Alieitei Nisus-
it- ia
DE GELUKKIGE HELD
Dinsdag 9 Maart 1926.
Uitgevers i N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schogen.
EJE&SÏE BLA1
Blmsealbndsch Nkum
FEUILLETON.
69ate Jaargang. No. 7896.
lt blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder-
en Zaterdag. BIJ inzending tot 's morgens 8 uur, worden Advor-
inilfin nog zooveel mogelijk in hot oorutuitkornond nummer goiduutst.
POSTREKENING No. 23330.
INT. TELEE. no. 20.
Prijs per 3 maanden fl.06. Losse nummors 6 cent. ADVERTEN-
TIöN van 1 tot 5 regels f 1.10, iodoro rogel moor 20 cont (hewiji«o,
inbogrepon). Grooto lettors worden naar plaatsruimte borekond.
dit nummer bestaat ui* twee bladen
- NOORDS CH AR WOUDE.
Marktoverziclit. Toen we de vorige week ons
iverzicht schreven, dachten we aan de mogelijkheid,
.at bet aan de markt de komende week zou gaan,
[aar de temperatuur even kouder geworden was.
STu we weer aan ons marktoverzioht bozig zijn
en daarbij nog eens extra de marktnoteeringen be
iden, kunnen we als een vreugdevol verschijnsel
vastleggen, dat het goed geweest "is. De prijzen
zijn meer omhoog gegaan dan we hadden durven
hopen en het heeft ons dan ook bij vernieuwing
doen zien van hoe grooten invloed 'het weer op
de toestanden in de koolstreek kan zijn. Deze eene
week heeft de aanhoudende daling van de geboete
maand Februari weer goed gemaakt. Vandaag tot
den dag gingen de prijzen omhoog, ondanks het
f feit, dat ae toenemende aanvoer met den verhoog
den prijs vrijwel gelijken tred> hield.
Vooral voor de roode kool is dit geldende, want
Zaterdag was daarvan 'do aanvoer net grootst en
werden ook de hoogste prij.. n gemaakt.
I Eenigszins breedvoerig hebben we de vorige week
uitgeweid over de afgifte van bonnen, waarvan het
staansreolit betwist wordt.
Inmiddels heeft de L.G.C. de jaarvergadering
'touden, waarin men zich over dit punt heeft uifc-
>roken. De daar gevoerde besprekingen beves-
en dhze meening, dat de bonnen niet gemist
ftunnen worden, zoolang er geen middel is om een
■voldoenden aanvoer te verzekeren, een voldoenden
p< -et euvel be
llij ft, dat bij te grooten aanvoer de koop-
jSedon van een gedrukte markt profiteeren door
peeulatief te koopen.
Zeer terecht werd van de bestuurstafel' opge-
nerkt, dat geen bonnen meer noodig zijn, zoodra
i tuinders zioh niet meer door speculatiegee^t la-
i drijven, maar o.i. schuilt daarin eenige halfheid
de speculatieve geest bij de kooplieden beetaan
[lijft. p Het is een zeer moeilijk vraagstuk, dage-
Üks juist aan te voeren wat noodig is. Bloemen
roor den man, die hiervoor den weg jveet te
rinden.
Een matig gebruik van bonnen, waarvan elke
belangrijke af deeling kan profiteeren, lijkt ons nog
rel de eenige weg. De voorraden worden van
aar tot jaar grooter en daarom is het ook van
iet allergrootste belang trachten alles te doen,
wat den aanvoer kan Bevorderen. Als voldoende
maatregelen genomen worden om fraude of over-
natig gebruik te voorkomen, geloof ik dat de weg,
n de vergadering ^.n de L.G.C. aangegeven, niet
Boo lcwaad is. Nog eens, het blijft een moeilijk
vraagstuk, want ook deze maatregel' zal zijn be
swaren wel' weer meebrengen., De gedachte aan
een drukkende markt blijft zeker bestaan.
Na dit praatje in het algemeen bepalen we ons
meer tot hetgeen deze week aan onze markt te con-
Btoteeren viel*. Bij een nadere beschouwing zien we,
dat de roode kool-aanvoer weinig minder was dan
■rige week. In het begin was de aanvoer matig,
deze nam van dag tot dag- zoodanig toe,
Zaterdag meer dan het dubbele van Maandag
'd aangevoerd. De beste kwaliteiten noteerden
Maandag f 2.707.30, in de doorschot f 1.30
5.70. Na een dageÜjksehe stijging waren de noteerin-
gen Zaterdag voor de beste f 3.209.20 en voor
de doorschot f 2.508.30. Als we dan zien, dat
27.
door A. S. M. HUTCHINSON.
bijv. op 1 Feblrüari f 3.508.40 on 1.807.90 ge
noteerd werd, zeggen we niet te veel, met te oon-
stateeren dat de stijging in deze ééne week gelijk
staat aan de daling van de heele maand Februari.
