Tfcberf Van allerlei uil de Men- schelijke samenleving. DE GELUKKIGE HELD G. J. CLAlJ's Donderdag 25 Februari 1926. G9 ito Jaargang. No. 7800. Uitgevers i N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. EERSTE BLAE FEUILLETON. 0CHTENUV0ER is JE 0CHTENDV0EB Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder dag en Zaterdag. Dij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Advor- ■{Gtitiön nog zuovool mogelijk in hot oorutuitkoniuiid nummer goplautat. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden £1.06. Losse nummers 6 cent. ADVEÏITEN- TIöN van 1 tot 5 regels £1.10, iodoro rogol moor 20 cont (bewijs. inbogrepen). Grooto lottors wordon naar plaatsruimte borokond. 'U. DIT NUMMER BESTAAT ÜXT TWEE BLADEN EL ITALIë'S HEERSCHER: BENTTO MUSSOLINX. H Mïussolini neemü onder de staatslieden van dezen tijd wel een eigenaardige, zeer zeker geheel eigen I plaats in. Reeds dadelijk door zijn afkomst. Want zel*s P"1110 RHera, zijn Spaansche collega, die aan den Koning van Italië door zijn Spaanschen „neef' werd voorgesteld met de woorden: dat is nu mitn Mussolini, benadert hem in dat opzicht niet. Primo di 'Rivera was kapitein-generaal in Barcelona, toen hij zijn in den grond der zaak revolutionnair optreden ondernam. Hij had de beschikking over'een niet geringe regelmatige legermacht achter zich, en i leverde dus slechts een copie van wat Napoleon in het groot en vele Zuid-Amerikanen in het klein heb ben gedaan. Maar Mussolini organiseerde, om zijn staatsgreep te kunnen uitvoeren, een leger in den 1 Staat en met dat leger, meer burgerlijk dan mili tair, trok hij naar Rome, op. niet zooala het heet. M— om een reeds wankelend kabinet omver te werpen, maar wel om de regeermacht voorgoed in handen te nemen, en Italië, althans tijdelijk, te verlossen, van de voortdurende moeilijkheden, waaraan hetbe- beroepsparlementarisme het blootstelde. Inderdaad, het kan niet verwonderen, dat juist Spanje en Ita lië het eerst aan wat men fascisme noemt ten 'offer zijn gevallen. Geen land, waar het beroepsparlemen- tarisme ernstiger is uitgegroeid, en ook ernstiger na deden vertoont. Zij, die gelooven, aan een onstuimige jeugd van Mussolini, worden door aanteekeningen van eigen hand', gemaakt in de gevangenis, ten tijde dat de toenmalige minister-president Giolitti hem tot na denken dwong, .teleurgesteld. Hij leefde met zijn fa milie achtereenvolgens in kleine dorpjes, vooral in Noord-Italië; de vader was niet al te gelukkig in zaken en zaakjes, die hij ondernam, en zij hadden ten karig bestaan. Benito was een wilde jongen en een echte vechtersbaas. Heel wat keeren ben ik thuis gekomen, zoo verhaalt hij, met een hoofd, ge wond door steenworpen, die maar al te verdiend waren. Hij 'was ook een geducht roover in de naaste omgeving; hij loercje op vogels en kleine dieren, waarvan hij intusschen heel veel hield. Menigmaal heeft hij brutale invallen in anderer eigendom ge waagd, en toch wist hij telkens aan de formeele er kenning zijner zonden te ontsnappen. Op vrij jeug digen leeftijd kwam hij op een college, gehouden door Katholieke broeders. Hij verhaalt in zijn aantee keningen uitvoerig van de reis daarheen, die onder alleszins ongunstige voorteekenen begon. Zijn ver blijf in het college heeft hem elementaire kennis Idoen verkrijgen, maar lang is hij er niet gebleven. 