WIJ DEELEN U MEDE!!! PIIK C. DE M O E L, Uit het Hart van Holland. uw POMP Tweede Blad. Ingezonden Stukken. Binnenlandsch Nieuws. Noord A 40. Dinsdag 31 Mei 1927. 70ste Jaargang. No. 8057. St. Maarten, 27 Mol 1927. 'Mijnheer de Rédacteur. Als inwoner der Gemeente St. Maarten, lees lk na- turlijk ook de Raadsverslagen dier Gemeente, en bij het doorlezen van het jongste verslag, dat van 24 Mei j.l„ maakte ik de volgende aanteekeningen le. Op aandringen van onze vroede vaderen wor den pogingen aangewend om het percentage der schattingswaarde van de R.-K. school op 't Rijp je, te verlagen tot den tegenwoordigen rentestaüdaard van pl.m. 4.496 Dus een wetswijziging in zicht, waarbij het. volgens de wet. standvastig per centage voortaan aan verandering onderhevig is. Dus voor de school op 't Rijpje voortaan geen uitkeering aan rente meer van 360 X 6.214 gld.. maar van 360 X 4.49f> gld.. dat is ongeveer f 600 per jaar minder, 't Is imimers onbillijk, zoo'n hoog percentage aan rente uit te betalen? 2e. De Gemeente leende het vorig jaar f 20.000 ter bestrijding van de kosten der nieuw gebouwde bijz. school op de Stroet. De rentestandaard was toen pl.m. 4.623 De leening werd gesloten a 5 't Is immers billijk 5 te geven als de rentestandaard minder is dan 5 3e. De Gemeente Harenkarspel betaalt aan onze gemeente een bedrag gelijk staande met de rente van f 8000 a 6 Dit ter vergoeding voor het onderwijs dat 30 leerlingen van eerstgenoemde gemeente ge nieten aan laatstgenoemde school. De rentestandaard is 4.496 Het is toch zeker niet onbillijk) van onze gemeente om 6 te accepteeren als dat gegeven wordt? 4e. Voor de pl.m. 100 leerlingen der drie openbare scholen te zamen. geeft onze gemeente jaarlijks uit f 2000. De R.K. school op 't Rijpje met haar 34 leerlingen ontvangt naar evenredigheid pl.m. f 650. Is dat billij? „Weineen". zeggen onze vroede va- deren. want die school komt daardoor in gunstige conditie, wijl zij minder kost aan onderhoud en wijl zij bij de oprichting in 1921 veel leermiddelen ter beschikking had" Als de tand des tijds harder knaagt aan de openbare school als aan de R.-Katho- lieke. dan is dat we lwat onbillijk hè, maar daar zal wel geen wijziging voor aan te brengen zijn;maar wanneer een schoolbestuur minder aanspraak zou mogen maken op gemeentelijke vergoeding van de instandhoudingskosten van zijne school, omdat ge meld schoolbestuur uit eigen middelen zijne school zoo goed heeft geïnstalleerd, is zeker wel niet bil lijk te noemen. 5e. Vijftig jaar lang zijn de 3 openbare scholen goed onderhouden. De Katholieken van St. Maarten heb ben daarvoor ook 50 jaa rlang hunne belastingpen ningen bijgedragen. Toch kregen zij op die scholen niet het onderwijs, dat zij verlangden, n.1. R.K. on derwijs. Thans, nu de R.-K. school op 't Rijpje een evenredig deel ontvangt van de instandhoudingskos ten, nu vreest de Gemeenteraad, dat genoemde school in betere condties zal komen als de andere scholen. (Endat is niet strafbaar!) 6e. Het is in onze gemeente niet geraden in hooger beroep te gaan als men zich met een genomen raadsbesluit niet kan vereenigen en zeker niet als er groote kans bestaat, dat het raadsbesluit vernie tigd moet worden. Dan worden sommige raadsleden nog bedroefd ook. 7e. Toen een paar jaar geleden de openbare school te Elenigenburg eenig gevaar liep opgeheven te zul len worden, hebben ijverige voorstanders van open baar onderwijs die opheffing weten tegen te houden. Zouden die ijverige voorstanders thans ook> geen middel weten om het onderhoud der openbare school voor onze gemeente wat dragelijker te maken? 