iiftllll Nitms- Mrattiiit- MlinwM bri irieYen OYer Engeland. G. J. CLaIJ'S DE GELUKKIGE HELD Donderdag 4 Maart 1926. 69at,e Jaargang. No. 7804. Uitgevers i N.V. v h. TRAPMAN Co., Schagen. EERST! BLAD. FEUILLETON. Arrondissements Rechtbank te Alkmaar. Jürj oorlog i> g?wi it de k op t lire er van oote m de en die hebi sonen, iren, u rukkel 9 toesti Jürg r van hechte geva k van gr vro huii tot □blik er Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder de inh en Zaterdag. Dij inzonding tot 's morgens 8 uur, worden Advor- ontiön nog zoovool mogelijk in hot oeratuitkornond nummer geplaatst. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. no. 20. Prijs per 3 maanden f 1.05. Losse nummora 6 cent. ADVERTEN- TIöN van 1 tot 5 rogola fl.10, iodoro rogol moor 20 cent (bowij. *o. inbogropon). Grooto lottora worden naar plaatarulmto borokondL dit nummer bestaat uit twee blajjbn gen8 het e ordej dat vi iog pli "eken 27 Februari 1926. Voor ieder, die Engeisoh leert, is, vooral' in (bet begin, de spelling ,van de woorden een bron van ar in voortdurende bewondering. Of zullen we liever na zeggen: verwondering? die i De spelling ja, wanneer de leerling een onder- ike u wijzer heeft, aio uitgaat van het gesproken inzakt woord. Wie een vreemde taal gaat loeren, is er op voorbereid, dat, om een voorbeeld te. noemen, een mes of een mug niet mes of mug, maar anders heeten in die andere taal. En als zijn onderwijzer zegt, dat .de Engeischen die twee een naif en een net noemen, vindt hij dat volstrekt niets buitenge woons. Wat hij gek vindt, is dat ze dan ook niet naif .en net schrijven, maar knife en gnat. Met andere woorden, hü vindt, dat de Engelsohman een gekke spelling heeft. la evenwel zyn onderwijzer uitgegaan van het gesohreve.n woord, en heeft de leerling eerst gezien, dat een mes een knife 'is en een mug een gnat, dan noemt hij daar volkomen genoegen mee. Maar niet zoodra hoort hij, dat hij tegen <vknife'p naif en tegen „gnat" net moet zeggen, o>f hij merkt op, dat de Engelsohman er een malle u i. t s p r a lak op nahoudt. Het is maar, hoe je de zaak aanpakt, van voren of van achter. Het resultaat blijft dit, dat spelling rijzan: uitspraak elkaar niet dekken, Dat weten de Engeischen natuurlijk heel goed, le maar de overgroote meerderheid is op verandering i niet gesteld. De reden zal' wel' zijn, dat wat ze uit met groote moeite hebben geleerd, toen ze jong moge waren, nu niet van plan zijn af te leeren. Ze cLruk- 50 m0 ken het meestal anders uit. Onder de onderwijzers op de lagere scholen zou de uit POn nieuwe spelling ongetwijfeld met gejuich wor- iristell den ingehaald. Volgens Professor Gladstone wordt elukt 27.3 percent van den leertijd van een kind inge- jeborj nomen door het aanleeren van de spelling der woor- nocra den. Anders uitgedrukt: twee volle jaren worden er 8' eenvoudig weggegooid, om aan het conservatisme •zJraji de groote menschen tegemoet te komen. En jjjn Tater de kinderen groote menschen geworden. dan gaat het zaakje op denzelfden voet voort, kabui TSTvi moot men niet denken, dat het zoo heel1 ge- ngene makkelijk zou zijn, de EngeiSche spelling meer in ijk w overeenstemming te brengen met de uitspraak. In oelt n zekeren zin natuurlijk gemakkelijk genoeg. Schrijf n eenvoudig .elk woord, zooals het gesproken wordt. Maar een dergelijke verandering zou zóó radicaal zijn, dat alle vaders en moeders wel met hun kin- te v deren naar school mochten gaan, om te leeren le- tig m zen en schrijven. zou Het beste zou Zijn om de twintig of dertig jaren, de 1 bijvoorbeeld een keer of drie, vier, pen aantal' ver- de fli andenngen aan te brengen, zoodat de spelling over een honderd jaar zoo .ongeveer normaal1 Zou zijn. den o NJiot slechter bijvoorbeeld dan de