SchagerCourant
er,
DE BOKSER.
Tweede Blad.
:r
De vergiftiging in Den Haag.
1 Hm
Het oude bakkie.
Een nieuw moordtuig.
Gemengd Nieuws.
120 Uur begraven.
Vliegtuig neergestort
RD"
te
1 bov
lereai
IMBfij
Wpensdag 14 December 1927.
70ste Jaargang. No. 8169.
E n
VOOR HET HOOGMILITAIR GERECHTSHOF.
I Voor 11 et Hloogmilitair Gerechtshof te Den Haag
iwiordt thans behandeld de zaak tegen dr. J. C. G.
70 c majoor van den geneeskundigen dienst der land-
65 c macht, beschuldigd van moord, door vergiftiging met
50 c icopolamine en cyaankali, van kapitein Queck, subs.
van het toebrengen van zeer ernstig nadeel aan de
55 [ezondheid van dien kapitein, den dood ten gevolge
66 ct ^ebbende en meer subsidiair het veroorzaken van
dood door schuld.
Beklaagde en getuigen, w.o. verschillende deskun
digen, zijn gehoord en deze verhooren hebben zicih
i in geheel beperkt tot de verklaringen van den ver-
ond dachte en de dikwijls elkander tegensprekende uit-
>nd inzettingen van de door het openbaar ministerie en
3ns 1de verdediging gedagvaarde deskundigen,
k Met bizondere welwillendheid en een onvermoeï-
>nd 1 «ren wil om het feit voor feit zoo duidelijk moge-
I ijk vastgesteld te krijgen, heeft, aldus de correapon-
i lent der N.R.Crt., dr. Schepel, de president van het
lof deze besprekingen in den waren zin van het
rwm h'oord 8eleld-
mui De beklaagde majoor G. is 44 jaar, maar ziet er,
ld. uniform gekleed, opvallend jonger uit. De sairnen-
I ratting. welke de president biji het begin van de zit
ing van de zaak gaf, vulde hij af en toe met een
1 ikel woord aan. Ook later greep hij mleer dan eens
het debat in door opmerkingen, die op denzelf-
i zachten toon en blijkbaar weloverwogen, wer-
ten voorgedragen.
IJl De zaak komt volgens de samenvatting van den
iresident in het kort hierop neer. Majoor G. wensch-
Q 0 e echtscheiding tusschen kapitein Q. en diens echt-
3 [enoote. Kapitein Q. heeft zich daartegen, met het
log op de kinderen, die hij niet wilde missen, ver-
it en zijn medewerking geweigerd. Half Januari
an dat jaar heeft majoor G. een stuk in handen
ekregen, dat, naar hij meende, geschikt wlas om de
chtscheiding te forceeren, maar dat ingevolge er-
g| Dver ingewonnen juridisch advies, daarvoor niet
w 1 roldoende bleek. De inhoud ervan moest in elk ge-
ral door kapitein Q. bevestigd worden. Dit heeft
aajoor G. op het plan gebracht dezen in een toe
stand van tijdelijke versuffing te brengen en hem in
lien toestand zijn toestemming te ontlokken. In
Haart heeft hij in verband hiermede scopolamine
sesteld. Op 3 April heeft hij zich met twee fleschjes
tan die stof naar de woning van kapitein Q. bege-
ren, met het doel hem een dosis ervan toe te dienen.
)it moest ongemerkt gebeuren en is dien eersten
ieer niet gelukt. Op 10 April heeft majoor G. er de
tans voor gekregen. Terwijil Q. buiten de kamer was
n diens echtgenoote zich omgedraaid had, heeft hij
ersluiks 10 miligram scopolamine in een voor ka-
litein Q. bestemden kop chocolade gemengd. Hij
rist de dosis, die moest worden toegediend, om de
>ogde verdooving te krijgen, niet precies, doch
endo zeker te weten, dat de toediening van 10
ram geen doodelijke gevolgen kon hebben, daar de
•delijke dosis voor zoover hij wist boven 100 gram
j. Thans erkende hij, dat hij gruwelijk onvoorzich-
;ig gehandeld had door een middel te bezigen, welks
Jloseering hem niet nauwkeurig bekend was. Op het
lUdei Kwenhlik van do toediening meende bij! echter in elk
;eval niets gevaarlijks te doen. Als gevolg van de
oedienlng had hij zich voorgesteld, dat binnen kor
en tijd een zekere slaperigheid zou intreden, waar-
ia het door hem gewenschte gesprek zou kunnen
•eginnen. In afwiachting van het optreden van de
en toestand is hij naar huis teruggekeerd, waar hij
Jw
(tul|
Ing
aag
oni
Lf f
ken,
rs f
50.
