Schager Courant
nge
uw
Van Haafvisch tot Opeaanstoomer.
Tweede Blad.
art K
>p lij
SJD
,AN
«4D
Schm
ale
Fa. Gebr. ROTGANS, Gedtpl. Opticien, Molenstr. C 13, Schagen. Eiectrncne siijper»
Spaart tijd, spaart porto, spaart moeite, spaart geld en brengt Uw kapotte bril naar de Schager Optische Slijperij.
«n Tan,
male d,
t ls, dat
ïaar ry?
viel*
VO!
tan het
Idoende
f 50 j,
vrijSpra
:nst Ie
en melfe
'loegen.
nnesluls,
iu van dii
'R.
van 't be,
or 1 lm,
Donderdag 24 Februari 1927.
70ste Jaargang. No. 8005.
van den Raad op Dtotdag X) Februari
1527", des middags 3 uur.
Alle leden zijn aanwezig.
Voorzitter de heer K. Brcebaart Dl, burgemeester,
secretaris de heer P. Bronder.
Voorzitter opent deze eerste vergadering in 1927
en hoopt dat dit jaar de besprekingen weer genoe-
«lijk zullen worden gehouden en in het belang zul
len zijn van de gemeente. Vorig jaar is er nogal wat
«sluit zal zun i
ijken te zijn.
Nee, tj
-DER
in het#
raren'
oop*
KESJ»
ui
ut
Texel,
O H.A,!
laar, se
groot
579
en
groot Oi
'P Tetdi
lewestw
en 1 SI
ot 30 No
aan hetl
1660,1
en gee
20 Mai
alsmede
:kt gene
hoopt en
het belang der gemeente zal bli.
De potuien worden onder dankzegging aan den
secretaris onveranderd goedgekeurd.
Bij de kasopname bij den gemeenteontvanger öp 28
December bleek, overeenkomstig de boeken en be
scheiden, in kas te zijn ƒ4143.09,
Ged. Staten hebben goedgekeurd bet besluit tot wij
ziging van de begrooting 192? en bet besluit tot aan
gaan van een geldleening.
Ingekomen is het verslag over 1926 van hot Cor
respondentschap dar arbeidsbemiddeling té Barsin-
gerhorn. Er hadden zich 78 werkloozen aangemeld,
die allen vrijwel direct door bet Armbestuur in
overleg met de polderbesturen te werk konden wor
den gesteld.
Ook nu werd door geen enkelen werkgever de lijst
geraadpleegd.
Wordt voor kennisgeviing aangenomen.
te Iaat
In verband met gemaakte opmerkingen door Ged.
Staten, wordt de gemeentebegrooting, dienst 1927, ge
wijzigd, de wijzigingen zijn allen van administratie
ven aard. Aan het slot van hun schrijven merken
Ged. Staten op dat de begrooting op 9 November is
vastgesteld en verzocht wordt voortaan de wettelijke
voorschriften in acht te willen nemen.
Door den secretaris wordt opgemerkt, dat de Baad
bezig was met de overdracht van het electrisch be
drijf aan de provincie en dit de aanleiding was dat
de begrootiing niet eerder kon worden vastgesteld.
Voorzitter zegt, dat hij deze opmerking van Ged.
Staten niet aardig vindt en spr. gelooft ook niet
dat een dergelijke opmerking gemaakt wordt tegen
de groote steden, de gemeente Heldor is zeker nu
nog met de begrooting bezig. Trouwens spr. trekt
ach y&n die aanmerking weinig aan.
De begrooting voor den Vleeschkeuringsdienst,
kring Barsingernorn, over het tijdvak van 1 Januari
tot 1 October 1927, wordt vastgesteld tot een bedrag
van f6950.
De voorzitter licht toe, dat deze begrooting loopt
tot 1 October, omdat dan de overeenkomst met an
dere gemeenten afloopt Er komt wel veranderiing
in de regeling, maar aat hooren de heeren later wel,
we zijn nog niet klaar.
Reorganisatie brandweer.
