Brabantsche brieven. Waar FAAM en BZK vandaan komen. <r11 naar den top van den berg-, vaan tt de enivere lucht en het ruime uitzicht. Dit beteekent, dat zij in hem wekt de begeerte om het leven in volle schoonheid te grijpen. En het le ven in volle schoonheid lt slechts bij den men«oh, die geestelijk sterk is. Langs verschillende paden kan de berg bestegen worden en iedere bergbeklimmor meent dat x ij n pad het juiste is. Maar allen gaan omhoog. En hoe hooger zij komen, hoe meer zij elkaar naderen, tot dat zij elkaar vinden boven op den top en dan zul len zo elkaar de hand drukken, omdat zij het be geerde doel hebben bereikt en zij zullen zeggen: „wij gingen langs verschillende wegen en ieder on zer meende, dat zijn weg de eenige was, maar ons etrevon was gelijk, laton wij ons verheugen, dat wij hier elkander vinden." Welnu: dit is het wezen van alle waarachtige re- lig'*. dat zij voert tot het streven naar omhoog. En wat ia dit anders dan streven naar waarachtig menach-zijn? Want wie religieus is, kent als diepsten drang ln zich het verlangen oml geestelijk te groeien. En die drang is voor hem het wezenlijke van alle re ligie. In dien drang erkent hij de werking van dat allesdrijvendo Loven, van den Eeuwigen Geest, welke zich in de stof manifesteert, van God. En de éénheid met dien Geest, ia het opperste, ia die ge lukzaligheid. O, zeker, deze religie zal ook hare kerken bou wen. Want zij zal niet uitdooveü in den mensch do behoefte aan adoratie. Integendeel! Zij zal juist sterk doen opleven deze behoefte .aan vereering. Maar zij zal do verenging niet dulden, Want, om dat zij ondogmatisch en algemeen is, zal zij den mensch ook voeren tot alomvattende liefde. Het Leven is liefde, omdat het wil den samenhang, de éénheid. En de menschen zullen samenkomen in hunne kerkgebouwen niet om een leer te hooren ver kondigen, maar om mfet elkaar de zielen open te stellen voor den inlvoed, welke uitgaat van ver heven, gewijde muziek, welke voortkomt uit het woord van opwekking en bemoediging, gesproken niet door een priester, m a a c door een vroom menschenkind, dat hunkert naar licht en waar heid; naar de warmte van groote liefde voor allen, maar voor de zwakken, de geslagenen en gewon den het meest; naar gerechtigheid, welke wil dat er zij zuiverheid in de verhoudingen, waarin de mensch-broeders en -zusters tot elkander staan. Daar zal niet gevraagd worden zijt gij roomsch of protestantsch of joodsch. Daar zal leven het bewust zijn, dat alle menschen in wezen gelijk zijn en diep in zich dezelfde behoeften gevoelen. Daar zal worden verstaan de hunkering aller harten En dan... dan zullen allen zich sterken door het gemeenschappelijk samenzijn, omdat men daar is in de éénheid van het diepste verlangen ondank» alle verscheidenheid. Dat is de tempel der toekomst Eq im dien tempel zal een altaar staan en men zal daar offeren aan die groot-heerlijke macht, welke het leven is, het Leven, de eenig-waarachtige God die stuwt en dringt en drijft naar de schoonheid, welke in de volmaaktheid ia. En het offer dat op 't altaar wordt gelegd, zal zijn do kleinheid on de benepenheid en de üdelheid on de hoogmoed en do kille zelfzucht En de monsch zal in dien tempel worden opgehe ven uit de laagte van het louteixsinnolijk bestaan tot do hoogte van krachtig geestesleven. Een ijdelo droom? Ja, een droom, maar geen IJdele droom. Een droom, die eens verwezenlijkt zal worden, niet omdat wij kleine menschen het willen, maar omdat hij do uitbeelding is van wat is opgekomen in het