Ibr^cht en spa*, noemt dan het bepalen van den toe-
latinffsleeftlid van 5X jaar op jaar.
Do heer Bakker; Nog meer verwildering.
De heer Van Nuland zegt hier een circulaire van
de S.D.A.P. te hebben, die een en al verwildering is.
Wij hebben de finantieele gevolgen te dragen, als de
rekening sluit met een groot deficit, komt het voor
rekening van den Raad. De S.D.A.P. raadsfractie voe
ren nu wel een groot woord, maar spr. brengt dit in
verband met het feit dat het a,s. Dinsdag een belang
rijke gebeurtenis is.
De heer Bregman: Amen!
De heer Van Nuland: Neen, nog geen amen. Spr.
zegt verder dat we leven onder abnormale omstandig
heden en als door verhooging van toelatingsleeftijd
er 40 inplaats van 62 leerlingen tot de school werden
toegelaten, zou er 1 inplaats van 2 parallel klassen
komen.
Voorzitter zegt dat de 10e leerkracht voor reke
ning van de gemeente komt, de kosten van het onder-
wijs worden per leerling dus hooger en bijgevolg ook
de bijdrage aan de katholieke school. Wij hebben
advies gevraagd aan den Inspecteur en moeten ons
daarbij neerleggen.
De heer Van Nuland wijst op de goede bewaarscho
len, verhooging van toelatingsleeftijd zou dus geen
verwildering veroorzaken.
De heer Gorter deelt mede, dat ook hem de finan
tieele bezwaren oorspronkelijk afschrikten, maar nu
blijkt dat er zooveel nieuwe leerlingen toegelaten
dienen te worden en zoo'n aandrang van ouders is
ontstaan, nu meent spr. dat de tegenwoordige toe
stand niet langer mag worden bestendigd.. Wat ver
hooging van den toelatingsleeftijd betreft, herinnert
spr. aan een dusdanige besluit van de regeering en de
oppositie daartegen.
De heer Leguit deelt mede, dat hij Dinsdag de
school bezocht heeft en daarbij tot de conclusie is ge
komen, dat er lokalen zijn, waar de onderwijzer niet
tusschen de banken kan loopen. Spr. zou niet graag
willen dat de toelatingsleeftijd werd verhoogd, want
dat beteekent 1 jaar later klaar.
De heer Bakker meent, dat verhooging van toela
tingsleeftijd zou beteekenen van 't jasje op 't broekje
gooien, want ook de bewaarschool zou dan te klein
worden en te weinig onderwijskrachten hebben.
De heer Van Erp betreurt dat deze onderwijszaak
de publieke belangstelling in deze mate heeft en
spr. ziet er verkiezingsmethode in. Spr. herinnert
aan 2 jaar geleden, toen de Vrijz.-Dem. tegen aanstel
ling van een 10e leerkracht waren en er geen meer
derheid voor in den Raad was. Het verheugt spr.,
dat hier nu geen twijfel aan is en spr. deelt mede, in
de vergadering van Oudercommissie en Commissie
van Toezicht op het L. O., 4 weken geleden, de eerste
te zijn geweest, die zijn meening naar voren bracht en
het hoofd der school voorstelde voor 1 Mei de aanstel
ling te vragen. Spr. doet het genoegen nu van de toen
aanwezige V.-D. raadsleden de heeren Leguit en Rog
geveen, hun motieven te hooren, terwijl ze die in de
vei^adering der Oiidercommissie niet naar voren
brachten.
De heer Leguit: We hadden daar geen raadsverga
dering.
De heer Van Erp meent, dat men ook daar zijn hou
ding had dienen te verdedigen. Wat de opmerking
van den heer Bregman betreft, de heer Gorter heeft
niet zijn stem gemotiveerd, dat heeft spr. gedaan.
Dq heer Roggeveen wijst er op dat de heer Van
Erp de zaak vooruit loopt, waar deze zegt dat spr.
zijn motieven thans naar voren brengt. Spr. heeft nog
geen woord gezegd en in de vergadering van de Ou
dercommissie heeft spr. wel. zijn houding gemoti
veerd, door er op te wijzen, dat hij wel voelde voor
een 10e leerkracht, maar gewezen heeft op de finan
tieele gevolgen.
Voorzitter is het met den heer Roggeveen eens, dat
hij zich nog niet geuit had.
De heer Leguit wijst er op, dat de heer Van Erp
herinnert aan wat 2 jaar door de V.-D. raadsleden
gedaan is. Spr. was toen nog geen raadslid, maar
denkt dat als de toestand thans nog zoo was als 2
jaar geleden, hij ook in dien geest zou hebben ge
handeld. Bij 2 jaar geleden is er nu een verschil van
44 kinderen.