8e. Naar mijn beste weten was het verzoek van Nic. Mulder te Dijkstal om vergoeding voor zijn leer plichtige kinderen, gedateerd pl.m. 5 Maart en moest dus. naar wettelijk voorschrift, binnen 30 da gen na gemelden datum behandeld worden. Het re quest is echter op 24 Mei aan den Raad aangeboden. Hoe zulks kan. is mij een raadsel. In de wet vind ik daaromtrent niets. 9e. Bij de behandeling van genoemd request. wil 't mij voorkomen, dat de heer Mulder kennis had moeten geven van dat schrijven aan 't Schoolbestuur en dat 't Schoolbestuur na kennisneming, van dat schrijver het request had moeten' tegenhouden. Zoo'n zonderlinge interpretatie van artikel 13 der L. O.-wet heb ik nooit gehoord. Wie een wetsartikel zóó leest, verdient voor lezen wel een 9 zonder staart, dunkt me. 10e. Altijd ben ik van meening geweest, dat de heeren leden van den Raad de gemeentezaken behan delden in hunne kwalitit van Raadslid, maar hier hoor ik 'n lid betitelen met ..secretaris". ..voorzitter" van 't Schoolbestuur. Als straks de brandspuiten of schoolbanken in behandeling komen, wordt mis schien een der aanwezigen wel als „agent van de Brandassurantiemaatschappii die en die" of ais „houttechnicus" begroet 11e. In onze gemeente is bij 't openbaar onderwijs de aanschaffing van iets nieuws op 't gebied van onderwijs uitgesloten. De assistent(e) zal hier dus voorloopig zijn intrede wel niet doen. of zou mis schien het mogelijk voordeeltje van f 600 in punt 1 genoemd' de kans op aanstelling mogelijk maken? Zoo ja, dan houd ik mij beleefd aanbevolen 12e. Dat bij art. 13 der wet op 't Lager Onderwijs eenige restrictie wordt gemaakt als: verplicht te voet afleggen van een afstand van boven de 4 K.M. enz., zal ik nader bestudeeren. De volgende requies- tranten zal ik aanraden niet over klompen te pra ten. maar over schoenen en pantoffels... U, Mijnheer de Redacteur, vriendelijk dankend voor de mij zoo ruimschoots verleende plaatsruimte. Hoogachtend. J. L. THEUNIS, Hoofd der R.K. school te St. Maarten. Rijpje. Wat de onder 8e. gemaakte opmerking betreft, zij medegedeeld, dat adressant ermee accoord ging* dat zijn verzoek in de eerstvolgende raadsvergade ring behandeld zou worden. Verslagg. LANGEENDIJK. Behoudens zeer kleine aanvoeren aan de groente- 'eiling te Noordscharwoude, behoort than9 de win- ercampagne, waarin de verkoop van stapelgroenton ïlaats vindt, weer tot het verleden en kunnen de uinbouwers hun balans en explotatie-rekening op- naken. Voor verreweg het grootste gedeelte der tuin- •ouwers in deze zich steeds uitbreidende tuinbouw- .treek, is een al- of niet-gunstige uitkomst van de vintercampagne beslissend voor een rendeeren l be- Irijf. De uitkomsten nu van den winter 1926—'27 zijn oo onbevredigend geweest, dat de meeste tuinders aet verlies hebben gewerkt. Den heelen winter door waren de prijzen der etapelgroenten zoo ver be neden het redelijke, dat aan een loonende exploita tie niet kan worden gedacht. De weersgestelrthiud was van dien aard, dat het rottingsproces zijn vrijen en vluggen loop kon gaan, wat een enorm verlies aan voorraden en een kapitaal aan arbeidsloou kostte. Alle factoren werkten samen om het eind resultaat zoo onvoordeelig mogelijk te maken. Hoe slecht, financieel gesproken, de einduitkomst wel is, blijkt het duidelijkst uit dé gehouden discussies bij de vergaderingen van de gemeenteraden, waarin de vermenigvuldigingsfactor voor de