Met plezier draagt U onze Kleeding, Het past U netjes, zit gemak kelijk, en is prima afgewerkt. De kwaliteiten zlfn soliede en de prijs is laag Koopl daarom Uw Kleeding bij B. H. LENGHAUS TB WINKEL. Brieven uit Rome. Besten.'goedkoop- 50-4033-30cl 1 per 54 pond t« tien welk een vlucht Nederland als industrieland genomen heeft met geheel nieuwe industrieën, zooals b.v.b. de gloeilampen van Philips met een wereldre putatie. De aviatiek wordt door den heer Plesman behan deld, trouwens de Engelschen weten wel dat op het gebie dder luchtvaart Holland groote beteekenis heeft, maar op moet passen zich niet door Duitsch- land te laten verdringen. De scheepvaartindustrie van Nederland, o.a. de re gelmatige lijnen worden door den heer Brunning be schreven. Dan gaan wij naar Nederlandsch Oost-In dië. Een groote kaart geeft ons Insulinde weer en Java heeft nog een aparte kaart. Op dezelfde kaart ziet ge West-Indië afgebeeld. Dan leest ge eon tele gram van den Gouverneur-Generaal Fock, om hulde te brengen aan de Times voor de pogingen om In sulinde in ruimeren kring in Engeland populair te maken. Dr. A. A. L. Rutgers, directeur van den Landbouw in Nederlandsch Oost-Indië, heeft een zeer belangrijk artikel over de ontwikkeling van den landbouw in het algemeen gegeven. Men ziet de Kali Besar te Batavia en eon riviergezicht bij Bajetmassin op Borneo. Dan komen de afzonderlijke cultures aan de beurt. Dr. A. G. N. Swart en J. G. Fol schrijven over de rubber, H. J. Bool schrijft over tabak, op Java en Su- maira, J. H. van Hasselt geeft het artikel over de suikercultuur en industrie. Verder sohrijft A. E. Reijnst over de thee. Buitengewoon geslaagd zijn do photo's, waardoor u niet alleen een blik kunt werpen op rubber, thee, suiker, en tabak, maar ook op an dere culturen/ als koffie, vezel (Java-hennen) bam boe (voor hoedenfabricatie pa men palmolie en copra) cassave (voor tapioca-fthricatie). Men ziet wat een heerlijk productief lard dat overzeesch Ne derland in de Oost is. Over de havens, over de rivieren, over de spoor wegen schrijft de heer P J d'Aflillact RriU en uit de photographieën blijkt de geweldige bedrijvigheid op rivieren, aan de spoorwegen en in de havens, doch tevens hoe uitmuntend gezorgd werd door de Nedar- landsche regeering. Zie hoe keurig die havens a&ngolegd zijn, hoe steeds weer nieuwe havens geprojecteerd en ge bouwd worden en ge zult lachen om die ophitsers, die altijd willen doon voorkomen, alsof Nederland niets deed voor Indiê en of de Nederlanders maar zoo gauw mogelijk dat land aan de inlanders moesten overlaten. Groote hemel, wat zouden die moeten be ginnen? Hondergsnood.. pestalentie, uitzuigerij en knevelarij zouden aan de orde van den dag zijn. Het is uw plicht er te blij ven, dat is het! Geweldig zijn de minerale rijkdommen van Insu linde. Petroleum, tin, steenkool, ijzer en goud wordt in Insulinde gevonden. Natuurlijk staat Petroleum bovenaan, maar er is nog- zoo veel1 te dom, er zijn- n*>g ornnetteKjlp rijkdommen in Insulinde aanwezig", rijkdommiert» die slechts wachten op de energie en den arbeid van het jotnge en daarna weer steeds komende ge slacht, om boven de aarde gebracht te worden. Steeds beter, het blijkt ook weer uit dit supple ment van de Times, worden de verbindingen in de Oost. Buitendien zijn de verkeerswegen te land zoover zij bestaan in uitmuntenden staat en war den er steeds meer wegen aangelegd, daar arbeids krachten meestal talrijk aanwezig tijn en het mar teriaal dikwijls voor het grijpen ligt. Automobie len suizen over de wegen van Java, waar ik 25 jaar geleden nog met postaardjes reed. Wellicht zal ae automobiel aan West-Indië ook nog wonderen