llititti Nimn-
Mmtit- Mlmllil
WOUDA's
Uitgevers i N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Het probleem van den
Franschen franc.
Feuilleton.
Eenmaal voet aan boord
Blanke Boekweitgort
Binnenlandsch Nieuws.
Dinsdag 22 Juni 1926.
69ste Jaargang. No. 7863.
r b blad verschijnt viermaal por wcok: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag on Zntordog. Dij Inzonding tot 'a morgens 8 uur, worden Advor-
tontlön nog.zoovool mogelijk in hot ooratuitkomond nummer gopluatot.
FOSTRliKliNING No. 23330.
INT. TKLEF. no. 20.
Prijs por 8 maandon fl.05. Losse nu minors 3 cent AD VERTEN»
TlóN van 1 tot 5 rogola f 1.10, iodoro rogel moor 20 cont (bowlj-.^%
inbogropon). Grooto lottera wordon naar plaatsruimte borokond.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN
hl
In ons vorig artikel wezen wij op het gevaar ver
bonden aan de „taktiek van het hakmes" gelijk mi
nister Colijn die ten onzent in practijk gebracht heeft
terwijl wij in het bijzonder op den druk der belastin
gen den nadruk gelegd hebben. Het heeft den schijn
dat ook de Fransche regeering haast geen andore uit
weg ziet dan tot het middel van voteereD van nieu
we belastingen haar toevlucht, te nemen, om op deze
wijze nieuwe bronnen van inkomsten aan te boren
en te trachten daarmee den franc te stabiliseeren.
Maar zij stuit daarbij op zeer bijzondere moeilijkhe
den gelegen in de eerste plaats in de gebrekkige tech
niek van de Fransche wijze van belasting-inning,
maar ook in den principieelen afkeer van den
Franschman om van een gedeelte van zijn bezit of
inkomen ten behoeve van schatkist afstand te
doen. Een feit is het dat de Fransche burger in door
snee spaarzaam en daarmee op het zuinige af aan
zijn bezit gehecht is, zoodat wij al een heel slecht
beeld der Fransche mentaliteit krijgen, wanneer wij
na eens een kijkje genomen te hebben in het nacht
leven van de „vifle lumière" ons verbeelden dat wij
ru de- Fransche psyche kennen! De Fransche regee
ring is tot het heffen van nieuwe belastingen overge
gaan. nadat zij eerst het socialistische voorstel eener
kapitaalheffing met kracht van de hand gewezen
had. In principe zal. niemand kunnen ontkennen dat
dit eigenlijk het meest juiste middel zijn zou om de
geleden kapitaalverliezen tot uiting te brengen in den
vermogenstoestand der bezitters en om den Staat te
ontlasten van ^en deel der ondragelijke uitgaven van
rente en aflossing, maar wat na al wat wij hiervoor
opmerkten, de gevolgen van een dergelijke maatre
gel in het renteniersland Frankrijk (reeds zoo zwaar
gedupeerd door de waardeloosheid dor oude Russi
sche beleggingsfondsen, hetgeen den ouden vriend
maar nooit vergeven isl) zijn zouden, ligt voor de
hand: totale vernietiging van het laatste restje ver
trouwen, nog met den moed der wanhoop in het
eigen land vastgehouden, met als gevolg - de debacle
in haar vollen omvang, gelijkstaande met het finan
cieel bankroet der natie. Het groote gevaar eener ka
pitaalheffing voor het Fransche financieele vraagstuk
ligt hierin: een crisis, door zuiver psychologische
oorzaken ontstaan-, kan niet met verwaarloozing dier
oorzaken met gebruikmaking van welk middel dan
ook, worden weggenomen, laat staan door een mid
del als dit, waardoor die oorzaken nog worden ver
meerderd in plaats van opgeheven.
