Aliimsi Bitlis- Atmttmit- LiiitnltUi. HET KASTEEL VAN GRANIET Uitgevers: N.V. v.h. TRAPMAN &Co., Schagen. Eerste Blad. Voor den Kantonrechter te Alkmaar. 3 Feuilleton. Het Texelsch Schapenstamboek in Noordholland. Moeders Plaatselijk Nieuws. Boomenschoffeerders. 2" S Mi Mi' n vo i bel r |t blad verschijnt viermaal per week: Dinsdag, Woensdag, Dondér- Uug en Zaterdag. Bij inzending tot '«morgens 8 uur, worden Adver- ïtiën nog zooveel mogelijk in het eerstuitkomend nummer geplaatst. Dinsdag 21 Februari 1928. SCHAGER 71site Jaargang No. 8207. COURANT. Prijs per 3 TIéN van 1 POSTREKENING No. 23330. INT. TEGEF. No. 20. I inbegrepen). maanden f 1.65. Losse nummers 8 cent. ADVËRTEN- tot 5 regels f 1.10, iedere regel meer 20 cent (bewljsno. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN. meri Strafzitting, van Vrijdag 17 Febr. i#t De openbare zi'ttingi ving iheden aan anot de voort- to u Hi ing vm de zaak -contra den hi os co op o nd-e-rnemesr Alkmaad, d.de op 'n keuringaavonid eenige per- ,nen beneden den 18-jarige leeftijd in zijn theater VXJ bad1 toegelaten. Ale getuige werd gehoord da heer ruikfc c. van Gullik, lid der bioscoopcommissie, die in anet 's heeren W.'s bewering verklaarde, geen ;ing tot. toelating van bedoelde kinderen* i-trouwens geen 4, doch 12 jaren telden, te heibben flven. Het is den verdachte trouwens wel- 'dege- bekend, dat de loden der bioscoopcommissie een jflMlke toestemnning niet kunnen geven. Do kantonrechter voegt den heer W. toe, dat hij' iet hel isleidend is opgetreden. U moest u schamen, zegt i kantonrechter, uw houding is alles behalve sym- ithiek, die lijkt 1 Ha ntrvVvf osn o 01" naar niks! u De ambtenaar noemt eveneens do houding van d6?( verdachte misleidend en vordert f 20 boet^ of 20 «en. De heer W. repliceert,- dlat niet hij, maar de ge- ige v. Guli'k een (misleidende verklaring heeft-af- Z legd. Hiji heeft toestemming gegeven tot toelating, opil «n de dJame nog inet do kinderen in d« vestibule kunt Wad. De kantonrechter zegt, dat de heer W. beter had edaan op de vorige zitting, het feit ruiterlijk toe te even en vervolgen» het ten laste gelegde en de ttuïld1 daarvan van verdachte wettig en overtud- en>l bewezen achtend, veroordeelt hij hem tot f 12 boete of 6 dagen hechtenis. L' Nader vernemen we, dat de veroordeelde het voor- .'onL nemcix heeft geuit, van dit vonnis in hooger beroep cwjï le lullen gaajl' }j DB MISERE VAN EEN SGHOORU5CH HUISVtA- DF.R. DIE KINDEREN HEEFT ZONÏDER KUISIVES- ÜNG. Al wederom stond terecht de 51-jarige kleermaker J. C S. te Schoorl, die o>p 27 December had toege laten, dat -een- hem behooren.de zomerwoning door ïljtföchod'nzoon. dochter en kinderen werd bewoond. De heer Sp. in persoon aanwezig, beweerde dat op cemelden datum zijn doehter en haar gezin niet me8r in de woning vertoefden, Het gezin at en sliep wcnKjdestljds ten zijnen woonhuize en verdachte ziet anMniet in. waarom Hij: die woning niet mocht bezigen nis opslagplaats van huisraad en inboedel. Aangezien het verbaal ..nicht istimt" met deze ve-r ^klaring, wordt deze zaak aangehouden tot a.