hart der groote vrome menschen, der rijk-begenadig den. Het is de droom van ©en Boodha geweest en van een Socratos; van een Jezus die sprak van het Ko ninkrijk Gods en van een Au-gustinus die schreef ovor do Civitas Deï; van een Postalozzi, van een Mazzinl. Hot is do droom, dien wij hebben in onze stillo uren van mystieke overpeinzing, waarin wij de realiteit van het Leven-zelf diep doorleven en een oogenblik boven eigen kleinheid uitstijgen en onze reinste ver langens in onzen geest gestalten aannemen, En die droom zou ijdel zijn?! Dat aan te nemen zou zijn ongeloof in zijn meest hulveringwekkenden vorm. Dat aan te nomen xou zijn da verloochening van die ©enige werkelijkheid, die het Loven d.i. God-zelf ist zou zijn de ontkenning van den geestl Welk een heerlijkheid is (hot met bewustheid te ar- hoi don aan de verwezenlijking van dien droom. Daar bij krijgt het leven inhoud en beteekenis. En voor deze arbeid is noodig zich te verheffen boven engheid on bekrompenheid, boven alle hechten aan onveran derlijke dogma's on niet te wijrigen gebruiken, gedre ven door een toomelooe verlangen naar vrijheid van den geestl A3TOR. Naschrift Hiermede heb ik 4e artikelenreeks over de ware kerk en over wat daarmede samenhing, beëindigd. Ik hoop voldoende duidelijk te zijn geweest Mochten echter onder de lezers er zijn, die ernstige op- of aan merkingen hebben te maken, die op sommige punten verduidelijking wenschen, dan kunnen zij mij daar over schrijven. Voor zooveel in mijn vermogen is, zal ik dan, indien 't mij voorkomt voor de lezers in het algemeen van voldoende interesse te zijn, daar nader op ingaan. „U moet Lady Olive daarvan overtuigen", zei Doane. „Ik bon bereid mij neer te leggen bij een ver breking van het engagement, .maar ik weiger iets te doen, wat dit in de hand kan werken. Integendeel: ik sta er op Ladv Olive te spreken, alvorens zij ©en vast besluit neemt Ik zal niet bij haar pleiten daarvoor behoeft u niet te vreezen maar ik wensch volkomen zekerheid te hebben, dat er geen enkel mis verstand in het spel kan zijn". „Het is het beste dit dan thans maar te doen", zei Lord Nunneley. „Rijd met me mee naar huis en wij zullen dadelijk met mijn dochter praten". Lady Olive hoorde alles aan, wat haar vader te be weren had en luisterde ernstig en aandachtig toe. Daarna wendde zij zich tot Deane. „En jij?" vroeg ze. „Wat heb je op dit alles te zeg gen?" „Mijn beste Olive", zei Deane, „het komt op het volgende neer. Ik zal de held of het slachtoffer wor, den, zooals hot lot dat wil, van ©en „cause célèbre". Ik kan er in elk geval niet heolemaal onbesmet door blüven en het is zelfs mogelijk, dat er eon ernstige verdenking op mij blijft rusten. Ik geef toe, dat do schijn tegen mij is. Er zullen zelfs menschen zijn, die mompelen, dat ik Rowan van mijn kantoor weg zond om Sinclair te vermoorden, en dat de acte, welke hij mee uit Zuid-Afrika bracht in mijn brandkast is of tot asch verbrandde in mijn haardvuur. Niemand op do werold is ooit vrij geweest van laster, en ik zal zeer zeker mijn deel daarvan krijgen. Het kan het zal zeer waarschijnlijk mijn prestige verminderen. Sommige van jo kennissen zul je hooren praten over do „Deane chantage zaak" en er zullen er heel wat zijn, die er nooit zeker van zijn of ik de aanklager of do beklaagde was. Je zult je heele verdere leven er varen, dat mijn naam met een zekere mate van wan trouwen wordt bekeken, want in een zaak als dozo worden aanklager, beklaagde on getuige allen over één kam goschoren door het Ietwat vage