De heer Tuinman zegt, dat het Dag. Bestuur
enthousiast blijkt te zijn voor de aanstelling van een
10e leerkracht. Ook spr. is doordrongen van den ernst
van den toestand doch verwondert er zich over dat
B. en W. met niet meer voortvarendheid hebben ge
handeld. Reeds in Maart had men 30 sollicitanten.
Voorzitter: Dat heeft met de lóe leerkracht niets
te maken.
De heer Tuinman wil in dit verband er toch op wij
zen en spr. heeft ten aanzien van deze zaak op de
stukken datums gezien, waaruit hij de conclusie trekt,
dat met meer voortvarendheid te werk gegaan had
kunnen worden.
De heer Gorter wijst op de moeilijkheid om ge
schikte sollicitanten te krijgen. De zaak is kant en
klaar, het oordeel over de sollicitanten is gunstig,
toezegging is gedaan door de op de voordracht ge
plaatsten, dat ze aanwezig zullen zijn, zoodat alles
goed zal rollen.
De heeren Bakker en Tuinman zijn daar niet zoo
zeker van.
Voorzitter merkt op dat de heer Bakker niet voor
uit moet praten, wat hij niet weet. De heeren Beun
der en Schlamilch zullen a.s. Maandag present zijn,
dë heer Oosterhoff is elders benoemd.
De heer Huibert9 zou willen voorstellen op te schie
ten.
Voorzitter vindt dat niet het onverstandigste
woojd.
De heer Van Erp tot den heer Huiberts: U heeft
geen zetelvrees.
De heer Roggeveen: Ik ook niet, en tot de wethou
ders: „misschien jullie wel".
De heer Van Nuland vraagt nog of den Inspecteur
is gevraagd wat hij dacht over het stellen van den
toelatingsleeftijd op 6% jaar.
Medegedeeld wordt dat hiernaar niet is geïnfor
meerd.
Voorzitter wees er verder nog op dat de heer Brou
wer het tweede onderzoek naar de sollicitanten wel
wat te veel op zich had laten komen en las de tele
grammen voor, waarin de heeren Beunder en Schla
milch verklaarden Maandag in functie te zullen ko
men.
Met algemeene stemmen wordt vervolgens het voor
stel van B. en W. aangenomen.
De Voorzitter wordt boos.
v Voorzitter wil thans overgaan tot het volgende
punt, doch de heer Bregman wijst er op dat dus blijk
baar de ingekomen stukken zijn behandeld. Spr.
vraagt of er nog geen atjres is, een adres dat 3 Maari
is ingekomen.
Voorzitter wordt zefer boos en zegt dat de heer Breg
man dat dan maar bij de rondvraag moet informee-
ren, de orde der werkzaamheden is aan spr.
B. en W. stellen den Raad voor, den onderwijzer
I. Roos over te plaatsen naar de U.L.O. school en in
de hierdoor ontstane vacature te voprzien, door een
benoeming te doen uit de sollicitanten naar de vaca-
ture-Parlevliet.
De heer Roos verklaarde zich met de overplaatsing
te kunnen vereenigen, evenals de Inspecteur van
Ij. O.
Weliswaar maakt de heer Roos het voorbehoud,
dat de betrekking niet zal worden opgeheven, doch
B. en W. zijn van oordeel, dat de Raad zich in dit
opzicht niet kan binden en krachtens art 36, 9e lid-,
laatste zinsnede van de Wet op het L. O., in ieder ge
val bevoegd is tot overplaatsing te besluiten.
Zonder hoofdelijke stemming goedgevonden.
CnderwfJcersbenoemlnaexL
Daarna komt aan de orde de benoeming van on-
onderwijzers aan de O. L. school, waartoe B. en W.
de volgende voordrachten aanbieden:
Vacature-Parle vliet:
1. K. Beunder, Oudendijk.
2. J. Oosterhoff, Marssum.
3. J. Schlamilch, Anna Paulowna,
Vacature-Roos:
1. J. Oosterhoff.
2. K Beunder.
3. J. Schlamilch.
10e leerkracht:
1. J. Schlamich.
2. K Beunder.
3. J. Oosterhoff.
Voorzitter deelt nogmaals mede, dat de heeren
Beunder en Schlamilch 2 Mei in functie zullen tre
den, de heer Oosterhoff is elders benoemd en voor de
10e leerkracht zal een hernieuwde oproeping plaats
hebben.
Voor vacature-Parlevliet wordt de heer Beunder met
algemeene stemmen benoemd, voor vacature-Roos de
heer Schlamilch.
Als leden der Schattingscommissie voor de Rijks
inkomstenbelasting, treden af de heeren J. Cornelis-
sen, Th. L. Overtoom, Jb. Schoorl Jz., en J. Bregman.
