Alfiitii Nieows-
ie- Lui
Brieven uit Rome.
Woensdag 18 Januari 1928.
71sfte Jaargang No. 8188.
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN Co., Schagen.
Eerste Blad.
Arrondissements Rechtbank
te Alkmaar.
Feuilleton.
HET KASTEEL
VAN GRANIET
SCHAIiER
COURANT.
Dit blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder
dag en Zaterdag. Bij inzending tot 's morgens 8 uur, worden Adver-
tentiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
POSTREKENING No. 23330.
INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f 1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TlëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
VOOR DEN POLITIERECHTE®,
Zitting van Maandag 16 Januari.
VOORTGEZETTE BEHANDELING.
Voortgezet wordt de zaak contra Anton M. te
Alkmaar, over wien een reclasseeringsrapiport is
f uitgebracht. Risch 4 maanden gev. voorw. inet 2
proefjaren. Vonnis 2 maanden gev. voorw. met 2
jaar proeftijd.
VERDUISTERING.
Elven zeer heeft de voortzetting plaats van een
zaak contra Johannes Willem L. te Medemblik.
Eisch 9 maanden gev. voorw. met 2 jaar proeftijd.
De veehouder W. H. heeft te Alkmaar aan een
«lijter melk afgeleverd, die door toevoeging van wa
ter in bruikbaarheid was verminderd. De keur
meester Beets heeft zulks geconstateerd'. Dr. Mloll
heeft de melk onderzocht en deelt in zijn rapport
mede, dat aan de melk 12 deelen water was toege
voegd. Verdachte is niet verschenen. De zaak wordt
aangehouden tot a.s. week. aangezien de verdachte
zelf moet verschijnen.
NOG MEER MEIJvGEiKNOEI.
De bejaarde veehouder Corn. de W. te Heiloo heeft
zich eveneens aan melk in waardevermindering
schuldig gemlaakt. B'ijgevoegdi was 4 a 10 deelen wa
ter. Reeds vroeger is in de melk een abnormale
bijlvoeging van water geconstateerd. Verdachte fluis
tert den politierechter toe. dat hiji emmers alleen
wat heeft nagespoeld. Veel wij® kunnen wiji uit zijn
verklaring niet worden ,want later schijnt het dat
hij niet weet. wie dat water er aan heeft toegevoerd
Jlil heeft tegenover den keurmeestor zijn vrouw
wefcuib-t gemaakt. Het staat echter wel vrijwel
vast, dat de vrouw de schuldige niet is. 'Zoowel
echter tegen den keurmeester als de gem.-veldwach
ter heeft verdachte het emmerspioelsel erkend.
Eisch 1 maand gev. Vonnis f 30 boete of 30 dg.
ALTIJD MAAR' MELKVERiVAUSlGHING.
Ook de veehouder Jacobus K. te Limmen heeft
melk afgeleverd, die door water was verdund. Deze
mellc heeft verdachte aan Kousje Pepping verkocht.
De toevoeging was volgens Dr. Moll 48 deelen water.
Half om Half van Weljnand Fokkink 1
Gevorderd wordt in dit ernstige geval f 150 boete
of 60 dagen. Vonnis f 100 boete of 30 dagen.
ZIJN KOiSTJUFFROUW BESTOLEN.
Voor dit feit staat terecht de 21-jarige J. A. de G..
te Warmenhuizen geboren en thans wonende aan
den Uitgeester weg te Limmen. Hij was in Octoher
71 In den kost bijl de wed. Berkhout te Alkmaar en
heeft ontvreemd ten haren nadeele een portemon
nee inhoudende f 5 en een kistje, waarin eenige
koralen, 'n barnsteenen sigarenpijpje en een paar
Jfordijnringeties. Verdachte erkent. Hij' heeft f 10
betaald op d f 66 die de juffrouw nog in 't geheel
van hem krijgt. Eisch 2 maanden gev, voorw. met 3
laar proeftijd.
