Alitieei Nims-
AiErertcntin- Ufflmllai.
HET KASTEEL
VAN GRANIET
Heeren- en
Kinderkleeding
Herman Nypelsj
Woensdag 25 Januari 1928.
71ste Jaargang No. 8192.
Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN &Co, Schagen.
Eerste Blad.
DE LANDBOUWBOEKHOUDING, HAAR ECONOMISCH BELANG IN HET
ALGEMEEN EN HET FISCAAL BELANG IN HET BIJZONDER.
Feuilleton.
nieuwste zendingen
ien vu
cluieend
i Fredf
rs vi»
vu
en van
entiendt
langste!
bleek
?en vu
aanhel
1de, veii
'■"ancien
ter ver-
bewaar-
e paple
ijn aan-
stapel)
tier vei
nog zijn
aar was^ bla(i yjrschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Donder-
is oui^ eQ 2aterdag. Bij inzending tot 's morgens 3 uur, worden Adver-
tién nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst.
SCHAGËR
COURANT.
POSTREKENING No. 23330. INT. TELEF. No. 20.
Prijs per 3 maanden f1.65. Losse nummers 6 cent. ADVERTEN-
TIëN van 1 tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewijsno.
inbegrepen). Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend
(adat dir
rteld DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN.
kuna«
1.
:hb
feri,
hi
Tenft
xr.&iili
(Vervolg.)
aard van mijne betrekking brengt mede, zoo
schotst "volgde de heer J. A. Stoop zijn rede, dat ik
t vele landbouwers het resultaat van hun wer-
moet bespreken en menigmaal is die uitslag
nchi ?»5P treurig. Velen zie ik, ondanks alle sloven en
en iS oegen, jaarlijks achteruitgaan. Velen zijn er, die
baddek bet kapitaal dat in hun bedrijf is gestoken, ten
Bte van veel arbeid en groote risico's nog minder
rijk Rieken dan wanneer ze hun geld in Staatspapieren
eis- e?d hadden en het geheele jaar door niets anders
iraari|jdden gedaan dan een enkel couponnetje knippen,
aar be- ar wanneer ik dan vraag naar do oorzaak van die
le wat uitkomsten, dan krijg ik zonder uitzondering
chts e e n i g e algemeenheden to hooren.
'klarlnj Malaise, de paarden handel is kapot, de kalf-
•omprü. Mien ziin niets waard, de biggen zijn goedkoop
l, enz. Dat zijn het allemaal redenen van b u i-
q u k naf, die de slechte bedrijfsuitkomsten beinvloe-
klarinj D> maar ik vraag mij af, of de omstandigheden,
•e min- binnen het bereik van den landbouwer lig-
•oeg li- Pi wel 200 gunstig mogelijk worden benut. Ik zie
*Tkers, die -meenen, dat ze met zweeten en zwoegen
hoofd boven water kunnen houden, zij zouden
i schamen om een potloodje en een stukje papier
iemen om eens uit te rekenen of al dat zwoegen
rendabel was. Ja, zelfs er komt somtijds een «e-
b struisvogelpolitiek bij, men w i 1 niet op een
|efje uitgerekend zien, dat men zoo voortgaande,
terroepelijk naar den kelder gaat.
lechts zelden komt het voor, dat ik een behoorlek
twoord krijg, als ik eens vraag: „wat drinkt nu
ji big toch wel, totdat hij verkocht wordt of een
llf tot het vet is?" Steeds luidt het antwoord: „dat
ieej ik niet, dat is het werk van de meid".
,Hoe weinigen zijn er, die weten hoeveel melk hun
eien geven, hoeveel eieren de kippen leggen.
har noemt men het gebruik van kunstmest een-
p ft - belachelijk, dat bederft den grond; het be-
t iden van onkruid is geld weggesmeten, melkcon-
is onzin, bodemonderzoek ia alweer wat raars,
eratie is zich opofferen voor zijn buurman. Wie
let er gebruik van een atamboekstier, waarvoor
I dekgeld betaald moet worden, als Je voor f2
zoo goed een kalf kunt krijgen,
ver de paardenfokkerij durf ik geen woord te zeg-
U moet de landbouwbladen maar eens lezen:
mbloed, M. C. keuring, Hannoveranen, landbouw-
paarden enz. (o.a. Veldbode, 14 Januari 1928).
eiü®J?'ordt e:T akeIin? van- Ik houd mij maar bij het
vordeii Ploed» d*e kui? ie altijd nog per kilo verkoopen.