verrichten. Over de West wordt in het artikel niet veel gezegd. De heer J. vaai Hasselt heeft een mooi artikel' aan de West gewijd en e Toto's geven ons een, goed denkbeeld van West-Indië lijdt echter nog steeds onder een gebrek aan arbeidskrachten en... aan groote be langstelling van het Nederlandsche publiek. Ik heb vroeger wel eens gezegd: Waarom ver koopt Holland de West niet en concentreert al zijn krachten op Insulinde? I In de Oost liggen voor de Nederlanders» die be kwaam zijn, duizenden kansen voor een. Wie daaraan mocht twijfelen IrZn het artikerover de Britsche Kamer van Koophandel in Neder landsch Oost Indië. geschreven door den gezant Sir Walter Tovmley, K.G. M.Q-. CKnight Com mander Order of Michael and George). Ik woon in Engeland en heb noSf nooit gehoord, dat Britten het noodig gevonden hebben in Euro- peesch Nederland eed Britsche Kamer van Koop handel op te riohten, maar in 1920 hebben de Brit ten het wel dieinstig geacht een Kamer in Neder land Oost-Indië te stichten. De Britsche belangen in onze Oost zijn zeer belangrijk. Men heeft er altijd groote Engeïsohe banken en handelshuizen, vooral in suiker, gekend, maar de Rubber heeft toch feitelijk dan Brit naar ontee Oost gebracht. Wie kent niet den' naam van Harrison en Cross- field, de groote rubberlhii, die ©enige tientallen rub berplantages onder hun administratie hebbed? Wij hebben onlangs kennen lezen hoe deze fir ma weer een aantal plantages, die door het fanüja- seinent van een Chinees en zijn bank (Dell Bank) in handen der Javasohe Bank gekomen waren, heeft overgenomen 'en men van Nederlandsche rubber zijde heeft gezorgd, dat de Engelschen vervaarlijk veel bezit in onze Oost kregen. Gevaarlijk acht ik het niet, maar ik vind het alleen een goeden spoor slag aan de Nederlanders om op hun tellen, te Toen ik 25 jaar geleden op Java was, hoorde men altijd over de Pamanoekan en Tjiassem-Ianden als een strop voor de Nederlandsch Indische Landbouw- bank, eön pupil' van de Nederlandsch Indische HandelsbaJnk spreken. matigend, veel plaats innemend in zijn dikke wintér- jas, die hij' had aangehouden, meenende alleen freule Nancy even, vluchtig, te zullen ontmoeten. HIJ vergeleek zich zelf, tusschen de drie bedrukte vrouwe- gezlchton, bij het zwarte onbarmhartige noodlot, dat onheil komt brengen in dezen kleinen kring. Een gesprek kwijnde. Hij vermeed Betty aan te zien. Bij den enkelen blik op haar, bij het binnenkomen, was haar betrokken bleek uiterlijk hem opgevallen. Had tij medelijden of een nogal luidruchtig gesprek scheen plots te stokken bij zijn binnenkomen had men haar gekwetst? Het hulp zoekende in haar zach te bruine oogen, dat hem altijd tot in de ziel ont roerde, scheen een ontvangen pijnlijke wonde te ver raden. Hij voelde zich te midden van verzwegen leed En toch al weinig spraakzaam van nature, wist hij nu niets te zeggen.staarde voor zich uit in het vierkante plekje tuin achter 't huis, waar vaalgroen klimop, een kaal heestertje hier en daar, een paar rozes trui ken, de kroon met stroo omwonden, zich aan pasten bij de naargeestige stemming in het kleine sombere serretje, benauwd, onfrisch verwarmd door een petroleumkacheltje, en waar een enkele vraag, kort beantwoord, een schijn van een gesprek ophield. Eindelijk kwam freule Nancy terug: „Beste Jacques!" Zij wenkte hem in het halfdonker van de voorkamer en reikte hem oen briefje over. gelakt met het zegel der Hoogduynens. Haar handen beefden daarbij en Jaap voelde zich weer als de ongeluksbode die on- I heil bracht over drie onschuldige "oude vrouwen, die toch zoo dapper gestreden hadden tegen het nood- lot! Hoe was het mogelijk, dat Rudolf, een