cliager Courant KOPPENSNELLERS. VOOR DE KINDEREN. WARE WOORDEN. WAT PIM EN PUK OVERKWAM. Miin zoon wenschte giste ren zooveel geld te hebben, dat hii kon trouwen. Ik wist niet, dat hij kennis had. Heeft-ie ook niet Maar h wil een auto koopenl voorzien van een schild. Zijn voornaamste wapen is echter de mandau of koppensneller, een recht zwaard, met scherpen punt. Zooals reeds werd opgemerkt, wordt door den invloed van de Nederlandsche ambte naren het koppensnellen in hooge mate beperkt; in hot gouverntmientsgebied van Borneo wordt het nog door symbolische handelingen vervangen, waarbij do krijgers wel uittrekken, alsof zij gingen snellen, maar geen moorden meer plegen, en zooals reeds in den beginne gezegd, komt deze vreeselijke gewoonte meer en meer in onbruik. De meeste monschcm oiachcn van hun modomon- scheir slechts volstrekte boHcheidonhoid, om in hot go- voel hunner grootore voortreffelijkheid niet ge stoord to worden. Do taak der vrouw is vrouw te zijn onder alle le vensomstandigheden, dat wil zoggen moederlijk to zijn in de hoogste beteekenis. Men is zichzelf een sleutel tot de wereld. Slechts voor zoover men zichzolvo begrijpt, kent men do we reld. Al hot slochte en minderwaardige gaat snel to gronde, alleen het grooto schoone en vorhovene blijft onvergankelijk. Men zij onder alle omstandigheden zijn eigen leidsman! Op ieder anonsch rust de verplichting het leven, dat hom is geschonkon, te aanvaarden en naar zijn beste kunnen to vervullen. Zaterdag 26 November 1927. 70ste Jaargang. No. 8159. den doordringen om zijn slag te slaan, omringd door tallooze gevaren en met de kans om door de tegen partij, bij ontdekking, zonder genade gevolgd en ge dood te worden. Bij de volken, waar men dit gebruik in het geheel niet meer vindt, zooals op Java en bij de Bataks, wijzen sommige gebruiken op het vroe ger bestaan er van. Terwijl wij niets weten van het gebruik onder de Boegineezen en Makaeaaron, is of was elders op Ce- Jebea het koppensnellen algemeen. In do Minaliasa heeft de invloed van het Christendom daaraan een oinde gemaakt, hoewel het diaar bij de Alfoeren zeer in zwang was. In het Z.-O. schiereiland van Celebes was het snel len van een kop noodlg, voordat do weduwe de rouw over haar man mocht opheffen. De Alfoeren van het eiland Halmahera, de loden der Pakasiwa op Coram, do bowoners .van do Tenhnber of Tinmrlaoet-ellan- den cn die van Timor, vobrul do Belonoczon, stellen do koppen hunner vijanden op hoogen prijs. Evenals el ders hebben ook hier de koppensnellers het recht een onderscheidingsteeken te dragen. Ook bij de Papoea's is het gebruik bekend o.a. bij dio der Geclvinkbaai en bij de Nafoercozen van Nieuw-Guinea. Van de Hatam- iner» van hot Afrahgehergto wordt vorhnald, dat ,zij de graven hunner buren schenden, om hun eigen wo ningen met koppen to versioren. Vooral zijn do Da- jaks van Borneo als koppensnellers bekend, jazelfs berucht. Do sncllers bohooren vormoodelijk tot de Land-Dn- jaks van Serawak en behooron in dut govul dus tot do Britsche onderdanen. In den volkenkunde bestaan tal van theorieën om trent oorsprong en beteekenis der koppensnellorij. Vast schijnt wel te staan, dat ze verband houdt met animistische bogrippen, volgens wolke in het men- schelijk hoofd oen aanmerkelijke hoeveelheid „ziele- stof' aanwezig is; door zich daarvan meester te ma- kon, verzekert men zich