Hetzelfde geldt, voor een oplossing die zoo eenvou
dig i9 dat zij eigenlijk geen oplossing is; een oplossing
waaraan ieder leek in financieels vraagstukken ter
stond zal denken, maar die toch door niemand min
der dan den grooten Engelschen econoom Keynes (den
beroemdèn schrijver van .,de economische gevolgen
van de vrede"), verdedigd is, namelijk Gods water
over Gods akker laten loopen. Hoe lager de franc
te staan komt, hoe beter voor den Staat als schulde
naar van zijn burgers; wat het buitenlandsche pro
bleem den wisselkoers aangaat, meent Keynës
dat dit eveneens vanzelf in orde komon kan, wan
neer de Banque de France zich slechts verbindt om
gedurende minstens twee jaar buitenlandsche valuta
tegen francs in onbeperkte hoeveelheid tegen een
vasten koers beschikbaar te stellen, zoo noodig
door export van goud* Wat moeten wij van
die ..oplossing" denken? Prof. Keynes heeft eens ge
schreven: in currency matters it is difficult to distin-
guish between paradox and truth"., welke woorden
als het ware thans op zijn opvatting der Fransche
financieele 'kwestie kunnen worden toegepast. Want
klinkt het niet paradoxaal, wanneer wij een eco
noom van wereldreputatie als Keynes doodleuk in
flatie hooren verdedigen voor .een land dat met in
flatie heet to kampen, inflatie „voor don staat in het
geestèlijke, wat de pest is voor het lichamelijke", zoo
als een staatsman eens gezegd heeft. Dat van Gods
water over Gods akker laten loopen tot doorinflatio-
neeren, zooals destijds in Duitschland is geschied,
een kleine stap is, zal iedereen duidelijk zijn, even
zeer als het feit, dat dit tegenover de binnenlana-
eche schuldeischers van den Staat, nota bene zijn
eigen burgers, met opzettelijke contractbreuk te
kwader trouw gelijk staat! Het is eenvoudig onbe
grijpelijk dat dit door Keynes zoo maar uit het, oog
verloren of anders zonder meer voorbijgegaan wordt.
Ten aanzien van de kern der heele kwestie, het ver
trouwen van de natie in het eigen betaalmiddel, zou
dit natuurlijk tot nog funester, in elk geval nog snel
ler werkende gevolgen leiden dan een kapitaalshef
fing. zoo zelfs, dat ook de Fransche socialisten die
het laatste middel voorstaan, zich met. hand on tand
tegen verdere inflatie en „laat maar waaien" denk
beelden zijn blijven verzetten, hoewel men zoo op
pervlakkig zeggen zou dat toch alles op de „rente
niers", de „arbeidslooze inkomens" neer zou komen,
daar de loonon met het toenemen der inflatie wel
betrekkelijk evenredig zullen verhoogd moeten wor
den. Dit is echter slechts een schijnbare tegenstrij
digheid; de Fransche socialisten zien immers op dit
punt verder dan Keynes en ook verder dan hun neus
lang is, daar zij hun leer van den klassestrijd ten
spijt zich er zeer wel van bewust zijn, dat zeer veel
Fransche proletariërs, wien,ook de zuinigheid en
spaarzin aangeboren is, kleine rentetrekkertjes zijn
(b.v. door inlagen op de Rijkspostspaarbank) die op
deze wijze in evenredigheid nl. door hun groote
aantal nog zwaarder zouden belast worden dan
het grootkapitaal dat van inflatie zooals hierboven
aangetoond, meer voordeel dan nadeel heeft.
Prof. Keynes oplossing voor het buitenlandsch pro
bleem is geïnspireerd door zijn bekende denkbeelden
dat het goud in de wereld als waardemetèr moet
verdwijnen. Het absoluut, verdwijnon van den Fran
schen goudvoorraad (gesteld al dat de Banque de
France twee jaar lang in staat zou zijn in opbeperkte
hoeveelheid goud af te gevenl) zou door Keynes in
hot^ geheel niet betreurd worden, als daarmede het
vertrouwen van het buitenland, speciaal Amerika,
kan worden gekocht;voor het binnenland heeft vol
gens Keynes het goud geen waarde. Wij' zullen hier
moeten volstaan met neer te schrijven dat wij' het
met de meenihg van Keynes over de waarde van het
geld (een ontzettend moeilijk en ingewikkeld pro
bleem) niet eens zijn, dat voor ons de waarde van het
papiergeld ook als „geld" niet bebtaat, maar dat) die
waarde tot het metaal van bet metaalgeld, speciaal
tot het goud als in laatste instantie waardeschep-
.pend moet, worden teruggeleid. Men behoeft daarom
nog geen aanhanger te zijn van het z.g. „currency-
principle" dat in tegenstelling met het „banking-prin-
ciple" eischt dat de banknoten voor 100 pet. door me
taal gedekt zijn. Immers ook bij het banking-prin-
ciple is de inwisselbaarheid van het bankbiljet, mits
er een behoorlijke metaaldekking aanwezig is, niet
alleen juridisch, maar ook feitelijk volkomen gefca-
VAN RIJSWIJK'S
SCHOENHANDEL. SCHOENMAKERIJ.