In vèrband met het gesprokene in de vorige verga
dering door den heer Kistemaker, deelt voorzitter
over de reorganisatie van de brandweer mede, dat
B. en W. een berekening hebben gemaakt: le. naar
den tegenwoordigen toestand, berekend over de laat
ste 30 jaren; 2e. een berekening met do waterleiding
en 3e. met een stoombrandspuit
Het is de bedoeling dat na afloop van de ópen-
bare vergadering een bespreking in comité zal wor
den gehoudenen in de eerstvolgende vergadering
kan de zaak dan nader in het openbaar worden
behandeld.
Ue stemburaux.
Be stembureaux worden als Volgt Samengesteld:
Hoofdstembufoau (gemeenteraad): Voorzitter K.
Breebaart Dz., leden O. Smit Gz., J. J. Engel, W.
Kooijman Jr. en Jm. Blaauboer Gz., plaatsverv. léden
K. Burger, J. Kiitemaker en J. Schenk Az.
Stembureaux, district I: Voorzitter K. Breebaart
Dz., leden C. Smit Gz. én J. Schenk Az., plv. ledén
H. Dubbelman en P. Bronder.
District II: Voorzitter W. Kooijma* Jr,, leden, ft
Speciale M Reparatie en Spoedbeatelilng
iectrl
Grootes en Jb. Waiboer, plv. leden D. D. P. Westen
berg en mevr. G. Waiboer—Jonker.
District III: Voorzitter J. J. Engel, leden Jm. Blaau
boer Gz. en K. Burger, plv. leden J. Kistemaker en
mevr. D. Breebaart—Stins.
De wijze van werkverschaffing,
trekkerij.
Lijn-
BiJ de rondvraag geeft de heer Schenk B. en W.
in overweging eens na te gaan of de werkverschaf
fing niet beter geregeld kan worden. Spr. vindt de
wijze waarop het vraagstuk in onze gemeente wordt
opgelost niet goed en spr. zou daarom willen dat B.
en W. eens keken waar het wel goed gaat, ln Zijpe
bijv.-
Voorzitter meende dat het hier vrij goed ging met
de werkverschaffing en zou graag willen dat do
heer Schenk aanmerkingen naar voren bracht Als
ze adrem zijn, kan er dan rekerdng mee worden
gehouden.
- De heer Schenk begrijpt wel dat een goede regeling
□iet gemakkelijk is en als de menschen geholpen
moeten worden, kost dat geld en dat is ook wel goed.
Maar spr. zou willen dat niet geholpen werd, waar
het niet noodig is, want anders zouden we het eind
niet kunnen uitloopen.
Voorzitter zegt, dat het Armbestuur ven oordeel is,
dat wie om werk komt, geholpen moet worden, on
verschillig wie het zijn, het is moeilijk een uitsluiting
te maken.
De heer Schenk wijst er op, dat als geholpen wordt
zooals hot teggenwoordig gebeurt er steeds moer
werkloozen zullen komen. Er is tegenkanting door
do tegenwoordige regeling, niet alleen bij de werk
gevers, maar ook bij de werknemers. Als do vasto
werklieden weten dat ze in den winter toch worden
geholpen, gaan ze los en dat is onze bedoeling niet
We willen opbouwend werken, niet afbrekend. Er
zijn menschen die thans geholpen worden, maar die
het niet noodig hebben, aanstonds kan ér wél een
winkelier om werk aankloppen.
De heer Engel: Dat is onwijze praat
Voorzitter heeft van een .geval gehoord of het
waar is, weet spr. niet dat een vasté arbeider los
ging werken, maar dat zullen toch gevallen zijn die
sporadisch voorkomen.
