Alüimn lUiniKi- Woensdag 24 Maart 1926. 69ste Jaargang. No. Uitgevers i N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen. Eerste Blad. Raad Sint Maarten. Feuilleton. DE GELUKKIGE HELD Raad Wieringerwaard. Oft blad verschijnt viermaal por week: Dinsdag, Woensdag, Dondor- jog on 2atordag. Dij inzonding tot 's morgens 8 uur, worden Advor- (oiitiöu nog zoovool mogulljk in hot oerutuiikomund numiuor gopluutst'. POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. na. 20. Prijs per 3 maandon f 1.G5. Losao nummors 6 cent. ADVERTEN- TïöN van 1 tot 5 rogols f 1.10, iodoro rogol moor 20 cent (bowlj -o, lnbogropon). Grooto lottere worden naar plaatsruimte borokond. pil KUMJSKF BESTAAT DIT TWEE BLAÖBN Vergadering van den Raadi op Dinsdag 23 Maart 1926, des morgens half tien. Alle leden zijm aanwezig. Voorzitter de lieer A. Klerk, burgemeester, tevens secretaris. Na opening volgt lezing der notulen, die onveran derd word envastgesteld. Voorzitter deelt mede, dat zijn ingekomen bet ver slag over 1925 van de Commissie tot Wering van Schoolverzuim en de verslagen van de cursussen in ontwikkelingsonderwijs. Te Tuitjenhorn, Valkkoog, Eenigenburg en Stroet werden de cursussen gehou den. Het aantal leerlingen waarmede de cursussen eindigden, was vrij constant gebleven met bet aantal waarmee begonnen werd. Blijkens de ingekomen begrooting van den Keu ringsdienst voor Waren' te Alkmaar wordt de bij drage voor 1926 geraamd op 16.2 cent per inwoner. Ook de rekening van dezen dienst was ingekomen. Die ingezonden begrooting voor 1926 van dén rekening .zal houden met de ondervindingen in dit nog nieuwe bedrijf opgedaan. 'Zij adviseeren mits- doen aan bet verzoek om adhaesiebetuiging te vol doen. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. Een somber beeld van den stand der O. L. scholen. toe- Voorzitter doet dan mededeeling, van een ingeko men schrijven, van de commissie tot wering van» schoolverzuim. In dat schrijven van 4 Maart jL herinnert de com missie aan haar verslag over 1923, waarin ;e ken nen werd gegeven, dat de schoolbanken dringend vervanging door anderen behoefden, aangezien zoo wel uit paedagogisch hygiënisch en aestethisch oog punt dezê banken zijn af te keuren; dat de wanden der schoollakolen door haar één tonig witte kalkkleur, een allesbehalve prettige in druk moeten maken, op de leerlingen, dat de licht zijden der schoollokalen wèl van zoogenaamde 'tui melramen zijn voorzien, doch overigens geenszins voldoen aan de bepalingen ^an het jongste Kon. bouwbesluit,, dat ook naar buiten-openslaande ra men vereischt. Redenen waarom de commissie dringend verzoekt te willen overwegen in hoeverre het mogelijk is een en het gemoed der kinderen, wat zeer zeker het onderwijs ten goede zou komen. Tenslotte wijst dan de commissie nog op de wen- schelijkheid, dat de onderramen gemakkelijk ge opend, en gesloten kunnen worden. Voorzitter zegt, dat B.'en W. deze zaak besproken ihebben. De schoolbanken zijn reeds eerder opge noemd, maar om de groote kosten Is voorziening zooveel mogelijk uitgesteld. B. en W. ontkennen niet dat er gebreken aankleven, vooral wat de banken in de kleine scbolen betreft, zijn ze te groot, Bij een bezoek van den Inspecteur begon deze uit zichzelf over de banken te Valkkoog en oordeelde het noodig dat er eens een begin werd gemaakt met de aan schaffing van