UITGEBREIDE KEUZE.
PRIJZEN UITERST BILLIJK.
IR
8WÏV7S
UIVELBAMK ALKMAAR
ZITDAG SCHACEN
CAFÉdcBEURS
OOHDFBDAC*.r MAAND
mannen afgewerkt, omdat zij tenslotte te klein blo
ken; als wij 'dit schrijven is juist Póret wser afgetre.
den. Inmiddels daalt de fran&, en zij', die voorspellen
dat het ermee gaan zal als met de mark' geschied is,
nemen in aantal toe. Wij behooren niet tot diegenen,
omdat het voor ons vaststaat dat het plan van Key- -
nes in Frankrijk nimmer weerklank heeft gevonden,
terwijl daarentegen de Duitsche financieele politiek
onder Helferich's invloed op zijn zachtst uitgedrukt
•niet geheel van voorbedachte rade vrij' te pleiten is
geweest: Dit moge Duitschland er per slot van reke
ning bovenop geholpen hebben, de Gallische geest is
nu eenmaal anders dan de Germaansche en daarom
zou bet Frankrijks ondergang beteekenen kunnen.
Maar de geschiedenis leert ons dat als voor bet Fran
sche volk de nood bet hoogst is. de redding nabij is.
Dit is een geloof, maar het» kan den vrienden van
Frankrijk niet ontnomen worden.
Helder, 17 Juni 1926.
Mr. M. V. POLAK.
17.
door A. S. M. HUTCHINSON,
Voor Nederland bewerkt door
W. J. A. ROLDANTJS Jr.
i?? deed een langen trek aan zyfni sigaar en
inhaleerde dien. De kans op een Onverwacht en
brutaal optreden had hij nu.
,,0, het zal: bij mij nog wel later worden. Lemmy
Moss_ geeft een fuif. We hebben een bdBard-match.'
Uitstekend. jongen, Ik zal het personeel1 naar
Earls Gourt laten gaan dat heb ik ze a«li zoo
lang beloofd.
ihjh floot vrooBjk, toen1 hij1 in den omnibus naar
de City stapte. Het was ongetwijfeld een pfactht-
gelegenheid.
Om acht uur kwam hij weer thuis; heel fltil1
kwam hij binnen.
„Het gas in denl hall' brandde laag. Onder de
bibliotheekdeur glansde een sterkeer licht. Bob deed
de deur open.
Mary lag met een boek makkelijk in een fauteuil.
Ong e twij feld was het een prachtgjelegenihei d
loen zjj hem binnen hoorde komen, sprong zij
met een gill'etje_ op. „Lieve hemel!" riep Zij dit.
„Wat hebt u mij laten schrikken."
duwde de deur open. Hij lachte. „Heusch?"
Hjj kwam naar haar toe. „Bent u heaiemaal alléén?
Wat een schande!"
„Minne is in de keuien, jrelöof ik. Mre. Charter
neetfc gezegd, dat u met thuis zoudt zrijn vanavond
„Wanrom denkt u, dat ik thuis grakoman ben?"
„Dat -weet ik met."
„Om u te spreken."
Zij lachte zenuwachtig' en wilde langs hem heen.
Bob deed een stap aohternit naar de deur om
haar te beletten weg.te gaan. „Vindt u dat'niet
attent van me?
„Ik weet niet wat u -.bedoelt. Het was niet
noodig."
„Wat! Niet noodig? U heefemaal alleen, ter-
wi]l de anderen aan het gemeten zijn."
„Ik genoot ook. Een lange avond met een boek."
Voor Winkeliers bij Gross.
v.h. M. DE HAAS te Alkmaar.
randeerd in zooverre, dat het blijkens inductief ver
kregen gegevens pTactisch niet mogelijk is dat alle
houders tegelijk al hun bankbiljetten tegen baar geld
zullen inwisselen.