■j behoeft dus niet te vragen, wat er van proefvel-
L gewassenkeuring, gebruik van goedgekeurd
li- en pootgoed, ontwatering van den bodem; melk
lussen, ploegwedstrijden. terecht komt. Alles
ilt mot dezelfde onwelwillendheid en achterdocht
vangen.
begrijp, dat dit hier anders is en dat iedereen
[«uetegeningen van de landbouwwetenschap reeds
'm bedrijf heeft toegepast.
heeft hij nu naast die praetisehe toepassin-
wel «ene theoretische juiste bedrijfsrekening op-
!UX"
itüe
bèta) )as
L sch*
prnerï
i het
ifgelo»
:n.
mds(
geerld
t ln i
t hei
positie,L
a ellafrf
Mt?
landbouw beleeft een zeer ernstigen tijd. Van
iwe gulden, die wordt uitgegeven, moet nagegaan
waen of daarvoor wel f 1.10 wordt terug ontvan-
I»
datC
Go^'
ir do#
eedB li
eiland
DOOR ETHEL M. DELL
Bewerkt door Jhr. R. H. G. NAHÜYS.
'e flauwtjes. „Ik ben nu eenman] bezorgd. In-
od di mn! spoedig beter wordt, neem ik je mee naar
stadt, naar een fatsoenlijken dokter."
tJn' ?yerdry' n*eL zoo," zeide zij, niet vrij van mis-
s - „Tot zoo iets dwaas laat lk mij niet overhalen."
110. J?laatste een hand op haar arm. „Sylvia, ik heb je
"r te zeggen," sprak hij.
j- ni&.kte een Ilchte beweging als was zijn aanraking
JU!» ^fIk0m' »Welnu? Wat is het?" vroeg zij.
sprak bedaard, doch onder het spre
ng haar arm stevl&- «Tot dusverre ben je je
hagen eg gegaan, en dat heeft je niet bijster veel goed
-paarom zal ik nu de teugels eens wat aantrek-
ümiril maken dat je meer den mijnen gaat"
Haar oogen schoten bliksems. Zij was over
ig n ®n Yermoeld en hij had haar bij verrassing ge-
danitlt zij zou den toestand onder de oogen hebben
6 hu T °jn hem ook op een gebeel andere wijze dan
ido x» ,,Mahen!" riep zij nog eens, en in een se-
i\n v°or zij het wist, had zij de wapens tegen
ba ln Vu n°men' ®n za» hem aan met openlijk ver-
w toe °0gen' ',Ilc Je» dat Le doen!" slingerde zij
k^ Taren de w°orden haar over de lippen ge-
•v i berouwden haar. Zij had niet bedoeld hem
irwaMa geheele voorval had zich zoo snel, zoo
««ti» esnsoi^ -rf00 Legen het vermogen van haar eigen wil
n «at ln h 'j1?. nu' meer da-n half tegen haar beter we-
il 1 ?^cl1 laten voeren tot het volbrengen van
Ln ii «t hè»#! w 2ii reeds van het eerste begin den moed
«htrt Waeinc ^anL van Lerugkeeren was geen sprake. De
L,,.-ït Wfip/L eenmaal in het gelaat geslingerd,, kon
Di W haar ^"^epen. Laf was zij niet. Het denkbeeld
totlns? jndien zij thans toegaf, zij voor altijd zijn
ir co) tori aJ® dle voor zlchzelve zou hebben ver-
dUB ^tJ geen duimbreed, slank ea rechtop, op
Zoo straks hob ik gesproken van het overzicht, dat
het Internationaal Landbouwinstituut te Rome wilde
hebben van de bedrijfsresultaten van den landbouw
in 19261927. De bureaux der landbouworganisaties
hebben mij in de gelegenheid gesteld dit overzicht te
vervaardigen.
Ik zal u het resultaat vertellen.