gedeelte van het publiek, dat jouw kennissen vertegenwoordigen. Ik geef toe, dat jo volkomen gerechtvaardigd bont, wanneer je mo thans verzoekt heen t© gaan". Het jonge meisje wees op de deur. „Vader", zei ze, ,:kunt U ons even een oogenblik al leen laten? Ik wilde Stirling iets zeggen". TJlvenhout, Allerheiligen 1927. Mentor, *t Is vandaag hier veur Mekwart Zondag mee d'n Allerheiligen, en deuzen dag nouw erg geschikt om oew weer 'a te schrijven, 't Is anders "nen aarigen aller heiligen! Vruuger was 't op deuzen dag zoo koud da-ge den hèrd oppokte en do deu ren dichthield, nouw zit ik te schrijven in de veurkamer 5 't raam open. En de veugeltjes maken in de hoo rnen langs den weg 'n ka baal of 't Mei is. Mèrgen is 't Allerzielen. En dikkeis ben 'k op Allerzielen naar 't kerkhof gewiest deur d'n sneeuw, maar nouw staan de blommen nog overal nie op de ruiten maar aan de struiken. Ge begrept 'r niks meer van as ge zo"ta bietje van d'n ouwen stem pel ga geraken. Maar ollee, nie murmereeren en mee d'n tijd meegaan, me zijn allemaal zoo'n bietje, min of meer, gasdirrekteuren. Da wil zeggen, me trekken par tij van de omstandigheden en doen het er maar mee! 't Is me n'anders wa, die gas-zaak. Goed en wel zijn me ©ver de ambtenaar-schandaligheden in Indië hee- nen of we zitten mee 'n dergelijk gevalletje in eigen huis opgescheept. Ze hadden eigenlijk allemaal d'r eigen fabriekskê as ik 't goed snap. Maar ondertussc£hen ia hier en daar huisgehouwen van wa genoemt: „van dik hout zaagde planken." 0(k ia hier van toepassing 't sprikwoord: „Mee dieven motte dieven vangen." Da's jammer genogt. Da's 't onverkwikkelijks te aan die af faire. De grondoorzaak lee weer in d'n oorlog. Vruuger was 't altij„sjersje la fam"; teugeswoorig is 't „sjersje la gerre." Het grof geldverdienen in alle rangen en stan den hee-d-in die dagen de menschen verleid tot het doen van dingen die dan misschien wel even overeen kwamen mee d'r inkomsten, maar nie meer d'ren stand! Want ge kun nouw democraat zijn zooveul as ge wilt, zelfs zóó dat 'r 'ne rooien weerschijn van oeuw af straalt, daarom blijft het 'n gek gezicht as ge 's Zon dags op d'n wandel overreejen wordt deur 'n auto mee oewen schoorsteenveger er in. En als de schoorsteen veger en metselèr d'n eigen 'ne ford1 of 'ne citroen ver oorloven, dan kunde as gasdirrekteur 't al nie minder doen dan mee 'ne Rols Royce! Zukjfee dingeskes zijn arg duur en dan mot het uit de lengte of de bridte en meestal uit allebei. En apen die hoog klimmen wil len, vertoonen vaaik d'r bloote bzee mijn moeder vruuger altij en 't komt uit ©k. Allemaal democratie. Of ik daarteugen ben? Betrekkelijk. Ik was vruuger dol op paling. Op 'ne keer, Tc was jarig, zou Trui mijn is vergasten en ik kreeg 'ne paling van d'r, waar 't vet afdroop, 't Ding was dik as m'ne pols en ik zette d'r al m'n tanden tegelijk in al zijn 't er nie veul meer. 't Vet droop tusschen m'n vingers en m'n kin blonk zoo da g'er oewen hoed in kon opzetten, 'n Spiegeltje ge lijk. 