Verdediger mr. Loockeren Campagna sluit zich
daarmedo gaarne aan. Verdachte wordt conform
het requisitoir veroordeeld. De proeftijd wordt ge
steld op 2 jaar.
DIE REGENT AR VROEG.
De 18-jarige boerenknecht Nic. K. uit Grootebroek
heeft zich opi 16 Octoher te Enkhuiizen met geweld
verzet tegen den agent van politie Weijland. Ver
dachte was in gezelschap van den ongunstig be
kend staanden Bastiaan T., die ter zake het ver-
keeren in kennelijken staat, door de politie werd
ingerekend. Deze Bastiaan T. heeft zich terzelfder
gelegenheid aan wedempannigheid schuldig ge
maakt en is deswege tot f 25 boete of 25 dagen' ver
oordeeld. Ook verdachte K. verkeerde flink onder
den invloed. De Officier verzoekt een reclasseeripgs-
onderzoek. hetwelk wordt toegestaan. Over 4 weken
komt de zaak weer op de rol.
AL WEER MELKVERVALSKMNG'!
De veehouder Aiiën B. te Bergen heeft cup I Nov.
aldaar melk afgeleverd, welke melk door toevoeging
van water in bruikbaarheid is verminderd. Ver
dachte erkent de emmers te hebben omgespoeld en
dat spoelsel bij de melk te hebben toegevoegd.
Voorts heeft de melkbus toevalligerwijze tweemaal
onder de afvoerpijp van de dakgoot gestaan. Bevon
den werd 12 deelen water op 100 deelen melk.
Eisch f 100 boete of 30 dagen. Vonnis conform.
DIEEFSTAIL VAN KLOMPEN.
De arbeider Pieter V., niet verschenen,, wonende te
Andijik, heeft aldaar op 6 November wederrechtelijk
zich toegeëigend een paar klompen, toebehoorende
aan den arbeider Oud. Verdachte heeft de klompen
weggenomen uit een schuur. De klompen zijn thans
weder in het bezit van getuige Oud. Eisch f 25 boete
of 25 dagen. Vonnis f 10 boett sub®. 10 dagen hecht.
HUISVREDEBREUK.
De verdachte Dirk W., opperman, eveneens niet
verschenen, heeft op 6 Nov. wederrechtelijk vertoefd
op het erf van den arbeider Bolding te Sljbekar-
spel. Verdachte was beschonken en maakte heel
wat spectakel. Toen getuige naar de politie liep,
vond verdacht ehet goed, ook maar te verdwijnen.
Na 6 November is verdachte niet meer verschenen.
Gevorderd wordt een boete van f 35 of 35 dagen.
Vonni® f 30 boete of 30 dagen.
BELEEDTGTNG.
De 52-jarige koopman Pieter B. te Hoogwoud
staat terecht ter zake het feit, dat hij op 21 Nov.
aldjaar den getuige de Vries heeft heleedigd door
hem toe te voegen bet woord: stinkertje. De heeren
kregen kwestie toen verdachte een kwitantie pre
senteerde van f 10.40 en van f 11 geld terug gaf.
Verdachte zegt, een stonnp van de Vries te hebben
ontvangen en erkent het woord „vuilak" en „stin
kerd". Verdachte staat overigens gunstig bekend.
Eisch f 10 boete of 10 dagen. Vonnis f 5 'boete of 5 dg
WEDERlSPANNIGHEID,
Die verdachte Heninrich D. te Enkhuizen, is niet
verschenen. Hij' heeft zich in den avond van 26 Nov.
op de Karnemelksluis krachtig verzet tegen den
agent Mastkamp, die hem ter izake openbare dron
kenschap arresteorde. Verdachte is een Duitscher
en is monteur van beroep. Eisch f 30 boete of 30
dagen. Vonnis f 25 boete of 25 dagen.
