Bram s Uitvinding, VOOR DE KINDEREN. 8 8M atuki wfl. 8 lam- 400 zijdea )ODp e kip. kap aasap. en even. okay? dja Even Lachen. HIJ WIST HET. Ik ben een man van weinig woorden....." "üat begrijp ik volkomen, ik ben ook getrouwd." MOEILIJKE WETENSCHAP. .Zie, meisje, hier kan je zien hoe de aarde om de o draait." Ja Pa, maar waar draait de aarde 'a nachts nu i'heen, als de zon weg is?" HOE VRIENDELIJK! Ik heb een zesjarig dochtertje". "zool Is 't een aardig meisje, of lijkt 't op u?" HIJ HAD EEN HELPER NOOD 10. Een echtpaar met de auto uit, kreeg onder weg pech. Een passeerende autobestuurder bood zijn hulp aan. „Graag", zei de eerste auto-man, „antwoordt u onderwijl op de honderdduizend vnagerj van m'n vrouw, dan krijg ik de auto spoedig in orde."* DAT IS DE REDEN. „Weet je waarom de dames tegenwoordig haar hoeden zoo diep over het hoofd halen, dat je amper haar oogen kunt zien?" „Neen!" „Wel. dat is omdat zij zich schamen, dat zij zul ke korte rokken dragen." ZIJ KREEG HAAR ZIN. „Als ik trouw", zei het verwende meisje, „moet ik zeker drie dienstboden hebben." „Je zult er twintig hebben," zei laconiek de ver loofde, „maar de een na de andere." Ware woorden. Leer door het voorbeeld van anderen wat gij doen moet en wat gij hebt te verdijden. Het gedrag van anderen moet een les voor ons zijn. Een verstandig mensch. teaï behesrachen evenmin als hij wenscht het anderen te doen; hij wil slechts dat overal en altijd de rede heerschappij De wetten voor den geest zijn dezelfde als die voor het lichaam, dat zich zonder voedsel niet in stand kan houden. I Men schimpt dikwijls op een plantenleven en toch biedt menige plant in haar stil leven veel sier lijks en veel nuttigs aan. i De man, die het grootste geluk in zijn leven vindt, ls hij, die er het minst naar jaagt. W'. mw K olmo: waafe welb allw aangi m «ta! Ik a! in van !ïlig lt e lanj. Billy en Bobbie kennen heerlijke spel-i letjes. Een ervan is „Indiaantje". Kijk, daar heb je de tent, waar Bobbie de .In diaan woont. Fijn hé, Mimi en ik 'zijn dol op dat spel. 185. Nu gaat het spel beginnen, hoorl Bob bie, de Zwarte Beer, en Hans de India nen juffrouw sluipen naar het schuurtje, uw Billy, en Mimi zitten. Zachtjes en voor zichtig, want ze willen tniet gezien wor den. Het Dagboek van Hansje Teddybeer en Mimi Poesekat Dit is Bobbie in zijn ïndianenpak. Hij heet dan de -Zwarte Beer. Je zou haast hang van 'm worden! Hij "heeft verteld', dat hij dat mooie pakje 'van z'n vader kreeg, toen hij' jarig was. 286. Dan, als ze er zijn, gaan ,ze met hun bijltjes op de deur beuken, maar natuur^ lijk gaat die er niet van kapot, de bijltjes zijn ook maar van hout! Mimi zit ach ter 't raam en lacht ze lekker uit. 283. Eln ik, Han9, speel met hem voor ïn- dianenjuffrouwl Ben ik niet netjes? 'Mi mi speelt onderwijl met Billy voor „woudloopertje" en de kunst is nu om elkaar te vangen. 287. Eb weet je wat die slimme Bill deed'? Die klom op het dak en hij vergat niet' om z'n lasso mee te nemen. Nu, de rest kun je raden! 