belasting is vastgesteld. Voor de Langendijker gemeenten had de Inspecteur der directe belastingen, die de schatting van het inkomen meedeelde, zelfs van een débacle gesproken. Het zal een uitzondering zijn, dat de tuinbouwers aan een belastbaar inkomen toekomen, verreweg het grootste deel heeft geen inkomen, ja zelfs verlies. Do omzetten aan de verschillende Cen trale Veilingen beloopen tonnen minder dan het vo rige jaar, toen het resultaat zelfs nog niet bevredi gend kon worden genoemd. Ook voor de hande laars en exporteurs is het een ongunstig jaar ge weest. Lage prijzen der producten gaan vrij zeker dat onze Depöthouder te Schagen vanaf heden is: Machinale Brei-Inrichting Jaap Snor. MIJNHARDTs Staal-Tabletten 90« Maag-Tabletten.75 Zenuw-Tabletten .75* Laxeer-Tabletten 60« Hoofdpijn-Tabletten 60 BIJ Apoth. en Drogisten gepaard met lage verdiensten, daar deze vrij regel matig verband houden met de omzetten. Belang rijke partijen stapelgroenten zijn in consignatie ge zonden, doch moesten veelal met verlies worden ver kocht., daar de vraag naar onze stapelgroenten op de buitenlandsche markten zeer gering was. De economische toestanden aan Langendijk zijn dus zeer slecht, wat weer zijn stempel drukt op den Mid denstand- De timmerlieden en metselaars hebben zeer wei nig te doen, de winkeliers zien hun debiet vermin deren of zien zich genoodzaakt „op den pof" te ver- koopen, in afwachting op betere tijden. Tal van ar beiders zijn werkloos, daar de tuinbouwers zooveel mogeLijik bezuinigen, ook op de arbeidsloonen. Op de schuitenmakerijen, waar anders in deze tijden de grootste bedrijvigheid heerscht, is het stil. Met eenige vrees vraagt men zich af, wat het eind van dezen toestand zal zijn, nu reeds verschillende ja ren achtereen de tuinbouwers geen „brood" hebben verdiend. Allerlei middelen worden beproefd om dezen nood toestand te boven te komen: bloembollenteelt ver vangt gedeeltelijk den tuinbouw, vroege-koolbouw wordt ingekrompen, als niet meer loonend vanwege de Duitsche toltarieven, warenhuizen worden ge bouwd, met middellijken steun der provincie, teneinde de mogelijkheid van glascultuur voor te bereiden, aan verpakking en sorteering worden de beste zor gen besteed, ten einde concurrentie van andere lan den het hoofd te kunnen bieden, cursussen worden gehouden om de tuinders theoretisch en practisch te bekwamen, excursies worden gedaan, om zich op de hoogte te stellen van werkwijzo en cultuur in andere 9treken, voordrachten worden gehouden over de heerschende handelspolitiek, kortom, alles wordt gedaan, om de crisis te boven te komen. En intusschen is een groot deel van het in 1923 ver leende creüiet onder garantie der provincie niet af gelost. Ook dit jaar zal van een aflossing, gezien de financieele uitkomsten, niets kunnen komen. We staan nu weer aan het begin van een nieuwen oogst. De vooruitzichten zijn weinig bemoeligend. Door tal van bouwers is kunstmest gekocht onder oogstverband, zoodat de eerste ontvangsten zullen dienen tot afbetaling der kunstme9t-schuld. Waar de ontvangsten de laatste jaren zeer gering zijn ge weest, de exploitatiekosten echter nog groot, ligt het voor de hand, dat voor velen de toekomst er verre van rooskleurig uitziet. Het bekende „ende despereert niet" van J. P. Coen, mag voor de tuin ders een riem onder het hart zijn, dit is zeker, dat spoedig een kentering zal moeten intreden, wil de tuinbouw zich onder de huidige omstandigheden handhaven. AL TE OVERMOEDIG. Dat niet ieder den vrijen Zaterdagmiddag