MliSHANDElLING MET EEN BTERFLESOH,
Do 25-jarige Corn. B. te Grootebroek heeft in den
avond van Zondag 27 Nov. in het café, gesierd met
den indrukwekkenden, maar niet zeer toepasselij
ken naam „De Paus" den getuige N. P. Buisman
mishandeld, door hem met een bierfleschje tegien
het hoofd te gooien. Buisman kreeg nog f 1 van ver
dachte, die hij weigerde te betalen. Daarop gingen
de poppen aan het dansen. De 17-jarige N. P. Buis
man werd door de minder zachtzinnige aanraking
met het fleschje bloedend verwond. Gevorderd
wordt f 4)0 boete of 40 dagen. Uitspraak conform
eisch.
VERZET TEGEN DE POLITIE'.
De landbouwersknech't Hendr. K. uit Heer-Hugo-
waard, heeft zich op 20 Nov. in het café van H.
Lichthart te Oude Niedorp met geweld verzet tegen
den gemeenteveldwachter Kooijlman, .zulks met ret
doel zijn vriend) Masteling uit de handen der po
litie te bevrijden. Hij heeft Kooijïnan ook nog eenige
beleedigende woorden toegevoegd. Eisch f 35 boete
of 35 dagen. Vonnis f 30 boete of 30 dagen,
'MELKVERDUNNING.
Alsnog is verschenen' de melk^lliter W. H. wiens
zaak reeds was behandeld en was uitgesteld tot
a.s. week. Verdachte erkent het feit. Door ziekte
zijner vrouw kon hij niet eerder verschijnen. De Of
ficier requireert f 80 suba 60 dagen. Vonnis f 70
boete of 70 dagen.
NIET VOOR OPENBAR® BEHAJNDE'UTNG GE
SCHIKT.
De laatste tzaaki betreft S. J. B. te Helder, die
zich op 16 Nov. in een café heeft schuldig gemaakt
aan openbare schennis der eerbaarheid. De behan
deling heeft op grond van het zedekwetsende met
gesloten deuren plaats. Als verdediger treedt op mr.
de Groot te Alkmaar. OEBem" sluiting.
DOOR ETHEL M. DELL
Bewerkt door Jhr. R. H. G. NAHUYS.
Zij gaf fceoi geen antwoord. In die zacht geuite vraag
ichool voor haar iet» verschrikkelijks, en toch lag er
tevens een zoete, hoewel verkeerde verleiding in opge
sloten, die haar van openlijk verzet weerhield.
Hij wachtte even, zijn oogen onbeweeglijk op de hare
gevestigd, dat zij zich afvroeg of zij geen oogleden zou-
sn bezitten zooals de oogen van een slang,
hoor strakke, bleeke lippen die. zich niet schenen te
Bewegen, sprak hij eindelijk weer. „Mevrouw, u heeft ln
uw hand of Guy Ranger zal leven of sterven. U heeft
net in uw macht het aardsche paradijs voor hem te ont
sluiten of hem terug te slingeren in de hel. Ik heb hem
Ween op weg gebracht. Verder helpen kan Jk hem niet.
«clfa nu glijdt hij terug ontglipt hij aan mijn handen.
H on gij alleen kunt hem redden. Hoe ik dit weet? Hoe
Jwt ik, dat de zon opgaat in het Oosten? Omdat ik
neb gezien. Gij zijt degene die hem den lust tot leven
Mot ontnomen zonder opzet misschien; dat is iets
■wat ik niet weet. Gü en gij alleen zijt degene die hem
uezen kunt teruggeven. Moet ik méér zeggen dan dit,
om u oogen to openen? Misschien zijn zij reeds open.
Misschien heeft uw hart het u reeds geopenbaard. Zoo
ju> dan moet u weten dat ik de waarheid gesproken heb.
indien u hem waarlijk wenscht te redden en dat
wonscht gij, vermoed lk, moet in het leven verder al-
es daarop gericht zijn. Vrouwen zijn geschapen om of-
JOi-s te brengen, zegt men". Een duivelsche lach, die den
aam van glimlach niet verdiende, gleed over zijn aan
gezicht. „Welnu, dat is de eenige manier om hem te
«oden. Doet u het niet, dan gaat hij onder."
