chagerCourant
BEZOEKT de
te Barsingerhorn,
op 11,12 en 13 Juni 1927
Italië als Wijnland.
Raad Schoorl.
Buitengewone attracties I
Derde Blad.
TARIEVEN.
Zaterdag 4 Juni 1927
70ste Jaargang. No. 8060.
Mussolini heeft, zooals onze lezers bekend is, een
groote redevoering gehouden en daarbij heeft hij
o.m. gezegd, dat Italië wel wat al te veel wijn drinkt.
Aan het onderwerp: Italië als wijnland, wijdt een
der correspondenten der N.R.C. een brief, waaraan
wij het volgende ontleenen:
Geheelonthouders zijn in Italië, zegt hij, zeldzaam
en dan gewoonlijk meer in excuus- als in
stemming.
Toch heeft, nu zelfs Mussolini het de moeite waard
geacht in zijn jongste groote- rede vast te stellen, dat
men in Italië wel wat al te veel gaat drinken. Of
men het vroeger minder gedaan heeft zal wel heel
moeilijk,uit te maken zijn. Waarschijnlijk is het al
lang lood om oud ijzer, 't Door Mussolini genoemde
aantal der wijnkroegen in Italië, 187.000 zegge
bijna tweehonderdduizend maakt reeds indruk.
Vooral als men er bij bedenkt, dat de volkswijsheid
gedecreteerd beeft, dat het eenig beroep, hetwelk
nooit tot faillissement leidt, het wijnschenkersvak
is. Maar zelfs die honderd-duizendtallen van rijk
makers geven nog niet bet mipate begrip van den
omvang van het wijngebruik. De wijnbouwers im
mers behooren maar bi} uitzondering tot de klanten
der „osterie", ze geneeren zich meest van hun eigen
product. Ook de andere boeren hebben gewoonlijk
op hun erf wel. eenige wijnstokken, die hen onafhan
kelijk maken van den tapper. Of deze voortbrenging
in het klein begrepen is in de officieele statistieken,
weet -ik niet. Maar ook zonder die snippertjes te
rekenen zijn de cijfers, dunkt me, nog al welsprekend.
Ik zal alleen die van vóór den oorlog gebruiken,
waarschijnlijk echter komen ze vrijwel overeen, met
die van de latere jaren, want als er groote verande-
ringen plaats gehad hadden, zouden we daarvan wel
vernomen hebben.
In 1914 dan besloeg de oppervlakte der wijngaarden
bijna drie en een half millioen hectare, volgens
Mussolini is ze nu drie millioen. Wat altijd nog veel
'is, als men bedenkt, dat de hecle bebouwde opper
vlakte van Italië, bosschen inbegrepen, nog geen
26Yz millioen H.A. bedraagt. De opbrengst is tamelijk
wisselvallig, zelfs nadat men afdoende middelen ge
vonden heeft tegen de phylloxera. Het gemiddelde
van de jaren 1909 tot 1914 bedroeg ongeveer 45 mil
lioen hectoliter.
Van deze door de persen voortgebrachte en in va
ten opgevangen zee van rood en goudgeel vocht werd
nog geen twee millioen hectoliter uitgevoerd. Zoo
dat men door een simpele aftreksom tot de gevolg
trekking gebracht wordt, dat ruim drie en veertig
millioen hectoliter per jaar door de toen ongeveer
34 millioen zielen tellende bevolking soldaat gemaakt
werd. In andere landen zou men zoo ongeveer kun
nen begrooten hoeveel daarvan voor rekening van
volwassenen komt, maar in Italië gaat het kind da
delijk van de melk op de wijn over en kan men dus
vrijwel alle bewoners over één kam scheren. Dan
ziet men, dat ze gemiddeld zoo wat een derde liter
per dag tot zich nemen. Overdreven veel is dit niet.
Anders zou trouwens het ras al lang niet meer zoo
gezond zijn als het is.
Ofschoon het natuurlijk voor den Italiaan in het
algemeen geen straf is wijn tot zich te 'nemen, be
schouwt hij dit toch veel meer als een hygiënische
noodzaak dan als een genot, 't Beste bewijs daarvoor
is, dat hij hoogst zelden anders dan gedurende de
maaltijden drinkt en dan meestal nog water in zijn
wijn. doet. Hoogstwaarschijnlijk zou de wijnboer voor
zichzelf minder van zijn voorraad afnemen als hij
zeker was die voordeelig van de hand te kunnen
doen. Dat voordeel zpu natuurlijk uit het buiten
land moeten komen. 'Het buitenland echter be
schouwt,, voor zoover het zelf geen wijnproducent is,
gegist druivennat als weeldeartikel. Een weeldear
tikel, dat in de eerste plaats duurzaam moet zijn.
