Schaper Courant Geestelijk Leven. Brabantsche brieven. Tweede Blad. Reclames. Binnenlandsch Nieuws. ONZE BOOMEN. Zaterdag 16 Juli 1927 70ste Jaargang. No. 8083. Iemand, die zich noemt „een Inwoner van Haren- karspel" heeft mij geschreven, waarin hij mij mede deelt, dat hij protestant is. maar naar alle waar schijnlijkheid roomsch zal worden. Ik heb den indruk gekregen met een ernstig mensch te doen. te hebben. Hij komt terug op het „geestelijk, leven" van 18 Juni jJ. en haalt daaruit aan den zin: „Eens komt de tijd. dat wij zelf met 's levens raadselen moeten gaan worstelen en zelf iets moeten trachten te vinden ven de waarheid, welke niemand' ten volle kent, geen kerk en geen priester, maar welke moet worden benaderd door allen, die haar liefhebben en zoeken met het gan- sche hart11 En dan' laat hij volgen: „Nu vraag iik: zullen zij, die met 's levens raadselen gaan worstel iets vaiï de Waarheid vinden en zullen zij het ware vinden en niet volgens hun eigen inzicht beoor- len en alzoo zeggen, dat zij het ware gevonden hebben? Christus is toch gekomen om de waarheid te ver kondigen en heeft zijne Apostelen aangesteld om het ware geloof over de geheele wereld te prediken. Waarom dan getwijfeld? U schrijft, dat Christus ge twijfeld zou hebben, maar dat is toch niet mogelijk, Als God de Zoon om ons terwille is nedergedaald op deze aarde, hoe kan hij dan getwijfeld hebben? God weet toch alles en is de onfeilbare 'Waarheid! Dus naar m.i. heeft de Rit. kerk het ware geloof, om dat de ware kerk is: één. heilig, katholiek en ap'>s- tolisch' en deze vier kenteekenen bezit alleen do R.K. kerk." Iki heb lang in tweestrijd gestaan of ik op dezen brief zou ingaan of niet. De aandachtige lezers van de „geestelijke levens" zullen onmiddellijk bemerken, dat hier zeer veel over te zeggen valt en dat in het bijzonder hierbij ter sprake komt. hoe wij Chris tus hebben te beschouwen en of inderdaad moet worden erkend, dat de roomscb-katholieke kerk de eenig-ware. door Christus-zelf gestichte kerk is. Mijn bezwaar omi op dezen brief in, te gaan is de overweging of de lezers van1 de geestelijke levens zich voldoende interesseeren voor de bespreking, de zer quaestie. Daarom heb iki er het volgendei op ge vonden. Ik verzoek dezen lezers om mij' (adres Astor, Schager Courant, Schagen) door het zenden van een briefkaart of een enkel naamkaartje te doen weten of zij er op gesteld zijn dat ik hierover mijne meening zal uitspreken. Het zenden van een kaartje zal ik daarbij' beschouwen als een verzoek om het wèl te doen. Dit wordt dus een soort van referendum onder de lezers; daarom' hoop ik. dat allen, die de gestelde quaestie belangrijk genoeg achten, zich de kleine moeite zullen getroosten mij daarvan op de genoemde wijze in kennis te stellen. Van mijne zijde beloof ik dan. zoo goed en zoo onpartijdig mogelijk, de quaestie te bespreken. Reeds nu kan ik zeggen, dat daarvoor op-zijn minst twee artikelen zullen nopdig zijn. Aan u derhalve, waarde lezers, de beslissing of deze artikelen zullen verschijnen! Thans wil ik, onder den invloed mede van den brief uit Harenkarspel, aan u vertellen de beroemde parabel van de drie ringen, welke de Duitsche dich ter Lessing heeft gegeven in zijn drama „Nathan de Wijze". Sultan Saladin. de Mohamedaan. heeft een gesprek inet den Jood Nathan. Hij zegt dat van de drie godsdiensten Jodendom, Christendom, Mohame- danisme. maar één de ware kan zijn en vraagt dan aan Nathan zijne meening daarover; geeft hem eenigen tijd om na te denken en verwijdert zich. Als