B. en W. bieden de navolgende aanbevelingen aan:
vacature J. Cornelissen: 1. J. Cornelissen, 2. W. F.
Gorter;
vacature Th. L. Overtoom: 1. Th. L. Overtoom, 2.
W. J. F. v. Erp;
vacature Jb. Schoorl Jz.: 1. Jb. Schoorl Jz., 2. D. P.
Timmerman;
vacature J. Bregman: 1. J. Bregman, 2. K. Bakker.
De heer Bregman zegt, dat het gebruikelijk is dat
voor de vacatures als 2e iemand wordt aanbevolen
van dezelfde fractie als de aftredende. Spr. vraagt,
waarom bij de vacature-Overtoom hiermede geen re
kening is gehouden.
Voorzitter zegt, dat dit niet met opzet is gebeurd,
voor de vacature-Corneli9sen is de heer Gorter als
no. 2 aanbevolen en voor de vacature-Overtoom i9
toen uit beleefdheid de heer Van Erp al9 no. 2 aan
bevolen.
De aftredenden worden allen herbenoemd.
B. en W. stellen voor te besluiten tot overname van
het gedempte gedeelte der Laansloot.
Goedgevonden.
Vastgesteld wordt een suppletoire begrooting dienst
1927 en wel tot een bedrag van f 1560.
In verband met het eindigen van den termijn,
waarvoor de vrijstelling van het geven van onder
wijs in lichamelijke oefening is verleend, stellen B. en
W. voor aan Ged. Staten vrijstelling te vragen van de
verplichting tot het geven van onderwijs in lichame
lijke oefening voor de O. L. school en de U.L.O. school,
wegens het vooralsnog ontbreken van de lokalen en
terreinen voor het geven van bedoeld onderwijs.
Zonder bespreking aldus besloten.
Rondvraag.
De heer Overtoom informeert naar het rapport, dat
aan den directeur der lichtbedrijven zou worden ge
vraagd over den toestand oveF den ouden oven.
Voorzitter zegt, dat het rapport nog niet is ingeko
men; wel, aldus de heer Gorter, is het onderzoek ver
nietigend.
Een adres van 2 maanden terug, nog in
behandeling.
De heer Bregman informeert dan naar een adres
van Jb. Peper, om bij de gemeentewoning, door
adressant een schuurtje te doen bouwen. Adressant
verklaart zich bereid daarvoor een wekelijksche huur
prijs van 35 cent te betalen. Dit adres is 3 Maart inge
zonden.
Voorzitter zegt. dat het adres nog bij B. en W. in
behandeling is.
De heer Bregman vindt dat'een beetje absurd, vo
rig maal is gezegd dat het adres in de volgende ver
gadering behandeld zou worden.
De heer Gorter vindt het adreg niet van zooveel
belang en heeft geen bezwaar het thans te behan
delen.
Goedgevonden wordt het adres te behandelen.
Voorzitter merkt op. dat voor den bouw geen be
drag op de begroeting is en het niet goedi te vinden,
er steeds weer een schepje boven op te doen. B. en
W. vinden het beter het op de begrooting va-n 1928
te plaatsen.
De heer Bregman meent een goede oplossing te
hebben gevonden, het maken van de kiezerslijst is
op de begrooting van 1927 uitgetrokken er wordt ge
stemd volgens de oude. zoodat van dien post zal
overblijven.
Voorzitter noemt- het gelukkig, als er eens een post
is. waar wat van overblijft, we behoeven dat in April
al niet op te miaken.
De heer Bakker zegt dat het schuurtje mogelijk
f 200 bost en er 52X35 oent huur voor komt. Spre
ker wijst op de wensoheljjkheid dat het schuurtje
wordt gebouwd, wil die woning* niet meer onder
houd vragen of onnet worden. Spreker was mede-
Sedeeld dab ha 3 Maart reeds was goedgevonden
at het schuurtje werd gebouwd.
Voorzitter weet niet wie den heer Bakker mede-
deeliingen doet over de vergaderingen van B. en W.
maar het verwondert B. en WI. dit te hooren*.
De heer Gorter wijst toog1 eens op hét in' de war
brengen van de finantien!. waarop de heer Bakker
opmerkt dat voor demping van een gedeelte der
Laansloot klein f 1000 wordt uitgegeven.
De heer Gorter noemt dat een spoedgeval.
Het voorstel Bakker om nog dit jaar het schuur
tje te bouwen, wordt aangenomen. Tegen stemde
ae heer Gorter.
Do oude kiezerslijst
De heer Bakker vraagt waarom in Sohagen voor
de" Gemeenteraad verkiezing" weer gestemd wordt
volgens de oude kiezerslijst.
Voorzitter zegt dat de uitvoering! dei1 wetten
aan B. en W. is afgedragen cm dat' B. en W. .over
do uitvoering geen verantwoording schuldig Zijn aan
den raad.