Als er 'n geliefd .vriend van „en lange reis terug
komt en wij uit den kelder een flesch halen en ach
ter de kachel zetten om op temperatuur te komen,
dienen we zeker te zijn, dat we er straks iets fijns
uit schenken zullen. We zijn immers geen primitie
ven imeer, die op kommando juist tijdens den wijn
oogst behoefte aan een roes krijgen. Onze familie
feesten vallen niet meer samen met de Saturnaliën.
i I>e wijn moet dus in de eerste plaats houdbaar zijn.
Dit nu is het leeuwendeel van de Italiaansche wij
nen volstrekt niet. Vraagt u in een huis of tuin-
osteria -maar niet naar oude merken, 't Komt hoogst
zelden voor, dat men er ander product krijgen kan
dan dat van den kortst voorafgeganen oogst. Lan
ger dan een jaar houdt de landwijn het zelden uit.
En om bet zoo ver te brengen, moet hij zelfs nog
met voorzichtigheid gemanipuleerd-.worden. De voor
de liefhebbers kostelijke drank der Albaansche ber
gen bijvoorbeeld vindt men buiten de provincie Ro
me hoogst zelden. Ze verdraagt de treinreis niet. Al
leen het stapvoetsvervoer per kar schijnt geen na
deel te berokkenen.... ofschoon de kenners beweren
dat de Castelli-wijn alleen in de Castelli zelf lekker is.
Vroeger heb ik meermalen de droeve klacht verno
men van Duitschers, die een fiasco meevoerden op
hun tocht naar het Noorden met het vriendelijk
voornemen hun huisgenooten het nooit gekende ge
not deelachtig te doen worden en bij aankomst azijn
in het glas schonken!
Nu denkt u waarschijnlijk, 'dat in overvloedige
wijnjaren de Romeinen zoo goed als- voor niets
wijn drinken. Wanneer de „Albaners" niöt exportee
ren kunnen verder dan de Eeuwige Stad.Maar
neen, zoo is sedert onheuglijke .tijden bet begrip der
wijnoogsters niet. Liever gieten ze het overtollige
weg door hun keelgat kè.n het nu eens niet alle
maal dan 'dat'ze den prijs verlagen. In jaren
van schaarschte stijgt de prijs wel, maar is de
kwantiteit van den „wijn" niet geringer. De Ro-
meinsche aquaeducten zijn van voortreffelijke kwa
liteit en reeds de antieke bewoners van de hoofdstad
der wereld beweerden, dat alle kroeghouders onder
het gesternte van den Waterman geboren werden.
Bovendien kent u bet overoqde woord, dat een wijn-
fabrikant zijn zonen op z'n sterfbed toefluisterde:
„En denkt er aan, dat je wijn desnoods ook van
druiven maken kunt", 't Schijnt dat zelfs de fijn
ste proever den smaak van den wijn zich niet lan
ger dan een jaar herinnert.
Wanneer men in feeststemming in een minder be
scheiden gelegenheid een „flesch" bestelt de ge
wone wijn wordt uit open kannen geschonken
verwondert de vreemdeling zich als hij nog tot
verwonderen in staat is steeds ovor het feit, dat
op die flesch geen etiket geplakt is. Etiketten vindt
men in Italië alleen op zekere Siciliaansche, Napo-
litaansche, Toskaansche en Piëmonteesche produc
ten. Dat zijn de adellijken onder de Italiaansche
merken, de ook voor uitvoer geschikte.
Maar als men in de statistiek nagaat naar welke
landen de twee millioen hectolitere, waarvan ik
straks sprak, worden geëxporteerd, ziet men tot zijn
verbazing, dat een goed deel daarvan gaat naar.
Frankrijk, dat toch ook wijn uitvoert, en heel wat
meer dan Italië. De oplossing van dit raadsel ligt
voor de hand. De Franschen hebben de wijnproduc-
tie grootendeels geindustrialiseerd en gebruiken het
sap van Italiaansche druiven om hun overal be
kende merken precies dien smaak te geven, waar
aan bun klanten gewend zijn. Wie weet of niet 'n
goed deel van oen Bordeaux of Bourgogne, dien
het Noorden drinkt, op de hoogvlakte van Apulië of
in de dalen van Piëmont rijpte?
