Geestelijk Leven.
B. li. LENGHAUS,
Brieven uit Rome.
Ingezonden Stukken.
Binnenlandscb Nieuws.
Zaterdag 24 Oelober 1925.
68ste Jaargang. No. 7730.
TWEEDE .BLADo
I Wc moeten hefc eems raefc elkander over de zaak-
hebben, Heei Nederland wordt reeds
ikele weken achtereen daarmede bezig gehouden,
jjjgt voor de hand dat, waar over geestelijk letvem
urdt geschreven, ook deze ,zaak ter sproke komt.
at ik niet eerder roods besloot hierover iets te
itrijven, vindt zijn oorzaak in het feit, dat ik
don beginne dip gansch'o sprekende alangeoge-
liedenis Delaahelijk oordeelde en de moeite aer
pprdd ng niet waard. Maar de bladen bleven or
,ver schrijven,wetenschappelijke mannen gaven
ma oordeel over de kwestie.... toen ben -ik als
Bjizeli gekomen tot de vraag of* die zaak eigenlijk
aet interessanter was, dan ze op 't eerste gezicht
Bij toescheen. Het is toch .eigenlijk ietwat opper-
Bakkig om met groot gebaar te zeggen „wat'een
[hachelijke vertooning is heb, d'at in den jare
1025 clo menschen nog kunnetn dispubeecreni over
fle vraag of de slang van het paradijs werkelijk
proken heeft, ja otf neen". Bij dieper
Jeuken ben ik tot de conclusie gekomen, dat
bter dezen strijd iets zeer belangrijks zit Zij,
„3 in gereformeerde kringen zich er mede bezig
voelen dit wel degelijk. Heb gaat ten slotte
pm de beteekenis van den bijbel. Het gaat om de
geloofwaardigheid, om de onaantastbare
autoriteit van de Schrift, van Gods Woord.
Als we dit begrijpen, komt de gansohe kwestie-
in een ander licht te staan. Daar zijin
r, .die in de opvatting van Ds. Geelkerken een
«raar zien. Waar zoo redeneeren zij gaat het
net het geloof in de Schrift heen, wanneer wij
fwijken van de letterlijke opvatting van alles wat
r in geschreven staat?
En zij hebben m.i. gelijk, Eenmaal aangeno-
nen, dot de bijbel1 Gods Woord is, dat hij dus ls
«schreven door menschen, die slechts werktuigen
Jods waren mag er geen 9prake 2ajn van
ritiek, zelfs niet van zinnebeeldige of allegorische
erklari ng. Don 'heeft men eenvoudig te gelooven
a sprekende slangen* en pratonjde ezels, dan/heeft
uen te aoeepteeren, dat da raven Elia spijsden,
lat Jezus over de golven heeft gewandeld, dat hij
iehamelijk naar den hemel is opgestegen, enz.
Zouden de tegenstanders van de opvatting van
te- Geelkerken niet gevoelen, crafc deze gévaarlijk
9, omdat zij een begin van afbrokkeling betee-
ent van het onvoorwaardelijk bij belgaloof f Waar-
ijk, die gansche onbeduidende kwestie is van zeer
ngrijpende beteekenis. Anders zou zij waarlijk niet
ooveei beroering hebben veroorzaakt.
Zoo gaat het er dus .ten slotte omi óf de bijbel
j autoriteit, als basis van levens- en^, wereidbe
diouwing zal blijven gelden. Dit is voor de pro-
eetantsc.he orthodoxie ^evenals voor het roomsch-
itholieisme een bestaanskwestie. Irómersi beide
lieeren zich op wat zij noemen: Gods Woord.