De Fransche valuta is gedaald omdat de, Fransche
Bank haar niet langer op goudpeil heeft kunnen
houden als laatste oorzaak in een keten die aanvangt
bij de vrees van het publiek in verband met de
enorme binnenlandsche en buitenlandsche schuld
en de onverhaalbaarheid van de als compensatie
daarvoor bedoelde eveneens enorme schadevordering
op Duitschland. De Fransche Bank stond hier een
voudig voor een moeten, nl. haar historische taak ver
vullen den Franschen Staat den strijd in den
ruimsten zin des woords mogelijk te maken. Dat
zij desondanks haar in verhouding tot het enorme
cijfer der biljettenuitgifte erg geslonken goudvoór-
raad heeft weten vast te houden moge haar tot eere
strekkenI Wij zijn nu gekomen aan onze conclusie
wat betreft het Fransche geldprobleem. In de eerste
plaats zagen wij reeds dat deze crisis is een vertrou
wenscrisis en wel ontstaan in verband met de on
verhaalbaarheid der vorderingen op Duitschland.
Vervolgens1 wil bet) ons voorkomen dat in de Fran
sche begrooting de lasten absoluut verkeerd ver
deeld zijn; wat men nu doet is trachten de buitenge
wone schuld van vroeger uit het gewone jaarlijk-
sche budget te dekken, hetgeen tot eon jaarlijks
weerkeerend enorm deficit leidt. Wat maakt dit nu
uit, zal men mij1 tegenwerpen, maar o.i. is vooral
noodig duidelijkheid en overzichtelijkheid, want on
duidelijkheid leidt tot angst en wantrouwen. De
thans geldonde belastingen zijn volgens de finan
cieele experts meer dan voldoende om de loo,pende
staatsuitgaven te dekken; we moeten deze weten te
scheiden van de buitengewone schuld waartegen
over de thans weggevallen Duitsche schadevergoe
ding stond. De; bron van bederf van het ruilmiddel
ligt hier dus niet in een tekort op de gewone be
grooting, zooals wij dat gekend hebben; daarom al
leen, al moet de taktiek van het hakmes voor Frank-
rijk veroordeeld- worden, welke taktiek ook de poli-
I tieke lijdensgeschiedenis van het land nog erger ma
ken zou. Frankrijk moet daarom trachten de franc
te stabiliseeren door een leening gesteund door goud
reserve van de Banque de France en alles doen om
het vertrouwen van bet publiek te herwinnen, waar
mede een dergelijke leening slaagt of valt. Politiek is
de ondergrond van deze crisis, politiek is het Jaatste
woord in deze. Frankrijk beleeft in nog erger mate
dan wij gedaan hebben een crisis van bet parlemen
taire stelsel naast zijn financieele en economische
crisis. Of het die crisis zal te boven komen is een
vraag, die eigenlijk over ons heele probleem beslist.
Frankrijk heeft geen Colijn noodig, maar een kundig
financier, die door de politiek met rust. gelaten
wordt, geen dictator, maar een onafhankelijk staats
man. geen gevreesde geweldenaar, maar een persoon
lijkheid die door de geheele natie geëerbiedigd en
vertrouwd wordt. Langzamerhand zijn alle „groote"
EEN GESCHENK VAN DE GRIEK SC HE REGEE
RING AAN KONINGIN WILHELM INA.
Mem schrijft uit Athene aan de „N.R.Ct.":
Ter gelegenheid van het zilveren huwelijksfeest
van onze koningin, is bij de Grieksohe regeering het
plan opgekomen, van haar kant een bewijs te geven
Van de bijzondere hoogachting en opreonte bewon
dering, die het Grieksche volk koestert voor onze
geliefde vorstin.
Men is er op uit geweest iets geestelijk grooto
te geven, iets van het beste dat men bezit. Aai*
de keuze van het geschenk, een, in Olank Pende-
lisch marmer, door een' van de beste kunstenaars
van Jong-Griekenland gehouwen weergave van het
beroemde Ele.usinische Relief, moet een bijzon
dere beteekenis wordetd toegekend. 'Men heert onze
Koningin erdoor willen eeren als vredesvorstm, als
de ijverige bewonderaarster van. de werken des
vredes, van de welvaart van haar volk.
Evenals in overoude tijden de jonge koning Trip-
tolemos door goddelijke tusschemkomst in staat
gesteld wérd tot onuitsprekelijk heill vam zijn volk
te zijn, zoo is 'ook onze koningin een. zegen voor
haar volk geweest.
Door den beeldhouwer Dimitriades -is mü dat
eeuige weken geleden zelf uitgelegd. Men had mij
in do gelegenheid gesteld zijn kunstwerk op zijn
atelier te zien, voordat het voor de verzending in
gepakt zou worden.