andere banken, al was'het dan maar geleidelijk aan. De Inspecteur zou ook te St. Maar ten kijken, maar daar is de toestand precies het zelfde. Wat de wandversiering betreft, B. en W. oordeelen dat die wel tot de vrome wenschen zal blijven be- hooren, want het zijn buitenmuren en 'daar zal ze wol niet steekhoudend zijn. Bovendien wat de uit gaven betreft, staan we reeds aan den hoogsten top. Openslaande ramen zijn er te Valkkoog 2 stel en te St. Maarten zsker ook wel, te Eenigenburg zijn ze niet, omdat daar de school niet is verbouwd. Dezer dagen gaan B, en W. de -scholen bezoeken en dan zullen zij' zich van den toestand overtuir te willen overwegen in noeveire nei mogetjK is een gen. B en W. stéllen'dus nu den Raad voor goed te t - v. u P en ander *fn spoedigste te doen verander n door vinden, dat B. en W. een onderzoek instellen, naar Ueeschkeunngsdienst, kiin- Barsingerhorn, sloot in gewone scholen te voorzien van banken en de een- hot fa banken d noodi eQ d* kQS_ ^vangst en uitgaaf op f S600.?"°0iVanmiddag zijn bij da in gebruika.elling'van Ged. Staten hadden goedgekeurd de gemeentebe- stoelen zoo mogelijk In samenbespreking met de grooiing, dienst 1926, benevens een suppletoir© be grooting. Het hoofdbestuur van bet "Witte Kruis betuigt dank voor de toegestane subsidie voor de ontsmettings diensten. De heer Theunis nam zijn benoeming tot lid van de Commissie van Toezicht op het L. O. aan. De Bank van Nëd. Gemeenten zond bevestiging van de gesloten overeenkomst. Met het PJ£.N, heeft thans eindafrekening plaats gehad. •Bij de op 16 Maart gehouden kasopname bleek in kas te zijn, zulks overeenkomstig boeken en be scheiden, een bedrag van f 10794.96%. hoeren hoofden der betrokken scholen; door de wanden der lokalen op practische en te vens 'niet kostbare wijze van vroolijke versieringen in aangename tinten en kleuren te voorzien; door de ramen in overeenstemming te brengen met de bepalingen van genoemd besluit, B. en W. baden dit schrijven van de Commissie reeds besproken toen irkwam het jaarverslag over 1025 van dezelfde Commissie. Naai het crematorium. I be- aan Nadat de commissie haar tevredenheid had. tuigd met de resultaten van het onderwijs. Door Ged. Staten is vrijstelling verleend van de schoolvrije jeugd, enz., memoreert zij ook nu weer verplichting tot invoering van het onderwijs in licha- den toestand In de O. L. scholen aldus: melijke oefening en wel tot 1 Januari 1928. De Vereeniging van Burgemeesters cn Secretaris sen in de kantons Alkmaar, Hoorn, Purmerend en Schagon, berichtte dat over 1926 geen bijdrage zal worden geheven. Het Bestuur der bijzondere scholen te Stroet en 't Rijpje vragen wederom een voorschot, overeen komstig artikel 101 der LA).-wet. B. en IW. stellen voor, voorloopig hetzelfde voorschot te verleenen als in 1925 was toegekend, nl. voor de school te Stroet f 1240 en voor dio te 't Rijpje f 500. Goedgevonden. 1 Unaniem, wordt besloten tot het steunen van het adres van Mid delie. Aan de orde komt het bekende adres van de ge meente Middelie, om adhaesiebetuiging op een door haar aan de provincie gericht verzoek tot verlaging van de tarieven van de waterleiding ten dienste van het veehoudersbedrijf. B. en W. wijzen er in hun advies op, dat hun bij onderzoek is gebleken, dat de blijkens, de voorwaar den "van het P.W.B. voor de eerste 40 M3. water be taald moet worden f 16.