man, jong, gezond, krachtig, nog één uur langer ten laste wilde leven van zulke gebrekkige oude vrouwen! Maar hij moest zijn onverschillige rol tot het laatste toe goed zien te vervullen: „Dank u, freule, ik zal vader uw I briefje geven. En nu moet ik dadelijk weer naar het kantoor!" Hij kwam naar de serre, afscheid nemend. Nooit kon een Nederlandsch administrateur daar iets van terecht brengen, totdat een; Engelseh oon- sortorium het kocht en een Nederlander de leiding gaf, toen kan het wel'. -Weet u waarom het kon? Omdat de EngelScth man zei: „de oost gaet voor de baet uiti', en ae Hak landsbheto bankiers tfce „klein waren geweest. Nu is die enorme uitgestrektheid eigendom van de Engelschen en dat is te betreuren. Er zijn op Java gelukkig niet zoo heef veel particuliere lan den en het is zeker noodig ,dat de NederlaricUfbhe Regeering die landen, zelfs te duur, terugkoopt,, want het is niet goed, dat_ dit particuliere beat bestaat en kan komen in' eigendom van vreemde lingen, misschien zelfs van. een vreemde natie. Wij hebben die particuliere landen aan. een Engelschman te wiiten, aan Raffles, die in den tijd. van Napoleon Insulinde voor ons .beheerde en later zoo slim was om Singapore, dat van ons was, te ruilen. Enfin Raffles, die gêld moest hebben wilde hij namens Engeland onze Oost beheeren, wist niet beter te doen, dan eenige terreinen tegen, contant geld te verkoopen. Nu utiten de Hollanders nog met de gebakken peren en ólïjven die particuliere landen een gevaar voor de eenheid in het land, daar men nooit weet hoe vreemdelingen zouden kunnen, gaan kankeren om ten behoeve van hun eigen land een oonfliob uit te lokken. Daarom, herhaal ik, kan onze Regee ring gerust de landgoederen te duur betalen, het te veel is dan om zoo to zeggen een: veiïighpidi-f pollsWil 'men ^Overzeescih Nederland, ons heerlijk, tnooie en rijke Insulinde voor het Nedorlarsdsohe volk behouden, hetgeeü in het belang van Ne derlanders èn Inlanders is, dan zal men de be langstelling in het Moederland voor die gewesten moeten aanwakkeren. Ik roep eiken flinken jongen Nederlander toe: Leer goed, en zooveel' mogelijk, want later ba- gemakkelijk. Leer goed, en zooveel mogelijk, wamt later be treurt men iniet nog veel meer te kennen endan valt door allerlei omstandigheden, het leeren moei lijker. Leer goed, want niemand kan u uw kennis aft nemen dan... door u het leven te benemen. Leer goed, want het is h«t kapitaal bij\ uitne mendheid en waar kapitaal' eenmaal noodig is voor den goeden gang van zaken, in de grooxe maat schappij: de Wereld, houdt kpnJnis steeds waarde. Zijt gij een flinke kerel die macht over u zalf bezit, ga dan maar Indië. Zijt gij slap van gezondheid of karakter, ga dan in vredesnaam niet! Maaraan flinke, bekwame, .degelijke gezonde lieden, mannen, en vrouwen, heeft Overzeesch Ne derland behoefte en het zal1 toonen uw moed om aan de roepstem gehoor te geven, te waardeeren en ge zult daar carrière maken. Er is plaats voor energie, en toewijding in „Jaap, ik ga met je mee!" fceide Betty, met plot seling besluit opstaande. - „Nu al, lieve?" vroeg mevrouw Van Hoogduynen: „wij rijn nog niet half klaar met ons discours, dunkt me Jaap hoorde het fiere inBetty's antwoord: „Och, nicht Elize, we hebben uitgesproken wat we elkaar te zeggen hadden! En wat nog niet werd gezegd, be grepen wij, niet waar?" Betty gaf elk der nichten de hand, koel, met een stereotypen glimlach om de lippen, die Jaap een masker toescheen waarachter zij ontroering of ont stemming verborg. Zij schreed voor hem de deur uit en Jaap had het gevoel dat hij een heleedigde vorstin uitgeleide deed. Maar op straat, toen de deur der Hoogduynens zich achter