284. Bobbie en ik wonen in de tent, en Billy en Mimi in een houten schuurtje. Kijk ze naar ons loeren. .Wacht maar, we zullen jullie wel eens leeren, dat we ferme Indianen zijn. 288. Die flinke Indiaan Zwarte Beer zat al heel gauw in de lus gevangen en hij was zoo in 't spel verdipt en is nu zoo verbou wereerd, dat hij' op 't plaatje net kijkt' of 't meenens is. Eien ongeloofelijke geschiedenis door L. Roggeveen. Vervolg. Miss Anacka sprong eenige malen in 't rond, ter- rijl de muziek oorverdoovend lawaaide, let .geachte publiek" applaudisseerde als zagen ze mooiste van de heele wereld. „Dan heb ik de eer U verder voor te stellen", ver- de Directeur, ,.de drie Holly Bolly Girls. Ge ilt publiek, ik ben er van overtuigd, dat het vrou- gedeelte onder u zal weenen bij 't hooren wonderbare geschiedenis, die ik ga vertel- En die geschiedenis behandelt een merkwaar- g feit, het feit, hoe ik de drie lieve levenslustige Jlsjes gevonden heb! Luistert u!" De Directeur hield' even op, nam zijn groote .hoed trok een droevig gezicht en-ging verder: „Deze drie meisjes, ik mag wel zeggen de liefste wereld, waren vroeger.... aan.... elkaar "(Mgegroeld!" „O1- o! Ah! Ah! Och! A'ch!" brulde het publiek. «Ik vond ze, geacht publiek, lange jaren geleden, •P een van mijn zwerftochten door 't onmetelijke Chlneesche rijk. Ik had bij mijn vriend' den keizer China gegeten Bij 't afscheid nemen bood' hij rcii tv,-^ proviiicie's aan en een zek goud. „Ludo", hij, „ik kan je niet missen; jij alleen kunt mij OPvroolijken. als ik droevig ben; blijf bij me!" -Groote Keizer," antwoordde ik, „laat 'me gaan! ben geboren om te zwerven, en om de heele we- mijn kunst te geven, laat me gaan!" I Ik weigerde zijn provincie's en zijn poud'! Ik neem Mets aan! Ik wil werken voor den kost, werken, Jrtwn!l Ik vertrok wandelde 'n poosje over den pinoeechen muur. Leeuwen brulden beneden mij; trok me niets van ze aan! Een groote .slang be- pigde mij; ik doodde hem.... Tk wandelde verder., muur voerde mij ,door een onmetelijke zandvlak- 't werd donkerIn dat rijk gaat de zon niet als bij «ons, geacht publiek! paar in China P elen er kleine stukjes af, net zoolang tot «er meer over is! Welnu: do zon brokkelde af, 't duister.... Plotseling!!! Wat boorde Ik daar? n ergeschreil! Tk werd' ontroerd! U, moeders en ers' 11 mij begrijpen, niet waar?" nemeü l,«tf zag ai; op igf mol itukH au» j w ■essar1 to* s Off etaie-i held li wordt enio» eftt» - IW LJ naclrê f,, j" aar fregrooid! Hare moeder bad ze wreed zijn i J*®11'' ^^eon 1RKon ze daar op don muur in den jdfl n, ten prooi aan slangen en leeuwen, spinnen I j^HtMizep! Tk aarzelde geen oogenblik, trok mes, .scherpte hot op mijn zool, ,en sneed vlug fe km ee vr°hwen vielen flauw, en werden wegge- rie vrouwen begonnen te schreien. zie 't u aan", vervolgde de Directeur met zach- 0m, ,.ook u zijt ontroerd! Ik speurde in 't rond' ontwaarde drie kleine meisjes, met. de schouders dragen. ,,'Ik verbon de wonden, welke zeer spoedig genazen, Ik voedde de kinderen op, als waren ze van mijzel- ve, ik leerde ze dansen, op één been, zingen, want dat is de schoonste men&chelijlce kunstMiss Holly, aan u de beurt jongejuffrouw!" Miss Holly kwam naar voren, riep „Ia hoe!" en boog. voor 't publiek „Miss Bolljb, aan u de beurt!" Miss Bolly deed hetzelfde als haar zuster in de kunst. „Eti nu nummer drie van da zusters, geacht pu bliek. Vroeger heette zij Molly, maar pp een goeden dag waren we allen plotseling haar naam vergeten. Nu noemen we haar voor 't gemak poppea, omdat ze zoo'n merkwaardige, gelijkenis toont met d'e be roemde vrouw van Nero. Poppea verschijn!" 