Bij deze woorden stond hij op. Hij had klaarblijkelijk
Sm? Jet&een hi3 had wi"en zeggen. Toen hij haar arm
net, haalde Sylvia diep en hoorbaar adem, als iemand
me uit een verstikkende atmosfeer in de frissche lucht
«omt. Nog nooit in haar gehecle leven had zij zich zóó
r™,1 «n geketend gevoeld door het kwade. En toch
«w hy haar geen enkele gedragslijn opgedrongen. Hij
tnt Ti 3 anders gedaan dan haar eenigszins nuchter,
waai zonder harstocht de waarheid gezegd, en juist dit
wreken van allen hartstocht had haar de waarheid
de ziel gedreven. Zij zag hom met verlichting ver
trekken, doch zijn woorden bleven als steenen op den
bodem van haar hart rusten.
HOOFDSTUK XL
DE MEDICIJN.
Toen Sylvia zich een weinig later naar Guy begaf,
vond zij dezen in de kamer van Burke geïnstalleerd.
Burke zelf was op de farm bezig, doch het gebruikelijke
uur voor de lunch was reeds verstreken, en zij wist dat
zij hem weldra wachten kon.
Bij haar binnentreden stond Kieff zacht van naast
het bed op, en zij zag dat Guy lag te slapen. Onder het
naderbijtreden werd zij zich bewust van een hartstoch
telijk, onuitsprekelijk verlangen met hem alleen te zijn.
De zwijgende aanwezigheid van dezen vreemde oefende
een zonderlingen, aan walging grenzenden invloed op
haar uit. Zij onderdrukte een rilling, terwijl zij hem voor
bijging.
Terwijl zij zich over het bed boog, stond hij onbeweeg
lijk achter haar. Guy lag zeer stil, en hoewel hij nog
bleek was, was die doodstrek van zijn gelaat verdwenen
Hij zag er onbeschrijflijk uitgeput uit, doch zeer rustig.
Toen hij zoo neerlag, alle smartelijke trekken op zijn
gelaat scherp uitkomende, zag zij zeer duidelijk de ge
lijkenis uit zijn jongensjaren op dit stille aangezicht, en
haar hart begon zóó onstuimig te kloppen, dat de tra
nen haar naar de oogen gedrongen werden. Zij zag hem
niet dan door een nevel en versluierd. Terwijl zij een
hoorbaren snik terugdrong, raakte zij zacht zijn zwarte
haren even aan.
En toen openden zich eensklaps zijn oogen en zagen
haar aan. De pupillen waren overmatig vergroot, wat
oorzaak was dat hij er voor haar eenigszins vreemd uit
zag. Doch zoodra hij haar gezien had, streek een vluch
tig lachje over zijn gelaat zijn ouden blijden lach van
verwelkoming, en zij kende hem weder. „Zoo lieve-
lfng!" zelde hij.
Zij was niet bij machte hem antwoord te geven. Zij
kon alleen haar hand ln de zijne leggen en deze vast
houden.
Snel en licht onsamenhangend ging hij met spreken
voort, Guy was zoo geweest, herinnerde zij zich, in
oogenblikken van spanning of nood.
„Ik heb een beestachtig kwaden droom gehad, liefste.
Ofschoon ik jou er niet in verloor. Ik zwalkte rond in
een natten mist, en overal gaapten afgronden. En jij
jij stond ergens te roepen dat ik een zeker iets niet
moest vergeten. Wat was dat ook weer? Ik mag door
den grond zinken indien ik het mij op het oogenblik
kan herinneren."
„Het doet er niet toe," slaagde zij er ln, uit te bren
gen, hoewel haar stem nauwelijks hoorbaar was.