onze, die op net bi net oogenblik .ook nog ver van volmaakt is. Maar ver- >.te ta geleken bij do Engelsche.... t® Laten we een paar voorbeelden nemen. Er zijn npg .al heel' "wat woorden in het Engelsch, die eindigen met de vier letters: ough. Daar kun je na natuurlijk geen bezwaar tegen hebben, ma-ar dat die m ci \ner letters op acht verschillende manieren kunnen ntnei worden uitgesproken! /an Soms inoet je eenvoudig zeggen: oe. Je kijkt naar leel de gh niet om, en noemt de ou: oe. Een anderen niige phonetlci hebben zelfs een stelsel1 van teekens tenOf z'n „geblèr" 'm helpen zal?De tijd keer laat je do gh ook maar links liggen, maar je in elkaar gezet, dat zóó volmaakt in staat is het (de andere week) zal 't ons leeren 1 noemt de ou: oo. Of, alweer zonder je iets van de gesprokene weer te geven, dat je minstens vijl gh aan te trekken, noem je de ou: au. Dan krijg je minuten noodig zou (hebben voor het schrijven van GESTOORD BADEN. medelijden met die twee laatste letters en noemt zo één woord, en nog vijf minuten, om vol bewon- Welgemoed togen een vijftal dames, als getuigen, samen f. Voor de aardigheid geef je nu de ou dering te staren naar hetgeen je had voortgebracht, Dinsdag van uit Medemblik en Twisk, hare respec- weer eens een anderen klank, maar een, dien wij wanneer het er éindelijk stond. Ik zou mot pleizier tieve woonplaaisen, per „bus"-dienst op Alkmaar, in 't Hollandsch er niet op nahouden. Óf je noemt een voorbeeld geven, als de drukkerij de teekens naar deze oude victorie-stad, om voo rde vierschaar de gh: k en de ou: o. Of je kunt de gh tot wftlofoo,n -1-'1au r t> p jpromoveeren. Je kunt je er in enkele gevallen nog met een Jantje van Leiden afmaken, en alle vier, de» o, de u, de g en de h te zamen zoo ongeveer noemen als de e in ons woord de. Heel maar kon weergeven. Laat ik nu maar volstaan te verklaren, hoe de beklaagde in dit zaakje, L. P. met te zeggen, 'dat Grieksch er kinderspel bij is. W. van der Zee in gezelschap van z'n broers bond Ken je die teekens eenmaal ze zijn van den en van een vriend, Rudolf Dikshoorn, (zoon van den bekenden phoneticus Henry Sweet dan kun je Directeur van het Provinciaal Ziekenhuis te Medem- wonderen doen. Je kunt een zoen schrijven (niet blik, en zelve assistent te Leiden) te Medemblik interessant is ook, dat je hetzelfde woord soms op op de manier zooals kinderen doen, met een x), je (hunne woanplaats) vriend Rudolf is dan, zooals manieren moet uitspreken, kunt schrijven welk geluid iemand maakt, als hij we reeds aanstipten, f twee heel1 verschillende inwoner van de aloude Sleutel- je maar zorgt, dat die u anders klinkt dan in 'b hoewel Ikjiiet bij ondervinding durf zeggen, Hollandsch. Kom je dus een woord tegen, dat ein- het waar is, want zoover heb ik het, helaas, nooit digt met de vier létters ough en heb je het nooit gebracht: eerder gezien, dan kun je het eenvoudig niet Oefening 72 (laatste van 'het boek) zegt: Laat uitspreken. De kans -.om 't goed te raden is ook vrienden gekke geluiden uitstooten, en geef die maar betrekkelijk gering. j weer in phonetisch schrift. Of een ander voorbeeld: .(Ik kan die oefening alleen doen met vrienden, Een gToofc aantal woorden in het Engelsch heeft die .geen phonetiek bestudeerd hebben, en slaag dan in het midden de twee létters ea. Je hebt de keus altijd bewonderenswaardig), tusschen zes uitspraken. Zeg ie tegen read: ried, dan heb je van het werkwoord lézen den tegen woor- digen tijd. Maar zeg je tegen precies hetzélfde woord red, dan is het de verléden tij d, dus niet lees, maar lias. Eerlijkheidshalve moet ik er bij- zeggen, dat het verléden deelwoord: gelezen, ook OCHTEND VOER IS J E OCHTEND VOER is read, maar er geen afzonderlijke uitspraak op nahoudt. Dat