van een besohonmgeest en verstexkt daarmede zijn macht tegen alle mogelijke vij andige krachten. Terwijl men zich due van een vijand ontdoet, versterkt men zich bovendien nog met zijn r.lok«stöf, Allorloi ceremoniën, wolke mot het „berel- don" van den gomeldon kop gopaard gaan, wijzen lni deze richting, De koppen worden op een oeroplaats In de hut van den sneller opgehangen en als kost bare amuletten behandeld. Op Niouw-Gulnea schijnt ook to worden gesneld met het doel zich meester te maken van den „naam" van den gesnelde, die dan aan een nog naamloos kind wordt gegeven. De naam speelt, zooals men weet, in het animisme een groote rol en men noemt aan dat het lcind dat aldus zijn naam vericroeg, later in het Zieloland den verslagene tot slaaf zal hebben. Intusschen is do gosnelde kop behalve amulet, tevens 'krijgstropee, een zichtbaar be wijs van do heldendaad van den sneller, die zijn be drijf wel op naar ons begrip lafhartige wijze, im mers van uit een hinderlaag, uitoefent, maar op zijn sluiptochten door de barre rimboe tot onder den rook der vijandelijke dorpen of bivaks zich aan de meest hachelijke gevaren en ontberingen bloot stelt. Zoo schijnt dan het bezit van een aantal gesnelde koppen bij sommige stammen nog een teeken van ridderdeugd to zijn, zonder welke geen vrouw van den stam zich met den man in het huwelijk zal be geven. Bij de Zee-Dajaks wordt het gesnelde hoofd met huid en haar .bewaard, om van vader op zoon over te gaan. Bij de Land-Dajaks wordt de schedel boven een matig vuur geroosterd, nadat de hersens er uit verwijderd zijn. Waar de invloed van het parlement zich uitbreidt, vermindert natuurlijk het misbruik. De Dajaksche koppensnellers gaan gewoonlijk mot niet meer dan 3 tot 10 personen tegelijk uit, om niet, in het oog te loopen; slechts bij een krijgstocht, waar bij een geheel dorp wordt overvallen en uitgemoord, trekken velen mede. De koppensnelier is gewapend met) een blaasroer, pijlkoker, lans en werpspies en Moeder, er is een muis tn de melk gevallen? ileb ie ze er uit gehaald? Keen, maar ilc heb de kat sr óók in gegooidl vreeselijke gebruik van het koppensnellen, dat in vroeger jaren in tal van streken van onzen Archipel voorkwam, gaat meer en meer verledene behooren. Bij verscheidene stammen eelt alleen de herinnering er aan nog maar in sym- loiiscne handelingen voort- Het koppensnellen was en is dan nu ook maar bij heel enkel onbeschaafd volk een bestaand ge- miik, om zich in het bezit te stellen van mensche- Uke hoofden, schedels of skalpen, met het doel on- er de mannen te worden gerekend, of om begeer- eigenschappen van den vermoorden persoon op Sch zelf te doen overgaan of ook om de slachtoffers dienst te stellen van een gestorven bloedverwant, wiens naam het koppensnellen heeft plaats ge ut Dit godsdienstitg gebruik was vroeger ook in oord-Amerika verbreid en bestaat nog tegenwoordig komt het dan, zooals reeds gezegd, zeer sporadisch oor, in Achter-Indië, op vele eilanden van den In- lichen Archipel, op Nieuw-Guinea, op Formosa en I Afrika. Ook in het oude Europa schijnen dergelijke alken te hebben bestaan, daar toch talrijke sa- «preken van geofferde menschenhoofden (op het lltool), van de toekomst voorspellende, gebalsem- jboofden (Orpheus- en Altimir-sage) en van holden, i uit de schedels hunner vijanden bekers lieten irdigen. Men denke ook aan de