Beleefd aanbevelend, BOEKHANDEL TRAPMAN 4 Co.,
4\
DE STAATSBEGROOTING
van 1927.
Rijke sorteering Jongens- en Meisje
boeken. Romans, Kinderboeken
Vulpennen, Vulpotlooden, Schooltasschet
Actentasschen, Atlassen, Woorden
boeken, Kookboeken, Liederboeken ei
tallooze artikelen meer.
TAPVERBOD.
Nagekomen Berichten.
Tweede Kamer
f,
Voor SL Nicolaas
"van jden hoer Kramer do buitengewoon mooilhko
muziek op uifcneniendo wijze ben gelioore brengt. I)e
instrumenten in hot orkest vertegenwoordigd, bren
gen hun partij naar voren on ook de samenwerking
na goed. Hot euooes der film is zeer zeker ook groo
tendeels aan het orkest te danken.
Wij twijfelen niet of ook' in Schagen zal het
Theater Royal vol' loopen. vooral Ook, omdat de
directie kosten nooh moeite heeft jfeepetard, om
de film met de vereisohte muzikale illustratie op
te voeren. Ook hier zal' een daarvoor geëngageerd
lorkest de uitbeelding vervolmaken.
EEN TOONEELCURSUS.
Zondagmorgen werd in de voorzaal van het
Noordhollandsch Koffiehuis de eerste tooneelcursus
van den Bond van Dil. Tooneelver. in Noordholland
gegeven door den heer H. J. van Wielink, leeraar te
Zaandam.
De heer Van Wielink stelde op den voorgrond, dat
woord en gebaar de middelen zijn, waarmede een
tooneelwerk wordt uitgebeeld; tooneelaankleeding en
grime komen slechts op het tweede plan. Hij stelt
zich voor dezen ochtend alleen te spreken over een
buitengewone moeilijkheid voor dilettanten n.1. de
dictie, dat is: zegging; het zeggen n.1. van 't geschre
ven woord, waardoor, het weer^gaat leven, zooals het
iets levends geweest is in de gedachten van den
schrijver. En dan Iaat hij hierbij ook rusten de zui
vere uitspraak van Nederlandsche en vreemde woor
den. Het is de taak van den regisseur te zorgen, dat
de uitspraak juist is.
Waarover spr. het wil hebben is het levend woord
van den vertolker, dat alleen leven kan krijgen wan
neer deze zich weet in te denken in de gedachten
en gevoelsfeer van den schrijver. Elke kunstenaar
heeft in zich voelen ontstaan zijn kunstwerk en wan
neer dit in hem volgroeid is en zijn innerlijke drang
het hoogtepunt bereikt, dan uit hij zich, hetzij in
kleur, lijn, vorm of woord. Zoo ontstaat-ook het too
neelwerk van den schrijver-kunstenaar, ook dit is
een uiting van de hoogste bewogenheid, de diepste
ontroering.
Een belangrijke taak van den tooneelspeler is nu
het treffen van het juiste rythme, dat men zou
kunnen noemen geobjectiveerde ontroering. Uit
eenige mooie gedichten van Adema van Scheltema
en Guido Gezelle, uit proza van Multatulli en een
tafereel uit „Op Hoop van Zegen", laat spr. het ver
schil in rythme, als gevolg van verschil in inner
lijke ontroering hooren. Wanneer een tooneelschrij-
ver zich tot schrijven zet, dan is hij innerlijk be
wogen geweest en in zijn stuk brengt hij 't levens-
rythme, dat de speler in staat moet zijn zich voor te
stellen.
Spr. sluit met een opwekking om zich vooral te
oefenen in goed voordragen ook van gedichten.
Enkele spontane uitingen van de hoorders maakten
hot den voorzitter al zeer gemakkelijk om als tolk
der aanwezigen den inleider te danken voor de
mooie en leerrijke les.
Deze tooneelcursus is een eerste stap geweest in
een geheel nieuwe richting voor ons dilettantentoo-
neel. Daarom te meer valt het te betreuren, dat de
opkomst niet grooter was. Zeer zeker valt hiervan de
schuld voor een groot deel op het ongunstive weer.
