Schager Courant
5!
ma
ABdüsïroOP
EN
5.
De man aan het
venster.
vm
cpasi
Tweede Blad.
HÉ
Feuilleton.
■d
w,
ALS EEN MAN EEN
MAN IS
.Hebt Gij deze
gelezen?
AbdüsiroOP
ABdüsïroOP
mm
ABdüsïroOP
ABDÜSÏROOP
mm
mm
mm
Ml
z.wx
0.000..
37» 7
33A7
uur.
Zaterdag 19 Maart 1927.
70ste Jaargang. No. 8018.
(Naar het Fransch van SYLVAIN RENARD.)
Vervol®.
Do rechter liep langzaam die Avenue op en
kruist» de Rue P&rmentiar en de Ru© Sablon-
villo ronder -dab er iete gebeurde. Toen hij een
keei' omkeek, zag hij dat de auto herm op gew
ringen akstiafnd volgde. Op de Place da Marchó
\yaa _eetn oploopt] e: een mian deelde papieren uit.
Monsieur Malterre pakte er ook een aan, vouwde
bet open en schrok, hij laa de woorden:
„NOG EEN DAG, MONSIEUR MALTERRE 1"
Toen hij Ibij' trijrn buis kwam' wachtte rijd b©r
diende hem al in fte open voordeur. Ze waretd
juist naar binnen gegaan, toen de eleotriselie bed
sohril overging. Er sbcmd een brievenbesteller
in de deur, maar het was wel marktwaardig dat
bij geen enkelen brief bij rich had.
Wat verlangt U? vroeg de rechter.
De brievenbesteller glimlachte alleen maax; hij nam
zijn pet af en keek monsieur Malterre strak aan.,
Deze bekeek den brievenbesteller eens wat meer
van nabü en kon oen ui troep van verbazing1, niet
onderdrukken:
Monsieur Michel i
Ja, ik ben heb. Gaat U maar rustig naar
boven, monsieur Malterre en Vfrekt ,u zich niets
van mijn aanwezigheid aam.. Als u me noodig
hebt, ben ik by u. Neemt u voor alle eventualiterir'
ten deze kleine revolver mee.
De rechter ging naar zijn appartementen op
de eerste étage en genoot rustig van rijd souper.
De aanwezigheid in huis van niemand minder dan
Maro Michel,, gaf hem een ongekend gevoel van
veiligheid. Nadat hij 'gegeten had', ging hij, alsof
er niets aan de hand 'was, maar zlijlni studearkaé
mer en al speod'ig slaagde hijf er In zioh geheel
in 2lijn werk te verdiepen. De buitenjaloezdeën had
Verli
M.
M.
jen fli
icht,
ton.
1, vani
Schij
panbn
_4r was roowat een uur aan het werk geweest,
toen hij heel duidelijk eem geluid hoorde alsof
de latten van de jaloezie van elkaar werden ge
trokken. Hü' luisterde een oogenblik gespannen,
draaide snel het hoofd in de riohting van het
venster en keek in een bleek gezicht. Hij greep
naar de revolver, maar het gezicht verdween
juist weer. Hij schoot, miaar juist even te laat.
Hü1 wierp het venster ppen, trok de jaloezie om
hoog, maar er was, net als den voruigen avond
hiete meer van het spook te zien. De rechter liep
snel naar de corridor en zag juist dab Maro Ml-
chel met groote haast naar de tweede verdieping
stormde. Hij liep hem na en zag hoe de debect»
ffiev© op het baloon ging en daar_ mjetfc zijn elecw
fcrische zaklantaarn allee nauwkeurig inspecteerde.
Hier is hij geweest zei hij zacht' en wees op de
balustrade. 8
De heer des huizes kwam' naden* en ontwaarde
tot Zijn niefc_ geringe verbazing eem groote ijze
ren haak, die over de baloonlouning geworpen
was.. Aan die haak zat een touw vast dat bijna
tot op den grond reikte en zachtjes in' den' wind
heen en weer bewoog.^
Deze haak heeft hif van beneden af over de
balustrade gegorid, verklaarde de detective,
en daarop is hij langs het touw naar boven ge*
klommen. Het is een verduiveld kranige worp;
het moet een geweldig handige knaap rijini, die
dat "kunststukje heeft uitgevoerd: vermoedelijlf
een gewezen jongleur of zoo iets. Daarop wijzen
ook m"g oen pa,ar andere details. .Zooajs u ziet
is do haak omwikkeld; natuurlijk "dat het vast-
haken niet hoorbaar Zou zijn. De vent is daarop
.in hot touw geklommen, is aan uw venster .ver
schenen en is daarop als de weerlicht yerder ge
klommen. Daar heeft hij halt gehouden en met
rijn voeten op de bovendrempel van het kozijn
gesteund; uw vensters hebben, Zooals je datbij
Gotische gebouwen heht, een soort dak. Tusschen
het balkon en den bovendrempel van' het kotztfijh
B<3
de bi
(rouw.