Over het boekjaar, loopende van 1 Mei 1926 tot
30 April 1927 werden de bedrijfsresultaten becijferd
over 1677 bedrijven, te zamen groot 53820.43 H.A.,
welke gesplitst kunnen worden in:
Stuks. H.A. H.A. Totaal,
weiland, bouwland.
a. weidebedrijven 579 14961.33 695.15656.33
b. landb.bedrijven
c. gent. bedrijven 583 10602.— 6383.94 15985.94
(hoofdzakel. weide)
d. gem. bedrijven 515 4124.95 18053.21 22178.16
hoofdz. landbouw)
1677 2968829 24132.15 63820.43
Het resultaat Is dat op:
de weidebedrijven (a) gemiddeld groot 27.04 H.A,
een winst werd behaald van f0.43 per H.A.;
de gemengde bedrijven (c) gemiddeld groot 27.42
•H.A. een winst werd behaald van f9.79 per H.A.;
de gemengde bedrijven (d) gemiddeld groot 43.64
H.A een verlies werd geleden van f 26.29 per H.A
Opgemerkt wordt, dat de gemiddelde opbrengst
van de groepen a, c en d verkregen is door de ont
vangsten en uitgaven per H.A. van elk bureau, met
het aantal HA te vermenigvuldigen, deze bedragen
op te tellen en ze daarna te deelen door het totaal
aantal H.A van de geheele groep a, c of <1
Met het maken van gevolgtrekkingen moet men
echter zeer voorzichtig zijn en wel omdat:
1. de boekhoudbureaux niet instaan voor de
juistheid der door de landbouwers verstrekte gege
vens, doch slechts de gemoedelijke overtuiging heb
ben, dat de verkregen bedrijfsresul-aten een juist
beeld van de betrekkelijke bedrijven weergegeven
2. de gegevens niet door alle bureaux op dezelf
de wijze verzameld en de resultaten op dezelfde
wijze gerangschikt zijn;
3. Groningen in verband met het daar bestaande
beklemrecht geen pacht of pachtwaarde kon op
geven en hiervoor een gemiddeld cijfer van f155
werd aangenomen;
4. op de kleine bedrijven de landbouwer en diens
gezin veel handenarbeid verrichten, waardoor geen
arbeidsloon wordt uitgegeven en het winstcijfer in
vergelijking met groote bedrijven met een groot ge
deelte van het arbeidsloon is geflatteerd;
5. de gemengde bedrijven gesplitst zijn naar de
voornaamste bron van inkomsten, zijnde het weide-
of het bouwbedrijf, terwijl eene splitsing tusschen
bedrijven, die alleen dierlijke producten verkoo
pen en dezulke, die daarnaast oolc plantaardige pro
ducten ter markt brengen, niet geheel met de eerste
indeeling parallel loopt.
Als oorzakon der geringe opbrengsten zijn te
noemen:
1. lage prijzen voor rundvee en melk;
2. lage prijzen der varkens door invoerverbod ln
Engeland;
3. lage prijzen der paarden door hooge invoer
rechten in de aangrenzende landen;
4. lage prijzen der granen;
tegenweer voorbereid, hoewel op den bodem van haar
dapperheid een grenzelooze vrees sluimerde.
Burke gaf haar niet dadelijk antwoord. HIJ had zijn
houding nauwelijks gewijzigd; hij bleef haar even stevig
en bedaard vasthouden. En toch werd gedurende hun
stilzwijgen het kloppen van haar hart door beiden ge
voeld een hevig, gejaagd kloppen, als het vluchten
van een achtervolgd dier.
„En is je dat ernst?" vroeg hij eindelijk.
„Ja." Zonder aarzelen en zoo scherp als een mes klonk
haar antwoord. Het was nu of nooit,, sprak zij bij zich-
zelve. Doch ondanks al haar moeite het niet te laten
blijken, stond zij op haar beenen te trillen.
Hij bukte zich even, en keek haar in de oogen. „Je
verlangt dus in allen ernst, dat ik toon de meester te
zijn?" vroeg hij.
Zij doorstond zijn blik, doch haar hart klopte tot bers
tens toe. Hij had iets over zich, een zekere onbarmhar
tigheid, een doodelijke ernst, die haar diep schokte. De
grond scheen onder haar voeten te trillen, en zij werd
overvallen door een gevoel van totale lichamelijke uit
putting. Zij liep terug tot de tafel en zocht daar steun
Doch niettegenstaande dit alles, deed zij ln haar moe
digen strijd een wanhopige poging voor haar vrijheid.
„Nooit zul je mijn meester zijn tegen mijn wil! Ik... ik
...sterf liever!"
En alsof haar laatste greintje kracht haar verliet,
sloeg zij de handen voor het gelaat, om hem niet lan
ger te zien.
„Komaan," zeide hij. „Maar wie trekt ten strijde zon
der eerst te hebben berekend wat het kost?"
Hij sprak op gedempten toon, zonder woede; ldoch
reeds in de wijze waarop hij deze woorden uitte alleen,
wist zij dat zij was verslagen. Of hij van zijn voordeel
gebruik zou wenschen te maken of niet, de overwinning
was hem.