De heer Engel zegt, dat B. en W. de werkverschaf
fing in handen geven van het Armbestuur en met
de regeling die het Armbestuur treft, kan spr. vrij
wel accoord gaan. Wat de heer Schenk wil, beteekent
dat het Armbestuur angstvallig zou moeten nagaan
of hulp noodig is of niet. Dat evenwel is de bedoe
ling van de werkverschaffing niet geweest en ook
het Armbestuur kan aan do hand van het regle
ment zorgen dat de menschen blijven in den stand
waarin zij verkeerden, dus behoeven ze niet te ver
armen. Het systeem dat wij willen is dat bij werk
verschaffing allereerst worden geholpen zij, die door
zich aan te sluiten bij de werkloozenverzekering,
zich zeiven .willen helpen. Dat systeem wordt on
derste boven gegooid, indien die menschen eerst wor
den uitgeschakeld. Dan zou verzekering averechts
werken en daar is ook de Minister tecren op geko
men. Spr. wijst er op, dat de gemeente subsidie geeft
aan de polderbesturen en spr. dacht eerst dat de
heer Schenk daar bezwaar tegen had. Immers er zijn
er die redeneeren dat de polderbesturen on deze wijze
voor de helft van de kosten het kerk kunnen laten
verrichten en dat men op deze wijze zijn slooten wel
kan laten verwaarloozen. Wij weten wel dat dit het
geval' niet is, en doordat iedereen de sloot ingaat,
kunnen wij ons met deze werkverschaffing vereeni
gen. Dat da boeren op deze wijze geen vast werkman
zouden kunnen krijgen, gelooft spr. niet; de heer
Schenk heeft om een werkman geadverteerd en den
volgenden dag adverteerde hij voorzien te zijn. Als er
80 werkloozen zijn, blijven die er. Spr. zal er zich
met hand en tand tegen verzetten, als eerst het
Armbestuur zich moet afvragen of een werklooze al
of niet f 25 in huis kan hebben. Dat gebeurt ook niet
met ons eigen personeel, een onderwijzer wordt op
wachtgeld gesteld of men geeft aan Dubbelman
f8000 on daar heeft ook de heer Schenk voor ge
stemd. Waarom moet nu een arbeider op het merg
toe nageplozen worden?, de heer Schenk heeft zelf
zijn welvaart te danken aan de vlijt van die men
schen.
De heer Schenk blijft het Afkeuren dat zelfs men
schen die een ander vak hebben, te werk worden ge
steld. Als er landarbeiders zijn, die behoefte heb
ben, moet er geholpen worden. Er wordt echter nu
zoo miserabel weinig gewerkt, Spr. wil goed helpen,
op een andere manier. Nu gebeurt het werk zonder
leiding en daar heb je niets aan.
De heer Engel: De leiding is aan dén burgemeester.
Voorzitter zegt, dat de regeling niet meevalt Ook
spr. heeft gehoord dat het met 't werk lalala gaat,
maar als men zich aan het publiek wil storen, heeft
men wel dagwerk. Spr. heeft aan drie leden van het
Armbestuur gevraagd en die zeiden dat het met het
werk goed ging. Als raadslid heeft men het volste
recht aanmerkingen te maken, maar laat men dan
zeggen op welke (manier men het zou wenscben.
De heer Schenk zegt, juist daarom aan B. en W.
gevraagd te hebben dezen zomer aens te willen uit
zien naar een betere regeling.
snde p
s bezor?
s.
Scrvoft
Nlenwe wegen ln flen scheepsbouw. Hoe
zullen de „windhonden der Oceaan" er uit
zien. Het geheim der snelzwemmende via-
Bchem
Een uitvinding, dié op scheepvaartgebied naar
alle waarschijnlijkheid een niet geringe beteekenis
inhouden, is dóór een Duitschen ingenieur gedaan.
JJeze ingenieur is A Boerner, die zich op het gebied
van motoren reeds «eer onderscheiden heeft Hij
heeft de constructie van zijn nieuw schip ontleend
aan de bewoging van gnelzwemmendo vissollen. Met
<«t voortbewegingssystoem zou Boerner in staat zijn
aan zijn schip een snelheid te gaven, die tweemaal
ïoo groot is ala de snelheid, die de tegenwoordige
Benepen bezitten, oI DL&.W. het de snelheid ven eed
D-trein te geven.