epplot
alansp
J.J. El
mm
:kt P«
a»g ad«t laag ww «m Ml
vrouw Q. met dt boodschap, dat haar man onwel
was geworden en, naar zij meende, een beroerte had
gehad. Mevrouw Q. zeide erbij, dat zij haar huisdok
ter, dr. Blom, van den Militair Geneeskundigen
Dienst ook reeds had gewaarschuwd. Met spoed hoeft
majoor G. zich onmiddellijk daarop naar het huis
van Q. begeven, waar hij dr. Blom met den patiöat
bezig vond. Heeft hij dezen toen gesuggereerd, de
verdere behandeling van Q. aan hem, majoor G., over
te laten, daar dr. Blom haast had om naar Rotter
dam te vertrekken?
Dr. Blom beweert dien indruk gekregen te heb
ben, majoor G. spreekt tegen, dat hij in dezon zin
eenlgen invloed uitgeoefend heeft. Hoe dit zij, dr.
Blom is vertrokken onder mededeeling, dat hij om 6
uur terug zou komen (hot was op dat oogenblik on
geveer half elf) en majoor G. is bij den patiënt ge
bleven. De uitwerking van de scopolamine open
baarde zich met voor hem onverwachte hevigheid.
Q. was onrustig en had hallucinaties, welke bij ma
joor G. de vrees deden opkomen, dat dr. Blom bij
diens terugkeer, zou merken, dat er geen sprake
was van oen beroerte zooal9 hifi hoewel aarzelend
bij. zijn onderzoek ook bad gemeend, dat er was
voorgevallen - maar dat er iets anders mot Q.
moest gebeurd zijn.
Majoor G. heeft toen het noodlottige besluit ge
nomen Q. uit den weg te ruimen. Daar deze in zijn
onrustigen toestand cnlet alleen kon blijven en ma
joor G. mevrouw 0- niet wilde alarmeeren. heeft
majoor G. den patiënt een inspuiting gegeven, met 3
milligram, scopolamine, waarop kapitein Q. in ver
dooving is gevallen en rustig werd. Onder een voor
wendsel is majoor G. toen naar zijtn huis gesneld en
heeft daar een hoeveelheid cyaankali gehaald, die
hij naar hiji heeft verklaard1 in huis had om katten,
die zijn tuin vernielden, te verdelgen. Hij had tot
dit doel twee poeders laten maken, den eersten keer
van 300 milligram den tweeden van 600 milligram.
Met een 'hoeveelheid cyaankali, naar zijn meening
genoeg om den dood te veroorzaken heeft hij zich
weder naar de woning van Q. begeven. Mevrouw
Q.. die een oogenblik biji haar echtgenoot was. heeft
hiji naar boven gestuurd waarop bijl kapitein 0. eerst
in den rechter- daarna in den linkerarm een inspui
ting beeft gegeven. De dood is na een uur of vijf
kwartier ingetreden. Om kwart voor zessen of zes
uur (de inspuiting was om omstreeks 4.15 u. gege
ven) heeft hij: daarop dr. Blom gewaarschuwd, die
omstreeks kwart voor zeven aan het doodsbed van
Q. was. Dr. Blom had toen nog geen vermoeden
van de werkelijke doodsoorzaak. Des Maandags
avonds heeft hij een bezoek ontvangen van een ka
pitein van de militaire administratie, dat hem
daarover aan het denken heeft gebracht. Verschil
lende andere omstandigheden, vooral de houding
van majoor G. zelf. hebben er toe geleid, dat hij
Dinsdagavond geweigerd heeft de doodsacte te tee
kenen waartegen hij overigens ook bezwaar had om
dat Di.fi bij het sterven van kajpitein Q. niet was
tegenwoordig geweest. De acte is door majoor G.
geteekend.