'Toen hij een zijner kameraadjes met een zakmes had gestoken, in een vlaag van toorn over een schijn bare beleediging. werd hij weggestuurd en al wat zijn moeder deed om zijn misstap te doen vergeven, wa9 vergeefs. Toen hij zestien iaar was, sloeg hij op zijn eigen houtje den publicistischen weg in; hij schreef een artikel en zelfs sonnetten. Op 25^jarigen leeftijd was hij te Gualtieri Emilia als opvoeder gevestigd. Dit kleine plaatsje ligt aan de oevers van de Po; het is een rustig siil stadje. Mussolini genoot er als onder wijzer een inkomen van 56 lire per maand! Hij kon het er wel uithouden; zijn'werk wa9 niet al te zwaar. hi lijk ïef )rn 1I( 31. door A. S. M. HUTCHINSON. Ze was weer zichzelf. Gedurende dit bezoek, en ook later als ze Lady Burdon ontmoette of aan haar dacht, voelde ze dezelfde kalmte, die over haar was gekomen aan het sterfbed. Ze wist nu heel' zeker, dat zie niets had te doen dan te waclu- i. 20 w^s^}' dat ze het zoru kunnen. Voor (het eerst was ze bang, en die angst werd grooher naarmate de aanvallen talrijker werden, aat die trillingen in Kaar hoofd het plant, nog langer te zwegen, zouden verijdelen. Percival' en niet zij moest zijn moeder wreken zoodra hij oud genoeg zou zijn om op to treden als een man. Die angst maakte haar zenuwachtig, wat Lady Burdon toe schreef aan verlegenheid tegenover net deftig be- 5$™ en_^e^ maakte haar nog Vriendelijker. Miliers Field zou, als het haar daar zoo had kun nen ziien, een groote verandering hebben weerge- homen. Ze was keurig gekleed. Ze was wat dikker geworden en- haar gezicht wat ronder, dat stond haar goed. Haar mat itoint had een warmer tint, ?e zag er .gezonder nit. De wandeling jan het kasteel Kad haar opgefrischt en de eerbiedige groet van de dorpsbewoners had haar goed gedaan. Rollo, die verrukt was yan Percival, was vroolijker dan ze hem ooit gezien had. Ze had het vreesel5jk ge vonden ..om .kier een maand begraven te worden, maar nu 'begon het vooruitzicht om hier haar waardigheid op te houden haar te bekoren. Ze keek Juffrouw Oxford aan met een stralëndefl blik; ze wist. dat Zo er goed uitzag. wist, en zei, dat ze het zoo flink van haar woud om het postkantoor te beheeren. Glimlachend zei ze, dat zij ziek toch niet te. veel moest afzonderen, omdat Ze „aan de post was?' waarop Juffrouw Oxford antwoordde: „We heb ben Kier weinig omgang. Voor de enkele familie-, legt het postkantoor geen gewicht in de sckaal. We 8Qn Kier oude vrienden. Voor u is Ket iets anders," hij hechtte zich aan zijn leerlingen. Hij maakte veel kennissen in Ket stadje. Maar eigen schuld was, oorzaak, dat hij dit moest verlaten. Weliswaar schrijft hij in zijn aanteekeningen het feit, 'waarom dit geschiedde, aan zijn vader en diens partijvrien den toe, maar algemeen wordt aangenomen, dat hij zelf er de bedrijver van was. De verkiezingen ter plaatse, geheel onwettig gehouden, brachten hem en vrienden er toe om de vazen, waarin de stembiljet ten waren opgesloten, te vernietigen en zoodoende het vaststellen van den uitslag der stemming te ver hinderen. Hij had toen geen keuze meer., moest Ita lië verlaten en ging naar Zwitserland. Daar dwaalde hij eenigen tijd rond. Hij deed er werkelijk van alles. Hij was er metselaar, schilder, reiziger, portier, grondwerker, ja wat niet meer Hij was er zelfs