STB
ijd wi
and.
Meul
door HAROLD BELL WRIGHT.
Voor Nederland bewerkt door
C. F. VAN DER HORST.
40.
Toen Stanford, Manning vroeg: „Wat ga je doen,
wanneer je rol van Pathes is afgespeeld?" had
hij geantwoord, dat de man dien zij vroeger gekend
hadden, nu dood was. Zou deze nieuwe man ook ster
ven? Hij zat daar in ernstige overpeinzingen en in
zijn verbeelding zag hij achterwaarts naar den weg
dien hij had afgelegd. In hun wittebroodskamp spra
ken Helen en Stanford dien avond nog veel over
hun ouden vriend, Lawrence Knigt Ja de sterren
schitterden boven hunne hoofden en de grillige vlam
men van het kampvuur teekenden zonderlinge scha
duwen, Helen lag in de hangmat en Stanford zat
dicht bij haar. Onder heb spreken hadden zij' niet
1 bemerkt dat een eenzame ruiter zijn rib onder
broken had aan de andere zijde van den lagen heu
velrug, zijn paard alleen latende, kroop hij voor
zichtig door het kreupelhout naar een plek van
waar hij kon neerzien in heb kamp.
Rij het licht van heb kamp zfagi hij daar dié
beadem, waar de_ hangmat onoeffl ae boomen be
vestigd was. Hij hoorde het gefluister van hun
stemmen met mu en dan een lach. Maar het
was altijd weer de man diïe lachte, w'amfc er was
dien nacht weinig blijdschap in het hart van He
len. Toen zag hij dat Stanford. in de tent ging
en daarna bij de hangmat terugkwam. Weldra
golfde de zachte, klagende muziek van Helen's,
guibaar tot hem omhoog en daarna haar stem,
vol en Zwaar, met een wereld' van vrouwelijk ge»
I iederen boon, als zij haar metgezel een lied
der liefde toezong. Later, toen da dansende vlanv
van het kamp vuur verstierven in eau rooden
gitxH, zag hij hen arm in arm m hun tent gaan.
loen was alles stil. De roode gloed van heb vuur
verflauwde tot een enkele vonk en de duisternis
bedekte het tooneel._ Maar zelfs in die duisternis
hij onder de wyduifcgespreide takken van den
D°om een heldere plek de witte teut.
heeft hJJ «ioh een poosje vastgehouden, wat be
trekkelijk gemakkelijk was. Het afhangend eind
van het touw Ihajd' jhy natuurlijk opgetrokken.
Terwijl hij kon aannemen dat u in den tuin aan
het zoeken zou_ zijn, liet hy zioh weer tot uw kal
mer zakken. Die vond hij inderdaad leeg en door
dat u in uw verbouwereerdheid over de spookver
schijning natuurlijk het raam had laten openstaan,
wat hij1 ook vooruit wiel kon veronderstellen, had
hij gelegenheid ocm het dossier weg ba ne aen eni
i dreigbrief neer te leggen. Daarop heeft hij
i plaatsje onder het balkon weer opgezocht ed
rustig afgewacht tob beneden de rust weer was
teruggekeerd. Toén heefb hij rich naar omlaag laten
zakken en heeft het touw waar afgehaakt, tus*
sohem haakjes ook weer een knap stuk werk.
De rechter keek omlaag'en schudde in een soort
bewondering voor zooveel geslepenheid en durf, het
hoofd.
—Ik elk geval hebben we hert touw. Door uw on
verwacht verschijnen en dreigen m'et de revolver
had de knaap blijkbaar weinig lust om zijn kunst
van gisteravond "weer uit te halen. Al hebbed we
hem dus zélf niet; we hebben in elk geval wat.
Dat touw zal ons Wel nieuwe sporen verschaffen.
Hij trok het touw langzaam' omhoog, liet* er
het licht van de lantaarn op schijnen en bekeek
•alk plekje om zoo te zeggen met ae grootste aan
dacht door zijn vergrootglas.
