Schaper Courant Bezoek aan de Zuivelfabriek „WEST-FRIESLAND" te Lutjewinkel RAAD ANNA PAUL0WNA. Tweede Blad. Marktoverzicht van Noordscharwoude. Een rondgang door het bedrijf. Woensdag 24 Augustus 1927. 70ste Jaargang. No. 8105. Aardappelprijzen bij veel vermeerderden aanvoer, vrij gelijk. Roode koolprij- zen beter,witto koolprijzen nog lager. Gele kool werd minderaangevoerd, doch de prijzen waren beter. Bloemkoolprijzen sterk omhoog gegaan. Uien lager en nep hooger in prijs.. Het totaalresultaat iets minder onbevredigend. De afigeloopen week is de aanvoer minder geweest dan de vorige week, omdat de aanvoer van aardap pelen al weer 'belangrijk verminderd is en die van de kool lang niet in die mate ds toegenomen. We hadden nu slechts 20 wagon9 aardappelen, te gen de vorige week nog 45. De prijzen verschillen zeer weinig. De Schotsche muizen varieerden ook nu weer tus- schen de 5 en ruim 8 gul'den, de eigenheimers brach ten eenmaal f 8.20 op, doch bleven overigens ook nu van f 5.50 tot bij de f 7. Zaterdag was de noteering f 5.70f 6.00. De blauwe eigenheimers brachten Maandag ten hoogste f 7.20, Woensdag f 8.70 en Zaterdag f 7.70 op, zoodat hier nog al eenige variatie was. Verder waren er nog enkele partijtjes gewone blau wen, die van f7f8 opbrachten, duken die de f8.50 nabij bleven en Schoolmeesters die voor f 8 a f9 ver kocht werden. Roode kool ging met een vrij gelijke aanvoer om hoog van f 2.50 tot f 3.80, als 'hoogste noteering, zoodat hier eenige bevrediging was. De witte daarentegen daalden van f2.20 tot f 1.50, terwijl verschillende par tijen niet meer dan 1 gulden opbrachten. De aanvoer is toegenomen van 3 op 10 wagons. De bloemkoolaanvoer was bijna minder dan de vorige week. De prijzen echter zijn zooveel hooger geweest, dat de totaal-opbrengst niet veel lager zal zijn. Was de vorige week de noteering slechts eenmaal 17 gulden en overigens belangrijk lager, nu waren de hoogste noteerlngen Maandag f21.70 en Zaterdag na een dagelijksche stijging f35.40, terwijl Woensdag zelfs eenmaal f 39.60 gemaakt werd. De laagste noteering was Maandag f 13.40 en Za terdag f24.20. Zilveruien, waarvan de aanvoer sterk afneemt, bracht weindg op. Zaterdag was de noteering slechts f 0.70f 1.20, terwijl boveai de f 1.50 slechts zeer weinig verkocht is. Drielingen brachten ten hoogste f4.20 op en zil- vernep f20.90, wat belangrijk hooger is dan de vorige week. Gewone uien bracht betere prijzen op. De uien noteerde ,van f 4.50 tot bij de f 6, de drielingen vrijwel hetzelfde en de nep meestal van ongeveer f 15 tot f 17. Gele kool werd minder aangevoerd dan de vorige week, doch bracht hooger prijs op. In het midden der week liepen ze op tot bij f7.50, doch Zaterdag werd alles wecrbeneden de f 6 verkocht. Kleine aanvoeren van boswortelen brachten Zater dag van f 3.80f 440 op, wat een gulden hooger was dan het begin der week, doch meer dan het dubbe le van de vorige week. De totaalaanvoer was nog geen 6000 K.G. 'Spercieboonen, waarvan de aanvoer klein 5000 K.G. was, brachten van f 9.20 tot f 15 op. 