Na een langdurig stilzwijgen hief zij het hoofd op.
„Ik geef jou gelijk, partner," zeide zij, en hield hem
met een verwrongen glimlach haar hand voor. „Ik had
niet het recht over de boomen te springen op de
wijze waarop lk het deed. Ik zal thans weer rustig gaan
werkelijk."
Dit was een ruiterlijke erkenning van de nederlaag
zóó ruiterlijk, dat de tegenpartij er door ontwapend
werd. Hij nam de aangeboden hand, en drukte deze ste
vig, doch sprak niet.
Zij stond nog eenigszins te beven, doch had haar zelf-
beheerschlng terug. „Het spijt mij, dat ik mij zoo ver
üat voeren," zeide zij. „Doch je hebt me in een hoek ge
jaagd. Ik zal trachten het op de een of andere wijze
goed te maken."
5 hooge arbeidsloonen;
6. hooge pachten.
Voor Noord-Holland {Middengewest: Beemster,
Schermer, Wormer, Zaanstre'ek, b.v. Schermer,
Graft) was op 83 bedrijven te zamen 1472 H.A.
f 5.82 netto winst per H.A. gennaaAt.
Ai deze cijfers worden door V.L.B. nader in studie
genomen, mogelijk dat ze dus nog eenigszins veran
deren, maar wat er ook aan verandert, gunstig wor
den ze nooit.
Dit overzicht is samengesteld uit 1677 boeken, die
door de bureaux der landbouworganisaties wjrdon
bijgehouden.
Heeft U voor U zelf dit rekeningetje al eens ge
maakt en heeft het U ook niet tot nadenken ge
stemd?
Verleden jaar had de zuivelconsulent ln Overijsel,
Dr. Breen op de landbouwtentoonstelling te Ensche
de opbrengst van slechte koeien van 20 leden
van de Lonneker zuivelfabriek naast die van
de beste koeien van 20 andere leden gezet. De 20
leden, die samen 98 beste koeien hadden, ontvingen
aan melkgeld f429 per koe, de 20 leden, die samen
95 slechte koeien hadden, ontvingen f 129 per koe.
Dat zijn cijfers die spreken, 't Is natuurlijk reeds
lang geleden, dat U zulk een berekening van Uw
goede en slechte koeien hebt gemaakt en toen da
delijk de slechte hebt opgeruimdl (Zie Alg. Ned.
Landbouwblad 14 Jan. 1928: Melkcontrole).
Ik noemde zoo straks herikbestrijding. Dit is een
voorbeeld uit de Betuwe, hier is dat natuurlijk niet
meer noodig. Herikbestrijding kost f 25 per H.A.
Hoeveel H.L. haver, erwten, rogge had er niet kun
nen groeien op dat land, dat geheel vervuild was
van de herik. In de Betuwe wordt het land nog
gebraakt. Dat noemt men zoimervagen, dan
wo:dt het land eens schoongemaakt, omdat men
het onkruid geen 'baas meer kan. As die menschen
eens 10 jaar lang f 25 per H.A uitgaven ter bestrij
ding, dan waren zijl er in eens van af.
Tegenwoordig wordt er oneer zorg besteed aan de
kippen en deze geven zoo'n aardig en eenvoudig
Terwijl anderen nog Uitver-
koopen houden en daarmede
trachten oude voorraden van
de hand te doen,
ontvingen wij reeds de
die voor zeer lage prijzen
worden aangeboden.
ZIE OE ETALAGES.
KLEEDINGMAGAZIJNEN
SCHAGEN-HELDER.
Bij deze woorden hervond hij zijn stem. Zij klonk eigen
aardig heesch.
„Niet noodig!" zeide hij. „Je bent niet in een hoek ge
jaagd. De overwinning is niet altijd aan den sterkste."
Zij lachte met iets meer zekerheid, ofschoon altijd nog
min of meer gedwongen. „Niet wanneer de sterkste te
edelmoedig is om van zijn voordeel gebruik te maken,
misschien. Daarvoor dank ik je, partner. Maar nu zou
je er om geven, indien ik Guy nu wat voedsel bracht?"