is, evenals de verleden tijd, red. 70 cent per 2'/a KG.; f 9.50 per 50 K.G. Tear kan zijn ter, met een lange e en een r Laat het onderzoeken, heeft het geen 42% eiwit Is getij we i 25. door a. 9. m. hutchxnson. een 4 Purdie schreeuwde het uit in wanhoop, half 'oft, 5-er zÜn oog en half uit angst voor zijn veiligheid; len f gl*0GP lmastig naar de rem, maar even zoo haas- ïtig weer naar zijn oog; hij kreeg gevoelige slagen .bondi ^£5 zö11 kuiten, toen zijn voeten in het wilde er rag uit •lijn zal zochten naar de gonzende trappers en gilde: „Rem! Rem! Vlieg in mnn oog." „In welk oog? schreeuwde Peroivai, die genoot van de snelle vaart. Zijn verschrikte onderwijzer stootte haastig eenige i aanelkaar geregen woorden uit om ze dos te gauwer v0 te zeggen en het dreigende onheil af te wenden. moet ige a ie ma Kam de ar o 70 sl en rk i W aar 1 ei-zijd Ma he waar je niet veel van hoort, en dan beteekent het scheuren. ^3et kan ook zün tier, alweer met een niet rollende r, en dan is het traan. Nu jve het toch over Mie ea hebben, kan ik er meteen .wel' even bijvoegen, dat de bekende zeep: Pears' Soap, moet genoemd! worden: pers. Dat wil' zeggen, met een lange e,# een r waar je niet niet veel van hoort, en die in geen geval' rolt, en een s, die als z klinkt. Ben je er op gesteld in Holland een stuk Pears' soap te koop en, dan is het misschien verstandiger het piers te noemen, met een ie, een rollende r en een s, aangezien dat de uitspraak is van de meeste verkoopers hier. Ook en vet dan zijn de kosten voor zijn rekening. Overal verkrijgbaar. Zitting van Dinsdag 2 Maart 1920, EEN PAAR „GEHAAIDE" HD3EREN. Een paar zeer vrijmoedige Amsterdammers, Hen kan het nog "zijn. dat~ de~winkelier zoo'Velwïllend drik c- van Zomeren en Karei Petrus Stijger stonden is, je uitspraak te verbeteren, zooals rajj eens is beden 't eerst terecht en wel ter zake oplichting. En overkomen in de Van Swindenstraat te Amsterdam wanneer men hoorde op hoe familiaire wijze die lui Ik vroeg om pers soap. „U zegt?" Nog eens zich bier voor de vierschaar uitten, als men gade- herhaald. „O, ik begrijp U al'. Alstublieft, Maar U sloe&> h00 geraffineerd het elkaar zoo waardige twee- moet ^voortaan zeggen: piers soap." „Hoe weet *^al was» Ja« dan wilde men 't zoo gelooven, dat een u dat zoo goed, mijnheer„Ja, ik ben op de Ilan- Paar eenvoudige, gezeten boertjes als de gebroeders delsschool' geweest, ziet U." Ik heb toen den zeep- Noom van Uitgeest er inliepen. handelaar verteld, dat hij verkeerd onthouden had. Listiglijk, valschelijk, bedriegelijk, om vaktermen wat men hem op de Handelsschool had geleerd uit de dagvaardingswereld te gebruiken, hadden de (wat hjj waarschijnlijk niet geloofde) en ben ver- twee verbazend van den tongriem gesneden Mokum- trokken met mijn stuk pers soap. Later, in Haar- mers tiet stelletje boeren betoeterd, ben wat op den lem heb ,ik het eens geprobeerd met de 1'etterl'ijke mouw gespeld en met mooie praatjes zoo omstreeks uitspraak, zooals het er in 't Hollandsch staat: zoo'n dertig gulden weten los te zwejsen. Geld, dat pe-ars, en ik kreeg mijn stuk zeep oogonblikkelijk. natuurlijk in alle vroolljkheid verteerd werdl Alleen volgens deze methode trouwens, kin ik er De beeren beklaagden hadden vandaag bun ant- in slagen Worcesfcer sauoe en oorned beef in ban- woord best klaar, vonden voor eiken spijker 'n gat den te krijgen in den winkel' ,waar ik die dingen en werden bovendien nog door 'n advokaat (Mr; S. A. koop. Ik neb de andere methode geprobeerd, maar Thomasz uit Hoorn) verdedigd, welk een en ander zonaer éucces. allemaal echter niet kon verhinderen, dat tegen elk Dit zou alles anders zijn, als de Engeischen hun der beschuldigden 10 maanden gev. werd gevorderd, spelling wilden