loopjongen bij een kruidenier in Genève* een braaf man, die nog leefde, toen hij ruim twintig jaar later daar aankwam, op zijn doorreis voor een onderhoud te Parijs met Poincaré en Lord Curzon, en hoog9t verwonderd was. dat zijn voormalige loop jongen het cordon der toeschouwers verbrak en re soluut op hem toestapte om hem hartelijk de hand te 'schudden. Maar bij dien patroon, hoe eerzaam ook, hield Mussolini het al evenmin lang uit. Weer trok hij het vrije veld in. Op een dag'was hij in een klein dorpje in Fransch-Zwitserland; moe van het beroep dat hij uitoefende, had hij zich te slapen ge legd in een drukkerij, die zonder bezwaar viel te openen. Vandaar nam hij een kist mede, die hij on der een nabijgelegen brug opstelde en daarin instal leerde hij zich gemakkelijk. Maar de waakzame Zwitsersche politie had hem spoedig ontdekt; hij werd in de gevangenis gezet, daarop uitgewezen, en toen hij in December 1022 op Zwitser9chen bodem de Bngelsche en Fransche minister-president moest ont moeten, moest de Zwitsersche Regeering dit bevel van uitwijzing, in zijn gevolgen nog altijd van kracht, ijlings herroepen. Naar Italië kon men hem toch niet uitzetten, want hij zou onmiddellijk tengevolge van zijn gedrag bij de verkiezingen, zijn gegrepen. Men bracht hem naar Tyrol, waar hij 'eenigen tijd doorbracht door zich te wijden aan socialistische medewerking aan verschillende bladen. Daar legde hij ook zijn eerste proeve van volksleider af; bij een staking stelde hij de werklieden voor het dilemma: het werk te hervat ten of de revolutie verklaren. Allen wilden het laatste; hij zelf kwam dienzelfden middag tegen vier uur. Nauwelijks echter had hij het woord genomen en hen opgewekt om het station te bezetten, of de geheele menigte stoof uiteen onder de angstige kreet: de cavallerio! EK werkelijk hoorde men paar dengetrappel, dat echter afkomstig bleek van een goedig rossinant voor een groentenkarretje uit. de omgeving, hetwelk op zijn toehoorders een zoo fu- n es ten indruk had gemaakt. Van 1012 na verkregen amnestie dateert Mus- solini'9 toetreding tot de socialistische partij. Op het congres te Regio Emilia in dat jaar maakte hij op zien door zijn redevoering tegen een aantal partijge- nooten, die met de royalisten hadden gecoquetteerd en die deswegens uit de partij dienden te worden ge zet. Zoo spoedig was zijn enthousiast gehoor toege nomen, dat 'het voor degenen, die ter verdediging van de bedoelde partijgenooten hem met interrupties wilden verslaan, bepaald gevaarlijk werd op dien weg voort te gaan. Toen men in 1913 in Milaan, waar hij inmiddels gevestigd was, stond tegenover tegen stand van de politie, en de leiders moderatie aan rieden, nam hij het woord om te brullen: geen laf heid, en hij voerde de zijnen tegen het politiecordon in. Er vielen slachtoffers, maar den volgenden dag bleek de katholieke meerderheid voor den gemeen teraad verbroken en Mussolini zong in de „Avanti" aan welke hij toen reeds werd verbonden, zijn „ze gezang". En in dienzelfden tijd liet hij zich tegenover het Tripolitaansche avontuur, dat hij als imperialis tisch beschouwde, niet onbetuigd. 