'n Half uur later e© me da ding opgebroken en teu geswoorig as ik paling zie, dan worren m'n oogen al dof en m'n hart begint te sjarlstonnen. As ge de de mocratie nouw even bekijken wilt as dieën, al lang overleden, paling, dan witte precies hoe Tc erover denk. Gin paling meer, veurloopig. Paling en vanderStel is veur mijn te machtig? Gif mijn maar bukking. Zou da ok in de late Mei zitten, die late-verliefd- heidsuitingen?" Keizer Wilhelm z'n zuske 'n meske van 63 jaren, Vikkie hiet ze, is verloofd mee 'ne blaag van 23 jaren. Trui is t*r nie over te spreken. Grotmoe ders bij Grotvaders, zee ze en, apen bij apinnen. Daar zit wel wa-d-in in da vertoog. .En de Belgische minis ter president, 'n mensch van diep in de zestig, as ie gin zeuventig is, ——is verlejen week getrouwd. Ik daoht da 'nen minister 't daar te druk veur had. Want de veurbereidingen veur 'ne trouw, da zulde toch ok wel weten amico, zijn gin kleinigheid. Eischen d'n hee- len man op! Of di© mefflees van zestig en zeuventig motten nie zoo veuleischend zijn as Trui in d'ren tijd, toen ze nog amper twintig was. Laat veur jaar! Gift weinig zomer en vruug win ter en weinig fruit. Da's mijn ervaring as boer. Deus komende week, d'n elfden, wordt in de vredevoerende landen weer twee minuten stilt gehouwen om de ge vallenen in den oorlog te herdenken. Nie te veul zoude zoo zeggen da van de 525600 minuten per jaar ruim 'n half muljoen, er twee bestemd worren veur de mul- jeenen dooien. Ze willen dat hier ok invoeren nouw. De vrouwen let wel! de vrouwen amico ebben zich tot de regeering gewend om dat hier ok in te stellen. De vrouwen en twee minuten stilte! As 't deurgaat zal 't mijn benieuwen of m ij n vrouw, of Trui, daar kans veur ziet, om twee minuten d'ren snavel te houwen! Ik zal 't oew berichten! Maar 't wordt 'n fejasko, let er maar op! Ze schijnen hier anders graag mee te doen aan 'de oorlogs-mode. Webben gemobiliseerd om koud van' te worren. Vier jaar aan 'n stuk en. zóó degelijk da me toen nog nie klaar waren. Maar da was zoo erg nie, want de oorlog hield toen sjuust op. Webben aan de grenzen geschoten op smokkeleers, het gepaf wa» bij mijn op d'n weg nie van de lucht 's nachts. Webben het eten op zolders en in schuren op geborgen1 en toen gedistribuweerd as echte oor- logs voerders! Alles bedierf en wij hadden zoodoen de ok gelukkig 'n tekort. Net écht! Toen zijn me. nog orger as in de oorlogslanden, stevig, en frisch belastingen gaan betalen om er tuleluursch van te worren en nouw gaan mo tweo minuten stillekens doen! Weer nét echt! Wie helpt ons nouw aan 'n tweedehandschen infanterist imee platvoeten! As 't ie (maar dood ia en onbekend. As mie die nouw nog hadden waren ine uit d'n brand. Mee liefde en plezier zouwen ine de belasting er voor opofferen en afschaffen, hoewel ik de geregelde visite van in'nen eigen deurwaarder erg zou missen, 't Is 'n «ezeiligeni keuvtflèè! En één van m'n trouwste ken nissen. Nie van m'n lijf af te slaan, 'ne Klit. Maar ollee, ieder gek ee z'n gebrek! Ik zal ok wel m'n ge breken etrnmen, maar zeg da nooit teugen Trui. In Rusland ebben z'n nieuwen manier van po litiek debat ingevoerd! As daar *ne tegenstander van Stalin hoewol die tegenstanders toch ok weer balsjewiek zijn. maar het beter weten, as daar zo'n prent aan 't woord "wil komen, dan blèren z'm weg. „Ge—" „Weg met die vent." ach te—„H o u d je kop." „ver,5chupt 'm d'r af." ,.ga—Aan di'n Lantèren." „dering—„Hangt 'in op." Steld oew veur amioo, da wij zjoernalisters, zo'n vergadering motten verslaan veur de krant, 'n Lief krantje zou da worren. Zoo beschaafd, zoo echt democratisch hé! Zoo lekker twintigste-eeuwsch. Ge zou in elk geval kunnen zien dat Herman Kos- terzoon de boekdrukkunst nie veur niks ee uitge vonden en da wij de-in-holle-boomstammen-afzak kende-Batavieren 'n oind veruit zijn! As ge maar niet vraagt in welke richting! Amico. ik schaad, d'r af! 