Daarom acht ik het een zeer verblijdend ver-
pjnsel, dat in 'gereformeerde kringen een man
ia Geelkerken is opgestaan en ik ben geneigd om
aarin te zien heb eindelijk zich baanbreken van
bo opvatting, welke zich op den duur verderzal
petton en... tot do ontkenning van''het bij bel
ieg zai; voeren. Zekerlik weet, dat de gerefor-
Brde broederen daar nog niet aan toe .zijn, dat
weg van Geelkerken tot de zuivere vrij zinnigheid
eel lang is; maar het begin is er. Het vervolg
tant wel. Daarom zal de roomsche kerk nooit
hmnen toelaten, dat er ook" maar in het minst
aan de autoriteit des bijbels wordt getornd, want
Biet een beroep op dien bijbel1 houdt zij haar
ik geloof in een eeuwig stijgen, ontwikkelen, groeoeff*
En is niet alle g-roei, breken van belemmeringen,
zèlfverwezenlijking
Hierop ga ik verder in dit artikel1 niet in. Ik
volsta slechts met deze korte aanduiding. Wat ik
ten slótte wèl nog wil .opmerken is, dat de zaak-
Geelkerken tebeschouwen ia als een symptoom/
van onzen 'tijd. En daarover "hebben wij ons te
verheugen. Er is een losworden van de oude op
vattingen ook d&Ar, waar we het niet zouden ver
wachten, waar altoos het onbestreden, onvoorwaar
delijk bijbelgelóof heeft geheerschi. Dit heeft ons
iets te zeggen en vervult ons met hoop. Natuurlijk
zullen ook reactipnnaire neigingen hiermede ge
paard gaan bij hen, die 't oude willen handhaven.
Waarom? In het gunstigste geval', omdat zij waar
achtig schoon tepen alle gezonde denkers in
gelooven in dón bijbel als Gods Woord en dit
gelóóf als heilzaam voor de menschheid beschouwen.
Maar, helaas, ook omdat zij' vreezen voor het
verlies van macht ön heerschappij, omdat zij
bang zijn voor de vrijheid. En dan denk ik altijd
aan een uitspraak van Dr. Froderik van Beden:
„Vrijheidsliefde beteekent dus, in diepere opvat
ting, Godsvertrouwen. Vertrouwen dab God zijn
waarheid en zijn recht in eiken jnonadh wederonH
openbaart, wanneer die mensoh onthoven wordt
van den druk van leugen en geweid/'
En daarom is vrees voor vrijheid1 in werkelijk
heid gebrek aan gelóóf. Gebrek aan geloof n-iet
in een God', die troont in den hémel, maar ia dien»
eeni.g waarachtigen God, welke is het in alles-drij
vende, stuwende Leven zélf. Wie dezen God ge-
èvonden heeft, vraagt niet meer naar een autoriteit
buiten zich, buigt zich niet meer voor een boek, een
priester, een kerk; hij leeft van-binnen uit, omdat
hij binnen in zich het hoogste, de Waarheid
heeft gevonden.
AS/TOR.
Men gelieve toch ook eens te bedenken, dat Jde
Mohaanedanen met evenveel' reoht hun Heilige
Schrift, de Koran, als „de Waarheid'' beschouwen,
als de Christenen dit doen met betrekking tot den
bijbel1. Waarom zou de bijbel wèl Gods woord zijn
en de Koran niet? Hier zien we dengeweldigen,
invloed van traditie, van suggestie. Misschien dat
ik later nog eens gelegenheid vind, om hierop terug
te koinen.
KLEERMAKERIJ WINKBL,
qericht bij deze de ontvangst van een MOOIE
SORTEERING
Heeren-Confectie en Stoffen
voor Maatkleediug
voor hel a.s. seizoen.
AANBEVELEND,
hoog, voert zij dit gezag terug tot^
zelf, Wie de geloofwaardigheid der aLangenhistorie
ontkent, kan natuurlijk evenzeer twijfelend staan
tegenover andere uitspraken van den bijbel', wan
neer deze als werk van menschen wordt beschouwd.
En denkt eens aan, dab zij niet zouden gelooven,
dat Jezus werkelijk heeft gesproken de woorden
"b Petrus en op dieze I
ouwen en die-poorten
overweldigen''. Wat bleef
er dan over van de heiligheid der kerk? Prof. dr.