'In een vergadering waarin hij als spreker optrad, nam hij het woord op 70 cent per 2'/a KG.; f 9.50 per 50 K.G. Laat het onderzoeken, heeft het geen 42% eiwit en vet dan zijn de kosten voor zijn rekening, i Overal verkrijgbaar. j deze wijze, „dat hij enkele zaken te regelen had met i een zekeren Victor van SavoyeDe vergadering was ontbonden nog voordat zij goed en wel was be gonnen. Even krachtig weerde Mussolini zich tegen de vrijmetselaars, toen deze partij trachtte en wenschte te domineeren; op het congres te Ancona streed hij. voor hunne uitzetting uit de partij en slaagde. Zijn minder bezadigde vrienden kwamen in het bestuur, en als blijk van erkentelijkheid werd hem het hoofdredacteurschap van de „Avahti" ge geven'. Dat heeft hij waargenomen tot op het oogenblik dat'geheel zijn houding in den wereldoorlog leidde 1 tot zijn breuk met de socialistische partij. Al spoe dig na het uitbreken van den oorlog kwam aan het licht*, welk een onoverkomenlijke kloof Mussolini van zijn partijgenooten scheidde. Hij was Italiaan j vó6r alles, wilde de grootheid van zijn land, des-1 noods met de wapenen gekocht, voor alles; zij wa- ren pacifistisch in hun politiek. Mussolini hield niet op hen te besttijden, ben en het openbaar gezag, dat j zich tegen., zijn oorlogspropaganda verzette. Hij werd uit de partij geworpen, zulks na een vergadering te 1 Milaan, even rumoerig als merkwaardig door de i wijze, waarop bij zijn verontwaardigde vroegere par- j tijgenooten dwong om hem tegen hun zin aan te hooren. En nauwelijks een maand, nadat hij de „Avanti" had veriaten, stichtte hij de .JPopolo dTta lia", zijn eigen schepping, zijn lijfblad sedert geble- j ven. Om hem in zijn nieuwe gedaante te leeren ken nen, behoefde men maar een bezoek te brengen aan zijn toenmalig redactiebureau. Men kon 'zich voor stellen te gast te zijn bij een chef van een dier co- j mitadji's, die'men op den (Balkan zoo goed ken.t On- 1 middellijk achter zijn werktafel was een groote zwar te vlag, met een witte dolk en een doodshoofd in het midden; de vlag der arditis; op tafel te midden van boeken en manuscripten, een geweldige browning. Weer iets verder, op een deeltje gedichten, een jacht mes; in een anderen boek een kleine revolver met edelsteenen afgezet, en voorts overal tusschen zijn boeken patronen. In zulk een omgeving werkte Mus solini; zette in zijn „Popoio dTtalia" de Italiaansche hartstochten), die toch reeds licht ontvlambaar zijn, aan. Vanuit zijn bureau gingen de draden van meni ge groote en kleine samenspanning, tenslotte samen zwering. Zoover was men reeds gekomen, dat men zich van het openbaar gezag in Milaan wenschte meester te maken en dat alleen de vraag, hoe aan wapenen te komen, door Mussolini nog moest worden opgelost. Op datzelfde oogenblik echter nam de zaak een keer; de Regeering stelde zich aan de zijde der I Geallieerden;„Italië kwam in den oorlog. Mussolini j hief victorie aan. In tegenstelling met zoovele pro-oorlog-rumoer-1 makers, heeft Mussolini den moed der consequentie getoond. Hij behoorde tot de eerste vrijwilligers op het slagveld; hij was er in den nederigen rang van soldaat, klom door dapperheid en beleid"op tot kor poraal en tot korporaal-majoor, totdat een ernstige zei ze vriendelijk. „Tk ben zélf zuchtig, het is me om Percival' te doen. We vinden hem zoo aardig, en Rollo en hij hebben groote' vTiendlschap gesloten en dat doet me zoo veel genoegen. Rollo is anders zoo vertegen met kinderen. Hij heeft geen vriendjes. Plet zou hem zooveel goed