'Het jaar ^27 ligt achter ons. De groote buitenland-
sche bladen geven hun beschouwingen in extenso
over Italië's toenadering tot Frankrijk en izij'n ver
drag met Albanië; de politiek van bet IVde Italië
kunnen we dus buiten 'beschouwing laten. BIJ gele
genheid van de herdenking van Crispi'® 25-jarigen
sterfdag, werd de ascb van dezen grooten staats
man, die terecht de Bismarck van Italië genoemd
werd, naar het Pantheon van Palermo, zijn ge
boortestad overgebracht. Tijdens de laatste jaren
van zijln leven werd Crispi door zijn vijanden, die
hem ten val brachten, gehaat en belasterd; ziji kon
den zijn idealisme niet begrippen, zijn visie van
een Italië, dat groot en machtig zich zou uitstrekken
tot aan gene izijlde van de Middelland sche Zee. Het
jonge koninkrijk, dat hij' had helpen vormen, was
een kolos op leemen voeten en bezat nog niet de
minste durf; het vreesde nog de groote mogend
heden, terwijl Crispi aanstonds droomde van een
geweldig sterk rijk dat zich, na den vreemdeling
over de grenzen gejaagd, te hebben, door kolonisten
zou weten te vergrooten. M'aar van zulke stoute
plannen moesten zijn tij'dgenooten niets bebben.
Crispi was zijln tijd te ver vooruit. Het Fascistische
Italië, in den persoon van Benito Mussolini, noemt
hem nu hun grooten voorlooper en de herdenking
van «zijn sterfdag, bood hem een welkome gelegen
heid France®co Crispi te huldigen en openlijk te
verkondigen, dat zijp, ideaal het hunne is, hetgeen
natuurlijk de landen, die zich reeds een flink ko
loniaal gebied wisten toe te eigenen, als een onbe
schaamde pretentie en als een inbreuk maken op
hun rechten in de ooren klinkt.
Heeft Mussolini, die zich de uitvoerder van Cris-
pi's uitersten wil voelt, oorlogszuchtige bedoelingen?
Of is bet nog meer de schuld van de mogendheden
die bij; het Verdrag van Versailles aan Italië geen
koloniaal gebied gunde, wanneer het kwaadschiks
nemen wil, wat ze het niet goedschik» afstonden?
Italië heeft niet minder recht op koloniën ala
Frankrijk en Engeland; de tijld dat het zich met
een kluitje in het riet laat sturen, is voorbij1.
Op het opdruistige monument dat midden la
Rome staat en „Het altaar des Vaderlands" ge
noemd wordt, omdat de onbekende soldaat er onder
begraven ligt werd, hebben ze nu aan de hoeken een
vierspan vergulde paarden gezet, die, al® we ze uit
de verte zien, over de daken van Rome schijnen
heen te vliegen. Eén vrouwenfiguur in lang GrieksCh
gewaad, houdt de leidsels in de handen, maar wijl
krijgen den indruk, dat ziiji toch déarheen snellen,
waarheen het hun goeddunkt. En de mooie woorden
herinnerden we ons, die Goet'he zijn Egmont in
den mond legt! „Als voortgezweept door onzichtbare
geesten, gaan de zonnepaarden van den Tijd er van
door met het lichte wagentje van ons Lot; ons blijft
niets over dan moedig en berustend de teugels vast
te houden en nu eens rechts, dan link», hier langs
een steen, ginds langs een afgrond de raderen te
sturen. Wie weet waarheen de weg gaat? Wie her
innert zich nog van waar hij' kwam ?H
lEJni nu kan er wel gezegd worden, dat Mussolini
oorlog wil, maar hij maakte niet den weg die de
paarden afrennen; waar Italië naar toe stuurt, kun
nen we nog niet zeggen; de paarden van den Tijld
hollen en Mussolini kan ze maar weinig een beet
je meer naar rechts of links laten gaan.