weet te besteden in overeenstemming met de bedoeling waar mede die is ingesteld, bewees Zat er daemi ddag een 26-jarige steenlosser te 's Gravenhage. die. in bui tengewoon vroolijke stemming van zijn werk komen de. een taveerne opzocht, waar hij het nogal stevig met Cambrinus aanlegde. Gevolg hiervan was. dat vroolijkheid ten top steeg en hij eenigen kornuiten uitnoodigde tot een autotochtje J-or de Residentie.' De rit begon in de Jacob Catsstraat, waar hij zou eindigen, wist niemand. En om het mooiste uitzicht van allen te hebben, klom de feesteling boven ot> den wagen en zette zich daar neerop een stoel. On der weg nog hier en daar aangelegd en steeds wist de dronkeman weer zijn verheven zitplaats te be reiken. en. wat merkwaardig was. zich dp°» te hand haven. En om den volke kond te doen van zijn vreugdevolle stemming, zwaaide hij verva-rtiilf met een pot met bloemen. Wie den zonderlijken passa gier zag voorbijgaan, hield zijn hart vast. De val van den overmoedigen dwaas was echter nabij. Voor een deftig hotel op het Voorhout moest de auto plotseling zwenken met het gevolg, dat de hooge passagier, die niet had willen luisteren naar de waarschuwingen van den chauffeur, nu mee dupe moest worden van de onverbiddelijke natuur wet, die hem ter aarde deed storten. Het geval was hoogst ernstig. Geneeskundige Dienst kwam eraan te pas en de dokter constateerde een schedelbreuk, die den toestand, waarin de gevallen man naar het zie kenhuis zou worden gebracht, niet zonder gevaar maakte. m Scheveningen en het koude zomerweer. Den Haag heeft dit gemeen met een boerenplaats, dat het althans in een deel van het jaar geheel en al afhangt van het weer. Of in een klein dorp, waar ieder landbouwer is en hetzelfde gewas teelt, welvaart of armoede zal heerschen, in een bepaald jaar hangt af van ue gun stige of ongunstige weergesteldheid, de juiste of on- gewenschte verdeeling van de regendagen en war me en koude dagen in het jaargetijde, waarin het eenige was, dat de streek oplevert, moet gedijen. Voor een belangrijk deel geldt dit voor Den Haag in het tijdperk, dat midden Mei aanvangt en midden Setpember eindigt, het tijdperk dus, dat we reeds zijn ingetreden. Dan toch is niet meer het stedelijk deel van de ge meente 's Gravenhage haar voornaamste deel, maar Scheveningen, niet de hofstad, maar de badplaats. Hoewel we in den Haag blijven wonen, is ons leven dan verplaatst naar de zeekust, Althans dat deel van ons leven, waarover we vrij beschikken en dat eerst in den waren zin des woords ons leven is. In alle seizoenen gaan we natuurlijk naar de departemen ten of andere plaatsen, waar we ons dageiijk9ch werk verrichten. Maar in den winter zoeken we on- oiÉspanning in de stad, in den zomer op Scheve ningen. In het tweede deel van Mei denkt en rekent niemand meer aan of met de stad. De theaters slui ten hun deuren, concerten worden niet meer gege ven, niets wordt meer ondernomen: „de menschen zijn in Scheveningen", heet het en dat is dan ook zoo, wanneer men in Mei lenteweer heeft, maar als dat nu bij toeval eens niet het geval isen in ons klimaat is dat toeval niet zoo groot. Ach. dan is het teurige toestand. In Den Haag is niets meer te doen, niets meer aan de hand, dat men gewoon is onafscheidelijk van een groote stad te beschouwen., in Scheveningen staat alles klaar voor bet drukste woeligste, pret tigste, f eestelij kste, uitbundigste leven, maar daar ontbreken) de feestgangers. Want zoo zijn we nog geen slaven van de overlevering qn