hen gesloten had, schrikte hij van het bleeke gezichtje, den smartvollen trek in d« bruine oogen. „Bettywat scheelt je?" vroeg hij haas tig, oen oogenblik geheel vergetend den scheidsmuur tusschen hen. En zij greep steun zoekend naar Zijn arm. Juist dat hulpbehoevende in Betty was voor een sterk man als Jaap haaT grootste charme. Telkens weer veroverde zij zijn hart er mede. Dan smolt zijn wrok, dan werd hij week gestemd, dan, grooter dan haat en grieven, leefde op in hem de behoefte haar té helpen ten koste van zich zelve zoo dat moest! „Betty, zeg mij, wat hebben ze je gedaan daar bin nen, kan ik je helpen?" Zij schudde het hoofd, nam, zich zelf weer mees ter, haar hand wog van zijn arm. „Breng me buiten, Jaap, zoo gauw mogelijk; als ik even op een stil plekje ben, aHéén.... met jou, zal ik weer beko menIkik gevoel me niet geheel wel", ver ontschuldigde zij zich. Jaap bracht haar door de Riouwstraat naar de Boschjea Zwijgend liepen zü naast elkaar, tot zij het kronkelende stille pad bereikten tusschen bosch ambtelijlra, Ijofcrekkui#. industrieels aammswieate of «federe .Mocht ge twijfelen, loes het Supplement van de Times over Nederland dn Kolomen en ge «uit uw twijfeu niet alleeJn voelen verdwijnen, doch buiten dien met trots gevoeJon Groot-Nederlander te rijn, te behooren tot liet Wereldrijk Nederland. Het moet toch heerlijk wezen om jong te rijn ent dit beeef te hebben: ik wil loeren, ik wil werken, ik wil1 strijden voor de belangen van mijn volk en mij zalf door mij te geven aan de grootheid van dat land, door onze voorouders opgebouwd, in strijd on werk dn zorg, het wereldrijk: Groot Nederland, ons groote Vaderland! S^CKt Het Romeinsche leven is in deze dagen weinig be langrijk, want de macht van den persoon, dis vr >e ger het burgemeestersambt bekleedde, werd uitge breid en nu aan het hoofd van de gemeente een gou verneur staat met twee onder-gouverneurs, die in het nemen van maatregelen van gezag veel verder kan gaan dan de vroegere burgemeester, omdat ook het garnizoen tet op zekere hoogte tot zijn dienst is, der gelijke veranderingen die een gevolg zijn van de bevestiging van Musaolini'a opperheerschappij, zijn niet zeer gewichtig voor ons. Ook over het feit, dat er hier geen vrijheid van drukpers bestaat, behoeft de Hollandsche pers zich niet zoo warm te maken. In ons land zullen we de gulden vrijheid nooit prijs geven, maar ook niet mis bruiken. Maar Italië is een met moeite en strijd aaa- eengemetseld staten- en stedencomplex, bewoond door zóu verschillende en zóó hevige temperamenten, dat „vrijheid" hier in zekeren zin met een stuk dynamiet te vergelijken is. een onontbeerlijke en nuttige, maar soms hoogst verderfelijke stof. En hier werd de vrij heid al zooveel misbruikt, dat ze voortdurend den arbeid verlamde of vernietigde van bekwame staats lieden die dit land vooruit wilden helpen. Dat alle bladen nu noodgedwongen regeeringsorga- nen, dus fascistisch zijn geworden en de oppositie daarmede den mond is gesnoerd, dat deze dingen mo gelijk zijn, is een bewijs dat dit gouvernement nu ein delijk eens weet wat het wil en de kracht heeft zijn programma volgens een vast plan ten uitvoer te brengen en niet wil rusten voordat het aan Italië een hechtere positie in Ebropa heeft verzekerd en het in gunstiger finantieele condities heeft gebracht. Stellen we hier tegenover Duitsdhland. Zijn. econo mische toestand is op het oogenblik heel slecht. „Er is geen geld" klagen de industrieel en, „voor niets is kapitaal te vinden!" Intusschen wemelt het hier van Duitschers, die hun geld in de duurste hotels verte ren, deze slecht patriotten die 't „Deutschland über alles" in den mond