't Is mooi gewiest; ik gaai m'n Zondagsch. middagdutje doen. Ollee, veul groeten van Trui en gin haar minder van oewen tost voe Dré. Verschillende vertegenwoordigers van de pers heb ben op uitnoodiging der directie een omwandeling ge maakt door de grootste ven momentale fabriek der N.V. v-h. Louis Dobbelmann, voor eenige maanden ge heel voltooid en gebouwd tusschen Hoogstraat en Groe nendaal, te Rotterdam; een oppervlakte beslaande van ruim 3000 M2. Daarin zijn ondergebracht de tabaks sigaretten- en theefabrieik. Onder leiding van de archi tecten B. Hooykaas Zoon werd met het afbreken der oude huizen aan het Groenendaal in 1925 begonnen; een werk, gepaard gaande met vele moeilijkheden, daar het bedrijf moest doorgaan, doch dat thans geheel vol tooid een indrukwekkend bouwwerk vormt in dit oude stadsgedeelte. De directie, bestaande uit de heeren R. S. P. Schuil en L. A. A. van der Heyden, (heeft door het initiatief nemen om het bedrijf geheel te moderniseeren de kroon gezet op den levensarbeid van den stichter, wijlen den heer Louis Dobbelmann, die als zoon van een Nijmeegsch tabaksfabrikant in 1866, na een 6-jarig verblijf in Ame rika, in ons land terugkeerde, om te Rotterdam van de firma H. van Woerden Zoon een kleine tabaksker- vorij met winkel aan de Hoogstraat gelegen over te riemen, welke hij in datzelfde jaar onder eigen naam heropende. Hij huurde oolk ©en naastbij gelegen pand, waarin hij eon stoomketel met machine liet plaatsen, waarmede zjjn machinale kerverij was gesticht. Deze is de bakermat van de in onzen tijd, zoowel in binnen- als buitenland, om haar tabaksproducten beroemde Dobbel- mann-fabriek. Want onder 's heeren Dobbelmann'» ener giek zakenbeheer werd het bedrijf gestaag grooter in omvang. In de eerste periode van ontwikkeling was het bedrijf over 3 verschillende plaatseen in de stad verdeeld, doch in 1884 maakte de aankoop van de voor malige suikerfabriek van de firma van Oordt aan de Hoogstraat het mogelijk, dat aile takken van bedrijf onder één dak gebracht werden. De omzet naar het buitenland was toen reeds van belang, doch omvangrijker zou het worden toen de heer Dobbelmann zich .in 1870 de medewerking van den heer A. Zwenk verzekerde, die later in 1901, tegelijk met een schoonzoon van den hoer Dobbelmann, den heer R. H. van Schaik, als directeur optrad van de inmiddels op gerichte naamlooze vennootschap v.h. Louis Dobbelmann. HOOFDSTUK X. Een verbroken engagement. Zelfs nadat de deur zich achter Lord Nunneley ge sloten had en Deane alleen was met zyn verloofde, viel het geen van beiden gemakkelijk te spreken. Lady Olive zat op een lage divan, waartegen ze met haar rug leunde. Deane 'stond op het haardkleedje met zijn handen achter zich, terwijl hij eenigszins verbaasd zijn voorhoofd fronste. ,Dc veronderstel, dat je graag door mij uitgelegd wilde hebben, Olive, hoe het mogelijk ia, dat een der gelijke claim naar voren gebracht kan worden?" „Integendeel," antwoordde ze, „dat verlang ik vol strekt niet." Hij keek haar verbaasd aan. De klank van haar stem had hem al gewezen op de een of andere verandering in haar, maar niettemin was hij verwonderd. Er lag een lichte blos op haar wangen en haar oogen hadden oen veel zachtere uitdrukking dan gewoonlijk. „Stirling," zei ze, „kom hier naast me zitten." Hij voldeed onmiddellijk aan haar verzoek. Lady Olive keek hem recht in de oogen. „Ik begrijp alles niet precies, Stirling," zei ze. „Ik wil je een vraag stellen. Heb je met mijn vader ge luncht?" „Ja," antwoordde hij. „In «ijn club." „Ik weet dat hij zich dez© zaak erg aantrekt," zei ze. „Vertel me eens: kwam het voorstel tot verbreking van ons engagement van hem?" i „Zeker." '„En Jij?" zei ze. „Zeg me precies, wat er in je om ging en wat het voor jou beteekende? Scherm als jeblieft niet met mooie woorden," ging ze voort. „Het was een gevoel van opluchting voor je, is het niet?" „Beslist niet," antwoordde hij verbaasdi. „Donk nog eens na," vroeg ze. „Je antwoordt zoo gauw. Is dat, omdat je er zoo heel zeker van bent, of komt het, omdat je het meer als iets vanzelfsprekends beschouwt? Jij behoort tot een van die mannen, Stir ling, wier 'karakter het niet toelaat, dat ze terugblikken. Wij zijn verloofd, je hebt me uit je eigen vrijen wil ge kozen tn daarna was, voor zoover het jezelf betrof, de kahneeren en worden gesterkt door 7j2/njj/uAod^02Üim Buisje 75ct 8»j Apoth en Drogisten zaak afgeloopen. De mogelijkheid, dat je je vergist had, zou nooit bü je opkomen, eenvoudig omdat je de kwes tie nu eenmaal als onvermijdelijk beschouwde. Zeg me nu eens eerlijk en onomwonden: als je op het oogen blik niet met me verloofd was, zou je me dan opnieuw vragen Deane keek haar verbaasd aan. Hij had nimmer ver wacht, dat het in haar zat, tot zulk diep nadenken in staat te zijn. Het leek hem inderdaad toe, alsof er reeds iets tot haar was doorgedrongen, waarvan hij zich zelf nog niet bewust was. „Hoelang heb je dit idee omtrent mij gehad, Olive?" vroeg hij op ernstigen toon. „Eigenlijk voortdurend," antwoordde ze. „In de be ginne leek natuurlijk alles goed, maar in Schotland en daarna heb ik me steeds afgevraagd, of je me niet be schouwde als iets wat feitelijk buiten je leven stond... wellicht een noodzakelijk en begeerenswaardig onder deel van je huishouding en je toenemenden voorspoed. Denk niet, dat ik me (beklaag," ging ze voort, „maar in onzen omgang van den laatsten tijd ontbrak het per soonlijk element. Dat zul je toch niet kunnen ontken nen is het wel? Ik zie ook precies in hoeverre het voor stel van! mijn vader je (getroffen heeft. Je hebt niet het gevoel, alsof de zon heeft opgehouden met schij nen, of de wereld stilstaat, omdat er kans is, dat je me ruit gaan verliezen niet waar?" Het was niet dikwijls voorgekomen, dat Deane zich zoo onzeker omtrent zichzelf voelde. Tot op zekere hoogte wist hij, dat ze volkomen gelijk had. En toch... toch...juist haar begrijpen van deze dingen, de nieuwe ernst, waarmede ze hem aankeek, de gedachte dat hij op het punt stond haar kwijt te raken, scheen zijn be langstelling aan te wakkeren veroorzaakte, dat het tot hem doordrong, dat het inderdaad niet gemakkelijk voor hem zou zijn haar op te geven. „Olive," zei hij, „ik wilde dat ik je kon uitloggen, wat er precies in me omgaat. Wanneer ik wellicht een weinig koud en terughoudend] ben geweest, dan was dit niet, omdat ik niet om je gaf. Aan den anderen kant is er echter iets waars in hetgeen je zegt... Ik bedoel, dat ik inderdaad alles min of meer als een van zelfsprekend feit heb opgenomen, dat, wetende waar er geen andere vrouw in mijn leven was, en ervan over tuigd zijnde, dat ik je graag moLit, ik eenvoudig af Buige ili Dat was helaas hetzelfde jaar, waarin de heer Looi Dobbelmann door den, dood aan zijn werkzaam lev« werd onttrokken. Willen we even nagaan vat siad» m- dien gesdhiedde, 'oehooren wij te vermelden, «lat de het r&\ A. Zwenk in 1921 zijn directeursfunctie neerlegde, c J cj een halve eeuw op voorbeeldige wijze zijn beste '<vacb en ten aan de firma te hebben gewild. De hwr van Echti bleef tot 1924 op zijn port. Hij liet zieh opvolgen do: de tegenwoordige diroctie, de Jonge genèrr.