'Kroten bleven bij de twee gulden en een paar par tijtjes snijboonen werden van f 10.10 tot f 16.60 ver kocht. In het algemeen genomen, is deze week iets beter geweest dan de vorige week. Verzending per spoor was bier 69 wagons, in War- menhuizen 7 en in Broek op Langendijk 110 wagons. De afnemers krijgen een kijkje in de bereiding der producten. Een goede reclame. Het was iets nieuws, toen de heer Jensma, direc teur van de Coöperatieve Zuivelfabriek West-Fries land, te LutjweinkeJ, ons uiitnoodigde om gezamen lijk met een aantal winkeliers uit de omgeving en zelfs van uit de groote steden allen verkoopers van de producten van bovengenoemde faibriek een rondgang te maken idoor het bedrijf. Het was Dinsdagmorgen nog vroeg, negen uur, dus in de fabriek 8 uur, dat we in het vriendelijke verga derlokaal de heer Jensma reeds met eenige genoodig- den aantroffen, welk aantal tijdens den rondgang meer en meer toenam. Na nog eenige oogenblikken praten, maakten we ons gereed naar de fabriek te gaan. Voorafgegaan door den directeur, betraden we eerst het laboratoruim, waar we echter door liepen, om tenslotte in de eigenlijke fabriek aan te komen. Wat we daar zagen? De eerste indruk was een gewirwar van drijfassen, drijfriemen, op eenneergaande en heen en weer gaande zuigerstangen en pompstan- gen, tientallen (meters buisleidiing, een ongelooflijk aantal kranen, in één woord, een groote chaos, doch waaruit bij nadere beschouwing en toelichting van den directeur, de groote regelmaat en orde bleek. Bij die nadere beschouwing zien we dan ellereerst het weegtoestel, waar de melk, alvorens haar langen loop door de fabriek te beginnen, wordt gewogen. In room kleurige breede stroomen wordt de melk in de weeg- bakken uitgegoten, waarna de bussen omgekeerd op daarvoor ingerichte stellage's worden gezet teneinde de laatste rest] es eruit te haeln. En dat deze hoeveelheid niet denk beeldig is, of als een overdreven uiting van zuinig heid moet worden beschouwd, blijkt wel hieruit, dat op deze wijze tweemaal daags, eiken keer ongeveer 40 liter wordt opgevangen, wat eigenlijk weer niet zoo'n verwondering behoeft te verwekken, wanneer men de honderden bussen ziet leeggooien, die ver werkt moeten worden. Wanneer we den loop van de melk eens nagaan, dan zien we dat ze na het wegen eerst wordt gezeefd en nog eens gezeefd, zoodat er absoluut geen onreinheid meer in voorkomt. Trou wens het woord onreinheid komt geen oogenblik in iemands gedachten op, wanneer men het bedrijf in zijn werking gadeslaat. De zindelijkheid wordt er zóó in de uiterste perfectie betracht, dat er voor het woord „onreinheid" onmogelijk meer plaats is in onze gedachten. We zien de melk na het zeven opgepompd naar de koelers, waar ze afgekoeld wordt, tot ongeveer 10° C. Deze koelers bestaan uit 3 hooge ruggen, gevormd door dicht aan elkaar gelegen buisleidingen, waar door koude pekel stroomt, en waarlangs de melk naar beneden loopt. We laten het edele vocht voorloopig aan zijn lot over en volgen den direcetur naar de karnmaohines, waarin de zoete room tot de heerlijke goudgele boter wordt geslagen. Twee groote houten vaten, die op hun kant liggen en met hun inhoud van 1250 liter miaar om en om wentelen. Al klinkt de vergelijking misschien eenigszins banaal, men kan ze niet beter vergelijken dan met de rollende tonnen, die we wel op de kermis ontmoeten. Het verschil is, dat de inhoud zich gewillig laat ronddraaien, het geen men van zooiets in de rollende tonnen niet al tijd kan zeggen. Uit de eene karnmachine werd juist de boter uit gehaald. Groote kluiten kwamen er uit den ron den buik te voorschijn en verdwenen in de, voor de luchtafdicbting, met perkament van binnen bekleede vaatjes. In totaal ongeveer tweehonderd vijf en twintig kilogram f uit één vat. Onwillekeurig dringt zich daarbij de gedachte op, dat hier menig botervlootje mee gevuld zou kunnen worden. Inmiddels was in de tweede karn de boter ge vormd, hetgeen men door een kijkgat goed kon waar nemen, zoodat daar de karnemelk afgetapt kon wor den. Een kraan werd opengezet en het liep daarheen, wa'ar