De justitie heeft het lijk in beslag nenomen en
aan sectie doen onderwerpen, welke tot .nhechtenis-
neming van majoor G. en diens bekentenis heeft
geleid.
Het technisch debat was tusschen de deskundigen
voor leeken moeilijk te volgen, in elk geval was het
zeer moeilijk er een conclusie uit te trekken.
'Het stelsel van de verdediging van dr. G. en diens
raadsman mr. Bourlier schijnt te zijn, dat majoor
G. weliswaar voornemens is geweest kapitein Q.
door cyaankali te dooden, maar dat hem dit niet is
gelukt, daar de cyaankali, die hij in huis had en
in een slecht gesloten fleschje bewaarde, middeler
wijl bedorven was en in andere stoffen overgegaan
was. zoodat dr. G. wel gemeend heeft een doodelijke
dosis toe te dienen, maar zulks inderdaad het geval
niet is geweest, te minder doordat de reeds in het
lichaam van kapitein Q. aanwezige scopolamine
als tegengift gewerkt zou hebben.
Deze scopolamine zou tenslotte den dood veroor
zaakt, heben. M.a.w. majoor G. heeft gepoogd door
cyaankali te dooden en aanvankelijk gemeend, dat
dit ook geschied wa9, maar achteraf zou gebleken
zijn. dat het plan van majoor G. niet is gelukt en
dat het niet de als doodelijik bedoelde dosis cyaan
kali is geweest, welke den dood heeft veroorzaakt,
maar de als ongevaarlijk beschouwde dosis scopo
lamine.
Door ANDREW SOUTAR.
(Nadruk verboden.)
t
Lardap Ze w&chtte hem op aan de deur van hun étage en
k 71 >en hun oogen elkaar ontmoetten, onderdrukte ze
ho< en snik» dien ze voelde opkomen. Ze hoefde niet te
ing i ra8en. of het weer een mislukking was! Hij kuste
i vers laar' zooals hij altijd deed op zijn thuiskomst en
ijfwci roe? t?en naar den jongen. Samen gingen ze naar
'®t eenig slaapvertrek dat hun woning rijk was en
en poosje keken ze zwijgend naar het slapende
goe ind.
heeft frissche lucht noodig. Maisie, frissche
licht, net als jij en ik,,..
Met een wanhopig gezicht keek ze naar het open
re a ?nster> waardoor de benauwde atmospheer van New
'ork naar binnen kwam.
De man ging op het ledikant toe en kuste zacht
pt b eke gezichtje van den jongen. Daarop voegde
unyt 'ij zich weer bij zijn vrouw en legde zijn handen op
ÜUifl laar schouders. Samen gingen ze naar de andere
de bc amer.
Uitga "7 Ja Maisie, zuchtte hij, we hebben allemaal de
-Ami Witenlucht noodig, hij jij en ik. Ik ben een man
itam. j'00r de zon en de frissche wind.... Ik wil een stuk
del and 'hebben en kunnen zeggen: „Zie, dit is van mij!
Ik/vergeet geen oogenblik den trots en de waardig-
lerflSJ leid van mijn afkomst, maar ik wil het eenvoudig-
de it te werk met waardigheid en trots verrichten. Ik wil
geld hebben, 'genoeg om een koninkrijk te koopen in
wildernis.... en jij, Maisie, zult de koningin zijn!
Hij pakte een krant op en riep: Laat eens zien,
shvend rij vers, wat jullie aanbi eden aan een getem-
den Hercules!
'Hij keek de rubriek „Aangeboden betrekkingen"
poor.
~7 Journalist, kantoorbediende, banklooper, secre-
teris. De meeste van die baantjes 'heb ik geprobeerd
;ea ben ze kwijt geraakt... omdat ik te veel „meneer"
"'as... innerlijk en uiterlijk. Wacht! Kellner! Waar-
geen lcellner! In strijd niet mijn waardigheid? On-
jzm. Vind je ook niet? vroeg hij met een glimlach.