Saladin is teruggekeerd, krijgen wlji het vol gende gesprek: Saladin: Spreek! Niemand hoort ons. Nathan: Mocht ons de gansche wereld hooren! Saladin: Is Nathan zoo zeker van zijn zaak? Ha! dat noem ik eerst een Wijze! Nooit de waarheid verhelen! Alles voor op 't spel zettenl Lijf en leven! Goed en bloed! Nathan: Ja, als 't noodig is en nuttig! S aladin: Van n uaf mag ik hopen, een mijner ti tels. verbeteraar van wereld en wet, met recht te voeTen. Nathan: In waarheid een schoone titel! Maar sultan, vóór ik tegenover u geheel mij uitspreek, staat gij wel toe, u1 een kleine geschiedenis te vertellen? Saladin: Waarom niet? Ik ben altijd een vriend geweest van verhalen, goed verteld. Nathan: Ja. goed vertellen, is nu juist niet mijn kracht. Saladin: Alweer zoo trotsch'-bescheiden? Kóm! vertel, vertel! Nathan: 'Voor vele jaren1 leefde in het Oosten een man. die een ring bezat van groote waarde, uit lieve hand ontvaflgen. 'De steen was een opaal, rijk van kleur, die de geheime kracht bezat om dengene. die hem droeg met die bedoeling, aange naam te maken voor God en menschen. Geen wonder dus. dat de man hem daarom1 nooit van zijn vinger deed en er voor zorgde, dat hij voor altijd in zijn geslacht bleef. Dit geschiedde op de vol gende wijze. Hij' liet den ring na aan den liefste van zijne zonen en bepaalde, dat deze wederom den ring aan dien zoon zou vermaken, die hem de liefste was en dat steeds de liefste, zonder vraag naar de geboorte, alleen door het bezit van ring, het hoofd van het geslacht zou wezen. Gij verstaat mij, sultan? Saladin: Ik versta u. Verder! Ni a t h a n: Zóó kwam nu deze ring, van zoon op zoon* tenlaatste aan een vader van drie zonen, die alle drie hem even gehoor zaam waren en die hij1 daarom gelijkelijk lief had. Slechts nu en dan scheen hem dan déze, dan dié, dan weer de dèrde het meest waardig en hij had de zwakheid aan alle drie den ring te beloven. Dat ging. zoolang het ging. Mlaar toen het stervensuur naderde geraakte de goede vader in verlegenheid. Het doet hem leed, twee van zijne zonen, die op zijn woord vertrouwen, te moeten teleur stellen. Wat te doen? Hij' laat in 't ge heim door een kunstenaar twee andere ringen maken volkomen gelijk aan den echte. Het gelukt den kunstenaar. Als deze hem de ringen brengt, kan zelfs de vader den echte ^ïiet van de nage- maakten onderscheiden. Verheugt roept biji zijne zonen, den een na den an der; hij geeft aan ieder zijn zegen en zijn ring - en sterft. Gij luistert toch, sultan? Sa la dim: ik' luister., Maak uw vertelling! spoe dig af. Oeen Ooad ioo goed. AKKlR's era onaangename keer zijde van bet genoegen der warme 'zomerdagen Akker'i Kloosterbalsem voorkomt echter bl) tijdig gebruik het open gaan der huid, verkoelt, verzacht de pijn en geneest. Geen zomervacantle zonder *KLOOSTlRBALSBM Nathan: Saladin: Nat h a n: Saladim: Nathan; Saladin: Nathan: Saladin: Nathan: Saladin: Nathjan: Sal ad i n: N at aan: S aladin: Nathan: S a 1 a d i n: Ik ben aan einde. Want wat nog volgt is vanzelfsprekend. Nauwelijks was de vader dood. of ieder komt met zijn ring, en ieder wil 't hoofd zijn van 't geslacht. Er wordt onderzocht, ge twist. geklaagd. Tevergeefsch; 't was niet uit te maken, welke ring de ware was. Evenmin als nu is uit te maken, wat het ware geloof is. Hoe? Is dat 't antwoord op mijn vraag? Het zij mij ter verontschldiging. dat ik niet waag de ringen te onderscheiden,, welke de vader zóó liet maken, dat zij niet te onderscheiden waren. De ringen! Speel niet met mijl Ik dacht dat de