hebben, helpen niet mee om die van hun landgenooten open te houden. Integendeel! De Italianen daarentegen, blijven hier hun geld ver teren. maar toen Mussolini dezer dagen door aan plakbiljetten een beroep deed op hun patriotisme en vroeg dat elk zijn dollar zou storten om spoedig Ame rika een millioen te kunnen overmaken, was in een paar dagen deze som bijelkaar. Terwijl de koning, die een hartstochtelijke mun- tienverzamelaar is, in zijn paleis met een! vergrootglas de laatste aanwinsten van zijn collectie zat te bewon deren, werkte Mussolini met zijn staf dag en nacht om de dollars bij elkaar te krijgen. „Fascisten! de Duce rekent op uw offervaardigheid! de Duce rekent „op uw steunT.' zoo lazen we overal op de veel kleurige strooken papier en de fascisten tastten in den zak en haastten zich het vertrouwen van hun leider niet te beschamen. Maar de buitenlandsche pers gekrenkt over het feit. dat haar Italiaansche zuster nu absoluut gekneveld is, maakt overal den dictator en zijn regeering zoo zwart mogelijk. „Het is schande zooals Mussolini den koning op zij1 schuift", hoorden we een paar Engelschen zeggen, omdat Victor Emaniuel niet aanwezig was bij de lan ding van de Pinedo, wien Mussolini met uitgebreide armen tegemoet ging en omhelsde, omdat hij de eer van Italië op zijn gevaarlijken tocht om de wereld, zoo hoog had gehouden! Maar als de koning zelf hier heel tevreden is met zijn inférieure positie, waar om beklagen hem dan andere naties? Terugkomend in Holland was ik meer dan ver baasd over de wijze waarop bij ons over een kracht- mensch als Mussolini geoordeeld wordt. „Hij is een lafaard", zei een dame, die in den sneltrein van Pa rijs tegenover me zat en toen ik iets te rijnen gunste in het midden poogde te brengen, kneep ze met een veelbeteekenend englimlach de lippen dicht en borg de „Haagsche Post", die ze vlijtig bestudeerd had. weer in haar valies. ..Ik begeer niet in Italië te komen zoolang daar geen vrijheid heerscht", zei een andere landgenoot en ter wijl hij met een besliste beweging zijn jas dicht knoopte. was er iets dreigends en onverzettelijks in zijn gezicht. Het scheen hem te spijten Italië dezen slag toe te moeten brengen, maar volgens zijn vrij heidsprincipes kon en mocht 'hij niet anders. Wonder lijk zooveel Nederlanders als er in hun kleine noten dop op hun vijver achter een grooten muur van aan elkaar geplakte kranten rondroeien en zich verbeel den heel vrij in de wereld te staan «n «r heel ruim In rond te kijken! Alleen wie in Italië leeft kan een beetje over den toestand hier oordeel©^ en deze vergelijken met de jaren voor Muasolini's bewind. Ik zond nu aan een bevriend journalist een Italiaansche krant, waarin de toespraak staat, die Paus Piua XI dezer dagen aan het einde van het Heilige Jaar hield en waarin hij grooten lof toezwaait aan de regeering, door wier goede zorgen er zoo voorbeeldige orde in Rome heerschte. De duizenden en duizenden pelgrims, die van alle oorden van de wereld hierheen stroomden, hadden geen woorden genoeg om de middelen j vervoer ie prijzen, die door stad en land te hui beschikking werden gesteld, en do groote ben ligbeid en offervaardigheid waarmede ze ove jegend werden. Stakingen, die vroeger onnoetnil verwarringen brachten, tolereert hei fascistische t vernement niet meer en daardoor kon bij dezonjj weldigen toevoer van vreemdelingen alles even delijk marcheeren. Ook sprak do Paus onve zijn vreugde uit over het feit; dat de aanslag"] Mussolini mislukt was. Deze was volgens de bul landsche pers. alweer, niet anders dan een hant, elkaar gezette reclame-truc. Maar zou het Vattt dat van alles zoo haarfijn op de hoogte is, er ini