Op do Elbe, bij Oreaden-—Loschwitz hebben da eer-
Jte proefnemingen met een door Boerner, volgens
«jn systeem ingerieht vaartuig, plaats gehad. Een
correspondent van het Berk Tagebl., die de proef-
mf P^S^aakt heeft, vertelt er het volgende van:
uit het verloop van de proefvaart moet men zon-
aer meer den indnak krijgen, dat de uitvinder dat'
gene wel bereikt heeft, dat hij zich van zijn uit
vindingheeft voorgesteld. Da óBaagwijdte van het
nieuwe prineips laat rich tot nog toe nog niet örew
wen, omdat niet als vaststaand ka* worden aanga-
nometi, dat het op allé rivier én we schepen, fa zélfs
°P vliegmachines kan worden toegepast
troï?8 P1"?0'80*1*?» dat door den uitvinder „Porei"
f®^00EQd is, onderscheidt zich reeds uiterlijk van zijn
fin« §eno9t6IV k* vorm herinnert het zeer Sterk
aan de visch van gelijken naam. Op het eerste ge
went merkt men op, dat van achteren de voortbewe-
gingsachroef mankeert. t)eee bevindt rich in het
voorste gedeelte van de boeg, di® onder de water-
ISv* e?n trechtervormige opening heeft; links en
«Sm bevinden zich in het voorat® gedeelte van het
Dcnip openingen, die niet alleen aan de kieuwspleten
visch nerinnfcpr. doch ook dezelfde
junctie te vervullen hebbed' Achter deze rijdelingscbe
uiuaatoponingen is de Scueepswand aan beide rij
den van ruwe nerven voorzien. AI deze schijnbaar
absurditeiten worden minder ongerijmd, wanneer het
schip zich in beweging zet
De „Forel", die dan met het Boernersche systeem
was uitgerust, heeft de volgende afmetingen: Leng
te 9 meter, breedte 1.2Ó meter, diepgang 65 centime
ter ballast 400 K.G., schroef 47 centimeter diame
ter. Voortbewogen door een 6 P.K motor, ging het
met B man aan boord stroomopwaarts. Tijdens de
vaart kon het volgende vastgesteld worden: Door de
werking der schroeven werd een groot deel van den
weerstand, die zich bij een voortbewegend schip voor
de boeg ophoopt, naar binnen gezogen, daar door de
draaiing der beide schroeven versneld, om oogenblik-
kelijk daarna door de kiemspleten te worden uitge-
etooten. Deze beweging veroorzaakt, dat het heele
schip door een laag water omspoeld wordt, die snel
ler stroomt dan de normaio stroom van het water,
(het schip voer stroomopwaarts) en het schip voor
uit stuwt, terwijl de vlajctedruk, dus de weerstand
tot een minimum beperkt wordt De door de turbine
werking versnelde watermassa'swerken nog op an
dere wijze aan de voortstuwing van het schip meo.
ZIJ nemen van de scheepsschroeven energie over, die
in den vorm van ontelbare kleine wervelstroomon tot
uitdrukking komt Dez® wervel stroomen worden door
de «erven, i* de* scheepswand aangebracht en hier
voor genoemd, i* hu* o*tataan begunstigd, halver
wege hu* draairichting onderbroken, zoodat weer
een deel van de opgenomen energie aan het schip
afgegeven wordt, en het daardoor helpt voortbewe
gen. Men zag bij de proefvaart duidelijk, hoe de wer-
velstroomen steeds Veer braken, zoodat het schip
voortdurend tot aan den waterspiegel door een ket
ting van wervelstroomen was omsloten, die in zeker
opzicht aan het schip een voortrollende, beweging ga
ven. Nog iets andere viel op t® merken. De bijna opge
heven kop weerstand was *11 een nog maar merk
baar daaraan, dat zich zoo goed als geen golven meer
voor den boeg vertoonde, terwijl bij een grootere
vaart een zeer zwakke stuwgolf ontstond. Verbluf
fend was de gemakkelijkheid waarome de boot zich
keerde en wendde, terwijl het tot stilstaan brengen
Voorzitter weet niet hoe het in den Anna Pau-
lownapolder is geregeld. Spr. hoopt niet dat men
zijn afkeuring gaat uitspreken over het Armbestuur.
De heer Schenk zegt met de leiding te bedoelen,
een leiding onder de werkers. Kan het werk niet
worden aanbesteed.
De heer Burger zegt, dat de Schringkaag een proef
heeft genomen met het uitdiepen van een sloot bij
aanbesteding en één in daggeld en de uitkomsten
waren dezelfde. Spr. gelooft niet dat de menschen
zullen saboteeren om het werk zoo lang mogelijk te
rekken en als dat gebeurde, zou spr. dat betreuren.