Op verschillende plaatsen was het touw met vuil
bedekt. Deze plaatsen schenen Maro Michel moer
in het bijzonder te interesse eren, wanlb hij1 bekeek
ze lang en aandachtig en maakte yvan verschil;
lende plaatsen afdrukken op koolpapder dat hü
dit zijn portefeuille haalde. Dit onderzoek, wat
zwijgend geschiedde en waarvan Monsieur Malterre
niet direct het nut inzag, duurde meer dan <eem
uur. Eindelijk klapte de detective rijn notitie*
boekje, waarin hü ijverig aanteekenbgöB had gsn
maakt, dicht en vroeg op een tevreden toon:
i^jmu u den man, dj&n ju aan het venster 'getf
zien hebt, terugaennenF
Op het eerste gezicht.
Uitstekend.
Geloof t u dat er kans is ara hemf te pakköu
te krijgienn?
Ais alles gaat Zooals ik me het voorstal, giek
tooit ik wol dat ik ;u morgen uwi m/annet(j© «4
kunnen leveren.
Morgen zegt ju? maar hoe in vredesnaam?
Dat kan £k u tot mijln spijt op het o-ogida4
blik nog nieb uitleggen. Er woelen allerlei cocmbdr»
naties door mijn 'brein op heb ©ogenblik, die u
waarschijnlijk maar zouden vervelen. Overigens heb
ik buitengewonen trek in eau1 whiskey soda. Gaat
u maar me», dan breng ik u'naar uw hotel.
Naar mijln hotel??
Zeker, u mag onder geen voorwaarde hier in
huis slapen zoolang deze kerel op vrije voeben is.
Daarentegen kan ik u voor morgennacht met tap
melijke zekerheid ieen ongestoorde nachtrust op uw
eigen kamer beloven.
Ik kan dan het beste maar weer naar het
Hotel des Champs Elysées gaan!
Dat zou ik niet doen, het is beter dat u van
nacht ^ergens aanders gaat. Niet dat ik het zoo
buitengewoon waarschijnlijk acht dat uw vervolger
weet dat u daar gisteren geweest bent, maar een
mensch kan nooit voorriohtdg genoeg zijd. Het is
zelfs heel waarschijnlijk dat uw leven vannacht
g">en gevaiar lorxob. het is hun ar immers om te
doen om Narvelli op vrije voeten te krijgen,
m-w een rustigen nacht zou otniZe vrieuidi of zijn
compagnons u waarschijnlijk niet gunnen, want
schrikaanjaging is voor heb oogenblik Luni voorn
naamste strijdmiddel. Gaat u maar met mü
tniWf!K-F.*-.- ii-J**!*!-!*.V '•"'ï-
pW
§f$i!
Weet gij dat "Weet gij dat'-jes
een verkoudheid
meestal in éénen
nacht geneeat mat
Weet gij dat
gjj Uw luchtwegen
kunt ontsmetten .en
deslijm oplossen met
Weet gij dat
Uw ademhaling
ruimer wordt door
het gebruik van
S.-"'
Weet gij dat
Uw nachtelijke
hoestaanvallen
verdwijnen door
WAAROM Iaat ge dan Uw ver-
koudheid voortduren?
WAAROM laat ge Uw luchtwe
gen door «tijm verstopt?
WAAROM blijft ge dan boetten?
Gij weet nu toch dat Alekei*»
Abdijsiroop de eigenschappen
bezit oude en taaie slijm dade
lijk los te maken, hetgeen ver
ruiming geeft bij het ademhalen
en den hoest verdrijft. Vastzit
tende slijm vormt ontstekingen,
welke ooizaak kunnen zijn van
de meest gevreesde ziekten.
Neemt dut voor Uw nachthoett,
verkoudheid, brbnchitit, aithma,
morgenhoett, catarrh, kinkhoest,
griep, nog heden het middel zon
der verdoovende of vergiftige
bestanddeelen, de doeltreffende
,50; /2.75; /4.50. ij
„Gethseauane," heefb de Diaken eens tot min
g*ezeg\i, toen cus g*esprek ons ver had medegevoerd
au vele dingen had aangeraakt, „Gethsefmaaie
is nieb alleen een plaats, heb is aék' iets diab gta»
beurt. Wanneer een man zichzelven overwint,
dan is daar Gethsemane. En zeker zal daar een
strij'd Zijn. Soms gebeurt heb dat een mensohv
dab op dab oogenblik nieb weeb, soms gaat hij
be veel op in zijn gevecht om te begrijpen wat dat
alles beteekent, maar eenmaal zal hij weten. JEn
aan welken kant ook de overwinning is, later zal
hy weten, dat dat heb groote gfeveohb van zfijn
leven is geweest.