schedelpyrami- welke men bij enkele volken aantof en die als nvoudige tropheeön to boschouwen zijn. De grondoorzaak van het koppensnellen ,1b waar- hl]r>lijk gelegen in hot geloof, dat het gesnelde |j ofd de ziel van den gedood e, bevat en daardoor als In des "8J (toovermiddel) dienst kan doen, om den be- ii gomi tter op allerlei wijze hulp to verleenen. Hoe meer jppen men bezit, des te beter. Het zijn niet uitslui- 40 nd ledon van vijandige stammen, die men aldus Brvalt, maar vaak worden koppen gesneld op ver- rl afstand, bij stammen met wie men ïiQoit twistte orlog had. vele stammen worden de terugkeorende kop- nsnollers feestelijk ingehaald, waarbij do ongehuw- meisjes zich aan hen prijsgeven, terwijl zij, dio i koppen meebrachten, met minachting behandeld den en vaak niet durven terugkeeren. ir een koppensneller vaak zijn prooi bemach- door een eenzaam, ongewapend persoon, ja zelfs iiwen of kinderen onverhoeds te overvallen, wordt een daad, waartoe weinig moed veroischt wordt, jr ons, Westerlingen, gelijkgesteld mot moord. Ech- moet de koppensneller vaak naar afgelegen oor- en md odee, i vriM de et wfli iaeo ca 'BO. g zeer n min -e hitte 243. Snikkend sm!ulde Pim van een bus Jonge peentjes cn Puk nam telkens een handje malsche doperwtjes in haar mond en trok dan net een gezicht of ze heelemaal niet lekker waren. En dat was tooh niet zoo hoor. Heb medeleden, schoone dame. Ik weet niet, waar ik zal overnachten. Dacht u, dat ik dat wist sepeper 3en ga 9 voo tot hl xn de del bv. 65 volledl aden i' h, (Ml Ik&ari 1 mini uitga den oi loDflWH e ree* bw hoe 80 zfr e", sec i watd betrett gi te di< 4e r aai 241. ZooverPim en Puk zien konden was er niets dan lucht en water te be speuren. En het was net of de ballon langzaam begon te dalen. Hoe moest het gaan als hij straks in zee viel? Dan moesten Pim en Puk de heeel^zee over zwemmen. En dat konden ze niet. 242. Opnieuw begonnen de twee domme konijntjes een hartroerend gezang. ,Puk kie riep met een angstig stemmetje oml moeder en Pimmie stopte zijn pootjes in zijn oogjes, alsof die het gedaan had den. Tenslotte zouden ze maar- wat gaan eten. 244. Daar hoorden Pim en Puk een suizend on stampend geluid beneden zich. Ze keken naar bonedon en zagen een groote stoomboot aankomen. Dat was zoo'n mooi gezicht, dat da konijn tjes even hun verdriet vergaten. de bij «4 >öst H« ton A evier 246. De stoomboot had de wuivende zakdoek wel opgemerkt. De bemanning groette terug door de vlag op en neer te halen. Ofschoon dit Pimi en Puk niets hiolp werden zij er toch door ge troost. Ze waren in elk geval door an dere konijnen gezienI 247. Daar dreef do ballon op een witte krijtroteonkiist. Toon Piml en Puk dat zagon waren ze eerst org blij. Ze liepen nu in elk geval geen gevaar meer to vor- drinken. Maar daarna werden ze weer bang. In welk vreemd land kwamen ze? 245. Pim, haalde zijn zakdoek te voor- tor schijn waarin al heel wat waterlanders zaten en hij wuifde uit zijn mandje het schip toe. Misschien kon de beman ning wel helpen. Pim wist niet boe, maar hij hoopte er toch op. - 248. Konden er geen konljnonetors en andere wilde, dleron wonon? En bovon- dien begon de ballon nu echt te dalen. Waar zoudon ze straks terecht komon? En zouden d'e konijnen,, die Pim en Pukl gingen ontmoeten, hen kunnen ver staan?

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1927 | | pagina 23