Misschien ook op het „nieuwe"? Als we het woord
dilettant mógen vertolken door „iemand die lief
heeft", dan zullen zeker bij een volgenden cursus
weer noch schroom de „liefhebbers" van een bezoek
terug houden; dan zal de zaal van den heer Zwaag
nog te klein blijken, immers: bijna elk dorpje in
onze omgeving heeft zijn „dilettanien"-tooneel en de
Prov. Bond is gastvrij.
ELECTRICITEITSLEER.
Woensdag werd in onze U.L.'O. de laatste les ge
geven in eléctriciteit door den heer Memelink. Jam
mer dat het ongunstige weer eenige tróuwe bezoe
kers van den cursus hadden belet deze laatste les
bij te wonen. Ze hebben heel wat gemist, want de
lichtbeelden, die werden vertoond, gaven alles nog
eens weer wat behandeld was en werden hier en daar
nog eens extra door den heer Memelink toegelicht.
Twee zeer aardige films tot slot toonden aan, dat de
energie verrieden. Vooral de sterke kin en de vast
beraden mond getuigden van die eigenschappen.
In zjjn oogon was een vriendelSjko glans, maar die
sprekende, donkpre oogon konden doordringend kji-
kon en menig schuldig man had voor hun blik
de zijne reeds moeten neerslaan. Iloldau had in Ber
lijn rechten gestudeerd, waarbij hij zich speciaal
op strafrecht nad toegelegd, maar hij had ook bij-
zondore studie van scheikunde gemaakt en aan het
eind van zijn studietijd de algemoene aandacht
uioh gevestigd door een scherpzinnig proefschrift
over imnkto tietten vervaJ&oliing*. Door «ijn neigin
gen gedreven had hij een loopbaan bij de politie
gekozen, waar hij het door Zijn groote bekwaam
heden al spoedig tot recherche-oommissaria ge
bracht had. Daar hem, naarmate hij ouder werd,
het ambtelijk gareel ©enigszins begon te drukken,
•had hij den dienst verlaten en aLon. gevestigd, of
ficieel alk advocaat; maar de aard van de ziaJcen,
waarin hij als verdediger werd aangezocht, bracht
mede, dat zijn praktijk meer op die van oen detec
tive dan op die van een gewonen advocaat in straf
zaken leek. Tjnouwens hij genoot een internatioinalb
vermaardheid en zijn avontuurlijke geest vond be
vrediging in de gecompliceerde gevallen, die hem
soms naar allë vijf de werelddoelen voerde®. Ook
de rechterlijke autoriteiten maakten soms nog ge
bruik van zijn diensten. Hij was nu tuasohen de
vijf en veertig en vijftig jaar ond.
HbMji.il luisterde onbewogen naar hot gedetail
leerde relaas van Schei blingen, dat af en toe aan
gevuld werd door interrupties van Berndorff. Af
en toe knikte hij of maakte hij een paar notities.
Het verhaal' van Scheidingen duurde wel drie
kwartier, zonder dat Holdau hem ook maar mot
één woord in de rede was gevallen.
Nadat Scheidingen uitgesproken had, nam hij
het woord, op rustige®, maar beslisten toon:
Ik ben het volkomen met U eens,# collega
Berndorff, dat Ramsau niet de.Schuldige is, maar
ik ben het ook met Voïïrad eens dat de moorde
naar niet op eigen initiatief heeft ge
handeld. Ik 'heb nr. 24 goed gekend, het 6pijt
me dat hij dood is. Het was een kerel', die op
zijn mm'er zijn l>eroep fatsoenlijk uitoefende, die
er een zeker soort eerlijkheid op na hield en nooit
een kameraad bedr-og of verried. Als hij was b'ij-
ven leven zou hü zijn opdrachtgever nooit 'Jiebben
verraden, als die het overeengekomen Toon eerlijk
tegenwoordige samenleving niet meer zonder electri-
citoit kan bestaan en ze belichtten 't nut en gemak
van electriciteit op zeer overtuigende wijze. De heer
Memelink dankte aan het einde de cursisten voor
hun betoonde belangstelling, de voorzitter der afdoe
ling Schagen van het N.O.G., de hoer v. d Laan van
Dirkshorn, dankte den heer Memelink voor de on
derhoudende wijze waarop hij de lessen had gege
ven, lessen, die teer zeker hun nut zullen brengen
voor het onderwijs in de school, Een dankbaar ap
plaus van de aanwezigen onderstreepte de hartelijke
woorden van den voorzitter. De lessen hebben weer
bewezen, dat het Provinciaal Electrisch bedrijf alles
doet om het gebruik van electriciteit onder alle la
gen der bevolking ingang te doen vinden.