Zij beschouwde de zaak als geëindigd met die onna
volgbare luchthartigheid van haar, die zij den laatsten
tijd scheen te hebben verloren. Zij liet hem alleen en
ging naar Guy met een beverig lachje om de lippen, en
toen zij terugkeerde had zij haar zelfbeheersching volko
men terug, en besprak met Burke verscheidene aange
legenheden, de farm betreffende, waarvan zij tijdens
haar verpleegsterschop weinig had vernomen. Zij legde
al haar ouden ijver aan den dag. Zij sprak als Iemand,
die er het grootste belang in stelt. Doch achter al dit
vertoon school een koortsachtige onrust, een niet te
noemen, onbegrijpelijke onzekerheid, die zij nooit te vo
ren gekend had. Zij ontweek hem. Haar oude, heerlijke
vertrouwen was weg. Zij tastte weifelend in het rond,
waar zij eenmaal zonder de geringste aarzeling gegaan
was.
Toen de maaltijd afgeloopen was, hield zij hem terug,
toen hij op het punt stond naar Guy te gaan. „Hoe laat
wil je naar de Merstons vertrekken?" vroeg zi.i.
Hij bleef een oogenblik staan. Toen: „Ik zal je van
daag vrijaf geven," antwoordde hij. „Inplaats daarvan
zullen wij samen naar het kopje rijden."
Hij dacht dat zij deze aankondiging met vreugde in
ontvangst zou nemen, doch zij schudde terstond het
hoofd, terwijl haar wangen zich met een diepen bios
bedekten. „Neen, dat zullen wij niet! Wij gaan naar de
Merstons wanneer Guy wel genoeg is. Wij behooren
heusch te gaan."
Hij kon volstrekt niet uit haar wijs worden. Hij keerde
zich om.
„Zooals je wilt," zeide hij. „Dan moeten wij over twee
uren vertrekken."
„Ik zal klaar staan," hernam Sylvia,
HOOFDSUK 3H.
het zaad.
„Welnu!" zei Mevrouw Merston met haar zuur lachje.
„Geniet u nog steeds van uw Hef van Eeden, mevrouw
Hanger?"
Bleek en vermoeid van haar rit, trachtte Sylvia haar
voorbeeld van de ■winstberekening op een bedrijlfc-
onderdeel.
Een gewone kip legt 100 eieren van 5 cent, d. i. f 5
per jaar; hiji kost aan onderhoud f 3 per Jaar, du»
geeft een winst van f 2. Eien kip van goeden stam
geelt 190 eieren van 5% cent, d. i. f 10.46; zij: kost
aan onderhoud i 4, dus geeft een winst van f 646
Dit verschilt f 4.45 per kip, dus f 445 op 100 kippen.
U heeft natuurlijk al Uw oude -kippen allang opge
ruimd en nu heeft U jonge kippen van een bekend;
fokstation.
Ik las eens in de courant: „In, Amerika is effi
ciency troef", dat beteekent: in Amerika wordt na
gegaan of uit ieder onderdeed van bet bedrijf ge
haald wordt, wat er in zit.
Op den gevel van eene boerderij in mijne geboorte
plaats liet de eigenaar schilderen: „Wat men ziet
en wat men niet ziet". Dit zijn de woorden van den
Franschen economist Bastiat. Destijds begrepen mijn
dorpsgenooten ze niet goed. Ik hoop echter, dat ze u
wel duidelijk zullen zijn. Men ziet de kleine kosten
en verliest het veel grootere voordeel uit het oog.
Denk maar oens aan dien stamboekstier met een
dekgeld van f3.50 en daarnaast aan een of ander
obscuur gedierte, waar men voor f2.— terecht kan,
denk aan de beste en de slechte koeien van Lonne
ker, aan de herikbestrijding, aan de kippenrekening.
Er wordt eoo dikwijls om <Regeeringsbescherming
geroepen, maar hebt gij dan eerst wel de hand in
eigen boezem gestoken, hebt gij wel gehaald uit uw
bedrijf wat er in zit. Tegen gevaren van buiten af
staan wij machteloos, maar dikwijls zijn de geva
ren in het eigen bedrijf veel grooter.
Al deze berekeningen zijn een onderdeel van uw
landbouwboekhouding.
Ziet u nu, waarom ik het economisch belang voor
op gezet heb?
Het fiscaal belang.
Ik wil nu spreken over het fiscaal belang der
landbouwboekhouding en ik wil trachten u in korte
trekken een schets te geven van eene controleerbare
enkele boekhouding.
Het is slechts korten tijd -geleden, dat de Raad van
Beroep te Alkmaar, een door de Holl. Mij. van Land
bouw bijgehouden boekhouding ter zijde stelde, om
dat de kascontrole ontbrak en de uitkomst veel lager
was, dan de met behulp van normen geschatte winst.