godsdiensten, welke ik u noemde, heel goed te onderscheiden waren. Tot zelfs aan de kleeding; tot aan spijs en drank! Maar niet wat betreft huni oorsprong. Want gronden zij zich niet alle op ge schiedenis? Hetzij geschreven of over geleverd! En geschiedenis moet toch alleen op goed geloof worden aangeno men. Nietwaar? En aaai wier geloof twijfelt men het minst? Toch aan dat der zijnen, toch aan dat van hen. aan wie men verwant is, die van jongs aap ons hebben lief gehad, die ons nooit be drogen. Hoe zou ik mij.ne voorouders minder gelooven dan gij de uwen? Of omgekeerd: kan iki van u ver langen. dat gij uwe voorouders tot leugenaars maakt om de mijnen niet te weerspreken? Of omgekeerd! Hetzelfde geldt van de Christenen. Nietwaar? Bij den levenden Godl De man heeft gelijk. Ik imioet zwijgen. Laat ons op onze ringen terugkomen. Zooals gezegd: de zonen klaagden el kaar aan; en ieder zwoer tegenover den rechter, dat hij uit zijns vaders hand den ring had ontvangen— zoo als ook waar was- nadat deze hem reeds lang beloofde, dat hij eens het voorrecht van den ring zou genieten wat niet min der waar was. De vader zoo betuigde ieder kon niet oneerlijk tegen hem zijn geweest; eerder dan dat hij! dit van zulk een lieven vader zou aanne men, moest hij zijne broeders,al wilde hij van hen gaarne het beste gelooven. wantrouwen en hij zou de verraders wel -ontdekken en zich wreken. 'En de rechter? Ik verlang er naar te hooren, wat gij: den rechter zeggen laat. Spreek! De rechter sprak: wanneer gij niet da delijk den vader laat komen, verjaag ik ai vanhier. Denkt gij. dat ik er ben om raadsels op te lossen? Of wacht gij tot dat de ware ring gaat spreken? Maar wacht! Ik) hoor, dat de echte ring de wonderkracht bezit geliefd te maken, aangenaam voor God en menschen. Dat moet beslissen. Want de vaJsche ringen zullen dat niet kunnen! Welnu; wieni hebben twee van u het meest lief? Komtzegt hetlGij: zwijgt? De rin gen werken slechts op die hen draagt? en niet naar buiten? Elk bemint zichzel- ven 't meest? Dan zijt gij: allen bedro gene bedriegers! Uwe ringen zijn geen van alle echt. Vermoedelijk ging de echte ring verloren. Omi 't verlies ge heim te houden, te vergoeden, liet uw vader drie in plaats vani éénen maken. Heerlijk, heerlijk! D/uis, ging 1de rechter voort, wanneer gij niet mijn raad in plaats van mijn vonnis wenscht, gaat danl Mijn raad is deze: 'De zaak te nemen zooals zij daar ligt. Kreeg elk van u zijn ring van zijn vader, beschouwe dan elk den zijnen als den echten, 't Is mogelijk, dat de vader niet langer de dwinglandij van den eenen ring wilde dulden en zeker is het, dat hiji ui alle drie heeft liefgehad, daar hij aan twee geen nadeel wilde doen, -om éénen te begunstigen. Wel aan! Laait ieder van u streven naar liefde, van vooroordeel vrij. Wedijvert met elkaar om de kracht ieder van zijn eigen steen te toonen. Komt deze kracht te hulpe met zachtmoedigheid, met verdraagzaamheid, met weldoen, met innige overgave aan God. En doet zich dan de kracht der steenen gel den bij: uwe kinds-kinderen, dan daag. ik u over duizend, duizend jaren weer voor dezen rechterstoel. Dan zal een wijzer man dan ik hier zetelen en recht doen. Gaat- Zóó sprak de bescheiden rechter! God! O' Saladin. wanneer gij' nu gevoelt die wijzere, beloofde man te zijn (loopt op Nathan toe en grilnt zijne •hand): Ik stof! ik niets! O God! Wat deert u sultan? Neen, beste Nathan, zit ziln nog niet om. de duizend, duizend jareni van uw rechter. Zijn rechterstoel is niet de mijne. Ga, ga heen., maar wees mijn