Zooals békend is, stamt het El'eusinisohe Belief*
waarvan liet origineel, dat in 1859 in Eleushs ge
vonden wérd, zich in hefcr Nationale Museum ta
Athene bevindt, uit de vijfde eeuw vóór Christus*
Het stelt de godin Deineter voor met lange lakken,
die een .voor haar staatnden, naakten knaap, ko
ning., Triptolemus, hot gouden zaaikorem overreikt,
waarvan het geheim voordien aan de menschheid
verborgen' was. Tegelijk wordt Triptolemus door
"ar Pers
hone met een krans ge-
Zij was achteruit gegaan, toen hij, al; sprekend,
dichter bij haar kwam. Nu was de fauteuil, waarin
zij gezeten had,, alleen nog tusschen hen.
„O, boeken! Boeken zijn onzin." Hij liep den
fauteuil' om.
Zij ging nog meer achteruit; was ingesloten tus
schen den haard en een laag tafeltje.
Bob Bet zich in den fauteuil vallen; keek haar
brutaal aan. „Kijk eens, ik wil, dat u ook eens
iet. kam u halen voor een variété of iets
iJimitriau.es neeit net in i
gineele .grootte, zeer gelukkij
telde mij, dat hij nog aLmc
dat hij het geschikte biok m.
Demeter's dochter
kroond. Het beeld is £18 M. hoog en 1^2
breed en is een van de schoonste overblijfselen uit
de klassieke oudheid.
Dimitriades heeft het in forsche vormen, in on
gelukkig nagebootst. Hij ver-
k moeite gqh.ad had, voor-
r—-'t marnier voor zijn kunst
werk gevonden had. Tweemaal' was- h^t marmer,
zooals veel' voorkomt, by de behandeling' gebarsten.'
en was hy genoodzaakt Zijn arbeid opnieuw aan te
Vangen. Dit was de reden, dat hij later dan eerst
de bedoeling was, was ldlaar gekomen. Op het
zilveren huwelijksfeest van dé koningin had de
toenmalige Grieksche gezant in Den Haag, alleen
den gipsafdruk van het rdSef aan H.M. kunnen
.aanbieden/Thans is 't marmoren beeld echter ge
reed. En thans meldden de Grieksohe bladen, dat
het met de „Saturaus" van de K.N.S.M. naar Ne
derland is verscheept.
tij strekte een voet uit; raakte haar aan'.
Zij ging, zichtbaar zenuwachtig, achteruit tot
den schoorsteenmantel'.
„Vindt u dat niet prettig?"
„U weet, dat het onmogelijk is."
Bob ging niet op haar woorden In. Dit was het
zelfde wantrouwen, dat de man uit Wimbledon had
moeten bestrijden.
„We gaan vroeg weg, soupeeren ergens en zijn
voor half twaalf weer 'terug,. Wie zai er achter
komen? Nu?
„biet is heel vriendelijk van u. Ik weet, dat u
het vriendelijk bedoelt."
„Natuurlijk
„Maar ik doe het Bever niet."
„Bent u bang?"
Zij was radeloos bang. Haar gezicht, het beven
van haar hand, waar die tegen den muur gedrukt
was, 't stokken van haar stem verrieden haar angst
Zij was bang voor dien1 grooten jongen man, die zoo
vertrouwelijk deed.
„Het zou niet goed zijn," Zeide zij flauwtjes.
Bob ging rechtop zitten. „Is dat alles?" lachte
hij-. Zijn handen lagen op de armen van den fau
teuil en hij wildé zich naar aar toe duwen.
Zij zag haar fout in. „Neen," riep zij vlug,
neen; ik zou in geen geval met u meegaan."
Een schaduw gleed over Bob's gelaat. „Wat
bedoelt u?"
„Ik bedoel wat ik zeg. Laat me voorbij."
„Ik wil een vriend van u z\jn, waarom staat
u mij dat niet toe?"
„Laat me, als het u blieft, voorbijMr. öharter."
Bob gingachterover liggen. „Ik houd u niet
tegen, wel?" lachte hij.
Zij aarzelde een oogenbBk. De doorgang tussehen
het tafeltje en den fauteuil1 was nauw/jMaar in
derdaad hield hjj haar niet tegen voor zoover
dat te beoordeelen viel.
Zij nam haar rokken in haar linkerhand; ging
Inaar voren: was" bijna voorbij den stoel', vóór hij
zich bewoog.
I Dan stak hij een hand uit, greerp haar pols
en trok haar (naar zich toe.
j „Nu!" riep' hij.
Zy gaf een gilletje; trachtte zich los te rukken.1.