De Burgemeester der gemeente SCHAGEN;
Gelet op artikel 9 der Algemeene Politieveror
dening voor die gemeente;
BRENGT TER ALGEMEENE KENNIS,
dat het op 10 December 1026 verboden is van 8H tot
11K uur voormiddags, in verband met de alsdan te
houden inlevering van rijksgoederen, inde ge
meente alcoholhoudende dranken te tappen.
Schagen, 16 November 1926.
De Burgemeester voornoemd,
J. CORNEL1SSEN.
liet, maAktc zijn rede niettemin een zeer optimLsti-
schon indruk. I lij s deelde o.a. mtxle, dat de balans
dor moatïio}iappij in 1926 in geen geval met een na-
doolig saldo zou sluiten, in weerwil van hot feit, dat
rente, dividenden, belastingen, eto. bijna één mil-
liard M. bedragen,.
De maatschappij zal in staat zij het bedrijfsleven
vérgaande tariefoonoessies, te doen. Zij is daartoe
niet in de laatste plaats in staat gesteld, door de
gevolgen der Engelsche mijnstaking, Welke spr. een
ongelooflijk gesenenk voor de spoorwegmaatschap-
DE ZUTDERZEEVISSCHERIJIIA-AD.
De Zuiderzoevissolierijraad heeft dezer dagen te
Enkhuizen vergaderd onder voorzitterschap van het
tijdelijk hoofd, van het le, 2e en 3e visscherü-
distriot. De raad stelde tot zijn groote teleurrftel-
ling en verontwaardiging vast, dat de artikelen
5 enz. van do Zuiderzecsteunwet nog niet in wer
king zijn gestreden, hoewel een oommissie uit de®
raad reeds in hett voorjaar bij den minister van wa-
terstaat^orop had aangedrongen, dat deze artikelen
spoedigin werking zouden tredon, omdat Zloh
reeds in verscheidene plaatsen de gevolgen van de
-voorgenomen afsluiting van de Zuiderzee en de
reeds uitgevoerde werken deden gevoelen.
Er werd besloten, nogmaals een audiëntio aan te
vragen bij den minister van waterstaat en met klem
aan te dringen op het spoedig, in werking stel.en
van de gehoele Zuiderzeesteunwét. Tevens zal bij
deze audiëntie nogmaals verzocht worden, uitbrei
ding te geven aan het aantal viseahers, dat zitting
hoert in de-generale commissie.
Verder kwam heb onderwijs aan Zuiderzieevis-
sohers en hun kinderen ter ^sprake, en er werd be
sloten, aan de generale oommissie ,te verzoekosn,
zoo spoedig mogelijk maatregelen te nemen, opdat
dezen winter in verschillende plaatsen, waar er be
hoefte aan blijkt te Zijn, kosteloos een herhalings
cursus van heb .lager onderwijs aan Zuiderzoe-
vissöhers zal kunnen worden gegeven.
Tevens werd besloten, de generale oomjnissie te
wijzen op tta slechte uitkomsten van do vissoherij
en de gevolgendaarvan in het Zuidelijk gedeelte
der Zuiderzee, Welke sibqhte uitkomsten mogelijk
verband houden met de afsluiting van het Amstei-
diep, door welke afsluiting naar de moening van
de viseahens het zoutgehalte en de waterverdeeling
in de Zuiderzee zijn veranderd.