'Onder daverende muziek trad Poppea naar voren. Hevig applaus! t De muziek bracht iets voor den dag dat wel wat op een wals -«geleek. De drie losgesneden zusters ga ven elkaar de hand en terwijl de flauwgevallen vrouwen, van daar straks, die nu weer bijgekomen waren, ook naderbij traden, om toch vooral maar niets van 't schoone schouwspel te missen, -begonnen ze op één heen rond te huppelen, onder de klanken van 't volgend lied': Holly: Ja, langer wel dan zesendertig uur, Alle drie: Tralalala, tralalala! Bolly: Lagen we boven den Chineeschen muur- Alle drie: Tralala, tralal Poppea: Te midden van spinnen en ander ge- broedsel. We hadden zoo'n honger, en kregen geen voedsel! Alle drie: Tralala, joho! Holly: Toen kwam onze meester, Ludovicini! Alle drie: Tralalala. tralalala! Bolly: Hij zei net als Cesar: fedie, fecie, flnlt Alle drie: Tralal^. tralal Poppea: Als Salomo sneed hij ons toen van elkaar! Nu dansen we samen al menig jaar! Alle drie: Tralala, joho! Toen de toejuichingen1 bedaard waren, vervolgde de Directeur: „U hebt een klein proefje gozien van wat u he denavond in onze schoone circustent zal worden vertoond. Tk spreek verder niet van mij zelf van mijn mysterieuse onthullingen, en voorzeggingen. Tk spreek niet van 't eenige groote wereldwonder, 'dat mij in staat stelt, voor uwe oogeni allerlei voorwer pen te doen verdwijnen Ik spreek verder niet van onze clowns, van onze onovertroffen paarden--, kip pen -en kanariedressuur. Ik prijs niet. langer ons meesterlijk orkest, waarvan u ook eenige staaltjes hnoge kunst hebt geboord Tk wek u allen op: Komt vanavond in ons circus; komt allen! J>e entree is heel laag gesteld: 40 cent voor volwassenen, 20 cent voor kinderen. Goede staanplaatsen voor een dub beltje! Komt allen! Komt allen!! Komt allen!!!" De Directeur Mr. Ludovicini, ging vermoeid' zitten, en. onder de oorverdoovendc tonen van de muziek reed de wagen weg. Tn den namiddag werd' er aan 't kleine postkan toortje te iSphorckx een telegram aangeboden door Tim Tam,, den neger uit het circus Ludovicini. Het luidde zoo: Vingerling, la Haye, Hol lande, •Ben gezond, doch onzichtbaar. Brief volgt. Bram. v Dienzelfden avond stroomden de inwoners van Sphorckx naar het circua De prachtige, onzinnige ■verhalen van den Dircteur hadden grooten invloed gehad op de nieuwsgierigheid van 4© inwoners. Eb nu stonden de menschen op elkaar gepakt voor 't nog gesloten circus. Een paar gaslampen beschenen de massa. In de voorste rijen stonden de Burgemeester met zijn vrouw, en de wethouders mot hunne vrouwen. Daarachter de onderwijzers van 't kleine plaatsje en de andere notabelen, Alies1 schreeuwde en krioelde door elkaar. Daar trad Mr. Ludovicini naar voren, schitterend gekleed in een zwarten rok, E'en rijzweep hield hij in de hand. „Geacht publiek, de deuren worden geopendt" Het publiek riep en applaudiseerde, de Directeur trok een gordijn terzijde en men zag Madame Ludo vicini in een rood' zijden gewaad achter een toonbank zitten. De Directeur leidde de genoodigden naar binnen, waarna er een hevig gedrang ontstond. Iedereen wilde voor z'n 40, 20 of 10 cent het beste plaatsje be machtigen. Maar de Directrice hield orde in de massa. Met haar schelle stem regelde ze den toegang als de j beste verkeersagent. Zoo duurde het een kwartier en nog steeds stroomden de menschen binnen. Het kleine circus was al spoedig prop- en propvol. Nie mand kon ér meer bij! De wachtende menschen kortten den tijd met 't rooken -van sigaren, sigaret ten en sinaasappels. Eén paar vrouwen hadden klei ne kinderen meegebracht, die af en toe een huil concert gaven, af en toe onderbroken door snauwe rige