Ze bedekte het gezicht met de handen. Ze wist welk
sn bitteren strijd achter dien glimlach werd uitge
vochten. Ze deed geen poging om hem te antwoor-
iegaden; het antwoord kwam uit de aangrenzende kar
I gegoi J^r: het huilen van een kind. Hij ging er heen en
3 Dec« vrouw hoorde hem den jongen kalmeeren.
neen' Ja> Jbnsie, hoorde ze hem zeggen, groote,
UT Pi ieusachtig-groote velden en 'n ponnie heelemjaal voor
'J" ■jou alleen...,.
7* Kellner! Beroerdie kerel! Noem je dat soep?
ken groepje van vier mannen zat aan een tafeltje
een hoek van het restaurant Het was laat in dèn
tl? u n vier waren de eenige gasten. De eigenaar
dn ter..de cassa «n telde de ontvangsten van den
°P- Bij 'het viertal was er een, die buitengewoon
l 7|;y" was cn Gen heel laag voorhoofd had. Zijn korte,
vingers, waarvan er enkele misvormd waren,
jen vol met ringen; oen zware gouden 'ketting bun-
ewae op zyn buik. De sruumen rechts en links van
hean waren blijkbaar een soort secretarissen van
hem; tenminste ze hadden aanteekeningen gemaakt
van alles wat verhandeld was tOsschen den kleinen
man en het vierde lid van het gezelschap een
lange, breedgeschouderde man met een brutaal ge
zicht en met de onaangename gewoonte om voort
durend onbeschaamd van den eenen kant naar den
anderen te kijken. Het was dit laatste personage die
zijn stem verheven had.
Wat mankeert er aan de soep? De nieuwe kell
ner was naast hem komen staan en er was iets drei
gends in zijn stam.
Wel allemachtig, brulde de breedgeschouderde,
grove man cn draaide zich in zijn stoel om. Als je
op die manier tegen me praat, zal ik je in je kraag
pakken en je met de punt van je neus in die soep
duwen, jij griezelig, uitgehongerd stuk...,
Dat is genoeg! iklonk het bevelend uit den mond
van den kellner.
De forsche man sprong overeind. Hij stak zijn hand
uit om den nieuwen kellner bij zijn kraag te pak
ken. maar op het moment dat zijn vingers die gre
pen, kreeg hij een opstopper, die hem tegen den
grond deed tuimelen.
Er was een wilde verwarring van te hoop loopen-
de kellners met den eigenaar aan het hoofd, maar
de man die de klap gekregen had en inmiddels weer
opgekrabbeld was, schreeuwde tegen hen, dat ze zich
er buiten moesten houden en de deuren sluiten.
Hou je maar koest, oude homp paardevleesch,
verklaarde de spreker minzaam tegenover den eige
naar van het restaurant, het minste splinter dat ik
hier beschadig, zal ik betalen. Maar ik wil dat stuk
•kellner van je een lesje igeven Dan zal hij in 't ver
volg tenminste beleefd tegen de klanten, zijn!
Het kleine mannetje sprong in hevige gemoeds
beweging om den grooten kampioen rond.
In 's hemelsnaam, Stoiiky. blijf met je handen
van den man af; je zult hem vermoorden. Denk aan
je contract! Je zult gearresteerd worden als jij je aan
hem vergrijpt en wat moet er dan van inijn voor
stelling terecht komen?
Loop naar de maan met je voorstelling, gromde
Storky, terwijl hij zijn jas uittrok. Hij heeft een
gentleman beleedigt en daar moet hij voor boeten.
Sluit de deuren zeg ik en die het waagt om de po
litie te roepen, zal i;k een gat in zijn lichaam slaan.
Vooruit jongeman,., op je knieën en netjes excuus
vragen...
Praat niet zooveel, vlegel, was het onverwachte
antwoord van den kellner, stroop liever je mou
wen op.
In een seconde gebeurde het; voor iemand tusschen-
beide had kunnen komen. Stork gaf den eersten
stoot, maar deze werd zoo netjes en volgens de re
gelen van de kunst gepareerd, dat de kleine man een
kreet van bewondering niet kon onderdrukken. Daar
op viel de nieuwe kellner uit. Hij slaagde er in door
de verdedigingslinie van zijn tegenstander heen te
breken en den grof-gebouwden lomperd een stomp
tegen de kin te geven, dat zijn groote, domme kop
kraakte.