Natuurlijk zijn de te lage prijzen dier maand hier
mee niet goedgemaakt, maar toch denken we nog
eens aan den optimist, waarover we het de vorige
week hadden.
Ook de gel'e kool zijn omhoog gegaan, maar
niet in die sterke mate. Dooreengenomen is echter
de stijging ook van belang, omdat de doorschot,
waarvan de aanvoerverreweg het grootste is, het
meest in de verhooging godeeld heeft. Was Maan
dag de noteering voor de besten f 2.905.20 en
voor de doorschot f '1.60—4.50, Zaterdag was dit
respectievelijk f 3.406.60 en f 2.70—5.90, terwijl
de doorschot Woensdag en 'Vrijdag nog hooger
noteerde. De aanvoer was slechts .een viertal wagons
grooter dan de vorige week.
Ook de Deensche witte, dit jaar „het" product
voor Amerika, gingen met den dag omhoog. Deze
noteerden Maandag* f 2.70!5.70 en f 2.305, terwijl.
Zaterdag de noteering f 3.807.90 en f 2.60—6.30
was. Hiervan 'zijn de beste kwaliteiten heb Sterkst
in prijs gestegen, zoodat de prijsstijging voor het
gros der aanvoerders van niet zoo heel veel belang
geweest is. De aanvoer was vrij gelijk aan die der
vorige week.
De uien-aanvoer was vooral' Dinsdag en Woens
dag vrij beduidend. Het blijkt echter, aat de vraag
naar dit artikel niet groot is. De prijzen gingen
deze beide dagen omlaag- en vooral Woensdag in
vrij sterke mate. De volgende dagen was de aanvoer
veel' geringer ,dooh de prijs kwam er slechts voor
een kTein.deel weer op. Ook drielingen werden bijna
dagelijks aangevoerd. De prijs daarvan was onge
veer een gulden hooger dan van de uien en liep tot
ten hoogste f 7.40.
Ook de vraag naar wortelen is niét groot. Al
was de aanvoer ongeveer 40 pet. minder dan de
vorige week, toch was direct met den eepigszóns
grooteren aanvoer van Dinsdag en Woensdag de
Srijs lager. Ook hiervan kwam de prijs van Ma&n-
ag niet terug.
Kroten werden alleen in het beg'in van de week
aangevoerd. De prijs was 11% ct. per Kg.
In totaal' werd aangevoerd 62.500 Kg. uien, 33.700
Kg. peen, bijna 102 wagons roode. 34% wagons gele
en ,klein 63 wagons Deensche witte kool, en 2700
Kg. kroten, totaal bijna 209 wagons, tegen 216
de vorige week.
De koolaanvoer was hier 199 wagons, in Broek
op Langendijk 175 wagons en in Warmenhuizen 72
wagons, dus totaal 4'46, tegen 418 de vorige1
UIVELBANK ALKMAAR
ZITDAG SCHACEM
CAFÉde BEURS
2" »r 4: DOMOERDAG drr MAAND
'waarvan 208 roode, 127 gele en Hl D. witte kool'
F<" -
Gedurende de maand Tfebruari zijn aan de drie
'markten tezamen 1665 wagons kool aangevoerd. Met
inbegrip van den verkoop op bonnen, kunnen we de
verzending gevoegelijk op 1900 wagons stellen.
i We Zullen niet zoo heel ver mis zijn als we de
koolVoorraad aan deze drie markten nog op onge
veer 2500 wagons schatten. Na 15 December zy'n
er 4500 aangevoerd.
NOORD SCHARWOUDE.
De Concordia.bazaar, welke Zaterdagmiddag ge
opend is, mag zich. in een bijzondere belangstelling
serhéugen,. We hebben direct Zaterdagmiddag een
kijkje genomen en zagen er reeds spoedig een ge
zellige bedrijvigheid. De tentoongestelde artikelen
voor den verkoop brokken reeds spoedig koopers en
de verschillende attracties welke er zijn
maakten ook spoedig reeds de belangstelling gaande.