het behoorde. Heel gemakkelijk, waarop trou wens de heele inrichting van het bedrijf is gebaseerd, 't Loopt daarheen, waar men het hebben wil. De bo ter werd daarna gewasschen, wat zijn gang kan gaan tijdens dat de j Karnemelkspap achter ons staat te koken. Wie kent ze nog niet, de flesschen met gort in karnemelk? Wel een ieder, nietwaar? Dit product van de zuivelfabriek vindt bij het publiek dan ook grooten aftrek, en brij is al net als erwtensoep ik had bijna iets anders ge zegd hoe grooter de hoeveelheid, des te lekkerder wordt ze. Maar we hebben nog een hoop te zien, dus trek ken we ons terug uit het rijk van de pap en komen in de afdeeling terecht, waar de wei wordt gecentri fugeerd. Dit is een toestel, waarin het nog aanwezige vet uit de wei wordt gescheiden, zoodat hierin nog maar 5/100 procent achterblijft. Wel een bewijs hoe sterk de afscheiding wordt doorgevoerd en dit er uit de melk gehaald wordt, wat er uit te halen valt. Weer verder, nieuwe verrassingen tegemoet, want voor den ingewijde mag het alles heel gewoon zijn, voor den leek biedt het bedrijf telkens en telkens weer nieuwigheden en komt men elk c ogenblik voor verrassingen te staan, die van groot vernuft getui gen. Zoo bijvoorbeeld in de bewaarplaats van de boter. In den winter, wanneer de temperatuur laag is, dan is het gemakkelijk genoeg, ze op elke plaats te be waren, maar in den zomer is dat wat anders. Dan zou ze ons, klanten, mischien als gesmolten boter bereiken, om nog maar niet eens te spreken van ge braden, waarvan we bijvoorbeeld bij een heel erge hittegolf wel eens last zouden kunnen hebben. Of schoon we daar dit jaar bepaald nog niet onder ge bukt gaan. Maar in ieder geval moet de boter in den zomer op een koele plek bewaard worden en daarin heeft de Zuivelfabriek te Lutjewinkel nu voorzien door een ruimen koelkelder te bouwen, waarin de bereide boter wordt opgeslagen, nadat ze eerst, het zij in vaten, hetzij in de welbekende potjes van een pond of een kilo gepakt zijn. Dit laatste geschiedt mfachinaal en is zeer interessant om te zien. Een oogenblikje in den koelkelder. Brrr, wat een ijzige ruimte. De temperatuur is er 8 gr. C. en soms daalt zij zelfs tot 5 gr. C. De boter voelt als steen zoo hard, en ofschoon ik niet twijfel, of het zal voor die boter wel goed zijn, dat ze zoo „koel behandeld" wordt, prefereerde ik toch maar de temperatuur aan den anderen kant van de deur. Dat was wel zoo beha- gelijk. Nog even bij de karnmachine gekeken, waar de boter nu „gewasschen" was en na gezouten en ge kneed, dat laatste ook machinaal, denzelfden weg ging, als hiervoor genoemd. Bij het maken van de pakken van een pond en een kilo had ik nog moe ten opmerken, dat de boter gewikkeld werd in het papier met het rijksmerk erop. Om te zien, niets geen bijzonders, maar toch van groote waarde niet waar, want het rijksmerk waarborgt de echtheid en de kwaliteit van de Nederlandsche boter en een klei ne overteding wordt gestraft met een zware boete. Vervolgens gingen we een kijkje nemen in het Zuurlokaaï, waarin 'de room, vóór de boterbreiding wordt klaar gemaakt. Zij ondergaat daar een verzuringsproces, waarbij gebruik gemaakt wordt van reincultuur. Dit laatste is melk, waarin een bepaalde bacterie overbeerschend is. Ook hier weer die groote zindelijkheid, welke we in de geheele fabriek terugvinden, nog sterker mis schien dan elders, opdat geen enkele onreinheid aanleiding zou kunnen geven tot een mislukking. Om een voorbeeld te geven. Waar de wand overgaat in den vloer, van het lokaal, daar is het zoo gemaakt, dat er zich