Bob lachte; trok krachtig aan baar arm. .Zij stond'
zij délmgs van hem - verloor door den plotseling
gen ruk haar evenwicht en tuimelde half over
den stoel.
Haar gezicht viel' tegen het zijne, doe®: hjj was
slechts in staat haar een halven zoen te geven, toen
zij zich vrij gerukt had en door de kamer vluchtte.,
Maar die omarming van haar lxad Bob's harts-
to'C'ht opgewekt. Hij sprong haar na, greep haar,
terwijl rij met
tegen zich aam.
slot ^ïosrrelcLe, drukte haar
Een oogettxblïk worstelden zij; hij haar polsen
grijpend1 en zich tegen haar aandrukkend.
Met de bedoeling haar middel te omvatten,
liet hij haar iets los. Maar de angst maakte haar
vlugger. Haar uitgestrekte .armen hielden1 hem een
heel' kort oogenblik op een afstand; dan, toen hij
ze. neersloeg, gaf zij hem een harden klap in
z^jn gezicht, die hem met de hand aan
zijn wang een stap terug deed tuimelen.
Mrs. Charter deed de deur open.
»,0, hij heeft me gezoend! Hij heeft me gezoend*
nep JVIary.
„Jij-duivelsche-kleine-leuglein'aarstier'', zeide Bob
heel langzaam.
Mts. Charter keek Mary met wreede oogen aait
„Het is gelukkig," zeide zij koud, dat ik zoot'ni
hoofdpijn had. dat ik naar huis moest. Ga naar
uw kamer, Miss."
We kunnen de brug over spoeden.
HOOFDSTUK LTI.
Excursies in Kefde.
Zaterdag was de dag, volgende op deze scène
George op een omnibus, die hem naar Re-
gent's rark bracht, was in een stemming, die
(harmonieerde met de vrooBjke frischheid, welke
Mezen Septemberochtend iets lehte-achtigs gaf.
1 Een w^ek van verschroeiende hitte, waaronder
Londen gekreund en gehijgd had, was uit de her
innering weggevaagd door een nachtelijke donder-
bui, die koele stortbuien op de straten neergfe-
stort had. De atmosfeer was geheel' gezuiverd en
verkwikt; het stof als bij tooversilag verdwenen;
Londen's werkers, naar en uit hun korven zwer
mend, schenen ook geprofiteerd -te hebben door
i den regen1, die hun wangen kleurde, hun oogen deed
schitteren, hun ledematen verjongde, hun een
nieuwe veerkracht van beweging gaf.
Van af zijn bus; ving George menigen stralendecn
blik van uit de dieptemi van vrooBjke luchthartig
heid, die zijn ziel' vervulde. Dicht bij 't Park stapte
hij uit om ihkoopen te dioen. In een bakkegswinkél!
kocht hij krentenbollenhaver voor Angela en David,
die vurige vossen; bij een bloemist de roodste
roos, die in den winkeL te vinden waè.
Mary kreeg bij iedere ontmoeting een dergelijke
roos. Zij kon_ die niet medenamen naar Palace
Gardens zij zou niet bloeien onder Mrs. Ghar-
ter's nieuwsgierigheid; maar zoolang zij samen
waren, droeg rij die op haar boezem; en George
placht haar Befdevol mee naar huis te nemen en
zette haar in een vaasje, om hem onder het wer
ken te inspireeren.
Het is bijna zeker, dat een' dergelijke rol' er een
is, waarvoor bloemen speciaal bestemd worden
Nadat die vurige rossen, David en Angela, be
hoorlijk getraind, geroskamd en op stal gezet wa
ren om hun krentenbolletnhaver te eten, begon Ge
orge dadelijk over de zaak, die in Zijn hart zong.
Waar hij met zün Mary zat, waren zij beschermd
voor hinderlijke blikken. Zij had haar hand
schoenen uitgetrokken en George gaf op haar han
den, die in haar schootlagen, een vertrouwelijk
tikje. Het was het tikje van den' dirigeerstok,
waarmede de kapelmeester zijn orkest, samenroept
want George wilde een Bed doen weerklinken
in het volste vertrouwen, dat de snaren van beide
instrumenten, die de noten moesten geven, in een
volkomen harmonie waren.
„Mary weet je waarover ik ga praten?" zeide hij.
Zij was dien ochtend wat stil geweest, vond hij
antwoordde niet, maar glimlachte.
Wordt vervolgd