H. H. Kuij'per schreef terecht in de Heraut:
Maar aan de andere zij de hooft de kerk te
waken, dat niet onder den schijn vataj een nieuwe
exegese de waarachtigheid 011 betrouwbaarheid van
lea's Woord wordt aangetast/'
Wat deze gereformeerde professor schreef, kan
door iederen .pastoor en bisschop worden beaamd.
De lezers van G. L. weten wel, hoe ik over deze
kwestie denk. Wanneer zij' de G. L.-artikelen
geregeld volgen, is het hun duidelijk, dat ik gees
telijk geen enkele autoriteit erken buiten mijzelf,
omdat ik imeon, dat de nuenschelijke levensbe
schouwing, dat ons gelóóf, onze religie alleen moet
voortkomen uit eigen denken en zoeketn.
Ik verworp derhalve de autoriteit des bijbels
Dit beteekent niet, dat -ik de waarde van dit
oude boek ontken. Integeneel1. Ik geloof dat er
Weinig boeken zijn met zóó rijken inhoud als deze
hijbei'. Maar hij i3 - en blijft menschenwerk. En
ook de baste mensoh is feilbaar. Ein dJe menschen,
den bijbel schreven, hebben vele eeuwen vóór
geleefd, konden 'derhalve nog niet dezelfde
'torus en inzicht bezitten als wij in onzen tijd
zoo vele eeuwen van geestelijken, wetenschappe
ren vooruitgang.
het dan eigenlijk geen. dwaasheid, dat wij
n zouden onderwerpen aan hön, die onis- vooraf-
fli? Dat wij 'het grijs verleden zouden laten
ehen over het heden. Dit neemt natuurlijk
tot weg, dat we gxoofce waardeering kunnen ge-
Rton voor wat groote denkers, vrome menschen
hebben gedacht en gevoeld, dat we met eerbied
®r ontroering kunnen luisteren naar 't woord
jan don profeet, naar het lied van den psalmist,
^aar voor ons zal' 't zijn waarde alleen ontlee-
uen aan de ziel welke er uit spreekt en nooit
zuhen we 't beschouwen als gezaghebbend.
Ik kan me voorstellen, dat zoowel orthodoxen
roomschen deze redenoering niet kunnen aan
vaarden en angstig bedenken, waartoe zij moet
«aden. Tot niets minder dan tot geestelijke anar-
po. Zoo is het inderdaad. Wie den bijbel' los
bar. in dezen zin, dat hij 'beschouwd wordt niet
jjieer als God's, maar wel als 't mensohetnwoord,
komt noodwendig tot de gezagloosheid op
Sastelijk gebied.
jMaar zouden we daarvoor vreeZem? Deze grezag-
ïtesheid beteekent immers niet, dat wij tot bande
wosheid vervallen, maar wel1, dat wij tot opperste
gezag verheffen: eigen, rede en geweiójw
ó-w.z. dat we eindelijk onszélf worden.