—, dat is f 10 voor het wa ter en f 6 voor meterhuur. Blijkens dat tarief is de meterprijs dus 25 et., maar voor het meerdere ver bruik is de prijs voor de tweede 40 M3. 40 cent per M3. B. en W. achten dat niet zuiver en kunnen dan ock met het adres van de gemeente Middelie mee- .gaan, hoewel ze verwachten, dat de provincie wel 36. door A. S. M. HUTCHINSON. Percival zeide: „Waar dank ja over„ Japlira?" „Over het laven." „Hoe dan?" „Hoe hefc loopt? Waar hefc eigenlijk op uittüoopt?' „Slaat dat op mij? Ik bon in een ongelukkige stemming, dat zie je wal', hè?" „Waar hefc op uitloopt, baasje, hoe zwaar hefc kan zijn en hoe weinig hefc eigenlijk brengt." Percival' zei somber: „Waarvoor dient hefc dan?" .Japhra boog zich voorover en Peroival keek naar zijn forsch gelaat met de samengeknepen. liippen, hij voelde den rustigen, krachtigen geest, die sprak uit de heldere oogen, diepliggend onder de donkere wenkbrauwen. „Hefc nut?" zei Japhra. „Dat is een. verkeerde manier van beschouwen. Voor iemand in jouw Bfcem- ming, voor iedereen voor wien hefc loven een druk is! Vraag liever wat'deert hefc me? Hoe kan zoo iets nutteloos, dat spoedig vergaat en terugkeert tot de aarde dat niet blijft in herinnering en dat wij niet gevraagd hebben hoe kan dat je plannen doen schipbreuk lijdend Zoo moet je het beschouwen." „Sommige menschen worden niet gauw vergeten Japhra." „Neen,. baasje, maar wat yobr menschen? Men schen, 'die inzagen, hoe onbeduidend hefc l'even is, en er niets van verwacht .hebben." >ïHoe hebben ze dan groote dingen volbracht? Veldslagen gewonnen, boeken geschreven?" -„Hoe schreef Bunyan in de gevangenis en Milton terwijl' hij blind was?" „Zij stonden er niet bij stil1." „Juist, nutteloos, vonden ze het leven en vroegen mot welke taak het hun opdroeg." „Maar, Japhra, dan staat alles op kop. Dan hinkt men op twee gedachten: Leven en Japhra zeide: „Nu komen we er, en ook op hefc punt, dat jezelf betreft. Werkelijk er zijn twee De banken der scbolen te St. Maarten {kom), Valk koog en* Eenigenburg zijn, zooals reeds in het ver slag va nl923 werd gemeld, in treurigen toestand. Ondanks het laagje verf dat van vroegere hetero •dagen getuigt, dragen zij geenszins het kenmerk eens behoord te hebben tot het type .,gcede 'school banken!". Zij zijn wel oud, maar helaas niet antiek het zijn geen rust- maar vermoeiingsmiddelen ze zijn onooglijk ondanks de vele „oogen" alias kwas ten; zij dwingen door rechtheid tot kromheid ze zijn onherstelbaar onverstelbaar; voor kleinen te groot, vooar grooten te klein; Ze zijn stom van „ui: huize"; Maar piepen als muizen; Door menigen „kwast", Den leerling tot last. Jaren reeds hopend, dat spoedig het uur der „verlossing" moog' slaan, Waarop zij tot'asch in het „crematorium": „de kachel" vergaan Ofschoon temperatuur, atmosfeer en kachel zeer veel hebben bijgedragen om de witte kalkkleur der muren door het aanbrengen van tallooze onge- wenschte vlekken en tinten, minder eentonig te doen schijnen aan het oog der leerlingen, meent de com missie goed te doen, in herinnering, te brengen, dat de leerlingen een zeer groot en voornaam deel hun ner kostbare jeugd in het schoollokaal moeten door brengen, dat een vroolijke wandversiering een al- leraangenaamsten indruk zou maken op bet oog de nieuwe school te Stroet en kunnen meteen