De bepalingen von hei nieuwe binnenaanvarings-
reglement maakten ook een punt van bespreking uit.
Het districtshoofd werd geadviseerd, in overleg ie
treden met de directie van de Zuiderzeewerken om
ie bespreken, welke maatregelen kunnen genomen
worden, opdat in het a.s. voorjaar bezuiden Wierin-
gen. in de Wieringer Meer en benoorden Medembiik
ongestoord de haring- en ansjovisvisscherij zal kun
nen worden uitgeoefend, zulks in verband met de
daar in uitvoering zijnde werken en het groote
aantal sleepbooten en bakken, dat op die plaatsen
geregeld heen en weer vaart. Hét is de laatste jaren
gebleken, dat genoemde plaatsen voor de haring- en
ansjovlsvisscherlj tot de beste viachplaatsen bo-
hooren.
Tevens werd het districtshoofd geadviseerd, in ver
hand "met het bovenstaande besprekingen te voeren
met de daarvoor in aanmerking komende auloriiei-
ten, opdat het groote aantal visschers, dat in het a.s
voorjaar In de nabijheid van Medembiik «al vlsachen,
in de haven van Medembiik een behoorlijke lig
plaats zal kunnen vinden.
Mot instemming vernam de raad, dat voor het Jaar
1927 weer gelden op de hegrootlng zijn geplaatst
voor het toekennen van een premie voor het dooclen
van zeehonden.
Tenslotte werd besloten,, den minister van water
staat mee te deelen, dat door de slechte uitkomsten
van de visscherlj voor sommige visschers,, speciaal
die uit hot Zuidelijk gedeelte der Zuiderzee, dezen
niet in at&at zijn geweest af te lóssen van het hun
door de credietvereoniging van de Zuiderzee ver
leende crediet, en dat er thans visschers zijn, die de
lomiet van het op te nemen crediet hebben bereikt,
doch voor wie het verleonen van verder crediet noo-
dig is, willen zij hun bedrijf blijven uitoefenen. Den
minister van waterstaat zal worden verzocht, te be
vorderen, dat in dergelijke uitzonderingsgevallen de
•credietvereoniging do vastgestelde grens van het te
verleenen crediet kan overschrijden.
LANGENDIJK.
Do Chr. Historische Kiesvereeniging stelde can-
didaat voor de Prov. Staten in den Kieskring Hel
der den heer J. Kroonenburg te St. Panera».
DE RIJXS&POORWEGMAATSCHAPPIJ IN
DUITSOHLAND.
Do directeur-generaal van do Duiteohe rijka-
spfKjrweg-maatechappij, dr. Dorponiiller, heeft gis
teravond in een uitvoerige rede zijn program voor
do érooorwegpólitiek ontwikkeld.
Ofschoon hij er naar streefde detf toestand der
maatschappij zoo objectief mogeljjk te schilderen
en hjj geen enkele moeilijkheid buiten beschouwing
pij noemde. Tengevolge van deze staking toitcaq
inkomsten der maatsoliappy met moer dan
millioen mark. j
In de maand Augustus overtrof het aantal
gons, dat de maatschappij ter bosohikking der
non stolde, zelfs hot vrodesreoord van 1913.
Ook thans, na het einde der Engelsohe stakin
zullen haar gevolgen zioh voorïoopig nog doen™
voelen^ en volgens spr. zal men nog ten minste
het midden van het volgend jaar voordeel' van <j
staking hebben.
Dit
dag
tent
Dl
had betaald. Een definitief oordeel over de zaak
kan ik natuurlijk nog niet geverl, maar liet Inkt me
om te beginnen niet onmogelijk het bankbiljet
dat Ramsau gewisseld, hoeft, te achter
halen. Maar dat zal meneer ooheiblingen een
hand met geld kosten, want ik zal' met Ramsau,'»
vrienden moeten spelen. Heeft Ramsau een vriend
die me introducooron kan?
Luitenant von Brosowsky zal U zonder twijfel
graag willen meenemen.
Wordt vervolgd.
Algemeene beschouwingen.