vriendl ..'ASTOR. Waarschuwingssignalen. Als uw organisme zelf u door pijn en kwalen, een duizelig gevoel, oorsuizingen en andere stoor nissen waarschuwt, dat de nieren het urinezuur en andere vergiftige stoffen niet behoorlijk uit het bloed filtreeren. dient gij u in acht te nemen Gij kunt het spoedig genoeg zelf uitmaken: Let er op of gij last hebt van rugpijn, rheumati sche pijnen, ischias of spit, een prikkelbaar, ze nuwachtig, afgemat gevoel, een gevoel of uw ooren suizen of gonzen, te vaak of te weinig aandrang tot urineeren, troebel, te donker of te licht gekleurd water. Brandend en pijnlijk bij de loozing. Zanderig, gruisachtig, of draderig bezinksel. Elk dezer verschijnselen kan beteekenen. dat uw nieren hulp. behoeven. Gebruik dan onmiddellijk Foster's Rugpijn Nieren Pillen. Zij worden aanbe volen als het middel, dat de verzwakte nieren op wekt, de urineloozing regelt en u bevrijdt van rug pijn. rheumatiek.' en die andere ellendige verschijn selen van nieraandoening. Verkrijgbaar (in glasverpakking met geel etiket let hier vooral op) bij apotheken en drogisten a f 1.75 per flacon. ULVENHOUT, 10 Juli 1927. Menier! 't Is vandaad 'ne wèrme dag. En daarom ben 'k maar in ons beste kamer gaan zitten de selon, om misverstand te veurko- men, waar me alleen op ons kousvoeten meu- gen komen van Trui. En ornda go van niksdoen mee die hitte 't nog wèrmer krijgt as van warken, schrijf ik oew maar weer 's n' briefke. Wa-d-emmen de kranten deus week ge schreven gij ok, geloo 'k over die rede van den Moes, mee z'n veurspelling van d'n komenden oor log. De krantenmannen zijn in Londen bij mekaar gewist en daar eet de Lord-Maajor ze op de thee ge vraagd. En hij ee zoo tusschen neus en dorpel zoo- veul gezeet as: „mannen, drukt in oew kranten nie te veul over komende oorlogen, want 'hoe harder of g'r in ruurt hoe arger of 't riekt." 'N verstandig woord van dieën mensch. De Lord-Maajor van Londen denkt 'r net eender over as ik, 'ne verstandige mensch! Ik denk dan ok wel da g* as hoofd van zoo'n ge meente ok heel wa meemokt; ik lei dat af van mijn pesitie as hoofd op d'n hof.. En witte waar g' altijd de meeste last van het? van'd'andere hoofden. Ik.heb b.v. steeds te waken veur m'n prestiezje tegen m'ne onderdirecteur: Trui: Van de week ek ze gekiekt toen ze d'r orders uitgaf. Wa zedde van da purtret? En nouw ziede ze nog maar op d're rug. Motte de veurge- vel zien! Die wefkes zijn teu- geswoordig wa mans. Laat ik me daar in de kranten lezen as dat 'r 'n frauleintje klaar staat in Berlijn om naar Joew-jork te fietsen per vlieg- machien. Thea Raas je hiet da .schatje. As ge mee zo'n tiep getrouwd zijt, gelooft dan da ge goed af zijt, man. Krijgde de schort veur en zij de broek aan. Oew kinders in de wieg zouwen in de wèr geraken van wie ze nouw „eten" moesten emmen. Heel -de wereld verwijfd. Vrouwe lijke -dienders, vrouwelijke soldaten, vliegeniers, ad vocaten, kamarlejen, raadslejen, domiees, chauffeurs, afijn, gin beroep of ze oefenen het uit, balleve het be roep van „Vrouw". Lest moes ik veur 'n akkevietje op de Rechtbank zijn in den Haag en ik doch eigen lijk da'k in d'n Bijenkorf terecht was. Ik zag allemaal polleka-kopjes mee 'ne zwarten schort om, en toen 'k informeerde waren da: de advekaten. Ze zeggen dat de netuur d'r eigen aan alles aanpast. As da zoo is, amico, dan zie g-et 'r veur ons gek uit in de toe komst: dan worren me Vader en Moeder tegelijk.... As ge vruuger zo'n dingeske aansprak, dan zeede: „Mejuffer, ma'k 'n eindje mee oew oploopen" en nouw motte zeggen: „Allee, ga-de mee 'ne borrel koo- pen". 