gevlogen? Dat is waarlijk onaanneembaar. Maatfl mag buiten Italië geen goeds meer gezegd worti van een land waarin geen vrijheid van drukpg meer bestaat. Zonder te vragen of de anarchist hyper-individualistische Italianen meer tot brengen als ze flink aan de band worden gehou<_ verklaart de „Koningin der Aarde" aan Mussolini 4 oorlog en zij schijnt zich niet bewust dat zij door de grootste inbreuk maakt op de vrijheid i handelen van andersdenkenden. Maar deze blaffe honden zullen Mussolini evenmin deren als de i zekering van dien vrijheid lievenden Nederlai dat hij hier geen voet wil zetten zoolang een tyi er de lakens uitgeeft. Een verklaring waarmee l| zich het etiket gee.ft van een zeer bekrompen en o vrij denkend mensch. E.| PLANTENZIEKTEN LEER, 170. T* GEBRUIK VAN DEN ROTAjGENERATOR TEGEN MEELDAUW IN DE TOMIAAT. Vervolg. Wanneer de zwavel nu niet zoo verbazend brauj baar was, zouden we 't ook zoo wel in een schaad op het vuur kunnen verdampen, maar wanneer t dit zoo zonder meer in de kas zouden doen en i zwavel vloog in brand, dan waren we niet gelukki want de dan gevormde damp was geen zwaveldai maar het zoo giftige zwavelligzuurgas. Ln een be korten tijd zou er geen blad meer aan de plant zitt< en wat daar t gevolg van is, weten we maar al gced» Dat in brand vliegen is met den Rota-generat geheel uitgesloten^ Deze machine is zoo ingericht, 't zwavelreservoir is geplaatst in een waterreaervo en dit weer boven een flinken spiritusbrander. Wai neer nas 't water begint te koken, dan strijkt de vormde waterdamp over de dan ook gesmolten z* vel, zoodat, wanneer de machine goed op dreef is, een dikke wolk water» en zwaveldamp uitkomt men behoeft nie bang te zijn dat dit in brand vli« Door den Rota-generator nu van tijd tot tijd te va plaatsen, zet men de geheele kas in een dikke wo damp. Een uur nadat men is opgehouden, is all damp reeds gezakt en wanneer we dan onze plantf bezien, dan merken we, dat alles geheel is bedekt i een dun laagje zwavel. Alleen moeten wp 't 'savou doen, daar we de luchtrames moeten sluiten, daari damp anders te veel de vrije lucht in zou gaan midden op den dag de ramen sluiten is niet altij mogelijk, daar dan de temperatuur wel eens te hoo kon oploopen. En nu 't resultaat. Wanneer we 't om de twee een) weken doen en vooral ook om 't luchten des keD, en den bovengrond droog houden, dan blijvi we practiach vrij van meeldauw. De kosten voor de verdamping zijn niet hoog; w gebruiken telkens maar een paar ons zwavel, maa 't ergste is wel de Rota-generator zelf, welke zoo oa geveer 50 gld. kost, wat wel veel is. Dat er evenwi bier toch enkele van die machines kwamen, al wet den ze dan aangeschaft door vereenigingon op tuil bouwgebied en tegen een matige huur aan den gen die haar noodig had verhuurd, zou wel toe te juichei zijn, daar dit ook de machine is. om 't z.g. kwaa (meeldauw) in de druif mee tegen te gaan. Dit g« beurt op dezelfde manier als is aangegeven bij d tomaat. Nu wordt door de Tuinbouw Aankoop Cen trale een dergelijke machine in den handel gebracb tegen den prijs van ik meen 15 gld.. maar of dei voldoen weet ik niet, maar wel, dat ze in brand kun nen vliegen en we dan kans loopen, zwavelligzuu in de kas te krijgen. J. Heering, correspondent van den Plantenz. dleoi te Bangart, Blokker. NESTKASTJ ES. L De heer F. Singer, correspondent van den Voge kundigen dienst te Wijd en es. schrijft mij hei vo» gende: Daar, waar de cultuur de natuur geheel begint t verdringen, zal men spoedigg tot de conclusie komen dat een ingrijpen van den mensch noodzakelijk is aj men de vaak schadelijke gevolgen van een algeheel cultiveering niet wil ondervinden. Dit zouden w