leder, die hierover nadenkt, zal1 het, dunkt me,
niet irij eens wezen, wanneer ik zeg, dat de ver
werping van de bij belau tori tedt tot dit laatste
^oet leiden. Maar die zal dan ook beseffen,
waarom eeq zaak-Geelkerken zulk een beroering
*an veroorzaken,. Het gaat onl de groote vraag:
z a gofvrijheidin het geestelijk en. religieus
deze strijd zal eindigen, staat voor mij
^ostootelijk vast. De vrijheid zal zegevieren. Dit
^°°f ik, omdat ik religieus beu, d.w.z. omdat
Voor meer dan een eeuw geleden, bedacht eén
bewoner van Marino, die door een tijdgenoot als
een poëet en geleerde geroemd word, dab het voor
deze stad voordeelig zou kunnen zijn, een feest iln
elkaar te zetten ter eere van de „Vendemmia'' van
den wijnoogst, waarmede deze maand een aan
vang gemaakt wordt. Nu herinnerden zich oude
Marinezon, in hun jeugd van dit graJn.dioso festijn
gehoord te hebben; zij wisten ook, dat er toon uit
alle omliggende plaatsen en uit Rome vooral geko
men waren om hier een offer aan Baochus te bren
gen en zij besloten een herhaling te geven van,
dit feest. -
Maar zooals een etsplaat, die uit oud-roest te
voorschijn wordt gehaald, niet dan een slechten
afdruk van de eens zoo zuivere en veerkrachtige tee-
kening vertoont, zoo was dezo „Sagra del! Uva'*
wijding van den wijn, op den 4den October, net
anders dan een slechte en vulgaire oopie van het
eens zoo origineeie, mooie feest, dat door een
tijdgenoot beschreven werd en waarvan het manu
script nu onder onze oogen kwam.
Uit de beschrijving van het feest, blij"kt ons
allóreerst, dat er in die dagen wel anders dan nu,
oen zeer religieus voelen onder de bevolking be
stond, want het werd begonnen met een processie
ter eere van de H. Maagd en van S. Barnaba, de
beschermvrouwe der stad, 's avonds wetrd in 'een
optocht Naoch, de planter van den wijnstok, ge
huldigd; uit twee fonteinen stroomde rijkelijk
roode en witte wijn. en er waren gratis druiven
te krijgen, zooveel men begeerde.
•Terwijl de priesters hun uiterste best deden aan de
proc-esssie veelt luister bij te zetten,, spanden de
kunstenaars, die daartoe uit Rome ontboden war
rem, zich in, de allegorische voorstelling en den
hoofdpersoon van_ den optocht, Noachi .zelf, Zoo
schitterend mogelijk uit te dosschen. Het was-dien
4den October evenals nu, een Zondag en een) stra
lend en znmerdag evenals nu. Het «heen wel,
schreef ae ooggetuige, dat de# hemel' Zich Ver
heugde over, de samenwerking in zoo groote een
dracht van priesters en leek en.
In dó groote straat, die naar de kórk van S. Btar-
naba voert, was plke huisdeur omwonden met
wijngaardranken, waartusschen fle goudgele en
zwartblauwe druiven afhingen, terwijl voor de
kerk zelf, evenals dit 'jaar ae groote fontein van
meer dan dertig meters in omtrek, herschapen was
in een kolóssale mand. beladen met de heerlijkste
druiven. Doedelzakken, trommels en tamburijnen
gaven nu het sein, dat de proöossie de kerk zou
verlaten en 'Voordat deze hare ommegang begon,
wórden de druivón, die daar bij duizenden op
gestapeld lagen, gezegend.
Uit Frascati en Albano, uit Cast el Gandolfo en,
VeHófcri maar vooral uit Rome, was een ontzagge
lijke nienigfe volks gekomen en toen het gelui
der klókken verkondigde, dat het twaalf uur was,
wórd dit het teeken dat het eet- en drinkgelag
een aanvang kon nemeui. Binnen een uur wanen
dó kilo's macaroni de kippen en eenden, de ham
men en wat al' niet, geheel' de voorraad, die al
dagen te voren in was geslagen, verdwenéri, maar
daarom kwam er nog geen eind aan het drinken;
onophoudelijk werden nieuwe Iitetrs wijn aange
dragen, terwijl zich dó minder gegoeden om de
fonteinen drongen en het kostbaar vocht in» glazen
en papieren bekertjes opvingen.