Den Haag 17 Nov. Heden werden de algemeene
beschouwingen over de Staatsbegrooting van 1927
geopend door Mej. Groeneweg (s. d.). die op een ern
stige herziening van onze huwelijkswetgeving aan
drong. Het eene oogenblik wordt gezegd, dat wij de
christelijke grondslagen moeten handhaven, terwijl
de regeering het volgende oogenblik weer tot voor
zichtigheid maant. Spr. vindt, dat het tijd wordt,, dat
de rechterzijde nu maar eens zegt. wat zij verstaat
onder christelijke grondslagen van het volksleven.
Spr. voelt de achteruitzetting van de vrouw en spr.
gelooft wel dat de herziening wel vlugger zou gaan,
als het maar alléén de positie betrof van de vrouw
en niet tegelijkertijd dé positie van den man wijzi
ging behoefde.
Spr. keurt het af. dat de man de geheele macht
over de kinderen kan uitoefenen, waarvan zij een
staatje meedeelt betreffende een vrouw, wier man
drankzuchtig was. Spr. vraagt, waar een vrouw in
zoo'n geval niet veel meer is dan een huisdier, of
dit in overeenstemming is met de christelijke opvat
tingen en zij hoopt d^n ook, dat de minister er toe
zal meewerken, dat de wetgeving meer In overeen
stemming met de tegenwoordige opvattingen wordt
gebracht.
De heer Nólens rk.) begint met te zeggen, dat
ofschoon de coalitie van do rechterzijde eenigszins
vleugellam geslagen is. de basis voor samenwerking
toch blijft bestaan. Spt. ziet in de samenwerking
van de drie rechtsche partijen nog altijd de voor
waarde voor vruchtbaren arbeid. - s
Het opheffen van het gezantschap bij den pauselij-
ken stoe-l doet nog altijd zijn gevolgen gelden en het
zal eenigen tijd dwen, eer het vertrouwen, indien
het hersteld kan worden, hersteld zal zijn.
Ten aanzien van het huidige kabinet gelooft spr.,
dat dit wel tot de aanstaande verkiezingen zal blij
ven. tenzij zich buitengewone omstandigheden voor
doen.
Het heeft spr. verheugd, dat de minister sympa
thiek staat tegenover het zevende leerjaar, maar dit
is spr. niet voldoende, hij zou nu wel eens daden
willen zien. Verder wenscht. spr. aan ie dringen op
bezuiniging op de weermacht, niet een algemeene ont
wapening, zegt spr. want anti-oorlog is hij mij nog
wat anders dan anti-militarisme. Voorts ligt voor de
hand, dal betreffende de verzekeringswetgeving, de
ziekteverzekerng tot stand gebracht wordt.
Ten aanzien van de medezeggenschap, die bij de
motieAlbarda uitvoerig zal worden besproken, wil
spr. er op wijzen, dat de algemeene gedachte van de
medezeggenschap ook in groote groepen van de
werkgevers ingang vindt, en «men b.v. sporen en kie
men daarvan vindt in het mijnbedrijf. Volgens spr.
is het een der belangrijkste problemen voor ons be
drijfsleven voor het algemeen belang en voor den
maatschappelljken vrede.
Spr. eindigt met te zeggen, dat het zaak zal zijn
voor de christelijke partijen, te waken voor de hand
having en doorvoering van de christelijke beginse
len en spr. hoopt.in afwachting van de ontwikkeling
van een meerderheid, zooveel mogellfk zijn steun
aan de werkzaamheden van het kabinet te kunnen
geven.
De heer Suring (r. k.) behandelt daarna uitvoerig
de wederinvoering van het verplichte zevend© leer
jaar. hetgeen volgens spr. geen financieel© bezwaren
behoeft op te leveren. Spr. kondigt tenslotte de vol
gende motie aan:
De Kamer, van oordeel, dat verplicht stellen van
het zevonde leerjaar aan alle scholen voor lager*
onderwijs en de invoering van den zevenjarigen leer
plicht urgent en mogelijk, zijn, noodigt de regeering
uit. onverwijld de daartoe strekkende ontwerpen van
wet in te dienen, en gaat over tot de orde van den
dag.