een korte formule kunnen noemen voor de invoeriiïj der nestkasten in onze fruittuinen en boomgaarden eenzaamheid, dat naar de kerkhoflaan voerde, Wei nig dagen geleden wandelde rij hier met Ruud Bij die herinnering zeeg Betty kermend als van pijn op het eerete bankje neer, haar mof tegen den mond, om de korte «nikken te «m'oreh, die opweldon uit haar keel.... „Betty....! Wat is er toch, spreek dan!" Jaap liet zich vallen op de bank, naast haar. Weer klemde zij haar beide handen om zijn arm: „Ach, Jaap, ik snak naar je steun, maar ik kan jou toch niet vertellenjuist jou1.....!" Hij beet zich op de lippen en zei stijf: „Betty.... ik verzeker-je dat je met me spreken kunt als met een.... broerl" .Heusch Jaap? De gedachte dat ik jou ook deed lijden, verzwaarde mijn eigen leed ln de laatste da gent" Vaster antwoordde Jaap: „Dat was toch onnoodig! Betty, rie mij aan: ben ik iemand die me laatt be- hearschen door de smart, of zelfs ter neer drukken?" ,0, Jaap. je bent zoo heerlijk sterk! En ik.... ik voel me overwonnenl" „Zeg me dan. wat hebben ze je gedaanzusje?" „Zusje....? Hoe lief van je, Jaap! Dat ia als bal sem op de wonde". „Als je mij nu vertrouwen kunt. spreek dan Betty!" Tranen schoten weer in Betty's oogen. „Ik schrei de, toen je me bracht op dit pad. omdat ik hier heb geloopen met Ruud.... drie dagen geleden. Toen was 't ook nevelig tusschen de kale struiken en hoo rnen, eenzaam om ons, maar in mijn hart bloeide en koesterde de hoop weer heerlijk groenend op.... voor het laatst!" En nu vertelde rij van haar wandeling, weinig om Ruud te kunnen ondersteunen. Zij verrieden wat nicht Kansje was gaan doen op vaders kantoor: het resfcantje van hun vermogen opeischen, dat jij zoudt bréngen en dat voor het grootste gedeelte dienen moest, om Ruud's dringende schulden te betalen in Rome, waar alles aangezuiverd moest worden, on> dat Ruud, zoodra zijn verlof om is. zal geplaatst wof den te Londen, waar het letfen duurder is dan n ItaliëHet klonk zoo droevigzoo hopeloos al les.En nu vroegen ze mij» of ik mij kon indonk« hun toekomst, vooral als ik mij in den we£ steha tusschen Ruud en.ende eenige oplossing, ali in hun omstandigheden hen met één slag redden keu uit de benarde omstandighedeneen goed huwi lijk!" Betty's stem stokte. „En weer zeiden zij, hoe lange jaren altijd vermoed hadden Ruud's stille lie de voor mij en..— dede mijne voor hem! Hoe dJ inclinatie, tot hun groote spijt, Ruud reeds alle goj de partijen, die don kDappen jongen man met ril ouden naam als het ware werden aangeboden, liifl in het land en in den vreemde, hadden doen ver waarloozen. Mocht ik zoo groote verantwoorde! ijk heid blijven dragen, als ik nooit, nooit in staat zot zijn, eenige onafhankelijkheid mee ten huwelijk tl brengen? Zij; hadden, bij- het eerste bezoek aan om dadelijk opgemerkt Fietje's onverwachte groote op laaiende belangstelling in Ruud. Het had uren laii| dringend redeneeren gekost, Ruud: over te halal Fietje's invitatie voor haar tennisclub aan te nemen- hem af te trekken vanvan.mij! Eindelijk. lij delijk, had hij zich geschikt, en eerst nadat tantl Kansje hem. den precairen toestand van hun fioaa ciën geheel had blootgelegd! Miaar nadat bij mij wej ontmoette, toevallig, met me gewandeld had in <i Boschjes, werd hijweer „recalcitrant". Eindelijk, \ai ochtend was 't weer tante Nancy, die hora verte.d welken tocht .zij ondernam, en zijn moeder;' trane dreven hein naar de -Witte Brug, waar Pietje op hel wachtteTen filotte vroegen, neen, badenden .«meel ten zij mij, me niet meer te stellen op zijn weg ik;; ik antwoordde Wordt vervolg

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1925 | | pagina 6