Geef hem nu maar een beetje soep, hoonde de
overwinnaar, terwij] hij zijn jas aantrok. Dat zal
hem wel weer opknappen. Hij wendde zich tot den
eigenaar. Ik denk dat ik miin baantje hier kwijt
ben zooals ik andere ook hen kwijt geraakt, of
schoon iik hard genoeg anijn best heb gedaan om ze te
TMttuwa vrt> an» ton. OM twmm <«Mnca6tt- U «nob«Q« om ffrtrtg* t» «4» no 4» tot-
gen, prof. Van Itallie «n dr. Bijiama hebben tit- I lossing van den Duitschön fakir, die 120 uur begraven
kla&rd dat hun gevallen van dood door cyaankali- j w&s geweest, uit zijn graf. Terwijl de arbeiders den
vergiftiging te besluiten evenals trouwens prof. ^il graaf den, gaf To Chas het sein en even daarna
Wester en dr. Schirm. de twee deskundigen, die het iwerd d® verzegelde kist opgegraven. Nadat was vast-
gerechtellfk onderzoek hebben gedaan dat ech- gestel» dat de zegels gaaf waren en To Chas dus in
ter dr. Van Ledden Hulsebosch deskundige door de i geval voedsel kon hebben gekregen, werd de
verdediging in het geding gebracht noch cyaankali, I k^st geopend. To Chas lag stijf als een doode. Een aan-
noch scopolemine-verglftiging als wetenschappe- tQl verplegers namen hem op en legden hem op het
lijk vaststaande wilde erkennen en dat een andere ?rad waa^°P Pro*- Bundit g. a. Agnihotri, die aan
deskundige van de verdediging dr. Koopman den universiteit te Frankfort college geeft in de In-
(door de twee eerstgenoemde deskundigen als apro- dische philosophie, zyn handen op het hoofd van den
crief verworpen) geval van dood door scopolamine '.akjr_Jefi:de' een ceremonie die schijnt te beteekenen
in een dosis van 1 milligram citeerde. Met ziet hier.
uit, dat het voor het hof geen gemakkelijke taak zal
zijn zich een oordeel te vormen.
Donderdag is het requisitor tegen den verdachte
gehouden en de advocaat-fiscaal, Mr. Roger, kwam
ten slotte tot de volgende eisch:
Dagen lang heeft hij ecnige verzachtende omstan
digheden trachten te vinden' omi als mensch een
dat To Chas onder de bijzondere bescherming van
Brahma had gestaan. De vijf hoedenspelden die To
Chas Maandag voor hij zich had laten begraven in
wangen, ooren en hals had gestoken, werden daarop
verwijderd.
Langzaam ontwaakte toen To Chas uit zijn slaap.
Hij was zoo zwak, dat hij niet kon loopen en moest
worden gedragen, waarna dezelfde geneesheeren die
hem voor de begrafenis aan een nauwkeurig onderzoek
hadden onderworpen, opnieuw werd onderzocht. Hier-
lichtere straf te kunnen vragen. Het is hem echter 1 sn o«M iol
niAt. ffAlnkt. apti ,iAn<rpinkA nn.AtA.ruiiirhA^ *a vinriAn I bleek dat de bloeddruk van 180 was gedaald tot 104
niet gelukt een dergelijke omstandigheid te vinden.
De houding van verdachte is spreker niet sympa
thiek. Hij heeft nog meer sympathie \&oor den man,
die na een dubbelen moord te hebben gepleegd, de
hand aan zich zelf sloeg en niet eerst onderzocht,
of de kogel wel draagkracht genoeg had. Verdachte
daarentegen gaat ^tudeeren, ihoe de werking van de
vergiften was, in plaats van tot inkeer te komen.
Geen zweem van berouw is aanwezig; alleen de ge
dachte bestaat, hoe hij aan zijn straf kan ontkomen.
Spreker herhaalt nogmaals, dat er z.i. geen enkele
verzachtende omstandigheid is. Daarom kan hier
niet anders dan de zwaarste straf worden opgelegd.
Wordt verdachte tijdelijk gestraft, dan moet hem
in ieder geval het recht ontzegd worden, de medi
sche weten.schap wederom uit te oefenen, Spreker
acht echter de zwaarste straf op haar plaats en hij
eindigt inlet levenslange gevangenisstraf tegen ver
dachte te eischen.