VEERTIENDE HOOFDSTUK.
Een Aanzoek.
Toen de feestdagen ,van Prosoobb voorbij twia-
ren en meneer en mevrouw Maniuing. naar hun
kamp in _Grkmi.be Rasin vertrokken waren, keerde
Kitby Rrid met tegenzin naar Williamson Valley
terug. Zij voelde, dat nu de laatste band met
Phil verbroken was, de omgeving van' .haar
meisjesjaren ook hoegenaamd geen belang meer
voor haar had- Binnen enkele weken zon de farm
verkocht worden. Een koopman in Presoobt had
onderhandelingen geopend voor eem cliënt uit heb
Oosten, die binnenkort zou komen om de bezit
ting in oogenschouw te nemen, en- uit hetgeen die
koopman hem gezegd had, meende Rrad te mo
gen opmaken dat de koop Zeker zou doorgaan!
Inbusschen wachtte Kitty met al het geduld';
waarboe Zij in staat was. Heb werd' haar zeer ven-
licht door het aanstaande bezoek van Helen ïeu
door haar vriendschap met Professor Parkhill. Wan
neer men alle omstandigheden in aanmerking
neemt, was "het zeker niet bevreemdend, dat het
jonge meisje, nog 'edelmoediger dan anders, haar
tijd zou geven aan tien eemgeu persoon in hare
omgeving, behalve Pathes, 'die haar verlangen kon
begrijpen naar dat hooger leven, dat Zolrs haar
eigen ouders onbekend was.
En de Professor begreep haar tan volle. Eiken
lag verzekerde hij haar aat vele malen. Hü had
niet al de jaren van zün levjem/ gewijd aan AJ
studie van die beschavende eif vergeestelijkende
waarheden die zoo hoog verheven zijn boven het
begrip van de verachtelijke kudde? Ja, zeker, hij
verstond haar taal, hij btgreep waarom de
onreine, dierlijke aardsohgezindheid van hür ruwe
omgeving haar afstootte, en haar walgde..
Hij begreep dat nog beter' dan Kitby Zelve en
hij legde hefc haar duidelijk uit, dab haar heim
wee naar een hooger versbandedijk en geestelijk
leven uit haar eigen Zaldzame talenten voortkwam,
en boven allen twijfel stalde hy1 de uitnemend
beid en de ltiesohbaid van haar inwendige natuur
vast. Hij verheugde Zich met haar met een
Zuivere en heilige vreugde dat Zijl weldra in da
gelegenheid Zou gesteld worden rich aan de hoo-
gere ontwikkeling van haar geestelijke vermogens
te wij-den naar heb verlangen vam hagg ried. Dit
alles zeid'e hij haar iederieru dag, en toen, aan
namiddag zedde hij! haar mee*.
Heb was denzelfden namiddag waarop Pathes
Helen ©n Stanford' zoo onverwacht had aangetrof
fen in hun kamp van Gramibe Basin. Kitty em.
de Professor waren, met het rijtuig naar Simmxms
gereden om Tl© post te halen en zijf wanen nae3k
op dan terugweg naar Kruis Driehoek, toen hij
vroeg: „Moeten al Zoo spoedig terug naar de
farm? Het is zoo heerlijk hier, waar niemand
ons stoort met alledaagsche gemeenplaatsen....'*
„O, ineen," antwoordde Entty - „Er is geen
reden 'Zoo haastig naar huis te gaan." Zij keek
rond...-„Wij Zouden daar kunnen gaan ritten an
der die cederboamen op den heuvel waar u mij1
dien -dag met méneer Pathos hebt aangetroffdDj.,..
u herinnert u wel, dien dag toon' wij Yavapai Joe
zagen'"'
„Wanneer u denkt dat wij het rijtuifef veilig
alleen kunnen laten," zedde hij édan zou
ik het heerlijk vindon."
Kitty bond de paarden vast aan eern struik aan
den voet van den lagen heuvel en' Weldra war
ren zij in de Welkome schaduw van de oederboo-
men.