-s. week teneinde den rijksveldwachter Strooker te hooren. het: bew doorgezakt. De snaken erkenden* zich aan deze euvel daad te hebben schuldig gemaakt, waarop de kan tonrechter zi.im twijfel uitspreekt, die 'n dergelijke grap, door zulke groote lummels uitgevoerd, als aar digheid kan aanbieden. Aangezien er echter nog 'n ooggetuige schijnt te zijn van het feit, zekere juf frouw Konijn, 'wordt de verdere behandeling tot 2 Maart verdaagd. NIEUWE TJD-EN, NIEUWE ZEDEN. De koopman Jacob A. te Alkmaar, die voor zijn handel gebruik maakt van een. hondenkar, heeft in strijld met de nieuwe wet die kar voor izich en zijn zoontje gebezigd als voertuig en is op den Hoorn- schen weg gecalanceerd. Dat de verdachte* geen agent of ©enig ander bevoegd ambtenaar heeft op gemerkt, doet niets ter zake. Voldoende is, dat het feit is geconstateerd. Verdachte zegt, dat mem 2 hon den heeft afgekeurd. Waar moeten die dan -heen, vraagt de heer Kan tonrechter. Natuurlijk naar het gaskasje, zegt verdachte. Is dat nu beter voor de honden? vraagt de kan tonrechter schamper, man, man wat wordt er toch een hoop gekheid uitgehaald Eh recht doende, veroordeelt hdj den- verdachte, die nog geen andere honden heeft kunnen aanschaffen, tot f 2boete of 2 dagen. EEN GEREGELDE -KLANT. De werklooze huisschilder A. A. D., liggende met een woonschip in een van de onder het territoir van Alkmaar behoorenlde wateren, beigint zoo- langzamer hand een permanente verschijning als verdachte op de strafzitting, van de Justi-ce of Palace te worden. Ook ditmaal stond hij. Weer terecht ter izake het ven ten zond-er vergunning, in casu het ten verkoop aan bieden van toiletzeep- en boorlband. Als verzwarende omstandigheid wordt aangevoerd, dat verdachte ver gezeld! was van een 5-jarig kind. Voorts zou bij, doelende op ontslag) Yan rechtsvervolging, triom fante1'''11- zich) hebben uitgelaten, dat hij- nu ook zon der permissie zou doorgaan met venten. De verdachte ontkent deze woorden te hebben- ge bezigd en noemt het een wraakoefening van den verbalisant. Da kantonrechter adviseert hem in- zijn eigen be lang, de-ze overtredingen na te laten, en iegt hem een boetë va.n f 3 subs. 3 dagen hechtenis op. Einde. tand ïoogiï toon DE WERKING VAN DE ROODE LAP OP DE TIERKALV EREN. Een tweetal landelijke jongelieden uit Schermer- rlom. de 18-,jarige Cornelis J., een lange, dunne ver schijning eri zijn vriendje Jacob T., 'n klein ventje, ,te tot een tamelijk geprononceerde achtersteven, wel de verdachten wel eenige gelijkenis vertoonden met populaire Watt en Half Watt. stonden terecht omdat zij uit louter baldadigheid 'n aantal zakken cement, die moesten dienen voor w&terkeering von kn polder' en langs den- weg waren opgetast, op bet m hadden geworpen, waar de zakken later waren :HM| itsch IrlM wil .el oopi Itv BI ilod naa 'w laHia nooa Bewerkt door Jhr. R. H. G. NAHUYS. <le 15 Sylv,a schudde het hoofd. „Neen. Burke vertelde mij vtf *eer reinig. Ik veronderstel, dat hij in de meening ver- X lid «orde dat wij samen weggeloopen waren." at jij -,0 neen!" haastte Kelly zich te zeggen. Toen hield dat M 60n °°ëenhlik op om snel en in één adem de waar- ann^ te verkondigen. „Dat deed ik. Ik dacht het zelf foijf ,k'° ^el, zooals gij mij thans moogt noemen. Kieff vertelde het mij die gemeene leugenaar; en stommeling die ik ben hechtte er geloof aan. «•tn, dat is ook weer niet geheel waar, mervrouw Ran- w. Ik voelde toch, dat u dezelfde waart als die gij «Uie zyt. Maar ik had den blik in de pogen van Guy 1» ^oen u 0,6 