-,:- boven» st€ noemd, cue tot de algehcole moderniaeering van k> fabrieksgebouw besloot en tot invoering va.>- do meet ingenieuze bedrijfsmachines. Zoo is er thans een tabaksbedrijf in het leven [l?ns roepen, dat door zijn kracht, zijn wijd-bekenden naai Ver en zijn ©normen omzet inderdaad' een. sieraadJ is vai h, I de llotteïxlamsche groot-industrie. »ar| Men heeft zich er van kunnen overtuigen. De gc<it« j'n werden allereerst rondgeleid door de groote drukkotjj jq waar drie snelpersen voor kleurendruk het benoog ur' de verpakkingsmateriaal kunnen afleveren. De F.iat& verpakking werd daar o.a. ook gedrukt. Een blik in de daaraangrenzende cartonnage-fabiy deed zien op welke een sjpelle wijze machinaal alle fo noodigde doozen voor de verpakking worden gefar ceerd. Daarna werd de groote kerverij-hal betreder, waar een groot aantal kerfbanken de verschillende t* a P' bakken snijden, die uit de enorme trechters aan de sol dering worden opgevangen, 't Is de weg van gekerfc blad tot keurig verpakte tabak. Want, na de kerfbaj. ken verlaten te hebben, wordt de tabak langs onder- grondsche transportbanen naar de eersten geleid, waai zij het verdere drogingsproces ondergaat. In zeeven te rechtgekomen wordt zij vervolgens van stof en zant <*er gezuiverd. Om eenigszins een denkbeeld te krijgen van het enor me productievermogen der fabriek diene, dat een ik 5 eersten, de grootste van Europa, 3000 pond tabtl per uur verwerkt. Na de stofzuivering wordt de tab ai door middel van geperste ldcht naar de bovenverdis- rd pingen geblazen, waar de opslagplaatsen zijn, die ov:: de geheele lengte der gebouwen loopen. Hoewel met de moderniseering het geheele bedij I geëlectrifioeerd is, er werken meer dan 100 motorn wordt er stoom gebruikt voor de drooghpkken en vm- De zelf voor de centrale verwarming. D,e electriciteit ii ü9en de overwegende kracht en deze brengt de tallooz© et nomische werkende bedrijfismachines in werking, mogelijk maken, dat goede tabakken in uitstekende w pakking tegen minimum prijs in de consumptie gebrac kunne: worden. Als in een revue zullen we thans alles noemen, de grootste belangstelling der persmenschen mocht tri ken. De reusachtige vochtketels, waarin de pruim! bak B.Z.K., de roem van het huis Dobbelmann, woi gesausd; de spinnerij-machines, waar men de z.g. tabak, de delicatesse voor den hartstochtelijken pi mer, die niet wil weten, dat hy pruimt, buitengew^*^ vindingrijk in elkaar ziet draaien; de machinale kerfj met haar ingewikkelde machine-techniek, die gelijk maakt, in één dag per paketeermaohine 251 pakjes tabak keurig verpakt af te leveren; de bai rolieefmach inesde automatische theewegerij; de garettenmachines w.o. er een is met een producties mogen van 250000 sigaretten per dag; de machines de groote bankwerkerij en smederij, enz. Zoo werd de bovengenoemde opslagplaats van gëko ven tabak bereikt, een ruime lichte zaal met bree buisopeningen in den vloer, om de tabakken te traa porteeren naar de reeds genoemde machinale pakkei waar ze, alvorens in de machines te komen, met i hand door meisjes wordt gewogen, omdat er nog ga k\\ uitvinding is, die het mogelijk maakt tabak autom j,el tisch te wegen. Op het enorme dak, een panorama gevende van -groote stad, zag het gezelschap de groote „cyolonet of luchttorens, waarmede de tabak uit de kerverij de voorraadzolders geblazen wordt. Volgden de perjj en sorteerderij ten dienste der melange; de timmermanswerkplaats, waar vatenduigen worden werkt tot exportkisten,; de z.g. vacuum-afdeeling, wi blikken, gevuld met tabaksproducten