De heer Bakker wijst er dan op dat in een bloeien
de plaats als de onze een gToot percentage niet
aan de steminiing kan1 deelname^, en dat het een
groot plaatselijk belang is dat dit wal had! kunnen
geschieden. Spreker wjjst er verder op, dat zij die
voor Prov. Staten niet gestemd hebben een schrij
ven ontvangen dat ze voor den burgemeester moe
ten verschijnen, terwijl aah den anderen kant het
Dag. Bestuur zoodanig handelt, dat de kiezers in de
onmogelijkheid varkeecren hun stem uit te brengen.
In gemeenten waar men accuraat te werk gaat,
zullen die kiezers van hun vorige woonplaats ook
uitgesloten worden. Spreker betreurt deze weinige
voortvarendheid.
De heer Gorter meent dat dit verwijt de wetge
ving. treft, niet B. en WL
Het verkeer in de Heerenstraat.
De heer Roggeveen wijst op het gevaar van
botsing op den hoek HeerenstraatLoet en geeft
als oplossing aan een regeling waarbij heb verbo
den is vanaf de markt komende, de Heerenstraat
in te rdijon, doch verplichtend te rijden over aht
Remsgars, terwijl daarentegen men vanaf de Loeu
door de Heerenstraat zal hebben te rijden.
Voorzatter lijkt dit wel een goede oplossing en
zal het met B. en Wu pespreken.
De heer Tuinman noemde nog, het aanbrengen
van Witte strepen op den weg, doch men oordeelde
voor een dergelijke oplossing de Heerenstraat te
bauw..
De heer Roggeveen vindt voorts dat op het Oude
Slot op drukke Donderdagen te veel auto's" staan
en wijst op de uitstekende gelegenheid voor stalling
en de garage van den heer Boontjes op het Noord.
Voorzatter zegt dat de heer Roggeveen moet af
wachten hoe de regeling zal werken, waarbij ,e»en
3 tal plaatsen den auto's zijtni aangewezen. f bene
vens het heften van staangeld. Het is juist de
de - bedoeling geweest dat de autos naar de parti
culiere inrichtingen gaan.
De heer Roggeveen zegt verder nog geem; gele
genheid te hebben gehad om1 voorstellen betreffende
eventueele uitbreiding van gaslevering in te dienen.
Voorzitter ziet de voorstellen, met belangstelling
tegemoet.
Ook de Secretaris boos.
Nog eens de kiezerslijst
De heer Bregman komt nog eens terug op het
feit dat gestemd moet worden volgens de oude kie-
zerlijst len dat terwijl in 1919 en 1924 volgens de
nieuwe lijst werd gestamd. Voorts heeft liet hem
verwonderd dat ar m de oude kiezerslijst zooveel fou
ten staan. Spreker noemt een geval waarbij iemand
getrouwd zijnde, niet in de gelegenheid was deel
e nemen aan de verkiezing van de Prov. Staten,
zijn. vrouw echter wel. Ook verhuizingen blijken
met goed aangeteekend{ een bewijs, zegt nspreker,
dat die kiezerslijst niet in orde is, er ontbreekt iets
aan.
Voorzitter zal die boodschap overbrengen op de
secretaris. Het publiek evenwel moet zelf contro
leeren.
De heer Bregman zegt_ dat dan dagelijks wel
een 60 man op de secretarie zouden moeten komen.
Trouwens de wet zegt dat niet, ze dienen er ambts
halve opgezet te worden.
De secretaris vraagt of de heer Bregman dan
de namen wil noemen, opdat heb onderzocht kan
worden.
De heer Bregman zegt dat de seoretaris dat geval
wel weet, de persoon is op de seoretarie ^geweest.
De secretaris tart den heer Bregman te bewijzen
dat het niet voorkomen op de kiezerslijst het ge
volg is vatn de fouten ter seoretarie. Het geval dat
de heer Bregman noemt is ontstaan doordat de per
soon zich met had laten inschrijven in heb bevol
kingsregister. i
De heer Overtoom geeft den voorzitter dien raad
-over 4 jaar geen vergadering meer uit te sohrijvetn
vlak voor de verkiezing.
Voorzatter erkent dat dè lucht vol eleofcriodteit
schijnt te zitten.
De heer Bakker vraagt of ten aanzien! van de
gedempte sloot .achter1 de Regenbenstraat reeds eeul
acte van rekening is gepasseerd ook de gemeente
is hierbij betrokken.
Voorzitter zal aandacht aan deze zaak schenken.
De heer Van Nuland bepleit het opnemen van
een bepaling in de politieverordering, waarbij heb
verboden is gedurende een zekere tijdsverloop hon
den los te laten loopen.
Voorzatter zal het bespreken.
Hierna sluiting.