Die boekhouding had eene volledeige inventaris aan
het begin en einde van het jaar, eene winst- en ver
liesrekening en de landbouwer was volkomen be
trouwbaar.
Het oordeel van den Raad van Beroep lijkt vreemd
en hard. De winst was volgens eene goede manier
berekend op f 1500. Vorige jaren zelfs op nog min
der. De man verklaarde f 4000 a f 5000 per jaar te
verleven. Zijn vermogen ging jaarlijks aanzienlijk
achteruit.
Waar zit nu de groote- fout? E'envoudig (hierin, dat.
deze man geen controle op zijn boek uitoefende, hij
vergeleek zijn geld niet met het verschil der ontvang
sten en uitgaven in zijn boek. Te goeder trouw
heeft hij wellicht verzuimd verschillende posten te
boeken en dat dit ook inderdaad zoo was, bleek hier
uit, dat negen postjes later waren bijgeboekt. Na af
sluiting waren ze nog hier of daaruit te voorschijn
gekomen.
Geloof niet, dat deze man eene uitzondering was. In
tegendeel, nog geen maand geleden had ik iemand bij
mij, dien ik volkomen vertrouw en die al jaren boek
houdt. Hij had in zijn boek een verlies van f400 be
rekend en daar ik hem toch had aangeslagen, recla
meerde hij tegen zijn aanslag. Toen hij bij mij kwam,
bracht hij zijn bedrijfskasboek mee en het huishoud
boekje van zijne vrouw en nu bleek, dat hij met vrouw
en kind geleefd had van pl.m. f1500, terwijl zijn
schuld aan begin en einde van het jaar precies even
groot was. Hij moest dus minstens f 1500 verdiend
glimlachend te antwoorden, doch het gelukte haar niet.
,.Ik zal blijde zijn wanneer de winter voorbij i3," zeide
zij.
De kleurlooze oogen van mevrouw Merston werden
een weinig dichtgeknepen en namen Sylvia terdege op.
„U ziet er niet zoo goed uit als toen," merkte zij op. „Ik
hoor dat u dien last met Guy Hanger op u heeft geno^
men."
„Ja," antwoordde Sylvia en ondanks zichzelve kreeg
zij een kleur.
„Wat heeft hem eigenlijk gescheeld?" vroeg mevrouw
Merston.
Sylvia dacht even na, doch reeds brak de oudere vrouw
in een hatelijk lachen uit.
„O, u behoeft niet naar woorden te zoeken om het in
beschaafde taal te zeggen. Ik weet, aan welke ziekte
hij geleden heeft. Het verwondert mij alleen, dat Burke
goed vond. dat u zich er mede bemoeide. Hij heeft den
naam van tamelijk eigenaardig te zijn."
„Hij is eigenaardig," gaf Sylvia toe.
Wegens de een of andere reden kon zij het niet over
zich verkrijgen mevrouw Merston de oorzaak van de
ziekte van Guy te vertellen Zij wilde er liever in het ge
heel niet over spreken. Doch mevrouw Merston was
moeilijk van het onderwerp af te brengen.
„Is het waar. dat die schavuit van een Kieff op Blue
Hill Farm gelogeerd heeft?" was haar volgende vraag,
terwijl zij het gelaat van haar bezoekster nauwlettend
gadesloeg.
Sylvia keek haar nijdig aan. „Waarom wordt hij door
iedereen toch zoo genoemd?" zeide zij. „Ja, hij logeerde
bij ons. Hij is dokter, en een heel knappe. Ik kon hem
niet al te goed uitstaan maar ilc vroeg mij dikwijls af,
waarom hij dien naam verdiende.
„O. ik weet niet meer dan hetgeen men mij verteld
heeft," antwoordde mevrouw Merston. „Ik meen dat hij
in de eerste plaats grootendeels verantwoordelijk moet
gesteld worden voor het afwijken van den jongen Ran-
ger van het rechte pad en van een massa jongelui
bovendien. Hij is zooiets als een vampier, zegt men. En
zoo zijn er hoopen, ln dit verrukkelijke land."
„Hoe vreeselijk!" mompelde Sylvia met een lichte ril
ling, bij de gedachte aan die beweginglooze, slangach
tige oocren, die haar zoo dilcwijl3 hadden beloerd.
„U ziet er zeer afgemat uit," vervolgde mevrouw
Merston. „Waarom hebt ge u door uw echtgenoot hier
heen laten ^leepen? U doedt veel beter vannacht hier
te blijven om uit te rusten."
Wordt vervolgd.