geen vuil kan vastzetten, terwijl het ma teriaal van wand en vloer van dien aard is, dat het absoluut geen aanleiding tot onzindelijkheid kan geven. Dit toch b.v. moet op ieder, vooral als hij tot de consumenten der producten behoort, indruk ma ken. Het is eisch, voor elke zuivelfabriek, om de zindelijlkheid tot in de scherpste uitersten te betrachten. Niets wordt gespaard, om hieraan te kunnen voldoen. Door het lokaal, waar de room van de melk ge scheiden wordt, komen we in de kaasmakerij» waar ons al dadelijk het rustige boven de andere lokaliteiten opvalt. Zeven groote bakken, waaraan er onlangs nog 3 zijn toegevoegd, staan daar op een rij. Elk dezer bakken kan 3200 L. kaasmelk bevatten, waaruit zoo aanstonds na verschillende behandelin gen de kaasstof te voorschijn komt. Groote „door- halers",, machinaal bewogen, draaien in de melk rond, waarna na een bepaalden tijd de 9tremsel er aan toegevoegd wordt en de bak „strem gezet" wordt, zooals de uitdrukking, als ik goed gehoord heb, luidde. De scherpe controle, die overigens de geheele fa briek door plaats vindt, valt hier het meest op. El ke bijzonderheid wordt hier aangeteekend, aan de hand waarvan weer nieuwe ervaringen worden op gedaan. Dioorloopend zijn de bakken in bedrijf en om zich een denkbeeld van de grootte van alles te vormen, zij genoeg, dat per etmaal 10 van deze bakken ver werkt worden, in het drukste seizoen zelfs 13. Bij een reeds genoemden inhoud per bak van 3200 liter is het na een kleine berekening niet moeilijk zich dit denkbeeld te vormen. Na het „strem zetten" laat men de wei er af loo- pen, nadat nog eenigen tijd „doorgehaald" is, waar na tenslotte de kaasstof overblijft, die onder de vlugge handen van de kaasmakers in de koppen wordt gestopt. Deze kaaskoppen zijn van te voren gesteriliseerd, zoodat ze bacterievrij zijn. De pers zorgt voor de juiste afmeting van de kaasjes, waarna ze, na van de randjes te zijin ontdaan, „kopje onder" gedompeld worden in de, pekel, die er de noodige hartigheid aan geeft, 't welk laatste voor sommige consumenten bepaald onmisbaar is. Hun laatste rit doen de kaasjes via een Jacobs- ladder, die ze naar de opslagzolders vervoerd, waar ze op de koopers liggen te wachten, honderden en nog eens honderden, de echte trots van Hollands glorie en Hollands welvaart. En als we dan dit alles gepasseerd zijn, dan belan den we tenslotte in de machinekamer, de oorsprong van alles wat in de fabriek „beweegt en draait". Allereerst het ketelhuis, ook zoo netjes en zinde lijk, als waardoor heel de fabriek zich kenmerkt. Dan de machinekamer. Aan de eene zijde de 65 P.K. stoommachine, rechts de koelmachine, waarmee men de temperatuur in het heele gebouw beheerscht. Een eigen electrische centrale, eveneens door de stoom machine gedreven, voorziet de fabriek van bet noo dige licht en zoo noodig ook van kracht. Een opza- meling van electriciteit in de accumulatoren-kamer maakt het bedrijf ook in den nacht onafhankelijk van anderen. Deze inrichting zal binnenkort, omdat ze ontoereikend is, verandering ondergaan, evenals de opslagplaatsen voor kaas, welke, zooals de direc teur ons terloops meedeelde, niet meer in overeen-; stemming zijn met de hoeveelheid geproduceerde kaas. Nu nog een kijkje in het laboratorium, waar we eenig inzicht kregen in het onderzoek van de voort gebrachte producten en toen was het eind dé&r. Door de kantoren, waar alles volgens de eiscben des tijds was ingericht, kwamen we weer in de be stuurskamer, waar we gaarne aan het verzoek van den directeur voldeden, om onze handteekening in het i