid af en werven m. i. wel stem
men. Enfin, ik geef hier maar weer, wat ik zoo
noch vloot hebben eenige gevechtswaaxde. Ja, ster
ker nog, zou een regeering het wagen met deze
strijdmacht den vijand tegemoet te trekken, dan zou
dit beteekenen, de onherroepelijke vernietiging van
die strijdmacht, het nuttelooze verlies van tiendui
zenden menschenlevens.
De bewapening heeft nog nooit veiligheid ver
schaft aan de wereld, niet aan de groote volken en
niet aan de kleine. Zouden wij dan ondanks deze
lessen nog maar steeds op dien ifreg willen doorgaan?
tot schade van ons volk en tot bankroet van onze
financiën? Ook deze vraag zal op 1 Juli haar ant
woord vinden.
Wie haar beantwoordt als wij, zal zijn stem aan
de Vrijzinnig-Democraten, aan lijst no. 22 en daarvan
of stemmen no. 2 Mr. Oud of no. 13 de heer D. Kooi
man, een paar candidaten, die steeds en overal met
al hun energie voor ons en onze belangen zullen
opkomen.
n.
o«Xe kakken weer allerlei emoties gehad, van die
eente plattelands-emoties.
jaren toegenomen omdat men gezien heeft hoe
kigenaars van .een circus kwamen vragen of zij
tt ^nt mochten opslaan.
Het staangeld werd bepaald op f25, terwijl de
burgemeester het aan de eigenaars duidelijk tracht-
u n -en' dat het geen succes kon rijn, ornaat
bevolking heel vroeg op was om aardbeien, te
piukker: en s avonds niet veel iust zou hebben
*r» na^r een Paardenspel te gann.
l)e eigenares, een schooirijdster., zei later tegen
mij, aal zij reeds tevreden was indien zij onder-
weg van #een belangrijke plaats naar een andere,
ae Kost voor het personeel ophaalde. Zij was nu
zoo valsch te HBHBI
's Middags gaven zij kindervoorstelEng, zoodat
zij in het geheel' 5 voorstellingen gegeven hebben,
na afloop van de laatste begonnen rij af te bre
ken en den volgenden morgen om 9 uur vertrok,
de laatste wagen. Het staangeld werd hun door
mijn gastheer geschonken. Zij hadden het niet
kunnen verdienen. Arme stakkers. Het waren geen
praatjes, want men behoefde geen groot rekenmees
ter te zijn om te kunnen oonstateeren, datde recette
zeer treurig geweest .was.
De schoolkinderen uit ons dorp en uit het naast,
bijgelegen dorp hadden mot hun dubbeltje entree
het niet goed kunnen maken.
Deze emotie was dus alweer overwonnen. Tnmid
del's ging het aardbeien plukken zijn gang. In dne
weken heeft het nu niet geregend, zoodat alle§
onder de droogte lijdt, vooral de aardbeien, die
erg klein worden, daardoor meer plukloon kosten
en minder opbrengen. Een leelijke strop. Alleen
degenen die neei vroege aardbeien gehad hebben
en in de week, eindigende 6 Juni van prijzen van
50 ets. per pond hebben kunnen profitoeren, zijA
foed afgeweest, voor hen waren de prijzen van
3, 20 en 17 ets. per pond, die toen volgden, nog
best en zij hebben niet meer voor 9. en 8 ot. per
pond behoeven te léveren.
De vroege aardappels schoolmeesters zullen
nu a.S. week gerooid worden.
De droogte heeft ze klein gehouden. Wel hebben
wij nu al een week lang een bewolkte lucht, maar
geen regen.
Er was weer een emotie in ons dorp ten gevolge
der verkiezingen. Over het algemeen zijn de verkie
zingen zoo 'saai, dat ik werkelijk vergeten was,
dat% er verkiezingen waren. Wel had de Vrijheids
bonder, Ridder van Rappard, hier een rede ge
houden, maar ik was toen juist afwezig en zoo
was mij die gebeurtenis ontgaan. Verder spreken
er in de grootere plaatsen wel Anti-Revolutionnai -
ren, Katholieken, Vrijzinnig- en Sociaal Demo
craten, Christelijk Historisohen, Vrij hoidsbonders,
Yaderlandsch Verbonders, Boor Braat, Dominee
Kersten, maar er schijnt heel' weinig bezoek te
opvang. -at
Wanneer ik weergeef wat mijn algemeene indruk
is, dan moet ik zeggen, dat men over liet algemeen
overtuigd is, dat rechte toch weer de meerderheid
zal hebben en dat bij de. a.s. verkiezingen, indien
er geen ander kiesstelsel komt, de lauwheid der
kiezers nog toegenomen zal riin.
Het parlementair stelsel schijnt inderdaad ten
gevolge der Evenredige Vertegenwoordiging op
apengapen te liggen.
Wanneer ik de verkiezingen in mijn vaderland
vergelijk met die in_ Engeland, dan moet ik toch
uit den grond van mijn hart zeggen:
Geef Holland het districtenstelsel weer terug.