de almanak, dat we bij een temperatuur, als die welke wij nu ge nieten, naar Scheveningen gaan. Wat mij aangaat, ik kan de Scheveningsche tramlijnen niet zien zon der rilling bij de gedachte, dat ik in zoo'n wagen zou zitten. Wie door zijn zaken naar Scheveningen wordt geroepen, en in de buurt van de badplaatsge noegens komt, bevangt een koude rilling, kouder dan in den winter, wanneer alle gelegenheden uiter aard gesloten zijn en ons niet anders dan luiken en neergelaten gordijnen vertoonen. Nu ziet de daar verdwaalde groote ruime weelderige kofiehuizen en dansvloeren en winkels, waar badgoed en schelpen en snuisterijen van weelde en strandhoeden en kin derspeelgoed om in het zand te gebruiken, wordt ver kocht en overal staan de deuren wagenwijd en uit- noodigend open en overal staat alles klaar om men schep te ontvangen, de kellners in witte jassen voor de luchtigheid, de winkeljuffrouwen zoo zomersch mogelijk in lichtkleurige dunne japonnetjes. maar nergens badgasten, nergens liefhebbers, ner gens bezoekers, duizenden leege stoelen, honderden leege tafels, alles maakt een indruk van wanhopige kilheid en droevigheid. Hoe zomerscher alles er uit ziet, des te ijziger voelt men den winter. Een Zon dag met mooi of een Zondag met leelijk weer maakt voor Scheveningen een verschil van tonnen gouds. Den Haag verkleumt, Scheveningen is een getooid lijk. Prettige tijd! Het Kurhaus maakt zich in dien overgangstoe stand, wanneer in de stad niets meer en op de bad plaats nóg niets te doen is, nuttig door zijn ruime zalen open te stellen voor tentoonstellingen, con gressen en dergelijke bizondere gelegenheden, het geen noch in den winter, noch in den zomer moge lijk is. Deze keer is er iets zeer bizonders, namelijk de ten toonstelling voor de huisvrouw, welke is georgani seerd door de redactie en directie van het bekende vrouwenblad De Hollandsche Lelie. Dat zeer bizondere-och. de echtgenoote van den burgemeester, mevrouw Patijn, die de tentoonstel ling met een redevoering opende, heeft het al gezegd en waarom te pronken* met hare veeren of plagiaat t.en haren nadeele te Diegen? Mevrouw Patijn zeide, dat het twintig jaar geleden nog niet mo gelijk zou geweest.zijn. dat een blad als de Holland sche Lelie een jubileum zou vieren met een tentoon stelling voor de huisvrouw 1 Inderdaad: toen leefde men in een tijd van ultra- femdnisme. dat wil zeggen in een tijd. dat'het vrou welijke in de vrouw door de vrouw onwaardig werd geacht, de vrouw vernederend. Vooral van de lezen de. de zich ontwikkelende vrouw werd verondersteld, dat ze niets van huishoudelijke zaken mocht afwe ten en er vooral geen belang in stellen mocht. Thans is het anders en zoo zeide mevrouw Patijn weer „we leggen ons nu weer toe op hetgeen ons vak toch bij uitnemendheid is: het scheppen van een stemming door stoffelijke zaken". Zij bedoelde daar mee het maken van gezelligheid, van huiselijk ge not en geluk door een goede verzorging van huis kamer en keuken en door het geregeld en goed doen loepen van de huishoudelijke machine. Mevrouw Pa tijn schreef het toe aan de groote gebeurtenis, waar aan men alles toeschrijft wat in de jongste jaren is veranderd, aan den oorlog. Toen toch ..gingen wij zeiven weer de banden uit de mouwen steken en werden we gewaar, hoe moeilijk en ingewikkeld het vak van huisvrouw toch eigenlijk is". Ik zou het niet zoo dadelijk durven toegeven, dat mevrouw Patijn. die ten aanzien van de feiten na tuurlijk gelijk heeft, dat ook zoo en in dezelfde mate