De heer Blaauboer kan voor een zeker gedeelte het
gesprokene door den heer Schenk billijken. Ook spr.
ziet do moeilijkhedon van een goede regeling, maar
er zijn menschen die zich beslist wel 6 weken zouden
kunnen redden en die nu direct worden geholpen.
Soms zijn ze één dag zonder werk en melden zij zich
aan. Op die manier zal ook het werk te vlug klaar
wezen en zal later moeiliik werk zijn te vinden.
Menschen die hulp noodig hebben dienen te worden
;eholpen, maar menschen die het niet noodig heb-
ien, steken op deze manier het geld van andere men
schen in hun zak. Spr. denkt aan een regeling waar-
.bil men eerst een paar weken zonder werk moet zijn,
vóór men geholpen wordt
Voorzitter vraagt of men van oordeel is dat een
los werkman in den zomer zooveel extra verdient
dat hij in den winter enkele weken zonder hulp
kan. Spr, oordeelt van niet.
De heer Blaauboer vindt het niet goed dat men
schen die het betrekkelijk niet noodig hebben, direct
naar do armenkas loopen.
Voorzitter zegt dat do armenkas niet de bedoeling
is. Vroeger zijn wel bonnetjes afgegeven, dat was
armenzorg. Nu kan men zich aanmelden bij de ar
beidsbemiddeling en do werkgevers kunnen dan Uit
zoeken. En als een werkgever iemand uitgezocht
heeft, moet de werklooze dat accepteeren.
De heer Engel heeft drie bezwaren gehoord, dat er
menschen geholpen werden die niet geholpen behoor
den te worden en daarna dat er tekort gewerkt werd
en de leiding niet deugde. De leiding is bij drie le
den van het Armbestuur en die worden dus veroor
deeld. Of ér tekort gewerkt is, weet spr. niet, hij
heeft er geen verstand van en bemoeit zich er dus
ook niet mee. Bij de werkverschaffing gaat jong en
oud bij elkaar en het werk zal niet zoo goedkoop ge
beuren als bij inschrijving. Spr. heeft ook al gehoord,
dat het loon waarvoor het werk te Kolhorn is aan
genomen, nergens naar leek. Welnu, voor dat duur
dere werk dient de subsidie der gemeente en spr.
vraagt of het nu zoo erg is als de gemeente voor
deze werkverschaffing flOÖÖ per jaar betaalt. De
werkverschaffing is, zooals ze thans is geregeld, niet
alleen in het belang van den arbeider, maar ook
in dat van den middenstand, want zooals het vroe
ger geregeld was, moesten de winkeliers gedurende
den winter dikwijls op crediet verkoopen. Spr. wijst
er voorts op, hoe gevaarlijk het is om de menschen
eerst 5 A 6 weken zonder werk te laten loopen, want
na die 5 6 weken zou de winter kunnen invallen
en zouden er weer 6 weken bij kunnen komen. Spr.
oordeelt dat de heer Schenk te kort schiet doordat
hij geen betere regeling aangeeft
Voorzitter deelt mede, dat de werkverschaffing
f1000 heeft gekost
De heer Blaauboer zegt niet op den voorgrond to
hebben willen schuiven dat de menschen na 5 A 6
weken geholpen moesten worden, maar dat men
schen die zich kunnen redden, aan de werkverschaf
fing deelnemen. Spr. vindt de regeling zoo beroerd.
De heer Smit zegt dat de leiding van de werkver-
schaffing niet is te benijden. De heeren Kater e.a.
hebben zelf de werkverschaffing niet noodig en Ka
ter loopt zich gaten in de kousen. Aan dezen kant
wordt dan ook alles gedaan'om de werkverschaffing
zoo goed mogelijk te regelen en spr. had daarom
van den anderen kant oneer medewerking verwacht
Spr. wil geen namen noemen, paaar die medewer
king is spr. niet meegevallen, al heeft spr. er nooit
over gesproken, omdat Kater hem mans genoeg is.
De menschen moesten zelf zeggen: „ik wil mijn geld
verdienen".