„Juffrouw Redd," begon de Professor, ver
bazend gewichtig, „ik moet erkennen dat heb
mij 'dien dag wel een weinig moeilijk is gevallen'
een verklaring ibe vinden voor uw aanwezigheid]
hier, in gezelschap van een individu als die Pa
thes. U zult mij ten roede houden dat ik u dit
zeg, maar ik ben .er zeker van d'at u bemerkt hebt,
hoe zeer ik belang in u stel. Ook in Presoobt heb
ik u toevallig eens met hem gezien. U néémt
mij' niet kwalyk 'dat ik u, daarover spreek?"
„Volstrekt niet Professor," antwoordde Kitty,
glimlachende bij de gedachte hoe onbekend «ie
Professor was met het ware karakter van "den
oow boy. „Ik bood yeti vaa Pathos. Ik stol vedf
tam. Mijn chauffeur wacht ons aan dm achter
uitgang.
De auto bracht de beide marman in ©eui minuut
ot? twintig naar Hotel Avgnida. Tijdens den rit
verwisselde Maro Michel zfijn brievenbestellersuni-
i'orm voor Zijn gewone klearen. In de comfortabele
conversatiezaal van het kleine, maar zeer goede
hotel de detective had heb befi&r gevonden omi
niet in da hall te blijven ritten', dronken de beide
heer en nog ©en paar whiskey-eoda's en nadat ze
nog ©en poosje hadden ritten praten, nam de
detective afscheid.
Gaat u al weg?
Tot mijn spijt moet ik gaan; ik heb nog een en
ander te doen.
In mijn zaak?
Ja.... Apropos; op welk nummer kan ik u per
soonlijk direct in uw bureau per telefoon bereiken?
Mijn privé-nummer, dat u niet in den gids vindt
is 31645.
De detective noteerde het.
Kunt u zorgen dat u morgen in staat bent om
op mijn eerste aanvraag direct bij mij te komen?
- Zeker.
Goede nacht. En denkt u er om dat u straks het
hotel niet meer verlaat.
Mare Michel verliet het hotel, stapte op zijn auto
toe en vroeg den chauffeur: Nog wat bijzonders
gebeurd?
Niets, monsieur.
Rijd eerst naar bet bureau van de „Figaro" dan
naar de „Matin" en dan naar de „Petit Parasien".
Op de administraties van deze bladen gaf de speur
der, met de uitdrukkelijke opdracht te zorgen dat zij
nog in het ochtendblad moest worden opgenomen, de
volgende advertentie af:
GRATIS BEHANDELING VAN SLECHTE
GEBITTEN.
Een pasgevestigde Amerikaansche tandarts, behan
delt heden gratis lijders aan slechte tanden en kie
zen, om zich bekendheid te verwerven. Geheel nieuwe
methode om beschadigde en gehavende gebitten weer
hun oorspronkelijken goeden vorm terug te geven.
Adres: Avenue Wagram, nr. 41
Den volgemjen middag om half drie ging in het
bureau van den rechter van instructie de telefoon.
Kunt u direct komen naar Avenue Wagram no. 41,
waar ik een paar kamers in gebruik heb?-, vroeg do
stem van Mare Michel.
Als het noodig is.......
- Neemt u een auto en kom alsublieft direct
Toen de rechter voor het opgegeven adres uitstap
te, begreep hij op het eerste c ogenblik er niets Van.
Want er was een groot bord aan de deur, waarop in
opzichtige, kleurige letters het volgende opschrift
prijkte:
Mr. SYDNEY HARDING
D.D.S. v
AMERIKAANSCH TANDARTS.
Maar voor hij veel gelegenheid tot nftdenken had,
werd de deur al van binnen af geopend en stond
de rechter tegenover de chauffeur, die hem gisteren
gereden had.
Komt u maar binnen, monsieur, Monsieur Michel
wacht u al.
Toen monsieur Malterre in de kamer gelaten was,
die, zooals de chauffeur gezegd had, zijn meester in
dit huis in gebruik had (het was voor den detective
wiens particulier adres in de misdadigerswereld na
tuurlijk al te wel bekend was, een onafwijsbare
noodzakelijkheid, om in het groote Parijs verschillen
de en telkens wisselende pieds a-terre te hebben), was
hij opmeuwstom-verwonderd. Hij was hier niet in
de werkkamer van een grootmeester der opsporing©-
kunst maar in ld© pontjes ingericht©, van' da
nieuwste snufjes voorziene spreekkamer rm em
tandarts. In het midden stond een gjroate opera*
tieetoel, waarin een oud© vrouw grezaten was, dia
den rechter bij zfijn tan-nertikoman verschrikt aaiv
staarde. Het scheen ©en ernstiri gleval te zfijtoi
want om de patiënte hean standen vier assistemn
ten in witte jassen, twee v&ni die heeren hialn
den elk eenarm vast en de bolde anderen hadden
rich achter haar geposteerd en hadden elk een
schouder vastgegrepen.