Voor 100 Kamerzetels ruim dertig partijen en
duizend candidaten, bij een bevolking van 7 mil
lioen zielen is toch wol heel kras.
In Engeland voor ruim 600 zetels ongeveer twee
duizend candidaten, verdeeld over 3" groote en twee
kleine partijtjes (Onafhankelijken en Communis
ten) bij een bevolking van 55 millioen zielen.
Men mag gerust zeggen, dat de Evenredige er
tegenwoordigmg een der sterke karaktertrekken
der Nederlanders: 'verdeeldheid, aanwakkert. Wij
faan nu reeds de derde verkiezing onder het
ivenredige Stelsel in en het aantal partijen
neemt niet af. Waar moet dat heen?
Wie ook Kamerlid moge worden, laat hii toch
redding brengen aan Nederland door het distric
tenstelsel weer in te voeren.
Een dor argumenten voor E. Vwas om aan oen
partij als de Communistische kans te geven een
stem in 'a Lands Vergaderzaal te kunnen doen
'Weeft de E. V. aan dat argument recht gedaan?
Ik wil met U wedden, dat er ditmaal geen Commu
nist tot Kamerlid verkozen zal worden en wei ten
gevolge der verdeeldheid in de Communistisch©
Partij. Deze verdeeldheid heeft ook alweer de
E. V. voor een goed deel tot oorzaak. In België met
weinig partijen, blijkt de E. V. een onding, in
Scandinavië keert men er van terug en in Neder
land lijdt het volksbestaan er meer en meer onder,
omdat de Evenredige Vertegenwoordiging maakt,
dat men meer aandacht schenkt aan hetgeen ver
deelt, dan aan hetgeen vereenigt
Mijn vacantie spoedt ten einde, op den dag der
verkiezingen zal ik alweer in Engeland rijn. Ik
heb er niet veel moed op, dat do uitslag der ver
kieringen aan de bevolking ook maar de geringste
bevrediging zal' schenken.
Moge het andere worden, opdat het V aderlanjd
weer goede tijden zal' beleven.
Nederland is zoo mooi, zoo vruchtbaar en het
is voor alles onze geboortegrond, dus heeft als zoo
danig recht op een eerste plaats in ons hart.
Laat ons dus allen medewerken tot de grootheid
van ons Vaderland, U thuis, wij in den Vreemde,
opdat onze kinderen zich niet zullen behoeven te
schamen over ons en zullen vragen:
Wijs mij de plek, waar gij gezaaid hebt?
langstelling van het publiek zper zou zijn gestegen
in het doen on laten der Staten-GeneraaL
Jawel!
Op de tribune der Eerste Kamer., kop voor
kop veertien amateurs en de gewone twintig be
roeps toehoorders, terwijl meneer Baron de Voe
van Steenwijk stond uit te pakken over het initia-
tief-voorstel' van mej. Westerman.
Och, ik vind voor me zelf liet loeren van een.1
vreemde taal' pp de lagere sokooi in het minst niet
belangrijk
Het kind dat niet verder gaat dan dié
school, heeft van de lesuren absoluut niets dan een
residee van een eigenwijze knappigheid. Het „kent'*
Fransch, precies zooals 'n jongen van de 4e klasse
van het gymnasium ,Griqkscn en Latijn kent?'
te veel' om het ooit heelemaal te vergeten, te
weinig om „na een jaar in den handel-'' hot sulrke-
ligst stukje Nepos of een der Asteia van Oobet
nog te begrijpen.
Zelfs de hoog en zeer geleerde heeren, die toe
vallig in wat anders dan ,Jn de letteren'' gaan,
weten er al spoedig niets meer van, gezien het feit,
dat men destijds in de kamer zwaar boomde over
den „judex unicus'- (inplaats van „Unus") en dat
een onderwijsman destijds die zelfde Kamer kon
volbrallen met zijn deftig Latijnsohen, doch
geheel verkeerd toegepasten meervoudsvorm van
„ambulante". f
Zeker, dit zijn kleinigheden. Klassieke opleiding
is niet iets voor iemand, die haast heeft en als Fora
of Pierpont Morgan een citaat verkeerd gebruikt
P)f uitspreekt-, is er niemand, die hun onder cura-
toele stelt op grond van die onwetendheid^
Maar het wordt een heel ander ding als kinderen
en dus mettertijd^ volwassenen gaan bewe
ren een vreemde taai 'te kennen, omdat zij zonder
al' 'te veel fouten op hun dertiende jaar hebben/
kunnen beweren in net Fransch (of wat ander»)
dat: de picht van den tuinman een kat heeft, doah
de hond van de grootmoeder van den timmerman,
lieeft langer haar.