Als we lezen hoe eertijds bij het ondergaan van de
zen de lampions in de straten en de fakkels bij hon
derden aangestoken werden en welk een tooverach-
tig effect het maakte als tusscben de rook der flam
bouwen en te midden van den vuurgloed de welge
dane figuur van Noach, zichtbaar werd die bovenop
de kar gezeten was, die door een span witte ossen
getrokken werdj hoe hij langzaam naderde, ter
wijl pijpers en trompetgeschal zijn komst aankon
digden, dan voelen we wel dat zulke feesten toen
veel echter, veel kleuriger en vroolijker waren dan
nu. fïet volk begroette den schenker van den wijn
stok met een jubelend: „Evviva Noé" en dan zongen
ze „Bevevano i nostri padre? Si! Bevevano le nio-
stre madri? Si! E noi che figli siamo. beviam. be-
viam, beviamol" (Dronken onze vader9? Ja! 'Dron
ken onze moeders? Ja! En wij die hun kinderen zijn,
iaat ons drinken, drinken, drinken!)
We schenen verplaatst te zijn in ouden heiden-
schen tijd, zegt de verteller, zoo blij en gelukkig wa
ren de menschen onder elkaar, de mannen zoowel
als de vrouwen. Men werd bijna treurig om het hart
bedenkend, dat al dat bfije zingen, die sereene vroo-
lijkheid. die natuurlijke eendracht, die'er heerschte,
niet iets was dat voort kon duren, maar bestemd was
om maar een enkelen dag ons te verblijden. Het was
zoo heerlijk, maar ook zoo triestig, dat het alles zoo
gauw weer voorbij zou zijn. Allereerst gaven wij.
God de eer en dan de Marinezen, dat dit feest in zoo
volmaakte orde verliep, dat er een zoo volkomen
vrede onder al die lieden heerschte. Toen zij kwamen
en. gingen en toen zij bijeen waren altijd bewaar
den zij.de vrede en er gebeurde geen enkel ongeluk.
Waarlijk het was zooals geschreven staat in de Heit
lige Schrift: „Vrede op aarde en in Menschen een
welbehagen!"
Ja, over de vroegere feesten lag een primitieve
kleur die een zeker soort onschuldige vroolijkheid
met zich bracht. In Marino vereeren ze nu alleen nog
maar Noach en als ze nog dit feest organiseeren
onder voorwendsel dat de wijn gezegend moet wor
den, dan ls deze wijding door. den priester voor de
Marinezen niets, van 'n vertooning waaraan zij geen
de minste waarde hechten; want er is wel'in geheel
Italië geen kerk die zóó vuil en zóó weinig gerespec
teerd sdiijnt als de S. Barnaba! Het „Vrede,op Aar
de" is voor de Marinezen ook niet anders dan j een
klank Naarmate er meer wijn vloeide worden de
gemoederen verhit. Wij zagen oen jonge man weg
dragen, die oen rnossteok ontvangen had. Mot zwarte
letters stond op lakens, dio uit de huizen gehangen
waren het: „Èvviva Noé!" geschreven; daaronder
zat de bevolking van het stadje en hun gasten het
beetje ,Soldi" te verbrassen, dat ze verdienden, maar
hot goedige, oude gezicht van vader Noach, dat vroe
ger van af zijn zegewagen op het blije gejoel neer
zag, ontbrak nu; do hoofdgedachte der Marinezon
was nu veel geld te maken on zich een goeden af
zet onder de "Romeinen voor hun wijn te verzekeren
en het was een ware verademing voor ons. toen we
naar Castel Gandolfo afdalende, door het bosch, daar
in eens het meer van Albano als een groote parel
moeren schelp voor ons zageij liggen in reine onbe
vlekte schoonheid, als een jong ontwakend, puur
menschenkindE F-
M. de Redacteur,
Beleefd verzoekt ondergeteekende eenigc plaats
ruimte in uw veelgelezen blad en betuigt hiervoor
zijn dank.
Dierenvrienden.
Zooals u bekend, werd sedert einde 192-1 opgericht
afd. Alkmaar en Omstreken van de Ned. Vereen, tot
bescherming van dieren. Deze afdeeling mag zich ver
heugen in een gestadigen groei. Toch lijkt het ons
toe dat lang niet alle dierenvrienden lid zijn. Vooral
de bewoners der omliggende dorpen die wat voelen
voor de bescherming van het dier (vrij van iedere
overdrijving of ziekelijke opvatting), blijvend in ge
breke zich bij ons aan te sluiten.