De verdediger Mr. Bourlier zegt in zijn pleidooi dat
de zwaartekracht van deze zaak ligt op wetenschap
pelijk terrein en wijst op de debatten der deskundi
gen en komt tot de conclusie dat kapitein Queck
niet aan cyaankali is gestorven. De cyaankali
en dat de man 20 pond lichter was geworden. To Chas
had zware hoofdpijn, maar voelde zich overigens goed.
IN ROME GEHANDHAAFD.
Het „bakkie" is één van de graag vermeld© sympto
men van een tijd, die voorbij is nu de auto de kunst
matige wijze een vermenigvuldiging van paardekrach-
ten bracht. Haar voordeelen zijn vele, boven de genoe
gens die de met stallucht doorgeurde ruimte achter
den rug van een koetsier bood.
Maar ziet, in het land, dat op velerlei gebied aan de
wereld schynt te laten zien, hoe het moet, zal het
bakkie zijn plaats onder de vehikkelen behouden en
wy'dt de overheid er haar aandacht aan. De gouver
neur van Rome heeft hiervoor een middel uitgevonden,
door den aapjeskoetsier te dwingen, dat hij zorg draagt
voor „een paard, dat den strijd met de automatische
kracht aankan. Elk Romeinsch paard voor een „bak
kie" zal voorzien moeten zijn van een officieel zegel
aan zijn manen bevestigd.
Nauwkeurig is voorts het costuum, van den koetsier
niet in staat geweest, de scopolamine te overwinnen, i geregeld, een blauwe jas met metalen knoopen en een
of er was, objectief beschouwd, geen letale dosis. 1 hooge hoed met een kokarde in de kleuren van de stad
Pleiter meent, dat als deze man had willen doo- 1 Rome. 's Zomers moet hij een grijze jas dragen. Welis-
den, hij dat als medicus wel had kunnen doen op een waar zal dit een revolutie in het klassieke uiterlijk van
wijze, dat niemand iets gemerkt had. In plaats daar- den aapjeskoetsier brengen, maar het zal volgens den
van doet hij een reeks stommiteiten, Dat wijst er gouverneur zijn aantrekkelijkheid verhoogen.
op, dat hij uit zijn gewone doen en niet meer nor-1 De rijtuigen zelf worden ook smaakvol ingericht. Tui-
maal was. I gen en anderen benoodigdheden zullen tegen matige
PI. noemt deze zaak wonderlijk, wonderlijk uit prijzen beschikbaar gesteld worden. Zoo hoopt men in
wetenschappelijk, doch ook uit menschkundig oog- het nieuwe seizoen ook wat de „bakkies" betreft praoh-
punt. PI. wees daarbij op den levensloop van dr. tig voor den dag te komen.
Graf, een ernstig mlan, door het noodlot echter niet Men heeft indertijd een poging gedaan om dit ver
met rust gelaten. Is het zoo erg, wat dr. Graf met de voermiddel af te schaffen, maar toen bleek, dat het zoo
scopolamine heeft gedaan, terwijl spr. citeert dat de populair was, dat men zich genoodzaakt zag de ver-
rechterlijke macht in Amerika wel scopolamine ge- gunning voor 600 te handhaven,
bruikt om verdachten tot bekentenis te 'brengen (sen- Het vaticaan echter, is geen aanhanger van levende
satie in de rechtszaal)? Ware het erger geweest als paardekracht en heeft alle rytuigen door automooie-
dr. Graf met kap. Queck in vroolijkheid uit was ge- j ten vervangen.
gaan om hem dan in een roes een verklaring te ont- i
lokken over iets dat toch waar was? Pl.'s cliënt
■heeft alles verloren, en voorheen was hij een man
met een hoog ontwikkeld plichtsbesef, een nobel ka-
rakter, gewaardeerd als mensch en als medicus. Hij I
was een voorbeeld voor menigeen. Men leere begrij- I -- -
pen, leere voelen, hoe alles is gegaan, geleidelijk, dom, I fen nieuw wapen uitgevonden, genaamd de „duiker-
maar niet mlet boos opzet. bom", d.e volgens sommiss beweringen een evolutie
PI. is overtuigd dat boe blind de Justitie ook is,
EEN DlIIKERBOM.
