Raad Zuidscharwoude, Vergadering van den Raad dezer gemeente op Dinsdag 11 Mei. avonds halfacbt. Voorzitter, burgemeester Jhr. v. Spengler, secreta ris de heer Kunnen. De heer Dijkhuizen is aanvankelijk afwezig. Op de notulen, welke ter visie hebben gelegen, wor don geen aanmerkingen gemaakt, zooüat deze onver anderd worden vastgesteld. Ingekomen stokken. I le. Verslag van de Gezondheidscommissie. 2e. Bericht van den heer S. Kruier, dat deze de be noeming als lid van hei Burg. Armbestuur aan neemt. 3e. Bericht van den heer J. J. van Meurs, dat deze de benoeming als lid van de commissie van toezicht op het iager onderwijs aanneemt. 4e. Verslog van den keurmeester. Al deze stukken worden voor kennisgeving aange nomen. Naar aanleiding van do besprekingen welke heb- ben plaats gehad in de vorige vergadering inzake plaatsvervangend lid van de gascommissie. doet de gascommissie het voorstel om art. 3 van "de gemeen schappelijke regeling zoodanig-te wijzigen, dat een Lid van den raad bij bedanken ophoudt lid of plaats vervangend lid van de gascommissia te zijn. De raad gaat hiermee accoord. Vennenigvnldigingscijier verhoogd van 9,10 op 11 20. In verband met het vermenigyiüdigingscijfer heb ben B. en W. naar de vermoedelijke opbrengst over 1925 geim'ormeerd. Dit zal f 17500 en mogelijk iets minder zijn. Het vorig jaar stelden B. en W. voor dit cijfer te bepalen op 1. doch de Raad besloot het op 9/10 vast te stellen. Wij memoreerden toen, dat het altijd wenschelijk, zoo niet noodzakelijk is het cijfer iets ruimer te nemen en dat we niet terug moeten naar de tijden van een niet sluitende rekening. Voornamelijk daarom niet, omdat wij, evenals de andere gemeenten, meermalen komen voor uitgaven waarop vooraf niet gerekend was. Voor de nijver heidsscholen b.v. kregen we pas de opgave over 1923 en 1924. Dat kan met elkaar enkele honderden guldens bedragen. Ook komen we meermalen voor terugstorting van teveel ontvangen gelden voor het onderwijs. Benige speling is steeds noodzakelijk, Waar de opbrengst voor het komende jaar f 19500 moet zijn, stellen B. en W. voor het vermenigvuldi- gingscijfer nu te bepalen op 11/20. in het vertrouwen d#t hiermee het gewenscbte bedrag verkregen zal worden. Aanvankelijk was bet de bedoeling het cijfer op 1.1 te bepalen.- De heer Zeeman vindt de sprong wat hoog. Na de inleiding van den voorzitter schijnt het wel, dat de raad 't vorig jaar niet goed heeft gedaan. Ik zou, al dus spr., daaromtrent gaarn nadere toelichting wen- schen. Zijn de inkomsten over het algemeen lager dan het vorig jaar? Ik heb niet dien indruk. Gezien de inkomsten van de markten lijkt het me vrij station- nair. Is helechter noodzakelijk dan moet het er we zen. doch de sprong is wat groot. Voorzitter: Ook het vorig jaar is dit door-U naar voren gebracht. B. en W. vvenéchien toen den voor- zichtigen kant. De opbrengst bleef f 3000 beneden de raming. We gaan liever den voorzichtigon kant uit en de meerdere opbrengst is geen verloren geld. We kunnen niet alleen naar de cijfers van de markten zien, want onze gemeente hoeft ook een groote klasse middenstanders onder de vele winkeliers. De heer Du Burck kan zich volkomen met het voorstel van B. en W. vereenigen en denkt dat de inkomsten der tuinders wel minder zijn, als althans de Boerenleenbanken daarvoor als barometer kun nen dienen. De heer Dijkhuizen komt hierna ter vergadering. Ook de heer Groen zegt, zich met het voorstel te kunnen vereenigen. Hij merkt op, dat de plaatselijke inkomstenbelasting ook hooger geraamd is en ge looft met den heer Du Burck. dat de inkomsten