In hoeverre de Diktator uiterlijk op Napoleon ge-
lifkt, kunnen we gaan bestudeeren in het Napoleon
museum, dat graaf Prinoli, wiens moeder een verwf
nicht van Napoleon I was, aan de stad Rome ver
maakt heeft. Het bestaat uit een groote collectie por
tretten en handschriften van den genialen Coral-
caan, die aan Italië en Rome allerminst reden tot
dankbaarheid gafl De hoofdstad' is dus een museum
rijker geworden, maar niet een wat veel bezoeker#
zal trekken, want wie stelt bijiv. nog belang in de
huwelijksakte tusschen den eersten Keizer van
Frankrijk en Maria Louise in onzen democratlschen
tijd?
Veel belangrijker is een ander museum waarmede
Rome verrijkt i® in de afgeloopen maanden. De
mooiste en meest interressante voorwerpen, die ln
het heilige jaar op de (missie-tentoonstelling waren
te zien, zijn nu ln de zalen van het Lateraan zeer
smaakvol' en oordeelkundig bijéén gebracht ;gezui-
verd van al de rommel die de tentoonstelling in '25
vermoeiend en vervelend maakte, krijgen we hier
nu een overzicht op etnografisch gebied dat boeiend
en leerrijk is.
Met groote energie worden de opgravingen van
de oude Romeinsche wereld voortgezet en de gal
joenen die op den bodem van het meer van Nemi
liggen zullen, naar de archeologen hopen, in '28 aan
het daglicht worden gebracht. Alsof het daarover
gebelgd is, ziet het meer er dezer dagen izeer on
heilspellend uit en de aardbeving die zich 25 Decem
ber hier liet gevoelen, ze duurde 20 minuten, en
kostte het leven aan een jongen geestelijke, die een
ornament van een kerkportaal op zijn hoofd kreeg,
bracht heel Nemi in rep en roer. Zij' werd daar
veel sterker gevoeld; de menschen vluchtten naar
buiten, een huis stortte in en vele muren kregen
scheuren. Hoewel de meren van Albano en Nemi
uitgebrande kraters zijn en we in die contrijën
Hij opende de oogen een weinig verder. „Zeg, huil je?
Wat scheelt er aan? Wat heb je lieveling? Je huilt toch
niet om mij? Kom nu! Ik kom er bovenop. Ik kom er
altijd weer bovenop. Vraag het aan Kelly! Vraag het aan
Kleff!"
„Ja, Je bent er altijd weer bovenop gekomen," viel
Kleff hom met zakelijke, uitdrukklnglooze stem bij.
Guy wierp hem een blik toe, die een eigenaardige
mengeling van ontzag en afkeer vertoonde. „Wel, Lu
cifer!" zeide hij. „Wat doe jij hier? Ben je gekomen om
mij den kortsten weg naar de hel te wijzen? Daarvan
heeft hij uitstekend den slag, Sylvia. Hij weet alle korte
wegjes."
Met een plotseling stokken van den adem hield hij op
en Sylvia zag die donkere schaduw onder zijn oogen
weer verschijnen. Zij maakte ruimte voor Kieff, ofschoon
niet uitdrukkelijk op zijn verzoek, en er volgde een korte
woordenwisseling die aan haar voorbijging. Kieff sprak
een of twee malen op bevelenden toon, en werd geant
woord door een geluid dat haar méér angst aanjoeg dan
woorden. Na verloop van een paar onbeschrijfelijke se
conden vernam zij toen de voetstappen van Burke bui
ten de deur. Met onmiskenbare dankbaarheid in haar
houding ging zij hem tegemoet, zoodra hij was binnen
getreden.
„O, Burke, hij lijdt zoo vreeselijk. Zie eens of je kunt
helpen?"
Burke ging haar snel voorbij en liep naar de andere
zijde van het bed. Zij voelde zich door zijn aanwezigheid
zonderling gesterkt. Zij zag wederom op Guy neer, ter
wijl hij op het uiterste lag.