Het trof ons, dat de belangstelling van de zijde van
fabrikanten, grossiers, winkeliers en particulieren
zoo groot was. Ben groote voorraad zeer verkoop
bare artikelen is aanwezig en toen we de prijzen
zagen was alle twijfel of ze aftrek zouden hebben
weggenomen.
De bezoekers konden er meestal zeker van zijn
met een koopje naar huis te gaan. Ook de theetuin,
't Is Rollo, die Percival een smeekenden blik
tóewerpt, wanneer Lord Burdon hen om een kwart
je om 't hardst laat loopen, en 't is Percival, die
hem bij het weghoJen toefluistert: „We zullen te
gelijk aankomen.''
„Dat was aardig van je, Percival," Zegt Rollo als
ze samen den prijs verdoelen in het snoepwinkeltje
van Mrs. Minuefie.
„Ik vind er niets leuks aan, om het van elkaar
te wurmen, als andere mensehen er naar staan te
kijken," antwoordt Percival, „zullen we ook nog
limonade nemen?" De verhouding waarin ze tot
elkaar staan was voor het eerst gebleken, toen ae
naar Mr. Hannaford gingen om het kleine zwarte
paard te koopen. Rollo was angstig, terwijl Percival
dol verlangend was om te mogen rijden; toen haal-
de Percival hem oVer om het eens te probeeren en
moedigde hem aan. Nu de jaren hun karakters heb
ben ontwikkeld en hun trouwe vriendschap de
kloof tusschen hun naturen nog steviger overbrugd
beert, neemt de een des te krachtiger de leiding op
ach en volgt de ander; des te natuurlijker is het,
dat de eene steunt, waar de andere leunt. Ieder
y merkt het op Tante Maggie, die alleen maar
gtaniacht; Lady Burdon, die zegt: „Rollo, Perci
val is altijd zoo vaderlijk voor je, laat hij maar niet
Aeelemaai de baas over je worden. Je moet niet
vergeten wie je bent, m'n jongen.' Ja, Zelfs Egbort
unf.Mz,e^ het. Runt is nog altijd in Rollo's per
soonlijken dienst. Hij heeft ihinder last van hoofd-
pynen. maar zijn haat voor de tirannen is geduren
de z;jn lange dienstjaren nog toegenomen. Hij geeft
minder uit voor pastilles, maar besteedt veel van
zUn loon aan socialistische litteratuur van een zeker
opruiend karakter; maar nooit vergeet hij Perci-
'sympathie in de hoofdpijn-dagen en hij is
goede vrienden met al' degenen die door de zonnige
natuur van den, jongen worden aangetrokken. „Ik
Den altijd blij je weer eens te zien," Zegt Ilunt.
.A/ï is iets in je wat me aantrekt. Diegene, die
voor jou werken moet, zal' nooit een slaaf zijn."
„Wie zou er ooit voor mij moeten werken?"
lacht Percival.
5 „Dat is 'tl" Zegt Hunt somber en plechtig, „dat is
t juist." Hij zoekt in zijn zakken en haalt eenige
beduimelde krantjes voor den dag, net zooals hij
vroeger zijn zakken doorzocht en pastilles te voor
schijn haalde.
„Slechts in de onderste lagen," hjj raadpleegt
weer zijn krantje, „in de onderste lagen der maat
schappij is het, dat men mannen zal kunnen vinden,
die geschikt zijn het volk te leiden, maar ze zijn
verdrukt onder den voet der tirannen. Wij moeten
de bloedzuigers dienen," hii slaat op het krantje
„Bloedzuigers", noemen ze henl
„Klets, zegt Percival'.
„Ja, jij bent nog jong," antwoordt Hunt, Jij
bent jong. Je zult wel anders piepen, als ze be
ginnen met je bloed uit te zuigen. Je staat op een
hoogere trap dan ik, jongeheer Percival, door je
opvoeding, maar je leeft onder de bloedzuigers;
ze knijpen je uit als een citroen en gooien je dan
weg. Heden ik, morgen gij!" en terwijl 'hij weer
op het krantje wijst, zegt hij: „Hier is een flink
stuk, met als titel1 „uitgeknepen citroenen." 't doet
je bloed koken als je 't leest."
„Mijn bloed kookt al1," zegt Percival, ,'t is zóó
warm vandaag. Ik begrijp alleen maar niet, dat
als je niet tevreden bent met wat je bent je niet
wat anders bent geworden."