Zendt s.v.p. even een kaartje aan ondergeteekende,
het contact is er, de rest volgt vanzelf.
Thans zijn correspondentschappen opgericht te Hei-
loo en Castricum; Schagen en Limmen volgen. Als
correspondent(e) voor Heilo \treedt op mej. v. d. Ma
ten. Straatweg; voor Castricum de heer v. d. Mee,
Stationsplein.
Straks, als door mij aan u een lijst wordt aange
boden, geeft haar dan niet ongelezen terug, doch
werkt allen mede aan 't mooie doel der Dierenbescher
ming.
Ondergeteekende heeft desgewenscht wel even den
tijd u mondeling nader toe te lichten.
Namens liet Bestuur,
De Insp. der Ned. Vereen, tot Bescherming
van Dieren, afd. Alkmaar en Omstreken.
C. VERWEK,
Tuinstraat '12, Alkmaar:
DE AFSLUITING VAN DE ZUIDERZEE.
De besturen van de H'oU. Mij1, van Landbouw, de
RK. Diocesane Land- en Tuinbouwbond in het Bis
dom Haarlem en de Ver. tot bevordering van den
Landbouw in Holl. Noorderkwartier, hebben een
adres aan de Tweede Kamer gericht naar aanleiding
van bet ontwerp van wet tot afsluiting van de Zui
derzee.
Adressanten wijzen erop, dat alleen de N.W. pol
der (Wieringermeer) in aanmerking komt voor droog
legging, terwijl aan den afsluitdijk wordt gewerkt en
wel doordat voor dezen polder slechts een dijklengte
wordt gevorderd, die binnen een beperkt aantal jaren
kan worden voltooid, en op het tijdstip dat alle hulp
materialen vpor de afsluiting beschikbaar moeten
worden gehouden, gereed kan zijn.
In het uitvoerige adres voeren adressanten ten
voordeel© van eene vlugge indijking van den N.W.
polder het volgende aan:
1. Door deze indijking wordt bereikt eene vlugge
'vermeerdering van de goede cultuurgronden met een
oppervlakte van ca. 20.000 H.A., hetgeen met het
oog op de steeds grooter wordende behoefte van
veel beteekenis is.
2. Alleen de N.W. polder leent zich voor eenè
droogmaking, gelijktijdig met de afsluiting der Zui
derzee.
3. Het tijdvak, dht verloopt tusschen de_ droogleg
ging van den, proefpolder en den N.W. polder omvat
4 jaren, doch het tijdsverloop tusscben de in cultuur-
brenging bedraagt, doordat voor de verkaveling der
20.000 H.A. twee jaren noódig zijn, voor 50 dezer
oppervlakte geen vier, doch 5 jaren. Deze periode
vormt een blijvenden voorsprong, zoodat van do on
dervindingen. in den proefpolder opgedaan, reeds in
ruime mate kan worden geprofiteerd.
4. De N.W. polder is verreweg het kleinste in
oppervlakte.
Dit is met het oog op de tallooze vraagstukken
aan ,de uitgifte en de kolonisatie verbonden, waar
mede nog weinig ervaring is opgedaan, een niet te
onderschatten voordeel. Een voordeel, dat op zich
zelf waarschijnlijk ruimschoots opweegt tegeri de met
de indijking gepaard gaande extra financieele offers.
Deze financieele offers dienen dan ook billijkerwijs
omgeslagen te worden in alle droog te leggen gebie-
den.
5. De N.W. polder bevat de verschillende grond
soorten van klei tot zand, in behoorlijke hoeveel
heden, hetgeen als een voordeel bij1 de eerste in cul
tuurtorenging is te beschouwen.