wijzigen. Nieuwe spellingen zijn er Zij staan allebei ongunstig bekend, al genoeg gemaakt. Ze zien er natuurlijk vreemd De verdediger concludeerde tot lichtere straf, uit, maar zouden waarschijnlijk dat vreemde ai Bekl. hadden nogal op zoon strafeisch tegen, heel gauw verliezen, wanneer we eens een paar vooral van Zomeren speelde geweldig op, wilde geen boeken (van de dikte van Davld Copperfield óf De fl,raf hebben, wilde op vrije voeten voor z'n werk, was Kermis der IJdelheid) ér in hadden gelezen. Som- onschuldig, wilde voor die akelige boeren niet zit- „Pakeenremenweesmetige'kl Pakeenremofwevallen- dood!" Ze suisden voort. Percival gilde: „We hebbén geen rem noodig. Ik kan er niet bij 1 We vliegen gewoon. Pas op uw bee-, nen!" Hij had zijn pet venoren. Zijn haren fliad-" derden in den wind. Zijn gezicht was vuurrood van pleizier. Zijn heldere lacn rees hoog boven het geratel' van allo onderdeelen der machine en van de angstkreten van den gepijnigden dikzak uit. Hij klemde zich aan het dikke middel' vóór hem vast en gilde: „Ha, ha, ha. We vliegén we vliegen! ;Mr. Purdie nam nog een zestal hamerslagen tegen beenen in ontvangst en riep angstig: „Ik ben tnd. hoor je. Ik kan mets zien. Ik kan niet sturen I", »,0, de weg is recht!" brulde Percival. ,Pas op daar komt een hoek!" ,»Hoe kan ik oppassen? Laat je beenen op den grond sleepen!" „Draai naar links!" schreeuwde Percival. „Ha ha, ha, Draaien, Mr. Purdie, draaien!" Mr. Purdie draaide uit al zijn macht, maar de driewieler was hem de baas. „Pas op, pas op!" n®P Percival nog. Toen draaide onder luide en angstige kreten van Mr. Purdie, de machine de in. plantte Mr. Purdie stevig in het midden van de braamstruiken, smeet Percival' er bovenop. ,n hoi ver h( en va sproni - ng met een flinke saltemortale over den grep- at e de heg liep en viel boven op hen Mr. Purdie's laatste wanhopige kreet sn^el sner- er ee pend tusschen PeroivaPs lachsalvo's door; tien e>n wei vreeselijk gekraak. Uit het struikgewas aan den anderen kant van de heg, steeg met angstig vleu gelgeklap een vlucht vinken op. verschrikt door de wonderbaarlijke lawine, die bij hen was neer- fekomen, toen klonk weer een schaterlach van ércivaJi. En uit de diepte vah de heg klonk een gesmoord: „Wat een wonder, dat we niet dood zijn- Waar ben je Percival?" „Ik weet lieus'ch niet waar ik ben," antwoordde Percival proestende van het lachen. „Mijn hoofd ligt hier beneden, maar waar m'n beenen zijn weet ik heeiemaai niet." „Er ligt er een onder my, en doet me ellendig veel pijn. Sta alsjeblieft op." „Ik kan niet opstaan, Mr. Purdie. Ik sta wer kelijk op mijn hoofd, begrijpt u?" lachte Percival. „Ik begrijp er ..heelémaai niets van. Ik lig met mijn gezicht bijna in iets dat vreeselijk stinkt, jk denk bij een doode vogel' of zoo iets. Schei nou uit met dat gelach en probeer op te staan, 't Is ax/n ellendige stank." „Ik moet zoo vreeselijk lachen. Zag u hoe wij ovei den kop gingen?" „Kom, beheersoh je een beetje. Neen ik zag na tuurlijk niet hoe wij vielen." Na veel moeite en inspanning komen Percivals hoofd, en schouders met een schok naar boven; Mr. Purdie voelt, dat het gewicht van ziijn leerling .en van den drie wieler van hom wordt afgenomen, maar dan volgt er weer een slag en, een gekraak en weer op nieuw gillen van het lachen. Gesmoord klinkt het uit de heg: „Wat is er nu weer gebeurd?" „Ik ben weer gevallen, maar nou aan den an deren kant." Uit de diepte klinkt het wanhopend: Percival', Percival', stel' je toch niet aan als een klein land. Trek me er uit!" „Maar ik zit heeiemaai' vast in de fiets; zie zoo, ik ben op." „Toe. trek me dan. Ik word misselijk van dien stank." „Maar ik kan u nergens aan vastpakken!" roept Percival, terwijl hij heen en weer sDringt. om