„Wat zou dat geven?" zegt Hunt. „Onder den
voet van den éénen tiran naar dien van den an
deren te verhuizen? Wij moeten 1'ijden en verdragen,
wij arme pitroenen, tot den dag, dat zij als kaf
voor den wind zu.len worden weggeblazen
„Maar wie zal' Ze dan wegblazen en wie moet ér
weggeblazen worden?" vraagt Percival1 een én al
belangstellend.
„Ja!" zegt Hunt geheimzinnig. Wie?" je
wordt er dol' van."
„Ik zou maar niet te veelr tobben," zegt Per
cival op denzelfden toon, waarop hij vroeger zei:
„Heb je weer Zoo'n hoofdpijn?" Werkelijk je moet
je niet zoo opwinden. Ik maak me ook dikwijls
boos; je moet maar wat afJéiding zoeken. Kijk,
daar is Rollo! Kom mee en help ons dat vlot
maken in den vijver. Dat zal gezellig zijn. Rollo,
Hunt zal ons heiben, wc kunnen er dan een groote
plank heenbrengen.Kom Hunt."
Hii ho.t weg naar Rollo, en Hunt, die hem na-
welke er keurig uitziet, trok reeds bezoek en geen
wonder. Een kop thee of koffie voor 10 cent is voor
de meesten wel te betalen.
Het strijkje, dat was opgesteld, bracht er de vroo-
lijkheid spoedig in, een vroolijkheid die verhoogd
werd door de verschillend1© dames die gecostumeerd
als verkoopsters optraden.
Hoe, meer de avond naderde, hoe drukker het werd
en 's avonds en den geheelen Zondag was het er ver
bazend druk.
De kooplust werd door de vele behulpzame dames
in ruime mate gaande gehouden en de bedienaars
van de verschillende attracties i hadden handen te
kort.
Het doel van een en ander strekt tot steun aan de
plaatselijke muziek, tooneel, zang en gymnastiek-
vereenigingen en we twijfelen geen oogenblik of de
opzet zal volkomen gelukken,
OUDKARSPEL.
Zondagmorgen heeft Da, G, de Leeuw afscheid ge
nomen van zijn gemeente. De belangstelling voor de
zen morgen was vrij goed, doch de bezoekers kwa-
men voor een vrij belangrijk deel uit naburige ge
meenten.
De predikant schetste in het kort de ervaringen In
de 14 jaar door hem in zijn gemeente opgedaan en
wijdde een belangrijk deel aan het feit dat in den
loop der jaren velen hem1 den rug hebben toege
keerd, vrij zeker voor een groot deel omdat hij! in de
eer9te jaren niet begrepen werd. Hij wees op de nood
zakelijkheid dat ook een predikant op de sympathie
zijner gemeentenaren moet kunnen rekenen en bij
het ontbreken daarvan die arbeid zwaar is. Hij- wees
op de oorlogsjaren, die een sluimerende gedachte bij
hem wakker maakten, met gevolg dat deze gedach
ten temperamentvol naar voren werden gebracht,
op een wijze mogelijk in den aanvang niet door al
len begrepen en sprak de hoop uit, dat, mocht nog
eens een ander voorganger op deze plaats benoemd
worden, deze allen steun van de gemeente mng on
dervinden. 0
Kerkvoogden, notabelep enz., organist, koster en
voorzanger kregen een speciaal afscheidswoord en
tegen de beëindiging van den dienst werd op verzoek
van enkelen de predikant staande; toegezongen,
ANNA PAULOWNAi.
Door de afdeelingen „Anna Paulowna" der S.DAJP.
en van den Landarheidersbond, was Zaterdag 6
Maart een filmavond georganiseerd, in de zaal van
den heer C. Slikker. Deze filmvertooning ging uit
van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling. De
hoofdfilm bevatte de opnamen van het Pinksterfeest
der A.J.C. (Arbeiders Jeugd Centrale) en gaf ons
een denkbeeld van de wijze, waarop ieder jaar op
de heide bij Vierhouten het groote feest der Ar
beidersjeugd wordt gevierd. Van den eersten aan
vang af maakten wiji als het ware alles mee. Wijl za
gen op de uitgestrekte heid'e de voorbereidingen tref
fen en de makkers vervolgens in volle actie, om het
kamp op te bouwen, waarna wij uit alle steden de
jongens en meisjes onder hun wapperende vlaggen
naar de stationsgebouwen zagen optrekken. Op de
perrons aanschouwden wij do ontmoeting der afdee
lingen uit het Noorden en Zuiden, uit het Oosten en
Westen, waarna wiji ze, als een stoet van duizenden
van het station 'Nunspeet naar het kamp zagen trek
ken. En daar maaken wij, het geheele feest met h.en
mee. Daar waren wij getuigeA van hun nationale
dansen, hun spel en ,hun sport. Daar zagen wij ook
de jeugd in het eigenlijke kampleven, aan de wasch-
plaatsen, bij het eten, ais corveeërs en wachtslieden,
of genietend in het groote openluchttheater, Tot ein
delijk het afscheidsuur gekomen was en Koos Vors,
rink nog eenmaal tot hen allen het woord richtte.