Hij lag tegen den schouder van Kieff geleund, zijn ge
laat had een kleur als lood, en zijn oogen rolden wild
door do kamer, tot zij eensklaps haar vonden en op
haar bleven rusten. Haar leven lang' zou Sylvia de smeek
bede niet vergeten, die in zijn oogen te lezen stond. Het
was alsof zijn ziel tot haar luid om bevrijding kreet.
Zij trad tot aan het voeteneinde van het bed. De doods
angst was eveneens over haar gekomen, en het was
méér dan zij verdragen kon.
Zij keerde zich van Burke tot Kieff. „O, doe iets
alles om hem te helpen!" smeekte zij hem. „Laat hem
niet op die manier lijden!"
De hand van Kieff ging naar zijn zak. „Er is maar
één ding," zeide hij.
Burke, die zijn arm rond het stuiptrekkende lichaam
van Guy geslagen had, maakte een plotselinge geweging
met zijn vrije hand. „Wacht nog even! Hij komt er door.
Hij is er meer doorheen gekomen."
En nog steeds zochten deze gepijnigde oogen Sylvia,
smeekten zij haar, deden zij een wanhopig beroep op
haar.
Zij verliet het voeteneinde van het bed en ging tot
Kieff. Haar lippen waren stom en op elkander gedrukt,
doch zij dwong, ze tot spreken.
„Indien gij iets hebt wat hem helpen kan, geef het
hem dan nu! Wacht niet! Wacht niet!"
Kleff, de onvermurwbare knikte even, en nam zijn
hand uit zyn zak.
„Halt! Hij is beter," riep Burke.
„Doch, wacht niet! Wacht niet!" fluisterde Sylvïa.
„Laat hem niet zoo sterven!"
Kief hield haar een klein lederen etui voor. „Maak
het open", zeide hij.
Zij gehoorzaamde, hoewel met bevende handen. Zij
bracht een naald en een spuitje te voorschijn.
Burke zelde niets meer. Misschien zag hij in dat de
zaak reeds verloren was. En dus keek hij in diep stil
zwijgen toe, terwijl Sylvia en Kieff gezamenlijk het
eenige middel toedienden dat bij machte was een lijden
te verzachten, te vreeselijk, dan dat bloed en vleesch er
tegen bestand konden zijn.
Het middel van Kieff bleek verrassend snel en
krachtdadig te werken. Naar Sylvia zich verbeeldde,
was het een middel om den duivel uit te bannen. De
brandende oogen van Guy hielden op haar smeekend
aan te zien. Hij worstelde niet langer In dien ijzigen
greep. Zijn geheele lichaam gaf van verlichting blijk, en
hij lachte haar, zelfs toe, terwijl hij in de kussens werd
teruggelegd.
„Zoo voel lk mij beter," zeide hij.
„God zij gedankt!" lispelde Sylvia.
Zijn oogleden vielen zwaar over zijn oogen. Hij tracht
te deze open te houden. „Houd mijn hand vast," fluis
terde hij haar toe.
Zij ging op den rand van het bed zitten en nam zijn
hand tusschen de hare. Hij drukte haar vingers. „Dat
doet mij goed, lieveling. Thans ben lk gelukkig. Ik wou
dat wij altijd zoo konden zitten. Jij ook niet?"
„Neen," fluisterde zij terug „Ik wil je weer gezond
zien."
„Ha!" Zijn oogen sloten zich; dadelijk opende hij ze
weer. „Meen je dat, liefste? Heb je me werkelijk zoo
noodig?"
„Natuurlijk!" antwoordde zij.
Guy lag steeds te glimlachen, doch er lag diep gevoel
in zijn lach.
„O, dat maakt een verschil," zelde hij, „het geheele
verschil. Dat beteekent dat Je me vergiffenis geschonken
hebt. Geheel en al, Sylvia?"
„Geheel en al," antwoordde zij, en de woorden kwamen
recht uit haar hart. In dat oogenblik had zij Burke ver
geten, Kieff vergeten, iedereen vergeten, behalve Guy,
dien teerbeminden minnaar uit haar jeugd.
Wordt vervolgd.