het enorme achterwerk, dat uit de heeg steekt. „Uw broek zit zóó gespannen!" En weer klinkt uit de diepte: „O.foei, o ioei, rol me dan een beetje op zij." Het reu zengevaarte wordt een eindje op zijde ge schoven en en achteruitgehaald en richt zich lang zaam. op: en eindelijk verrijst zwi.ar en gewichtig de'dikke onderwijzer u'.t de struiken en strompelt! een paar stappen onder gekreun en gesteun en Zakt eenige tientallen meters van het1 badhuis vleide het tweetal vrienden mei hond zich neer om te rusten misschien om toe te zien naar het zwemmen der da mes. Was dit eigenlijk al eene handeling die den President aanleiding gaf om beklaagde weliswaar in onberispelijk beschaafde termen (zooals we dat trou wens bij de Magistratuur volkomen veilig weten te* genóver zelfs den meest onsympathieken beklaagde eene omsiandigheid, die zich natuurlijk ontleent aan het hooge standpunt van beschaving, dat een Magistraat als de President inneemt) maar dan toch met beslistheid onder het oog te brengen, dat het volstrekt niet van fijn gevoel getuigt, om, zelve lid van 't Badhuis zijnde, zoo dicht bij aan den zee dijk te gaan liggen met een vriend, als vier dames gaan zwemmen, érger nog was het dat beklaagde den hond, die in zee gegaan was, tot schrik van enkele der dames, niet terugriep, zelfs niet, toen daarom gevraagd werd en zelfs niet, toen de hond een der dames in de kuit had gebeten. Beklaagde grinnikte tijdens het vertoeven van den hond in zee. Hoogstaand was het niet wat bekl. was ten laste ge-i legd en schitterend was zij niet, de figuur, die hij vandaag sloeg. Hij« geleek thans zelf wol wat op een uit _'t water, wederkeerendhondje en 't was maar matigjes dat hij heden zijne „waardigheid" kon op houden. Vooral toen de getuige mej. Gezina Renet ta Vijn uit Twisk, hare verklaring kwam doen, was beklaagde verre in de minderheid. Wij twijfelen niet, of het zal den Praesus een ge noegen zijn geweest, deze getuige in verhoor te ne men. Zij; was het type van de dame uit beschaafde kringen, die zich met groot gemak, zonder eenige aanstellerij, zonder heftigheid, wars van alle hate lijkheid, maar met groote beslistheid en. zelfvertrou wen, met juistheid en in bij' uitnemendheid gekozen woorden wist uit te drukken, 't Was ons een genot naar hare beschaafde, vloeiende taal te mogen luis teren. En.... beklaagde kon t er 'n keertje mee doenll.... De vier andere getuigen charge waren Leijda Timmerman, de dochter van 'n Twisker winkelier, mej. Catharina Boekei (Medemblik), mej. Trien Krabbendam, huisvrouw Simon Flietstra (Medem^ blik) en mej. Neeltje Meereboer, vrouw: van den bakker J. Rob (Medemblik); deze had niet mede- gezwommen, terwijl Leijda Timmerman de dame was, die door den hond gebeten was. Vriend Rudolf werd k decharge gehoord en daar na verkreeg de heer Officier het woord, die tegen beklaagde van der Zee f 25 boete subs. 25 dagen hechtenis eisohte. De O.v.J. vorderde daarbij de vernietiging van Ifc Kantonrechterlijk vonnis, dat vrijspraak inhield en waarvan de Ambt. b. h.' Openb. 'Min. in hooger be roep was gekomen, wat de behandeling thans hier had veroorzaakt. in elkaar aan den kant van den weg, met zijn voe ten in den greppel, heeiemaai 'bevuild en met een doodongelukkig gezicht. „U moet niet denken, dat ik u uitlach, "zegt i Percival. „Ik vind het zoo naar voor u. Maar u. j hebt u geen pijn gedaan, he? Ik zal u wel met wat bladeren schoonmaken." I „Ik ben vreeselijk geschrokken. Laat me nog I een paar minutetn met rust, alsjeblieft." „Zit de vlieg nog in uw oog?" „Ik weet met, waar die vlieg gebleven is." „Uw broek is verschrikkelijk gescneurd. i „Houd alsjeblieft je mond. Ik ben duizelig"' I En hij blijft duizeiig tot zij eindelijk strompelend I op weg naar huis