informeeren. l| Is groeu betef voor de oogen dan wit? Wandversiering kouwe kul. Al De heer Blok geeft in overweging, wat de witte muren betreft, om een9 een proef te nemen door de j muren van één lokaal een andere'tint te geven, bijv. ir.plaats van witkalk, groen of iets dergelijks. De heer Schermerhom vraagt, waarom wit verve lende^ is dan groen. De heer Brommer: Het is kouwe kul. Spr. is niet voor wandversiering, hoe meer rommel, hoe meer werk. De heer Blok denkt, dat groen beter voor de oogen zal wezen. De heer Wit: Het is meer volgens de natuur. Maar Mn\ zou eerst aandacht willen schenken aan de bankquaestie. De heer Schormerhorn ia het met die laatste op merking volkomen eens. Goedgevonden wordt, dat B. en W. een onderzoek instellen. De diverse strafverordeningen moeten eenmaal in de 5 jaren van kracht verklaard worden en waar thans de tijd daarvoor gekomen is, vindt de raad goed, dat dat nu geschiedt. De rondvraag levert' niets op, waarna sluiting volgt. kanten het leven, dat hier begint als knop, op bloeit verdort, en de geest die zich beweegt, God weet waar jn de zee, die deint, in den wind, die blaast, in het levenssap, dat opstijgt wie zal! het zegenMaar dat is zéker niet hefc leven én het geluk duurt eeuwig, al komt hefc nog zoo krachtig tot uiting als bij Milton en Bunyan. Dat is de grond van alles en ook de balsem vóór je wonden." Hij zweeg en deed langzaam een trekje aan zijn pijp; de rook Zweefde naar Percival als liokfce grijze pluisjes van een distel in den nacht. „Ga voort," zei Percival' En dan Japhra." „Zoo is hefc," vervolgde Japhra, ,de geest is het eenig blijvende, Iaat die je leiden; sta niet stil bij de moeilijkheden, die je hinderen, overwin ze, zooaL de bokser met behendigheid overwint zijn tegen stander. Zoo deed. Crusoö, zoo deed Bunyan's Pel grim en de mannen in den Bijbel. en daarom noem ik dat boeken voor den strijdenden mensck. Zoo beschouw ik het mijn jongen. Er is een kracht in de wereld, die de golven beweegt en den wind doet waaien en de planten doet groeien. Uit die kracht komen ook wij voort, en daar keeren wij tot terug. Bij jsommigen gaat de geest in het léven volkomen te gronde en keert bij den dood verschrompeld len bevlekt terug,. alléén nog maar in staat zich op nieuw te ontwikkelen, maar tot iets van lagere orde dan toen hij trilde in de menscholijke borst, zoodafc de al-geest, die hem opneemt zoozeer in zijn scheppingskracht is teruggegaan, dat hij een bloem minder .én een paddestoel' meer kan scheppen." „Maar er is nog een andere weg," zei Percival: „Inderdaad het kan ook anders. Bij den dood van krachtige menschen, wier geest sterker is dan hot leven, wordt de al-geest Zoo zeer verrijkt, dat stor men woeden, orkanen loeien, golven hoog opzwie pen, donder rolt,en bliksem flist. „Kijk hier," zei Japhra. „Mijn Bijbel' zegt het. Ik Jcen dien uit mijn hoofd. Kijk, toen Christus stierf, stond hij er niet bij stil', wat het loven hem gaf, bij zijn dood, toen de geest zich terugtrok de geest, dien hij boven allébaschrijving tot ont wikkeling had gebracht. Je weet wat er toen ge beurde: „En zie, het voorhangsel des tempels scheur de in twee van boven tot beneden, en de aardo beefde .en de steenrotsen scheurden, en de graven werden geopend.'" „En als de zesde ure gekomen Maandagavond half acht vergaderde de Raad, onder leiding van Burgemeester