brandewijnflesch van hem wegnam, lik wiBt dat er iets méér dan een gewoon gevoel van landschap tusschen u bestond; doch meer ook niet. ich die duivel van een Kleff sloeg daar munt uit. fte'i Ik dien avond wegreed, vond ik hem op mij wach- W- Hij wachtte op Burke, zelde hij mij, en zijn ver- Id» lUidde da^ kij en Vreiboom u en Guy samen had- w.ulen wegloopen ;lk had den vent op de plaat» kun- d!'" y®rmoordon' -En waarachtig, had ik het maar ge- 0Ö7"slndlgdc Kelly medelijdend, mét tranen in zijn v. zou een massa kwaad, nu en later, hebben '««komen." .,Hét doet er niet toe," merkte Sylvia zachtzinnig op. kon het niet weten. U kende mij nog slechts een P»*r uren." iang &enoeg!" bekende Kelly. ,„Docli hoe dan Burke had beter behoor en te weten. Hü heeft u ■au^ lang genoeg gekend." Cv!-,, ft mJj nooit gekend," hernam zij bedaard. „N"a- ||k sloeg hij aan het verhaal geloof." Kelly ?elooft het °P ■faiet oogenblik nog niet," zelde Behi«n trilling gleed over haar aangezicht. „Mis- mIom n Ik weet niet' wat gelooft, of wat hij het. Ju' Zal' wanne®r hij tot de ontdekking komt dat iflAi ver<bvenen is. Dat is hetgeen ik voorkomen wil vèenltr» i ^et slechts voorkomen kan. Het is Guy's Hoe" a ?S' HetSeen bij deed was op zichzelf laag ge- f' i00a bet was een tijd van grooto opwinding en Onder voorzitterschap van den be-er H. W. Kuihn uit Naaiden vergadei-d-e het Sichapenistamto-oek op 17 Febr. j.i-, in het Land-bouwhuis te Alkmaar. Uit de mededeelingen bleek,-d-at de leverbotziekte -sedert landen tijd niet in zoo hevige imate heeft geheerscht als in den afgeloopen herfst en dezen winter. Veelal is de- lever zoodanig verwoest, dat van de bekende geneesmiddelen -geen baat meer is te 'verwachten. Aan het jaarverslag ontleenen we, dat het aantal inschrijvingen grooter was -dan jaars te voren. Het aantal aangesloten fokkers steeg van 148 tot 151, De beste rammen léverden van- f 15 tot f 17 aan wol, de minsten slechts f 7. Hoewél de wol geen hoofdzaak is. blijkt toch- wel. dat dit onderdeel niet verwaar loosd) mag- worden. Voor het eerst werden schapen geëxporteerd naar Ned.-Indië. Aan bijna alle in de provincie gehouden tentoonstellingen en keuringen werd medewerking verleend hij was niet geheel meester van zichzelven. Doch ten zij het ongedaan kan worden gemaakt,, gaat hij er recht mee ten onder om er nooit weer bovenop te komen. En begrijpt u niet" haar vermoeide stem ein digde in een snik ,„dat indien Burke dit eenmaal heeft vernomen het lot van Guy bezegeld is? Er is nie mand anders die hem kan helpen. Bovendien het was niet geheel zijn eigen bedrijf. Het was dat van Kieff. En Kieff er buiten gelaten, ziet de zaak er zoo geheel anders uit." „Ha, maar hoe zullen wij Kieff er verder buiten la ten?" riep Kelly uit. „Die kerel is zulk een verdoemde schavuit. Wie hij eenmaal in zijn klauwen heeft laat hij nooit meer los tot hij hem heeft ledig gezogen." Sylvia rilde. „Kunt u niets doen?" vroeg zij. Kelly zag haar met zijn eerlijke oogen aan. „Indiep ik in uw plaats was, mevrouw Hanger," zeide hij, „ver telde ik de 'geheele zaak eerlijk aan mijn echtgenoot en liet hem daarna zijn gang gaan. Zij schudde terstond het hoofd. „Dat zou geheel een einde maken aan alles voor Guy. Zelfs indien Burke hem liet loopen, zou hij nooit bij ons kunnen terugkee- ren. Het