6. Inzonderheid) tegenover het bezwaar, gelegen
in het zoutgehalte van 2 van het Wieringermeer
mag do groote oppervlakte aan lichtere gronden als
l voordeel gelden.
I 7. Op grond van de goed gefundeerde meening
jvan de Commissie-Lovink kan met de meeste waar
schijnlijkheid worden aangenomen, dat de zwaarste
gronden in gemiddeld ongeveer zeven jaar na de
verkaveling tot volle cultuurwaarden gebracht kun
nen worden, terwijl deze termijn voor de vele lichte
gronden nog korter is te stellen.
Het voordeel met voorafgaande ontzilting te be
reiken, is dus betrekkelijk beperkt.
8. Over de snelheid .van ontzilting van den bodem
door overstrooming met zoet water, is weinig bekend,
dcch de meendng overheerscht, dat het talrijke jaren
zal duren, voordat het gehalte aan zout in den bo
dem in belangrijke mate is verminderd.
EEN BELANGRIJKE RECHTSVRAAG INZAKE
LIJKVERBRANDING.
De President der Arrondisseanents-E-cohtbank te
Amsterdam heeft kórt geleden een belangrijke be
slissing- genomen in het volgende geval:
Een overledene had bij notarieel testament als
uitersten wil den wensoh geuit» dat zijn stoffelijk
overschot door yer branding zou worden vernietigd,
zulks ün den meesten eenvoud en zonder inachfc.
neming van kerkelijke ceremoniën.
Toen de executeur-testamentair de vereisehte
maatregelen wilde nemen om den uitersten wil
van den overledene te verwezenlijken, stuitte hij
echter op verzet van de naaste bloedverwanten van
den overledene, te wiens huize liet lijk zich bevond.
De bloedverwanten verklaarden onoverkomelijke
bezwaren van "Joodsoh-Godsdiensfcigen aard te- heb
ben om ..tot de crematie mede te werken, tenzij
de Nederlandscke wet hen daartoe bepaald mooht
dwingen.
In gemeen overleg wendden de advocaten van
beide partijen, rnr. I. van Creveld en mr. A. J,
Herzberg, zich daarop tot den president 'der recht
bank te Amsterdam, teneinde dezen autoriteit te
verzoeken in -kort geding- een beslissing te willen
geven. De president gar daarop als jzijn oordeel
te kennen, dat onder deze omstandigheden van
'een crematie g;e>en sprake kan zijn, zulks in de na
volgende rechtsoverwegingen
„Overwegende dat het den doode niet zal
deren, wanneer zijn stoffelijk overschot over
eenkomstig den wensoh zijner nabestaanden
en den wü des Wetgevers wordt begraven;
dat het daarentegen voor de_ levende nabe
staanden een voelbaar leed zou zijn, wanneer
strijd met hunne Godsdienstige gevoelens het
lijk van hun bloedverwant werd verbrand;
dat dus daargelaten nog, dat de ver
branding- onwettig, is en de wet nooit bedoeld
kan hebben den executeur-testamentair de
verplichting op te loggen om den overledene
te doen .verbranden het gevoel' van de
levende nabestaanden boven defn wensoh van
den doode te respecteeren is;
„dat bovendien met het oog op een mogelijk
appèl' to "bedenken is, - dat een. aanvankelijk
begraven .lijk later nog kan worden verbrand,
terwijl geen begrafenis meer kan plaats heb
ben van een lijk, dat eenmaal verbrand is;
Overwegende dat wij in een geval als het
onderhavige niet meer kunnen geven dan! een
„sententia deelaratoria"
dat, waar .geen der partijen gezegd kan
worden,, in het ongelijk te zijn gesteld, voor
een yeroordeeling in de kosten geen plaats 'is;
„Verklaren, dat naar ons oordeel, de exe
cuteur-testamentair niet te kort-schiet tn zijne
verplichting-en .en volkomen verantwoord ïs,
wanneer hij toelaat, dat de overledene worde
begraven/'
BILJARTEN TE ANNA PAULOWNA
Zondag aa. (25 October) zullen de heeren B. Cne-
mer, lid van de biljartvereeniging .JC.R.A.S." te Am
sterdam en de bekende speler uit Holl. Noorderkwar
tier C. Slikker, een vriendschappelijke partij spelen te
Anna Paulowna, bestaande uit 1000 punten kader.