Haringhuizen. Afwezig Wethouder Koster, met kennisgeving van verhindering. Na opening en voorlezing der notulen, doelt Voorzitter in verband daarmede, mee .dat B. en W. hebben besloten de honden dit jaar van half Fe bruari 'tot half April te laten vasthouden. De heer Blaauboer zou ze liever hefc geheeLO jaar wiilen vasthouden. De heer Peper vraagt of het aangeplakt is, waar op voorzitter toestemmend antwoordt. De heeren Peper en Slikker en ook Blaauboer, hebben al meer dan eens de honden zien losknopen. Voorzitter meent, dat hefc dan gewenscht is, hier van kennis te geven of met getuigen te consfcatee- ren, van wien de hond is. Men Iran toch niet aHe* honden naléopen. De heer Slikker merkt nog op, dat je liet aan de Nieuwesluis keelemaal niet kunt ontdekken, dat ze vast moeten staan. Dan deelt voorzittfcer mede, dat noch Van Rijks wege, noch van Waterstaat subsidie wordt gegeven voor werkverschaffing. Verder, dat door den heer Commissaris tot veld wachter is benoemd de heer H. van Iperen, jacht opziener en onbezoldigd rijksveldwachter te Noord- wnkerhoufc, die tevens in 'fc beat is van diploma politie. De heer Blaauboer vraagt of het al bekend is, i wanneer hij in dienst zal treden. Voorzitter: Ik kan n meedeelën, dat hij 3 April in dienst zal treden. Ingekomen stukken: a. Van den heer O. Koning een dankbetuiging voor de beslissing die de Raaa heeft genomen ten opzichte van het onderwjjs-geven aan zijn zoontje. 'b. Van den heer N. Koppas, dat hij zijne benoe ming als Hd van de commissie van toezicht op hefc Lager Onderwijs aanneemt. o. Van de vereeniging van Burgemeesters en Se cretarissen in het kanton Söhagen, dat voor 1926 geen bijdrage zal' worden geheven. d. Proces-ver baal van de laatst gehouden kas- verificafcie. Ontvangst f 86830.35V2, uitgaven f7985.72 aJzoo een saldo ad f G934.5SV». Van dit saldo -staat f 2928.63 op de postrekening, f 3620.21 bij de Boeren leenbank, terwij r in kas is f 315.54V*» e. Een verslag van do Commissie tot Wering van Schoolverzuim, waaruit blijkt dat er 13 ongeoor loofde verzuimen zijn geweest. f. Een verslag van de Commissie van Toezicht op het Lag-ér Onderwijs. Hierin wordt gezegd, dat het gemiddelde aantal leerlingen 117 is geweest, zoo dafc do 4de leerkracht behouden kan blijven.* Behalve de gewone vakken wordt onderricht gegeven' in de Pransche taai en 't 7e leerjaar. De gang is vol gens de commissie nog Steeds niet in orde. Do heer Speefcs vindt het verslag nogal gunstig, doch vraagt nadere inlichtingen over den gang. Voorzitter zegt, dat die gang destijds is aangé- was, werd er duisternis over de geheelè aard, tot de negende ure toe." Hij zweeg, en Percival' haalde lang .en diep adem. „Prachtig Japhra, prachtig. Zoo heb ik er jnooifc over gedacht. Prachtig. Ik goloof, dat ik hefc nu ook zie." „Zeker, zeker doe je dat: iedereen, die er over nadenkt. Breng het fcenig op je> eigen leven. Dat is mijn raad. Sta er niet bij stil wat hefc leven ons bréngt, alleen de geest heeft waarde. Als je wat volbrengen wilt -en je voélt je gebonden, door banden, die je terughouden vrees niet, want pp zijn tijd komt de overwinning. Ik heb de menschen gadegeslagen ik ken hun handeHngen. Jij hoort tot de karakters, waarvan wat te verwachten is. Je bent klaar voor wat voor je ligt geoefend aks de bolcser voor den aanval." Percival zeide ernstig: „Tot welken