De deskundigen, die het goed meenen met de por-
temonnaie van Italië, dringen er telkens weer op
aan, de toebereiding van het druivensap op groote
schaal te rationaliseeren, zooals Spanje en Grieken
land al goedeels deden. Wanneer de Italiaansche
wijnen ook naar typen worden geproduceerd en dus
ieder jaar precies denzelfden smaak hebben (of die
van de druiven stamt of van zekere geheimzinnige
chemische producten moet ik in het madden laten)
zal het mogelijk worden markten te veroveren, die
nu de concurrenten schatplichtig zijn en zal niet
meer noodig zijn de goten dronken te maken. Ja,
ik las kort geleden, dat men dan zelfs hoop kan
gaan voeden de volken, die zich nu tevreden stellen
met bier, te gewennen aan den wijn, „de verrukke
lijke drank waarvan ze de verdiensten en deugden
nog niet kennen". Arm Munchenl
Voor de beurs der voortbrengers zal deze ver
andering ongetwijfeld een verbetering kunnen wor
den, maar ze zal het leven alweer vlakker, eentoniger
maken, doordat, de emotie sterft van het aarzelen
op den drempel': „Zou de wijn nog goed zijn?", een
emotie, die duurt totdat men den eersten teug uit
het glas genomen heeft om dan meestal plaats te
maken voor een tweede, de zorg een ander wijnlokaal
te zoeken.
gediend tegen <de verlof aanvrage van «*Vn hoer Sporre.
Het schrijven wordt voor kennisgeving aangenomen,
omdat het niet bij den Raad thuisbehoort en Voor
zitter deelt bovendien mede, dat het lokaal van'
Sporre niet aan de eischen voldoet en hem alleen
verlof is gegeven tot het tappen van alcoholvrije
dranken.
Van 'den heer Kriller ia een uitvoerig schrijven in
gekomen over het zwemmen te Camperduin en
waarin ontkend wordt dat zwemmen bij de pieren
gevaar zou opleveren. Voorts wordt wenschelijk ge
oordeeld. dat voor het badwezen te Camperduin een
motorboot wordt aangekocht.
Voorzitter denkt niet, dat het badwezen te Cam
perduin zich zoodanig heeft ontwikkeld dat de
Raad direct zal besluiten een motorboot aan te
schaffen en voor de bediening ervan een man aan
te stellen. Wel stellen B. en W. voor, aan het strand
een haspel daar te stellen.
De heer Schermer bepleit het in voorraad hebben
van meer lijnen voor het reddingswezen te Camper
duin.
Voorzitter zou dan een 2e haspel erbij willen aan
schaffen, de kosten bedragen ongeveer f12. Spr.
wijst er op, dat alle ongevallen niet zijn te voorko
men en de gemeente slechts aansprakelijk is voor
de 250 strekkende meter, die de gemeente heeft ge
pacht, al zal natuurlijk buiten die 250 meter ook
hulp worden verleend, wanneer dit noodig mocht
zijn en de mogelijkheid ertoe bestaat.
De beer Duin wilde oorspronkelijk volstaan met
het plaatsen van een kist, dienende voor bergplaats
van de opgerolde lijn, doch tenslotte wordt algemeen
goedgevonden, dat dan nog een haspel buiten het
officieele etrand zal worden geplaatst.
Ten behoeve van de uitvoering der landarbeiders-
F ancy-F air
OP BOVENSTAANDE FANCY-FAIR IS HET P.E.N.
VERTEGENWOORDIGD MET EEN STAND, WAARIN
DE NIEUWSTE TOEPASSINGEN DER ELEC-
TRICITEIT WORDEN GEDEMONSTREERD
NAAR AANLEIDING VAN DE NIEUW INGEVOERDE
Vergadering van den Raad op Donderdag 2 Juni
1927, des morgens halfelf
Voorzitter de heer Baron van Fridagh, burgemees
ter, secretaris de beer Smits.
Voorzitter opent de vergadering en deelt mede, dat
Mevrouw Heringa, door familieomstandigheden ver
hinderd is de vergadering bij' te wonen. Het is apr.
een voorrecht, waarop hij trouwens in de vergade
ring van 6 September terug zal komen, de heeren
geluk te wenschen met het vertrouwen dat de kie
zers in hen allen hebben gesteld.