heeft ten aanzien van de verklaring dier feiten. Zou het wel zooveel anders zijn. wanneer we geen oorlog hadden gehad? Mij komt het voor. dat juist zoo betrekkelijk spoe dig na dat vreeselijk wereldschokkend gebeuren al les weer zijn ouden gang ging. natuurlijk voor zoo ver dat kon: waar een fabriek verwoest was. moest men wachten tot den wederopbouw alvorens het bedrijf voort te zetten. Maar telkens kon men zich verbazen over den weinigen indruk, dien het zoo diep indrukwekkende na luttele jaren nog had over gelaten. Ieder stelt weer zijn oude eischen aan ge mak en weelde en moppert weer als voorheen, wan neer daaraan maar iets ontbreekt. De vele ontbe ringen. die men zich gedurende de oorlogsjaren heeft moeten getroosten, schenen al heel spoedig vergeten. En zoo zou de huisvrouw, die destijds de handen zelf uit de mouwen heeft moeten steken thans weer en al lang met het oude dédain kunnen neerzien op huishoudelijk werk en huishoudelijk bestier, als vroe ger, wanneer niet die verachting voor „kopjesspoe- len", waarop redenaarsters destijds zoo smalen kon den steeds kunstmatig en onwaarachtig ware ge* weest. De waan van het hyperfeminisme gaat lang zamerhand weg. nu niet meer de te voeren strijd te gen de verouderde opvattingen, dat de vrouw niets anders dan huishoudelijke bezigheden mo c ht ver richten. de opwinding levendig houdt. Overal is op dat gebied kentering. Reeds is door vooraanstaande vrouwen erkend, dat de studie aan de hoogeschool in het algemeen voor meisjes niet zoo aan te bevelen is als voor jonge mannen, dat die studie der groote meerderheid vrouwelijke studenten niet die voldoe ning schenkt als den mannelijken. Thans behoeft men niet zooveel meer op dat gebied te veronder stellen en te voorspellen en in theorie aan te toonen. Men beschikt nu over feitenmateriaal. Zoo heeft men ook al gezien, dat de groote omwenteling in de po litiek, die in uitzicht was gesteld als gevolg van de invoering van het vrouwenkiesrecht, zal uitblijven. Wie weet .of we niet binnen korten tijd een reactie te wachten hebben? Het zou slechts in overeenstem ming zijn mét hetgeen de geschiedenis van het menschdom reeds zoo vaak heeft doen zien. Maar op die reactie behoeft den terugkeer van de vrouwelijke belangstelling voor wat eigenlijk toch van het allerhoogste belang is: huis en haard, geluk kig niet te wachten. En veel werk ligt klaar. De techniek is ook ten opzichte van alwat met het be stier van de huishouding aangaat, enorm1 vooruit gegaan. Er is voor de huisvrouw te studeeren in haar moeilijk en gewichtig vak en trotsch mag degene zijn, die het er ver in brengtl ii haast overbodig indien U FISK circle made binnenbanden gebruikt. FISK en kwaliteit zijn synoniem. de band, die minder kost dan hij moest kosten. kv. „R. A. M. I." LEEUWARDEN Ruiteralrw&rtier 37-45 - Telef. 232 AMSTERDAM j N.Z. Voorburgwal 75-77 - Tel. 35397 Depót te Alkmaar: *Iac. Slotemaker, Undenlaan 100. Telefoon 1113. Naast hem lagen Flora's kinderen, die hij nog even tevoren in opperste geluk aan zijn hart ge drukt had, geknakt tusschen de scherven van den bloempot. ERNSTIG ONGEVAL IN DE HAVEN VAN ROT TERDAM. Gistermorgen omstreeks kwart over zeven is de laadbrug no. 3, staande op de terreinen van Thom- son's havenbedrijf aan de Maashaven noordzijde, in een gestort, nadat ze was aangevaren door den hop perzuiger ..Nicolas Calcagno". De hopperzuiger, welke aan de.terreinen van Thom son kolen had geladen, zou uitvaren naar Montevi deo. Het schip is gebouwd bij