of vleiende geluiden van de moeders. IHet orkest had' plaats genomen op een verhooging De muzikanten bliezen wat ze konden. Eb Bram? Die stond onzichtbaar midden in 't cir cus de drukte aan te zien, Zijn hart vol verlangen naar Holland. Hij bad met den Directeur afgespro ken, om bem behulpzaam te zijn met. goochelarijen. Daarvoor had de Directeur hem met geld geholpen'. Lang had. hij met, don Directeur gepraat en hem iets verteld van zijn toestand. Eb Mr. Ludovicini bad bem aangeradon, om bij hemi te blijven, totdat de Abrovi in zijn bloed1 was uitgewerkt,. Dan zou bij zichtbaar en met, z'n normaal gewicht, weer naar Holland kun nen vertrekken. Tn zijn tegenwoordigen toestand zou dat moeilijk -gaan. Bram dacht, dat Mr. Ludovicini toch eigenlijk groot gelijk had, hoezeer hij ook naar zijn ouders terug verlangde. Zijn onzichtbaarheid had hem veel meer moeilijkheden dan plezier ge bracht. „Morgen schrijf ik naar Jmis", dacht Bram1 ,,Eh nou niet meer denken, want 't spul begintl" En zoo was 't ook! Mr. Ludovicini ging midden in 't circus staan, nam met een edelen zwier-zijn hoed af en zei: „Wees welkom hier, gij allen 1 Gij genoodigden, gij belangstellenden, wees welkom! Wat wij u hier van avond zullen vertoonen, grenst aan het ongeloofe lijke. Vanmiddag hebben wij u eenige sterke staal tjes van ons kunnen gegeven! Maar dat is kinder spel geweest vergeleken bij de enorme verrichtingen die u straks zult zien. De Directeu-r nam spelenderwijs zijn zak doek in de hand, wikkelde daar een mes in en gooide 't heele gevalletje omhoog. Bram, onzichtbaar, stond midden in 't circus. Hij begreep dadelijk, waar de Directeur heen wilde, en met een behendige zwaai ving hij de witte bal op, die terstond verdween Wij, die al van zóóveel verdwijningen hebben ge lezen, vinden dit nu heel gewoon, we glimlachen misschien eventjes, nee, dan had je de inwoners van Sforckx moeten "zien! Eerst zaten ze doodstil en toen barstten ze los in toejuichingen, zoodat de grond er van daverde. Mr. Ludovicini legde de hand op zijn hart en boog gevleid naar alle kanteni Het applaus werd heviger, de muziek werd ook aangestoken door t enthousiasme en begon te schateren en te dreunen en te rompompen als een oordeel. Wordt vervolgd' I •Beste vriendinnetjes en vriendjes, jullie moeten me maar eens een standje gevenl Waarom? Omdat ik in zoo langen tijd niet eens met jullie gepraat heb. Hoe dat komt? Kijk, ik heb jullie, gedurende de zomer maanden maar niet geplaagd' met raadsels en zool Alleen heb ik jullie laten lezen de wonderlijke ge-< schiedènis van Bram en z'n Abrovi! Ik heb gehoord, dat een lezertje geprobeerd heeft, om- óók een on zichtbaar makende stof samen te stellen! Laat hij 't maar niet probeeren, want dat gaat toch nietl 'Alleen1 Bram Vinger kan het, en niemand anders. Niemandl heeft, 't vóór hem gekund, ,en niemand zal 't ooit na hem kunnen. Zóó goed zal hij zijn geheim bewa ren, als hij over een poosje weer zichtbaar en 60 kilo zwaar hij zijn ouders in den Haag terug is! En zullen we nu volgende week weer met de raad sels beginnen? Ja? Willen jullie me dan een klein plezier doen, en oventjes een briefkaartje schrijven, hoe jullie daarover donkan? Natuurlijk niet, alléén raadsels, nee, Bram gaat steeds verder met z'n avonturen! Dus: ik wacht jullie oordeel 1 Brieven als altijd zenden naar L. RIOGGEVEEN, SPUI 97 DEN HAAG.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 15