De heer Kistèmaker vraagt of hét slootwerk niet
aanbesteed' kan worden, dat is voor beide kantëh
veel mooier.
Voorzitter wil de discussie maar sluiten. Het Arm
bestuur is niet voor uitsluiting. Spr. zal eens infor-
meeren hoe het in den Anna Paulownapolder of Zijpe
geregeld is.
De heer Schenk herhaalt, een dergelijk onderzoek
te hebben ge,vraagd. Het was beter dat er in aan
genomen gewerkt werd, om die lijntrekkerij over te
maken.
De heer Burger meent dat als "er een groep men
schen in een sloot staat en er moet b.v. een dam ver
plaatst worden, het wel gebeurt dat een gedeelte van
het werkvolk stil staat, dat is een onoverkomelijk
iéts.
De heer Schenk: Als het werk goed verdeeld is,
niet.
Do heer Burger acht het niet goed als er scheiding
gemaakt wordt in beter en minder gesitueerden.
De heer Engel zegt dat nu dus uitkomt dat de
hoofdfactor is dat, er tekort gedaan wordt Misschien
zijn er wel enkele menschen die té kort doen, of dat
enorm was. Wanneer de motor werd afgezet, lag het
schip in minder dan geen tijd stil, (vlerwieïremmen
op het water) op een zeer rustige manier, zonder dat
de stopzetting groote beweging in het water tenge
volge bad.
Na déze korte bescchrijving is hêt misschien wel
interessant de oorzaak van bet Boernersche effect te
leeren kennen. Boerner zegt daarover: Hij verwon
derde zich reeds langgen tijd, evenals menig ander,
die de natuur nauwkeurig bestudeert, dat de forel
len met ongelooflijke snelheid tegen den stroom in
zwemmen. Van de forellen dwaalden zijn gedachten
af naar de grootste snelzwemmers, de haaien. Zwemt
een visch werkelijk met haar vinnen? Enkele reeds
vroeger opgedane ervaringen op dit gebied waren
voor Boerner niet voldoende. Hij liet zich een 120
pond zware en 1.50 Meter lange haai door een Noor-
zoevisscherij sturen en bestudeerde het dier met de
grootste nauwkeurigheid. Het allereerst zocht hij
naar een verklaring daarvoor, waarom de haaien
meer kieuwen hebben dan hunne langzamer zwem
mende collega'®. De kattenhaai beeft namelijk drie,
de haringhaai vier, de reuzenhaai vijf en de blauwe
haal zelfs tien kieuwen achter elkander. Dan vond
Boerner de plooien in de huid der haaien ook «eer
eigonaardig. Waarom had eigenlijk de haai van dor-
gelijke verhoogingen op zijn huid; misschien als
eschermingsmiddel? Tenslotte kwam de uitvinder
tot de conclusie, dat de visschen hun kieuwen niet
alleon hebben om er mee te ademen. Integendeel, hij
beweerde vastgesteld to hebben, dat do visschen ntin
kieuwen stelsel naast ademhalingsorganen, ook voor
voortbeweging gebruiken en heeft op grond va* dé
ze ontdekking de volgende theorie opgebouwd.
De visch slikt het water niet alleen om té ade
men, maar ook om te zwemmen. Door de kieuwen
perst hij het met verhoogde versnelliing weer uit
en laat het verder langs zijn lichaam wegglijden.
Hij schakelt alzoo een medium in tusschen de voort
Te bewegen last, die zijn lichaam uitmaakt en het
wrijvlngs- en weerstandsvormende water. Het uit
geperste water uit rijn kieuwen vormt wervelstroo
men, Welke in do schubben en huidplooien ingrij
pen en zoodoende oen voortdrijvende kracht té Voor
schijn roepen. Da vinnen der visschen dienen alleen
voor behoud van het evenwicht, terwijl do staart
dienst doet als het ware als startmotor en vonder als
stuurinrichting.
De Boernersche gedaehtengang heeft op het eerste
het werk te duur wordt. Maar spr. zal zich blijven
Verzetten, als men zich weer gaat bemoeien met do
private aangelegenheid-van een werklooze, dan krij
gen we weer de ouderwetsche armenzorg. Spr. wijst
er op, dat de werkloozen steeds disponibel blijven
voor de particulieren.