De notulen worden gelezen, ze worden onder dank
betuiging goedgekeurd.
Mededeelingen.
Voorzitter deelt mede, dat Ged. Staten hun mede
werking onthouden om een patiënt, die in een pro
vinciaal krankzinnigengesticht wordt verpleegd,
overgebracht te krijgen in een particuliere inrichting.
Ged. Staten hebben aangehouden het raadsbe
sluit omtrent aankoop grond te Aagtdorp.
Door de Kroon is niet ontvankelijk verklaard het
bezwaar, dat B. en W. hadden ingebracht tegen het
beroep van J. H. ter Burg en 9 anderen betreffende
aanslag gemeentelijke inkomstenbelasting en wel
om formeele redenen,
Van den Minister van Arbeid is bericht ingekomen,
dat voor de woningbouwvereeniging en wel wat de
10 woningen betreft, als bijdrage in de exploitatie
kosten over 19261927 door het Rijk zal worden uit
gekeerd een bedrag van f 1010.96. Het tekort op die
exploitatierekening bedraagt dan f 1477.30. Voor dé 4
woningen zal de rijksbijdrage over 1924—1925 bedra
gen f 527.56, het tekort f703.42, over 1925—1926 de
rijksbijdrage f550.68, het tekort f734.24.
Goedkeuring is ontvangen op een suppletoire be
grooting en mededeeling wordt gedaan, dat Ged.
Staten voldaan hebben aan het verzoek van de ge
meente Middelie en de waterleidingtarieven voor de
bedrijfsabonnementen hebben verlaagd.
Bij de kasopname bij gemeente-ontvanger en ad
ministrateur GJS.B. bleek, de kas in overeenstem
ming te zijn met de boeken en bescheiden.
Door den heer T. Raat was een bezwaarschrift in-
wet is door het Rijk een voorschot verleend van
f 3600. In verband met de vraag door den heer Duin
gesteld, wordt medegedeeld, dat de bouwwaarde
van het perceel van A .v. d. Kamer op 12800 is ge
schat, de grond op een waarde van f1300, totaal
dus f4100, zoodat het bedrijfje nog een overwaarde
heeft. Als er weer een voorschot wordt aangevraagd,
zullen B. en W. openbare aanbesteding voorschrij
ven.
Overeenkomstig het advies van B. en W. besluit de
Raad adhaesie te betuigen aan het adres van de
Federatie van Vereenigingen voor Ziekenhuisver-
pleging- en ziekenzorg omi de verpleegprijzen voor de
academische ziekenhuizen niet te verhoogen.
De kosten van onderzoek te hoog.
Door den heer Schermer waren aan B. en W. een
paar vragen gesteld, inzake de steenenleverantie voor
1027». n.1. of openbare aanbesteding, had plaats ge
had, of de monsters waren onderzocht, hoe de
analyse luidde, aan wie de leverantie was opgedra
gen, «voor welken prijs en hoeveel de kosten van
onderzoek der monsters bedroegen.
In hun antwoord deelden B. en W. mede, dat
voor de levering van 55 a 60 duizend straatsteenen
8 'gegadigden waren, dat verschillende eischen wa
ren gesteld en dat van de 3 laagste inschrijvers
monsters ter onderzoek waren opgezonden naar Am
sterdam, mede in overleg met den heer Directeur
der Gemeentewerken te Alkmaar. Over het algemeen
was de drukrweerstand der monsters te laag en met
de gemeente Alkmaar zijn dan aangekocht 65000
steenen, tegen f26 de 1000, een prijs die f2 lager was
dan de laagste inschrijving. De keuringskosten voor
den directeur der Gemeentewerken te Alkmaar zijn
nog te wachten.
De heer Schermer dankt voor de uitvoerige toelich
ting. Uit de stukken is hem gebleken, dat voor een
leverantie van f 1600 aan onderzoek is betaald f 200,
en spr. kan zich in dit opzicht niet best vereenigen
met het beleid van B. en W. Spr. weet wel, dat hij
zelf advies heeft gegeven de monsters te doen onder
zoeken, maar hij (heeft daarbij tevens aangewezen
den weg dien B. en W. daarbij konden bewandelen,
n.1. de hulp inroepen van den directeur der gemeen
tewerken te Alkmaar. Spr. wijst voorts op de ver
plichting van inschrijvers om te zorgen dat de stee-
nen aan de eischen voldoen. Wat do mededeeüna be
treft, dat de prijs f2 lager was dan die van den
laagsten inschrijver, spr. merkt op dat goedkoop wel
duurkoop kan blijken te zijn, en al zijn de steenen
dan van Alkmaar overgenomen, Alkmaar zal wegge
deelten hebben waar steenen met minder druk kun
nen voldoen, terwijl dat hier niet zoo het geval zal
zijn.