zou even erg zijn als hem naar de gevangenis te zenden zelfs erger.' Volstrekt niet," gaf Kelly als zijn meening to ken nen. „De kwestie is dat u Burke wantrouwt. Dat is zeer jammer. Hij is zulk een brave kerel. Doch hoort u eens! Ik zal mijn best doen. Ik zal met den jongen Guy in aanraking zien te komen en hem zijn hart la ten uitstorten, Hoeveel heeft de jonge booswicht weg genomen?" „Dat weet ik niet. Dat ia juist het hopelooze van de zaak. Om die reden moet ik zelf met hem spreken." Kelly spitste een oogenbllk de lippen, doch het vol gende oogenblik lachte hij reeds weer tegen haar. „Goed dan. Ik zal het in orde zien te brengen. Doch vanavond komt er voor u niets van. Zeg aan Bufrke dat u te ver moeid is. Hij zal het kunnen begrijpen." „Weet u dan waar Guy Is?" vroeg zij. „O, ja zeker, indien ik den jongen duivel noodlg heb, kan ik dadelijk de hand op hem leggen. Laat dat aan mij over! Ik zal mijn uiterste best doen. Thans stel ik voor, nog eens. een flink drafje te doen en dan naar huis terug!"., Sylvia liet het hoofd van haar paard wenden. ,Ik ben u hoogst dankbaar, mijnheer Kelly," zeide zij. „Donovan!" verbeterde Kelly onmiddellijk. Zij lachte even. Terwijl zij lachte, scheen zij hem toe diep te beklagen te zijn. „Donovan", zeid'è zij hem na, „Zoo Dat is beter," verklaarde hij. „Dat doet mij goed. Een vriend van u beiden te zijn, dat is hetgeen ik verlang. Burke en u samen! U is zulk een mooi paar, en juist voor elkander gemaakt waarachtig voor Wrijft een weinig PtJROL tusschen de handen en strijkt het door de haren Uwer kinderen; hoofdhuid en haar blijven dan rein en gezond en de groeikracht der haren wordt er door bevorderd. Voldoet iedereen. Tot bestuurslid -werd gekozen de -heer D. Schoen maker te Hoogkarspel. tot leden der financieel© commissie de (heeren J. Beumkes te Dén Hoorn op Texel, G. Blokker te Opperdoes, J. Wogemaker. te Abbekerk en J. Zijp te Woï^num. Uit het verslag, der keuring op afstammelingen bleék, dat medailltes zijn toegewezen voor ooien van de heeren K. Bregman Jz. te Noord-Beeanster, G. Appel te Bungerbrugi en C. Stapel Pz. te d.0 Hout gein. Hoogkarspel. Besloten werd, deel te nemen aan -dé Nationale Tentoonstelling, te 's Gravenhage, waarvoor uit de rekening 1927 f 1000 gereserveerd is kunnen worden. De heer Ir. L de Vries gaf eenige indrukken weer omtrent schapen-rassen en wol in Engeland. Bij: de fokkerij! van landibouiwhuisdieren in Engeland speelt de sport een groote rol en is men in -bet fcweeken van tentoonstllmgisdieren zeer bedreven. Aan do band van lantaarnplaatjes werden dé belangrijkste rassen achtereenvolgen® besproken. De w-oiverkoop- organisaties werdén om dezelfda reden opgericht als hier. Ook in Engeland werd de wol vroeger niet naar kwaliteit uitbetaald. Bij1 de na de rede gehouden besprekingen werd er de aandacht op gevestigd, dat men de EtngeJoche fokkers kan verd-eelen in schapen-houders en ten- toonstellingsfokkers. Biji de laatsten schijnt het be halen van prijzen op tentoonstellingen van meer gewicht te zijn dan het maken van geldelijk voor deel, In het algemeen brengen de schapen- in En geland minder dan 1 1'aim per ooi groot. Waar de schapen -hier. in de eerste plaats gebruiksdieren zijtnj zal de indruk dit jaar te den Haag voor menschen, ■die gewend zljt aan -de Ehgelsohe tentoonstellingen, misschien niet zoo gunstig zijn. Het maakt in Enge land- een groot verschil of men tentoonsteTlings- 'dieren ziet dan wel kudden bij gewone öcrapen- houders. Vérvolgens werd- bij acclamatie de heer Tr. L. de Vries, adj .