vreemdelingenboek te zetten. Een aardig slot van deze excursie bestond in een eenvoudige koffietafel in het lokaal van den heer Zeeman, welke door den direcetur aan de genoodig- den werd aangeboden. Een slotwoord. En zoo was dan tenslotte het eind gekomen van' onzen zoo interessanten tocht door dit groote zuivel bedrijf. Met de nieuwste machines toegerust, met zijn in alles doorgevoerde economie in opzet en uitvoe ring, met zijn intense zindelijkheid en zuiverheid,' heeft ons dat alles den indruk gegeven dat daar in Lutjewinkel een zuivelfabriek staat, die er in alle opzichten wezen mag. Nieuw was de gedachte om de afnemers eens een kijk te geven in de fabriek waarvan zij hun producten betrekken. Nieuw, maar, ook getuigend van goede koopmansschap, omdat op deze wijze juiste reclame gemaakt wordt voor de pro ducten. Immers men ziet de bereiding, men ziet de' behandeling en kan dan ook zelf constateeren met welk een groote zorg, met welk een groote toewijding er werd gewerkt om het beste te kunnen afleveren. En het was dan ook te zien, dat de vele bezoekers en bezoeksters, met groote belangstelling en aandacht ailles volgden en bekeken, maar tevens was te consta teeren uit veler waardeerend woord, met welk een genoegen kennis genomen werd van do zoo zindelijke en zuivere bereidingswijze die op de fabriek te Lutje- winkel wordt gevolgd. We twijfelen niet of in een nog sterkere band tus- schen fabriek en afnemers, in een nog grootere afzet der producten, zal do reclame die dit bezoek voor Lutjewinkels fabriek is geweest, zich uitdrukken. Vergadering van den Raad op Dinsdag 23 Augus tus 1927, des middags 3 uur. Voorzitter de heer G. J. Lovink, burgemeester, secre taris de heer C. Keijzer. De vóorzitter heet de heeren welkom, opent de vergadering en deelt mede, dat van den heer Bakker bericht is ingekomen, dat hij verhinderd is deze ver gadering bij te wonen. Op dit schrijven zal spr. straks terugkomen. De notulen worden gelezen, ze worden onder dank zegging vastgesteld. Xflededeelingen. a. Van den heer Commissaris der Koningin is eene| dankbetuiging ontvangen voor de aangeboden gelukwenschen. b. Het besluit tot aankoop van grond voor ar restantenlokaal is door Ged. Staten goedgekeurd d.d. 3 Augustus j.1., no. 125. c. tot het verleenen van voorschot, ingevolge de Landarbeiderswet, ten behoeve van Jm. Noorden, kan de Min .van Financiën geen medewerking verlee nen. Uit het ministerieel schrijven blijkt, dat de stich- tingskosten der woning te hoog worden geoordeeld, het plaatsje te klein van oppervlakte, maar bovendien de aanvrager niet als landarbeider kan worden aan gemerkt De heer Keuris heeft gehoord dat de inspecteur die het onderzoek heeft ingesteld, gezegd 'heeft, dat de aanvrage zoodanig was ingericht, dat hij onmogelijk gunstig kon adviseeren. De aanvrage is toch zeker vanaf de secretarie verzonden? De voorzitter beantwoordt deze laatste vraag be vestigend en het betreffende schrijven wordt gehaald en voorgelezen. Na voorlezing wordt door den heer Keuris gezegd, dat hij in het schrijven geen kwaad vindt Spr. veronderstelt, evenals andere leden, dat de mededeel ing dat Noorden op het oogenblik land huurt, maar na afloop van den huurtermijn weer in de iposiite van landarbeider komt te verkeeren, oor zaak is dat niet op de aanvrage wordt ingegaan. De heer Van der Ham gelooft dat ook, maar merkt op dat de feiten nu eenmaal niet zijn weg te rede- neerén. De voorzitter zegt, dat B. en W. ook graag gezien zouden hebben dat Noorden het voorschot was ver- leend. d. De uitbreiding van de R.K School