doen als Percival met hem spe len mocht. Het zou hem ontwikkelen." Ze glimlachte in het geloof, van haar eigen woorden, ■en Juffrouw Oxford glimlachte ook. Lady Burdon mocht nu nog niet weten, dat Per cival werd opgevoed niet om ïtollo verder te bren gen, maar om hem terug te voeren. Juffrouw Oxford zei alleen, dat de vriendschap ook Pgrcival goed zou dqen. „Er zijn hier weinig jongens, waar hij mee om kan gaan. Er schijnt hier een tekort aan kinderen te zijn behalve bij^ de dorpsmenschen. Ik geloof, dat het kleine meisje van Mevrouw Espart nog het dichtst hy woont. Lady Burdon knikte. „Mevrouw Espart, daar ga ik ook heen. Ze heeft een kaartje afgegeven, den kende, dat we er al waren. Ze woont op AbbeaÉ Royal', niet?" „Ja, dat is een van onze mooiste plaatsen. Per cival' zou het reusachtig noemen", en Juffrouw Ox ford vertelde van PereivaPs bezoek aan het kasteel. „Toen ik hem later iets voorlas, waarin liet woord reusachtig voorkwam, vToeg hijnet zoo reusachtig als het huis van Mr. Amber? Mr. Amber heeft ons nl1. rondgeleid." „Hij is een schat," zei Lady Burdon lachend. ,,Ik wilde u ook nog vragen, hoe gaa.t het met het leeren? Krijgt Percival' lés? Rollo's opvoeding is schandelijk verwaarloosd, vrees ik. Het zou aardig zijn alis zfij samen konden l'eeren Zoo lang hij hier is." „Percival1 gaat iederen morgen naar Juffrouw Purdie u moet haar huis langs gekomen zijn vlak naast de kerk." „Prachtig," zei Lady Burdon. Dat zal ik voor Rollo in orde maken.' Ju ff rouwt Purdie zal' heel' blij zijn. Ze heeft door dat ze Percival1 heeft, een andere leerling moeten missen. Mevrouw Espart had haar dochtertje wil len sturen, man. rze vond het niet, prettig als ze geliik leerde met het jongetje van het postkantoor „Belachelijk!" riep Lady Burdon. ,Ik zil; het Mevrouw Espart zeggen als ik haar spreek." *^Tableöea tegen keelpijn. verwonding, opgedaan bij de ontploffing van een granaat, hem voor den dienst- ongeschikt maakte. 'Maar hij' bleef strijden, nu in het innerlijk van het' land, weer aan het hoofd van zijn „Popaio dTtalia". Nog voor het einde van den oorlog intusschen had hij zijn arbeidsgebied uitgebreid; de organisatie der „fasci" kwam tot stand, in Maart 1919 werd 'n een woning op de Piazz San Sepolco door Mussolini, zijn redacteuren, oude arditi en enkele andere aanhan gers, de eerste „fascia di Combattimento" gesticht. Wat deze zou zijn, wist niemand; wel aanvaardde men de noodzakelijkheid van een programma, maar er een opmaken deed men nooit. Mussolini ver klaarde -dat de nieuwe partij een partij van strij ders moest zijn; het programma een programma van strijd en de naam van da partij een vechtnaam.. Op dezen „ietwat" wankelen bodem werd het fascisme gebouwd. Het mag misschien de vraag heeten of het zoo grooten omvang zou hebben aan genomen, waren niet de internationaal-politiekje omstandigheden aan de ontwikkeling gunstig ge weest. Ter Parjjsche vredesconferentie kwam de Fiume-kwestie opzetten; Wilson verklaarde zich tegen de nationale aspiraties der Italianen; deJHa- liaanscue vertegenwoordigers gingen naar hun land terug, als in één zegetocht aan alle stations ont vangen. In die demonstraties kon reeds de hand van Mussolini en de zijnen, .toen nog ongemerkt, worden gezien. Maar met d'Annunzio en zijn ge zellen waren de fasoi nauw verbonden; zoowel