De heer Burger is van oordeel, dat de Anna Pau
lownapolder een beter figuur slaat dan het Schager
Koggebestuur. Het werk wordt nu gedaan door niet-
ingezetenen.
De heer Kooijman: Maar dat betreft niet alleen de
gemeente Barsingerhorn, de Schager Kogge is 3300
bunders. Het gemeontebestuur had dan aan het Scha
ger Koggebestuur moeten vragen.
Voorzittor zegt, dat Droog het werk heeft uitbe
steed.
De heer Kooijman: Dan had du® het gemeentebe
stuur aan Droog kunnen vragen.
Voorzitter sluit dan nu de discuselön.
Wat er voor de tuberculose wordt gedaan
in Barsingerhorn. Een mooi aanbod wordt
geweigerd.
De heer Burger brengt ln bespreking het artikel
van den heer K. de Boer in de Schager Courant van
9 Februari en dat inhoudt een opsomming van te
kortkomingen van de Witte Kruisafdeeling én ook
van het Armbestuur. Spr. wenscht nadere inlich
tinggen, omdat het Witte Kruis gesubsidieerd wordt
door de gemeente. Wat spr. dan zou willen weten be
treft het bezoek aan het consultatiebureau, het moe
ten liggen in een ligtent en de omstandigheid geen
bed daarvoor ta kunnen koopen. Voorts dat do vróuw
na onderzoek door Dr. Winkler extra sterke voediing
zou moeten hebben, en deze geweigerd zou zijn zoo
wel aan Do Boer als aan zijn vrouw.
Voorzitter zegt, dat het Bestuur van de Witte Kruis
afdeeling reeds een antwoord in de Schager Courant
heeft geplaats. Voor verdere mededeelingen is co
mité-vergadering gewenscht, omdat die mededeelin
gen, waar zo een persoon betreffen, niet voor open
bare vergadering vatbaar zijn. Als de heer Burger
daarna in openbare vergadering de zaak wil bespre
ken, is is dat zijn zaak, geheimhouding zal spr. hem
niet opleggen.
De heer Engel zegt dat in het artikel feiten wor
den genoemd, die als ze niet worden weerlegd, een
blamage inhouden voor de gemeente. En spr. dacht
dat er dingen waren die wel in het openbaar gezegd
konden worden. Zoo bijv. aan den eenen kant de ver
klaring dat als de vrouw in bet bed van den patiënt
ging, dit geen besmetting zou veroorzaken en aan
den anderen kant dat voor het in gebruik nemen
van het bed, het bed eerst ontsmet diendo to worden.
Voorzitter zegt dat dit iets ,is, waarop spr. toch
niet kan antwoorden, dat zijn doktersadviezen.
De heer Engel noemt ook het weigeren van ver
sterkende middelen. Er wordt heel wat voor de tb.c,
bestrijding uitgegeven, doch als het is zooals in het
artikel staat zou blijken, dat aan den anderen kant
toch weer niet voldoende steun wordt verleend.
Voorzitter zegt dat de heeren Burger en Engel
kunnen praten wat ze willen, maar spr. zal in open
bare vergadering geen woord zeggen.
De Raad gaat in comité.
.Na heropening vraagt de heer Burger over gé-
noemde zaak nadere inlichtingen.
De Voorzitter deelt dan mede, dat wat het Arm
bestuur betreft, het gezin f 12 kreeg, met versterkende
middelen, vleesch en melk. Dr. Bósch is bij spr. ge
weest, die mededeelde dat het goed zou wezen als
de man naar Gelderland zou gaan. Het kleine ki*»4
was ook tb.c. en de vrouw was niet best Spr. heeft
toen zelf gevraagd of het niet het beste zou zijn dat
het heele gezin voor een jaar naar Gelderland werd
gestuurd, de kosten daarvan zouden voor het arm
bestuur f35 per week bedragen. De betrokken per
sonen evenwel hadden hier geen idee in, de bezwa
ren weet spr. niet. Zè kunnen dus niet zeggen dat
het Armbestuur niet heeft willen helpen. Wat hét
Witte Krujs betreft, daarover kan spr. niets zeggen*
desnoods zouden we aan Dr. Beeker om schrifte
lijke mededeeling kunnen vragen.