der tuinders wel iets lager zullen zijn. Voorziter denkt, dat de' heer. Zeeman over het hoot'd heeft gezien, dat dó opbrengst f 2500 hooger moet zijn. Dat is een voorname factor. J De heer Zeeman bevestigt dat. i Dat ging niet. De heer Dijkhuizen: Mijnheer de voorzitter! Mag ik ook even weten wat er aan de orde is? Voorziter: Daar kan ik niet aan voldoen. De ver gadering is om half acht uitgeschreven en ik kan met hen die te iaat komen, geen rekening houden. Lichtprijs van 35 op 30 ct. Gunsti ge resultaten van het bedrijL i De .commissie voor de lichtbedrijven stelt voor, om den prijs voor electrisch licht te verlagon van 35 op 30 ets. met ingang van 1 Juni. De resultaten, van dit bedrijf over 1925 waren gunstig en het le kwartaal 1926 liet een verhoogde omzet van 19 pet. zien. Het voorstel wordt goedgekeurd. De prijs van krachtstroom voor den geheelen dag wil de commissie verlagen van 30 op 25 ct. Voor de gebruikers van een sperschakelaar was het reeds eerder verlaagd. Ook dit voorstel wordt goedgekeurd. Hierna gaat de raad in comité, waarvoor ook de Burgemeester zich verwijdert. Vijf kwartier comité. De woning van den Burgemeester. I Na ongeveer vijf kwartier heropent wethouder Kroon de vergadering en vraagt, wie iets te zeggen beeft naar aanleiding van de in comité gehouden besprekingen. De heer Zeeman had allereerst verwacht dat van B. en W. de mededeeling gekomen was, waarvoor de raad in comité ging. Op dit moment had spreker een volledige toelichting verwacht. Voorzitter: Er is door de weihouders het voorstel aan den raad gedaan om en crediet van f 2300 uit te trkken om daarmee de ambtswoning van den Burge meester in een redelijken toestand te brengen. Zij hebben gemeend dat ook de leden van den raad er van doordrongen zounden zijn dat de toestand daar niet houdbaar is. We weten hoe de zaak zich destijds beeft afgespeeld en hoe door de toen getroffen over eenkomst een tamelijk hooge huur beiaald wordt. Met gerustheid komen we met dit voorstel en tevens om daaraan de huur niet vast te koppelen. De in- richring wordt er niet luxieus door, doch zal meer aan de eischen voldoen. Het doel is aan het achterste gedeelte beneden een waranda aan te brengen en daarboven een. kamer die aan het bovenste deel ten goede komt. Ik vermoed dat hiermee de heer Zee man tevreden gestled is. De heer Zeeman: Het gaat er niet om. mij tevreden te stellen, doch hei is noodig ook voor de pers. Voorzitter: Neen, neen, dat bedoel ik ook niet. Wie wenschi er nu het woord? De heer Zeeman: Ik zal dan de baanbreker zijn en de argumenten naar voren^brengen die ik ook in co mité naar voren heb gebracht. Ik meen, dat als tot verbouw wordt besloten, de kosten moeten worden gecompenseerd door de huur. Als ik me herinner de koop is toen als argument gebezigd dat de ge meente absoluut op finantieel gebied veilig is, door de huurovereenkomst die den kostprijs dekt. Als nu het voorstel goedgekeurd wordt, is het boel geen huurverhooging te bepalen. Dat heeft niet mijn sym pathie. Ik meon dat de verhohding zoo is en door de gomounto hiervoor geen golden mogen worden be schikbaar gesteld. Het huiB blijft bovendien bene den te klein. De conclusie is geweest een waranda met bovenhuis, maar dan is er nog geen ontvang kamer en ook geen logeerkamer. Er is goargumonteerd dat anders de huur te hoog wordt, maar daurovor moeten we niet vallen. Het is een besluit geweest na gedane overeenkomst. Volgens een gedeelte Van den Raad, of laat ik zeg gen volgens zeer velen is de plaats van de ambts woning niet goed. Een enkele vond de plaats wel geschikt. Ook