't Ga mijn Jx>ven m'n zijen pet horre! Eindelijk is 't 'r eenen vlieger uit Amerika in ons Land -geweest. Vijf minuten en dan nog omdat ze in Amsterdam 'n machien motte konstrueeren om de Zuidpool mee onveilig te gaan maxen. Ze vliegen alle maal mee Fokkers. Fokker gift alle vliegers de com- pimenteni mee voor z'n land. maar ginnen eenen die 'r. z'n eigen wa van aantrekt! Heel de wereld bestaat teugeswoordig uit Amerika, Engeland en Frankrijk. De rest hangt 'r zoo maar aan as 'ne flar. En ik zeg maar: Hebben de Franzosen 80'jaar teu gen de Spanjolen gevochten, of wij. Heeft Cleemansoo van den toren in Barneveld afgesprongen, of den heer Jan van Schaffelaar; zijn de Batavieren in holle boomstammen de Theems afgezakt of den Rijn; ko men de Engelsche stoffen uit Londen of uit Tilburg; heeft Nelson in den toren gezeten of Michiel de Ruy- ter? En zoo kan ik deurgaan aan de hand van onge schreven feiten, ozoo! En waar komt d'n echten Schie dammer vandaan? De Bredasche èrebeesjes? De Ber gen op Zoomsche krabben? De Hollandsche hèring? De Tuilepen? Hebben wij 'ne Daudet die 'n moederke mee d'r kinneke van 4 maanden in zijn plek in den bak lot zitten! Neeë menier, wij hebben 'n stuk of 10 boeken koffers, uit één waarin Huug de Groot z'n eigen uit Loevesteijn liet sjorren! Columbus eet Amerika ontdekt: best! Maar Heems kerk: Nova Zembla. Zoo kan ik deurgaan tot oew krant vol is amico. Maar lot ik me nie kwaad maken, 't is te wèran. As 't zuk weer blijft gaai 'k van de week naar Scheveningen. Zwemmen. Trui eet veur mijn 'n bad pak in mekaren gezet van m'n adams-appel af tot m'n enkels toe, maar... da vertel ik oew de volgende week wel! Menier, gegroet: ik schei er af. Mot gaan molleken. Van beste-kamer tot redactie-beroo,. toet voe Dré. DE EX-KEIZER IN DOORN. Een medewerker van de „Berliner Zeitung am Mit- tag", die kort geleden in Doorn geweest is om den ex-keizer stukken voor te lezen uit een oud hand schrift van Frederik dén Groote, geeft in zijn blad ook eenige bijzonderheden over de hofhouding van Wilhelm II te Doorn. De journalist wijst er op, dat de ex-keizer nog nooit door koningin Wilhelmina ont vangen is, maar dat de koningin-moeder en prins Hendrik door den keizer op hun landgoederen bezocht zijn en dat deze leden van de Nederlandsche konink lijke familie dit bezoek van den ex-keizer op Doorn beantwoord hebben. Bij deze bezoeken werd de ge malin van Wilhelm II die overigens in Nederland prinses genoemd wordt, merkt de correspondent op volgens haar verlangen met „Majesteit" aangespro ken. Tusschen den ex-keizer en de leden van den hoogen Nederlandschen adel worden levendige betrekkingen onderhouden. In het plaatsje Zeist is zelfs, meldt de correspondent, een soort „hoftheater" door een onder nemende impresario gebouwd om er Duitsche gezel schappen en vooraanstaande artisten te laten optre den. Dit theater telt Wilhelm II en zijn gemalin even als de omwonende ari-stocratie der provincie Utrecht onder zijn geregelde bezoekers. De correspondent vertelt verder, dat de ex-keizer zich nog steeds beschouwt als het hoofd van de Pro- testantsche „Landeskirche" in Duitschland en dat hij lederen morgen persoonlijk voorgaat in een gods dienstoefening in de hal van het kasteel, waaraan geen der gasten zich onttrekken mag, evenmin als de minste der bedienden. Wilhelm II verleent ook nog bij kabinetsorder onderscheidingen en heeft bijvoor beeld nog kort geleden zijn privé-secretaris Kogge en een heer in Berlijn tot „Geheimrat" benoemd. De dienstdoende hofmaarschalk, admiraal la suite Von Rebeur Paschwitz, zeide tegen den corres pondent: „Van een terugkeer naar Duitschland is bij ons geen sprake. Het maakt zelfs geen onderwerp van gesprek bij ons uit, Pas wanneer het Duitsche volk het van zijn monarch zou verlangen, zou over een terugkeer gedacht kunnen worden. Ook aan ver huizing naar een ander deel van hot land denken wij niet. Dat zou allerlei moeilijkheden met zich kunnen brengen, die de keizor vermijden wil". De ex-keizer is intusschen aan het Nederlandsche klimaat gewend geraakt. Als gast van Nederland is hij onderworpen aan een zekere controle van de Ne derlandsche regeering. Daarom is hij zeer terugge trokken geworden, want hij wil rekening houden met de wenschen der Nederlandsche regeering. Zijn gema lin kan echter niet zoo goed tegen het Nederlandsche klimaat. Daarom en ook om de opvoeding van haar zoons, vertoeft zij meermalen in Duitschland. De tijd van den ex-keizer wordt door politieke en wetenschappelijke onderwerpen geheel in beslag ge nomen. Op dit oogenbl'ik gaat zijn volledige belang stelling uit naar den strijd in China. Toen Wilhelm II bij de voorlezing van het stuk van Frederik den Groote verscheen, was hij gekleed in veld tenue en droeg hij de orde „Pour le mérite", het ijzeren kruis en de huisorde van Hohemollern. HcLbld. DE PROEFPOLDER BIJ ANDIJK. De dijk om den proefpolder bij Andijk is na elf maanden arbeids, voltooid. De eerste zij het nog kleine Zuiderzeepolder is hiermee ingedijkt. Op 21 December 1926 sloeg een groot gedeelte van het reeds gemaakte werk weg en tijdens de uitvoe ring is het weder zeer slecht geweest. Hevige wind was soms oorzaak dat werktuigen niet op hun plaats konden blijven. De eerste 40 H.A. zijn dus van de Zuiderzee afge sloten en zullen spoedig tot land zijn herschapen. Een paar pompen die te zamen circa 100 M3. wa ter per minuut uit den polder malen, hebben een goede week noodig om de ruim 1.25 millioen M3. er uit te malen. Het werk aan den dijk is echter nog niet klaar, daarvoor is nog wel een maand of drie noodig. Het kappen aan den Leidschen Straatweg. Op de nadere vragen van het Eerste Kamerlid den heer Polak betreffende het vellen van boomen langs den Rijksstraatweg van 's-Gravenhage naar de Haag- sche Schouw heeft de minister van Waterstaat ge antwoord: Het aantal dicht langs den weg staande boomen, dat voor de onderhanden zijnde verbetering tusschen het viaduct en den Deyl nog geveld zal worden, be draagt 152; voorts zijn op dat gedeelte onlangs 13 beu ken gerooid. De weggedeelten, waarlangs boomen zullen wor den opgeruimd, zijn tusschen de rijen ten deele 7.50, ten deele 8 M. breed; er bevindt zich één rijwielpad buiten de boomen. De verbreeding is urgent; door het streven om deze te kunnen uitvoeren met Zoo min mogelijk opoffering van beplanting, is de voorbereiding opgeheuden, zoo dat het niet meer mogelijk is geweest, het kappen in den winter te doen geschieden, terwijl het asphaltdek slechts in het goede seizoen kan worden aange bracht. De minister heeft bij de beantwoording van de vorige desbetreffende vragen willen doen uitkomen, dat een vlotte uitvoering van wegverbetering waar bij welhaast altijd offers van de. beplanting zullen moeten worden gebracht niet in de hand wordt ge werkt, wanneer, nadat die te brengen offers voor elk geval nauwkeurig zijn overwogen, hij zich telkens weder zou moeten verwerpen tegen critiek, als thans is uitgeoefend, en die hij als werd opgemerkt niet redelijk acht. Reeds werd