De heer Burger zegt dat de heer Blaauboer lid is
van Het Witte Kruis, misschien kan die wat mededee-
len.
Voorzitter antwoordt, dat de heer Blaauboer geen
bestuurslid is, ook de heer Burger en spr. zijn lid
van het Witte Kruis.
De heer Engel zegt, dat we dus nu een andere kijk
op de zaak hebben gekregen. Het schrijven van De
Boer luidde zoo, dat de indruk werd gevestigd, als
zou in de gemeente Barsingerhorn weinig zijn ge
daan, terwijl nu blijkt dat het Armbestuur het idéé
aan de hand heeft gedaan het heele gezin naar Gel
derland te sturen. En spr. vertrouwt, dat het Arm
bestuur daarna ook niet te kort zou zijn geschoten en
verder voor de nazorg zijn opgekomen, door te zorgen
voor werk of anderszins. Toen het aanbod was ge
weigerd, kan spr. rich indenken dat de zorg ver
flauwd is.
De voorzitter deelt verder fiog mede, dat voor SL
Nicolaas de Boer bij het Armbestuur is geweest en
gevraagd heeft om f100 voorschot, om inkoopen te
kunnen doen. Geen halve minuut is getwijfrid, D®
Boer kon 'sftYond® het geld halen Spr, wij ut er nog
gezicht, vooral voor den leekiiets verleidelijks, dat
zeer tot de geloofwaardigheid ervan toe bijdraagt.
De verdere ervaring zal echter leeren, of de uitvinder
tenslotte gelijk krijgt Misschien treden er door den
tijd nog wel niet voorziene onmogelijkheden op, die
het oog van den leek niet vermag te ontdekken, of
door de ter zake kundige op dit moment over het
hoofd worden gezien. In ieder geval zal de scheeps-
bouwtecniek de ontdekking eerst wel zeer nauwkeu
rig nagaan, alvorens haar toe te passen.
In dit verband is het misschien niet overbodig op
te merken, dat men zich reeds veel eerder op het ge
bied van de voortbeweging van 6chepen door middel
van de rectie van het water, heeft toegelegd. In 1738
trachtte Daniël Mernoulli, geboren to Groningen, 'n
schip voort te drijven door het water het achterechip
uit te stooten. Tegen het einde van de vorige eeuw
heeft de Engelschmaan Rumsey een stoomboot gge-
bouwd, waarin hij het principe van Bernouilli ver
wezenlijkte. Uitvinders hadden toentertijd met nog
grootcr pessimisme te kampen dan tegenwoordig en
zoo kwam het, dat Rumsey's pogingen al heel spoe
dig gestaakt moesten worden. Ondervorwijzing naar
Bernoulli en Rumsey toont Boerner aan, dat de
reactiewerking van bet uitgestooten water alléén
niet voldoende is, om een bevredigend resultaat te
bereiken. Alleen in de toepassing van de drie midde
len, die hij in zijn scheepsbouwprincipe heeft neer
gelegd. «iet Boerner den weg naar een werkelijk té-
sultaai
Het is overigens duidelijk, dat een uitvinding, als
deze, niet zoo zonder eenig meer door de wetenschap
en dé techniek in de praktijk kan worden toegepast,
daar maa ral te vaak in het begin van vele kanten
bezwaren optreden en tegenovergestelde opvattingen
aanl het licht treden. Maar dat zijn meestal de ver
schijnselen, welke een nieuwe uitvinding begelei
den. En niet heelemvtl ten onrechte kan men ver
wachten, dat het grootste deel van het publiek, dat
niet deskundig is, niet direct hooge verwachtingen
koostert. al behoeven zij niet bepaald* tot de pessi
misten te behooren. Velen zullen zich zeker nog her
inneren, dat een paar jaar geleden het „Roto*-
schip" ook een algeheelo omwenteling in de scheeps-
bouwtechniek terweeg moest brengen, waarvan tot
nog toe niet veel is te bespeuren, op de enkele uitzon
dering na, waarbij een schip volgens dii priacipe
wordt voortbewogen, x