is geargumenteerd door sommige leden dat het. huis toch te duur wordt en dus het geld er aan be steed toch niet aan de eischen beantwoordt. Boven dien zal het huis voor een eventueelen opvolger veel te duur word-en. De huur is reeds ongeveer een vierde van de jaarwedde. Daarom meen ik d^t bet niet gewenscht is er meer geld aan te besteden. Voor me zelf merk ik op dat de gemeente het moet financieren en dan is eerder gezegd, aat de gemeen te bij verbetering van woningtoestanden, goed de finaniieele zijde moet bezien. Ik kan me daarvan niet losmaken. Voorzitter wil er de woningtoestanden in de ge meente liever niet bijhalen. De besprekingen wor den evengoed ruim genoeg gegeven. De heer Zeeman: Het kost de gemeente jaarlijks 2 300 gulden en dan dient de vraag gesteld of de j gelden op de juiste wijze in het belang van de ge- i meente worden besteed. Daarop zal in de gemeente terdege worden gewezen. Voorzitter. Toch durven de wethouders ten volle met he% voorstel te komen. Al is het dan, zegt spre ker verder, niet in het directe belang van de ge meente, dan toch wei in het belang van den burge meester. De heer Zeeman: Ik wil toch releveeren dat ik me er niet voor kan verklaren. Als zoo de finan- tieele zijde bekeken wordt, meen ik dat de wethou ders bezig zijn aan het vhrkeerde einde te begin nen in het belang van de gemeente. Ik verklaar me er tegen, tenzij de meerdere kosten geheel on dergebracht worden in een verhoogde huur. De huur 50 pet. van de Jaarwedde. De heer Kramer: Als we aan de andere zijde den toestand bezien, zooals Zeeman het wenscht, ook al zou dan de huur 50 van het inkomen worden, zou ik wel eens willen zien hoe Zeeman er dan tegen over stond. Het zou hier een huur van f 1000 worden of ongeveer 50 pet. van het salaris. Zoo'n eisch mogen we niet stellen. Dan zouden aan andere eige naren die een te hooge huur vragen, ook geen ver wijt mogen maken. Spr. wijst verder op andere ambtswoningen, o.a. van de onderwijzers, welke door het Rijk geregeld is cn aan de gemeente soms beduidende sommen kosten. We moeten er rekening mee houden dat het perceel in den duren tijd gezet is en, dan kunnen we niet het eens ingenomen standpunt blijven inne men. We zouden nog eerder dankbaar moeten zijn, daar het den burgemeester zeer goed mogelijk was op de een of andere wijze de overeenkomst op te heffen. Ik acht het gemeentebestuur als eigenaar van liet huis verplicht te zorgen dat het huis aan redelijke eischen voldoet en in dit geval volkomen gerechtigd de kosten niet op de huur te verhalen. Evengoed als elke particuliere eigenaar moeten we hier de kosten op ons nemen. De heer du Burck: De voorzitter heeft gezegd dat de toestand onhoudbaar is. Ik ben het daar niet mee eens. Als mensch hoeft ioder het recht in een goede woning te wonen, doch als we in de ge meente een vergelijking maken, verkeert de woning an den burgemeester niet in een onhoudbaren toe stand. Gezien de grootte van het gezin, is de toe stand nog wel houdbaar. Er .zal met inbegrip van tariöfwerk ongeveer 2500 gulclen bijkomen. Als we daarmee nu verzekerd zouden zijn dat de burge meester altijd bleef, zou het nog iets anders zijn, doch ik denk dat hij toch wel een geschikte gele heid zal zoeken om uit Zuidscharwoude weg te komen en zoeken naar een plaats waar het natuur schoon mooier is. liet zou dan voor den opvolger een ontzettende huur worden. Het. ligt in de demo cratische lijn, dat elk een zoodanige functie moet kunnen bekleeden en zoo benemen we zeker aan iemand die niet finantieel krachtig is, de gelegen heid. De verhouding van huur en