-Rijksveeteeltconsulent, benoemd tot advi- seerend lid: der Vereeniging. De begrooting werd' vastgesteld tot een bedrag van f 4350.in ontvangst en uitga-af. Bij1 de rondvraag werd nog in overweging gegeven schaperifoto's bij voorkeur te geven aan blad-en met het mooiste papier. BENOEMING. Tot koste;' der R.K. kerk alhier werd beno-emd de heer P. Noordstrandi te "t Veld. SNAP JIJ 'T? Een nieuwe revue van Jan Buisman een vervolg öp die waarmee hij vorig jaar zulk een groot suc ces had. Zondagavond ging deze revue in het Noo-rd- hoïlandsch Koffiehuis vo-or een1 stampvolle zaal. Wlat een belangstelling, "én het sprak vanzelf dat de heer K. Roggeveen, die de bijeenkomst opende, dit deer met groote opgewektheid, vooral omdat, zooals hij -meedeelde, de revenuên van dezen avond waren voor Lycurgus, om daarmee volgend jaar het 50-j.i- rig bestaan te kunnen herdenken. En nu de revue?, Wij hebben het al meer neerge schreven, de loop van de eene revue gelijkt op da andere als twee druppels water. Wat andere costu- m.es, wat nieuwe moppen, een paar nieuwe attrac ties en ziedaar is weer hetzelfde 'drankje. En aan dit euvel, waaraan grootere geesten dan deze jonge revuemaker niet konden ontkomen, lijdt ook deze nieuwe revue „Snap jij 't?" Maar toch i» er veel dat amuseert en de lachlust opwekt. In tal van tafereelen zien wijl van alles en al is toet idan ook niet alles acceptabel, er is toch zooveel goéds, zooveel aardigs, dat wiji ons hebben geamu seerd. De jonge man is niet van geest en ook niet Yan vernuft ontbloot en weet alles zoo aan elkaar te rij gen, dat de volle zaal Zondagavond steeds in luid en daverend applaus is losgebarsten. Als men het ap plaus als maatstaf moet nemen, dan beeft men dub bel en dwars genoten, jonge jonge, wat i:s ér met enthousiasme geapplaudiseerd. Met de middelen was gewoekerd om een goed ge heel te brengen. Met een nog wat ruimer ge*- vulde beurs was er nog wel wat sjiekers van te fa- briceeren geweest, maar nu was er toch veel dat op goeden smaak wees. Wij kregen enkele rake zetten uit Schagen's be staan, een paar leuke moppen, aardig© versjes die heel goed werden gezongen, lieve danseresjes in keu rige costuumpjes, goede muziek, enz. enz. Tot slot van de beide bedrijven wel geen overweldigende fi nales, maar toch wel aardig van vondst. De revue is dus weer goed geslaagd en Jan Buis man kan volop tevreden zijn over het -resultaat van dezen avond. Behalve Buisman moeten wij' toch even noemen de heer A. Blaauboer, die zich kranig heeft geweerd en mej. Smit, die als Roza veel heeft gedaan, zoowel in zang als in voordracht om alles hooger op te voeren. De jongedames Rezelman an Zwaag overtreffen zichzelf ip haar mooie dansen er» zóó zouden wij nog meerderen kunnen noemen, want allen hebben hun uiterste -best gedaan. De muziek nog een apart pluimpje, ook dat is verdiend. Zondagmorgen wandelden wij- onzen muziektuto. in. Het voorjaar laat zich reeds voelen en dan is het •daar te wezen een genot. Maar hoe werd dat gébot bedorven. Inplaats van te genieten, werden wij