is gegund aan de laagste inschrijvers, Gebr. Boekei te Oude Nie- dorp voor f17600. e. De uitbreiding van het laagspanningsnet in den Oostpolder is gegund aan de laagste inschrijfster de N.V. Etectricitedts Mij. voorheen Alberts en Kluft voor f 19937.35. Dit bedrag zal wel wat minder worden, om dat de geheele jJotweg niet wordt aangesloten. Een mooi gebaar? f. Ingekom& is een circulaire van het Min. van Arbeid, betreffende steun voor krotopruiming ten plattelande.. De circulaire wordt voorgelezen en de voorzitter zegt, dat dus uit de circulaire blijkt, dat in geval van ikrotopruiming steun door het rijk wordt verleend voor den bouw van een nieuwe woning. Het rijk draagt f 300 hij, indien ook de gemeente f 300 bijdraagt en op de rest zal men een hypotheek van het rijk kunnen krijgen. B. en W. willen kijkon of er hier mensahen voor dergelijken steun in aanmerking ko men. De heer Van der Ham merkt op, dat ui tde circu laire blijkt, dat het rijk voor dit doel f30.000 beschik baar stelt, dat is dus voor 100 woningen voor het geheele land, dus niet veel. Spr. meent dat vorig maal voor eenzelfde doel 12 millioen beschikbaar werd ge steld. Misschien lijkt het wel een mooi gebaar, maar spr. oordeelt dat het niet veel voeten in de aarde heeft, 100 woningen voor 111 gemeenten. De voorzitter zegt, dat in de circulaire staat dat het als proef dient. Als er geschikte menschen voor- zijn, verdient het toch wel aanbeveling om te trach ten voor dergelijke steunverleening in aanmerking te komen. g. Ingekomen is het verslag van den Warenkeu- rinigsdienst te Alkmaar over 1926. Zal circuleeren. 1 deze stukken worden voor kennisgeving aange nomen. De finantieele uitkomsten over 1926. Het watergebruik in school L Aan de orde komt de vaststelling van de gemeente rekening over 1926. De rekeningen zijn nagezien door de iheeren Keu ris, Jonker en Van den Berg en de heer Keuris brengt namens deze commissie rapport uit. Blijkens dit rap- port heeft het onderzoek hier en daar wel een kleine opmerking ontlokt, o.a. dat het waterverbruik aan sdhool I zooveel grooter was dan dat aan school II, doch overigens werd alles in orde bevonden. Ten aan zien van de controle over het stroomverbruik bij het G.E.B. wordt opgemerkt, dat bij deze zeer uitgebreide administratie volstaan moest worden met het nemen van steekproeven, en daarbij bleek dat bij- en hoofd- boeken met elkaar in overeenstemming waren. De gemeenterekenine sloot met de volgende cijfers: Gewone dienst. Inkomsten f 165879.72, uitgaven f 152890.03, saldo f 12989.69. Buitengewone dienst: Inkomsten f305679.91, uitga ven f 30665460, saldo f25.25. De rekening van het Electriciteitsbedrijf gaf aan: Totaal der tellingen van de balans: f 196556.00V2- To taal der baten f 39120.66, totaal der lastenf 34189.7.%, saldo f 4930.92y?. Uit de rekening van het Burgerlijk Armbestuur bleek, dat de ontvangsten f 17699.17 bedroegen, de uit gaven f 17699.17, saldo nihil. Aan subsidie was uit de gemeentekas verstrekt f 13234.77. De commissie stelt voor de rekening goed te keu ren en den gemeenteontvanger te dechargeeren voor het gehouden beheer. De voorzitter deelt mede, dat het groote waterver bruik aan school I ook de aandacht had getrokken ,van B. en W. en zij bij het P.W.B. hebben gerecla meerd, dat een nieuwe meter werd geplaatst, maar de eerste meter bleek goed te zijn! Het waterverbruik was, met een gelijk aantal kinderen, driemaal zoo groot als aan school II. I De heer Lubbert zegt, dat aan de christelijke school zooveel water verbruikt werd, nu ds dat over. De voorzitter deelt