de dreigende redevoeringen van d'Annunzio als de bezetting van Fiume, die' plotseling de Italiaan sche Regeering voor een feit plaatste, is onder hun invloed geschied. Zoozeer nam in die dagen en in die jaren het nationale vraagstuk de uitsluitende aandacht der fasoi in beslag, dat zelfs de bezetting van de fabrieken van 'Milaan door de roode legi oenen geschiedde zonder dat zij verzet pleegden. Het leek als hadden de fasci zich slechts vereenigd om JTiume tot Italië te brengen. Voor alles echter bleek Mussolini in den lóóp dhr jaren gegroeid tot den man van de praotijk. Toen 'de Italiaansche Regeering, tengevolge van het tractaat van Rapallo, afstand ~had gedaan van het werkelijk bezit van Fiume en zich met autonomie van deze stad had tevreden gestelij, trad hy, in tegenstelling met d'Annunzio, terug. Hij légde zich bij dit daadwerkelijke feit neer; liy richtte op andere doeleinden den z.i. zoo noodigen strijd. De socialistische overheersching, die zich van Italië dreigde meester te maken, te weerstreven, was nu zijn eenig, althans zyn voornaamste doel. d'Annunzio heeft nem dit „verraad", gelijk hy het betitelde, nimmer vergeven. Tal van pogingen zijn gedaan om Mussolini met4 d'Annunzio te verzoe nen en al deze pogingen zyn mislukt. Zelfs toen do fascisten in Milaan nadden gezegevierd en d'An nunzio bereid bleek de fascistische soldaten toe te spreken, sprak hij niet. van de goede daden van het fascisme, maar gaf hij algemeen poëtische, philo- sophische overwegingen ten beste. Intusschen groeide de fascistische partij, meer dan ooit groeide zy, toen eenmaal' de strija tegen w.at het fascisme den binnenlandschen vijand acht te, was tor hand genomen. Men heeft dien groeü. ongetwijfeld' in Rome met verwondering, maar ook met vreoze en ontstemming gezien. In dat opzicht vond men wellicht steun by d'Annunzio. En het heeft meer dan een9 geheeten, dat op hetzelfde oogenblik, dat in 1922 Mussolini de zijnen op den merkwaardigen wapendag te Napelis had verza meld, in Rome de laatste hand werd gelegd om te komen tot een werkelijk nationaal1 kabinet, waarin d'Annunzio zijn rol1 zou hebben gespeeld. Op het laatste oogenblik, maar voor een voortvarend man als hij niet te laat, kreeg Mussolini kennis van deze combinatie; niet als een ander beraadde hij zich met de zijnen, niet als een ander bedacht hij zich lang, maar vijf minuten na het ontvangen van die tijding was zijn besluit genomen en waren orders uitgegeven: De fasci trokken op naar Rome, In de gang weerklonk druk gepraat en gelach. „Belachelijk! Rollo je krijgt les met Percival. Is dat niet prettig?'^ Maar Percival, «die het eerst binnen was gekomen, vloog naar Tante Maggie toe: „Rollo heeft in Lon den een eigen ponnie, en daar rijdt hij op. Hoo vindt u dat?" Tante Maggie vond het prachtig, maar toen ze Rollo zag, was het alsof „ze plotseling verstom de" zooals Lady Burdon aan ae lunch aan haar man vertelde. Ze begon Percival te kussen alsof ze hem in geen jaar gezien had en keek ternauwer nood naar Rollo. „Jaloersch denk ik, door het ver schil' van stand. Toch een gekke jaloezie, vindt je niet?" Maar het was geen jaloezie, die Tante Maggie stil1 .had gemaakt en haar Percival aan het hart deed drukken. Toen ze Rollo Zag en Lady Bar dons blik, waarmee ze naar hem keek, kreeg ze weer dat nare gevoel' in