Aan deze hoofdfilm' wias voorafgegaan een zeer in
teressante visscherijfilm, Dit werk, vervaardigd met
medewerking der autoriteiten en opgenomen onder
leiding van een rijksleeraar aan de visscherijschool,
gaf een volledig beeld van ons moeizaam visscherijh
bedrijf. Meer dan zeven maanden brachten de kino-
fotografen op zee door om, dikwijls onder de aller
ongunstige ewersomstandigheden hun opnamen te
doen. Ondanks het slingeren van het schip is men er
in geslaagd, het toestel zoo te plaatsen, dat de
horizonlijn noodt op het doek verschijnt, waardoqg
duizeligheid en zeeziekte bii de toeschouwers wordt
voorkomen. Deze film, zoo rijk aan mooie ©ffectén,
met tegenlichtopnamen, was ook '«middags reeda
vertoond voor een zaal vol kinderen, die behalve een
grappig nummer, een kijkje in Limburg kregen, ge
volgd door een heel mooie film betreffende den ar
beid in de mijnen van Heerlen, en besloten met het
sprookje van „Doornroosje", dat met allerlei bloem
motieven ten grondlaag, op een zeer eigenaardige wij
ze verfilmd was, Jammer, dat men 's middags nog al
eens pech had, waardoor b.v. de tafreelen uit Lim
burg al heel flauw op het doek kwamen. De explica-
tie echter was beide keeren uitstekend en hoogst on
derhoudend, hoewel 's avonds het publiek uit vol
wassenen bestond, terwijl het 's middags door een
paar honderd kinderen werd gevormd. Door den ex
plicateur evenwel werd dit blijkbaar geen oogenblik
vergeten, waardoor hij de belangstelling van zijn
jeugdig gehoor niet alleen wist op te wekken, maar
ook voortdurend gaande te houden,
WIE RINGEN.
Onder de schapen van den landman P. H. Kooij te
Oosterklief, is door bloeddorstige honden Vrijdagna
middag een ware slachting gehouden. Niet minder
dan elf dezer beesten werden verscheurd en waren
dood, terwijl no. twaalf vreeselijk toegetakeld is en
nog wel afgemaakt zal moeten worden. Van 't ge
val is aangifte bij1 den burgemeester gedaan en
werd terstond door de politie een onderzoek inge
steld,. met uitslag dat 2 honden, een van den heer
Nic. Takets en' een van den heer D. Dirks, beiden
te Westerland in beslag zijn genomen als zijnde de
vermoedelijke slachting te hebben gedaan. Proces
verbaal is opgemaakt. Voor die eigenaars der honden
kan dit een reuzenschadepost worden.
NOORDSCHARWOUDE.
In overeenstemming, met het indertijd uitgebrachte
advies van den gemeenteraad hebben Ged. Staten,
voor wat betreft de vaststelling van de salarissen
van burgemeester, secretaris en ontvanger, deze
gemeente van de 3e in de 4e klasse geplaatst. Voo-r
de betrokken ambtenaren is dit een aardig finan
cieel voordeel.
ZUID SCHARWOUDE.
Ged. Staten hebben gevolg gegeven aan het ad
vies van den raad om deze gemeente in de 3e klasse
te handhaven.
LANGENDIJK.
De vereeniging van groentehandelaars „De Koop
handel", zal dit jaar haar 25-jarig bestaan feestelijk
vieren in de kolfbaan van den heer P. Kramer te
Zuidscharwoude.
ZUIDSCHARWOUDE.
In deze gemeente doet zich een geval van diphthe-
ritis voor.
kjjkt, terwijl hij hem langzaam volgt, mompelt bij
zichzelf: „Jammer, dat er niet meer zijn zooals hij.
Jij zoudt bij hen moeten hooren." Hij werpt een
woedenden blik op Lady Burdon, die de jongens
bij de -yoordeur staat toe te wuiven, „jij zoudt er
een van hen moéten, zijn je wordt er dol van."