voor de tropen' stemd, luchtledig gemaakt worden. Iets, wat bijzonder in ddt grootst© tabaksbedrijf bezoeker opvalt, is de door de geheele fabriek loop transportketting, ter lengte van 285 M., waarmede verpakte producten naar de verschillende afdeelii. worden gezonden. Ten slotte de groote expeditieled de modern ingerichte kantoorlocaliteiteij, waar den 1 zoekers het z-g. Holerith-kaartsysteem werd gedei streerd, waarmede in één uur f24000 kaarten gesort kunnen worden met den naam van den afnemer, woonplaats, zijn aankoop en besteed bedrag, koi alle bijzonderheden van belang voor de administi met haar staf van employés en haar reizigers, laatsten reizen per auto het gansdhe land door. Een prachtbedrijf van breed'en omvang; een der ste fabrieken van Rotterdam. Het autopark telt alli reeds meer dan 20 wagens. Het personeel is ruim man sterk. De firma bezit opslagplaatsen aan de rii de Maas, o.a. aan de Vierhavenstraat, aan de Brielsc laan en aan de Linker Rottekade, waar voor duizew en duizenden vaten ruimte is, ongerekend de pak zen aan Hoogstraat en Groenendaal. Filialen zijn vestigd te Amsterdam, 's-Gravenhage en Utrecht. Door de voortreffelijkheid der producten en het gieke beheer steeg de omzet der N.V. v.h. Louis D< mann met 50 sinds de oorlogsjaren, terwijl dc capaciteit der nieuwe installatie op een toename 100 gerekend is. Door het enorme succes, dat, firma thans reeds heeft met haar nieuw merk bi tabak Faam, is de omzet intusschen wederom met tallen procenten gestegen. De omzet van haar alom kend merk pruimtabak B.Z.K. is anderhalf maal groot als voor den oorlog. Een bediy'f, dat een eerste plaats inneemt in de derlandsdhe tabaksindustrie. luizfi lebrc ika: le Ik, Ni ittliei iktl lag wachtte totdat de rest kwam, daar ik er in mijn 1 zeker van was, dat die eens komen zou." ,Jk geloof, dat ik het geheel en al begrijp," langzaam. „Vertel mé nu eens precies, hoe je ded over het verzoek van mijn vader." „Ik meen dat dit redelijk is," antwoordde DeM J „Het is zelfs logischer dan je vader zelf wel weet. I «ter geloof, dat het mij wellicht in de laatste jaren wat' W e veel is meegeloopen. Ik ben langzamerhand zóó ver Mebr ikomen, dat ik de mogelijkheden van moeilijkheden II Wees dersohat." I „Je verwacht du» inderdaad iets ernstigs?" oe« - Hij knikte. „Ik vrees, dat ik een weinig te 'brut* god, ben geweest," zei hij. „Ik had dien Hefferom net lang van mjjn kantoor af moeten laten schoppen, 1IAA dat hij tot rede was gekomen en hem dan moeten j rel een schurk was en ik behandelde hem als dusi nig, terwijl ik hem de kaarten in handen heb laten fl" „Dan veronderstel ik, dat mijn vader gelijk had," JTO B ze, „het zij zoo. Onze verloving is verbroken en ik er voor zorgen, dat de noodige stappen gedaan wr dén om dit feit bekend te maken. Ik wil echter M -ben, dat je weet, dat indien je inderdaad van mij ft l, gehoudenals ik eenig bewijs daarvan gezien naj nuw geen woord' van mijn vader, nodh niets wat jou o kunnen overkomen in zaken of op andere wijze, schao of verlies van geld... ons zou hebben kunnen scheids Hij kwam een stap naar haar toe. „Olive", riep' J - uit er iuw r" hebben allM - passeerde hij Lorn Nunneley. „Wij gevolge Uw wenschen geregeld," zei hij. „Het spijt me, Deane. Ik hoop, dat je begrypt» er totaal niets persoonlijks in is." „Ik begrijp het," zei Deane kortaf. „Nee," zei ze eenigszins scherp en schelde. H\j wendde zich af en liep de kamer uit In de i 'erstei Wordt vervolgd r

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 6