haar hoofd en alis een wapen daartegen, had ze Percival1 naar zich toege trokken. Het verdween terwijl1 ze hem zoo vast hield, maar ze had bijna geroepen: „Hoe durft u tegen hem lachen. Hy is Audcey's! zoon Au- drey'si zoon!" Percival' maakte zich lés uit haar armen. Ze hoorde Lady Burdon tegen Rollo zeggen: „Je kon hier ook wel' een ponnie hebben." Dit plan werd door Percival met een vroolijk gelach begroet. „Zouden we hier niet een ponnie kunnen krij gen?" hoorde ze Lady Burdon tot tweemaal' toe vragen en ze deed al haar bast om zich te herstelljén „In Market Roding kunt u er een vinden," zei ze dof. „Bij Mr. Hannaford'. Hy heeft ponnies, ik hoor, dat hy ze aa.n circussen levert Lady Burdon kuste Percival' vaarwel' aan het hek. „Lord Burdon zal morgen met jou en Rollo naar Mr. Hannaford gaan, zei ze. „Is dat het huisjevan Juffrouw Purdie? We zullen er even aanloopen. Ga nu maar gauw naar Tante Maggie. Ze is moe, denk ik." „Neen. ze "denkt" Zei Percival1. Lady Burdon begon te lachen. „Denkt ze, Waar over, mijn jongen?" Ee Percival' gaf op zijn ernstige manipr ten ant- w^- rrl,T>at weet ik niet, maar het maakt me een beetje bang." HOOFDSTUK IV. Kléine peerden en kléine domooren. De ponnie werd by Mr. Hannaford' gekocht en de lessen by Juffrouw Purdie kwamen in orde. Het was een vroolyk troepje, dat van en naar Mr. Hannaford's boerderij reed. Lord Burdon, Rollo Percival. Ze zeiden alle drie dat ze nog1 nooit zoo'n pleizier hadden gehad. „Een prettig dagje gehad, hè kerel?" zei Lord Burdon, toen hij Rollo goeden^ nacht kuste. Lord Burdon had een oude versleten jas aangetrokken en de jongens verhalen verteld tot, zooalls hij zei, zijn tong er droog van werd, qn ny was de heefe boerderij rondgegaan met Percival', huppelend óan zyn eenen en Rollo, stralend van pleizier, aan den anderen kant. In het leven in Londen, zooals Lady Burdon dat had ingericht, waren dergelijke pretjes niet moge lijk. Sinds -den dag, dat hy met Itoll'o naar den dierentuin was geweest, toen Lady Burdon naar Aseott was, had hy niet zoo'n pleizier gehad en niet weinig had daartoe bijgedragen PercivaPs uitbundige vroolijkheid. „Heb ik je verteld van toen we aan die sloot kwamen?" vroeg Lord Burdon aan Zyn vrouw. „Die kleine Percival Lady Burdon keek even op van het boek, waar in ze zat te lezen. „Geen zesde keer, Maurits!" zei ze, „ik kan dat verhaal niet nog .eens hooren*') en Lord Burdon's gelaat kreeg weer die dwaze verlegen uitdrukking, en de rest van den avond zat hij in stilte gl'imlaehend na te denken over den prettigen dag. Het prettigste nog voor Rollo! Hij was de stille van het gezelschap geweest, dat lag zoo in zijn natuur; maar als Percival' luid schreeuw de of sprong, schreeuwde en arprong Rollo in zijn hart met hem mede. Hij had nooit gedacht, dat hij nog eens een vriendje zou krijgen, met wien hij zoo veel' pleizier kon hebben. Tot nu toe was hij altijd met zijn moeder geweest en was droomerig en in zichzelf gekeerd. JDe vrool'ijke Percival wijdde hem in in het spel1, en toonde hem wat sterke jonge ledematen vermogen. De prettigste dag! Hij yiel dien avond in slaap, denkende aan Percival'; in zijn draomen rende on schreeuwde hij ftiet Percival' mee: en toen hy\ wakker werd, was zijn eerste ge dachte aan Percival'. Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 1