spin-spiri-nijdig. En waarom? Wel, wie kent in onzen muzie-ktum niét die mooie oude boog opgaande boomen die rondom het zoo indrukwekkend doen, die aan onzen tuin geven dat aparte aspect. Welnu, in die wondertool' daar, is op schrikbarende wijze rondgetoakt. De een of an dere wellusteling, onoordeelkundig, onvakkundig, heeft maar gehakt,' de eene tak na de andere, de eene bil na de and-ere en daar «taan nu staken, als even zoovele wanhoopskreten, waaraan onze gemeente tegenwoordig in velerlei opzicht zoo rijk is. Wijl herinneren ons nog zoo goed, toen indertijd het gemeentebestuur plannen maakte om op liet Oude Slotkerkhof alles to re-staureeren en den mu- ziektuin in te -richten, dat een dó-ar -geroepén1 deskun dige van elders enthousiast was over onze mooie boomen op- di-e beide plekjes. Die mijnheer was ver rukt er over. noemde het schilderijlen en prees Scha-- sen gelukkig nojet dit bezit. Wees er zuinig op en beiscrerm, ze, zei hij. want no-oit, nooit krijgt u weer -zulke decoratieve boom-en. En^ nu stuk gehakt, al dat moois, bedorven het aanzien van onzen tuin. verknoeid het weinige echte natuurschoon, dat wij hier hadden Waarom nu eens niet iemand er bij gehaald, die toch eenig begrip heeft van boomen-mooi? Wij weten wel, dat -deze boomen oud werden, dat er doode toppen in zaten, maar juist daarom had -elkander geschapen. Zoodra 4k u zag, mevrouw Han ger, verwonderde het mij niet, dat hij eindelijk zijn hart verloren had. Ik geef u mijn woord; ik verwonderde mij volstrekt niet. En ik zal nooit de uitdrukking pp zijn gezicht vergeten, toen hij dacht u verloren te heb ben; nooit, zoolang ik leef. Het het was als werd hem een mes door het hart gestooten." Zonder tact, onhandig, op sentimenteele wijze, tracht te hij balsem te gieten in den gewonden geest van dit meisje met haar droefgeestige oogen, die alleen van den blijden zonneschijn der jeugd hadden behooren te spre ken. Het deed hem zeer, onuitsprekelijk zeer, haar al dus te zien, en hij wist dat hij machteloos was haar troost te schenken. Niettemin deed hij met zijn eigen aardige, vrouwelijke teergevoeligheid -zijn best. Hij vroeg zich af, waarover zij zou denken terwijl zij te paard zat, over de wijde vlakte starende, zoo zon der belangstelling en toch zoo scherp. Zij scheen zijn laatste opmerkingen niet te hebben gehoord, of was het alleen dien indruk dien zij wenschte te verwekken? Hij voelde zichzelf niet erg op zijn gemak. Dat zij zoo keek, beviel hem volstrekt niet. „Zullen vHj er een gangetje ln zetten?" stelde hij voor. Zij wees eensklaps dwars over het „veldt". „Ik wil tot dien kalen boom rijden," zeide zij. „U moogt mij niet vergezellen. Indien u langzaam rijdt, haal ik U wel weer in." „Uitstekend!" antwoordde Kelly en hij zag haar den 'teugel oplichten en wegrijden. Hij zou er alles voor over gehad hébben haar juist op dit oogenblik een genoegen te doen, doch van den anderen kant was zijn nieuwsgierigheid in de hoogste mate geprikkeld. Want zij reed zoo snel als iemand die een bepaald doel voor oogen heeft. Het „veldt" zoo recht als een pijl uit den boog overstekende, reed zij aan op den kalen boom met zijn naakten stam en ontbladerde takken; uitgestoken armen, die op alle verlatenheid om hen heen de kroon schenen, te zetten. Daar aangekomen hield zij haar