Dq luchtvaart-afdeeling van de Ver. Staten heeft
zij zal inzien dat voor iemand in de positie van dr.
Graf het feit, dat hij alles verloren heeft, dat hij
hier terechtstaat, reeds een zware straf is.
zou kunnen brengen in de wijze van oorlogvoeren ter
zee.
Sedert eenige maanden is men proeven aan 't nemen
met gunstige resultaten. Alle proeven werden echter
strikt geheim gehouden en er zullen, naar men zegt,
Meent het Hof zoo eindigde pleiter te moeten stri»ct gericim genouaen en er zunen, naarmen
raffen. dan zal het met alle deze omstandigheden technische byzonderheden bekend gemaakt woi-
straffen, dan zal het met alle deze omstandigheden
rekening houden.
Na de replieken wlordt de uitspraak bepaald op
27 December
ZWAR EHOOFDPIJN, MAAR ANDERS GOED.
Naar men ons uit Berlijn meldt, waren er Zaterdag
avond ongeveer 3000 nieuwsgierigen in de Sportarene
houden.
Wilt u me betalen wat i'k nog te goed heb?
Hij kreeg het geld, zei vriendelijk „goeden avond"
tegen de samengedrongen kellners, die hem stom van
verbazing aankeken en ging de deur uit. Het was
weer een mislukking geweest en in zijn ooren klonk
het schreien v^p Jimsie bitterder en dringender dan
ooit
Toen hij thuis kwam, was Maisie al naar bed. Hij
was er erg dankbaar voor; hij had behoefte om al
leen te zijn en den heelen toestand goed te over
denken. Alweer een fiasco! Hij zei het zuchtend bij
zichzelf en de muren schenen het vreeselijke woord
als een veelvuldige echo te herhalen. Hij zat aan de
tafel en strekte de armen voor zich uit; langzaam,
heel langzaam, boog zijn blond hoofd naar voren
tot het op de armen rustte
De deurbel ging. Hij glimlachte bitter, terwijl hij
opstond. Als dit een schuldeischer was op dit on
mogelijke uur, dan zou hij zijn komst betreuren! Hij
deed open en deinsde verbluft achteruit. De kleine
man dien hij in het restaurant gezien had, stond op
den drempel en een van zijn „secretarissen" stond
naast hem!
De eigenaar gaf me uw adres, legde het man
netje gemoedelijk uit. Ik wil u helpen.
Het is heel vriendelijk van u, klonk het koel,
maar ik begrijp niet op welke wijze dat zou kun
nen gebeuren, tenzij u mij schadevergoeding zou
willen geven, omdat ik door uw onhebbelijken
vriend mijn haantje ben kwijtgeraakt en dat zal
wel niet uwt bedoeling zijn.
Neen; maar ik kom een 'beter aanbod doen. Een
man als u kellner! U kent uw eigen waarde niet!
Zouden 10.000 dollar u te pas komen?
Als u hier bent gekomen om u ten koste van
mijn ellende te vermaken, was het met onvaste stem
gegeven antwoord, zou u er morgenochtend beslist
spijt van hebben, tenminste als u dan nog wakker
werd. Ik ben in een vreemde stemming vanavond 1
Hjet ritselen van twee biljetten van honderd dol
lars over de tafel uit de hand van den kleinen man
in die van den „Mislukking" waren het antwoord op
deze bedreiging.
h U hebt een maandje training noodig, ging het
kleine mannetje voort,.-— net genoeg om] de ruwe
kanten wat af te slijpen. Daarna gaat alles van een
leien dalcje. Met die twee honderd dollars kunt u
tijdens uw afwezigheid het zaakje hier aan den gang
houden. Teeken dit contract; ik zorg voor de rest.
Neen; zoover ben ik nog niet! En God verhoede
dat ik er toe kom. Er moet nog heel wat gebeuren
voor ik dit doe!
Tienduizend dollars als je doorzet; vergeet dat
niet, jongeman! Duizenden zouden de koning te rijk
zijn als ze zoo'n kans kregen. Of wiil je liever eerst
een touftiée als kellner maken van het eene vierde-
rangs-restaurant naar het andere?
Uit de andere kamer klonk zwak het huilstem
met je van een onrustig kind dat den slaap niet vin
den kan.