medegedeeld, dat de voorbereiding van Öe verbetering van dezen weg! geschiedde door den Rijkswaterstaat, in overleg met het Staatsboschbe- heer. De imdnister heeft eindelijk gelijk vanzelf spreekt de beslissing moeten nemen en draagt daarvoor dus alleen de verantwoordelijkheid. Indien hij deze voldoende gedekt acht door de ambtelijke ad viezen, zou overigens tegen voorlichting van andere zijde geen bezwaar bestaan; maar dit is dan een meer particuliere aangelegenheid, die buiten het debat kan en behoort- te blijven. VEE NAAR HET BUITENLAND. In het tijdvak van 29 Mei tot en met 2 Juli, dus van 5 weken, werden na keuring naar het buiten land uitgevoerd 2037 runderen, waarvan naar Tsjecho- slowakije 211, Spanje 134, Frankrijk 96, Italië 45, Bel gië 1498, Duitschland 39, Polen 53, Brazilië 66. HET CONCOURS HIPPIQUE TE HOOFDDORP. Als een dor zeer belangrijke nummers op het jaar- lijksche Concours Hippique te Hoofddorp onjkt steeds op het programma de verrichtingsproef, waar voor het Departement van Oorlog en de N&derkvnd1- sche Vereen iging „Het Legerpaard" hun daadwer kelijken steun verleenen door het uitloven van geld prijzen. Teni einde dit jaar het programma van het Con cours niet te overladen, werden reeds dezer dagen de proeven gehouden door 24' merriën en 4 heng sten, in tegenwoorigheid van de vertegenwoordigers van den Minister van Oorlog, terwijl in de jury zit ting hadden genomen de heeren Van Rijckevorsel (Dien Haag), G. Bierman (Den Haag), Ai Kooiji (Ke* diobem) en G, M. van Balen (Asperen). De afstand' bedroeg 7 K.M. en werd onder het za del door de meeste paarden afgelegd in 19 a 20 mi nuten. terwijl de toegestane tijd 25 minuten bedraagt Alle deelnemers waren bij aankomst in dermate goede conditie, dat zij alle zullen uitkomen op het Concours, waar de prijzen zullen worden uitgereikt. OUDKARSPEL. Tot gemeenteveldwachter, alhier is benoemd de beer W. Boon, tijdelijk agent van politie te Zand- voort. De benoemde is 27 jaar en zal op 1 Augustus in functie treden. BURGERBRUGk Dinsdag maakten de leerlingen 32 in getal van de hoogste klasse der O.L.-school alhier, onder leiding van 6 personen en onder begunstiging van goed weder, hun jaarlijkisch schoolfeestreisje. Des morgens vroeg op reis met de tram van 7 uur naar Alkmaar, waar niet gepauzeerd werd, maar direct overgestapt óp 't spoor, dat hen spoedig naar Zaandam bracht. Hier werd' halt gehouden, om al daar zoo in den loop der wandeling een en ander te bekijken en alsdan per boot van 9 uur de reis voort te zetten naar Amsterdam. Tijdens dezen boot tocht, die op zichzelf verrukkelijk was. wat door 't mooie weer nog verhoogd werd, werd de gelegen- heid waargenomen de Houthavens en het Noordzee kanaal te bezichtigen'. In Amsterdam* aangekomen, werd al spoedig een flinke wandeling ondernomen en wel over Damrak, Dam. Kalverstraat. Plantage, Muiderpoort. Het doel was het Koloniaal Museum, dat zeer veel te genieten gaf. Vooral Heyerman's Diorama, dat in één woord een schitterend kunstwerk genoemd mag worden. Vervolgens werd de „Artis" met een bezoek ver eerd, waar als steeds genoten werd. Dit was voor allen zeer zeker de attractie van den dag. Met 't bezoek aan Artis is 'dan ook' ongeveer 3 uur heen gegaan. Van hier per électrische tram naar de Mar- nixstraat, waar de inwendige mensch wat versterkt werd. om, na weer voldoende kracht verzameld te hebben, naar 't Centraal Station te trammen, over te stappen op 't groote spoor en koers te zetten naar Alkmaar.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 5