(Zie advertentie in dit nummer.)
Waar beide spelers ongeveer van dezelfde sterkte
zijn, belooft dit voor biljartliefbebbers een interessan
te en spannende partij te worden.
PETTEN.
De kermis is weer achter den rug, en alles kan weer
zijn gewonen gang gaan. Het weer liep niet bijzonder
mee. Zondag was het koud, hoewel rde kermisgasten
zich daardoor niet lieten terughouden, zoodat het in
de cafó's een flinke drukte was.
Maandag hield het weer zich uitstekend, en de kin
derspelen troffen' het dan ook wel. Klein en groot
deed zijn best om de overwinning te behalen, en het
was een aardig idéé van de'commissie, elk kind een
cadeautje te offreeren. 's Avonds had in het café van
den heer v. d. Qort een druk bezochte uitvoering
plaats, waar het tooneelgezelschap van Diikshorn op
trad met „De Spaansche Vlieg", dat ten zeerste in den
smaak van het publiek viel.
Dinsdag was het weer zoo slecht, dat de harddra
verij em het vuurwerk moesten worden uitgesteld,
waarschijnlijk tot 1 of 8 November. Toch was ook de
zen dag nog heel wat volk op de been.
AARTSWOUD.
Uitslag van. de gehouden verkooping door Nota
ris 'H. de Boer te Hoogwoud, ten verzoeke van do
ervenJ. Vel, van vier boerenwoningen met erven,
weiland en een perceel bouwland, te zamen groot
34.82.80 H.A.
Perc. 1 tot 5. Huismanswoning met 6.62.70 H.AI
weiland. Koopster wed. K. Glas voor f 26880.
Perc. 6 en 7. Weiland in den Braakpolder, groot
4.42.80 H.A. Kooper P. Helder Kz. voor f 15000.
Perc. 8, 9 en 12. Huismanswoning met 7.41.20 HA.
weiland. Kooper P. M. Grootes voor f23596.
Perc. 10. Huismanswoning aan het Paadje. Kooper
F. Mienis c.a. voor f2300.
Perc. 11. Weiland, groot 0.57.30 HA, Kooper D. Man
tel te Abbekerk voor f1550 in 't geheel.
Perceel 13. Bouwland, groot 1.40.20 H.A. Kooper A.
S-loovis te Winkel voor f 1530 per H.A
Perc 14. Huismanswoning aan het Paadje. Kooper
C. Leeuw voor f2510.
Perceel 15. Weiland, groot 1.5620 HA, Kooper P.
Vel te Wieringerwaard _yoor f2890 per HA.
Perceel 16. Weiland, groot 1.60.50 H.A. Koopster wed.
Jb. Smit te Nibbixwoud voor f 2270 per H.A.
Perceel 17. Weiland, groot 3.84.00 H.A. Kooper J. Vol
te Blokker voor f3220 per H.A.
Perceel 18. Weiland, groot 2,45.00 H.A. Kooper G.
Vel voor f3200 per HA.
Perceel 19. Weiland, groot 2.97.60 H.A. Kooper G.
Wit te Bobeldijk voor f3000 per H.A.
Perceel 20. Weiland, groot 1.12.50 H.A. Kooper J.
Vel te Blokker voor f3000 per H.A.
:D'e geheele opbrengst bedroeg f 115.564.93.
A ARTS W OUD.
Door den heer W. Groot is tegen 1 Februari ont
slag gevraagd als secretaris en voorzanger van de
Ned. Herv. Kerk alhier. 34 Jaar heeft hij de functie
van secretaris bekleed, en 51 jaar voorzanger.