De heer Bijl zegt dat B. en W. niet hadden ge
dacht dat de monsters allemaal afgekeurd zouden
worden en toen dat het geval was, zaten we eenmaal
in het schuitje en hadden we de verplichting ook
de andere monsters tee laten onderzoeken. Het is
niet waar dat we de partij van Alkmaar hebben
overgenomen, we hebben met Alkmaar samen de
bestelling aan de steenbakkerij zelf gedaan. B.en W.
hadden verwacht dat de kosten van onderzoek f40
a f50 zouden bedragen en de kosten zijn ook B. en
W. tegengevallen.
De heer Duin zegt, dat het hem bevreemdt, dat de
heer Schermer, die zelf op onderzoek gesteld was,
deze vragen heeft .gesteld aan B. en W. Ook spr. zijn
de kosten van onderzoek te hoog, misschien heeft het
college van B. en W. den wenk van den heer Scher
mer te bureaucratisch opgevat. Spr. heeft er voor
heen nooit van gehoord dat de steenen gekeurd
werden en Amsterdam hebben we daarvoor niet noo
dig.
Do voorzitter wijst op de deskundigheid van den
directeur der gemeentewerken te Alkmaar en zegt,
dat ook B. en W. de gang van zaken betreuren. Ter-
wil'le van de gelijkheid zijn alle monsters onderzocht
In den vervolge acht spr. B. en W. voldoende ge
dekt. wanneer B. en W. met den gemeente-opzich
ter, bijgestaan door een der heeren uit Alkmaar,
een keus uit de monsters zal doen.
'De heer Van Li enen wijst er op, dat B. en W. en
de opzichter vroeger een keus deden en een paar
steenen naar een onpartijdig man, den heer Min
te Alkmaar zonden. Spr. meent dat daarmee kan
worden volstaan.
De bespreking! wordt nog wat voortgezet en ten
slotte komt dan het voorstel in stemming om het
onderzoek naar de höecLamfjheid der steenen te
doen plaats vinden door B en W., gemeente-opzich
ter en Gemeentewerken te Alkmaar. Voor dit voor
stel stemden de heeren Gutter en Schermer, de
overige leden volstaan met het oordeel van den
heer Min te vragen, zoodat dit voortaan zal gebeu
ren.
Ten opzichte van het verzoek van C. Kriller te
Aagtdorp om ontheven te worden van de verplich
ting tot aansluiting aan de waterleiding van het
pension „Rusthof" en omr het geven van een der
gelijke ontheffing mogelijk te maken door de po
litieverordening te wijzigen, wordt gewezen op het
onpartijdig oordeel van het centraal laboratorium
te Utrecht, en B. en W. oordeelen dan ook wijziging
van de bouwverordening niet noodig. Ook van den
heer Oldenhorgh. directeur van het P.W.B., is te
dezer zake een schrijven ingekomen. Het schrijven
van den heer Kriller wordt overeenkomstig het ad
vies van B. en W. voor kennisgeving aangenomen.
Het vetgehalte in de melk.
Door iB, en W. wordt voorgesteld machtiging
aan de Kroon te vragen tot aanvulling der keu
ringsverordening voor deze gemeente en wel met
de bepaling, dat het verkoopen: van melk met 'tt vet
gehalte lager dan 2.75 verboden is.
De heer Duin zegt. dat over het algemeen een
vetgehalte van 2.75 niet tehoog is èn erkent dat
de consumenten recht hebben op goede melk. Toch
vindt spr. het niet goed, deze bepaling in een po
litieverordening vast te leggen, omdat het vetge
halte te afwisselend' is, koeien zijn geen machines
en de Warenwet waakt tegien ondeugdelijke melk,
t.w. melk, vermengd met water en bedorven melk.
Het vetgehalte wil spr. maar aan de menschen
overlaten die de melk koopen. ze bemerken gauw
genoeg, of iemand goede melk verkoopt of niet.