HOOFDSTUK VI.
Japhra en Ima en Sneeuwwit en Rozerood.
Er waren drie iiieuwe vrienden, die het hunne
toebrachten tot dezen gelukkigen tijd, en ook in
de latere jaren een rol zouden spelen. Het waren
Japhra en Ima, die in een gel'en kermiswagen
woonden, en iiu dan verbonden waren aan
Maddox's Wilde Beestenspel' en aan het Koninklijk
circus, waarmee Mr. Hannaford handel' dreef m
kleine peerdjes.
En dan Dora, wier Moeder Mevrouw Espart
was, die zooals Juffrouw Oxford aan Lady Bur
don verteld had, haar dochtertje niet naar Juf
frouw Purdie had will'en sturen, omdat Ze het jon
getje uit het postkantoor lés gaf.
Percival' ontmoette Japhra en Ima voor het eerst
niet lang na het einde van RoBo's eerste bezoek,
toen hij zich zonder zijn vriendje wat eenzaam
voelde. Hij kwam van den kant van het moeras,
liep tusschen de boomen door, die het omgaven en
bleef in verrukking staan over wat hij voor zich
Zag.
Hier stond een gelé kermiswagen met gordijn
tjes voor de ramen een wonder van geheimzui-
uitgespannen te gra~
mg een ijzeren pot boven een vrool'ijk vuur
van tokken. Op het trapje van den wagen Zat een
meisje te breien zoowat van Percivai's leeftijd.
Ze had een donker gezichtje met lang zwart haar,
haar beenen waren bloot en leken erg lang, vond
Percival. Bij het vuur zat op een boomtronk een
kleine man met een bruin gezicht, verweerd als
dat yan een zeeman. Hij hield de lippen stijf
op elkaar, met een kort pijpje er tusschen, dat er
bij scheen te hooren, hij droeg een lange jas en een
hooge muts 'van ruigbruin bont. Hij las in een boek,
en terwijl Percival' naar hem keek, hield hij zijn
vinger tot waar hij gekomen was en keek l&ng*-
^aam, alsof hij wist, dat Percival' daar stond, maar
alsof hij tot een zeker punt wilde lézen, vóór htf
gestoord werd.
Hij keek op en het trof Percival1 dadelijk, dat
de oogen in dat bruine verweerde gezicht buiten
gewoon helder waren.
„Welkom hier, jongeheer" Zei hij.
„Neem u niet kwalijk, dat ik zoo kijk" zei Per
cival, „ik heb zoo iets nog nooit gezien."
„Ga je gang maar," zei de man en zijn oogen
tintelden, „het is het prettigste dat op de wereld
te vinden is'. Percival kwam naar hem toe, vol
belangstelling.
„Woont u in den wagen PV
„Ja, daar wonen we, baasje, Ima en ik."
Percival keek naar het meisje op het trapje, dat
ook naar hem keek en toen begon te lachen.
„Ima, wat een grappige naam," zei hij.
Misschien is ze ook wei een grappig meisje/'
zei de kléine man en zijn oogen tintelden vroolfijk.
Percival nam het voor ernst op: „Ja haar beenen
z\jn zoo lang," zei hij.
„Ze kunnen toch hard lbopen, hoor," riep het
meisje. Ze had een buitengewoon zachte stem, wat
Percival', dadelijk opviel. Maar ze maakte hem een
beetje verlegen, en nij vroeg heel ernstig aan den
kiemen man: ,,Hebt u ook zoo'n grappigen naam?'
De dunne lippen van den man werden nog dun
ner. Later wist Percival, dat dit een teeken was
dat iets hem amuseerde. Hij opende zijn lippen
even als hij sprak, en het korte pijpje, dat er aan
vast leek te Zitten, scheen hem niet te hinderen bij
het spreken.
„Dat moet je zelf maar uitmaken," zei hij-
heet Japhra".
„Dat heb ik nog nooit gehoord," zei Percival
beleefd. vindt toch niet erg als ik u wat vraag?
Ik vind het allemaal Zoo grappig hier."
„Ga je gang, baasje, ik houd. zélf ook van vragen.
Ik vraag altijd. Ik ga mijn leven door zoekend naar
een antwoord."
„Waarom?" vroeg Percival1.
„Dat is juist de kwestie, baasje." zei de kléine
man, „Waarom? Wie zal' het zeggen?"
Percival heek hem aan met d.en zelfden ver
baasden blik, waarmee hij dikwijls Tante Maggie
aanzag.
Wordt vervolgd.