Daarna sprak de heer Stenhuis (s. d.) over werk-
loosheidspolitiek. waarin hij er op wees, dat de werk-
looze arbeiders recht op levensonderhoud hebben
en niet als sociaal minderwaardigen mogen worden
beschouwd, als het tijdperk der steunverleening Ie
verstreken.
Met klem en kracht kwam spr. dan op voor den
8-urendag, waarbij hij opmerkt, dat het N.V.V. be
sloten heeft om een krachtige agitatie te beginnen
tegen den stilstand op het gebied van de arbeids
wetgeving. hetgeen zal geschieden op een congres dat
door het N.V.V, is voorbereid, ofschoon hot N.V.V.
waarvan spr. voorzitter is. niet op strijd belust is en
eraarne overleg wenscht; doch strijd vreest de socia
listische arbeidsbeweging allerminst, zegt spr.
De heer Van Rappard (v.b.) hesprak den ernstfgen
toestand in de beetwortelsuikerindustrie. Spr. beval
de regeering aan. stappen te doen tot het bijeenroe
pen van een internationaal congres in zake de sui
kerwetgeving in den geest van de Brusselsche con
ventie van 1902. Wat de regeering wensch t nl. een
interdepartementale commissie van onderzoek, achtte
spr. niet voldoende.
De -heer J. er Laan d.), brak daarna een lans
voor de ambtenarensalarissen, die volgens spr. zoo
veel verslechtering hebben ondergaan. Spr. drong
er hij do regeering op aan, haar standpunt ln deze te
wijzigen.
Spr. dreigt met de indiening van een motie, waar
in de Kamer uitspreekt, dat de positie van het la
gere personeel (in het bijzonder de maand- en we^k-
looners, de contractwerkers en de Tijkswerklieden)
de onderwijzers inbegrepen, niet op peil i», indien hij
geen bevredigend antwoord krijgt.
eerS
•me®
r 1
•den,®.
>n uH
uit til
De heer Lingbeek (h. s.) houdt een beschoui%
over politiek en godsdienst en vergelijkt het Pi
ment met een dier dat door den'slager iii tw
wordt gesneden, om aldus een kunstmatige mee:
heid en minderheid te krijgen (in het Parlem.
Spr. acht het echter gewenscht daf het dier
blijft, waardoor meer bereikt zal kunnen worden,]
Spr. wijst er dan op, dat wij een historisch, een
testantsch-christelijk volk zijn, dit mag niet uit
oog worden verloren. De eeuwen door is de Hl
vormde belijdenis de grondslag geweest van de ri
geving in onzen staat. Daarmede moet rekening wj
den gehouden. De grondwet kan dion grondslag w
miskennen, doch nimmer uitwlsschen. Gewetensvi
reid ia bij Rome steeds contrabande geweest
Nadat spr. Dr. De Visser op diens politieke 'pn
testantismee dat samenwerken wil met Home. hee!
gewezen, uitte spr. tenslotte nog verschillende wea
schen. o.a. stopzetting van de subsidié aan de klooi
terscholen en verlaging van de belasting.
De heer Smeenk (a. r.) wees er in zijn besprekü
over de salarissen vq-n het overheidspersoneel op, q
er een te groote verscheidenhid in de functie* vz
rijkspersoneel bestaat, waaaan een einde dient
komen.
Spr. sloot zich aan bij de opmerking van Dr. N:
lens om de arbeidswet bij de leerplichtwet te da
aansluiten, Daartoe zal de leerplichtige leeftijd me
ten worden verhoogd en het zevende leerjaar in
steld.
De'heer Kuiper (r. k.) bespreekt de verhoudii
der drie rechtsche partijen, waarvan het ftersfi
volgens «p„ reeds in zicht is.