Geef me een penhouder, zei de jonge man in een
plotseling besluit. Als het een fiasco blijkthet
is uw idéé geweest!
Ik ben bereid het riciso te nemen, zei de kleine
man. Ik bega niet vaak vergissingen.
den.
BESTUURDER DOOD.
Gistermorgen is by Halm een Fransch vliegtuig neer
gestort. De bestuurder was dadelijk dood, de waarne
mer kon door met behulp van een valschenn uit het
toestel te springen, zijn leven redden. Eenige oogen-
blikken voor het ongeval plaats had, zag men het
vliegtuig blijkbaar zoeken naar een geschikt landings
terrein.
Een tot de nok gevuld sportpaleis dreunde en da
verde van de toejuichingen. „Do Onbekende", zooals
de affices hem hadden genoemd, ne nieuwe ster aan
den Amerikaanschen bokshemel, had de Daisy, den
ouden rot, den met roem overladen kampioen bij
den eersten wedstrijd verslagen!
Toen „De Onbekende" erin gelaagd was de ovatie
te ontloopen en een goed heenkomen had gezocht
in de kleedkamer, stoof het kleine mannetje op hem
af en zwaaide wild ten penhouder en een vel papier
onder den neus van zijn „ontdekking".
Teeken, teeken, jongen, schreeuwde hij. -—Je
fortuin is gemaakt! Het eenige wat „De Onbekende"
antwoordde, was: Betaal me uit wat we overeen
gekomen zijn.
Hij ontving zijn ti*nduiz«nd dollar: een chèque
aan toonder. Een legertje opdringerige verslaggevers
dromde om hem samen, maar hij duwde ze hard
handig opzij. Plotseling hoorde hij dat een van hen
den kleinen man stond te soebatten om hem den
naam van den nieuwen kampioen te zeggen.
„De Onbekende" draaide zich om.
Als je dat toch durft! gromde hij en er was een
verschrikkelijke- bedreiging in zijn oogen.
Eindelijk was hij alleen; in de koele verkwikken
de nachtlucht. Niets was er nu meer dat hem van
zijn doel kon scheiden. Het was misschien waar dat
hij een geboren athleet was, maar het waren geen
mensch en tegen wie hij wilde strijden,hiji begeerde de
-worsteling met de harre aarde; hij wilde den dave
renden wind van het eenzame veld om zijn hoofd
voelen, en het gestamp en gehinnik ihooren van de
bonkige, zwoegende ploegpaarden.
Hij bereikte zijn woning. Een beklemmende angst
bekroop hem. Als zij het eens wist! Voor de eerste
maal in zijn leven had hij tegen haar gelogen. Hij
had haar op de mouw gespeld dat hij voorloopig
voor een maand journalistiek werk had gekregen,
dat mischien zou blijken zeer lucratief te zijn.
Ze kwam hem op de trap tegemoet en de oude,
zonnige meisjeslach was in haar oogen.
Mijn lieve oude buitenman! riep ze jubelend.
Hij huiverde. Er was geen twijfel aan: ze wist al
les!
Eindelijk kun jo je koninkrijk binnengaan.
jij en ik en Jimsie, zei ze.
Ja eindelijk, zei hij mat.
Maar je kunt immers nog niets van het nieuws
weten! Ze legde haar handen op zijn schouders.
Welk nieuws?
Het nieuws van vader. Er is een brief van zijn
advocaat hier. Hij heeft tienduizend acres laad in
Canada gekocht en vijfduizend ervan zijn voor jou
en mijen Jimsie. En we gaan direct; morgen
desnoods, schrijft de advocaat. Er is voor alles ge
zorgde Er is 2000 dollar bij je rekening bij de bank
gestort. Die moet je terugbetalen..alsals je
koninkrijk tot bloei koinltl
Mijn koninkrijk, zei hij zacht, als liefkoosde hij
het woord. Waar is de jongen?
Ze ging naar de andere kamer om het kind te ha
len. Terwijl zij weg was voelde zijn hand in de
zak waarin de chèque zat.
Wat verbrand je daar, jongen? vroeg zij, toen
ze met het kind in de armen de kamer binnenkwam.
Herinneringen, zei hij met pcinzonden blik.
bittere herinneringen!