gaan; de driewieler blijft achter, i die kan later door een kar afgehaald worden. Als zij boven op den heuvel' izijn gekomen en d,e helling ,j zien waarlangs zij hun onjieii' tegemoet zijn go- sneid, hoort hij weer dat aanstekelijke lachen naast zich, en wil1 zich een houding geven. „ik vind, dat ik nogal' goed gestuurd heb, als je bedenkt, dat ik niets kon zien." I Percival is altijd edelmoedig: „Prachtig! Goede hemel, ik heb pijn van 't lachen!" „Ik was alleen maar bang voor jou, Percival." „We vlogen. We vlogen gewoon!" Mr. Purdie kijkt nog eens om naar de helling en siddert bij het denkbeeld dat hij die is „afgevlot- gen." „Heb je aldoor zoo gelachen, toen wij naar beneden holden?" I „Iedereen zou lachen als hij zóó naar beneden gevlogen was." Do dikke onderwijzer kent wel iemand, die dat niet gedaan zou hebben. Die opmerking hindert hem een beetje, maar hij vindt een troostend ant woord: „Alleen stommerikken lachen als 2ij in gevaar zijn." „Maar ik wist niet, dat er gevaar was," zegt Percival en Mr. Purdie kijkt hem eens onderzoekend aan en weer .klinkt zijn schrille hooge lach. 3 O, heerlijke, heerlijke tijd! Daar waren ook nog de bezoeken aan Mr. Hannaford die konden alleen op een heelen vakantiedag gemaakt worden j want ze moesten dan vroeg op weg. In de klei- I ne, welvarende boerderij wachtte Percival altijd een bijzonder hartelijke ontvangst. Knallende slagen vin den stok tegen de beenen duidden aan waar "Mr. Hannaford zich bevond: en Percival was er dan zeker van Mr. Hannaford te vinden, kijkend naar het afrijdon van een circais- Poaju7e' of met belangstelling het werk van de metselaars volgend, die aan heb bouwen waren do nieuwe steenen stallen, die langzamerhand de houten schuren begonnen te vervangen, waarbij hy zyn belangstelling toonde door het uitbrullen van bevelen, die bekrachtigd werden door buiten gewoon luidruchtige beensl'agen. Percival' stelde zich dan vierkant naast Mr. Han- narord op in dezelfde houding, de beenen wijd uit elkaar en het hoofd achterover, en volgde oplettend alles wat er om hem heen gebeurde, totdat Mr. Hannaford hem plotseling opmerkte en met een stem, die door ae heele boerderij gehoord kon worden, uitriep: „Kijk eens, daar heb je me hét wonderkind, zoowaar als ik meer dan honderd kilo weeg." „Hoe lang sta je hier aizoo, baasje?" Percival's gezicht straalt en hy\ legt zyn kleine hand in de reusachtig groote vuist van Mr. Han naford „Nog geen tien minuten. Mr. Hannafard. Laat U my mijn gang maar gaan, ik vind het dol om rond te kijken. „En ik heb ook wat nieuws voor je om te zien," zegt Mr. Hannaford dan. „Kom maar mee; is die kleine Lord ook by „Nog niet terug," zegt Percival'. „En hoe gaat het met u, Mr. Hannafoirid1? Alles m orde?" „Alles in orde. Kyk nn eens hier." en met vreeselyke stokslagen tegen zijn been, staat Mr. Hannaford stil' by een van de nieuwe stallen, en wijd Percival naar iets nieuws, dat er sind9 zijn laatste bezoek gekomen is. „Namen op 'de stal deuren, begrijp je? Crocker op deze deur, en Mad- dox op die daar. Ik heb aan het circus van Crocker veel peerdjes verkocht, ik heb er flink aan ver diend; de .onkosten er aï gerekend, dan de netto winst genomen; daarvan een stal gebouwd en dien Crocker genoemd. Precies het zelfde met Maddox gedaanaandelen, bruto winst, zorgen, moeite, tegenvallers berekend, netto winst berekend, stal gebouwd en dien Maddox genoemd. Nou, hoe vindt je zoo'n uitvinding?" „Eenig, leuk. Mr. Hannaford" antwoordt Per cival, „een éénig 1'etike uitvinding vind ik het. Nu weet n altijd hoe of u het gedaan hebt is het niet?" „Ja, natuurlijk, dat is het juist! roept Mr: Han naford verrukt. „Dat is juist mijn idee geweest." Wórdt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 1