Spr. richtte^zich in deze voornamelijk tot den hi
Albarda, die tot de R.K. het verwijt heeft gericht d
zij de verantwoordelijken zijn die een nieuwe
peering tegenhouden en inzonderheid de R.K. arte
ders. Spr. wees op de appositie in de S.D.A.P. tej®
deelneming door de s. d. Kamerleden aan de openiy
van de Staten-G-eneraal, hetgeen er op wijst dat,dl
ook niet alles in orde ls voor een nieuwe groepe-ninj
Intusschen laten de R. K. afgevaardigden zich
splitsen in groepen; wij wenschen een eenheid
zijn zeide spr., al denken we niet allen hetze'.M»
Intusschen zullen de R. K. hun verantwoordelijk!»
zelf bepalen. Wenscht hef R.K. Werkliedenvert
adviezen, dan is de heer Albarda daartoe niet>
eerst aangewezene.
Ten aanzien van de medezeggenschap hoopt &U
dat de regeering spoedig aal ingrijpen en zelf daara
het initiatief zal nemen. Met klem drong spr. er
de regeering op aan. dat zij de arbeidersbewei
erkenne. met het oog op de samenstelling van
langrijke commissies, enz.
De heer Mr. Oud zeide, dat de algemeene bescl
wingen dit juar niet het karakter droegen van
breed politiek debat. Dat komt van den t«i
woordigen toestand en de positie van het tej
woordige kabinet. Dat is alleen te aanvaarden en
Vrljz.-Dem. voelen dan ook niet de minste nel
tot een algemeen debat. Maar dat de tegenwooi
toestand in de politiek zoo is zooals ze is, daal
dragon de Vrijz.-Dem. niet de schuld. Zij toch
ben bij de langdurige regeeringscrisis gepoogd
cp te lossen, maar de vorming van een parleme
kabinet is afgestuit op don onwil der R.K. De
Dem. zullen nu de loop der dingen kalm aft
ten.
Van eenige reorganisatie, zoo gaat spr. vooiifa
den staatsdienst is nog niets gekomen en wa®
sociale politiek betreft, voelen de Vrijz.-Dem/fl®
noodzakelijkheid van het achteruit dringen <J«f
Staatsbomoeling. Voor alles moet de wetgevipgti"1
aansluiten bij wat er in de maatsch. leeft en
gever moet de ontwikkeling daarvan steunen ent*
bevorderen. En als men de zaken zóó beschouw!
het teleurstellend wat de Minister van ArbeidJjJ
ten opzichte van het collectieve arbeidscontract«il
brengt niet anders dan een privaatrechterlijke
ling. terivijl tegelijkertijd een publiekrechter]ijkeDOO-
dig was. Ook ten opzichte van de sociale wr-tgefMj
toonde de heer Oud zich niet verheugd. Hij wensen^
ook zoo spoedig mogelijk terug te komen op de^*
zuinigingsmaatregelen op onderwijsgebied en vrw
vooral om het herstel van het 7o leerjaar. W»»1
aansluiting van leerplicht en arbeidswet wainjj1*
zakelijk en verder werd aangedrongen op sPoe<tJf,.
behandeling van het wetsontwerp inzake den re®*'
toestand der ambtenaren.
Spr. gaf daarna oen pleidooi voor de rechten w
belangen dor oudgepensionneerden. Hierbij fjoe
niet gelet worden op de behoeften dezer menscnen'
dat geschiedt ook niet bij de pensioenen. Het i» w
recht.
De salarieering der ambtenaren blijft steeds nog
beheerscht door de intrekking van artikel 40. Daar
in blijft deze regeering maar berusten, ofschoon nn*
nister De Geer in 1922 reeds heeft gezegd, dat de in
trekking van art. 40 moreel niet gerechtvaardig
was. De financieele toestand wordt gunstiger enn
is het teleurstellend, dat do regeering niets wil «jo
voor de salarissen van het overheidspersoneel*
De minister-president begint met zijn rede al*
4 leden in de Kamer zijn. HIJ dankt voor den st
en zeide te zullen behandelen drie punten; je.
positie van het kabinet; 2c*. de programpunten
het kabinet, voor zoover zij zijn besproken,
den financieelen toestand.
Hierna breekt de minister zijn rede af en wordt
zitting verdaagd tot heden.