nog mede, dat ook de urinoirs zijn nagekeken. De heer Jonker heeft er den heer Bel naar gevraagd ,en deze noemde ook de urinoirs als mogelijke oor zaak van het te groot waterverbruik. De secretaris zegt, dat (dit niet zoo is, de automaten zijn thans uitgeschakeld en ze worden nu één keer per dag doorgespoeld. De voorzitter zegt, dat B. en W. aan deze quaestie nogmaals hun aandacht zullen schenken. Spr. dankt de commissie voor haar onderzoek en den heer Keuris voor het uitgebrachte rapport. De rekening wordt met algemeene stemmen (de wethouders namen niet aan de stemming deel) goed gekeurd, waarna de voorzitter dank brengt aan den ontvanger voor diens accuraat beheer. De overdekte speelplaatsen en wat ze zul len kosten. In behandeling komt de aanvrage van het Chr. Schoolbestuur om gelden uit de gemeentekas voor het bouwen van een overdekte speelplaats.. B. en W. zijn met het schoolbestuur in overleg ge treden en hebben den heer Dekker opgedragen een kosten beraming te maken naar een uitvoering als die van de R.K. school. De kosten werden geraamd op f2000. De heer Kuiken vraagt, of de voorzitter nu de over dekte schoolplaatsen zoo noodzakelijk acht. Mis schien dat de kinderen er 6 middagen in een jaar gebruik van zullen maken. De voorzitter zegt, dat B. en W. de overdekte speel plaatsen zeer zeker noodzakelijk achten en ze met het oog op de linantiën nog steeds niet zijn gemaakt. De heer Kukien zegt, dat nu voorgesteld wordt ze voor alle scholen tegelijk te maken, maar de voorzit ter vraagt zich af, waarom we zouden wachten. De heer Kuiken vraagt of er veel gemeenten zijn, waar ze overdekte speelplaatsen hebben, Anna Pau- lowna lijkt altijd nogal voorlijk te zijn met zoo iets. De heer Stammes noemt de gemeente Zijpe, waar men ze al 12 jaren heeft. De heer Van der Haan beaamt dit, voor 6 openbare scholen. Spr. meent dat over de wenschelijkheid er van al eerder is gesproken. De voorzitter zegt, dat in ieder geval do aanvrage van de bijzondere school niet geweerd kan worden. De heer Stammes bestrijdt de meening van den heer Kuiken, dat de overdekte speelplaatsen 5 of 6 maal per jaar gebruikt zullen worden en wijst op do weersgesteldheid hier. Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkom stig het voorstel van B. en W. besloten. B. en W. stellen verder voor, ook bij de 3 openbare scholen overdekte speelplaatsen te bouwen. Voor scholen II en III zal volstaan kunnen worden met een kleiner overdekt gedeelte, doordat het gymna stiekonderwijs gegeven zal kunnen worden in een leegstaand lokaal. De kosten worden geraamd voor school II en III ieder f 1272, voor school I f 2075. De heer Keuris vraagt of 't niet gewenscht is, de overdekking bij school I tegen de school te doen aan bouwen, maar de heer Stammes zegt dat B. en W. de op het plan aangeduide plaats het meest geschikt achten. Er is dan beschutting tegen westen- en zui denwind. Ook het afloopen van het schoolplein zou moeilijkheden opleveren. Ook deze voorstellen van B. en W. worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Van den heer H. C. Sterkman is een verzoek inge komen om eervol ontslag als onderwijzer aan school I en wel tegen 1 Augustus 1.1. B. en W. stellen voor het gevraagde ontslag eer vol te verleenen met ingang van vandaag. De voorzitter doet nog mededeeling van een brief van het Nederl. Oonderwijzers Genootschap, waarin dank wordt betuigd voor de wijze waarop het ge meentebestuur deze zaak heeft behandeld en waarin nog een beroep op medewerking wordt gedaan, in-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 5