jaarwedde wordt abnormaal. We moeten hier geen nieuwe lap op een oud kleed doen, doch dan nog liever een geheel nieuw kleed aanschaffen. De bijbouw wordt onge veer 30 en ik meen dat de Raad verkeerd doet een dergelijk bedrag te voteeren. Waar de wethou ders hier zoo toegevend zijn, zou ik zoo graag zien uat zo dit ook v^aren als er een verzoek kwam voor; de mindere klasse, en ze meer toegevend waren in zake een voorstel voor schoolartsen of een fröbel school. Als de wethouders in dit opzicht de hand over het hart lagen, als we het eens zoo ver kon den krijgen, dat we.in dit opzicht bij elkaar kwa men, zou ik mogelijk ook hier de handen over het hart leggen. Voorzitter: Doet u het nu maar. T1 Het blijft een lapmiddel. De heer Dijkhuizen: Het blijft een lapmiddel en wordt toch niet voldoende goed. Over een paar jaar zal er weer een voorstel koihen. Als de burge meester niet lang blijft, zal voor den opvolger de verbouw minder geschikt kunnen zijn. Laten we het zaakje nog een tijdje aanzien, misschien dat de burgemeester in dien tijd een andere plaats krijgt. Er is veel tegen dat geld in dat huis te steken. Het zal er weinig door in waarde verhoogen, voor al ook waai; gezegd wordt, dat de plaats niet ge schikt is voor ambtswoning. Voorzitter: Het schijnt dat we een praatje gaan houden over een toekomstigen burgemeester, doch het gaat over de ambtswoning van den tegenwoordig gen burgemeester. Het is een noodzakelijke verbou wing. De toestand is daar lang niet zooals die wezen moet. Als du Burck in de woning geweest was, zou hij moeten erkennen dat de toestand te primitief is. De heer Bekker: Er worden ons woorden in den mond gelegd, die we niet gebezigd hebben. Over on houdbaar hebben wij niet gesproken. Een tevreden man. We kunnen wel constateeren dat we geen tevre- dener man als de burgemeester in het huis kunnen krijgen. Zoo geschikt is de plaats niet tusschen een herberg en de coöperatie. Hij zelf heeft nooit gezegd dat de plaats niet goed is cn hij heeft ook nooit ge zegd dat het onhoudbaar is. maar toch kunnen we het billijken als voor 12 gulden per week meer eischen aan de woning gesteld worden. Hij heeft nooit Veel eischen gesteld. Heb een beetje menschelijk gevoel Als de heeren een beetje menscheïijk gevoel heb- ben. moeten ze begrijpen, dat voor 12 gulden per week een betere woning noodig is. Twee a drie honderd gulden is voor de gemeente geen onoverko melijk bezwaar. De heer Groen: Telkens wordt de zaak vergeleken met andere dingen. Dat van du Burck lijkt mij rn uitdrukking. Dan staat men de belangen van gemoente niet voor. De heeren vergeten ten op zichte van deze zaak dat we eigenaars van het huis zijn en we daar een behoorlijken toestand moeten1 hebben. We vragen 12 gulden huur per week en dan vind ik verbetering noodzakelijk- Ik heb de zaak zoo objectief mogelijk willen bekijken, doch men vergeet, dat we staan als- eigenaars. De heer Zeeman: En voor de finantiën. De heer Groen: Ik had wel1 graag het plan go- Éden, daar nog wel' eon faotor ia, welke verbeterin gen we voor dat bedrug krijgen. De heer du Burck: ik ben het met Groen en jKramer eens, dat we staan ais eigenaars, doch dun anöeten we een vergelijking, inaaen jnet andere bigenaars. Wij staan er anders tegenover, omdat ais de Burgemeester weggaat, wij niet de kouzei van huurder hebben. Do hoor Bekker: Zooveel meer reden, om to (trachten den Burgemeester hier te houden. Zooveel' langer krijgen we de vodte interest. Andera ,zal hij zeker zooveel gauwer zijn foma voorzien. Beter vleien dan wegjagen. Spreker merkt verder op, dat het beter is