prijs, Ja phra?" Nu de toepassing van deze opwekkende fedachfce op zijn eigen leven werd teruggebracht, reeg hij een somberen blik op wat yan hem ver wacht werd. „Wat is de belboning?" Geluk, tevredenheid! Kijk, mijn jongen, hier is geluk, hier is voldoening en .voldoening is hefc goud van de wereld en hot goud van onze droomen. Watt je ook treft, lichamelijk of geestelijk, blijf.het de baas. Hoe? Ieder mensch volgens zijn eigen kracht. De philbeofen, de geleerden, zij stellen hefc foede tegenover het kwade en zij vinden den weg. oo deed Crusoë. Jij bent de ware krijgsman treed het strijdperk in." Percival' stond; eensklaps op. Op hetzelfde ©ogen blik opende Ima -de deur van den woonwagen en stond voor hen, beschenen door het licht, dat naar buiten scheen. „Zie de Ring vóór je," herhaalde Japhra „daar zal' je allen strijd en alle ergernis overwin nen. Maak een bokser van je geest. Doe een stap terug tot den aanval', doe den skampi oensgordel1 om als téeken van je kracht. Het is een kostbaar ding, dat je draagt." Ima's stem drong tot hen door: „De kampioens gordel?" vroeg zij. „Hebben jullie hefc weer over boksen?" J aphra keerde zijngezicht p&ar haar toe, en bij hefc lamplicht zag zij den glimlach, waarmede hij haar verwijt aanhoorde. „Het is mijn beroep," zeide hij. „En ookt dat van jou. Binnen twee dagen zal''je de entree'S in ontvangst nemen aan de deur van mijn tent. „Maar zijn beroep niet," gaf zij antwoord- Japhra., zou ik gesohikfc zijn vootr je troep, denk je?" vroeg Percival'. Hij isfcak zijn hand uit om afscheid te nemen. Japhra nam die aan, en hiel'd haar een oogenblik vast. „Als ik als derde kracht iemand vind als jij, dan kan de Vos Pinsenfc het met ièede oogen aanzien. Boks toch, baasje, ga je weg?" Percival 'zoi plotseling: „Ja, ik gaan heen." Hij Het de hand los en deed een stap achteruit.. „Ik ga. Hefc'is nog een heel eind naar huis iem ik heb nog veel' te doen voor het avond „Ben je morgen vroeg al' wég?" „Bij zonsopgang, mijn jongen." „Op weg naar Dorcliester? „Ja, naar Dorchester?" „Het beste dan, Japhra, ik ben blü je gezien te hebben." Hij sprak op godempten toon, alsof zijn keel' werd dichtgeschroefd en het spreken hem moei lijk viel. Hij zweeg eensklaps, en wendde zich af; toen op eens 'aan Ima denkend, koerde hij terug, stak haar zijn hand toe: „Goeden nacht. ^Ima." Zij kwam naar hem. toe. Ze stond nu half in het duister en het was alsof haar wijd open oogen, ter wijl^ zij voorover boog, Hchfc uitstraalden. „Vaar wel," zeide ze. 'Misschien doordat hij klaarblijkelijk' alleen fcerlo» zich tot haar richtte, was 'fc alsof ook haar keel het geluid van zijn stem was toegeknepen. De ge dachte, dat 'hij lomp tegen haar geweest was deed hem onaangenaam aan, en vriendelijk Zöi hij: ,Je Hand is koud, Ima." Zij trok haar hand terug en gaf g'een antwoord. Maar toen hij zioh omkeerde'om heen te gaan riep zij: Welken weg neem je naar huis?" Ze riep hefc onwillekeurig. „Over don bergrug," Zeide hij. „Over dé Pl'owman Keten en dan werder 1" „Ik heb het koud," zei, ,ik zalr me warm loepen door je een eindje te brengen aJè je me mee wilt hebben.' In zijn tegenwoordige stemming was hij liever alleen gegaan, maar nog onder don indruk, .dat hij I onvriendelijk tegen haar was geweest, zei hij„Dat I is aardig van je." Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 1