Ieder die zich rijn schoolwerk voor Fransch her
innert, weet nog den tijd, dat hij begon met zes
maal onder elkander te schrijven „que'" en daar
naast het ;,je, tu, el', neus vous, ils met automai
tiseh do uitgangen van het „asse, en het assions^
en wat er verder volgt op oen behooriijk afstandje,
zóó, dat het opgegeven werkwoord er alleen tus-
schen in behoefde te worden geknoeid.
Zet nu een „goed leerling'' .hoogste cijfer
Fransch" eens neer, niet in een Parijsch salon, pt
in Genève of in een literaire omgeving, doch in
een gewone burgeromgeving in België/ waar men
toch ten slotte geen Franscih spreekt, maar Beule-
mans en waar $en Nederlandsche zinswending eer
der wordt verstaan dan 'n Fransohe wordt begrepen
Kijk wat zulk een prima-leerling en ik bepaal
me niet tot den ex-discdpel der lagere school, het
kan ook best een volleerd ontslagen H.B.S.er rijn
terecht brengt van zijn vreemde taal.
Zeker) hij uit vreemde geluiden, rijgft zelfs"
vreemde woorden aan elkaar. Maar begrijpen doet
hem niemand, dan een welwillende ziel, die zelf
ook een dergelijke periode heeft meegemaakt met
een andere taal. Eu zelfs als de goeie jongen zich
dan verstaanbaar heeft gemaakt en hij krijgt rijn
antwoord, dan wed ik nog steeds tien tegen één,
dat hij or geen svllabe van verstaat. Althans niets
yan kan na vertellen. -
Het spijt me voor baron De Vos van Steenwijk,
dat ik zijn toon niet kan bewonderen, het spijt me
nog meer, dat ik het met mej. Westerman niet
eens kan zijn.
Maar het moet worden gezegd, dat het „léereti
der vreemde talen" zooals dat bij ons gebruikelijk
was on zooals het in het systeem-Wosterman ,zou
terugkomen, erger was dan geen taalkennis.
Alle meneeren en mevrouwen O. W. hebben het
in Duitsehland goed gehad voor weinig geld, door
hun Hooghaarlemmerdijkseh uit te bulken tegen n
Duitschor. Precies, zooals 'n Duitecher of 'n En
gelschman hier "te recht komt:
Met een variant op Spoenhoff: Schreeuwen en.
betalen, snappen ze overal.
Maar waarom nu juist Fransch, dab voor den Ne
derlander de minst» punten van aanraking heefty
steeds voorop is geduwd bij alle onderwijs, weet
niemand. Als een Franschman hier of een Neder
lander in Parijs de geheel© buurt bij elkaar
schreeuwt, weet het, publiek nog niet waar het
over gaat.
Nog minder, wat die man eigenlijk wel zou
willen.
Hier en daar zal een Nederlandsoh H.B.S.er een
woord begrijpen, doch voor hij zelfs den samenhang
op het spoor is, gaat de conversatie over geheel
iets anders.
Nu we de candidaten op iederen hoek van de
Het loeren van één of van meerdere vreemde ta
len is iets van buitengewone waarde. Doch alleen
voor hen, die in de toekomst door hun werkkring
die taal' (of talon) noodig hebben.
Het is gemakkelijk zooveel mannen is één
man, als hij vreemde talen kan om oen taal of
wat te beheer hen. Maar, omdat nu iedereen te
genwoordig „ïiiiuistert op Hilversum", is het tooh
waarlijk niet noodig, dat iedereen een cursus ia
electrotechniek en in radiotechniek gaat volgen.
Het komt er wel van.
Daaraan twijfel ik geen seoonde.
Zoolang er mensohen zijn, die iet9 niet kennen
of weten, ook al helpt deze titans gemiste
wetenschap hem tot geen enkel atoompje yan meer
levensgeluk, zijn er altoos mensohen, (U.e- tegen
goede betaling, die kennis wel willen bijbrengen.
Zoo zullen we binnen kort wel Radiooursussen.
krijgen, om meneer Piet en mevrouw Pietje precies
te laten weten aan welk knopje zij moeten draaien
omeen anderen Jazzband tehooren, dan die
van de gramofoon van de buren. Plus natuurlijk
de wetenschap van dradenwinden en lampen plaat
sen en wat dies meer zij.
Doch dan zuilen die stumpers bij alle voorkomen
de gevallen tooh naar den vakman moeten gaan.
Zooals alle knappe kinderen die Fransch
kennen' en die een doodgewoo subjectief heb
ben te gebruiken, dien zij niet dadoajk kunnen
thuis brengen in net „que ja., asse, que tu.. asses
straat onder don voet 1'oopen en *$nze hielen vegen I en' wat daar verder vo.gt.
aan Ter Laan on rijn gehéél communistische vrion* Leert toch de kinderen iets voor het leven. Niet
„W111_ Vü den altoos voor .zoover rij op dit asfalt staan altoos rommel, half werk, waar niemand nooit
kamen. S echts de film van den. Vrijheidsbond had gewitkalkt zou men verwachten, dat de be- iets aan heeft. A.