te vleien dan weg te jagen, al is dit laatste het rechte woord niet. We moeten hier met kwaad geld naar goed geld gooien. De heer Zeeman wijst op de bestaande overeen* komst, die door beide partijen gerespecteerd wordt. Uoü de particuliere eigenaren bekijken het zakeiijk. De heer Groen: Daarom zijn er zooveel krotten. De heer Zeeman: Daarover wil ik wel eens van gedachten wisselen. De zaak staat voor mij zoo, dat^ de rente en kosten er uit moeten. Voorzitter acht het feit zeer eenvoudig. Het is zi. een dringende behoefte, hier aan redelijk ge stelde eischen te voldoen. De heer Zeeman: Ik beschouw de zaak uit een zakelijk oogpunt voor de gemeente. Dat is, dat we moeten financieren. Al is de gemeente eigenaresse ze moet, finantieel bijdragen en dan dient de vraag gesteld, hoe de geiden op zijn best te besteden. Ik kan me er niet voor verklaren. De tijd zal het leeren, dat het weggegooid geld is. Als er een andere Burgemeester komt, moet de regeling on herroepelijk herzien worden. We zouden dingen doen voor een toekomstig, opvolger, die we niet mogen deen. Wethouder Krroon: Ik spreek voor het tegen woordige. De heer Zeeman: Regeeren is vooruitzien. Voorzitter: Voor de bepaalde huur voldoet het huis niet a^n redelijke eischen. We dienen het huis in een eenigszins beteren toestand te brengen. Bestek en teekening komen hierna ter tafel, doch bij eenigo nadere beschouwing blijkt, dat het Een onde teekening is van het huis zooals dit nu is. De nieuwe is niet present. De heer Dijkhuizen: Waarom van de serre geen ontvangkamer gemaakt? Voorzatter: Als de heeren .daar niets tegen heb ben, is dit mogelijk beter. Voorzitter: Ais het besluit valt, zal de raad ifcoch wel het idéé hebben, dat het doel is zoovéél' mogelijk met zoo weinig mogelijk kosten te ver beteren. De teekening kan buiten onze schuld niet worden overgelegd. Ik stel voor de disaussies en •sluiten. De heer Zeeman: De idéé: dit verkoopen en een ander bouwen, lokt dat de wethouders niet aan? In comité is dit naar voren gebracht. Voorzatter: Ik denk, dat dat veel meer zal' kosten. Ik dacht dat dit een groote strop zou worden en cwe daarmee veel1 verder van huis zouden zijn. Ik geloof, dat we dan wel 16 a 17.000 gulden kwijt zijn. Het huis voor het hoofd van de katholieke school te Noordscharwoude komt zonder grond op meer dan 10.000 gulden. De hoéf Groen bespreekt nog de aflossing, waar na de gedachte geuit wordt, om een leening te sluiten met een aflossing zoodanig, dat de laatste aflossing gelijk komt met die van de thans ioo- pende mening, dus over ongeveer 32 jaar. Met i3 st. aangenomen. In stemming gebracht, wordt het voorstel van B. en W. met 4—3 stemmen aangenomen. Tegen stemmen de heeren Zeoman, du Burek en Dijkhui zen. De voorzitter dankt voor de zakelijke besprekin gen. Wel had het hem genoegen gedaan, als het voorstel met algemeene stemmen was aangenomen, doch elk heeft zijn opinie en de besprekingen waren zeer gemoedelijk. Rondvraag. h M I I De heer Dijkhuizen: Het deed me eigenaardig aan, dat ik op mijn vraag straks aan den voorzat ter, de mededeeling kreeg, dat geen inlichting gegeven kan worden, omdat ieder dan maar op tijd moest zijn. Het is wel vreemd, dat telkens op Dinsdag vergaderd wordt en ik dan bijna steeds verkooping heb. Waar de verkoopingen meestal op Dinsdag plaats hebbepi. Het zal' wel toeval; zijn, doch ik vraag 'toch of er voortaan rekening mee gehouden wordt, zoo min mogelijk op Dinsdag te vergaderen. Voorzitter zal het verzoek overbrengen. Daarna sluiting.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1926 | | pagina 7