J. Meyers' Scheeps bouw maatschappij te Zalt Bommel en het bureau Wijsmuller zou den hopper naar de plaats van be stemming brengen. Toen het schip gebunkerd had. is het weggevaren. Waarschijnlijk is de kapitein af geleid door het uitwijken voor vaartuigen in de ha ven. in elk geval heeft hij niet bemerkt, dat de mast van den hopper tegen het einde van de uitleggers van de laadbrug is gevaren. Omdat het schip bleef doorstoomen. is de laadbrug uit haar verband ge trokken en zij werd' zoodanig verwrongen, dat de voorpoot instortte. Met geweldig gekraak is daarop 'het geheele voorste gedeelte van de laadbrug inge stort. De kat. welke zich juist achte den voorpoot be vond en waarin zich de 56-jarige machinist G. Kooi man van het Burgemeester Hofmanplein bevond, is gevallen op een onder de kraan staanden spoorwa gen. Spoorwagen en kat werden verbrijzeld ep de machinist werd zeer ernstig verwond. Zijn beide ar men zijn gebroken, bij bekwam inwendige kneuzin gen én ook hoofdwonden. Per auto van den genees kundigen dienst is de gewonde naar het ziekenhuis aan den Coolsingel gebracht. Het voorste gedeelte van de laadbrug is voorts op twee andere wagons gevallen, die ook verbrijzeld zijn. Door den zwaren val zijn de rails ter plaatse geheel verbogen. Hoe zwaar de val wel geweest is, blijkt uit het feit. dat de dikke Mannesmann-vlag- gestok. welke op de laadbrug staat, geknakt is. De uitlegger is in de Maashaven terecht gekomen. De schoeiing is over een groote lengte versplinterd. De schade, welke op 2 a 2K ton wordt geschat, is te wijten aan de navigatie van den hopper. De mast van den hopper is verbogen. Behalve de machinist bevond' zich tijdens het on geval nog iemand op de laadbrug. die evenwel onge deerd is gebleven* - ANNA PAULOWNA. Zondag 29 Mei hadden) dq eerste groote athle- tiekwedstrijden van den Heldersehen Athletiekkring plaats op net Excelsior terrein alhier. Er was een flinke deelname, doch de opkomst van het publiek had grooter kunnen zijn. Het druk bezoek aan de pas gehouden driedaagsche fancy fair zal daar aan echter niet vreemd' zijn geiweast. De jury bestond uit de heeren!Th. Stam, voor zitterkamprechter; J. Pennekamp seingever; W. Cmijn» wedstrijdsecretaris, en P. Siewerts, start- oonnnissaris. Tijdopnemers waren de heeren: W. Everads, A. Latngereis emi J. da Ruiter, Juiy van aankomst de heeren1: *.C. Kaan, A. Kramer en W. de Jong. Jury springen de heeren: W1. de Bruin, O. Keijzer en J. Bogaard. Jury werpen de heeren: M. P. van Hooidonk, H. N. Muts en A. Bak Verschillende personen hadden door het schenken van med ïilles, blijk van hun belangstelling in dezen wedstrijd geigleven, n.1. de heeren Gr. J. ^Lovink, burgemeester van Anna Paulowna, O. Wijdenes Spaans Jr., C. -Slikker, M. G-. de Nqs, alsmede de vereenigimg D.O.K.E.V. Do uitslag dier wedstrijden was als volgt: 100 M. hardloopen hacrenl: 1 K. Schonk, (Olympia) 12,1; 2 H. Nyméijier (Pro Patria) 12,2; 3 J Klerk (Lycurgus) 13,2. 400 M. hardloopen heeren1: 1 A. Veen (Pro Pa* fcria) 58 sec; 2 F. Verstegen (Pro Patria) 61 8 seo. 1500 M. .hardloopen heeren1: '1 Joh. Pennekamp, (D.O.K.E.V.) 4,45,3; 2 O Bakker (Spn.rta )4,47 De teer Jan Pennekamp (buiten mededinging) 4,40,3. 4x100 M. estafette heeren: 1 Pró Patria, 50,6; 2 D.O.K.E.V. 52,6, Ho gsprngeu met aanloop heeren: 1 L. J nsen, (O.K.K.) 1,62 M.; 2 A. Bakker (OlympiO l,67ya M, Verspringen met aanloop heeren: 1 K. Schenk, (Olympia) 5,97 M., 2 F. Clowting (O.K.K.) 5,47 M*

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 5