Herkent u deze vrouw? vroeg* da Amerikaan^
sche tandarts, wiens crabevioegicLhedd om da tand*
heelkunde uit te oefenen, de rechter oanmddedlfijk
kan oanstateeren.
Dez» vrouw? Neen, monsieur Michel, die ken
ik niet, Zei hfij een beetje stroef, verwonderd ais
hfi? was over hetgeen hean een misgreep yan demi
beroemden speurder leek, /want dat kon toch niet
zfijin geheimzinnige bezoeker rijn.
Eén moment dan. Met één greep rukte d©
detective de „vrouw" de pruik van heb hoofd. Een
mannenhoofd kwam te vootrsSifijti en de rechter
herkende tot zfijn stomme Verbaring! heb gericht
v,ajn zfij'n „spook", dat vergeefsche^ pogingen deed
om aam den ijzeren gireép vajn vier paar sterk©
handen te ontkomen.
Herkent u dezen man? herhaalde Maro Mi
chel, thans eenigrins gewijzigd «fijn vraag vani
daarnet.
belang in hem en er is werkelijk geen enkele ré-
fLen waarom Tk niet yriendsehappeïjjk hem
zjou omgaan. Vindt u .niefi flat ik voor onae cow
boys vriendelijk behoor te rijn?"* -
„Ik zou meenen van ja," zuchtte de Professor
„maar het hindert mfij! als ik rie d'at u iets ge^
meen hebt met zulk eeui man Het is voor mijl r
een pijnlijke gedachte, dat u met zulke mensohen
in aanraking komt. Ik zal werkelijk Zeer blij zfijin',
als u niet meer onder dergelijke verplichtingen
leeft en als u veilig zult afijn tusschen mensohen
van uw eigen stand.
Kitty vond het zeer moeilijk te antwoorden en
rij wilde niet trouweloos jegens Pathes zfijn en
haar vel© vrienden van Williamsoin Valley, en
evenmin wilde Zij verraden dat Pathes ter eere
van den Professor een rol gespeeld had, want
Zij voelde dat zfij, dopr stilzwijgend toe te rion,
min of meer medeplichtig geworden was. Daar--
om zeilde 'rij niets, m'aar soheern de waard© van'
de opmerkingen van haar geleerden metgezel in
stilte te overleggen. Ten minste dien indruk anti»
ving de Professor en toen het bleek dit zfij de b©*
oordeeling van haar gedrag geraedelfijk aannam,
vond hfij daarin de aanmoediging die hfij noodig
had voor hetgeen volgen ging.
„U 'Zult wel willen getooven, juffrouw Redd,
dat ik bijzonder belang stel in uw wel zfijin. Tnj
dez» maanden nu wfij zooveel tezamen zfijm geweest,
is uw_ geestelijk en verstandelfijk gezalschap mfij
zeer dierbaar geworden. Rfij onze zaelgemeenschap
heb ik mfijZelven opgeheven gevoeld, gesterkt en
bemoedigend, ials noodt te voren, om op te stfijto
gen naar de hooge bergtoppen van- hefc Zuiver
geestelijk leven. En waarneer ik mfij niet vergis,
dan hebt ook u een zekere Zielsverheffing ge
voeld als de vrucht van onze gemeenschap, hebt
u niet?"
„Ja Zeker, Professor," antwoordde Kitty op
recht „GnZe gesprekken zfijin voor mfij! van' véél
grooter beteekems geweest, dan ik u kan zeggen.
Ik Zal dezen zomer nooit vergeten. Uw vnenidd
schap is ©en feroote kracht in mfijTi leven- ge
weest."
De kleine man bewoog rich' onrustig eni keek
bedeesd rond. „Het verheugt mij oprecht te hoo*
ren dat ons samenzijn u welgevallig is geweest.
Dat heb ik trouwens ook wel gevoeld, maar ik
ben toch^ blfij' dat ik u dab Koor bevestigen..Het
gééft mij de kracht om lu te Zeggen wat mfij al
verscheiden weken a/waar op het nart ligt."