paard in en bleef een oogenblik met gesloten oogen zitten, door het licht van de avondzon bestraald. Vreemd genoeg beefde zij van het hoofd tot de voeten, als bevond zij zich in de nabijheid van een visioen waarnaar zzij niet durfde te zien. Zij was teruggekeerd, zooals zij altijd voornemens geweest was nog eens hier terug te keeren maar ach, die eenzame woestijnvlakten en de ruwe gesteldheid van den weg! Terwijl zij daar stond, kwamen de woor den van haar echtgenoot, slechts weinige uren geleden geuit, haar in de gedachten. „Het is zeer goed moge lijk, dat wij het kasteel van graniet thans nooit be reiken." Neen, zij zouden het nooit bereiken. Had iemand het ooit bereikt, was de vraag die zij droevig stelde? Maar toch waren zij er zeer dicht bij'geweest dich terbij dan menigeen. Deed dat dan niets ter zake? Het scheen haar dat er een reeks van eeuwen voorbij gegaan was, sedert zij het laatst onder dien boom ge staan had. Toen was zij een meisje geweest, vol leven en moed. Nu was zij een vrouw, een oude en zeer ver moeide vrouw, en het leven kon haar niets meer bie den. Het was bijna als had zij opgehouden te leven. Doch niettemin was zij bij het uitgangspunt terugge komen, en hier, als stond zij bij een graf en las zij het opschrift van een zerk, opende zij de oogen in den laatsten gloed van de zon, ten einde de woorden te le zen, die Burke in den avond van -zijn huwelijksdag in den naakten bast gesneden had. Zij herinnerde zich hoe zij op_ hem gewacht had, een verwarring van twee strijd, twijfel, in haar ziel; hoe zij gewenscht had, dat hij op die akelige plek niet zoo lang treuzelde. En nu, in een stemming van wanhoop, waarbij vergeleken, de ze zandwoestijn niets was, onderzocht zij den boom bijna met een gevoel van ontzag, als verwachtte zij een boodschap van de dooden te zullen lezen. De kale, verweerde stam van den boom werd door de ondergaande aon hel verlicht en zwak^rose getint, De geheele wereld om haar heen was aan het verando ren, onderging een langzame, onmerkbare verandering. Een teere, lila gloed kroop over het „veldt". Sylvia werd door een vreemdsoortige gewaarwording bekropen, als of zij zich bewoog ln een droom, en als trad zij een nieuwe wereld binnen* nadat de oude van haar was afgevallen. De bitterheid was uit haar geest geweken, Haar hart klopte sneller. Zij was gelijk aan een schat graver, die op het punt is eengroote ontdekking to doen. Bevende sloeg zij do oogen op... Daar in het zachte hout, als krulletters op een mar meren kolom, stonden woorden, ruw uitgesneden, doch duidelijk leesbaar Fide et Amore... Het was als had een stem gesproken tot haar ziel, een heldere gebiedende stem, die haar had toegeroe pen: „Ga heen!" Zij gehoorzaamde, nauwelijks wetende wat zij deed. Over het stoffige „veldt" reed zij terug als iemand In geestvervoering. Zij voegde zich bij den op haar wachtenden Ier, doch keek hem aan met oogen die hem niet zagen. „En?" vroeg hij zoo nieuwsgierig mogelijk. „Vond u iets?" Zij schrikte even op en haar droom werd verstoord. „Ik vond hetgeen waarnaar ik uitzag," antwoordde zij. „Wat was het dan?" vroeg Kelly. Zijn belangstelling was ten toppunt gestegen, er was geen houden meer aan. m Wordt vervolgd.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Schager Courant | 1928 | | pagina 1