De heer Bijl zegt, dat Dr. Mol er op wees, dat de
meeste melk verkocht wordt op vetgehalte en de
melk der koeien die laag in vetgehalte BtMn, daar
door het beste verkocht kan worden aan melkboeren.
Dat la de roden waarom de bepaling opgenomen
dient te worden. Een reden tegen die opname is,
dat het kan voorkomen, met goede bedoelingen, dat
het gehalte te laag is, maar in dat geval zal direct
goen proces-veibaa'1 volgen.
De heer Kaag wil wel de bepaling zien opgeno
men, bij levering aan de fabriek wordt het vetgehalte
ieder jaar opgevoerd en waarom moet een ander dan
maar in de oude sleur doorgaan.
Do hoer Gutter wil, als belanghebbende, het oor
deel der 4 'boeren in den Raad hooren, maar spr.
merkt, dat de een voorstander, de ander tegenstander
is. Spr. heeft meer boeren gehoord, die oordeelen dat
er tijden van het jaar zijn waarin er niets aan te
doen is, dat men beneden 2.75 komt.
De heer Schenner stelt als consument prijs op
goede melk en wijst op de verklaring, dat de be
paling soepel zal worden toegepast.
De heer Duin stelt zich van een soepele toepas
sing niets voor, spr. herhaalt dat niet altijd aan den
oisch van 2.75 kan worden voldaan en noemt als
bewijs een paar gevallen.
De heer Van Lienen zegt, dat lang niet alle boe
ren op vetgehalte hun molk leveren, dat is weemaal
monopolie zegt spr., het is een absolute leugen.
De heer Bijl zegt dat toch al meer fabrieken dat
doen. i
Voorzitter wijst op de belangen van diegenen, die
de melk drinken en juist omdat Dr. Mol uit den boe
renstand voortkomt, hecht spr. waarde aan de belofte,
dat de bepaling soepel zal worden toegepast. Schoorl
is ook een V.V.V.-gemeente en mag daarom niet ach
terblijven bij andere gemeenten, waar de bepaling
wel is opgenomen.
De heer Duin wijst er nogmaals op, dat men het
verkrijgen van een hoog vetgehalte hiet in de hand
heeft, de heer Kaag immers is al 5 jaren lid van
een fokvereeniging en weet dit dus ook wel. Spr.
houdt rekening met de practijk, niet met de theorie.
De voordracht van B. en W. wordt aangenomen,
tegen stemden de heeren Duin en Van Lienen.
B. en W. stellen voor te besluiten tot intrekking
van de verordening, aangevende het maximum-aan
tal vergunningen in enkele wijken, straten of buur
ten in de gemeente Schoorl.
Voorzitter licht toe dat de verordening is gemaakt
ten einde het aantal vergunningen over de geheele
gemeente te verspreiden. Nu evenwel door overlij
den van Wed. den Das de vergunning aan no. 1 van
de lijst. Kroon is toegewezen, is gekomen wat de
Raad had wallen weren.
Zonder bespreking wordt overeenkomstig de voor
dracht van B. en W. besloten.
Vijftien betrekkingen, waarvan 1 door een
katholiek waargenomen.
De door B. en W. opgemaakte instructie voor den
strandwacht te Camperduin wordt zonder bespre
king vastgesteld.
B. en W. stellen dan voor, een strandwacht te be
noemen naar een jaarwedde van f200, voorloopig
voor een proeftijd van één jaar en in functietreding
op door B. en W. nader te bepalen datum. De door
B. en W. opgemaakte aanbeveling luidt: 1. P. Greeuw,
Groet, 2 W. F. Wognum, Groet, 3 M. Dekker, Catrijp.
Voorzitter zegt, dat er 15 sollicitanten waren, doch
allen waren geen timmerhout, no.. 1 en 2 zijn vol
doende met het strandleven op de hoogte, ar., 3
heeft als aanbeveling, dat hij kan zwemmen.
De heer Kaag zegt, dat biji het benoemen de raad
moet letten op het dienen van het algemeen be
lang, maar toch wil spr. wijzen op der> achterstand
bij de katholieken, waar het betreft het vervullen
van gemeentelijke betrekkingen. Van de 15 betrek
kingen, waaraan toch behoorlijke salarissen zijn
verbonden, wordt er 1 waargenomen door een katho
liek. Het drietal dat B. en W. aanbeveelt, wil sj»r.
als gelijkwaardig beoordeelen, doch spr. wijst op den
voorsprong die Dekker heeft, doordat hij kan zwem-